BINNENLAND.
FEUILLETON.
Oe Hand met het Litteeken.
TWEEDE BLAD.
24e Jaargang No. 96 AM E RS FO O RTSC H DAGBLAD „DE EEMLANDER" 21 October 1925
De Staatscourant van hedenavond 20
October bevat o. m. de volgende Kon. be
sluiten:
benoemd tot ridder in de Orde van den Ned-
Leeuw Ir. A. R. van Loon, te 's Gravenhage,
inspecteur-generaal van den Rijkswaterstaat;
tot officier der Oranje-Nassau-orde Ir. F L
Schlingemann, te Roermond, hoofdingenieur
van den Rijkswaterstaat;
verleend de eere-medaille der Oranje-Nassau-
orde in goud aan B. Zijlman, tc Neder-Asselt,
opzichter Ic klasse van den Rijkswoterstoat;
in zilver aan H. M. Vergoosen, te Roermond,
en M. G. Belgers, te Linne, beiden sluis- en
stuwmeester;
op verzoek eervol ontslagen mr. V. H. Rut
gers, lid van de Rijkscommissie van Advies in
zake het bibliotheekwezen;
verplaatst van het kantoor Leeuwarden bui
tengemeenten naar het kontoor Oud-Beyer-
land de ontvanger der directe belastingen en
accijnzen J. Kingma
benoemd tot tijdelijk adjunct-accountant bij
den dienst der directe belastingen te Rotter
dam voor kantoor A. Kammer, te Rijswijk;
benoemd tot notaris te Schijndel J. F Baggen,
candidaat-notoris te Katwijk aan den Rijn;
toegekend de zilveren eere-medaille der
Oranje-Nassau-orde aan J. B. Knake, opzichter
van gronden toebehoorende aan de familie Von
Schuylenburch, te Hoog-Keppel;
benoemd bij het reserve-personeel der land
macht bij het wapen der artillerie tot reserve-
tweedc-luitenant-wnarnemer bij de Luchtvaart-
afdeeling de reserve-sergeanten J. C. van der
Vloodt, D. J. R. Beugeling en J. L. den
Boesterd, allen van de Luchtvaartofdeeling;
op verzoek eervol ontslagen den reserve-
cerstc-luitenant W. Vrijlandt, van het korps
Luchtdoel-artillerie, en eervol ontslagen .we
gens lichaamsgebreken de reserve-officier van
gezondheid 2e klasse D. W. Teeuwsen, van het
personeel van den Geneeskundigen Dienst der
Landmacht.
KONINKLIJK BEZOEK AAN LIMBURG.
De eerste dag.
Te een uur Dinsdagmiddag is de Koninklijke
familie met een extra-trein uit het Loo aan de
halte Linne aangekomen tot het brengen van
een driedoagsch bezoek aan een gedeelte der
provincie Limburg.
Te Linne.
Aan de halte Linne werd de Koninklijke fa
milie begroet door den Commissaris der Ko
ningin in de provincie Limburg, Mr. E O. J.
M. Baron van Hövell tot Wester flier.
Onmiddellijk werd met auto's naar den stuw
in de Maas gereden voor de onthulling van den
gedenksteen ter herinnering aan het gereedko
men van den eersten stuw voor de Maaskana
lisatie. In ongeveer tien minuten werd de Mans
bereikt.
Bij den stuw werd H.M. begroet door den
Minister van Waterstaat, Ir. M. C. E. Bon-
gaerts. Verder waren aanwezig ingenieurs,
werkzaam aan de Maaskanalisatie, de burge
meester van Linne, de heer J. M. van Geldrop
en andere plaatselijke autoriteiten.
Schoolkinderen stonden opgesteld en be-
gToetten de Hooge gasten met het zingen van
een speciaal voor deze gelegenheid vervaar
digd lied, terwijl het Harmoniecorps irit Linne
muziek ten gehoore bracht.
Twee meisjes, leerlingen van de openbare
en bijzondere school, boden H.M. bloemen aan.
De Minister van Waterstaat, Ir. Bcngaerts,
verzocht daarop H.M. de Koningin den ge
denksteen, aangebracht ter herinnering aan het
gereedkomen van den eersten stuw voor de
Maaskanalisatie te oi\thullcn.
Rede minister Bongaerts.
De minister hield daarbij de volgende rede:
„Majesteit,
Het is met verlof van Uwe Majesteit, dat ik
er-rbicdig het woord neem om de beteekenis
van deze stuw voor de welvaart van Nederland
met enkele korte opmerkingen in het licht te
stellen. Vooraf zij het mij vergund uitdrukking
te geven aan de gevoelens van dankbaarheid
jegens U. M. waarmede de Rijkswaterstaat, in
al zijn rangen en geledingen is bezield voor de
hooge eer van het bezoek, dat U. M. heden, in
tegenwoordigheid von Z. K. H. de Prins der
Nederlanden en van H. K. H. Prinses Juliana,
aan een der groote Waterstaat werken heeft
willen brengen. Ik moge die gelegenheid aan
grijpen om U, M. bij hernieuwing de verzeke
ring te geven van. do eerbied cn de aanhan
kelijkheid aan U. M. en aan Uw Doorluchtig
Huis van hen, die bij dezen, ook in historisch
♦opzicht zoo belangrijken tak van Rijksdienst in
volhardenden arbeid en trouwe plichtsbetrach
ting hun levenstaak hebben gezocht en heb
ben gevonden.
Waren het in de vorige eeuw de werken en
maatregelen tot voorkoming en beperking-van
overstroomingen, die voce een zeer groot deel
het doen en laten van den Rijkswateistaat be-
heerschten, sedert het wonen in de loge lan
den bij de zee dank zij de uitgevoerde rivier-
vèrbcteringen, ook bij hoog opperwatcr en ijs
gang veilig is gesteld en zelfs de periodieke
overstroomingen zij het op enkele uitzon
deringen na tot het verleden behooren, wordt
het karakter der groote Waterstaatswerken
grootendeels vee'eer eenerzijds door de be
hoefte aan uitbreiding van cultuurgrond en an
derzijds door de eischcn van het verkeer, wel
licht in het bijzonder dan van het internatio
nale verkeer en vervoer. De stuw alhier is bij
uitstek een scheepvoortwerkzij vormt, met
de daarbij behoorende schutsluis, een op zich
zelf staartd onderdeel van de Maaskanalisatie,
waarmede' wordt beoogd, de Limburgsche Maas
bevaarbaar te maken voor do groote rivier-
vaart, voor sleeptrcinen met z.g. 2000 tons
Rijnaken. Door de kanalisatie van de Maas en
den aanleg van de daarmede in verbond staan
de groote kanalen in binnen- en buitenland, zal
aan de Nedcrlandsche kolenmijnen de gele
genheid worden geboden, haar producten naar
Noord en Zuid te water de vervoeren, wordt
het gebied van de Maas opengelegd als ach
terland voor de Nederlandsche zeehavens cn
wordt aan handel en nijverheid in Nederland
een nieuwe groote verkeersweg geboden, ten
bate van hun betrekkingen onderling en niet
die in het stroomgebied van de Maas. Hierbij
is het oog gericht op goedkoope vrachten,
voornamelijk voor massa-goederen.
Daarnaast worden voor landbouw, handel en
nijverheid in Limburg zelf nieuwe factoren van
ontwikkeling verzekerd. Toen, nu ongeveer
een eeuw geleden, de Zuid-Willemsvaart was
gegraven, kwam Limburg vrijwel geïsoleerd
van de doorgaande verkeerswegen te liggen.
Dat klemde te meer toen enkele tientallen ja
ren later vanwege de kanalisatie der Maas in
België en Frankrijk en vervolgens als uitvloei-
se] van het Belgische-Nederlandsche Maastrac-
taat de voor de Limburgsche Maas tot afstroo
ming komende hoeveelheden water, vooral in
droge perioden, telkens nadeclige wijziging on
dergingen de Maas zelf ah scheepvaartweg
werd toen hoe langer hoe minder bruikbaar.
Eindelijk accentueerde zich de moeiijke poli
tieke ligging van Nederland's zuidelijke pro
vincie meer en me?r, naarmate de naburige
grenzen, vooral na den Fransch-Duitschen
oorlog van 1870'71, dichter gesloten werden
voor den afzet van Limburgsche nijverheids
producten. Nog zeer onlangs werden de Duit-
sche grenzen feitelijk gesloten voot de Lim
burgsche kolen, waardoor het van oudsher na
tuurlijke afzetgebied van de oudste mijnen ver
loren dreigt te gaon.
De verarming dezer streken kon niet uitblij
ven industrieele onderneming en onderneming
ging te niet, vooral op het "gebied van de tex
tielindustrie en de papierindustrie, terwijl de
landbouw een tijdperk van groote depressie
had te doorworstelen, Vele handenarbeiders
waren gedwongen over de grenzen te gaon om
hun dagelijksch brood te verdienen en menige
hoofdarbeider moest, na volbrachte middel
bare of hoogere studies zien elders een werk
kring zien vinden. In Limburg waren vele bron
nen van bestaan en van welvac» t opgedroogd
Dank zij de Maaskanalisatie zal dat anders
worden; in plaats van in een dooden hoek zei
Limburg komen te liggen aan een hoofdver
keersweg te water, die eenerzijds verbinding
zal brengen met het net van rivieren en kona
len in Ned. en met de Noordzeehavens en an
derzijds met het net von groate waterwegen in
West-Europa. Nieuwe bestaansmogelijkheden
voor landbouw, handel cn nijverheid gescha
pen, die rijke beloften voor een betere toe
komst inhouden, vooral voor uitbreiding op
ruime schaal van de werkgelegenheid in ulle»
rangen en standen der maatschappij.
In het bijzonder geldt dit vooi de stuw te
Linne, die de sleutel is van den toegang naast
de'kanalen. Welke links en rechts de scheep
vaart naar Zuid, naar Oost en West moeten
voeren die de mogelijkheid schept om een
tijdelijke kolenhaven bij Maasbracht aan te
leggen, om straks het kanaal Wessem-Neder-
weert te opencn„om het Julionakanaul te gra
ven cn om aan die ^roterwegen wellicht later
andere (oe te voegen.
De beteekenis van deze eerste stuw der
Maaskanalisatie is zoo groot, dot de Regeering
dc hoop heeft durven koesteren, dot het Uwe
Majesteit moge behagen de indicnststelling van
deze stuw in Hoogsteigen persoon te willen
verrichten. Ik moge mij thans «tot tolk maken
van de regcering om Uwe Majesteit eerbiedig
uit te noodigen daartoe te willen overgaan.
De steen, die door H.M. de Koningin ver
volgens werd onthuld, draagt als opschrift
DEZE STUW IS DOOR
HARE MAJESTEIT
KONINGIN WILHELMINA
DER NEDERLANDEN
IN DIENST GESTELD IN
DE MAAND OCTOBER 1025.
Te kwart voor twee vertrok de Koninklijke
familie met gevolg, waarbij de Commissaris der
Koningin Mr. Baron van Hövell tot Westerflier
zich had aangesloten, van den stuw.
Onder groote belangstelling van dc zijde der
bewoners werd door het versierde dorp Linne
gereden en den weg naar Roermond ingeslagen.
Tc Roermond.
Ongeveer twee 'uur kwamen de Koninklijke
bezoekers aan de Kapellerpoort te Roermond
aan, begroet door saluutschoten en klokgelui.
Langs den koristen weg werd door de feestelijk
versierde stad naar de Markt gereden.
Daar stond een groot aantal verecnigingen
uit de stad en omgeving opgesteld.
De geheele weg naar de Markt cn von daar
naar het Station, welke H.M. bij haar bezoek
passeerde, was versierd met eerepoorten,
groenversiering, guirlandes en wimpels.
De Markt zelf had een schitterende koepel-
versiering over de geheele oppervlakte. Meer
don 25Ó0 lampions waren aangebracht, die
vanavond zullen worden ontstoken.
Het Stadhuis was geheel met groen, bloemen
cn vlaggen versierd.
Toen de auto's de Markt opreden, liet de
Koninklijke Harmonie von Roermond het Wil
helmus hooren, dut door de op het plein aan
wezige personen werd medegezongen.
Voor het Stadhuis hielden de autos stil.
Aon den voet van het bordes werd H.M. de
Koningin begroet door den burgemeester van
Roermond, den heer J. L. Th. Sanders.
Namens de gemeente werden bloemen aan
geboden aan H. M. de Koningin en H K. H.
Prinses Juliana.
Daarop begaven* allen zich naar de boven
zaal van het Stadhuis. Hier werden verschil
lende personen aon H.M. de Koningin voorge
steld.
Rede von den burgemeester van
Roermond.
Dc burgemeester von Roermond, de- heer J.
L Th. Sor.ders, sprak daarop de volgende rede
uit
„Mevrouw,
Het is mij een onvergetelijk voorrecht met
vergunning van Uwé Majesteit uit naam van
den gemeenteraad het woord tot U te mogen
richten. Met innige vreugde vernam de bevol
king dezer stad de tijding dat hoor de eer te
beurt zou vollen van Uw Koninklijk bezoek.
Deze vreugde wordt nog vergroot nu U ver
gezeld is door Zijne Koninklijke Hoogheid den
Prins der Nederlanden en hare Koninklijke
Hoogheid Prinses Juliana. Wel had Roermond
laatstelijk den 5cn Januari 1915 het voorrecht
U binnen zijne muren te zien, doch dc tijden
waren toen er niet naar om ten volle uiting
te geven aan uitbundige vreugde en geest
drift. Toen trok U het Koninklijk moederhart
naar onze jongens, die gereed stonden om
alle eventuele gevaren van ons dierbaar va
derland af te weren, welke met Gods hulp ge
lukkig werden afgewend door Uwe wijze cn
krachtige leiding. Thans zijn de tijden geluk
kig zoo veranderd, dat de Roermondsche bur
gers met verlicht gemoed uiting kunnen gevet»
aan hun geestdriftige vreugde om daardoor ie
toonen hoe zij één zijnen één willen blijven met
Oranje en Nederland. Mevrouw roep ik uit
naam der burgerij en Raad een eerbiedig en
hartelijk welkom toe. Uwe Majesteit Zijne
Koninklijke Hoogheid den Prins der Neder
landen en Hare Koninklijke Hoogheid Prinses
Juliana breng ik ook allerecrbiedigst dank voor
Uw koninklijk bezoek. Met den vurigstcn
wensch voor het voortdurend welzijn van Uwe
Majesteit en Uw Koninklijk Huis en ik moge
dezen wcnsch bekrachtigen met de bede, welke
eiken Zondag in onze kerken ten hemel stijgt:
Dominc Solvom fac reginam nostram.".
Huldcbetooging der burgerij.
Het gezelschap begaf zich vervolgens naar
het botdes ter bijwoning van de uitvoering
„Pyramide Oranjo Boven I" door dc Scherm
en Gymnastiek verccniging Kracht cn Vriend
schap te Roermond.
Daarop volgde een zorvghulde von de Konink
lijke Zungvereeniging Rocrmonds Mannen
koor: Salvom fac reginam nostram, met bege
leiding.
De Koninklijke Harmonie, de Koninklijke
Zangvereeniging Roermonds Monnenkoor en
de Heeren Putmecsters der Stad Roermond
brachten de Vorstelijke bezoekers vervolgens
een bloemenhulde. Tenslotte defileerden de op
de Markt opgestelde vereenigingen.
De vaaryJèldragcrs verlieten tijdens het de-
filé hun .plaatsen in den stoet cn stelden zich
na gebrochten groet ter «zijde van het bordes
op. Een gezamenlijke vaondelhulde, tijdens
welke de Koninklijke familie het vierde cou
plet van „Limburg mijn Vaderland I" werd
toegezongen, onder begeleiding van dc Konink
lijke Harmonie, besloot de grootschc huide-
betooging der burgerij.
Tegen kwart over drie vertrokken de Hóóg®
bezoekers van het Stadhuis. Langs den koristen
weg werd door de arbeiderswijk naar het
Station ,gcredcn. Op het Stationsplein .stonden
ongeveer 1500 schoolkinderen opgesteUL Toen
H.M. uit de auto gestapt was, zongen de kin
deren een couplet van het lied „Blijd
schap hceischt nu allerwegen". Namens de ge
zamenlijke schooljeugd werden non H.M. de
Koningin en H.K.H. Prinses Julionu boemen
aangeboden.
De Hooge Gasten namen dflarop afscheid
van de stedelijke autoriteiten cn te half vier
vertrok de Koninklijke trein naar Maastricht.
De feestelijkheden te Roermond waren hier
mede echter niet geëindigd. Tc vier uut wer
den, als inleiding van de avondfeestelijkheden
op verschillende plaatsen der stad reclame-
bommen afgeschoten. Te zeven uur vangt ccn
groot vuurwerk op de Stodsweide aan, terwijl
van acht tot elf uur de Munsterkerk door tien
schijnwerpers wordt velicht. Duizenden lam
pions en electrische lompen zullen vanavond
Roermond illumineeren. Om negen uur wordt
een „muzikale wandeling" door de stad gehou
den. t
Tc Maastricht.
Te 4.Tl uur arriveerde Dinsdagmiddag de
Koninklijke trein te Maastricht. Toen de trein
binnenreed, begonnen alle klokken der stad,
als een welkom aan de Koninklijke familie, te
luiden, terwijl tegelijkertijd het eerste van de
101 kamerschotcn op den Maasmolendijk werd
gelost.
Op het perron stond dc Koninklijke Har
monie en toen de Hooge bezoekers den trein
hadden verloten, liet deze het Wilhelmus van
Nassouwc hooren. De burgemeester Mr. L.
B. J. van Oppen en andere outoritciten waren
ter begroeting aanwezig.
Nodat eenige heeren aan H.M. waren voor
gesteld, inspecteerde H.M. dc Koningin de
eveneens op het perron opgestelde ecre-wacht
Bij het binnentreden der hal van het Sta
tion zong de Muastriichtsche Staer een strophe
van het Wilhelmus en van Limburg mijn Va
derland I
Toen H.M de Koningin het Station verliet
en de stad binnentrad, welke zij sinds 1903
niet meer officieel bezocht, klonk bazuinge
schal ter aankondiging van de heugelijke ge
beurtenis.
Op het feestelijk versierde Stationsplein stond
recht tegenover den uitging het muziekcorps
„Kunst door Oefening" opgesteld. Zoodro de
bazuinblazers den volke kond hadden gedaah
van de aankomst van de Vorstin, speelde het
muziekcorps het „Wien Ueerlondsch Bloed".
Toen begon de feestelijke intocht der Konin
klijke familie in de hoofdstad van Limburg.
Onder luide toejuichingen van het in grooten
getale opgekomen pubb'ek, zette dc stoet, in
welke ook de burgemeester en de Commissa
ris van politie meereden, zich in beweging.
Langs de Stationsstraat, Wijker Brugstraat,
Maasstraat, Burgstraat, Kleine Stoat, Groote
Staat, Vrijthof, St. Jacobstraat en Papcnstront,
werd naar het Gouvernementsgebouw gereden.
Op verschillende «plaatsen stonden muziek
corpsen opgesteld, die bij het passeeren von
den stoet vadcrlondsche liederen lieten hooren.
De geheele intochtswcg was rijk met vlag
gen en groen versierd. Op het middenvak der
Stationstraat waren delegaties van Maastricht-
sche verecnigingen met vaandels opgesteld.
Gedurende den tocht werd eenige molen holt
gehouden om H.M. de Koningin cn Prinses
Juliana bloemen te doen aanbieden.
Longs den gehoelcn weg naar het Gouver
nementsgebouw stonden in grooten getale in
woners van Maastricht cn omliggende plaat
sen om hun Londsvorstinnc te begroeten.
Bij hc ouvernementsgeboirw stond do
Zangvereeniging de Lauwerkrans opgesteld,
die bij aankomst van den stoet eenige liederen
ten gehoore bracht. Dc wacht van het Gouver
nementsgebouw wordt betrokken door dc Mi
litaire Politie.
Men meldt ons nader uit Maastricht:
Het heeft den gehcclen dag geregend. Op
het perron van het station was do Burgemees
ter ter ontvangst onnwezig. Daar werd tevens
do eerowocht der Limburgsche Jagers gein-
spectcerd. In de vestibule werden de Kon. gas
ten door de „Maostrichtsche Staars" toegezon
gen, waarna H. M. de Koningin zich enkel®
oogonblikken met den president der vcreeni-
ging onderhield.
Overal was veel enthousiasme cn gejuich.
Ook worden bijna overal bloemen oongibodcn.
Op het balcon van het Gouvernementsgebouw
verschenen de Kon. gasten nog eens, hetgeen
een minuten lang gejuich tengevolge had.
LEGERORDERS.
Geneeskundig onderzoek van
reserve-personeel.
Een binnenkort te verwachten Legerorder
bevat eene Ministerieele beschikking betref
fende hot Geneeskundig onderzoek van reserve-
personeel.
In herinnering wordt daarin gebracht, dat
reserve-hoofdofficieren en reserve-subalterne
officieren, zoodra 7.\] onderscheidenlijk den 60-
jarigen en den 56-jarigen leeftijd hebben be
reikt, aan een militair geneeskundig onder
zoek nopens hunne geschiktheid voor don
dienst bij de reserve moeten worden onderwor
pen.
Op overeenkomstige wijze moet worden ge
handeld ten opzichte van reserve-onderoffi
cieren by het bereiken van den 56-jarigen leef
tijd.
Voor hen, die bij dit onderzoek geschikt wor?
den bevonden, moet het onderzoek telkenmale
om do twee jaar worden herhaald.
De desbetreffende geneeskundige verklarin
gen moeten vergezeld van een adres, aan het
Departement van Oorlog worden toegezonden.
Een binïienkórt te verwachten Legerorder
bevat een Ministerieele beschikking betreffen
de Hulpinstructeurs, waarin wordt medege
deeld dat de gelegenheid om een verbintenis
als hulp-instructeur aan te gaan overeen
komstig het bepaalde in L. O. 1925 nr. 352 op
31 December 1925 gefloten wordt.
Voor alle dienstplichtige onderofficieren, die
in het tijdvak van 1 October 1925 tot en met
31 December d. a. v. tot het sluiten eener ver
bintenis als hulp-instructeur worden toegela
ten, eindigt het dienstverband op 1 April 1928.
Dienstplichtige onderofficieren, behoorendo
tot de lichting 1922, komen niet meer voor het
sluiten eener verbintenis als hulpinstructeur in
aanmerking.
DE NEDERLANDSCHE HANDELS
BALANS 1925.
Het Centraal Bureau voor de Statistiek deelt
roede, dat de waarde (zonder goud en zilver)
van den invoer heeft bedragen in September
1925: 194; in Augustus 1925: 192; in Septem
ber 1924: 190; in Januari t.m. September 1925*.
1.797 en in Januari t.m. September 1924: 1.708
mill. gld.
De waarde van den uitvoer bedroeg in Sep
tember 1925: 178* in Augustus 1925: 174; in
September 1924: 163; in Januari t.m. Septem
ber 1925: 1.355 en in Januari t.m. September
1924: 1.192 mill. gld.
Het saldo-invoer had in de- maanden Januari
t.m. September 1925 een waarde van resp. 70 6,
60.5, 57.5, 49.4, 47.6, 59.1, 62. 13 3 en 16 7 mill,
gld.; totaal voor Januari t.m. September 1925:
441.08. voor Januari t.m. September 1924: 516.7
mill. gld.
Voor verdere bizonderheden wordt \'erwezen
naar de ATaandstatistiek van den in-, uit- en
doorvoer, die eerst ongeveer den 24en October
a.s. zal verscfiïji^n en aan het Centraal Bureau
voor de Statistiek verkrijgbaar is, bij vooruit
betaling van f 0.75 per aflevering, f 6.75 per
jaargang (inclusief porti).
er
Zijt ge niet geroepen tot groote daden, doe
dan het kleine getrouw.
Uit het Engelsch van Baronesse ORCZY.»
(Geautoriseerde vertaling van A. T.)
34
Het was, nu, nu op dit uur, op dezen
schitterenden zomerdag, dat zij verlangde naar
liefde, naar iets liefs en teeders, dat haar in
beschermende plooien zou hullen, weg, ver weg
van strijd en haat en wreedheid, en haar zou
voeren naar een verwijderde, eenzame kust,
waar zij alles kon vergeten en alleen voor naar
liefde kon leven. In haar hart voelde zij een
oneindige teederheid, die door het noodlot on
vruchtbaar gemaakt werd, een macht tot zelf
opoffering en aanbidding» die alle machteloos
gemaakt waren door een vijandig lot. Overal
rondom haar nestelden de vogels, de lucht was
vervuld van het gegons der insecten, en de
rozen boden hun geurige kronen aan om door
de bijen gekust te worden. Overal rondom haar
was leven, leven en liefde, de schoonheid van
den hemel en de vlokkige, luchtige wolkjes; de
schoonheid van den dauwdruppel op de meel
draden der waterleliesde schoonheid van sta
tig riet, dat zich boog onder de liefkoozing van
den westenwind; en een hevige pijn, een woest
verlangen, vulden haar hart zoo, dat een snik
in haar keel opsteeg en de tranen in haar
oogen kwamen. Een verlangen? Zij wist nauw
keurig naar wat; zij strekte alleen haar armen
uit en sloeg ze heftig over haar jonge borst.
2.
De droevige roep van het korhoen klonk;
trillend door de warme, stille lucht. Barbara
opende haar oogen en keek droomerig om zich
heen. Eerst had zij gedroomd dagdroomen
gedroomd en verlangd. Daarna moest zij in
slaap gevallen bijn. Het was vroeg in den na
middag geweest, toen zij voor het laatst de
muren van het kasteel gezien had, dichte
schaduwen hadden over den rozentuin gele
gen en de middagzon had het #water van de
gracht in een vlak van schitterende diamanten
veranderd. Nu verborg de enorme omvang van
het kasteel de ondergaunde zon, boven haar
hoofd was de lucht één -massa von vlokkige,
gouden wolken, waar strepen van zacht blauw
tusschen doorgleden; do muren van het kas
teel verhieven zich grimmig en donker met
sleqhts één punt op hun oppervlakte, dat als
een edelsteen schitterde, daar hoog in den to
ren, waar een open raam ,een v4irige vonk van
de zonnestralen opving. Barbara maakte zich
los van den zaligen droomtoestand, die haar
in slaap gemaakt had, en zij was boos op zich
zelf, dat zij dan kostbaren tijd had laten voor
bijgaan. Te oordeelen naar de schaduwen,
meest het nu dicht bij zes uur zijn, en zij was
van plan geweest gauw daarna te paard uit
te gaon, om Jim te zoeken. Snel greep zij de
riemen en stootte of van onder den wilgen
boom. Terwijl de boot geluidloos in het open
water gleed, keek zij toevallig recht naar de
muren van het kasteel. Later zeide zij altijd,
dat het Gods wil was geweest, dat zij toen
juist opgekeken had. Anderen zeide. dat het
het noodlot was, maar Barbara geloofde in
God, en dat Hij het alleen was die haar lot
leidde. Zij geloofde, dat God op dat oogenblik
haar oogen aanraakte en ze naar de muren
van het kasteel keerde naar den toren van
d'*n westelijken trap, en vandaar naar het^ven
ster van deraadkamer, vlak onder het dak,
zestig voet of meer boven den grond; de ka
mer, die.di^n heiligen schat de brieven des
Konings, bevatte. Een deel van het raam was
Konings, bevatte.
Een deel van het raam was open, en
een kleine ruit in dat gedeelte had een
straal van de zon opgevangen en glin
sterde als een vurige opaal. Barbara, even.
verblind door het schitterende licht, vroeg zich
verhoasd af, waarom dat raam open zou zijn,
en het volgende oogenblik zog zij iets zich
naar boven bewegen, tusschen het raam en
het dak daar boven iets katachtigs, snel en
vast op zijn voeten, dat langs dien stijlen
muur klom, waarop geen menschelijk wezen
een plaats voor zijn voeten zou gevonden heb
ben. Een paar seconden later was het visioen
verdwenen tusschen de twee puntige uiteinden
boven aan den toren; maar Barbara was niet
langer in twijfel wat het was, dat zij gezien
had. De raadkamer, het open raam 1 de ge
vaarlijke inklimmingGeen katachtig wezen,
maar een man had zijn leven op dien grim-
migen steilen muur gewaagd, om de brieven
des Konings te stelen. Een man eèn spion I
de man met de hand met het lidteeken, wiens
verderfelijk pad Barbara tweemaal gekruist
had, maar die, zoo het scheen, haar ten slotte
zou overwinnen.
De gedachte aan dit alles, de afschuw, de
vrees overviel haar als een donderslag. Hoe
veel tijd en kans zij had om den vijand mees
ter te worden, kon zij niet berekenen. Alles,
wat zij doen kon, was handelen. Zij roeide vlug
naar den wal en enkele oogenblikken later
vloog zij den rozentuin en het huis binnen.
Aan den eersten soldaat, dien zij zag, gaf zij
dringend bevel kolonel Scrape op te zoeken.
Ge'ukkig wos hij in de hal! met majoor Lavell.
Barabara had sléchts een paar oogenblikken
noodig, om hem te vertellen, wat zij gezien had-
Plotseling werd het kasteel levendig door ge
luiden en beweging. Barabara met majoor La
vell onmiddellijk aqhter haare was de eerste,
die het portaal voor de raadkamer bereikte.
De schildwacht had niets gehoord of gezien;
bij "vluchtige beschouwing scheen de kamer
zelf onaangetast, behalve dat het westelijke
venster van buiten opengewrongen dat de -kist
von den Koning opengebroken was en de ihoud
cr van verdwenen was. Scrape had reeds eenige
van zijn soldaten naar het dak gezonden, en
andccn om het terrein te doorzoeken naar
sporen van den vluchteling. Er kon geen twij
fel aon bestaan, dat dc dief de gracht was
overgezwommen, waarschijnlijk dicht bij de
bouwvallen van het oude poortgebouw, waar
de afstond het smalst was; toan was hij naar
het dak geklommen langs het klimop, dat aan
dezen kant dicht was en dat de duidelijke spo
ren van zijn tocht droeg aan de gescheurde
takken en vernielde slingers, en was verder
gekropen, tot hij den top van den westelijken
toren bereikte. Hier hod hij zich door middel
van een touw laten zakken tot het raam van
de raadkamer en toen hij zijn doel bereikt
had, was hij langs denzelfden weg terugge
gaan, dien hij gekomen was. Het touw. lag nog
op het dak tusschen de twee punten, als een
stomme getuige van dit. verbazende waagstuk,
dat uitgevoerd was.
De man had met één hand aan het touw ge
hangen, terwijl hij het venster met de andere
openwrong, en was toen in de kamer ge-
zrwaaid; en de terugkeer het naar boven klim
men, moest nog gevaarlijker geweest zijn. Zij,
die uit het kamervenster naar beneden keken,
zestig voet diep, schudden hun hoofd van ver
bazing. Dé ruime, ingewikkelde, gekantcelde
daken van Broughton bewaarden echter zorg
vuldig het geheim von do vermetelen waag
hals; noch hier, noch in de tujnen kon het min
ste spoor van hem gevonden worden. Slechts
eenmaal scfieen het Barbara, toen zij uit een
der torenvensters keek, dat aan den anderen
kant van de gracht het riet zich bewoog op een
wijze, alsof het door iets sterkers dan een bries
je geschiedde, en het scheen hoor alsof tus
schen het -hooger grt^s door een paar oogen
haar aankijken. Aankeken 1 Het wos niets dan
het visioen van een oogx*nblik en in minder
don een seconde was het paar oogen verdwe
nen; alleen het riet trilde weer, als door dc aan
ruking van een bevende hand. Toen zij de aan
dacht van een deT mannen op de plek gevestigd
had, stond het riet weer onbeweeglijk.
HOOFDSTUK VI.
I. Zondsondergang.
Toen het tenslotte bleek, dat de nasporing
vruchteloos was, daalde er een stilte als die
des doods over het kasteel neer. Do soldaten,
durfden ternauwernood met elkander te praten,
zij zaten alleen in groepen, zwijgend, vol vrees,
dat enkelen of misschien allen verantwoorde
lijk gesteld zouden worden voor de vrceselijke
gebeurtenis. De officieren liepen ook zochtjes
rond, en wcnschten overal, behalve op het
kasteel Broughton te zijn. Kolonel Scrape was
een man, die voor deze ramp een zondebok
zou vinden ten koste van alles, zelfs von de
gerechtigheid. Dat een zekere mote van zorge
loosheid de eerste oorzaak van het onheil was,
kon niet ontkend worden, maar toen alles ge
zegd cn ieder argument aangevoerd was, bleef
het een feit, dat het gebleken was, dat dertig
paar oogen niet voldoende waTen om de wacht
te houden over iederen hoek van het groote en
onregelmatige gebouw. IedeTe mogelijke toe
gang tot de raadkamer was zorgvuldig be
waakt, behalve den eencn, dien men ontoegan
kelijk voor een menschenvoet geacht had. Ko
lonel Scrape en zijn officieren hadden iedere
mogelijkheid overwogen, behalve dat een man
een afschuwelijken dood zou wagen om zijn
doel te bereiken.
(Wordt vervolgdh
v
