y u u Permanent Waving I B I MAISOM VAN EIMEREN ESke lepel helpt S.H. MASSA. Havik 41, Tel. 292 I® Z z«c 3 RECLAMES. Prijs 13 recels f 1 55 Hke recel moer f 0.50 m 11 II Onze Advocaat onderscheidt zich door haar bijzonder fijnen smaak. Zi| heeft iets geheel eigens. U knot haar herkennen tusschen vele andere soorten. Wanneer U Uwen gasten onze Advocaat offreert, zullen zij Uw ge- Inkkigo keuze waardeeren. i I I i i i I i i I i i i I I I I I t-Saarkundigen WIJERSSTRAAT14 - TEL, 205 Amersfoos-t om Uw ontstoken keel te verzachten en die afmattende hoestprikkel weg te nemen Akker'» Abdijsiroop dankt haar snel werkende geneeskrachtige eigenschappen aan de kruiden' extracten in haar samenstelling. Stilt als bij tooverslag de hevigste hoestbuien en verruimt de borst! oordceligeii hen ook de gemeenschappelijke belangen, die er tusschen naburige gemeenten bestaan, aan 'beteekenis gewonnen. In verhoogde mate geldt dit voor die gebieden waar een toenemende be volkingsconcentratie te consteteeren valt. In den laatsten did schijnt vooral de drang naar buiten te ovcrheerschen. Het snel aantal goedkoope landhuizen, villa- en tuinwijken enz. spreekt een duidelijke taal, de verbeterde verkeersmiddelen maken afstanden en afgele genheid, steeds minder bezwaarlijk, het foren senwezen ontwikkelt zich in steeds breeder kringen. Dit alles heeft vele belangentegenstellingen in het leven geroepen tusschen de stad en haar aantrekkelijke omgeving, maar daarnaast zijn belangen ontstaon, die, niet bij de staatkun dige grenzen ophouden, maar ver daarover heen de gansche streek betieffen. Tot nu toe heeft men in de moeilijkheden trachten te voorzien door ruwweg gedeelten van de om liggende gemeenten bij de stad in te lijven, maar deze eenvormige, onbehouwen hak- en snoeimesmethode stuit op een steeds groeiend ernstig verzet. Groote gecentraliseerde mon stergemeenten zijn volkomen verwerpelijk; ter- wille van enkele gemeenschappelijke belangen wordt zoodoende tekort gedaan aan de begin selen der zoo heilzame territoriaal staatkun dige decentralisatie, het eenige stelsel van hé- stuurinrichting waardoor de historisch gevorm de verscheidenheid der gemeenten, eigen plaatselijke behoeften, eigen plaatselijke eigen aardigheden tot hun volle recht kunnen ko men. Daarenboven wordt in ter zake bevoegde kringen verdere uitbreiding van steden onge- wenscht geacht, op de internationale stede- bouwkundige congressen wordt met klem van redenen op decentralisatie der bevolking aan gedrongen. Verspreiding in verschillende, kleine gezonde kernen met eigen zelfstandig bestaan geeft ieder individu meer gelegenheid tot ontwikkeling en welzijn te komen. Zoo ooit dan is dus thans de tijd rijp om naar een andere en meer bevredigende oplos sing van het vraagstuk uit te zien. De „gewes telijke plannen" zijn thans aan de orde van den dag, een wettelijke regeling is ontworpen door een Commissie, benoemd door de Verecni ging van Nederlandsche Gemeenten en het Nedtrilandsch Instituut voor Volkshuisvesting en Stedebouw, welke a.s. Zaterdag op een spe ciaal hiervoor samengeroepen congres le Am sterdam besproken zal worden. Zien wij goed, dan is hier de weg aangewezen, om voortaan de onbillijkheid, de rechtsonzekerheid, de on rust, de verbittering, de kapitaalvlucht. de ka pitaalvernietiging, waartoe onnexatiedreiging zoo -"imschoots aanleiding geeft, te vermij den .Wonneer nu gewestelijke plannen tot stand komen en dus niet langer het belang van één bevooroordeeld centrum, maar enkel het belang van het gewest bij te nemen maatre gelen den doorslag gaat geven, dan zal an nexatie Theestal onnoodig en ongewenscht blij ken. Het verlangen naar het verouderde an nexatie-systeem zal zoodoende verdwijnen en mocht bij uitzondering grensuitbeiid'ng toch nog onvermijdelijk zijn dan is een betere waarborg geschapen voor een werkelijk objec tieve, onpartijdige beoordeelin' DE MOORD OP DEN MAKELAAR BUSCH. De (jende proce^dag. De Vierde Kamer der Rechtbank te Amster dam heeft gisteren weer hervat de behandeling van de zaak tegen Morcelis Muylwijk, in ver band met den in 1915 op den koopman Busch gepleegden moord. Hoewel verleden week de verdere behande ling der zaak op verzoek van den subst. offi cier van justitie mr. Reilingh, werd uitgesteld, in verband met nieuwe feiten, welke meer licht op de zaak zouden kunnen werpen, werd bij den aanvang der zitting omtrent deze ge ruchten niets meer meegedeeld. President mr. Eekhout, stelt wel den beklaag de weer eenige vragen, n.l. betreffende eene schriftelijke verklaring, die bekl aan Busch gegeven had voor een bedrag van 1000.—. Dit was een gedeelte van de 2600.die Busch van Muylwijk moest hebben. Beklaagde beweert niet alles op een hon derd gulden nauwkeurig te kunnen nagaan. Hij zegt niet precies te kunnen opgeven, of de ver klaring er hetzelfde uitzag als een vorige. De president maakt den beklaagde er op merkzaam op, dat deze in anderen zin heeft verklaard. „Trekt U nu die verklaring van vroeger in vraagt de president. Beklaagde„Ik trek niets in. Als U mij 14 dagen tijd geeft, om in dien tijd alles te kun nen nagaan, kan ik U helpen. In mijn dagboek heb ik de waarheid gezegd". President „Waarom hebt U niet eerder meegedeeld, dat U niet precies alles meer weet". Beklaagde„Ik ben in de war geraakt. Er komt ook zooveel bij". President,,'t Gaat er niet om U in de war te brengen". De president vraagt nog den beklaagde of deze zijn verklaring volhoudt, dat het bewuste accept voor Busch op 7 of 8 September 1915 was geteekend. Beklaagde „Dat kan ik niet precies zeggen Het kan een paar maanden eerder of later ge weest zijn". President: „Dat is alweer wat anders- Ik zal voorlezen wat U vroeger verklaard heelt". Nadat dit is geschied, deelt beklaagde mede een accept van 1375 te hebber, gegeven. Hij weet echter niet of hij dit accept een paar dagen of maanden vóór of na 7 September 1915 moest betalen. President „Reeds op de eerste zitting hebt U met stelligheid verklaard, dat het op 8 September wes. Een andere zaak Houdt U vol, dat U toen U Busch bij de keel greep, geroepen hebt „Jij ellendeling, wou je mijn vrouw nog meer verdriet aandoen Beklaagde (heftig)„Toen Busch op den grond lag, heb ik geroepen„Jij ellendeling, wou je mijn vrouw nog meer verdriet aan doen f" President„Ik zal U nu voorlezen, wat Uw vrouw Jannetje de Ridder, hier in de zitting met gesloten deuren heeft verk-aard". Blijkens het verbaal, dat de president daarop voorleest, heeft de vrouw van Muylwijk ver klaard, dat Busch, die wel eens bij beklaagde thuiskwam, haar nooit lastig heeft gevsllerf. Hij vroeg nooit om geld en getuige noemde het volstrekt onwaar, dat Busch haar het leven vergald zou hebben. Beklaagde„Mijn vrouw kan dit zoo niet gezegd hebben". President„De griffier heeft het uit den mond van Uw vrouw opgeteekend en de rechtbank heeft het zoo gehoord". Verdediger tot beklaagde „Ja, het is inder daad zoo gezegd". Beklaagde „Nou ja, ik heb steeds alles voor mijn vrouw willen verzwijgen". De verdediger maakt cr de rechtbank op merkzaam op, dot de vrouw van Pot, in d*e in structie verklaard heeft, dat beklaagdc's vrouw eenige molen flauw was gevallen, doordat Busch steeds aandrong op geld. Hij zou er dan ook prijs op stellen, als de vrouw van Pot, die niet wilde verschijnen, alsnog door de rechtbank wordt gehoord. Nadat de verdediger nog enkele opmerkingen heeft gemaakt, wordt mr. Post als getuige ge hoord, die indertijd curator was in het fail'isse- ment-Muylwijk. Daarna wordt als getuige-deskundige gehoord prof. B. Brouwer, die mededeelt, dat Busch in 1913 bij hem in de polikliniek is geweest, waar deze klaagde over aanvallen van zwakte in den linkerarm. Getuige heeft Busch toen electrisch laterTbe- handelen. Waarschijnlijk was het hart van Busch normaal. Vervolgens deelt getuige mede, dat hij zich den patient goed kan herinneren, niet wegens zijn kwaal, want dit was wetenschappelijk een alleaaogsch geval. Busch was.een man, waar voor getuige zich interesseerde, omdat hij ovia- tcur was. Twaalf jaar geleden stelde hij groot belang in de aviatiek. President tot getuige: „U weet, dat hier door den verdediger een ziekterapport over Busch is oVergelegd. Is u bekend, dat dit meer gedaan wordt. En acht u dit niet in strijd met het me disch ambtsgeheim?" Getuige prof. Brouwer: „In het tijdschrift oor Geneeskunde is een cmstig protest ge schreven door dr. H. Pinkhoff, die het open baar maken van het ziekterapport over Busch een onjuiste daad achtte van dr. Stumpf, den directeur van het Binnengasthuis. Ik vind het standpunt van dr. Pinkhoff wel een extreem standpunt, hoewel ik als medicus wel wat voor dit standpunt voel." Wederom een incident tusschen president en verdediger. De verdediger stelt thans den getuige-des kundige de vraag of een leek de juiste wijze, waarop iemand kan dood gaan, zou kunnen be schrijven. President: „De rechtbank kan deze vraag niet toestaan. Zij acht dit voldoende toegelicht." Verdediger (heftig): „U weet nog niet eens wat ik wil vragen!" President: „De rechtbank weet dit wel. U wilt het oordeel van den professor over de ma nier, waarop Busch is gestorven!" Verdediger (met de vuist op den lessenaar slaande): „U laat me niet eens mijn vraag toe lichten. Ik ken het oordcel reeds van den hoog leeraar, maar ik wil ook dat de rechtbank dit weet." President (zeer kalm): ,,Dc rechtbank acht dit punt afgehandeld. Wenscht u nog een vraag te stellen?" Verdediger (woedend): „Ik wensch een ge documenteerde motivcering van uwe weige- ringl" President (altijd nóg even kalm): „Mijnheer Levy, u kunt acte wagen van de beschikking van de rechtbank." Verdediger: „Ik acht het van veel belang, dat prof. Brouwer een antwoord geeft op mijn vraag. Staat u dit niet toe aldus roept mr Levy luid schreeuwend uit dan acht ik uw onderzc-sk, president, volmaakt eenzijdig tegen beklaagde." President: „Ik schors de zitting, opdat dc be klaagde, pardon ik vergis me de verdedi ger tot bedoren kan komen." De zitting wordt daarop geschorst cn dc Rechtbank begeeft zich in raadkamer, waar zij den Officier van Justitie mr. Baart dc la Foillc, die als belangstellende ter terechtzitting aan wezig is, raadpleegt over het gebeurde. Intusschen schreeuwt de verdediger allerlei sterke uitdrukkingen uit. Hij roept o.o.„Hot is een schande voor het onderzoek." En als verschillende confières hem tot kalmte aanmanen, roept hij„Ik word niet kalmik verlang, dat de President billijk wordt." Na ruim een kwertier in raadkamer te zijn geweest, heropent de President de zitting en deelt den verdediger Md. Levy mede, dat deze zich reeds eenige molen heeft schuldig ge maakt aan overtreding van art.a 20 van het reglement van orde No. 3, dat ongeveer aldus luidt, dat ingeval een advocaat bij pleidooi of tijdens de behandeling eener zaak voor de Rechtbank, zich oneerbiedig gedraagt, zich vergeet, of zich onbetamelijk gedraagt tegen over dc wet, het openbaar gezag of de Recht bank, hij 'gewaarschuwd of geschorst kan wei den. Voortgaande zegt dc President tot Mr. Levy: „Dc Rechtbank wil trachten de zaak. nog met U te behandelen, maar wanneer U zich I v/ecr vergeet, of U zich onbetamelijk tegen mij uitlaat, zal ik de Rechtbank voorstellen U voer onbepaaluen tijd in Uwe bediening van advo caat te schorsen." Verdediger „Vraagt U mij een antwoord President: „Ik vraag geen antwóord." Verdediger„Mag ik dan een verzoek doen President„Neen, dat mag U niet." Verdediger „Ik krijg toch wel acte, dat U het niet noodig vond, mij een vraag aan Prof Brouwer te laten stellen?" President„Dit is al geschied." Het incident is hiermee 'gesloten. Nadat Mr. Levy nog enkele vragen aan Prof. Brouwer heeft gesteld omtrent de ziek tetoestand van Busch, wordt nog D r. Bak ker, als getuige-deskundige, gehoord. Ook nu weer vraagt Mr. Levy dezen getuige, of het mogelijk is, dat een leek kan beschrij ven hoe iemand dood gaat. De President tot Mr. Levy: „U weet nu toch, dat de Rechtbank deze zaak voldoende toege licht acht en dus deze vraag niet meer kan toestaan!" Dari vraag ik daar acte V e r d e di g e r: van!" President; „Die acte wordt U ver leend." Nadat nog opnieuw Dr. F. Meursingh gehoord is, verschijnt als getuige een zekere Stap, die in 1915 bij Muylwijk als timmerman in dienst was. Op desbetreffende vragen van den President deelt getuige mede, dat hij omstreeks de maand October 1915 het volgende had mee gemaakt: „Op een avond was hy omstreeks zes uur uit de garage op den Overtoom, waar hij werkzaam was, vertrokken. De garage wa-: geheel belegd met grijze tegels. Niets bijzon ders heeft hij vóór zijn vertrek in de garage- opgemerkt. Den volgenden morgen, toen hij weer terug kwam, zag hij, dat er in dien tusschentijd ge werkt was. Toen lag er aan den „r.hterkant by den buitenmuur' een laag zand. Niet kon hij zien of er onder dat zand nog tegels lagen President tot getuige: „Hebt U er met iemand over gesproken?" Getuige: „Ja, ik heb er met den mees terknecht Eeltjes over gesproken." President: „Wat dacht U er van Getuige: „lk dacht, dat daar iets ge maakt was, wat de bouwpolitie niet mocht we ten of iets iti verband met smokkelaffaires van Muylwijk". Getuige deelt verder mede, dat het zand tusschen 's avonds 6 uur en den volgen den mor/?u 8 uur in de garage m'o** rijn ge bracht. Dienzelfden morgen heeft get. den beklaagde, Muylwijk, gezien met de vingers in verband. President: „Wat dit alles ten tijde, dat de verdwijning van Busch bekend werd?" Geinige: „Dit is «wel mogelijk, maar ik weet dit niet precies." President: tot beklaagde: „Hebt U tij deris de verdwijning van Busch met Uwe vingers in verband geloopen?" Beklaagde: „Neen!" President: „Volgens verklaringen van Uw geneesheer, dr. Voorhoeve, zijt gij op Zon dag 24 October 1915 bij hem geweest in ver band met een knelling Uwer vingers?" Beklaagden: „Op Zaterdag 23 October 1915 liep ik niet in verband." President: „Hoe kwam U aan die knel ling aan de hand?" Be k 1 a a g d c Ik heb mijne vingers tus schen de schuifdeuren gekneld." Beklaagde merkt vervolgens op niet tc kun nen begrijpen, dat getuige hier deze verklarin gen aflegt. Getuige was meestal weg, om te wer ken bij de Nederlandsche Bank. Verdediger tot getuige: „Werd er altijd geno teerd. wanneer U bij de Nederlandsche Bank werkte"? Getuige: „Ja"! De verdediger vraagt thans de Rechtbank te willen navragen, of getuige op 22 en 23 Octo ber 1915 bij de Nederlandsche Bank heeft ge werkt. Vervolgens verzoekt dè verdediger nog eenige getuigen te willen hooren. Daarna wordt gepauzeerd. Het requisitoir. Na de pauze nam het Openbaar Ministerie, Tr. Reylingh, zijn requisitoir. Het volledig icht in deze zaak heeft, zoo zegt liij, niet ge- chenen. Dit ware wel mogelyk geweest, als Ie menschen die daartoe in staat waren, aan wijzingen hadden gegeven, dat zij hadden kun- ïen doen zonder zelf last te ondervinden. Bovendien waren zij verplicht geweest aan de l istitie de inlichtingen tc geven, maar ook waren zij daartoe verplicht tegenover de ver- j drillende personen wier namen in deze zaak zijn genoemd. Gehoopt ma;; worden dat het geweten van deze menschen zal spreken vóór deze zaak haar gewijsde zal hebben gekregen. Aan dc hand van verschillende verklaringen 22b psreker uiteen, dat heel duidelijk blijkt, lat dc bewering van beklaagde, dat hij direkt het geld voor dc familie van Busch heeft gereserveerd, onwaar is. Spreker acht dan cok den diefstal van de gelden cn de gelds waarden bewezen. Over het verband tusschen ('cn diefstal en het dooden van Busch zal spre ker aanstonds uitwijden. Het moet uitgesloten worden geacht, dat als men, zooals beklaagde heeft beweerd dat is geschied, iemand door v.r. ongeluk bewusteloos slaat, men zijn slacht- cffei zonder medische hulp laat. Ook is het dan niet' aannemelijk dat men 2ich dan niet aanstonds bij de politie aanmeldt. Als do politie dan Busch daar dood had ge vonden, terwijl al het geld nog in diens bezit s gebleven, dan was er van opzettelyken doodslag geen sprake. Beklaagde zou in dit geval wellicht een lichte straf hebben gekre gen, maar zou al wel vele jaren als vry burger f ebben rondgeloop en. Onaannemelijk acht spre ker het dat als men bij ongeluk iemand doodt, men dan het lijk gaat berooven, verder rustig een kuil gaat graven en vervolgens nog in het openba r.- een paar biertjes gaat drinken, en dat zoo iemand dan nog in staat is binnen 24 uur na hei gebeurde, zooveel menschen over dc verdwijning van Busch te woord te staan, kan spr. zich' niet voorstellen. Hij wil het nog scherper stellen. Als men iemand in drift doodt, zal men zijn slachtoffer niet berooven. Wel zal zulk ee nberocving geschieden als men tc toren den dood heeft beraamd. Spreker is ervan overtuigd dat beklaagde zijn dag heeft a 'gewacht, waarop hij het misdrijf zou begaan, maar met een enkele overtuiging zullen wy er niet komen. Wy hebben ook noodig het wet tig bewijs, cn daarvan heeft spreker ook vol doende aanwijzingen. (Wordt vervolgd). HET CONFLICT BIJ DE FIRMA P SMIT JR. In alle afdcelingen wordt thans gewerkt. Omtrent de staking bij de firma Smit Jr. te Rotterdam kan gemeld worden, dat de arbei ders gistermorgen het werk hebben hervat. In alle afdcelingen wordt thans weer gewerkt. Een tiental stakers is niet teruggenomen. Zeventig arbeiders, die werkten aan den woïvischvaarder, welk schip inmiddels is vertrokken, zijn ont slagen. UiT HET BU8TENLAMD- Ik ben besloten niet tc trouwen voor ik dertig hen Ik ben besloten niet dertig tc worden voor ik trouw (Humorist) Hij: Wat is cr geworden van die kerel, waar jc mee liep Corrie? Zij: Nou. ik heb 't afgemaakt. Hij zat altijd om me kop tc zeuren over de tijd die-ic gezeten had voor inbraak en verzet tegen de pelisië, maar ik kwam d'r achter, dat-ic van z'n leven nooit achter de tralies had gezeten cn toen liet ik 'm staan. Hij: Gelijk hö-jc. Nergens goed voor, een vent tc trou wen, die je niet vertrouwen kan. (Passing Sliow^ j Zeg, jongmensch, het wordt eigenlijk wel tijd dat je je over je gévoelens jegens m'n dochter verklaart. De zaak is. meneer, dat ik wat zenuwachtig word bij de gedachte aan een huwelijk. Poeh! Wel, voor ik trouwde, wist 'k niet wat vrees was. J (Punch) Vrouw (nadat de gasten vertrokken zijn): George. Je had toch het benul moeten hebben, ze deze kamer niet te laten zien Nu hebben ze alle boeken meegenomen die Jk le laatste tien Jaar van zejeende. (Humorist) Ik kwam gisteren je man tegen, maar bij zag me niet Ja, dat vertelde by me. (Klodu Hans, Kopenhagen.) Wat is het verschil tu«rhen vriendschap en liefde? 1 0, een dertig mille fer jaar,.(London Mailjj

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1925 | | pagina 6