AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander"
De Tijger van het facato.
TWEEDE BLAD.
BINNENLAND.
FFUILLETON.
24ste Jaargang
No. 174
Zaterdag
23 Januari 1926
Nieuwe Wegen,
IV.
Onze schoolsche opvoeding is er, volgens de
voorstanders der „nieuwe" school tot nu toe
volkomen in tc kort geschoten het individu
die vrijheid van ontwikkeling toe te staun.
welke voor een werkelijk algemeene ontplooiing
ven zijn vermogens noodzakelijk is. Gelukkig
wordt nu meer en meer tegemoet gekomen aon
den drang naar vrijheid en de behoefte om
zichzelf te zijn door in de wet de mogelijkheid
op te nemen van een vrijere ontwikkeling van
ons schoolwezen. Onder bepaalde voorwaarden
kan aan iedere school toegestaan worden haar
leerstof te verdeelen over de verschillende
leerjaren zoools zij wil. Dit houdt in, dot ieder
dan rij is in het vaststellen van zijn rooster,
mits hij maar 22 uur per week besteedt aan de
vakken a tot en met k, d.w.z. lezen, schrijven,
rekeren enz.
Djt is een werkelijk zeer te loven bepaling in
onze wet, omdat hiermee de vrije evolutie van
opvoeding cn onderwijs is gewaarborgd. Re-
gcering cn gemeente versohaffen dc middelen
cn het Rijk behoudt het recht van contTÖle,
terwijl het particulier initiatief in dc school
zelve zich voor een goed deel kon uitleven.
Wij hebben deze gunstige bepaling vóór boven
alle ons omringende landen en het getuigt van
een ruimte van blik in ons kleine vaderland
waaraan onze buren nog niet toe zijn
Ongetwijfeld zullen eerst vele bijzondere
scholen vóór moeten gaan, maar voor vooruit
strevende gemeentebesturen is toch ook de
weg geopend om nieuwe methodes in de open
bare scholen toe te possen.
Een goed stuk vrijheid is hiermee veroverd
voor hem, die opvoedt en voor Item, die op
gevoed wordt. Wat zullen ze er mee doen
Natuurlijk in de eerste plaats de in ons lund
zoo veel besproken zelfwerkzaamheid hopger
opvoeren. Maar dat gaat zoo gemakkelijk niet.
In de eerste plaats eischt dit een geschikte
omgeving, welke veel prikkels biedt om het
kind tc wekken tot zelfwerkzaamheid.
Bij eenig nadenken is het ieder duidelijk, dat
het kind slechts kan ontwikkelen door actief tc
zijn. Alleen door oefening, door onophoudelijke
oefening, kunnen zijn spieren versterkt worden
cn hrheerscht. Alleen door oefening van alle
zintuigen kunnen deze het individu brengen
tct juist waarnemen en daardoor tot jus', rea-
Hjeeren op dc wereld buiten hem. Dat is eerste
voorwaarde om de omgeving in eigen ziel
juist ie weerspiegelen, om het kind tc bren
gen tot een goede ordening van zijn zielc-
krachten en ziclebeeldcn.
i Over het geheel genomen zijn onze kinde-
ffen zoo weinig geordend, zoo weinig be-
ic*»rscht, en eigenlijk onze volwassenen
ook. De wijze, waarop de meeste kleine on
groote menschen zich bewegen, waarop ze
Soopen, waarop ze staan cn naar iets reiken is
nu niet bepaald gracieus. Let eens op de wijze,
waarop velen gaan zitten, een stoel verschui
len, een deur sluiten, eten cn drinken, hoe ze
hun kleuren dragen I En zie eens naar wöt ze
dragen I Alles wijst op innerlijke disharmonie,
op onvoldoende geoefendheid van de zintui
gen, op'gebrek aan innerlijke ordening.
Wanneer dit een zoo algemeen voorkomend
verschijnsel is, dan moet er veel verkeerds zijn
in onz*e opvoeding. Zou er niet iets van de
Oostersche gratie en rust, van den Ooster-
schcn zin voor rythme cn harmonie ook in hot
Westen over tc brengen zijn Dc nieuwere
opvoedkundigen aarzelen niet deze vraag be
vestigend te beantwoorden.
Een der eersten onder hen is ongetwijfeld
geweest Dr. Maria Montessori, wier methede
beoogt de wore ontwikkeling van het kind en
die voor een goed deel is gefundeerd op de
theorie der gevoelige periodc-n. D'oze mooie
term is hoogstwaarschijnlijk door onzen be
roemden landgenoot Hugo de Vries uitgevon
den, die hem voor het eerst in 1869 bezigde
bij zijn studie over mutaties bij planten. Dr.
Montessori, zonder in haar werken de uitdruk
king" te gebruiken, maakte in haar cpvoedirrgs-
systeem cp scherpzinnige wijze gebruik van
het bestaan der gevoelige perioden bij de op
voeding.
Biologen hebben het eerst, voor zoover wij
weten, gevoelige perioden geconstateerd bij
planten en dieren, die gedurende langvren of
kortoren tijd reageeren op bepaalde prikkels,
voor welke ze later veel minder of in *t geheel
niet gevoelig zijn. Men neemt ze ook waar bij
kinderen. Tusschcn hun 3de cn 5de jaar (ge
middeld) zijn dezo zeer gevoelig voor allerlei
prikkels ten opzichte van him reuk-, smeak-
en tastzin. Zc zoeken ze op, om zoo tc zeg
gen. Zc willen alle voorwerpen, die hun in
handen komen, beruiken, betasten, proeven
Voor dc moeders is dit gemeenlijk een zeer
lastige periode. Ze zijn voortdurend bevreesd,
dot het kind zich zal vergiftigen of neer zal
duikelen van de stoelen, tafels, vensterbanken,
trappen, ladders, ja wat niet al. waarop hel
zich met aapachtige vaardigheid geheschen
heeft cn vanwaar het met hemclsche voldoe
ning zijn hcclol overziet.
Wee de moeder, die in deze periode haar
kind niet zooveel mogelijk laat begaan dan
legt ze zelf den grondslag voor de latere on
handigheid, bangelijkheid, cn linkschhcid. waar
zoo lallooze menschen mee behept zijn en
waaraan zoo'n onnoemelijk groot aantal kopjes,
glazen cn andere breekbare voorwerpen to
gronde gaat.
Van den beginne af aan moet daarom hei
kind een omgeving hebben, waar het aon dien
mgeboren drang kan voldoen. In kamer, keu
ken cn tuin is het voortdurend op zoek naar
geschikte gelegenheid om te bondelen, te tas
ten, te proeven, te ruiken, waar te nemen. Waar
die gelegenheden in huis niet bestaan, moeten
zc het kind verschaft worden. Want ieder be
grijpt, dat dit een cenige gelegenheid is, ens
door de natuur gegeven, om ieder kind uit
zichzelf tc brengen tot oen onophoudelijke
oefening van zijn eigenschappen, waaraan hij
in zijn latere leven de grootste behoefte zal heb
ben. En laten we wel bedenkendeze gevoeli
ge periode komt niet terug I Wat we later door*
is kunstmatig en dus mindenvaardig.
En nu is Montessori's groote eer, dat zij ma
teriaal bedacht heeft, intelligente voonverpen.
waaraan het jonge kind zich met hartstocht
kan oefenen, die hem op den juisten tijd gege
ven worden om de gevoeligheid van oog, oor,
smaak, reuk, spieren en zenuwen te versterken
met als onmiddellijk gevolg beter waarnemen,
scherper opmerken, beheerschter bewegen.
Is dit niet één van de belangrijkste dingen
voor het jonge kind? Is niet zijn eerste.gege
ven rich in te leven in het wereldje, waarin
het geboren is, zich vertrouwd te maken mét
de dingdh om hem -hoen, om gereed te zijn
straks <fe grootere wereld met een .helder
oog", ccn „open oor", een „scherpen neus" :n
te gaan Straks zal het zich meer naar binnen
richten, zal het voldoening vragen voor zijn
vevstondclijken en zcdelijk-aesthetischen drong,
zoo omstreeks de puberteitsjaren. Nog weer
later, als denkende jonge man of jongt? vrouw,
zal cr een behoefte blijken aan redelijke bezin
ning, die later tot bezonnen redelijkheid zal
leiden. Dit zijn weer andere gevoelige perioden
waarover we het later zullen hebben.
Maar uit deze korte uiteenzetting moge de
noodzakelijkheid blijken van de oprichting van
steeds mevr Montessori voorbereidende klas
sen, waar het jonge kind de ontwikkelingsmo
gelijkheden vindt, die hem toekomen.
Niet alleen voor de zintuigen zijn er gevoeli
ge perioden, cr zijn er ook voor leeren schrij
ven (dit vloeit bij Montessori vanzelf voort uit
dc spieroefeningen leeren lezen, voor het
leeren van de tafels van vermenigvuldiging,
voor aardrijkskunde, enz. Een goed deel van
het werk van hcdendoagsche opvoeders cn
psychologen zal ongetwijfeld er in bestaan dc
perioden te bepalen, waarin de zioh ontwikke
lende mensch het meest gevoelig ls voor be
paalde prikkels. Daardoor zal de opvoeding
geleidelijker verloopen dan nu gewoonlijk het
geval is, er za! meer arbeidsvreugde komen en
er zal een meer evenwichtig geslacht op
groeien.
Montessori heeft eens gezegd „Tct nu toe
is het doel der school egweest te onderwijzen
mijn methode wil helpen to leven".
Een ander opvoedkundige ven naam, Dr.
Kerschcnsteiner, drukte zioh aldus uit„Niet
de leerstof is hoofdzaak, maar het kind. Ware
ontwikkeling is dié zielsgesteldheid, welke
ovvrblijft als de mensch de kennis vergeet,
waardoor hij zijn zielsgesteldheid verworven
heeft. Thans zijn de 13-jarige jongenskoppen
met kennis als met een schoone laag glazuur
getooid, maar het glazuur deugt niet en 3 jaar
weer cn wind in het praktische leven is vol
doende om het te vernielen".
Dc nieuwere opvoeding wil cr naar streven
door hoogopgevoerde zelfwerkzaamheid cn met
gebruikmaking van de gevoelige perioden het
kind tc brengen tot door eigen krocht verwor
ven kennen en kunnen. Dié alleen beklijven.
J. H. BOLT.
- De Staatscourant van hedenavond 22
Jan. bevat dc volgende koninklijke beslui
ten
benoemd tot leeraar R. H. B. S te Gouda
A. v. d. Linaen, met gelijktijdige toekenning
vnn eervol ontslag als leeraar aan de R. H
3. S. te Groningen;
op verzoek eervoi ontslagen als leeraar aan
de R. H B. S. te Zierikzee A. J. Schneider en
'ijóelijk benoemd tot leerores aon die schooi
mej. A. E Smelt, te Den Hang.
De Staatscourant van heden bevat nog de
volgende Koninklijke besluiten
Toegekend dc bronzen cere-medaillc Oranjc-
Nassau orde aan G. J. Lagerwaardt, loopknecht
bij firma G. de Boer en Co.. Rotterdam.
Bij beschikking van den Minister van Finan-
riën zijn verplaatst: ontvanger J. G. Tielëlifus
Kruythoff van kantoor directe belastingen, in
voerrechten en accijnzen, Zutphen. naar kan
toor invoerrechten en accijnzen, 's Gravenhage:
ontvanger D. W. Janssen van kantoor directe
belastingen èn accijnzen Velp naar kantoor in
voerrechten en accijnzen te Schiedam; ontvan
ger M. J. van Riet van kantoor directe belastin
gen en accijnzen te Terheijden naar kantoor
dier middelen te Hettsden; ontvanger N. J. Sche
pers van kantoor directe belastingen en accijn
zen te Rijp naai kantoor dier middelen te Ra-
vensteiu; ontvanger P. Padmos van kantoor di-
recte belastingen, invoerrechten en accijnzen te
Budel (station) naar kantoor directe belastingen
en accijnzen te Domburg.
Op verzoek eervol ontslagen nir. H. H. Everts
nis notaris tc Tv/ello en A. Scheltema Beduin
als notaris te Amsterdam; idem met dank G. D
Verwey als kantonrechter-plaatsvervanger in
kantoor Terborg.
Benoemd bij het reservepersoneel der land
macht bij het dienstvak der Intendance, tot re
serve-eerste luitenant voor speciale diensten, de
reserve-tweede luitenant F. M. J. Hehver, onder
gelijktijdig eervol ontslag uit tegenwoordige be
trekking. Op verzoek eervol ontslagen uit mili
tairen dienst de reserve-eerste luitenants E. F
Gross en T. K: de Boer onderscheidenlijk van
het 2lc en 8e regiment Infanterie.
NEDERLAND—ENGELAND
Een lezing van H. W. Steed.
Men meldt ons uit den Haag:
Donderdag hield de heer Henry Wickham
•Steed. hoofdredacteur-eigenaar van dc 15 e-
v j e w of I» e v i e w s, oud-hoofdredacteur
van de T mies voor het genootschap Ne
derland—Engeland een lezing over het on
derwerp „Het Britsche rijk en Europa na
Locarno.
Be vergadering werd o.a. door den Engel-
Then gezant, den heer Hammerskjöld en
verschil lende Kamerleden bijgewoond.
Be voorzitter de heer Mr. M.W. K. T i c u h
Sprak een openingswoord, waarin hij wee4
op dc 'belangrijkheid van het probleem der
vrede in Europa te verzekeren, ccn pro
bleem, dat alle leidende, staatslieden bezig
houdt. De heer Steed is geen leidende staats-
mnn, doch een journalist, maar een cosmo-
nolitisch journalist, ccn voortreffelijk ev-
oert op het gebied der internationale poF-
tiok. Spr. heette den spr. welkom.
Be lieer Stee d, die vervolgens het wono'
reeg, ving aan met te wijzen* op het ver*
«rh'l in de zienswijze op het continent en
:n Engeland. Men mort niet vergeten, da»
de Engclschm:n een eilander is. die zoo we'
over het Britsche rijk als over Europa an
dors denkt dan de continentale Europeaan
Be Engelse.hmnn spreekt inplants van ovei
het Britsche rijk dikwijls over de Britschr
volkcngcmccnschap. liet rijk is tc bcschou
won als een verccniging van zelfbcsturcnde
democratische naties, practisch onafhanke
lijk van elkaar. De eigenschappen van deze
Britsche, imperiale familie komen het best
tot hun recht als we zien naar Juli 1914, hc'
uitbreken van den oorlog. Er is gezegd, dni
Engeland den oorlog had kunnen voorko
men, indien dc regccring spoediger haar
standpunt uiteen had gezet. Dit was echter
onmogelijk. Iedere Britsche reveering. dir
nrijs stelde op de eenheid van het rijk, zon
in dc onmogelijkheid verkeerd hebben voor
f to verklaren dat zij dit of dat wilde doen
7.oo'n verklaring zou door de zelfregeerend'
Britsche natie overzee beschouwd zijn nb
ren provoccerendc handeling. Eerst toen d«-
Belgische neutraliteit geschonden was, kon.
dc oorlog verklaard worden. Hier volgt uit
flat het Britsche rijk met te voreenigen is in
het verlcencn van stemmen aan een agres
sieve politiek; zijn werkelijke eenheid hand
af vnn den aard der znnk, die het heeft t->
verdedigen. De vraag riist of het verccnigr'
kan optreden tot steun van een vredespoli
tick in Europa.
Spr. zette, alvorens deze vraag te bonnt
woorden uiteen in welke verhouding Enge
land en het Britsehc riik staan, tegenovc
Europa cn hoe die verhouding tot stand
kwam. Ik ging daarvoor nn do geschieden^
dor garantie aan Frankrijk na den oorlog
erop wijzende, dat het eon fout was der
Britsche regccring. dat zij, toen Amerika
zich terug trok, niet voor haar eigen reke
ning haar deel van de belofte gestand deert
daar toch, afgezien van alle ethische over
wegingen, de veiligheid van Groot Brittanie
niet te scheiden is van de veiligheid vnn
Frankrijk.
Do vrede van Europa, die een essen
tieel Britsch belang is, kon erdoor in gevnn"
gebracht worrtei want bet w*»s
dat de Britsche staatslieden hun matigen
den invloed op de Fransche politiek in
Europa zouden \crliezcn. Bovendien he
♦nnrl daardoor het gevaar, dat de nieuwe
staten in centraal en Zuid-Oost Europe
compensatie zochten voor het verlies der vci-
'•ghcid, dat Frankrijk en,de nieuwe orde
Europa hadden geleden door het mislukken
van de Engelsch-Am*r>kaansehe garantie in
verbindingen onderling en met Frankrijk.,
Be BriKcho regeering had, ill do jaren
"120 en 1921 de neiging los tc raken vnn
F.uróph, doch in den zomer van 1921 werd
een keerpunt bereikt, toen do Anicrikaan-
sche receering uitnnod'g'nccn verzond voor
de conferentie ter beperking van dc bewa
pening ter zee. De Britsche regeering onl-
:erp IW plan een eeonom;«s»'bo confevent'e
te houden waartoe Duitschlnnd en sovjet
Ruslanc. zouden worden uitgenoodiad.
Spr. ging de conferentie-pogingen na, <li"
uitliepen oD de mislukking van de confe-
••entie te Genua, die een eind maakte aan
do vriendschappelijke betrekkingen tus*
sclien Frankrijk en Engeland. Overeen
komst werd éérst weer mogelijk onder Her-
riot in Frankrijk en «Ie lahourrcgeering in
Engeland, na de mislukking der Ruhr-bezet
ting en aan den anderen kant van do z.g.
.oostcliik" of pro-Russische politiek va»
Duitschlnnd, waarvan het verdrag van Rn*
uallo het svmhool was geweest. Voor
Biiitschland bleef slechts de keuze tusscher.
een positie varf antagonisme tegenover
Frankrijk en zijn hondgenooten en dc poli
tiek van vreedzame toenadering tot hen
1-Iet kon het laatste door aanneming van
het Dawesplan, dat een stap in de goede
richting was. Hot protocol van Genève volg
de. dat evenwel door de Engelsche rogeerinc
die de lnbour-rcgeering opvolgde, werd tc
ruggc wezen.
Spr. kwam vervolgens tot de conferentie
van Locarno. Dc licieekenis daarvan vatt*
snr. als volgt sair.cnDe veiligheid var
Groot-Rriltanie, liet hoofd en l At hart var
de gemeenschap van vrije naties, die bet
**ritsche rijk vormen, hancl af var. de vei
iigheid van Europa. Onveiligheid in F.uroos-
moet. vroeger of later, tot oorlog leider
waarbij dc veiligheid van Engeland proble
matiek is tenzij er in Europa een poliriek i*
van samenwerking in en voor vrede. Do be
langen van Engeland kunnen n'et gediend
rijn door een politiek vnn bot uitspelen vnn
den eenen Europeesehen staat tegen de nn
deren. Te T Ócnrno voor de eerste maal in-de
geschiedenis erkenden souvereine Euro-
nreschc staten dal, wat rok hur. verschil
len mogen zijn.' oorlog geen geval cc
mhldol is om zo op te lossen.
De Britsche opvatting van Locarno is, da*
het den Volkenbond versterkt, waarin dc
Britsche volken onwankelbaar geloovcn; dat
5.et do meest hoopvolle gebeurtenis van dc
Europeesche geschiedenis is sinds dc Vol
kenbond gesticht werd, siiids dc Europee
sche rolken zich bevrijder van autocrati
sche regeeringen cn een demoerttfsebo con
trol o op eigen zaken instelde.
Van art. 9 van het hoofdverdrag van Lo
carno, waarbij verplichtingen der dominions
worden uitgeschakeld, verwachten Engel-
scho imperialisten het eind van het Brit
sche rijk. Spr. is het daarmee niet eens. En
geland is ccn deel van Europa cn heeft dus
andere bclnngen cn ook andere verplich
tingen dan de dominions, hetgeen niet voor
bij gezien mag worden, doch waardoor de
eenheid van het rijk niet in gevaar gebracht
behoeft to worden.
Er znl echter een nieuw orgaan noodig
/.ijn om hot contort tusschcn Londen en de
hoofdsteden der dominions tc onderhouden
en tc versterken cn spr. meent, dat dit or
gaan zou kunnen zijn een permanente Brit
sche rijksdelegatfe, in den geest vnn do de
legatie, die nis een geheel werkten gedu
rende de Pnriischc vredesconferentie cn do
Washingtonsehe conferentie tot beperking
der bewapening ter zéc.
Het is nog te vroeg om te zeggen hoe de
dominions! denken over het verdrag van Lo
carno, waar spr. meent, dat zij de dank
baarheid. die in Engeland gevoeld wordt,
gullen dcelcn.
VERBOND VAN NEDERL. WERKGEVERS.
Algcmccnc vergadering tc Am
sterdam.
Donderdag is te Amstcrodm in de r,lndustiieele
Club" de algemeene vergadering van het Ver
bond van Nederlandsche Werkgevers gehou
den.
Ir. C. F. Stork opende de vergadering en
hield daarbij een rode, waaraan het volgende
is ontleend
Vóórdat het mogelijk was in de Nederland
sche werkgeversorganisaties tc komen tot een
zoo groote en naar wij hopen zoo krachtige
vercer.iging als de thans gevormde, is een voor'
afgaande ontwikkeling noodig geweest in ver
schillende richting.
De Verccniging van Nedcrlondsche Werk
gevers, de oudste onzer drie orgnnisuties, is
op den drempel van deze eeuw in Twente ge-
horen cn vond spoedig in ons gehcele land
warme belangstelling cn grooten aanhang in
werkgeverskringen.
Haar oprichters voerden ccn ernstigen strijd
tegen de eerste editie Ongevallenwet, welke
zonder dc krachtige opposite uit werkgevers
kringen op kostbare bureoucrutie zoude zijn
uitgeloopen.
Als Vcrceniging in haar geheel heeft zij on
der meer in haar credit le boeken gehad de
oprichting van dc Centrale Werkgevers Risi
co-bank, die in al haar latere uitbreidingen
voor ons gehcele bedrijfsleven von steeds groo-
ter belang is geworden.
Ik vertrouw, dat ook in onze gereorganiseer
de vcrc-cniging het streven naar bedachtzame
maar daarom niet te angstvolligc verbetering
van arbeidstoestanden cn sociale voorzorg zal
blijven heerschen, cn dat daardoor ook in de
lockomst het verwijt van achterlijke denkbeel
den op sociaal gebied door de besturen cn
leden met fierheid zol kunnen worden afge
wezen.
In 1917 is naast de oudste onzer drie ver-
ccnig ngcn een neutrale werkgeversveveeniging
opgericht die een nuttige organisatie von tal
vnn verspreide industrieelc vcrccnigingon tot
stand bracht: het Verbond van Nederlandsche
Fnbrikanten-Vcrcenigingen. Uit den aard der
zaak werkte deze verccniging in de eerste
jaren van haar bestaan eigenlijk uitsluitend
op commercieel gebied
Voortgoande merkte spr. op, dat ten gevolge
van dezelfde statuten-wijziging, na den oorlog
twee nieuwe verecnigingcn werden gesticht,
nl. het Centraal Overleg, die onderling overleg
van verschillende vereenigingen op het punt
van arbeidsvoorwaarden behartigt, en die spr.
in ditverband niet nader znl bespreken, cn het
Centraal Industrieel Verbond, dot zich oji uit
sluitend commercieel en economisch gebied
ging bewegen.
Door den hier besproken loop van zaken was
de eigenaardige situnlic ontstaan, dot de \fcr.
van Ncd. Werkgevers samenwerkende met het
Centraal Industrieel Verbond cn daarnaast het
Verbond von Fajrikantenvereenigingen zich als
Ik heb er niets tegen, dat iemand de men
schen veracht, maar dan moet hij beginnen niet
zichzelven.
GOETHE
Een roman uit het donkerste Napels
doo:
HANS POSSENDORF.
40
Carmela had er niets van gemerkt. Heel naai
wilskracht was er cp gericht om de vreeselijke
toovermacht te vernietigen en den geliefde aan
een zekeren dood te ontrukken Ze hnd sael
een paar onttooverings-fofmules orer de nop
geroepen cn toen een stuk schilderskarton uit
Ufing's voorraad genomen cn het vreesehjke
heksenwerk daarop geschoven. En nu liep ze
eT mee, gevolgd door de schreeuwende en
scheldende menschen, de zickekamer uit en de
straat op.
Beneden liep het volk tehoop Allen drongen
nieuwsgierig en ontzet tegelijk, naaf voren om
een blik op het vreeselijke voorwerp tc slaan.
Er ontstond daardoor tusschen de opdringen-
den en de angstig terugwijkenden een woest
gesioot en gedrang. En boven dat alles galmde
nu door honderden stemmen herhaald de gil
lende kreet: „La Fattural La Fettura!Hetgeen
steeds weer andere nieuwsgierigen naderbij
deed stroomen.
„Laat me er doorl Ik moet naar de kerkï
Maak plaats!" smeekte Carmcja telkens weer,
maar zc kon niet door de menschenmassa heen
dringen.
Nu baanden een paar sterke, stevige werk
lieden zich een weg nnar het jonge meisje tc*.
„Geef het maar hier, juffertje! We zullen het
wel naar de San Gregorio brengen. Wij zullen
er wel door komen."
„De kerk is allang' gesloten", riepen een paar
vrouwen.
„Pestoor Don1 A.lbcrto woont cr vlak tegen
over, can halen we hem wel" riepen onderen
en drongen dadelijk naar het bewuste huis
heen.
Canr.ela aarzelde, of zij het onttooveren en
vernietigen der pop zou overlaten aan de hulp
vaardige menschen, want zc vreesde, dat ze er
iets fcij konden vergeten, maar zij zelf moest
zoo gauw mogelijk naar den zieke terug gaan
om hem te bevrijden van de demonen, die
reeds bezit hadden genomen van zijn lichaam.
„Weet u wel, wot u doen moet?" vroeg ze
bezorgd.
„Ja, natuurlijk, geef maar hier", riepen de
werklui.
„Maar laat er geen één naald in blijven zit
ten, en bij elke, die hij er uit trekt, moet ae
priester een gebed opzeggen.''
„Ja, we zullen er voor zorgen." Een der
mannen nam haar het karton met de vleesch-
pop uit de hand en oogstte algemeen bewon
dering voor zijn moed.
„Maar als de priester niet wil komen? Laatst
heeft er een geweigerd bij een onttoovering te
helpen", bracht iemand uit de menigte in het
midden.
„Dat moest hij eens probeeren. Ha! We
zullen er hem wel toe dwingen!
„Onzin. Don Alberto is een braaf man, hij
denkt er niet aan om te weigeren", klonk het
door elkaar.
Een groote massa zette zich nu in beweging
in de richting van dc kerk.
„En verbrand de pop goed", riep Carmela
hen nog na.
„Ja, ja, we zuUen dodelijk een vuur maken
voor de kerk."
„Nee", brulde een vrouw, „je moet het eerst
aan een zwarten hond te eten geven."
„Dat lust geen een hond meer", antwoordde
een der werklieden, ,,het is al half verrot".
De stemmen der vertrekkenden werden over
schreeuwd door het rumoer van de achtergeble
venen, want niet alle nieuwsgierigen hadden
zich aangesloten bij den tocht naar dc kerk- Ze
hoopten namelijk op een spannender schouw
spel: de v/raak op de schuldige heks, wan
neer men die onl<frkle.
Tevergeefs trachtten Carmela, de boekhan
delaar en dc dienstbode zich weer in huis terug
te trekken. Ze weren omringd c'oor een tierende
menigte en werden met vragen bestormd.
„U is toch de eigenaar van het huis. U moet
toch weten, hoe de Fattura binnen gekomen is'
hield een buurman van den heer Porpora, die
hem niet goed gezind was, vol.
Er werd nog een poos heen en weer getwist
Maar terwijl de boekhandelaar nog bij alle
heiligen bezwoer, dat cr geen verdacht persoon
de kamer van zijn huurder betreden had, nam
de zaak een andere wending: een dikke burger
vrouw drong plotseling woest duwend door de
menigte, wees met opgeheven arm op Carmela
en riep: „Dat is de helpster van de Fattuchiora
van Lovinajo! Jij zelf bent het geweest en
niemand andersl"
„Weg met haar! Wurg de mooie, valsche
slongl" schreeuwden dadelijk ecnigen en pakten
Carmeia bij haar kleeren.
„Je vergist je! Ik ben onschuldig. Laat me
losl" riep het meisje en beet cn krabde als een
kat om zich heen.
„Nee, mijn schotje, ik vergis me niet. !k
herken je heel goed", krijsc'nte dc burgervrouw
in toomloozc woede. Het was een vroegere klant
van Donna Assunto, die de heks veel geld ge
offerd had, zonder echter baat tc hebben ge
vonden bij haar toovermiddelen.
Maar nu kwamen dc boekhandelaar en zijn
dienstbode tusschenfceide: „Jullie zijn gek. Dit
jonge meisje heeft zelf de fattura gevonden.
Rauk haar niet aon, zij heeft d?n zieke ge
red." En nu gingen ook diegenen, die van
het begin af aan in de ziekenkamer waren ge
drongen zn gezien hadden hoe krachtig Cnrme'.a
was opgetreden, beschermend voor haar staan
en bevestigden de woorden van den heer Por
pora cn zijn dienstbode.
„Dan moet het de Fattuchiaro van Lovinajo
zelf zijn geweest", riep de vrouw. „Hoe zou
hei meisje can anders iets van de tooverij heb
ben gev/ctén? Jij, vuhch schepsel! Vooiurt,
spreek op! Beken maar, det het Donna Assunta
wars, dat schandelijke wijf."
„Naar de Lovinajo! Scheur de furie in stuk
ken! hei duivelswijf!" riep dadelijk een deel
der opgewonden menigte.
Een onbeschrijfelijke, wilde glans kwam in
Carmela's ocgen: één woerd tegen deze woe
dende massa zou voldoende zijn, om wraak te
nemen op Donna Assunta en den Marches'?,
omdat ze den geliefde zoo schandelijk hadden
willen ombrengen. Reeds opende ze den mond
om de beschuldiging te bevestigen, maar daar
verscheen voor haar geest plotseling het goede,
r.achtc gezicht van Don Fi'ij-po: Hoe dikwijls
had hij haar gezegd, dot men ook in zijn vij
anden eerst het goede moest zien, dat in ieder
menschenhort woont, eer men zijn boosheid den
vrijen loop liet. En ze dacht aan alle liefde cn
tecdcrheid, die de beruchte vrouw het arme,
vreemde straatkind had gegeven; en met dc
meest overtuigende gebaren riep ze tegen de
aanklaagster: „Zwijg! lasteraarster spioek
geen kwaad van Donna Assuntal Aan haar
is de redding van den zieke tc danken. Zij
heeft mij hierheen gestuurd om te zoeken naar
het toovermiddel, waarvan ze door de geesten
had gehoord."
Dat begrepen ulle aanwezigenals hot
jonge meisje de helpster van de heks was en
zooals hier door getuigen werd bevestigd
hut toovermiddel had opgespoord, dan moest
dat natuurlijk zijn gebeurd in opdracht van
haar meesteres. En onmiddellijk sloeg de
stemming om„De Futtuchiora van Lavinojo
is een machtige vrouw I" „ze is een „Assis-
tito J)„Verleden jaar heeft ze mijn kind
van roodvonk genezen." „Leclijke kwaad
spreekster 1" „Jaag ze weg, die kletskous I"
Allen waren zij het plotseling eons in hun lof
over Donna Assunta cn hun verontwaardiging
tegen do aanklaagster.
Nu kon Carmela zrch eindelijk los maken
en met den boekhandelaar en ziin dienstbode
het huis binnen gaan. Ze liet gauw wat zout
geven, wenkte de anderen orn achter te blijven,
cn snelde toen, nog bevend over haar gehoelo
hchaam, de trop op en de ziekenkamer binneA.
Ondanks het rumoer op straat, was hij op*
nieuw in slaap gevallen, en het scheen of zijn
ademhaling rustiger en regelmatiger was ge*
worden.
J) Eene, die door de geesten weedt geholpen.
(Wordt vervolgd)