WIJNHANDEL J. A. SCHOTERMAN Zn. Betrouwbaarheid is een factor BINNENLAND. Rijwielhandel W. SLUITER T^oBn%k58tr!!iif UTR. STRAAT 17 - Gevestigd 1878 - TELEFOON 145 Bijzonder aanbevolen: p. flesch p. anker Gewas 1920 Raymond Macau f 1.- f 40.- 1920 St. Emilion f1.40 156.- RECLAMES. Prils 13 TPgels W Mko regel mper f 050. die U bij aankoop van een Rijwiel boven den laag sten prijs moet stellen. Beide eigenschappen biedt U een Rijwiel van terzijdestelling van andere opdrachten, gealar meerd zal blijven. Sterke afdeclingen zullen voortdurend door de straten patrouilleeren. Wordt de orde verstoord of worden de bevelen der politie niet opgevolgd, dan moet doortas tend worden opgetreden. FRANKRIJK. HET NIEUWE KABINET-BR IAND. Dc radicalen en het ministerie. De radicale en socialistische radicale Kamer- groep heeft gisteren twee harer leden voor de financieele Kamercommissie aangewezen ter vervanging van Mnlvy en Lamoureux. Jacquier cn Margeine werden als zoodanig gekozen. Men hecht een zekere politieke beteekenis aan deze keuzo, daar de beide gekozenen bij het Kamer votum van 6 Maart vóór de regeering-Briand gestemd hodden. ENGELAND. DE MARINEBEGROOTING. Vermindering van reserves. Dc minister van marine verklaarde bij het in dienen van de begrooting van marine in het Lagerhuis, dat de regeering van oordcel was, dat de waarschijnlijkheid van vrede in dc toe komst vermindering van de reserves aan muni tie, petroleum en wotervliegtuigcn rechtvaar digen. Door het toestemmen in deze verminde ring nam de regeering een zeker risico op zich, dot zij niet zou loopen, indien het land rijker was of in oorlogsgevaar verkeerde. OPNIEUW EEN KRUISER VAN STAPEL GELOOPEN. In tegenwoordigheid van een groot gezel schap, vertegenwoordigers van de vloot en de burgerlijke diensten, is gisteren te Devonport opnieuw één van dc vijf nieuw.; kruisers, de Cornwall, van stapel geloopen. VEREENIGDE STATEN. DE OORLOGSSOHULD VAN FRANKRIJK Hervatting der besprekingen. Frankrijk heeft, naar uit Washington wordt gemeld, de onderhandelingen over de regeling van dc oorlogsschuld aan de Ver. Staten her vat. HET DRAMA AAN DEN OVERTOOM IN T9T5. Muylwijk voor het Amsterdam- sche Hof. Het Gerechtshof tc Amsterdam heeft voortgezet de behandeling in hooger beroep van de zaak-Muylwijk in verband met het in T9I5 plaats gehad hebbend drama aon den Overtoom waarbij de koopman Busch om het leven is gekomen. De President Mr. Jolles begint den beklaagde weder enkele vragen te stellen, eerst een om trent den gezondheidstoestand van Busch. Daarbij geeft de President te kennen dat ter wijl Muylwijk tot dusverre steeds heeft mede gedeeld, dat Busch een krachtig figuur was, eergisteren door eenige getuigen a decharge is verklaard dat dc overledene een tenger man netje* was. Beklaagde blijft erbij dot hij altijd gedacht heeft dat Busch gezond was. President„Toen U niet wilde, dat Busch naar Uw vrouw toe zou gaan, hebt u hem toen te kennen gegeven dot hij het huis uit moest?" Muylwijk „Ja, ik heb Busch op de trap ge waarschuwd dot hij mijn woning uit moest". President„Neen, Muylwijk U hebt steeds en ook in het dagboek gezegd, dat U Busch gewaarschuwd hebt niet naar uw vrouw toe te èfoon 1" Muylwijk„Ik heb ook gezegdGa niet naar mijn vrouw". President„'t Is voor mij dc viaag, of 't wel noodig was om Busch zoo aan te pokken, als het uw doel was hem uit uwe woning te ver wijderen. Had dat beetpakken ten doel hem tegen te houden of geschiedde het omdat u boos was Muylwijk „Ik pokte hem beet om hem te gen te houden". President„Vroeger hebt u verklaard dat u boos v/as geworden I" Muylwijk „Ja, dit is wel zoo. Ik werd in derdaad driftig, toen Busch mij een duw gef". President„Er kwam natuurlijk een element van drift bij". Tenslotte stelt de president den beklaagde nog dc vraag wanneer deze merkte dat Busch bij het vastgrijpen bij den keel slap werd. Muylwijk gelooft dat dit gebeurde toen hij Busch tegen den grond wierp. De president heeft daarop nog cenige vra gen gesteld tot de vrouw, met wie Busch vroeger een verhouding had. Ook deze vragen hadden betrekking op den gezondheidstoestand van Busch. „Blijft u er bij, vroagt dc president aan deze getuige, dat Busch een gezonde man was. U kende hem toch zeer goed en intiem". Getuige„Jawel, voorzoovcr ik me herin ner was Busch gezond". President„Was hij bijzohdcr mager?" GetuigeDat weet ik niet meer. Ik heb nooit iets abnormaals bij Busch waargenomen. Thans vangt het verhoor van dc getuigen- deskundigen aan. Het eerst wordt gehoord dr. Hammer, die de sectie heeft verricht op het lijk van Busch. Getuige-deskundigc verklaart dat, voor zoo ver het nog tc bcoordeclen was, hij aanneemt, dot Busch gezond was. De president deelt den getuige-deskundige mede, dot het Hof wil beoordeelcn of Busch gestorven is als gevolg van het hardhandig aangrijpen door beklaagde Muylwijk. Zes doodsoorzaken wil hij bij dit deskundig onder hoek doen behandelen Te. Is Busch gestikt door worging 2e. Is hem dc halsslagader dichtgeknepen 3c. Heeft een hartstilstand plaats gehad dooi een prikkel op dc zenuw (nervus vagus) 4e. Kan Busch gestorven zijn aan hersen schudding door het vallen op den grond 5c. Kan hij de inhibiticdood gestorven zijn of 6e. Kan de dood ontstaan zijn door plotse linge opwinding. Getuigc-deskundige dr. Hommer, die de mo gelijkheden van deze zes gcvaflen heeft nage gaan, verklaart, dot hij als de meest waar schijnlijke doodsoorzaak acht den druk op den halsslagader, woordoor Busch bewusteloos is geworden en tengevolge daarvan is ge storven. Getuige legt er den nadruk op, dat hij niet anders dan veronderstellingen kan maken. President „Kan 't gebeurd zijn, zooals Muyl- wijl hier de plaats gehad hebbende feiten heeft medegedeeld Getuige-deskundige ,,'t Is ongewoon, maar 't kan zoo gebeurd zijn". Hierna wordt dr. A. J. Scholte als getuige- deskundigc gehoord, die ook verklaringen af legt omtrent de zes mogelijkheden van den ingetreden dood. Deze getuige n«-ht het mo gelijk, dat dc feiten gebeurd zijn, zooals die door Muylwijk zijn meegedeeld. Prof. dr. W. M. de Vries, dc derde getuigc- deskundige, acht dc stikkingsdood zeer on waarschijnlijk. De vijf andere genoemde doods oorzaken zijn wel mogelijk. Het niet op slhg dood zijn, sluit z.i. de inhibitiedood niet uit. Prof. B. Brouwer acht het het meest waar schijnlijk, dat de dood is veroorzaakt als ge volg van hartstilstand door een prikkel op de nervus vagus. De stikkingsdood cn dc dood door het dicht knijpen van den halsslagader ocht get. des kundige ook niet onmogelijk. De drie loatst-bcdoelde mogelijkheden voor de doodsoorzaak vindt hij onwaarschijnlijk. Getuige-deskundige heeft den koopman Busch in T9I3 in zijne polikliniek in behandc- ling gehod. Getuigc's indruk van Busch is, dat dc man wel klein, maar toch flink was. President „Twee getuigen décharge heb ben Dinsdag verklaard, dot Busch tenger was". Getuigc-deskundige herhaalt, dat voor zoover hij het zich herinneren kan Busch niet mager was en er krachtig uitzag. In den loop der behandeling heeft getuige indertijd Busch gewaarschuwd om op sexuecl gebied niet zoo tc blijven voortleven. Hierna wordt gepauzeerd. In de middagzitting is als getuige-deskundige gehoord de zenuwarts dr. G. C. Bolten. Deze zegt aan de zes genoemde doodsoor zaken een zevende te willen toevoegen, n.l. één die ontstaan is door de ziekte, waaraan Busch lijdende is geweest. De dood van Busch zou z.i. veroorzaakt kun nen zijn door dc emotie, ontstaan bij dc woor denwisseling met Muylwijk, die den dood van Busch verhaast kan hebben. Get.-desk. acht het dan ook het meest waar schijnlijk, dat Busch door zijne lichamelijke ge steldheid de emotie niet heeft kunnen door staan en tengevolge daarvan is gestorven. He* is zeer goed mogelijk, dat Busch op den be- wusten avond is aangetast door eene infectie, en dat hij daardoor plotseling dood is geble ven. De advocaat-generaal, rar. baron van Hn- ringxma thoe Slooten, merkt op, dot Busch da' zeer toevallig op het moment, waarop hij doo Muylwijk is aangegrepen, door deze infectie aangetast is. Is dit wel aannemelijk Getuigc-deskundige acht dc mogelijkheid niet uitgesloten, vooral als men bedenkt, aan welke kwaal Busch lijdende was. De verdediger mr. Levy vraagt den getuige-, deskundige of 't mogelijk is, dot Busoh in aan merking nemende diens lichamelijke gesteld heid. door het geraas, dot de tochtdeur in da garage maakte, zoo geschrokken kon zijn, dal hij daardoor is gestorven. Getuigc-deskundige acht dit inderdaad niet onmogelijk. De president merkt naar aanleiding hiervan op, dat Busch, die herhaaldelijk ruzie heeft ge had, nooit tevoren door een schrik is dood ge bleven en toevallig op dien bewusten avond door de emotie wel is gestorven. Dr. Focke Meursing, als getuige-deskundige gehoord, zegt, dat aannemende dat Busch niet gezond was, de doodsoorzaak zijn inziens hel meest waarschijnlijk gelegen is in dc emotie, waardoor de dood verhaast wordt. Dr. S. de Boer, als getuigc-deskundige ge hoord, concludeert, dut de dood van Busch zeer waarschijnlijk niet het gevolg is van ceni ge mishandeling, doch hoogstwaarschijnlijk te wijten is aan kamerfibrilleeren tengevolge van psychische opwinding. DE RAMP AAN HET THOLENSCHE VEER. De chauffeur van de autobus voor de Brcdosche rechtbank. Voor dc rechtbank te Breda stond gister te recht L. van V., geboren tc Goes, chauffeur tc Stavenisse, omdat hij 29 Dec. 1925 le Tho- len als bestuurder van een autobus daarmede in dc Eendracht is gereden. Er zijn bij dit ongeluk niet minder dan 7 dooden te betreuren geweest. TO getuigen h charge cn 5 getuigen dé charge worden in deze zaak, waarvan wij de dagvaarding reeds vermeldden, gedagvaard. Verdediger was Mr. Kegge vit Goes. *$s getuige-deskundige werd gehoord Dr. uit Leiden, die bevestigde, het door hem den arts ingediende rapport betreffende het vaststellen der doodsoorzaak van het slacht offer. Enkele getuigen d^den een omstandig ver haal van hetgeen zij bij het ongeluk gezien hodden. De landbouwersleerling G. D., te Stavenisse was met de betrokken bus von het station te Bergen op Zoom naar Tholen gegaan. Er was pluats voor 20 personen. Bij de pont De Een dracht gekomen, waren er nog acht passagiers in. Op dc noodlottige steile helling, die boven dien glad en vettig was door den regen, voelde hij de auto terugrijden. De chauffeur werd door de angstige vrouwelijke passagiers van zijn plaats gedrongen. Hijzelf, achterin zitten de, wist door het achtei portier nog op hét laatste moment uit don wagen tc komen, zoo dot hij op don kant kon blijven, terwijl de bus in het water verdween. Dat was zijn redding. Bij het oprijden von de pont had deze getuige niets bijzonders gemerkt. Er werd toen her haalde malen sterk geremd. De 44-jarige veerman M. v. d. L., die al lon ger dan 25 jaar reeds op de pont van Tholen werkzaam is, zette de toedracht van het onge val uiteen. Hij reed achter op dc auto mede dc helling op, voelde de bus achteruit rijden «*n sprong' er, ook op het waarschuwend geroep van zijn knechtje, bijtijds of. Overigens gaf hij ongeveer dezelfde lezing als dc andere getuige. Als deskundige werd gehoord de chauffem A. P. G., te Breda, die bevestigde dat de hand rem niet in orde was. Er kon absoluut niet mee geremd woidon. De carrosserie was ern stig beschadigd. Het ongeluk had niet kunnen ♦plaats vinden als dc remmen behoorlijk waren geweest^ wat Ir. A. T., als deskundige gehoord bevestigd. Als getuige a décharge verklaarde de chauf feur J. Th. v. d. B., te Stavenisse, dat hij dcnzell'dcn dag met den wogen had gereden, doch niets had bemerkt. Bij de bchondeliag bleek dat dc getuige J. C. K., de eigenaar van de bus, dezer dagen te recht heeft gestuun we^enk meineed. De ont dekking hiervan bracht den president tot hevi ge verontwaardiging tegen den verdediger, dat die den man als getuige onder cede had doen hooren. De rechtbank begaf zich daarop in raad kamer, waarna bij hervatting der zitting do verdachte in verhoor werd genomen. De officier van justitie vroeg zich af wot de verdediging wel zou gezegd hebben indien doo: het O. M. getuigen deskundigen waren gedag- aard van een gehalte als door den verdediger waren meegebracht. Hij achtte het ten loste gelegde bewezen cn wilde 't den schuldige voor langen tijd onmo gelijk maken een autobus tc besturen. Eisch wegens dood door schuld 4 maanden gevange nisstraf, cn intrekking van rijbewijs voor 5 jaar en 4 maanden. De verdediger achtte de schuld niet bewezen Dc auto is door de redders danig beschadigd en een rappoit over dit wrak kan geen over tuigend bewijs zijn. Daarom vroeg hij vrij spraak. Uitspraak over 14 dagen. OM GELD TE KRIJGEN VOOR DE REIS NAAR HET VREEMDELINGEN LEGIOEN. Het geval van den deserteur- inbreker. De huzaar \V. G., milicien van het garni zoen te Deventer, die zich heeft schuldig ge maakt aan een reeks inbraken en te Venray was aangehouden, is in den nacht van 7 op 8 dezer uit hét arrestantenlokanl aldaar ont vlucht. G. is een avonturier, die al veel achter den rug heeft. Vroeger werd hij tot een jaar ge vangenisstraf veroordeeld, maar de reclassee- ring wilde het met hem nog eens probecren en kreeg gedaan, dat G. voorwaardelijk op vrije voeten werd gesteld. Om G. wat voor te berei den op het burgerleven en hem nog eenigen tijd onder toezicht tc kunnen houden het milieu waaruit G. komt is bijzonder slecht stonden de militaire autoriteiten toe, dat G. weer bij de huzaren kwam. Daar kwam evenwel zijn avontuurlijke geest rure parten spelen. Met een kameraad, den vijwilliger-huzaar F., sprak hij af tegen de Riffi in Marokko te gaan vechten, in Franschen dienst. Dc moeilijkheid was aan geld te komen voor de reis naar Frankrijk, ten ejndc in het vreemdelingenlegioen dienst *e kunnen nemen. F. wilde niet meedoen om het benoodigde geld tc stelen. Dat zou G. alleen» opknappen. In een brief aan zijn kameraad F. vertelt G. nu zijn lotgevallen bij zijn inbraken. Hij liep van Deventer naar Olst cn kwam daar bij den caféhouder-winkelier Hofmeycr terecht, wien hij vroeg om een koek. Hofmeycr ging dien koek uit den winkel holen en intusschen stal G. uit de toonbanklade in het café een gulden, waarmee hij Hofmeycr netjes den koek betaal de. Zoo kwam hij aan zijn ontbijt. Zoo trof hij het beter dan in den vroegen morgen, toen hij in dc cantine in Deventer inbrtok cn daar een leege toonbanklade aantrof en om zich te troosten een pak sigaretten meenam. Van Olst ging G. naar Zwolle en vandaar naar Nieuw- leusen. Des avonds brak hij eerst in bij een slager, waar hij weder geen geld vond, moor wel worsten. Toen brak hij dien avond in bij den caféhouder Massicr, bij wien hij een goed gevulde portemonnaie kaapte. „Maar", zoo schreef hij aan F., „nog niet genoeg voor de reis van ons beiden naar Marokko". Bij een volgende inbraak dien nacht in den Coöp. Win kel stootte hij in het donker zijn neus tegen een beschot en vond niets van zijn gading. Toen zocht hij een hooiberg op voor nachtverblijf. Den anderen morgen ging hij per tram naar Zwolle terug. Zijn medereizigers vertelden hem von de inbraak bij Massicr en het daar gesto len geld, 80. G. antwoordde: „Die kerel was don zeker om geld verlegen." Hij bcgTeep, zoo schreef hij, dot het nu tijd werd om beenen te maken. Per vadio-omroep liet de militaire politie te Deventer G.'s aanhouding verzoeken, wat te Venray geschiedde. Arrcstontenlokaal en be waking lieten daar te wenschen over, behalve voor G. zelf, die kans zug weg te komen. VERKEERSONGEVALLEN. Knoopje onder een autobus. Gistei morgen had te Papendrecht een ern stig ongeval plaats. Dc II-jarige G. Pauplit van de Oostcrlijke school verliet de speel plaats en ging den dijk op. Juist passeerde een autobus, met het gevolg dat het knoopje cr onder geraakte en verpletterd werd. De mare chaussee onderzoekt het geval. SCHEEPSONGEVALLEN IN DE ROTTERDAMSCHE HAVEN. Aanvoring. Gistermorgen werd te Rotterdam het sleep- schip „Rhcnania 14" van dc Rhcinische Fahr- gesellschaft m.b H. Rhenania, door de sleep boot Transport 10 van diezelfde M. uit de Waalhaven gesleept. De schipper van de „Rhc nania", de 54-jarige A. Smit, uit Erbach, moest met zijn met erts geladen schip stroomopwaarts cn hield daarom den 'Zuidwol. Gekomen ter hoogte van de Dokhaven moest de sleep uit wijken voor een groote sleepboot, welke door twee sleepbooten werd geassisteerd. Hierdoor geraakte do sleep 100 meter uit den wal. Bij de Maashaven moest wederom worden gepas seerd, ditmaal voor het Noorsche stoomschip „Sixty Four", dot deze haven uitkwam. De sleep echter was nog niet in de goede ligging gekomen, waardoor een aanvaring niet kon worden vermeden. De Noorsche boot voor de „Rhenania 14" in het midden aan ter hoogte von ruim 3, waardoor een groot gat ontstond, tengevolge waarvan het sleepschip veel water maakte. Vijf sjeepbooten, die in de omgeving waren, hebben onmiddellijk assistentie verleend cn het zinkende schip op sleeptouw genomen naar de Maashaven. Het gemeentedok hier was door juist voor oen onder schip neergelotcn, maar de „Rhenania" is direct in het dok in veiligheid gebracht. Persoonlijke ongelukken kwamen niet voor. Het bergingswerk van den „Stormpolder". Hel Rijnschip „Stormpolder", dat voor den mond van da Rijnhaven te Rotterdam is ge zonken, ligt voor de scheepvaart zeer gevaar lijk, waarom zoo snel mogelijk met het ber gingswerk, dat Van der Tok's Bergingsbedrijf Woensdag reeds is begonnen, zal moeten wor den doorgegaan. Daar echter het schip op zijn kant ligt en de lading uit de ruimen is gevallen, is het uiterst moeilijk het schip recht te krijgen, hetgeen gebeuren moet alvorens het schip zal kunnen worden gelicht, zonder dat het verloren gaat. Reeds één kabel is aangebracht, maar men denkt toch niet vóór Zondag a.s. het schip gelicht tc hebben. Gistermorgen heeft de bekende duiker Sper ling zich«in dc roef begeven, teneinde de lijken van de vrouw cn de drie kinderen boven te kunnen brengen. Bij zijn onderzoek bleek hem evenwel dat in de roef, die men door een keukentje dat eenige treden hooger ligt be reikt, alles wat los stond op een hoop is ge vallen, zoodat het voor den duiker gevaar op leverde zijn onderzoek tot in de roef vooit te vetten. Daar hij in dc keuken niets gevonden heeft, moest hij onverrfchterzake terugkeeren. Men znl nu dc lijken eerst bergen als het schijj gelicht is NOODLOTTIGE AANVARING. Een schipper verdronken. Gistermiddag heeft op de Menvede bij Gies- sendam een aanvaring plaats gehad tusschcn de Franschc sleeoboot Roméc en een ledig klipperschip uit Ophcusden. Door den schok is de schipper van het klipperschip over boord geslagen en verdronken. Zijn lijk was gister avond nog niet opgehaald. Het roer van het klipperschip werd verbrijzeld, terwijl in den achtersteven een groot get ontstond. Het is evenwel nog drijvende gebleven. DE STORM. Schepen vergaan? Van schipper Bruins, die Dinsdag uit Kam pen met zijn klipper naar zee is vertrokken, heeft men sindsdien niets meer vernomen. Te Harderwijk zijn dcelen van het schip aange spoeld. Aan boord bevonden zich schipper Bruins, zijn vrouw, 4 kinderen cn een knecht. Familieleden, in de haven te Kampen liggen de, vreezen het ergste. De mogelijkheid be staat, dat zij door den een of anderen schipper geborgen zijn, maar dqze kans is zeer gering. Te Kampen vreest men, dat ook het schip van schipper de Groot, dat met mest geladen Dinsdag naar zee is vertrokken, vergaan is. Nadere bijzonderheden ontbreken. Een visschcrsvaortuig in gevaar. Uit Enkhuizen: Ten Noorden van Enkhuizen vevkeerdc Woensdagavond een visschersvnai- tuig in groot gevaar. Na overleg met het be stuur van de afdeeling der verceniging tot red ding van schipbreukelingen zijn eenige Enk- huizer vletterlicden met een groote roeiboot uitgevaren om hulp te bieden. Het in nood verkeerende vaartuig bleek te zijn dc Durger* dam 76, met twee opvarenden, vader en zoon. Wijl intusschen de storm aanmerkelijk gemin derd was. besloten de beide Durgerdammers hun vaartuig niet te verlaten. KORTE BERICHTEN. Brandstichting uit wraak*. Het Hof te Amsterdam deed uitspraak in de zaak tegen E. dc G. uit Hilversum, die op II September j.l. uit wraak brand had gesticht in de woning von zijn broeder cn schoonzuster te Hilversum en deswege door de Vierde Kamer der rechtbank tot 5 jaar gevangenisstraf was veroordeeld. Het Hof wees af het verzoek van den ver dediger mr. Schade tot instelling van een nieuw psychiatrisch onderzoek en veroordeelde be klaagde thans tot drie jaar gevangenisstraf. DE WATERSNOOD. Een vijfde bijdrage van het Smc- roefonds. Aan het bestuur van den Koninklijken Na- tionalen Bond voor Reddingwezen en Eerste Hulp bij Ongelukken „Het Oranje Kruis", werd door het Smeroefonds te Batavia een vijfde gift van 50.000 overgemaakt ten behoeve van de slachtoffers van de watersnoodramp. School- en Kerknieuws. DE ZAAK-GEELKERKEN. Het antwoord van dr. Geelkerken on het begeleidend schrijven 'von den kerkeraad aon de Synode te Assen. Dit antwoord luidt a's volgt Aan de buitengewone generale Synode van de Gcref. kerken in Nederland, vergaderd te •Assen. Weleerwaarde en eerwaarde heeren cn broeders I Het doet mij diep leed, dat het resultaat van alle beschouwingen en besprekingen der afge- loopen weken niet anders is geweest dan dc eisch tot onderteekening van de door uwe ver gadering opgestelde verklaring, van welken eisch ik de rechtmatigheid tot mijn spijt niet vermag in te zien. Naar mijn gevoelen toch wordt o.a. door de wijze, waarop uwe synode haar opvatting aan gaande de door haar genoemde bizonderheden van Genesis 2 en 3 in verband brengt met artikel 4 en 5 der Nederlandsche geloofsbelij denis, het in die artikblen beleden gezag der Heilige Schrift, waarvan „de Heilige Geest ge tuigenis geeft in onze harten" en waaraan ik mij dan ook zonder eenig voorbehoud onder werp, feitelijk toegekend aan dc uitspraak ccner kerkelijke vergadering. Gelijk ik reeds meermalen verklaarde, heb ik persoonlijk geen bepaalde exegese betreffende bedoelde punten, en evenmin op zichzelf eenig geloofsbezwaar tegen de onder ons bestaande, Iraditioncclc uitlegging daarvan. Trouwens m. i. kon dc geloovige, ondanks voor hem ten deze bestaande moeilijkheden, die, naar ik niet ontveinzen mag, ook voor mij door een beslis sing als dc uwe uit den aard der zaak niet weg genomen worden, uit de bedoelde bizonder heden de openbaring Gods klaarlijk verstaan. Doorbij meen ik mij overtuigd te mogen hou den, dat uw uitspraak allerminst bedoelt de ten allen lijdo door onze vaderen gehandhaaf de vrijheid van wetenschappelijk onderzoek af te snijden, en vertrouw ik, dat uwe synode vóór haar uiteengaan maatregelen zal treffen voor een behandeling in vollen omvang dat zich onder ons voordoende vragen inzake ge reformeerde schriftbeschouwing, waarmede de opvatting der in uwe verklaring genoemde dé- toils ten nauwste samenhangt. Dit in aanmerking nemende, ben ik bereid, ui1 hoofde mijner ambtelijke bediening in onz»* kerken, die mij lief zijn bii mijn prediking on catechetisch onderricht mij, in afwachting van den zoo spoedig mogclijken afloop dezer nood zakelijke behandeling, naar uw uitspraak om trent „dc klaarblijkelijke bedoeling van het Schriftverhaol von Genesis 2 en 3" tc voegen. Met broedergroet, w.g. DR. J. G. GEELKERKEN. Amsterdam, 10 Maart 1926. Het begeleidende schrijven van den kerke raad luidt 'Amsterdam, 10 Maart 1926. Geliefde broeders in Onzen Heere Jezus Christus I Dc raad der gercf. kerk van Amsterdam-Zuid heeft uw verzoek, zijn predikant te bewegen tot het teckenen der door u hem voorgelegde ver klaring met grooten ernst overwogen. Dat hij desondanks geen vrijheid heeft kun nen vinden, aan dit verzoek te. voldoen, vindt zijn grond in dc volgende overwegingen Ofschoon de raad tot heden nog steeds niet officieel en volledig kennis heeft gekregen van de door uwe vergadering tot dusver in „de de zaak-dr. Geelkerken" genomen besluiten, heeft hetgeen dienaangaande bij monde uwer bizonderc commissie te zijner kennis kwam, als ook hetgeen in de dagbladen, meer speciaal in de Standaard van 4, 5 en 6 dezer, is ge publiceerd, hem den sterken indruk gegeven, dat het niet in overeenstemming met het tus- schen de gereformeerde kerken geldende „Ak koord van kerkelijke gemeenschap", en dat'het veel minder als een uitvloeisel of toepassing daarvan beschouwd of aanvaard mag worden; terwijl de raad bovendien de rechtmatigheid der genomen besluiten niet kan erkennen. De Raad stelt zich voor na ontvangst uwe/ volledige en olficieele kennisgeving von een en ander, hierop terug te komen. Overigens wil hij dit schrijven niet beëindi gen, zonder nog eens nadrukkelijk gewezen tc hebben op het hooge belang van de zaak en de dure verantwoordelijkheid, die ten deze op uwe vergadering rust. Zijnerzijds meent hij in goeder consciëntie te kunnen verklaren, in zonderheid nog in deze dagen niets achterwege te hebben gelaten, om eene breuk tc voorko men. God leide u door Zijn Geest I De Raad der Gereformeerde kerk van Amsterdam-Zuid

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1926 | | pagina 2