AMERSFOORTSCH DAGBLAD „DE EEMLANDER" Het ondergiondsche Syndicaat. 24e Jaargang No. 222 TWEEDE BLAD. BINNENLAND. FEUILLETON. Zaterdag 20 Maart 1S26 Opvoeding en onderwijs. Nieuwe Wegen. VII. Er is ïn orvze dagen een niet meer te mis kennen dTang tot uiting gekomen, waarover opvoedkundigen van alle tijden gesproken hebben of waaraan ze in de praktijk hebben gehoor gegeven, de drang: terug naar de netuuTÏ En terwijl er van het platteland een steeds toenemende trek is naar de stad, trachten talrijke stedelingen zoo gauw het maar mogelijk voor hen is de stad te ont vluchten. Villa's en optrekjes verrijzen overal in ons land, waar nog natuurschoon te vinden is. En voor wie dit een tc kost bare weelde is, blijkt de tent een uitkomst te rijn. Er wordt reeds opmerkelijk veel in ons land gekampeerd. Waar deze aandrift nog maar van heel kort geleden dateert, lijdt het geen twijfel of over eenige jaren zal ieder plekje van ons vaderland, waar maar water te vinden is of waar nog een boer woont, in den zomer veranderd worden in een tentenkamp. In Duitsch'land toornt zich deze neiging in nog sterker mate dan hier, vooral onder de jongeren. De „Wandervögel" zijn door heel het Germanen-land vermaard. In Amerika is een „Woodcraft"-beweging, die ook de te rugkeer naar de natuur predikt, de terug keer tot het oerwoud, waar levenskracht en levensblijheid geput worden in de onge repte uitgestrektheden van Gods wondere schepping. Ten onzent gaat de P. I. A. (Praktische Idealisten Associatie) voor om ouden en jongen de vrije natuur in te trekken, eenige weken lang in den zomer. Alle mogelijke jeugdbewegingen doen er aan mee, de Padvinders, het Nederendsch meisjesgilde, de A. J. C.-'ers, de V. C. J. B.-'ers en vele anderen. Onze jeugd is er op verzot. En geen wonder. We schijnen hier met een ontmoe ting van twee factoren te doen te hebben. In de eerste plaats met de steeds groeiende drang naar zelfstandigheid, die meer en meer onze jeugd gaat kenmerken. In het bijzonder geldt dit voor de rijpere jeugd, <Ke meer gehoor wil geven aan wat spreekt in eigen innerlijk, die meer dan vroeger ooit, vecht voor zijn vrijheid, die vrijheid om zichzelf te zijn, zooals onze voorvaderen het eens vroeger gedaan hebben. En deze jonge mannen en vrouwen scheppen wereldwijde organisaties. Alles het werk van' een vijfentwintigtal jaren. De geest van den nieuwen tijd bezielt hel eerst de jongeren. Kan het ook anders? Zijn zij niet de kulluurdragers van morgen en zijn wij niet verward in vooroordeel en en mas sale suggesties? En terwijl onze grijze diplomaten de grootste m-oeite hebben, jarenlang, om het een of ander verdrag in elkaar te zetten, dikwijls product van weder- zijdsch wantrouwen en dat den volkeren de allergrootste moeit geeft nader tot elkaar te komen, reiken de jongeren elkaar bij voorbaat de broederhand in groote interna tionale verbenden. Heerlijk teeken des fcijds, Voor onze oogen daagt het internationalis me als een bewijs van een zichzelf te boven gekomen individualisme. Zoo althans moeten wij het verstaan! Sommigen meenen, dat daardoor eens hel vaderland voorbij gezien zal worden, dat internationalisten vijanden van eigen natie zijn. Hoe verkeerd is deze meening. Alleen juist wie sterk nationaal gevoelt (niet chau vinistisch) kan zuivere internationalistische gevoelens huldigen. De kleine gemeenschap zet zich uit tot de grootere. De verdraag zaamheid wordt werkelijker, het samenhoo- righeidsgevoel sterker: niet meer één volk ziet de internationalist, maar hij ziet zijn volk als deel van het grootere volk: de menschheid. Aan den anderen kant speelt in dit stre ven om terug te keeren tot de natuur ooi een atavistische factor zijn rol. Leefden al onze voorvaderen niet eens in het oerwoud, waren ze niet allen eens spoorzoekers en berenjagers? Wij hebben het verlangen naar de natuur in ons bloed! Alleen een te mte- lectualistisohe opvoeding kan dien drang in ons dooden of verslappen. En hebben onze biologen en psychologen ons in de laatste jaren niet opmerkzaam gemaakt op wat zij noemen biogenetische wetten? Deze houden in, dat in ieder individu zich de ontwikke ling van het geheele ras herhaalt, vanaf den boombewoner, den jager en vissoher, tot den kultuurmensch van heden toe. Maar dan ook herleeft in ieder van ons op een gegeven oogenblik dien drang naar de na tuur, dien wij allen in onze jeugd alleen ce'ebra-al hebben kunnen venverken. Een averechtsohe methode! Ook hier heeft de opvoeding haar kansen verzuimd. Zoo goed als ze geen gebruik maakte van de gevoe lige perioden bij het jonge kind, heeft ze die van den jongeling en de jonge vrouw verwaarloosd. Haar verontschuldiging is na tuurlijk. dat ze niet beter wist. We herinneren ons allen heel goed, hoe we geleefd hebben in onze gedachten met de woudloopers, hoe we Aimard en ande ren verslonden hebben. Herleeft zijn geest in onze dagen niet op een hooger niveau in schrijvers als Long en Curwood? Een groote liefde voor het dier in het algemeen met de zucht naar avontuur kenmerkt de boeken van him hand. Een soort dieren- psycholog'ie in romantisch kleed wordt hier de jeugd geboden, dre_ er onmiddellijk gretig beslag op gelegd heeft. Welnu, terwijl wij ouderen deze gelegen heid hebben verzuimd te benutten, grijpt de meer zelfstandige jeugd van heden ze met onweerstaanbaren durf aan. Ze zoekt de na tuur opnieuw in de vacanties in lange, veeldaagsche wandel- en fietstochten, met of zonder tent. Ze wil kampeeren, lijdelijk op de meest primitieve manier zich behel pen en 's avonds genieten van het kamp vuur, waar zoo'n zuivere rustige stemming kan heersdien, waar intieme dingen kun nen worden besproken, waar de harten voor elkaar opengaan en men elkaar oneindig sneller en beter leert kennen dan in het dage lij ksohe leven. Deze zelfde driften brachten er dan ook verschillende opvoeders toe hun Lander- ziebungsheime in Duitschland en elders cp te richten, zooals hier de vorige keer is aangegeven. Elisabeth Huguenin, Ieerares aan de Ecole des Roches, een nieuwe school in Frankrijk, heeft eenigen tijd de Odenwaldschule van Paul Geheeb bezocht en er gewerkt ook. In een mooi boekje, vol waardeering en liefde voor Geheeb en zijn werk, vertelt ze van deze school. (Paul Geheeb et la hbre communaulé scolaire de L'Odenwaldl). Zij noemt de Odenwalch schule een kunstwerk, want zegt zij: „een hoogmenschelijke gedachte en een ideaal, verwerkelijkt door de inspanning en liefde van een. heel leven, vormen een kunstwerk. En terwijl andere kunstwerken eigenlijk dood zijn, is dit vol leven. Is er iels, dat meer waard is om door een kunstenaar ge modelleerd te worden dan juist de mensche- Hjike ziel? En daar immers gaat het hier om." En een eind verder voegt ze er aan toe: „De hernieuwing van onze wereld zal niet het gevclg zijn van een wonder, maar van het moedige werk van mannen en vrou wen, wier oogen geopend zijn door de smartelijke ervaringen des levens. Dawcm ziet men dat in alle landen degenen, die niet alle vertrouwen verloren hebben in onze verscheurde samenleving, hun hoop vestigen op het kind. Met al de hun ge schonken krachten willen zij werken aan de vorming van een nieuw geslacht, dat belei zal zijn dan het vorige. Drie groote beginselen beheerschen deze kleine samenleving: coëducalie vrije schoolgemeenschap da organisatie ven het onderwijs in een cursussysteem. Wat het eerste punt betreft, dit is onge twijfeld een novum op onderwijsgebied, ook ten onzent: een internaat van jongens en meisjes van allerlei leeftijd (van twee tot twee-en-twintig!), die dezelfde huizen bewo nen, dezelfde plichten deelen en zich ver maken met dezelfde spelen. Beginsel twee is niet minder opmerkens waard: een gemeenschap te stichten "waarin k'einen en .rooten, meesters en leerlingen dezelfde rechten kunnen laten gelden omdat ze dezelfde plichten te vervullen hebben. Velen meenen ongetwijfeld, dat een dergelijke gemeenschap spoedig op de reinste anarchie moet ui tic open. 't Omge keerde blijkt. Mad.elle Huguenin merkt zeer terecht op, dat, hoewel de leden eencr de mocratie dezelfde rechten hebben, zij toch onderling natuurlijk in wacrde verschillen. In een groep mensohen vomit zich altijd een kern. die haar geestelijke meerderheid over de anderen doet gelden. De schrijfster spreekt van een zedelijke aristocratie, be wust van haar pachten. Deze vormt het leidend beginsel in de gemeenschap. Slechts geestelijke meerderheid mag leiding geven: geen autoriteit, meer superioriteit. Het behoeft zeker geen betoog, dat de persoonlijkheid van den stichter en leider een groote rol sieelt. Hij wordt niet ge respecteerd. omdat hij rechtens erkend wordt als directeur, msér omdat hij een hoogstaande figuur is, die Mad.el'e Hugue nin karakteriseert als de voorzienigheid der school, die waakt oveT het welzijn en het geluk van allen. Kinderen en volwassenen weten, dat zij volkomen kunnen vertrou wen op zijn wijsheid en goedheid. Hier blijkt nog eens te meer de waarde der persoon lijkheid in de opvoeclinm vo'komen onder schat in Europa, waar men zich tevreden steMe met diploma's. En toch hangt van den persoon \an den opvoeder alles af. Den volgenden keer het een en ander over het schoolsysteem der Odenwald schule. J. II. BOLT. UIT DE STAATSCOURANT. Bij K. B is A Benoemd Bij het W apen der Infanterie, lot genernal- roajoor de kolonel, P G. vun Druncn, com mandant var de IVe Infanterie-brigade B. is een eervol ontslag uit den militairen dienst verleend lo. op hunne aanvrage aan den generaal majoor R van Ponthaleon Baron van Eek, in specteur dei Genie, hoofd der Vo nfdoelin<* "an het^ Departement vnn Orrlog, de adjudant ?*i Buitengewoncn Dienst van H M. do Koningin dc generaal-mnjooi Jlir E. J M Wittert, com mandant der IV Divisie do gencrnnl-mnio'r der Infanterie P G vnn Drunen voornoemd en de luitennnt-kolonel L. C A. Marchont, com mandant ven het I8r R^jnm.u Infantaria, al len ter zake vnn Inngdvigen di?nst 2o aan don kolonel J E Glosstoen, com- n.ondent der Vil" fnfnntr rie-^rimadè C. de Gencrnal-Majoor van Pnnthaleon Ba ron van Eek en Jhr Wittert, beidon voor ncemd, dank betuigd voer de veeljarige on belangrijke dmnst^n door hen aan d-n Land- bewezen, en hun de titulaire rung von luite nant-generaal \erleend; D. is benoemd bii het reserve-personeel der landmacht, bij het Wapen der lrfonterie tot reserve-hiitcnont-kolonel bij het 22e re giment do luitenant-kolonel Marchant, voor noemd benoemd tot notaris te 's-Hert~gcnbcsch, J. J. P. F. M. Sopcrs, cundidaot-notaris te 's-Her- tcgenbosch tot notaris te Hardcgnrijp, gemeente Tmt- rksteradccl, Mr. J. Gorter, candidaat-noturis, wonende te Buitenpost benoemd bij drn geneeskundigen dienst der Vndmacht, tct offiner van gezondheid 2e 'asse, de student in de geneeskunde (arts) H. Vos; bij het reserve-personeel dei landmacht, bij het personeel van den geneeskundigen dienst, tot rcscrvc-c ffirier van gezondheid 2e klasse, A. E. Marcus en J C Huysmun, artsen benoemd tot wcdcropzcggcns en buiten be- RECLAMES. Vnn 1—1 regels 1 4.06. elke regel meer 1.- WEER IETS NIEUWS BIJ C. A. De Firma C «V A BRENMNKMEYKR heeft thans een verstrekkende garantie inge steld op haar heerenklccding. Wie geen vol konten reden van tevredenheid heeft over het door dc firma C. A. geleverde., kan desgewenseht. zonder nicer, onmiddellijk zijn geld terug ontvang n. Elk risico da' een kleedingstuk dus •'erborgen gebreken «zou kunnen hebben, of nicj goed zou nissen. of dut tneu zou meenen, dat het elders voordoe leger te bekomen zou zijn, i> dus daarmede weggenomen Wii wnisciten de (irmn C. V Rrdnnink- mevcr dun dök van liarto eeluk m'et haar motto: ../«onlang de kooner niet tevreden is zijp wij het ook niet!'' C bewijs daar mede dc belangen van het publiek op den voorgrond te stellen wel wetende, dat '/ii 'oodoende baur eigen belangen op den duur bet beste behartigt Dit is de eenige basis waaroo een zaak on groote srhaal gedreven kan worden »n ink alleen daw^onr re»M van bestaan heeft. (Advertentie). zwaar van den lande, tot plaatsvervanger van 'Vn Rijksnovornpt t«: Rotterdam, Mr. A. vun Os, advccnat |e Dordrecht op verzonk eervol ontslagen, zulks in ver-' '-and met dc omstandigheid dat is medege deeld liet voornemen om dc inrichting vnn het dienstvak zoodanig te veranderen dat ziin werkzaamheden overbodig zullen worden, de heefdcorrmies der- pesterijen H. Bouwmeester en de ndj.-commies bij het hoofdbestuur der Posterijen tn Telegrafie M. W. Baart tc 's-Gro- venhogc. DE WATERSNOOD. H. M. dc Koningin naar het Land van Moos en Waal. H. M. de Koni. gin heeft gisteren met een I I. in gevolg een niet-officiec! bezoek gebracht nan het land von Maas en Waal. H M werd oa vergezeld door den commis saris der Koningin in de provincie Gelderland baron V in Heemstra en den inspecteur van de volksgezondheid Ir. Kuysten, leider van het ^iiiv/burpau voor her \v.it. isnoo.'V. hi' ;1 tc Nii- -gen Hr-d'-nmOrgen arriveerde H. M. te Tiel, vanwaar per auto naar Wnniel werd gereden. 5nar werden d. noodwoningen bezichtigd, die r---nrprirh» voor de bewoners der verwoeste oningen. De Koningin onderhield zich korten 'Md met verschillende personen Van Wnme! gaf het gezelschap zich naar Drcumel, welke 'v.nnr geteisterde gemeente onder leiding van '"h burgemeester de heer A. v. Erp'wcrd be- uehtrgd Uitdost«pt werd aan den ouden Maas- rii'-. do plaats waar de gemeente het meest geleden heeft. Vervolgens werd naar het gc- 'ntehuis gereden want H M. zich mc*t eenige ^oraanstaarrdo personen uit de gemeent" orfrn tijd onderiiieH Van Drcumel werd de f'echt over den hm stolden Maasdijk voortgezet 'aar Alnhen waar de dijkgraaf de heer J G. ''o Leeuw zirh bii het gezelsrahp voegde*. Ook informeerde H M noar de maatregelen ie genomen ziin ten bate vnn de slachtoffers Vervolgens werd nant .Maasbommel gereden Wnn'r ook s!"chts korten tiïd'werd vertoefd. Hi'" worden cp hel rnnd^uis --enige personen doo- M c"negen te* het geven vnn inlichtingen Via Apreltcrn werd Je tocht noar Altforst voortgezet TOEP.' PSING VAN DL KIESWET. Een schrijven van den minister van binnenlandschc zaken aan de burge meesters. De Minister van Binnenlandschc Zake:1 Landbouw heeft liet volgende schrijve ericht tot dc burgenféesters, voorzitter .n de hnofdstembureaux voor de verkic van dc leden der Tweede Kamer. .Onder verwijzing naar liet op 11 Januar 326 door mijn ambtsvoorganger aan de orzitter van de Eerste Kamer der Staten neraal ingezonden antwoord op de vra n van hel lid dier Kamer, den heer dr. 1 en, nel) ik de eer, U het volgende nier (kelen. Verschillende stembureaux hel -'ri zich bij de in Juli 1925 gehouden vei ezing' van de leden van de Tweede er, inzake art. 91 der Kieswet niet gedra i naar de aanwijzing v;in den Minister an Staat, minister van Binnenlandschc 2a ca. vervat in diens missive aan dc Gedepu- ieerde Staten der provinciën d.d. 27 De cember 1917 no. 10954, afd. B.B., door „op sen'tweede uittreksel uit de kiezerslijst, be vattende de namen der kiezers in het be- Jrokken stemdistrict, dc namen van de kie ners, die zicii aanmelden, door (te strepen) en het uittreksel uit de lijst niet een toelich tend schrijven aan den burgemeester (tc '.enden)". De door vele stemburealix gevolgde ge dragslijn om aart te tcekenen de namen van hen. die niet aan de stemming deelnamen. niet in overeenstemming geweest met de ?rükelcn 72 en 91 der Kieswet, waar sprake van een aanmeldingsplicht en niet van •n plicht om aan de stemming deel te ne en Niet van hen, die niet aan de stemming deelnamen, maar van hen, die zich niet heb- en aangemeld, had aanteekening moeten miii gehouden. Ik zou liet op hoogen prijs •ellen, indien door U de stembureanx in üv kring hiermede worden in kennis ge teld. opdat bij de eerstvolgende verkiezing en juiste uitvoering aan art. 91 der Kies wet worde gegeven. LUCHTVAARTVERDRAG MET ZWITSER LAND. Een wetsontwerp ingediend Bij d« Tweede Kamer is thans ingekomen n wetsontwerp tot goedkeuring van het op 18 Mei j.l. tusschon Nederland en Zwitserland Bern gesloten voorloopig Luchtvaartver- drog. Naar in de memorie van toelichting wordt opgemerkt stemt ook dit verdrag, evenals het verdrag met Noorwegen, wat den inhoud bc- tryft, in hoofdzaak overeen met dc tusschcn ons land en Groot-Brittannië en Ierland getrof fen schikking. Het verschilt echter in zooverro van de bovengenoemde verdrogen, dut onder dit verdrag enkel de particuliere luchtvaartui gen vallen. Op verzoek van dr Zwitscrschc rcgcering werd een slotprotocol toegevoegd, hetwelk bc- paalt. dat ten uan/ien van dit verdrag het vor stendom Lichtenstcin als een integrecrend deel van het Zwitsersch grondgebied zal worden be schouwd. voor zoover het tot het Zwitserscho douanegebied zol behooren. VERLAGING DER POSTTARIEVEN. Een audiëntie van het Comité bij den pl.v.v. directeur-generaal. Verdere actie. Het comité tot verlaging der posttaricven :ad een adres gezonden aan den directeur-ge nei au der pesterijen en telegrafie inzake de porti-verldgingi Nuar aanleiding van dc verzending vun dit adres had een onderhoud pluuts met den pluotsvcrvanger van den direeteur-generaal, waarbij met nadruk er op gewezen werd, dal handel en nijverheid in de stellige verwachting vorkeeren, dut de in uitzicht gestelde verlaging vun biivfkuurt- en daarna van briefporto in het nieuwe ju-ar een feit zou zijn geworden. Verder werd bij vernieuwing aangedrongen op verlaging vun dc drukwerk-tarieven cn op ilc schijnbaar stclscllooze bcoordeeling van wat periodiek cn wat drukwerk is. Naast enkele, puntep vun meer plaatselijk bc" lang werd ook gt'hundeld over het eventupel uitvallen eener bestelling. Namens het hoofdbestuur der posterijen werd, wat het punt drukwerk-tarieven betreft, rop gewezen, dat de twee cents per 50 gram hier tc lande geheven, ten opzichte van andere lunden luag is te noemen. Een vergelijking werd getroffen o.a. met Zwe den cn Noorwegen, Groct-Britunnië cn de.Ver- ecnigde Staten, wour het tarief iets hooger is. Wut de verlaging der turieven voor bricf- 1 taarten cn brieven uangout, kunnen geen toe- ggingen worden gedaan, uongezien althans dit was de indruk, dien de commissie kreeg, 'it verband houdt met het sluitend budget der nlgemeene middelen. Wat het uitvallen cener bestelling betreft, het hoofdbestuur dej posterijen was tot de con- clusie gekomen, dat dit geheel lokaal moet worden bezien. In een sedert gehouden vergadering van het vf lledigc comité werd besloten zich direct na afloop der ministcrieelc crisis met een adres tot den minister van arbeid, handel en nijver heid te wenden cn eveneens tot den minister van financiën en beide adressen mondeling toe te lichten om er op te wijzen, dut naar de Tecning van het comité, vertegenwoordigende ('oor zijn samenstelling den handel en de in dustrie hier tc lunde, het niet aangaat, dot De weg tot volmaking en tot vooruitgang is voortdurende zelfcritiek. Böcklin. Doo. Mrs. C N. WILLIAMSON. Nederlandsche vertaling van Ado van Arkel 83 Dit waren Sheila's persoonlijke verdrietelijk heden, maar ze had nog andere. Zc had zeer veel medelijden met kapitein Derby, dien ze sympathiek vond en bewonderde en wiens zaak ze graag zou hebben bevorderd als ze kon Ze leed mee met lady Viola, die woorschijnlijk ge dwongen zou worden een man te trouwen, dien ze niet liefhad; en ze vreesde dat haar vriendin nog steeds in gevaar was voor de geheime samenzweringen van de twee joloersohe vrou wen Wat den brief betreft, dien Viola haar ge vraagd had aan mr. Franklin to geven, zc had hem dien niet overhandigd gedurende hun kort onderhoud des morgens en toen er verscheidene uren voorbij waren gegaan, zonder dat ze hem weer ontmoette, had ze den brief bij een ver klarend briefje ingesloten en aan lady Viola gezonden Wat er daarna gebeurd was, of de brief toch weer gezonden was, of het meisje haar antwoord mondeling inplaats van schrifte lijk had gegeven, of dat de kwestie nog onbe slist was, wist Sheila niet, want ze had niets gehoord Ze behoefde niets van haar gewone werk dien dag te doen, behalve dat voor mr. Mc Kinnon, want men zei haar, dat noch mr. Carrington, noch kapitein Derby haar diensten noodig had den en ze wist niet of dit was omdat ze in ongenade was gevallen, of omdat de diefstal van mr. Carrington's juweelen den gewonen gang van zaken in de war had gestuurd. Later, teen het tijd werd om noar lady Ething- ton te gaan, hoorde ,c, dat ze ook daar niet heen behoefde dien middag en ze zou dus het grootste gedeelte vun den dag niets te doen hebben gehad, als niet mr. Mc Kinnon hoar genoeg werk had gegeven in zijn eigen kantooi om datgene wat ze gewoonlijk deed tc vervan gen. Ze was in een eigenaardige gemoedsstem ming, een stemming, die ze niet lang zou kunnen verdragen, dot voelde ze. Tegen den avond, toen ze trachtte de leelijke kleine kamer wat bewoonbaar te maken, besloot ze dat ze dien avond in het geheim een bezoek aan den toren zou brengen om te ontdekken, zoo mo gelijk, waarom ze daaruit verbannen was. Ze wist niets van lord Glentorly af cn kon niet aannemen, dat hij in eenig verband stond met de geheimzinnige voorvallen in den toren, hij was zelfs niet in het hotel geweest toen zij voorvielen. Maar zij geloofde, dat zijn verlan gen om die kamer te hebben alleen een voor wendsel was om haar er uit te krijgen. Misschien zou hij - hem werkelijk krijgen, misschien niet Misschien werd hij lieelemaol niet in gebruik genomen, althans niet onmid dellijk maai van één ding was Sheila abso luut overtuigd er zou iets in die kamer ge beuren of in ieder geval in den toren en nog dezen nacht, anders zou zij niet zoo ineens hebben moeien verhuizen Sheila dacht er niet aan. dal, als zc gelijk had met haar veronderstel lingen, dit Laar toch niets aanging. Zc was tot de conclusie geko men, hoewel nog vaag en onduidelijk dal er vele mysteries als beweeglijke schadu wen door het hotel bewogen en dat al die donkere schaduwen door één hand werden be- stuuid, die misschien door andere geholpen weid; dat er een bord was lusSchen al dip voorbijrlijdende schimmen. Carrington was ei in betrokken, als het auto- ongeluk een deel van het complot was, kapi tein Derby was er in betrokken, lady Viola, en achter den ondoordringbaren sluier meende Sheila Fianklin en giavin Ka*ovski te zien. Misschren dat 110 den nacht die sluier niet meer zoo ondoordringbaar zou zijn Het meisje be sloot in ieder geval haar best te doen, .zelfs al waagde ze veel, om uit te inden, wat ec aan de andere zijde van den sluier was. Sheila bleef den heelcn avond in haar ka mer zooals zc in de mccie vroegere kamer ge~ b'even was maar ze ging niet op li aar gewo nen tijd naar bed, ze bleef opzitten cn trachtte te lezen en keek af en loe naar de gevlekte en ouderwetsche schets van den jongen in d ouderwetsche kleeding, dien zc tusschcn bladzijden van een van haar eigen boeken mee had genomen uit de oude kamer. Dit gezicht leek zóó op dat van kapitein Derby, dat ze halt en half van plan was het hem eens te laten zien en hoewel zo het niet mee wilde nemen en er ook geen recht toe had, als ze G'entotly kastec.l verliet, had ze toch ook geen lust gehad het op dc oude plaats te laten. Als ze dat gedaan had, en de torenkamer zou werkelijk betrokken worden, zou ze de teekening niet kunnen halen a's ze er toe besloot hem kapitein Derby te laten zien. De gasten in het hotel, zoowel zij, die er voor hun genoegen kwamen, als zij die er voor hun gezondheid verblijf hielden, girgen vroeg naai bed, cn te middet nacht was het groote huis in ruste, cn de hall cn salons verlaten, zelfs door de mennen, behalve wanneer er een bal of theatervoorstelling plaats vond. Sheila wist dit cn toen hetl ruim een half uur na mid dernacht was opende ze haar deur cn keek naar builen. De f auw vellichte gaiVcr was zoo stil als het g^nf. Zelfs de man, die de schoenen ophaalde was al gekomen en weer weggegaan en zou riet voor vroeg in den morgen terirgkeeren. Ze liep cp de teeren naar beneden en hoord<- geen geluid, op de benedenverdieping s ond een groo.e k ok plcch ig tc tikken en dc v "- zers wezen kwart voor één. Sheila meende, dat ze nu wel veilig was. Ze zou niemand ontmoe ten of het moest iemand zijn, die om even vreemde reden als zij ze'f rondwaarde. Om van dit gedeelte van het huis naar den toren te gaan, waar Sheila gewoond had, moest Zc de deuren van mr. Carrington en kapiicin Derby voorbij. Zij waren ,in dezelfde gang en vlak daarboven was de irgang tol den toren en hun garvr kon met een zware schuifdeur woiden afgesloten van een kleine vierkante hall, waai verscheidene particuliere zitkamers op uit kwamen. Sheila had die deur nog nooit ges'oten ge zien en zoover ze wist, werd die dag noch bij nacht ooij gesloten maar nu \vas hij tot haar verbazing* dicht. „Hij zal stellig piepen cn iemand wakker maken", ducht hef meisje spijtig toen ze voor zichtig probeerde de dcut open te schuiven. Ze probeerde echter eenigen tijd tevergeefs en pas toen ze een eigenar.rcVge ouderwe.scV* heak ontdekte, die de klink neerhield, als ze de kruk tracht lp om te draaien, slaagde ze er in de deur le openen. „Verbeeld je, dut iemand aan den anderen kant eens hierdoor hod willen gaan", zei zc in zichzelf, „dan zou hij op dezc manier niet in d- gang hebben kunnen komen". En meteen kwam d1 geduchte in hoor op, dat die gesloten cn gegrendelde deur misschien een deel van het mysterie was, dat zij hoopte te kunnen op lossen. Dc gedachte verschrikte hour, daor die het complof wat het ook was zoo uitgebreid en zoo geweldig deed schijnen, dut de on'.dek- king daarvan wel eens boven haai krachten zou kunnen blijken, of dat ze in haar pogingen zelf te g onde zou gaan. Toch zette ze door en duwde langzaam 3r schuildeur terug die, inp'oats van tp piepen, zóó geluidloos openglced, dut Sheila ver* moedde dat hij pas gesmeerd was locn de deur open was, sloeg een golf scherpe rook in hot gezicht van het meisje Z< kon geen licht in den gang zien, behalve eer. vnge gele schijn flauw zichtbaar door een dikke biuine rookwok. Onmiddellijk spronigen de tranen haar in de pijnlijk stekende oogen en slechts door mond en neus met een zakdoek te bedekken belette Ze dat zc begon te hoesien. „Er is hier ergens brand", zei ze in zichzelf cn mef een ongstschok dacht ze aan mr. Car rington. Zijn kamc-r was in deze gang. Als die een, in brand vloog terwijl hij sliep? Als de zelfde pet soon, die zijn juweelen gestolen had, hem nu eens door vuur wilde dooden Met stekende oogen cn longen door den scherpen rook ging Sheila op den tast de gang door en wilde juist stilstaan voor dc deur van Cnrringtons kamer, toen ze een rood licht door het sleutelgat van de tegenover'iggende kamer zag schijnen. (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1926 | | pagina 5