KINDERRUBRIEK. De föbriek van Oom Karei. Toen jelui onze krant van de vorige weck opsloegen, zullen er zeker wel enkele van je lui wat teleurgesteld gekeken hebben. Want de correspondentie was heel kort. Er waren maar enkele briefjes in beantwoord Misschien heb- hen jelui zelf wel begrepen hoe dut kwam. Daai is.de Hemelvaartsdag de schuld van. Toen hadden de zetters op de drukkerij natuurlijk ook vrij en kon alles niet meer op tijd klaar komen. Daarom konden alleen de blieven, die ik Maandag en Dinsdagmiddag kreeg nog beantwoord worden. Maar deze week staat er weer alles in, ook de oude correspondentie, die de vorige week moest blijven liggen Deze keer staan cr weer c*n paar opstellen in de krant die voor een prils in aanmerking kunnen komen. Knip ze maar weer uit, lees ze aandachtig en bewaar ze dan bij die van de vorige weck. Als ze alle zes in de krant heb ben gestaan kunnen jelui stemmen, wie je denkt dat een prijs moet hebben. Ik eindig nu deze keer met jelui allemaal een prettige en vroolijkc Pinkstcrvacantic toe te wenschen RAADSELS Oplossingen van de vorige week. De oplossingen van den vorlgen keer waren I. Bilthovcn nföt de woorden b. pil, bo lus, vesting, Bilthoven, Schoorl, havik, hek, n II. Het oog van den mccstei muokt hei paard vet", met de woorden den, aan, paard, ster, gems, Koos, v. d., aster, h heet. vet, t Dc prijs is dcïTr keer gewonnen door Nimf, die hem Dinsdag aan ons bureau kun komen halen NIEUWE RAADSELS, I. Het geheel bestaat uit 5 woorden en 25 letters. 14, 5, 19, 8 is een jongensnaam 25, 18, 13 24, 23, 16 vindt men in een bosch 4, 5, 21 is een vervoermiddel 7, 9 is een voedzaam eten 17, 22, 20, 12, 19, 10, 18 is synoniem met „alle soorten". 6, 2, 1, 3 vindt men in melk 15 is een klinker. II. Mijn eerste is een leclijke eigenschap van menschen zoowel als van dieren. Mijn tweede en derde streelt dc tong. Wie mijn vierde in grootc mate bezit is rijk. Mijn geheel is een land dat ge op geen en kele kaart vind, en dat toch bij velen geliefd is (Ingcz. door Eersteling) VRAAGSTUK. Met b ben ik een jongis wcnsch. Met k ben ik een nuttig mensch. Met h ben ik een naar verblijf. Met st steun ik het zwakke lijf. OPSTELLENWEDSTRIJD III MIJN PAASCH VACANTIE. Mijn heele PaosChvocantie heb ik in het dorp O. op Texel doorgebracht. Het was wel merkwaardig, want ik heb hec-lemual geen re gendagen gehad, terwijl het hier, naar ik hoor de, ccnige dagen wèl geregend had. De dag waarop ik zou weggaan trof ik mooi weer. Ik heb dien dag toen van twee bootreisjes geno ten. Het eerste- reisje was van Amsterdam naar Zaandam, in een prachtige boot. Met die boot heb ik nog een avontuurtje be leefd. Nu, een „avontuur" mag het eigenlijk niet genoemd worden; een ongelukje. Het ging zoo. De boot voer van de wol af en daar komt een aak met zand, met nog twee volle aken er achter, aanvaren. En dc boot èn de aak konden niet genoeg uitwijken cn zoodoende had er een klein aan vair nk je plaats. Wie wel eens op de Zaandammer boot ge weest is, weet, dat er onderin ook nog groote ruiten zijn. Daar is dc z.g. salon van de boot. En bovenop is nog een verdieping zoodat dc boot dus b. w. v. s., drie verdiepingen heeft. Nu, dc aak voer netjes tegen zoo'n spiegel ruit op cn rinkkeldekinkci boempletsll De mooie ruit in. Het was gelukkig niet heel erg, zoodat dc boot niet hoefde terug te keercn. Dc tweede bootreis, die 'k dien dag gemankt heb, was van Den Helder naar O. Ik mocht gelukkig op het dek en heb toen een heeleboel bruinv isschen gezien. Mijn O Cm zei, dat zij eerste klas haringvisschers waren, wat ik graag geloofde. Toen ik te O. aankwam, was het half 7. Die dag heb ik niet veel meer uitge voerd, dan dat ik heel vroeg naar bed gegaan ben. Den volgenden dag. gingen we er al vroeg op uit. (Wc gingen de zeedijk een heel eind langs), want wo gingen om 8 uur weg en wa ren half 11 weer terug. En toen naar de boot, om mijn nichten af te halen, die de vacantie daar ook zouden doorbrengen Daarna zijn we nog een eind wezen wande len, van half 2 tot 4 uur.. We gingen dan ook dien avond met een voldaan gevoel naar bed, dat we den eersten vrijen dag nuttig besteed hadden. De tweede dag gingen mijn jongste nichtje en ik, die niet veel in leeftijd verschil den, er samen op uit. We waren op ons ge liefkoosde plekje (van het vorige jaar nog) aangeland en hadden een poosje gezeten, toen mijn nichtje voorstelde, naar beneden te gaan, onder aan de glooing van den dijk. We waren schelpen gaan Zoeken en vonden toen ooh' twee zeesterren. De grootste had vier en dc klcinsic vijf „armen". Wc heboen zc toen mee genomen en in een kom met zeewater gedaan. Zoutwaterplanten, mosselen, alikrukcn, schcl- penzand erbij cn toen in dc slaapkamer voor het open raam gezet Maar, we hadden buiten de waard gerekend, of wel buiten de olik.ruken (een soort zeeslakken). Want, toen we 's mor gens in de kom keken, waren de alikrukcn weg. We woelden het schelpzond wat om, maar, geen alikrukcn. Toen bleek, dat de alikruken uit de kom waren gekropen en op de waschtafel ver zeild geraakt waren. Een zat er zelf op dc rond van mijn bed! We gingen ook veel naar „Het Doolhof", een op een hoogte gelegen boschje met een groote zandkuil erbij. Daar is wel van alles om gezond te worden zeelucht, "ennenlucht enz. enz. We hadden op de hoogte eerst een poosje gelegen cn daarna zouden wij er om het hardst afhollen. Mijn nichtje kwam er het eerste aan, maar hoe I Ze liep zoo hard, dat ze niet kon stilhouden bijna en onderaan was het nog al zóó glad I Ze had ook zóó'n vaart, dat zc onderaan driemaal over den kop buitelde Dot was- natuurlijk erg genoeg, moor het was zoo'n potsierlijk gezicht, dot wc allemaal gelijk in den lach schoten. Verder hadden wc nog heel gezellige dagen met de zeedijk- en doolhoftochtjes. Zaterdagsmorgens was het ruw weer. Velen werden zeeziek, maar wij hadden de grootste pret, want de boot slingerde en dobberde ver schrikkelijk. We probeerden met z'n allen om het hardst, wie het langst op de been kon blijven zonder steunpunt, wot ons maar zelden gelukte. Toen we naur huis gingen, waren wc alle drie ten volle overtuigd, dat wc een prettige cn gezonde Paaschvacantle genoten hadden. We werden tot den Helder gebracht, cn reis den toen. ols deftige dames, alleen tot Schogerv waor mijn oom bij ons kwam cn mij in Am sterdam op de trein zette naar Amersfoort. Ik hod nog enkele prettige dagen thuis en toen was het prettige cn gemakkelijke vacant iel e- ventje uit. En hiermee is mijn opstel ook uit IV. OP DE BOERDERIJ. In de vacantie zou ik een heelen week bij een boer, een goede kennis, mogen komen. Nou daar had ik natuurlijk zin in. De boer had non zoontje iets jonger dan ik cn daar zou ik mcc- spelen. Zoo zat ik dun Dinsdagmor gen al vroeg op mijn fiets en troptc naar dc boerderij. Daar aangekomen zette ik mijn fiets in do schuur en liep de deel op. Luid keffend kwam mij daar een foxhondje tegen Doch dit beestje „fokkie" genaamd, trok zich op een roep van zijn baas grommend terug. Nu ging ik de familie goeden morgen wenschen. Daar na ging ik met dc zoon van den boer die Evert heette naar buiten. Maar men riep ons spoe dig binnen, want we moesten karncmelksche pap eten. Nu dot lustte ik. Toen gingen we weer naar buiten. Want binnen liepen wc maar in den weg. We gingen eens naar dc knecht toe. Die was aan 't eggen. Hier bleven we niet lang bij staan want er was niets bij zonders nan te zien. We kwamen op onzen weg van 't bouwland nuar dc boerderij de hooiberg tegen. Ik kwam nu op 't idee daarin een hol te maken. Terwijl wc hier mee bezig waren werden we geroepen om te eten. Na 't eten togen we dadelijk weer aan 't werk. Toen 't hol klour was wou ik van uit don bodem een gang naor den buitenkont van den berg maken, 'k Had ol een oordig eind klaar Op m'n buik in dc gong liggend werkte ik ol vorder en: verder. Ik was cr bijna onder en olleen m'n bcencn stoken er nog uit. Maar toen zakte het hooi in eens in. Ik lag cr onder cn kreeg het erg benauwd. Toen ik er onderuit kwam was ik heelemaol met hooi bedekt. Nadat ik dit had afgeslagen hebben wc den heelen middag verder in 't hooi gespet-ld. 's Avonds no 't eten ging ik weer naar huis. Den volgenden morgen wos ik ol vroeg weer op weg. Wo gingen toen met den knecht mee die met 't paard en wogen noar 't land reed. Ik mocht het paard mennen. Nu dat vond ik natuurlijk fijn. Maar 't ging toch niet zoo makkelijk als ik docht. We moesten door een steeg waar twee sporen naast elkaar waren* Het eene waar^ altijd door gereden werd was gewoon, maar 't andere wos 25 a 50 centi meters diep. 'k Docht eerst, dat het makkelijk zou zijn dc kar daar uit tc houden, 't Ging ook eerst goed, maar bij een bocht kwom ik tusschen de twee sporen in. Nu gaf ik een ruk aan de linker helft der leidsel en nu ging het paard woer te ver naar links zoodat het bijna in het roggeveld terecht kwam. Nu gaf ik weer een ruk non de rechter leidsel. Moor nu gin gen wc weer te ver noar rechts en ploem, daar zakten wc met oen schok in 't diepe spoor. Ik wilde daar uit zien te komen, maar de knecht zei dat ik 't maar moest laten gaan. Deze dag verliep verder zonder bijzonderhe den. En 's avonds ging ik moe naar huis Donderdagmorgen regende het cn daar ik' geen zin had om met de fiets te gaan, wachtte ik een boer op en vroeg of ik mee mocht rij den. Dit mocht en zoo ging ik dus met een wagon noar de boerderij, 's Avonds zou ik met een autobus weer naar stad gaan. Deze dag heb ik doorgebracht door op do deel en in de schuur tc spelen. In dc laatste stonden verscheidene wngens en korren. Hier hebben we bijna den heelen dog op gespeeld, 's Avonds v/uchttc ik een bus op cn ik was in een oogenblikje weer thuis. Vrijdags ging ik weer met dcnzelfden boer mee. Op dc boerderij gekomen moesten we twee aardappelkuilen, waar nog verscheiden aardappelen in zaten leegmuken cn dc aardappelen bij dc varkens brengen Toen moesten dc kuilen worden dicht gemaakt. Hier hebben v/e bijna den heelen dag werk mee gehad cn 's avonds ging ik weer met een bus naar huis. 's Zaterdags ging ik weer met dc fiets op stap. Wo gingen nu oen tent bouwen en speelden met buurjongens roo- vertje. Maar een van dc roovers werd door zijn gevangene een bloedneus gestompt, zoo dot het spelen bijna in een vechtpartij veran derde. Maar dc twist werd bijgelegd en na nog wat gespeeld te hebben vorliot ik de boerderij waar ik zoo'n prettige week had doorgebracht. De Ontevreden Rivier. Na-er het Engelsch van E. THOMAS. Vrij bewerkt door C E. de Li'lle Hoger waard. Niet heel ver van do kust verwijderd, ontsprong een kleine ri-vler. Haar water was zóó helder en sdhitterde lóó in den zonneschijn, dat zij blijdschap en vrooïijk- hei-d om zich heen verspreidde. Het gros# d>e bloemen, ja, zelfs d-e hei, alles wat langs haar oevers groeide, was fleuriger den er- Wat fijn is 't toch op 't Noordwijksch strand te spelen heel den dag, waar j' in het mulle, warme zand blootsvoets wel loopen mag. Hoe leuk te turen in de zee, of j' er ook scheepjes ziet met zeilen bol staand van den wind heel ver in het verschiet. Te zoeken naar wat schelpjes fijn, te graven met je schop en in de zon te wandelen met j' allerliefste pop Maar o, daar komt die stoute Lies, die altijd plagen moet; nu dwingt ze weer om Zusje's pop Zus weet niet, hoe ze moet Want Moes zegt altijd: „vriendlijk zijn, „aan and'ren denken óók" zus wil 't wel, maar 't gaat om haar pop enLiesje is zoo'n spook f Broer kijkt pr naar; hij houdt zijn schop maar veilig op den rug als Lies d i e pakt, don krijgt hij haar bepaald niet meer terug I O Liesje, stoute Liesje, zeg, 't was alles hier zoo fijn waarom moet jij nu toch zoo naar en zoo vervelend zijn? Aan 't strand hier bij de wijde zee waait steeds een frissche wind en stevig schudt hij door elkaar elk stout, ondeugend kind. Pas dus maar op; speel prettig mee of anders ga naar huis, want, Lies, ik zeg het je voor 't laatst dan hoor je hier niet thuis f HERMANNA'. gens anders. De vogels lesdhten hun dorst aam haar water en toonden hun dankbaar heid door het zin-gen van een mooi lied. Ook d-e insecten ondergingen haer invloed. (De krekels zongen vrooKjk en allerlei mooie vlinders vlogen langs haar oevers en ever hear heen. Zelfs de bijen schenen graag even in haar naibdjhieid te willen uitrusten en honing uit die bloemen te peuren. Plotseling vloog er een raaf over hef riviertje- „Je zult spoedig opdrogen, als je je water zoo kwistig aan anderen mededeelt." kraste zij. „Geen nood, da-t zoo iels ooit zou bun nen gebeuren," antwoordde het riviertje. „Mijn bronnen liggen dieper dan jij denkt. Maar ik zal rnij-n tijd niet verspil!-en door jou dat uit te leggen. Raven moeten altijd wat onaangenaams krassen." Zoo ging de zomer voorbij. Het najaar deed de rivier -buiten haar oevers treden en de winter voerde zóó overvloedig water a-a-n, dat one riviertje een breede rivier werd. En met d-e breedte veranderde ook haar innerlijk wezen Er scheen een rustelooze geest in haar ge varen te zijn; zij wilde toch vooral meer zijn dan zij tot IVU toe geweest was. En z:j wilde gTOoter dingen ondernemen dan slechts nederig en bescheiden degenen te laven, die behoefte aan frisch water had den. Met minachting keek zij nu neer op de eenvoudige t-aa'k, welke zij tot rvu toe vervuld had. Weliswaar gaf zij ha-ar water n-og aan degenen,' die dorst hadden, maar zij deed dit met iets mopperends in ha-ar toon, die alle weerde aan de wekio-a-d ont nam- Slechts één wensch een krankzinni gen wensch scheen zij te koesteren: in wilde vaart neer de zee te stroomen. Daai* om mopperde zij op alles, wat haar in de uitvoering van dit plan in den weg stond of ophield. Ontevreden liep zij door de velden, waav zij eens zoo tevreden en gelukkig geweest was en waar de mooiste bloemen haar kelk boven de schutbladen verhieven om -haar te zien. Verge et-mij-nietjes vroegen verbaasd, wie er in hun. nabijheid toch zoo aan het mopperen was. Zij waren tevreden, als rij er het hunne maiar toe mochten bijdragen Om de wereld mooi te maken en zij begre pen niet, wat d-e rivier met dat v/H-de ruischen bedoelde. De rivier trok zich da-ar echter niets var» aan; rij zag de lieve, kleine vergeet-rmj- ni-etjes nauwelijks en vervolgde al moppe rende ha-ar weg: onder de brug door, over kiezelsteenen heen, naar het vijvertje van den watermolen. Zoo bereikte zij eindelijk den molen. „Ik ben blij, dat je gekomen bent," zei het molenrad. „Geef me nu ma-ar eerst eer. flinken duw, dan draai ik harder, want ik moet graan malen en vóór jij kwam, was er geen water, d<at mdj kon ronddraaien." „Draai jij uit jezelf!" antwoordde de slecht geluimde rivier, terwijl zij verder stroomde, al maar verder naar de zee. „Ben je er dan niet van op de hoogte, diat de haven vol schepen ligt, zooate de vogels en die kunnen het weten nvij verteld hebben? Ik moet de z>ee helpen de schepen voort te stuwen en rij ka-n onmogelijk lan ger op mij wachten." Zoo stroomde de rivier haastig voort, nog haastiger en wilder dan rij tot nu toe gedaan had. Spoedig bereikte zij de zee. Groot was echter haar verbazing, toen zij tot de ontdekk-ing kwam, d-at de zee zelfs met haar hulp mi-et bij machte was de schepen uit de haven te holen. Erger nog: toen haar water zich met dat der zee ver mengd had, kon rij het niet eens van het zeewater onderscheiden. Toen was het, dot de arme rivier rnzag hoeveel goed rij had kunnen doen «n hoeveel gelukkiger rij mi-et alleen zelve ge weest zou zijn, doch ook a-mderen gemaakt zou hebben, els rij niet aan haar ontevre den buien had toegegeven, doch gewiTtg de kleine plichten vervuld had, die ha-ar opgelegd werden in plaats van een groote taak trachten uit te voeren, welke boven haar macht ging en waarvoor zij geheel ongeschikt bleek te zijn. Droef klaagde rij zi-chzelve aan, doch hoar gezucht werd overstemd door het ruischen der zee. Niemand kon haar versteen noch was in stoet haar te troosten en rij moest dus alleen de gevolgen van haar hoogmoed dragen. CORRESPONDENTIE. In verband met den Hemelvaartsdag moest een gedeelte van dc correspondentie de vorige week onbeantwoord blijven liggen. Die komt nu het eerst onn de beurt. Blauwe Distel. Ja, maar dat mooie weer v/erd ol gauw gevolgd door ccn paar veel minder mooie dogen en dat wos minder pret tig. Ook het Ruiterfeest van verleden Zator* dagmiddag op Birkhoven trof het daardoor niet erg. Zwartkop. Ik zou hem nog manr niet al te gauw opbergen. Je zult hem nog wel eens noodig hebben, denk ik. Neen, daarom leok mij dot ook de beste manier. Kabouter. Ben je Zaterdagmiddag ook op Birkhoven geweest. Het was er heel aardig en er werd keurig gereden. Dot zou wel net iets voor jou geweest zijn. Appclsnoct. Jammer, dat je met de wed strijd niet mee kon doen. Dat komt zeker door de verhuisdrukte. Goudbaard. Loot zo dat handwerkjo moor naar mij sturen. Don zal ik het wel weer door zenden. Tante Rick is nog steeds ziek. Ik zal je boodschap overbrengen. De Eersteling. De volgende keer hoor ik zeker wel wat inecr van je, hc? Ton Neveu. Ja, dat gaat altijd zoo. Maat ob alles klaar is, zal het best een groote ver* betering zijn. Winterkoninkje. Heel grong Ik houd me aanbevolen Mank je het niet nl to lastig Kampioen. Ja zeker kon dat. Ze liggen nog steeds op jc tc wochtcn. Ik dacht, dot jo ze vergeten was. Speurder Deze keer hnd jc het ol heel erg kort gemankt. Wist jc niets te vertellen? Mol. Zoo, kon je zc gebruiken. Ik kon cr nog wel enkdc missen. Jo, dar heb ik gc- merkt, maar 't was niet erg hinderlijk. Havik. Jc raadsel is heel oordig bedacht cn zal wel gaftw in de krunt komen. Stormvogel. Nog wel gefeliciteerd noorl Heb je mooie endenutjes gekregen? 't Zal wel een heerlijke dag voor je geweest zijn. 'Jo, danr heeft je zusje wol ccn beetje gelijk aan. Poorter. Zeker veel schoolwerk gehad hè, dot je zoo weinig kon schrijven. Het Muskcr. Dnt is een heel bekend spreekwoord, dat veel gebruikt wordt Had jc cr nog nooit van gehoord. Ik zal wat postze gels klaar leggen voor je. Kom jc die dan Dinsdag even halen Nimf. Dank je wel voor jc raadsel. Ik kon het best gebruiken. Negclin. 't Is tc hopen, dot jc zoo iets niet meer overkomt. Ik zou dc krant zelf maar opbergen, ols ik in jouw plaats wos. Dat lijkf me veel beter. NU DE NIEUWE CORRESPONDENTIE. Bobbie. Heel graag, zorg jij moor, dat het steeds gevuld blijft. Ga moor zoo door! 't Wos wel aardig op Birkhoven, hè Sommige paar* den hadden niet veel zin. Zeker door het slechte weer. Gymnast. Jelui volgen weer trouw op cl* knar. Ja, dat is juist het leuke van zoo'n kruisroadscl. En al zijn ze eens wat moeilijker, don is dot ook zoo heel erg niet voor een en kel keertje. Anemone. Von een vriendelijke lezeres van onzo kinderkrant kroeg ik de Friesland en Vcchtploatjcs waar je om vroeg. Kom jc die Dinsdag even holen. Je zult het zeker wel goed vinden als wc de vriendelijke geefster hier meteen hartelijk bedanken voor de plaat jes I Dc Eersteling. Dut kan ik me begrijpen, dot het erg pijn doet. Hoe kom je ook zoo ta vallen Zoo gnuw zc non dc beurt zijn komen ze in de krant, daar knn je op rekenen hoor t M. H. Tromp. Door is natuurlijk niets geen bezwaar tegen. En het is al gebeurd ook zoo jc ziet. Ton Neveu. Ja zeker mogen do irtzen- devs zelf ook mee '.lemmer.. Moor ik geloof toch wel er op te kunnen vertrouwen, dnt een inzender niet op zich zelf zal stemmen. Denk je ook niet Jelui krijgen toch altijd Pinkstcr- eocanrie op school. Zwartkop. Dot kwom door den Hemel vaartsdag. Maar ik heb die oude briefjes eerst hiervoor beantwoord. Kij door maar eens bij. Kopel. Heel graag. Ik houd me oanbe- volcn. Wielrenner. Dot zal wel een fijn spelletje worden. Als het nu moor droog weer is met de Pinksterdogen. Anders heb jc er niet veel aan I Waarom pluk je toch oltiid een reep pn- picr op jc envelop Nimf. Prachtig hoor, zoo'n mooi rapport. Ik heb geen raadsels van je gekregen en ook geen vraagstuk. Er zat maar één briefje in je envelop. Negclia. W»! gefeliciteerd met je eersto prijs kranig hocjHj Den zal cr wel niet veel van overgrblevetSinjn, als iedereen cr wet van hebben moest. Sparappel. Dank je wel voor de gezon den plaatjes. Ik. zal wat voor je klaar leggen. Kom dat Dinsdag dan even halen. Mol. Jawel, mnnr dat wil nog niet zeg gen dut jc nu ol een prijs hebt. Moor ik zal met jc vraag rekening houden, ols Het eens te pos komt. Paddestoel. Donk jc wel voor je rondsel. Het is heel aardig bedacht hoor en zal wel een plaatsje vinden. Speurder. Néén, dot valt niet mee. Dat ondervind ik zelf ook wel eens Jc raadsel is wel aardig bedacht, maar cr komen te veel losse letters in voor. Kan je danr geen woorden voor becfcnken. Zoo is het te lastig. Dc Vriendschap. Dat was ol een vroe gertje hè. Kon je zoo vroeg opstaan. Ik dacht cr om dien tijd nog niet aan. 't Was wel een mooi tochtje hè Kabouter. Zoo, dat was dus prettig voor je. Wat een aardig cad au. Nu zul je zeker wel veel strijken I Neen, lees moor wat geheel boven deze correspondentie staat. Vliegenier. Ja, je zult wel heel erg ge noten hebben op die mooie tocht. En je bent door veel mooie streken gekomen. Nimf. Je tweede envelop heb ik ook ge kregen Dank je wel voor het rondsel. OOM KAREL. MOPPENHOEKJE. DE PRIJS. Twee eerstejaars studenten die bij een ka merverhuurder erg studenticoos „willen doen: „Zoo, cn wat vraag je voor dezen zwijnen stal „Vcor één zwijn 40 en voor twee zwijnen 70 per maand, luidde het antwoord. (Ingcz. door Bobbie). RUILHANDELHOEKJE. De voorrond pleatjes, bonnen, enz. is weer aardig unn gevuld. Ik zal weer eens opnoemen, wot cr allemaal is. In de eerste plaats zijn er weer vrij veel bonnen voor Verkade's Aqua- riumplnatjes. Verder veel Zuiderzee-plantjes vnn Verka de en ook plaatjes voor dc Albums dc IJsel, de Vecht, Friesland, Herfst en enkele van Mijn Aquarium (allen Verkade). Dan plaatjes van Pleincs Albums II, IV cn XI. Vervolgens Lcnsvelt cn Kams Gunink- plaatjes. Siskcsz-omslftgen, sluitzcgels cn post zegels. Jc ziet dus, weer een heele voorraad. Misschien is er wel iets voor jelui bij. Wan neer jelui plaatjes wilt hebben, geef dan zoo veel mogelijk in volgorde de gewenschte num mers op. Dot is gemakkelijker met het uit zoeken cn het voorkomt, dat jc plaotjes krijgt die ge al hebt. Postzegels kon ik «onmogelijk oltcmcal uitzoeken.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1926 | | pagina 7