AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander"
TWEEDE BLAD.
KOLONIËN.
BINNENLAND.
Flanel Costuums.
246 Jaargang
No. 275
Woensd
26 Mei
Oost-lndië.
DE NIEUW-GIHNEA-EXPEDIT1E.
Nonr 't Nassaugcbergte.
Batovia, 25 Mei. De leider der Nieuw-Guinca
expeditie, prof. Matthew, W. Stirling en de
heer H. A Hoyte, maakten een vlucht van
2.20 u. van het Albatroskamp naar den voet
van het Nassaugebcrgto. Dc landing boven
stroom van het Splitsingskamp was onmoge
lijk wegens ondiepte en bochten der rivier.
Geland werd toen bij het Splitsingskamp, waar
veel inboorlingen aanwezig waren Dc mede
genomen 220 K.G voedsel werd verborgen,
waarna werd teruggevlogen naar het Albnfi-os-
kamp, dam de houding der opgewonden in
boorlingen (Papoea-stammen) onzeker was
UIT DE STAATSCOURANT.
bevorderd tol officier in de Oranje-Nassau-
orde K. de Vries, secretaris der Verceniging
Volksonderwijs te Amsterdam;
toegekend de bronzen eeremedaille der
Oranje-Nassau-orde aan P. Polderman, koet
sier bij W. F. K. Lenshoek tc Kloetinge;
bevorderd tot adj.-commies bij het hoofd
bestuur der Posterijen en Telegrafie A. Dort-
land, thans klerk;
bevorderd bij het agentschap van het mi
nisterie van Financiën en directie der Groot
boeken der Nationale Schuld tot referendaris
J. H. Oppel, thans hoofdcommies; tot hoofd
commies L. W. ten Broeke, thans commies;
benoemd tot tijdelijk adj.-commies F. W
Rackwitz, gewoon, boekhouder bij den Rijks
betaalmeester te 's Gravenhage;
benoemd tot leden der Nederlandschc dele
gatie naar de 9e internationale arbeidsconfe-
rentie, den 7en Juni te Genève als regeerings-
efgevaardigden dr. Nolens, minister van staat;
mr. W. L. P. A. Molengraaff, voorzitter der
commissie tot herziening der rechtspositie van
kapiteins en schepelingen; tot technische raads
lieden \V. H. M. de Fremery, hoofdinspecteur
van den havenarbeid, mr. A. M. C. Sandbcrg,
secretaris der commissie inzake de herzienjpg
van de rechtspositie van kapiteins en schepe
lingen; L. Veenstra, 2c voorzitter der Centrale
van Koopvaardijofficieren; tot afgevaardigde
van de werkgevers A. J. M. Goudriaan, voor
zitter von den Bond van Werkgevers in dc
koopvaardij; tot technische raadslieden van
den afgevaardigde van de werkgevers mr. P.
W. J. H. £ort van der Linden, secretaris der
afd. Nederland der internationale organisatie
van industrieele werkgevers, J. Spakenburg,
secretaris van den Bond van Werkgevers in de
Koopvaardij; tot afgevaardigde voor de arbei
ders J. Zwaga, secretaris van den Ned. R.-K
Bond van Transportarbeiders; tot technische
raadsleden voor den afgevaardigde voor de
arbeiders J. Brautigam, lid der Tweede Kamer,
voorzitter van den Centralen Bond van Trans
portarbeiders, W Strybis Pzn., algemeen be
stuurslid van het C. N V. en voorzitter van
den Ned. Bond van Chr. Fabrieks- en Trans
portarbeiders;
benoemd tot lid der Bczuinigingscommissie
prof. L. A. van Royen, oud-minister van oor*
log en marine a. i.;
benoemd tot directeur der strafgevangenis
sen te 's Hertogenbosch G. A. H. Metz, thans
directeur van het Huis van Bewaring te 's Gra
venhage.
JHR. A. C. D. DE GRAEFF.
Te Rotterdam gearriveerd.
Gistermiddag is per stoomschip Volendam
van de Holland-Amcrikalijn te Rotterdam aan
gekomen de nieuw benoemde gouverneur-ge
neraal van Nederlandsch-Indië. jhr. A. C. D.
de Graeff, bijzonder gevolmachtigd minister en
oud gezant van Nederland te Washington.
Ter begroeting waren de heeren W. Wester
man, commissaris, en A. Gips, directeur van
de Holland-Amerika Lijn aanwezig.
In een kort onderhoud, dat de N. R. C. met
jhr. de óraeff had, deelde hij mede, dat hij
bij het aanvaarden van zijn benoeming tot
gouverneur-generaal zich niet heeft laten lei
den door overwegingen betreffende mogelijk
minder prettige ervaringen in zijn hoedanig
heid van gezant in de Vereenigde Staten.
Wel zou, zoo zeidc hij ten aanzien van de
soepelheid van de Amerikaansche regcering,
misschien nog het een en ander te wenschen
zijn, maar ik heb deze benoeming, los daar
van, met graagte aanvaard.
Jhr. de Graeff is terstond naar 's-Gravenhage
doorgereisd. Hij zal tot half Augustus in ons
land blijven, waarna hij per stoomschip Gro-
tius van de maatschappij Nederland naar In-
dië denkt te vertrekken.
DU1TSCHLAND EN POLEN.
De uitspraak van het Int. Hof.
Het Permanente Hof van Internationale Jus
titie heeft hedenochtend 10 uur in de groote
rechtszaal van het Vredespaleis een zitting go-
houden voor de uitspraak van zijn arrest in
de zaak tusschen de Duitschc Regeering
(eischeres) en de Poolschu Regeering (verweer
ster) betreffende zekere Duitsche belangen in
Poolsch Opper-Silezië. Zooals men zich zal
herinneren, ging het In hoofdzaak om twee
vragen Te of Polen gerechtigd was op grond
van de wet van 14 Juli 1920 eigendommen van
Duitsche onderdanen ol maatschappijen, door
Duitsche onderdanen gecontroleerd, in beslag
te nemen, mei name of dc inbeslagneming van
de stikstoffobriek te Chorion, ten nndeele van
de maatschappijen Obcrschiesische Stichstoff-
werke en Bnyerischc StiVhstoffw?rke. geoot-
loofd was. <1ar> wei in strijd met de Conventie
van Ger.ève2c ol de kennisgevingen door
de Poolsche Rege*rin.g »*nn haar economen
om over 'e gnen to; de „Huidarlc(d.w.z. een
voim var» ontejgfnlng) var. een aantal lande
lijke eigendommen, loebchoorcnde can ver
schillende Duitsche onderdanen of aan dooi
dezen gecontroleerde Maatschappijen in over
eenstemming was met de bepalingen van d<
artikelen 6—22 van bedoelde Conventie van
Genève.
In zijn lijvig arrest komt het Hof tot een
ontkennende beantwoording van de eerste
vraag, terwijl, wat het tweede punt betreft, het
Hof de Duitsche Regeering ten aanzien van
sommige der bedoelde landelijke eigendommbn
in het gelijk stelt, ten nazien van andere han
eisch tot onwettig-vcrklaring der kennisgeving
ontzegt.
Dc vice-president van het Hof, de heer
Weiss, die aanvankelijk in deze zaak zitting
heeft gehad, heeft, ^gens ziekte, sinds T6
April niet meer aan c handeling dezer zaak
kunnen deelnemen.
Aan het arrest is toegevoegd een korte be
schouwing van rechter Lord Tinlay over een
der punten van het arrest; ten aanzien waar
van hij, zij 't op andere gronden, tot hetzelfde
resultaat komt als het Hof, alsmede de uit
eenzetting van de individueele mccning van
den Poolschen nationolen rechter graaf Rost-
woroski, die zich met het arrest niet kan ver
eenigen.
HET VERTREK VAN DE K. XIII.
Een dag tritste!
Het vertrek van Hr. Ms. onderzeeboot K.
XTII, onder bevel van luitenant ter zee Ie kl
L. G. L. v. d. Kan naar Nederlandsch-Indië
via het Panamakanaal is een dag uitgesteld cn
zal dus plaats hebben op 27 dezer uit Nieuwe-
*dicp. Het uitstel is een gevolg van het te bat
ontvangen uit Engeland van een onderdeel, dat
voor het wetenschappelijk onderzoek noodig
is, een te late verzending, welke weer gevolg
was van de algemeene werkstak:ng in En
geland.
MR. J. L. F. BÖTHLINGK f.
Zondag is te Zwolle overleden de heer Mr.
J. L. F. Böthlingk, Officier van Justitie to
Zwolle.
De heer Böthlingk promoveerde te Leiden
den 20sten Juni 1894 Hij werd aangesteld als
ambtenaar van het O. M. te Leiden op den
8sten Juni 1901 en overgeplaatst in dezelfde
functie te Amsterdam den 26sten Juli 1902.
Den T5dcn October T909 volgde zijn aan
stelling als substituut-officier van Justitie te
Rotterdam. Op 4 Augustus 1920 werd hij aan
gesteld als Officier van Justitie te Zicrikzce,
terwijl hij 26 Januari. 1923 als zoodanig te
Zwolle in functie trad.
A. C. VERMEULEN f.
Te 's-Gravenhagc overleed, 62 jaar oud, dc
heer A. C. Vermeulen, technisch hoofdambte
naar bij het technisch bureau van het Depar
tement van Koloniën.
VOLKSONDERWIJS ZESTIG JAAR.
Een receptie.
Men meldt ons uit Amsterdam;
Gisteren werd in het Americain Hotel een
druk bezochte receptie gehouden door het
hoofdbestuur van de verceniging Volksonder
wijs. In de zaal waren vele bloemstukken aan
wezig als zoovele blijken van belangstelling
en waardeering voor hetgeen Volksonderwijs
heeft gedaan Onder hen die ter receptie
kwamen, noemen we in dc eerste plaats de
vertegenwoordiger van den Minister van On
derwijs, Kunsten en Wetenschappen, de heer
K. Brants, die de Verceniging namens de re
geering gelukwenschte en den heer Kl. de
Vries meedeelde, dat H. M. de Koningin hom
had bevorderd tot officier in de Oranje-Nas-
sou-orde Mede bracht hij zijn gelukwcnschen
over als hoofdinspecteur van het Lager On
derwijs cn feliciteerde hij de Verceniging als
vertegenwoordiger van het hoofdbestuur van
Christelijk Volksonderwijs
Door Dr. M. W. Morsman, voorzitter van
het Comité uit dc ofdeelingen van Volksonder
wijs, werd gememoreerd wat Volksonderwijs
gedaan heeft en een enveloppe aangeboden
voor het toekomstig werk.
Verder kwamen in een lange rij de Ver
ceniging complimcnteeren de vertegenwoor
digers van het Hoofdbestuur van den Bond
van Nederlandsche Onderwijzers, den Bond
nn Nederlandsche Schoolhoofden, van het
Ncderlondsch Schoolmuseum, van het Hoofd
bestuur van het Nec lnndsch Ondcrwijsge-
nootschap, van den Ncdorlandschcn Ouder-'
raad, van den Centralen Ouderraad, van den
Nederl. Bond van Leeraren en Leeraresscn bij
het Vokondei wijs. van de Nederlandsche Ver-
eeniging van Huisvrouwen, van de Ver. ter
Vereenvoudiging der Spelling, van het Hoofd
bestuur der Ver. tot Bevordering van het On
derwijs in Handenarbeid en vele anderen.
UIT DE COMMUNISTISCHE PARTIJ.
Een oppositie-orgaan
Het Hbld. verneemt dat de oppositie in de
Communistische partij, die deze week eenige
malen in Concordia te Amsterdam heeft ver
gaderd, de meerderheid van 28 afdeelingen
der Communistische partij achter zich heeft.
Zooals wij reeds mededeelden, waren op die
vergaderingen verschillende bekende commu
nistische leiders uit het oude partijbestuur aan
wezig, doch niet dr. van Ravesteyn.
Besloten werd o.m dat gepoogd zou wor
den fondsen bijeen te brengen voor hot uit
geven van een orgaan dat voorloopig ééns per
maand verschijnen en den naam dragen zal
van het door de nieuwe partijleiding opge
doekte wetenschappelijke maandschrift „De
Communistische Gids". De redactie ervan zal
staan onder leiding van de heeren D. Wijn
koop, dr. W. van Ravesteyn en J. C. Ceton
In de verschillende deelen des lands zullen
de georganiseerde communisten over het ge
beurde en het standpunt der oppositie worden
ingelicht.
DE MOORD OP DEN MAKELAAR BUSCH.
De zaak voor den Hoogen Raad.
Voor den Hoogen Road is heden behandeld
het cassatieberoep van Marcelis Muylwijk te
Amsterdam, veroordeeld in eerste instantie
door de rechtbank te Amsterdam tot 6 jaren
gevangenisstraf met aftrek van 8 maanden
preventieve hechtenis en in hooger beroep
door het gerechtshof aldaar tot 4 jaren gevan
genisstraf met aftrek van een half jaar preven
tieve hechtenis, beide keeren wegens mishan-
RECLAMES.
Van T—4 regels 4.05, elke regel meer/ L-
KLEERMAKERIJ
Fa. E. L. J. LAMMERTS
Amersfoort Groningen
Utrechtscheweq 36. Tel. 587
deling, den dood tengevolge hebbende, en dief
stal.
Mr. Alfred Levy uit Amsterdam lichtto
in deze zaak de volgende cossoticmiddelcn te
gen 's Hofs arrest toe
I. Schending of verkeerde toepassing der
artt. 211, 216. 221, 239, 240, 247, 391, 392,
402, 403, 404, 406 en 407 Str. (oud), jto. art.
162 Gr. en 300 Str.
A. door den beklaagde tc veroordeelen ter
zake van in 's Hofs arrest bewezen verklaardo
mishandeling met doodclijk gevolg en daartoe
het wettig en overtuigend bewijs te putten uit
beklaagde in het arrest voorschreven erkente»
nis en uit de aldaar voorschreven getuigenver»
klaringen in verband met het van prof. dr. Eint-
hoven overgenomen oordcel, hoewel dat oor
deel slechts uitging van omsnoering van den
hals als oorzaak der verschijnselen bij Buscn,
hoedanige omsnoering echter niet is tc last
gelegd, veel minder ooit door beklaagde er
kend, integendeel door beklaagde in diens be
doelde „erkentenis" duidelijk is ontkend, ver-
mits die erkentenis (pag. 7 van het arrest), op
dit punt luidt
„dat hij moedwillig met geweld met dc ccr e
hand Busch bij dc keel heeft gegrepen, Hr-
wijl hij de andere hand, vlak, achter in diens
nek hield",
door welk „vlak" en dus niet gebogen han
den eenc „omsnoering" was uitgesloten,
waarbij nog komt, dat het van prof. Eintho-
ven overgenomen oordeel, dat verschijnselen
als door beklaagde omschreven, geheel over
eenkomen met die. welke zich veelvuldig voor
doen bij omsnoering van den hals cn dat bij
zoodanige omsnoering het „zoo spoedig in
treden van den dood zeer normaal is als re
sultaat der (bij die omsnoering) samenwerkende
factoren", wèl inhoudt, waarom een omsnoe
ring het bedoeld doodclijk effect kan hebben,
doch niet inhoudt, dat veel minder waarom
de daad van beklaagde een omsnoering zon
geweest zijn; terwijl het van prof. dr. B. Brou
wer overgenomen oordcel juist op een omstan
digheid wijst (tertonire lues), die ook afgeschei
den van bckl's. dpod een actuten dood bij
Busch terwijl deze nog wel in staat van op*-
winding verkeerde nllerminr et een won
derlijk toevallig gebeuren zou hebben gemaakt.
Uit welk een en ander blijkt, dat het Hof te
gelijkertijd de grenzen der degvaarding over
schreden, een ontkentenis als erkentenis ge
bruikt en een schijnmotiveering gegeven heeft,
die de uitgesproken bewezen verklaring van
het oorzakelijk verband van daad en dood niet
vermag te d.agen, gezien het feit, dat de door
het Hof aangehaalde getuigenverklaringen om
trent dot beweerd oorzakelijk verband niets
hoegenaamd inhielden.
B. Door op de eene plaats in het arrest op
te nemen, dat beklaagde heeft erkend (pag. 7),
dat hij moedwillig met geweld" heeft gehan
deld (mishandeld) en op de andere plants too
tc geven, dat hij voor den Hove juist heeft ge-
gezegd, „dat het niet zijne bedoeling is ge
weest, om Busch pijn te doen of letsel too
tc brengen, doch- dat hij Busch wilde verhin
deren in zijne woning te gaan om met zijne
vrouw te spreken;" uit welk een en ander
blijkt, dat de door het Hof als erkend aange
nomen „opzet", ja „moedwil", in waarheid,
volgens 's Hofs eigen arrest waren ontkend.
C. Door met prof. Einthoven te oordeelen,
.dat bij omsnoering van den hals praktisch
verzet niet voorkomt, omdat bii zondanige om
snoering het slachtoffer onmiddellijk de macht
over zijne spieren verliest", terwijl ook volgens
het Hof het slachtoffer tiidens den greep en
het schudden nog gesproken heeft de woor
den „laat los Muylwijk", hetgeen spierarbeid
ereischt en alzoo met onmiddellijk verlies van
de macht over zijn spieren in strijd is, zoodat
ook in dit opzicht het feitelijk uitgangspunt
van prof. Einthoven en van het Hof met den
concretcn casus niet voldoende rekening hield;
waarbij nog komt dat het spreken dezelfde
v/oorden ook uitsloot dat de luchtwegen zouden
zijn dichtgeknepen, gelijk in datzelfde aandeei
mc'e als ui gangspunt wordt aangenomen
D. Door het te laste gelegde opzet bewezen
te verklaren (pag. 18) uit „de plaats waar,
dc wijze waarop en de kracht waarmee be
klaagde Busch, die kleiner was dan hij, cn bo
vendien nog lager stond, heeft aan- en vast
gegrepen en vastgehouden cn ook doordat
beklaagde voortging met zijn handelingen,
niettegenstaande Busch den beklaagde had
verzocht hem los te laten en beklaagde de
uitwerking van zijn geweldpleging zag en voel
de", niettegenstaande beklaagde's erkentenis
omtrent al die feiten, ook volgens 's Hofs ar
rest, inhield (pag. 7) dat zij gepleegd werdeu
in hevige en plotselinge drift cn woede, ver
oorzaakt door het onrechtmatig optreden van
Busch.
E. Door met prof. Einthoven te oordeelen,
„dat de mogelijkheid dat Busch aan kamcr-
fibrillatic lijdende was, doordat beklaagde hem
aangreep, niet absoluut kon worden uitgeslo
ten, doch desondanks niet* alleen het overtui
gend, maar ook het wettig bewijs geleverd tc
verklaren aldus voorbijziend dat wettig
bewijs van een oorzakelijk verband alleen dan
aanwezig isj indien elke andere dan .dc t'*n
laste gelegde oorzaak door den recU«u uit
gesloten wordt geocht en geen zweem van
twijfel naar zijn oordcel overblijft I
II. Schending of verkeerde toepassing der-
zelfde wetsartikelen en van de artikelen 43 tn
41 jto. 133 Str.
A. Door bev.czcn te verklaren (pag. 17),
„dat de woede des beklaagden niet is opgewekt
door den aanval" van Busch, en wel omdat
zulks zou volgen „uit beklaagdes opgaven, dat
als hij niet was gestruikeld en gevallen tegen
dc deur, die daarop met helscK lawaai sloeg
tegen den muur, het niet zoo'n vaart zoude
hebben gcloopen"; hoewel beklaagde volgens
pag. 7 van het arrest op dit punt hnd opge
geven, dot zijne ..door het optreden van Busch
ontstane drift" verhoogd werd dooi dat Busch,
onder het uiten der woorden „als je niij nou 1
hem een duw gaf en beklaagde met
zijn hiel stootende tegen steigcrdeeltjes"
wankelde en viel tegen cenc van dc beide deu
ren, enz., zoodat 's Hofs motivccring ook op
dit punt de beslissing niet kan dragen, nu vol
gens de door het Hof volledig gebruikte er
kentenis des beklaagden, het bedoeld struike
len het rechtstrccksch gevolg was von den aan
beklaagde door Busch gegeven duw, waarbij
onverschillig is, of die dus slechts een duwtje
was I
B. Door beklaagde's beroep op noodweer
casu quo met overschrijding der grenzen
van noodzakelijke verdediging als gevolg van
hevige gemoedsbeweging, opgewekt door dc
eigen daden van het slachtoffer te verwer
pen, evenals beklaagde's beroep op overmocht
in den zin van psychiphen, door het slachtof
fer op hem uitgcocfcndcn drang cn zulks op
de navolgende, onwettige gronden1. op
grond van 'sHofs reneering (pag. 19) alsof
het feit, dat dc bewuste „aanranding nog wel
op andere wijze, bijvoorbeeld door afsluiting
van dc woningdcur had kunnen worden afge
wend."
Deze redencering toch is niet slechts in haar
feitelijke grondslag onbewezen, doch in elk
geval onvoldoende om het beroep op nood
weer te verwerpen vermits bij iedere „over
schrijding van dc grenzen van noodzakelijke
verdediging" dezelfde redencering kan worden
gehouden en zoodoende art. 41 2e lid Str.
tot een doode letter zou worden gemaakt.
2. Op grond van 's Hofs toevoeging tot dc
vorige rcdc-necring
dat „in ieder geval geen oogcnblikkclijk ge
baar heeft gedreigd" en „dat ten slotte niet
„is gebleken, dot een psychische drong den
„beklaagde heeft overweldigd en dat er een
„dringend gevaar was, dat slechts kon worden
„afgewend door het door beklaagde gepleegd
„geweld",
zulks ondanks het relaas der feiten, die in
's Hofs arrest zijn opgenomen en uit welke
volgt, dat het Hof heeft voorbijgezien, dot
oogcnblikkclijk gevaar in wettclijken
dreigt, zoodrn het duidelijk is, dol zonder on
middellijke tegenweer de dreigende schending
van het huisrecht, gepaard met geweld tegen
het lijf des bewoners, zal worden uitgevoerd,
gelijk in casu door den indringer zoo dui
delijk was aangekondigd met de woorden
„als je mc nou" en met het gebaar von den
duw. Waarbij worde opgemerkt, dot het even
onzinnig als ondoelmatig zou geweest zijn,
indien beklaagde den indringer enkel hoddc
toegevoegd „wacht even, don zal ik de sleu
tels van mijn binnenkomers gaan halen, al
thans dc deuren dier kamers of dc gangen
erheen afsluiten", cn even ondoelmatig, indien
beklaagde zonder iets tc zeggen, met hem al-
ledminst eigen flegma, getracht hod, nn den
duw weg tc loopen en bedoelde deuren of
gangen of te sluiten vermits dan het bedoeld
gevaar der aanranding niet slechts had voort
bestaan, doch juist in meerdere mote hod blij
ven dreigen I
III. In verbond met.'en als gevolg van dc
schending der in middel I en II aangehaalde
wetsvoorschriften
ook schending von artikel 310 jto 321 Str
door te beslissen, dat beklaagde diefstal op do
eenmaal aan Busch toebehoord hebbende voor
werpen zou hebben gepleegd, zulks niettegen
staande dc beklaagde volgens zijne erkente
nis, zoools het Hof
die meergeeft in zijn arrest en als waarach
tig aanneemt door dezelve volledig in de be-
wijsconstructic tegen hem tc gebruiken, zijn
voornemen tot toecigening dier goederen
geen geval eerder heeft opgevat en uitgevoerd
don nadat het lijk van Busch met ol die goede
ren achter slot en grendel in zijn kelder had
weggesloten enkel om zich buiten te gaan be
raden en zonder dat hij op dot oogenblik ook
maar eenig misdadig voornemen koesterde
zoodat hij het lijk met die goederen toen an
ders dan door misdrijf onder zich had.
Eerst daarna is beklaagde volgens zijn er
kentenis bier gaan drinken in café Suisse aan
den Overtoom, heeft hij aldaar ccnigen tijd
vertoefd, heeft hij vervolgens dc door hem
zelf als „duivelsch" gekenmerkte plannen
zich voelen opkomen en is hij uit dot café ver
trokken om eerst toen met diezelfde sleutels
den kelder weder te openen, het lijk te kisten
en casu quo zich de goederen toe te eigenen
uit welk een en ander blijkt, dot het zich toe
eigenen chronologisch in ieder geval was ge
scheiden van hét anders don door misdrijf on
der zich hebben, zoodat de toeeigeningsdand
slechts verduistering, niet diefstal kon opleve
ren.
IV. Schending of verkeerde toepassing van
art. 405 Str. (oud) jto. 70 Str., door een tijds
verloop van 9 jaren onvoldoende te achten
om bij den beklaagde de juiste herinnering tc
doen vervagen omtrent het preciese tijdstip,
waarop hij vermogens rechtelijk geoorloofd-
don wel misdadige bedoelingen met dc goede
ren van Busch' lijk zou hebben opgevat
zulks hoewel het instituut der vervolgings
verjaring in de Nederlandsche wet is opgeno
men mede uit overweging dot oen tijdsverloop
von zelfs reeds minder don 9 jaren groot ge
vaar doet ontstaan, dat dc juiste herinnering
omtrent het gebeurde zoowel bij den beklaag
de als bij de getuigen is verdwenen.
V. Schending der artt. 391408 jto. 211
Strv. (oud) door de vaststelling der strafmaat,
doch zonder cenige bewijslevering en in strijd
met beklaagdes opgaven, aan te nemen en dus
te beslissen, dot Busch was een „vriend" des
beklaagdes, van welk feit slecht het tegendeel
uit het gebezigd en verder aanwezige bewijs
materiaal ken worden afgeleid.
Nadat de rapporteur, mr. Taverne, een
uitvoerig rapport had uitgebracht, lichtte de
advocaat, mr. Levy, de cassatiemiddelen nader
toe. Pleiter gaf eerst nog een kort verslag van
het gebeurde, zooals M daarvan een lezing
gaf. M. voelde zich inderdaad direct no het
gebeurde als den moordenaar van Busch, maar
hij ontkende gedurende 9 jaren, iets of tc weten
van B/s verdwijning. Onder den invloed van
een predikant heeft hij later in het Huis van
Bewaring een bekentenis afgelegd. In één van
Muylwijk's geschriften heeft men gevonden,
dat het eigenlijk niet zijn bedoeling was ge
weest, een toeëigeningsdood te plegen. De vcr-
oordeeling is er één geworden van één, uit
gesproken op rapporten von deskundigen.
Doch eerst dienen op vettige wijze vost te
stcan de feiten, waarop die rapporten steunen.
Een meening van een deskundige is geen be
wijsmiddel. De rechtbank had zijn vonnis ge-
iken
baseerd op feiten, zonder gebruik
van eenigc medische dcskundigenvX.
Het Hof heeft intepondeel gemeend, no
hebben het oordeel von een deskunc jn
casu prof. dr. Einthoven. Pleiter zette cn
dat noch von omsnoering, noch van omi.
ming van den hols van B. sproke kon zijn»
Muylwijk werkelijk omsnoerd heeft, moet
dot met instrumenten gedaan hebben. Er is
sprake van moord, maar doorvoor is hij mi,
veroordeeld.
In het rapport van prof. Einthoven trof plei
ter een ernstige denkfout oon, doordot gelijk
heid van symptomen geleid heeft tot gelijkheid
van oorzaken. Men mist ook in dit rapport,
dat de verschijnselen, die bij omsnoering wor
den waargenomen, uitgesloten zijn bij iets
anders.
In onderdeel B vrn het eerste cassatiemiddel
ligt dc eigenlijke aanleiding voor den bc-
klaagde, om in cossotie te gaan. Dat cassatie
beroep is van pleiter niet uitgegaan. Hij heeft
M. integendeel gewaarschuwd voor de moge
lijke gevolgen. Den term moedwillig begrijpt
pleiter niet. Beklaagde heeft juist steeds be
weerd, dot het niet zijn bedoeling wos geweest
tc handelen, zooals hij deed. Moedwil heeft hij
steeds ontkend.
Bij onderdeel C. dient^ men in plaats van
omsnoering tc lezen: gchcclc omsnoering.
Voorts is in het vonnis von het Hof een
oordeel von prof. Einthoven overgenomen, dot
op zichzelf twijfel loot. Dit mog niet.
Dc vraag is in 't geding: was er een onge
lukkig verloop von feiten of was hier oen
misdrijf? Busch was dc deur geweigerd naar
M.'s woning en M. had het recht den mokcloar
tegen te houden. Moor M. handelde ols reflex
op de dnden van B. Von een opzet om to
mishandelen was hier geen sproke. Iemand, die
de grenzen van dc noodzakelijkheid te zijner
zelfverdediging overschrijdt, is volgens het
tweede lid van art. 41 Sr. niet strafbaar als
die overschrijding te wijten is aan een hevige
-,-mocdsnnndocning. Dit lid heeft het Hof
blijkbaar verwaarloosd.
Pleiter achtte den diefstal niet bewezen.
Wilde men ecnige kans hebben op een straf
vervolging met succes, don moest aan Muyl
wijk wel diefstal ten laste gelegd worden, want
een verduistering verjaart na 6 jaren. M. was
over de gelden van B. absoluut machthebbende.
Die gelden hod M. onder zich en anders don
door misdrijf verkregen. Wanneer hij dit geld
later opmaakte, don was dit verduistering. Bo
vendien is hier geen éénheidsdelict, dot diefstal
is, bewezen. Het materiaal bewijst niets om
trent de directe misdadige toeëigening. Er is
niets anders don de bekentenis van M., die in
deze dc moest onbetrouwbare is.
Het Hof heeft niet aangenomen de terug
koming van M. op zijn bekentenis. Het Hof
zegt, dat het tijdsverloop van 9 joren niet zóó
lang is, dat M. zich niet meer precies zou
herinneren de toedracht van het zich toeëige-
nen der geiden. Moor bij verduistering heeft de
wethouder zelf den termijn van verjaring be
paald op 6 jaar. Waarom? Omdat noch dc
verdachte, noch de getuige na een tijdsverloop
van 6 jaren te vertrouwen zijn in hun vcr-
kloringcn aangaande verduistering. Wanneer
het Hof nu vooropstelt, dat M. zich na 9 joren
nog precies alles moet herinneren houdt het
met het verjoringsinstituut geen rekening.
Pleiter was von meening, dot ten aanzien
van het rapport van prof. Einthoven de juiste
vormen allerminst zijn in acht genomen. Prof.
Einthoven is ie elfder ure bij dc zaak gehooid.
Hij heeft, gedeeltelijk a l'improvistc, en mon
deling een rapport uitgebracht cn daarbij
merkwaardig! olie andere deskundigen in
hun hemd laten staan. Het was lijnrecht in
strijd met dc verklaring van b.v. prof. De
Vries. Dc verdachte heeft niet eens gelegen
heid gehad het rapport te bezien. Het Hof
heeft evenwel juist op dit rapport veroordeeld.
Allerminst had men toch mogen verwochten,
dot zulk een deskundigen-ropport ondertee
kend was.
Dc behondcling was hiermede afgeloopcn.
De procureur-generaal zal op 7 Juni con
clusie nemen.
KANTOORBEDIENDE DIE BIJNA EEN
TON VERDUISTERDE.
Tot 2 Ja jaar veroordeeld.
De Vierde Kamer der Amsterdomsche
rechtbank deed uitspraak in dc zaak tegen
den 25-jnrigen kantoorbediende, die een bank
instelling gedurende de jaren 19221926 had
weten op te lichten voor bijna een ton, door
de voorschotten van de solarisrekcning ten
eigen bate oon te wenden.
De rechtbank veroordcele bckl. tot een ge
vangenisstraf van 2J4 jaar met aftrek van drie
muanden preventieve hechtenis.
Een jeugdig koopman van denzelfden leef
tijd, die profijt van deze verduistering had ge
trokken, werd veroordeeld tot twee jaar, even
eens met aftrek van drie maanden preventieve
hechtenis.
De eisch voor beiden was drie jaar
KINDERMOORD IN DEN HA AG
Een ir.an gearresteerd.
De politie tc Den Haag stelt een onderzoek
naar een geval van vermoedelijken kinder
moord, welke op den eersten Pinksterdag ge
pleegd zou zijn.
Een ongeveer 36-jarigé vrouw, H. genaamd,
samenwonende met een zekeren S., in een
perceel aan dc Laan, was moeder geworden
nn een kind, dat eenigen tijd daarna door den
geneeskundigen dienst dood in een emmer wa
ter werd gevonden.
Het vermoeden bestaat, dnt het kind geen
natuurlijken dood zou zijn gestorven.
Hoewel beide personen ontkennen het kind
van het leven te hebben beroofd, ochtte de
politie evenwel termen aanwezig om den man
tp arresteeren.
De vrouw is naar de ziekeninrichting aan den
Tt-pijtweg overgebracht.
MOORD TE VEEN BIJ HBUSDEN.
Een 3C-jorig man het slachtoffer.
Maandagavond halftien is, naar de Tel.
meldt, de 38-jarige Jacob Vos, te Veen bij
Heusden voor zijn woning dcor een revolver
schot in de borst vermoord.
De vermoedelijke dader, zekere M. K. aldaar,
is gearresteerd cn gevankelijk naar 's Bosch
overgebracht. De oorzaak moet een oude veete
zijn.