BINNENLAND. FEUILLETON. De Markies van Bardeiys. 25e Jaargang No. 35 AMERSFOÖRTSCH DAGBLAD „DE EEMLANDER" 10 TWEEDE BLAD. FLANEL COSTUMES UJT DE STAATSCOURANT. Voornoamste Kon. besluiten enz, *uit de Staatscourant van heden» evond. Benoenyl tot officier van gezondheid 2de klasse bij de zeemacht W. F. K. Kooiman arts. DE ITALIAANSCHE OORLOOSSCHEPEN TE AMSTERDAM. Een feestmaal aangeboden door Itaiioenschen gezant. De Italiaansche gezant, markies Maestri Mo- hnari de Mettone, heeft Zaterdag j.L aan de officieren van de Italiaansche oorlogsschepen Pisa en Feruccio, die thans te Amsterdam zijn, een feestmaal aangeboden. Onder do genoodigden waren: do admiraal Burzagli, adjudant di Bandiere, commandant Cavagnari, commandant Vettori, freule Sweerts *Ie Landas, dochter van den Commis saris der Koningin in Zuid-Holland, de burge meester va i 's Gravcnhage, mr. J. A. N Patijn en mevrouv; de schout bij nacht chef van den marinestaf K F. Sluijs, de secretaris van de Italiaansche legatie, do heer Allievi en me vrouw; de consul van Italië te Rotterdam, dc heer Sangiorgi en mevrouw; de consul te Am sterdam de heer Loeb. de dochter van den ge zant, mej; Litigia Maesrti Molinari de Mettona, de chef van de Italiaansche fascisten in Neder land do comm. Vanni cn mevrouw; dc dochtei van den Franschcn mil. attaché mcj. Burin des Rozierc. hET AANTAL ARBEIDSCONTROLEURS IN DE MIJNEN Een adres der samenwerkende mijnv/erkersbonden. In een adres aan den minister van waterstaat spreken de Samenwerkende Mijnwerkersbon den er hunne bevreemding over uit, dat de op 1 Augustus a.s. te houden gemeenschappe lijke vergadering van dc leden van al de Ar- beiderscommissies van de mijnen tot het op maken van voordrachten voor drie arbeiders controleurs, is opgeroepen buiten cenige me- dedeeling aan de organisaties om. Zij wijzen er op, det hunne vertegenwoordi gers reeds ter audiëntie bij den minister heb ben uiteengezet, dot de organisaties van uit breiding van het aantal arbeiders-controleurs alleen geen heil verwachten, wanneer daareai. net tevens verbonden is een betere regeling van de bevoegdheden dezer arbeiderscontro leurs. De organisaties weten thans, uit mededee- lingen van derden, dat het plan bestaat het aanbal nroeidcis-controleujs met drie uit te breiden. Van het verstrekken van meerdere bevoegdheden, hebben zij echter niets verno men, terwijl den leden van de Arbeiderscom- )n.r- s daaromtrent niets bekend is. Zij verzoeken den minister daarom, liefst voor de vergadering van de arbeiderscommis- siès plaats vindt, te willen mcdedeclen of er naast uitbreiding van het aantal arbeiders-con troleurs, ook meer bevoegdheden aan dezen zullen worden gegeven. UiT HET MIJNBEDRIJF. Klachten over nict-toepassing der Ongevallenwet. Naar aanleiding van de klachten der vakton den dat de mijnondernemers de Ongevallenwet ontduiken door het overgroote deel der be drijfsongevallen niet aan te geven, heeft het bestuur der Rijksverzekeringsbank een onder zoek ingesteld. Dr. v. Eden heeft hiervoor om streeks 2 weken in de mijnstreek vertoefd om alle betrokkenen te hooren In verband met de resultaten van dit onderzoek ontvingen dc#sa- menwerkende mijnwerkersbonden thans een brief van het bestuur der Rijksverzekerings bank, waarin o.a. wordt gezegd „Det een ingesteld onderzoek heeft aange toond, dot inderdaad ongevallen verzwegen rijn, welke o.i hadden behooren te zijn aan gegeven, en dat maatregelenzijn getroffen cn andere in overweging zijn, om een betere na koming der wet in dit opzicht *c verzekeren." WEIGERING BJJ WERKVER SCHAFFING. Antwoord op vragen van het Kamerlid Schaper. Op de vragen van den heer Schaper bctrc» fende het weigeren van Drentsche arbeiders uit sommige gemeenten voor plaatsing bij de werkverschaffing en het niet toelaten dier ar» bciders, woonachtig buiten de gemeente Em- men, tot verhuizing met Regccringssteun naar Overijssel, wélke vragen luiden als volgt: T. Is het juist, dot stelselmatig of in ccnigs- zins beduidende mate Drentsche arbeiders uit do gemeenten Borger, Odoorn e. a. geweigerd worden bii dc werkverfhoffing, en dot Drent- scho arbeiders buiten do gemeente Emmcn evenmin worden toegelaten tot verhuizing met Rcgeeringssteun naar Overijssel, omdat alleen arbeiders uit laatstgenoemde gemeente in deze voordrelcn zouden mogen deelen 2 Zoo io, achten de ministers dit dan niet een onbillijke regeling, waarbij met zekert overdrijving aan écn bepaalde gemeente hulp wordt verschaft 3 Waarop is anders deze regeling ge grond hebben de ministers Kan cn Slotcmakcr dc Bruine het volgende geantwoord: Ad T Het is niet juist, dat stelselmatig o? \n ecnigszins beduidende mate arbeiders uit cenige Drentsche gemeenten, die voor plaat sing bij de werkverschaffing in aanmerking komen, daarbij worden geweigerd De openstelling van de werkverschaffing werdj geregeld naar de behoefte aan plaatsing daarbij, ongeacht welke gemeente het betreft In verbond met de thans aanwezige werkge legenheid in het vrije bedrijf is de werkver schaffing voor de geheelo provincie Drente tijdelijk stopgezet, met uitzondering slechts voor zooveel betreft do gemeenten Emmen, Schoonebeek, Smilde en Assen, uit welke ge meenten een beperkt oantol arbeiders ook nu wordt te werk gesteld. In deze gemeente is niet voldoende werkgelegenheid in het vrije bedrijf te vinden Het ligt in do bedoeling der Regeering, voor overbrenging naar Enschedé in de eerste plaats arbeiders uit dc gemeente Emmcn in aanmerking te doen komen Slechts met het oog op den noodtoestand en do overbevolking in laatstgenoemde ge meente op TO Juli 1026 wafen niet minder dan T327 arbeiders uit Emmcn bij de werk verschaffing te werk gesteld r- heeft dc Re- gcering vrijheid kunnen vinden een regeling ter overbrenging van 200 gezinnen uit Drente naar Enschedé tc treffen. Nochtans is de Regeering beield, om, in dien te zijner tijd onverhoopt mocht blijken, dar in du gemeente Emmcn een voldoend aan tal geschikte gezinnen niet is tc vindon, tc be vorderen, dat gezinnen uit andere Drentsche gemeenten tct het ontbrekende aantal naar En schedé worden overgebracht. Maatregelen, ols ten behoeve van de gemeen te Emmcn genomen worden of zijn, kunnen niet voor ondere gemeenten, waarin werkeloosheid in meerdere of mindere mate heerscht. getrof fen worden. Immers dc bijzende re omstandig heden, waarin Emincn ve:lccert, nopens lót een Ingrijpen, clat, bracht het verdere consequenties mee, niet te handhaven zou zijn Ad 2. Gelijk reeds uit het antwoord cp vraag T blijkt, kan het antwoord cp vraag 2 niet anders don entkennend luiden Ad 3 Voor het antwoord op deze vraag moge kortheidshalve naar het Antwoord op vraag I worden verwezen. DE WAARDE DER RENTEKAART Een waarschuwend voordbeeld. Bij den Raad van Arbeid te Haarlem werd dezer dagen, naar Het Volk meldt, het na volgende geval bekend: Een dienstmeisje, wees, oud 22, jaar, was van 15 September 1924 tot 15 October 1925 in dienst van mevrouw A. en van 15 Nov. to» 15 Juni 1926 van mevrouw B zender zich echter voor de Invaliditeitsverzekering nan re melden. Er werden dus geen zegels voor haar geplakt. Wie hiervan dc schuld draagt, weten wij niet, maar vast staat, dat zij op 14 No vember 1925 een begin ven uitvoering heeft gegeven aan hafe verplichting om zich aan :o. melden en hoogstwaarschijnlijk is, dot zij daai- vnn door bemoeiingen van mevrouw B is weerhouden. Toen werd zij ongesteld (tuberculeus) en de fomilie B. zegde haar, vermoedelijk uit dien hoofde, dc betrekking op. -Zij aanvaardde, door den nood ggdwopgen. Het is zielig, zielloos door het leven tc gaan. Naar het Engelsrh van RAFAEL SABATAN1. 30 Ik dacht kalm na over de weddenschap en de gebeurtenissen die er het gevolg van ge weest waren en kwam eindelijk tot de slotsom, dat Chatellerault niet beschouwd kon worden er de minste aanspraak te kunnen doen gel den op mijn landgoederen. Dot hij mij van het begin af aan bedrogen had zooaïs ik reeds eerder heb aangetoond, legde minder gewicht in de schaal dan de manier waarop hij in he» laatst was opgetreden. Ik nam eindelijk het besluit een volledige op gave op te maken cn Castelroux te verzoeken die aan den koning zelf te laten overhandigen. Zoo zou er niet alleen recht geschieden, maar ik zou, al was het laat, met den graaf afgerekend hebben. Zonder twijfel rekende hij op zijn machtigen invloed om op alle papieren die ik mocht nalaten, beslag te leggen en alles te vernietigen wat aanwijzing kon geven wie ik was. Maar hij had r.iet gerekend op de vriend schap die ontstaan was tusschen den jeugdigen kapite-in en mij en evenmin dat het mij ge lukt was dezen laatste te overtuigen dat ik Bardeiys was; hij vermoedde dan ook niets van de maatregelen die ik op het punt was te nomen om hem te straffen. Toen ik eindelijk begon te schrijven werd rnijn eendacht getrokken door een zonderling geluid. Het was eerst niet meer dan een on duidelijk geruisch, als van golven die tegen de kust breken. Langzamerhand frerd het lui der en nam den vorm can van 'menschelijke stemmen in opgewekten toon. En toen boven het geraos van het gepeupel uit h'ei gebulder van een kanon, en toen nog een en nog een Ik sprong overeind cn vroeg mij af wat dit wel wezen kon; ik liep naar het getraliede ven ster en stond te luisteren. Ik keek het voorplein van de gevangenis over en ontwaarde ook daar eenigc drukte, in overeenstemming als het ware met die daar buiten Een ocgenblik daarna, toen het volk nader bij kwam, was het of ik kreten-yan toejuiching hoorde. Toen drong klcroengeschel door tQt mijn ooren cn eindelijk was ik in staat boven al het lawaai uit, dat in tusschen oorverdoovend was geworden, het getrappel van paardenhoe ven te vernemen, alsof een bende ruiters de gevangenis passeerde. Ik begreep dat het een persoon van gewicht moest wezen die te Toylouse aankwam en mijn eerste gedachte was de koning. Zulk een mo gelijkheid deed mijn hoofd duizelen van hoop. Maar ik herinnerde mij dat Roxalanne mij den vorigen avond verteld had dot hij te Lyon was, daarom zette ik die gedachte verre van mij, want zijn majesteit, die altijd langzaam en op zijn gemak reisde, geheel in overeenstemnüng meï zijn gewone manier van doen, zou onmo gelijk voor het laatst van de week in Toulouso kunnen wezen, en het was nu pas Zondag. Het volk passeerde en scheen daarna halt te houden, want tegen den midda'g hoorde ik geen juichkreten meer. Ik zette mij neer om tc schrijven en zou straks als de gevangenbewaar der kwam, wel vragen wat die drukte beduidde. Een uur ging voorbij; ik schoot al op met mijn werk toen de deur werd opengedaan en RECLAMES Van 1—4 regels 4.U5, elke regel meer T.— KLEERMAKERIJ Fa. E. L. J. LAMMERTS Amersfoort 0,;S5ï8d Groningen UtoicMschewaq 36. Tel. 587 nu enkele weken geloden, een nieuwe betrek- long bij Sc familie C, waai men lerstond van de aanmelding voor de invaliditeitswet werk muakte Zij kan echter thans niet in dc ver. zekering worden opgenomen, omdat zij bij de aanmelding invalide was. Want kort daarop reeds moest zij het werk opgeven, omdat zij niet meer kon Thans diende zij op dokters advies een aanvraag in bij den Raad van Ar beid, om gratis geneeskundige behandeling. Deze aanviaog moest echter zonder nadci onderzoek worden van dc hand gewezen, om dat voor betrokkc-ne niet was geplakt Ook wendde zij zich tot hoar tegenwoordi- 3en werkgever C. om vei pleging Deze beroept zich evenwel cp het eit, dat anderen verzuim den voor haar te plukken en zij reeds zich was, toen zij bij hem in dienst kwam. Daar staat nu de arme wees, zonder hulp, slechts hopende op dc liefdadigheid Slacht offer van eigen schuld en van die der families A. en B Op het morecle rechtsgevoel van deze beide families zal nu een beroep werden ge daan 1 DR. RH. FALKENBURG. Gemeentesecretaris van Amsterdam. Dr. Ph Falkenburg, secretaris der gemeente Amsterdam, is gistermiddag in de kliniek Sankt Anna te Luzcrn overleden Philip Falkenburg, cp 21 Maart IQ17 tct ge meente-secretaris van Amsterdam benoemd, als opvolger van rr.r. Baëza, werd, zoo meldi het Hbldden 24sten Mei 1863 te 's-Graven- hagc geboren. Hij studeerde aan dc Univer siteit te Leiden, in dc rechtswetenschap ei. promoveerde in 1890 op ren proefschrift, ge titeld „Bijdrage tot de icer van het arbeids loon In 1892 stelde hij, in cpJracht van de toenmalige Verêehiging vcor de Staathuis houdkunde een onderzoek in naar de armen zorg in Nederland, ten gevolge waarvan van zijn hand het licht zogen ,.Dc armenzorg van Amsterdam (1892), van „Rotterdam (1895) cn van ,,'s-Grovenhage" (1897) Hij werd in 1893 benoemd tot adjunct-commies aan da toen opgerichte afdeeling „arbeid" van he» departement van waterstaat In 1894 werd liii benoemd tot directeur vnn het gemeentelijk bureau van Amsterdam met den rang vnn hoofdcommies Dit was het eerste gemeente lijk bureau van statistiek in Nederland, dat aldus docr mr. Falkenburg werd ongericht. I*. 1901 werd hij tevens belast met de afdeeling armwezen en secretaris van het Burger lij!'. Armbestuur In 1913 werd hij bevorderd tot referenderis dor afdeeling armwezen. Von zijn hand verscheen een groot aantal economische en statische artikelen in Jtet „Sociaal Weekblad". „Gemeentebelangen", de „Vragen des Tijds". dc Economist". „Con rad's Jalirbü«*hcr en Handwörterbuch" en het .„Handelsblad". In ons bind schref hij over „Geboorte en sterfte cr.der invloed vnn den oorlog". Voorts was hij lid en meermalen rapporteui van dc gemeentelijke'commissie tot onderzoek va-> arbeidstoestanden tc Amsterdam. Zijn samen met prof R. IT Saltet in 1900 geschreven „De kindersterfte in Nederland" heeft grooton invloed gehad cp de zuigclin- genbcscherming in Mcdcrlond. Onder zijn leiding verschenen de verschil lende publicaties van het Amsterdamsche sta tistisch bureau (jaarboeken, mededeelingen, maandberichten, weekberichten, waaronder <1l „Stntistioup- démecraphinue des grnndes villes du monde",, (1911 cn 1912), Mr. Falkenburg was lid van de „Centrale commissie voor de Statistiek", de ..Deutsche Statistische Gescll- schoft" cn het „Institut international dc stotis- tique". DE WATERSNOOD. Ontevredenheid over weinig actie der autoriteiten. Het Comité vnn Actie tct verkrijging van Rcgceringsbemocienis in zake Dijkverbetcring dc vrocÜjkc stem van Castelroux mij begroet te „Mijnheer, ik heb een vriend van u meege bracht die u komt opzoeken." Ik draaide mij om op mijn stoel cn één blik op het aardige, nette gezicht en het blonde haar van den jongen rr.an naast Castelroux deed mij plotseling opstaan. „Mironsac!' riep ik uit en ik liep met uit gestrekte handen naar hem toe Maar ofschoon mijn vreugde groot was en mijn verrassing niet minder, nog grooter v/as de verbijstering die ik las op Mironsac's gelaat. „Mijnheer de Bardeiys!" riep hij uit en ik los honderd vragen in zijn verbaasde oogen „Voor den drommell" bromde zijn neef, „het was een goede inval je mee te brengen". „Maar waarom vertelde je mij niet, -Amédéc, dat het mijnheer dc Bardeiys was dien ik hiei zor vinden?" „Wou je mij zulk een aardige verrassing Te» ten bederven?" vroeg zijn neef. „Armand", zei ik, „niemand kan ooit ergens zoo welkom zijn als jij hier. Je komt juist bij tijds om mijn leven te redden". En als antwoord op zijn vragen vertelde ik hem in het kort alles wat mij overkomen was sedert dien avond in Parijs toen de wedden schap was aangegaan en hoe ik nu door de slimme stilzwijgendheid van'" Chatellcreult als het ware op den rand stond van het schavot. Toen barstte zijn woedde los tegen Chatelle rault en wot hij zei van den graaf deed mij goed om te hooren. Eindelijk stuitte ik zijn woordenvloed. „Voor 't cogenblik is 't genoeg, MironsacI" zei ik lachend. „Je bent hier en je kunt al Cha- telleraults plannen dwarsboomen docr mijn identiteit te getuigen tegenover den grootze gelbewaarder." En toen viel mij een nieuwe twijfel In als cn ter voorkoming van overstrooming-ram- pen, hield Zaterdag te Nijmegen een vergade ring. waaraan werd deelgenomen door ver schillende vooraanstaande personen in Nijme gen en in de door den watersnood geteisterde dot pen. De vergadering werd geleid door den voor zitter, den heer A. Povcl, wethouder der ge meente Ubbcrgen, die na zijn opcningswooid er aan herinnerde dat door philantropisch Ne derland voor den waterstaat vier millioen werd bijeengebracht, om dc vraag tc stellen, maar wat deed daarnanst onze Regcering? Niets, zegt spreker. In het arme Duitschland was wèl geld voo: de slechtoffcrs van het v.'ftter verstrekt. De Tweede Kamer kon wel voel er over pra ten, maar er is niet gedaan voor Gelderland en den Achterhoek Er moot, aldus spr. door de Regcering inge grepen worden; wij kunnen cischcn, dat zij die alles of een groot deel van wol zij bezaten hebben verloren, geholpon worden Do Regce ring moet de reddende hond toesteken. Voorts moet getracht worden herhalingen tc voorkomen, denk onn do dijken! Dc ervaring heeft denn zien dat dijkherstel dringend noodig is; moor ook hierin blijft de Regcering buiten schot. Er moet belangstelling op grootc schaal ge wekt worden om tct een krachtig protest ic komen, opdat von uit Den Haag wat gedaan worde om tot verbetering vnn den loestnnd tc geraken. Dc heer Tessci, secretaris, zegt dnt ge hoopt wordt te komen tot vorming van een hoofdcomité, bijeengeroepen uit dc verschil lende plaatsen die getroffen zijn door den watersnood, hetwelk zich don voorstelt rnct het hiervolgend programma naar buiten op te treden Verspreiding von een monifest. in de door de overstrooming geteisterde streken; stichting in elke gemeente of plants van een subcomité; belegging van populaire vergade ringen en van een groote protestmccting te Nijmegen; bcstudecring von de onderhavige vroagstukken door middel vr.n Studieclubs: opwekking tot deelneming ven vele georgani seerde machten aan een massademonstratie in Den Hang, waar hulde zcl worden gebracht non dc Koningin cn Hom. steun wordt verzocht; in zameling von gelden ter bestrijding ven de kosten der corr.ité's; op het werkprogram staat niet slechts de dijkverbetcring. mnar verbete ring ven alles wet rookt de waterschappen en polderzaken Gemis van eenheid in het optro- den op woterschapsgebied is maar al te zeci gebleken: geen enkele autoriteit wist welke be voegdheid hij had. Het wnterkeeringswerk in De Ooy werd ver traagd door den dijkgrnaf van het polder district „Dc Cirkel von de Ooy"; het kon eerst worden voortgezet toen dc Commissaris vnn dc Koningin den dijkgrnaf gedreigd had, hem van den dijk to laten zetten. De heer De L e e u w. burgemeester vnn Druten, ondersteunt krachtig de poging naar rcgccringsstcun en zegt dat dc qunestic von dijkversterking reeds door dc Prov Staten vnn Ncord-Brabont en Gelderland wordt overwo gen Meer aanwezigen lieten zich op gelijke wij ze uit. In Ubbcrgen is men teleurgesteld over het antwoord van Ged. Staten van Gelderland gegeven aan baron van Voorst tot Voorst op vragen deze zaken betreffende. De vergadering werd besloten met dc af spraak deï getracht cl worden de ncodigc geestdrift te wekker Qm daarna 16 Augustus andermaal bijeen tc komen. DE AANLEG VAN HET TWENTE-RIJN- KANAAL. Voor het behoud van een historisch - ifonument. Het bestuur van den Nederlandschcn Oud heidkundigen Bond heeft aan den minister van Waterstaat een adres gezonden, om adhacsie te betuigen aan de adressen, die door Heem schut cn door Almelcschc. ingezetenen zijn gezonden, ten bctoogc, dot hot r.iet wcnschelijk mag worden geacht het tracée Goor—Almelo vnn het aon tc leggen Twente-Rijnkonaal uit te voeren in de richting, zooals nu laatstelijk is geprojecteerd. .Door dit project zou onherstelbare cn groote schade worden toegebracht nan een bijkans eenig schoon en historisch monument, gelijk tot nu toe het Huis Almelo, omgeven door zijt. bouwhuizen, grachten en oprijlaan, 'ols eer. zeldzaam en ongeschonden type van een Ovcr- ijselsche havezathe in zijn grondplan' is be waard gebleven een koude hand die op mijn hoofd wordt ge legd. Ik keek naar Castelroux. „Hemell" riep ik uit „Als ze eens weiger den een tweede verhoor toe te staan!" „Weigeren!" riep hij lachend, „het zal hun niet gevraagd worden". „H^t zal niet noodig zijn", veegde Mironscc er bij. „Ik behoef het maar aon den koning te vcktellen „Maar mijn vriend", riep ik een weinig on geduldig, „ik moet immers 's morgens ster ven!" „Dc koning zal het vandaag hooren nu dadelijk Ik gn naar hem toe". Ik staarde hem een oogenblik vnn ter zijde can; toen herinnerde ik mij de drukte die ik gehoord had. „Is de koning cr ol?" riep ik uit. „Ja natuurlijk, monsieur. Hoe zou ik hier anders wezen? Ik hoor bij het gevolg van dep koning". Toen werd het mij opnieuw ellendig te moe de. Ik dacht non Roxalanne en hoezeer zij moest lijden en ik bedacht dat ieder oogenblik dat Mironsac langer in mijn cel bleef, een oogenblik foltering was voor dot arme kind. Daarom verzocht ik hem dadelijk naar den koning te gaan én mijn gevangenschap aan zijn majesteit mee te deelen. Hij voldeed aan mijn verzoek en ik werd dus weder alleen ge laten en liep heen en weer in mijn kleine cel ten prooi aan ccn opgewondenheid, die ik niet had gedacht te kunnen uithouden. Na afloop van een half uur kwam Castel roux alleen terug. „Welnu? riep ik zoodra de deur openging cn hij nog niet eens binnen kon wezen. „Wa* brengt ge vcor nieuws?" „Mironsac zegt dot de koning opgewonde ner is dan hij hem ooit gezien heeft. Ge moet Adressant vreest dat, indien het plan van aanleg ongewijzigd zou worden ten uitvoer ge bracht, een geschiedkundig monument voor goed geschonden zou worden Ten bewijze dnt ccn dergelijk gevaar geens zins denkbeeldig is, wijst het den minister rp hetgeen geschied is met het kostocl Helmond, dat indertijd door het graven vnn de Zuid- Willemsvaurt op zeer korten afstand vnn het huis, gescheiden is van het aan het kasteel grenzend park, waardoor het gchecle complex der omliggende goederen is geschonden, met het gevolg dot thans op zéér korten afstand von dit kasteel groote fabrieksgebouwen, gele gen aan bovengenoemd kanaal, zijn verrezen, welke het historisch geheel to eenenmale ge schonden hebben. Hot bestuur bepleit daarom hel Twontc-Rijn- kanaal anders to projectccrcn, hetzij door do veenachtige streek ten westen van de kom der stad Almelo, hetzij t«n oosten van dio stad, dcch dan op minstens 2 k.m. meer oerlelijk don thans voorgesteld, waardoor de historische eenheid der Almelosche havezathe niet, althans in veel mindere mate, zou worden aangetast HET VERBOD VAN INVOER VAN GE SLACHT VLEESCH IN ENGELAND. Dc besprekingen met dc Engel sche autoriteiten. Dr. Berger, directeur van den veeorts^nij- kundigen dienst, en dr. Lourcns, directeur van do rijksseruminrichting, zijn Zondag terugge keerd van hun reis noor Engelor.d, waarheen zij zich ingevolge opdracht vnn den rr.inis»er van binnenlnndsche zaken en landbouw bege ven hadden, ten einde met de Engelsche auto riteiten besprekingen te voeren betreffende be smettingsgevaar van het vlecsch van dieren, verkccrcnde in het inöubatietijdpcrlc. Men zal zich herinneren, dot do Engelsche ri'g'ecring het besmettingsgevaar van mond- en klauwzeer neg slechts vreest van dieren, ge slacht in het incubotictijdpcrk der ziekte, en dal een serie, c'cor den directeur van dc rijks seruminrichting alhier genomen proeven heeft bewezen, dot dit besmettingsgevaar niet be sloot De N. R Ct. verneemt, dot dr. Berger den betrcffendcn Engelschcn autoriteiten een uil- eenzetting heeft gegeven van de maatregelen, welke hier te lande worden genomen tot we ring von besmettelijke veeziekten, waarna dr. Lourens mededeelingen heeft gedaon aangoon- de de door de rijksseruminrichting genomen proeven. Men heeft thans in Engeland dc overtuiging, dot hier nl het mogelijke gedaan wordt om zorg tc drogen, cot niets wordt uitgevoerd wot voor- Engeland schadelijk zou kunnen zijn, cn men is er tevens overtuigd van de onjuistheid der mecning, da. dev ziekte van ons lund uit zou worden geïmporteerd. Bij deze besprekingen, die in een zeer vriend- scl.appelijken toon zijn gevoerd, hebben d© Engelsche hoeren zich uitcracid over ol cf niet handhaving van het invoerverbod r.iet uit- gH, ten Dr Bciger en dr. Lourens zullen den minis ter van binnenlnndsche zaken cn landbouw mondeling rapport uitbrengen. PLUIMVEE UIT ITALIC. Cry aar voor onzen hoender stapel De Msb.-corrcspondcnt tc Maastricht meldt: Von iemar.d, die in Pluimveckringen zeer coed bekend is, gewerd ons dc mededeeiing, dnt verleden week ren wagon Itollnarsciie kip pen de grens bij E ijsden gepasseerd is Dit be- teckent op zich zelf niets, wore het niet, dat de hoenderpest juist door het pluimvee uit Italië geïmporteerd is. En' nu was de toestond van den wagon zóó, dat hrt niet is uitgesloten dat opnieuw gevaar bestaat voor uitbreken der ziekte De arme dieren, die ccn 3 dagen lange reis achtct den rug hadden, waren, met 20 tot 25 stuks in kratten verpakt, die hun niet veroorloofden den kop op te heffen ol een pas te verzetten. Voer we:; onvoldoends medegegeven. Wot or nog van over was, la* bedolven onder een harde korst mest. Verschil lende dieren lagen dood in dc kratten cn dc ondere pikten non de cadavers Dot op deze wijze allerlei ziekten onder onzen hoenderstcpcl moeten uitbreken ligt voor da hand. Noor wij vernamen overweegt de Rc- geering wel maatregelen, doch met overwegen komt men niets verder. Ingrijpen en wel ter stond, hetzij door keuring ann de grens, gelijk in België geschiedt, ofwel door het verhogen van keuringscertificnten van het lar^ van herkomst Ook voor dc dierenbescherncL,-^ dadelijk in het palcis komen. Hier heb ik een bevel van den koning". Wij vertrokken in een koets cn geheel in 't geheim, want hij deelde mij mede dat zijn majesteit deze zenk stil wou houden, daar had hij zijn eigen reden voor. Ik moest cenige oogenblikken in ccn voor kamer wachten terwijl Castelroux mijn komst bij den koning aankondigde; toen werd ik in een klein vertrek gelaten, weelderig gemeubi leerd, donkerrood met goud, zeker een kamer tje dot de koning als werk- cn bidkomer ge bruiken kon. Toen ik binnenkwam stond zijn majesteit met zijn rug naar mij toe. Een lange, vrij magere gedaante in 't zwart gekleed leunende tegen ccn venster, met het hoofd op den opgeheven linker arm en de oogen met aandacht gevestigd op den tuin beneden Zoo bleef hij staan totdot Castelroux zich verwijderd hnd cn de deur had gesloten; toen keerde hij zich plotseling om, kfcek mij aan, met zijn rug naar het licht, zoodat zijn gelaat tegen het licht in nog somberder leek don ge woonlijk. „Voila, mijnheer dc Bardeiys", klonk zijn begroeting op een onvriendelijke!» toon. „Nu ziet ge waartoe uw ongehoorzaamheid aan mijn bevelen u gebracht heeft". „Sire, ik wou u mcdedcelcn", antwoordde ik, „dnt het zoover met mij gekomen is door de onbevoegdheid van uw majesteit s rechters ên de kwaadwilligheid ven anderen, die door uw majesteit met een te groot vertrouwen ver* cerd worden, meer dan, door mijn ongehoor zaamheid". (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1926 | | pagina 5