AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander"
25e Jaargag No. 74
Zaterdag
25 Sept. 1926
TWEEDE BLAD.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
Geldkoningen.
Denken en doen.
('Nadruk verboden).
Nogmaals een uitspraak van wrjlert prof.
De Bussy als uitgangspunt. „Aan al ons
geredeneer", zegt deze geteerde ergens,
„gaat het werkelijke leven vooraf, en daar
moet ook de oplossing liggen. Denken over
deze dingen, over levensdoel, enz., kan
twijfelziek maken, maar van die twijfel
ziekte is het leven het geneesmiddel, en
voor die zwakte geeft het leven kracht.
De ethiek loopt uit in nevelachtigheden,
in vraagteekens, in onopgeloste problemen,
maar meer dan de et'hiek is het leven
self, dat de ethiek wel poogt maar niet ver
mag te verklaren."
Een dergejijik woord kan verlossend wer
ken op de tobberige naturen, die zich in
levensproblemen en ziels con Hiaten voelen
ten ondergaan. Elk op zijn tijd verdiepen
wij ons wel eens in de gedachte over het
bestaan en in de tallooze vraagstukken,
waarvoor het leven ons stelt. En vaak
kwelt ons de ervaring, dat alle geredeneer
vruchteloos blijft. Wij komen geen steek
verder; hoe dieper wij in de dingen door
dringen, hoe meer wij er ir^jverwerd raken
en hoe onmogelijker de kans lijkt om uit
komst te vinden.
Zelden bevredigt ons het aanhooren van
een gedachtenwisseling over wijsgeei ige,
godsdienstige of zedeCfijke onderwerpen;
zelfs voor den ingewijde in de behandelde
stof komt het oogenblik, waarop het hem
wordt, alsof hij zijn aandacht san ör.wezen
lijfee en onbelangrijke puzzles verspilt. Al
dat getheoretiseer lijkt hem een kinderach
tig raadsels opgeven, en hersensspel zonder
praktisch e waarde
Wat moet echter de mensoh beginnen,
die, vermoeid van het denken, in den dool
hof der tegenstrijdige meeningen .verward
is geraakt? Wjen de verzuchting: wat is
waarheid? tot een dagelijksche kwelling is
geworden? Is leven mogelijk zonder zeker
heid van gedachte en overtuiging?
Vooral in een tijd als de onze, waarin
zoowel het persoonlijk als het maatschap
pelijk leven zich kenmerkt door overstelping
met problemen van allerlei soort, kan rede
neerzucht noodlottig worden. Wij hebben
geen tijd tot Jlan-g stilstaan. Wij moeten
voort. Maar welken kant moeten wij uit?
Waar ligt het doel, waariieen wij ons streven
hebben tc richten? Wat gebiedt ons de
plicht? Dikwijls zien wij geen uitweg. Wij
kunnen geen keuze doen.
Dan is het goed, dat wij den arbeid van
onze gedachten stil zetten. Dat wij ons
blindelings voort laten drijven door de
noodzakelijkheid, toch iets te doen, het doei
er niet toe, wat. Wij moeten op gang komen,
en beter zal het zijn, den verkeerden kant
uit te gaan dan heelemaal geen kant uit.
Laat ons iets aanpakken, wat het ook zij.
Laten wij de machine werk geven, die
ratelend zichzelf verslijt. Laten wij graan
strooien tussohen de molensteenen, die,
ledig gelaten, elkaar'afslijpen en aTjdus den
molen vernielen.
Werken op zichzelf geeft vreugde. Arbeid
als zoodanig is een verlossing. Als de
spieren zioh spannen, a's de dag zich vult,
als de belangstelling zich richt op een be
paald doelpunt, zonder zich af te vragen,
cf dit doelpunt nu wel het goede is, stuwt
het bloed zich voort, hervat de vertraagde
levensstroom zijn zuiverende taak, meevoe
rend de duf geworden sappen en de ge
stolde bedenkselen on plaats makend voor
nieuwen en frissohen toevoeT uit het ruime
rijk van licht en lucht.
Arbeid is de motor, de katalysator, de
gangmaker en de verwerker, die het levens
proces, dat dreigde op het doode punt tot
een ontijdig einde te komen, weer vlot
maakt en verder stuwt naar nieuwe ontwik
kel ingsnrogel ij kh e den.
De praktijk is het geneesmiddel, waaruit
de door peinzen en tobben verzwakte
kracht putten kan c rich te hersteLen en
weder op te richten in den gezegenden
strijd om het bestaan. Gezegend is deze
strijd, omdat hij ons oproept uit het doo-
dendè rijk der b mensohimmen naar het
levenwekkende veld van de daad. De daad
is voor menig verl Jsterde en verwarde ziel
de uitkomst geweest en er is voor den
tobber geen beier 'heelmeester dan die,
wien 't gelukt, hem _an 't werk te zetten.
Slechts de daad brengt het rhythme, den
polsslag weder in het schijndood bestaan
van het slachtoffer, dat in de zee van pro
blemen en vraagstukken dreigde te verdrin
ken. Men kent de methode der oostersche
profeten, die, om in godsdienstige bezieling
I te gereken, beginnen met lichaamsbewe
ging. Hun gebaar steeds versnellend, win
den zij zich op door den dans. En met den
dsns komt de overtuiging; hoe heviger zich
de armen en beenen bewegen, hoe krachti
ger het bloed bruischt, le sterker wordt hun
geloof, te geestdriftiger hun ijver.
Hier is het niet de overtuiging, die tot
beweging aanzet; het is de beweging, die
de overtuiging schept. En zou dit in meer
dere of mindere mate ook niet het geval
zijn bij enze sprekers en propagandisten,
uier overtuigingskracht eveneens toeneemt
met de heftigheid hunner gebaren?
Nu behoeft beweging niet uitsluitend
uil dansen en gesticuleeren te bestaan. Er
is overmaat van beweging daarbuiten ook.
Maar zcu al onze arbeid, e'.ik onzer daden,
iedere werkzaamheid, op welk gebied ook,
niet dezelfde overtuigende kracht bezitten
als het opwindend gebaar van den profeet
en den propagandist?
Onder den arbeid krijgen wij pleizier in
den arbeid; het werk mogen wij tegenstre
vend begonnen zijn, omdat wij er niet in
geloofden, met het werk groeit het geloof
en tenslotte is het niet geestdrift, dat 'wij
ons werk verrichten. Als wij sJeóhts tot de
deod k-omen, als wij ons slechts werpen op
de weerbarstige materie der werkelijkheid,
zullen wij in den versterkenden strijd de op
lossing vinden, waarop wij, broedend over
gedachten, allé hoop hadden laten varen.
Npve'.bahtighedenvraagteekens, dit zijn-de
uitkomsten van het eenzijdig geredeneer,
dat zich niet grondt cp het leven, welks
wezen en kenmerk beweging is, voortduren
de bezigheid, arbeid. Slechts de daad
schept het licht, dat orvs het leven ver
klaart.
H. G. CANNEGIETER.
UIT DE STAATSCOURANT.
Bepaald in dat de vacature van notaris tc
Gorinchcm, opengevallen door het eervol ont
slag 'van A. J Reumer, niet zal worden ver
vuld;
benoemd tot controleur van den Arbeid A.
Groenink to Steenwijk, met wcrkzaamstelling
in het 6e district der Arbeidsinspectie, stand
plaats Haarlem;
benoemd tot inspecteur der directe belas
tingen, invoerrechten en accijnzen, onder toe»
oeging aan het hoofd dei inspectie der di
recte belastingen te Amsterdam de controleur
der grondbelastingen N. Beydcrncllc te Eind
hoven;
op verzoek eervol ontslagen uit 's Rijksdienst
W. Looijengo, boekhouder van het kadaster tc
Amsterdam;
benoemd tot adjunct-accountant der directe
belastingen to Zwolle T. Bakker; te Tilburg. K.
P. v. d. Wal, beiden thans tijdelijk;
benoemd tot belastingontvanger te Horst P.
W. Sjerp, assistent der belastingen tc Leiden,
en te Kollum P. Oldenkomp, adj.-commies der
belastingen te Zwolle.
HET ADRES VAN ANTWOORD DER
EERSTE KAMER.
Dc aanbieding ten palcrzc.
Gisterochtend ten half twaalf ure heeft H.M.
de Koningin, in tegenwoordigheid van verschei
dene, in ambtsgewaad of uniform gekleede,
hofdignitarissen, ten paleizc tc den Haag in
gehoor ontvangen de commissie uit dc Eerste
Kamer der Staten-Gcneraal, belast met dc aan
bieding aan de Vorstin van het adres von ant
woord dier Kamer op dc Troonrede.
Dc commissie bestond uit den president der
Eerste Kamer, luitenant-generaal baron Van
Voorst tot Voorst, en dc leden Briët, Van d
Hoeven, Dc Jong, Blomjous en Steger. Generaal
van Voorst tot Voorst droyg de militaire uni
form met het lint van grootkruis in de orde
van den Nedcrl. Leeuw, de overige leden der
commissie het ombtscostuum.
Dc commissie had zich van het gebouw der
Eerste Kumcr in auto's, begeleid door boden
van die Kamer, naar het palcis begeven
Bij het betreden van de vestibule van 'vl
koninklijk poleis werden de militaire eerbewij
zen, verschuldigd aan een ontvangst ten Move
van een deputatie, bij welke zich dc voorzitter
der Eerste Kamer bevindt, bewezen door een
sterk detachement huzaren, gekleed in vcid-
tcnuc en onder commando von een lstcn luite
nant.
De hoornblazer van dit detachement blies
den ceremarsch. Dc manschappen presenteer
den dc karabijnen.
Bij het verlaten van het paleis werden dc
commissie dezelfde eerbewijzen bewezen.
DE VACATURE IN DEN IIOOGEN RAAD
Aanbieding der cabinctsüjst
een H. M. dc Koningin.
Ten V2y; ure gistermiddag ontving de Ko
ningin wederom in bijzijn van verschillende le-
den van Hnur civile en militaire Huis, dc com
missie uit tic Tweede Kamer, welke tot taak
had Hare Majesteit aan te bieden do gisteren
door dc Kamer opgemaakte aanbevelingslijst
voor het lidmaatschap van den Hoogen Raad
der Nederlanden.
Deze Commissie bestend uit de leden van
Rijckevorscl, voorzitter der dccmitatie, Mevr,
de Viies Bruins en dc hccren Ziilstra, Droog-
lever Forluyn, Ebels, Longpian, Lingbcek cn
Kc-mpschöer.
De meeste leden dor commissie droegen het
ambtsgewaad, enkele hccren zwarte klceding
Mevr. de Vries—Bruins droeg een zwart
costuum met langen zwarten mantel, die ofgc
zet was met een groenen, met goud doorwe
ven rand cn voorts droeg zij een zwarte hoed
met een rouffe var. grijze veeren.
DE KONINKLIJKE FAMILIE.
Vcrlrek naar Het Loo.
H. M. dc Koningin cn H. K. H. Prinses Juliana
zijn gisternamiddop per Staatsspoortrein von I
uur 12, Waarin zich het salonrijtuig van den
trein der Koningin bevond, naar het Loo ver
trokken.
Dc Prins, die hedenochtend een bezoek bracht
aan de Dabliatcntocnstclling zal zich morgen
middag ten 2 uur 53 per Staatsspoor naar hot
Loo begeven.
Z. K. H. dc^d echter zijne Gemalin cn Doch
ter uitgeleide op het perron.
Het .gevolg van dc .Koningin cn do Prinses
bestond uit baronesse Sloet van Marxveld,
eerste-hofdamc, belast met dc opvoeding eler
Prinses; dc hofdames jkvr. Van Swinderen cn
baronesse Van Hccckcren, mcj. Oostcrlec, gou
vernante der Prinses, den kamerheer baron
VonGeen, particulier secretaris van H M.;
den adjudant majoor Ruys, ordonnans-offi
cier le luitenant jhr. Verheyen cn derf direc
teur van Hr. Ms. Kabinet jhr. Van Tets.
BUITENGEWÓÓN-DIENSTPLICHTIGEN.
Verbintenis bij een transport-
colonne van het Roodc Kruis.
Men zendt ons het volgende communiqué:
Het instituut „buitengewóón-dienstplichtigen''
is welbekend. Telken jarc wordt, nadat de
loting voor dienstplichtigen heeft plaats gehad,
gemeentegewijs bepaald wie der dienstplichti
gen behooren tot de categorie der gcwonc-
en wie tot die der buitengcwoon-dienstplichli-
gen.
Dc buitengewóón-dienstplichtigen krijgen dan
an den burgemeester een mcdcder.ling, dot zij
tot die categorie behooren, met dc toevoeging
dat zij tot het vervullen van militairen dienst
plicht kunnen worden opgeroepen in geval van
ooriog, oorlogsgevaar of andere buitengewone
omstandigheden.
De buitengewóón-dienstplichtigen van de
lichting 1927 von 26 gemeenten in Nederland
ontvangen dit jaar van hun burgemeester ccn
kennisgeving, waarin wordt gewezen op de
mogelijkheid van het sluiten cencr verbintenis
bij een der trnnsportcolonncs van het Neder
landschc Roodc Kruis. In deze kennisgeving
wordt steeds dc aandacht gevestigd op de t
gcling betreffende het sluiten von een derge
lijke verbintenis, welke voor belanghebbenden
op de secretarie hunner gemeente (afd. Mili
taire Zaken) ter inzage ligt. Het aantal gemeen-
ren werd tot ccn 26-tal beperkt, omdat slecht:
een klein aantal buitengewóón-dienstplichtigen
in dc gelegenheid gesteld zal worden, een ver
bintenis bij het Ncderlnndschc Roode Kruis aan
te gaon. Dc verbintenis van den buitengewoon'
dienstplichtige bij ccn der trnnsportcolonncs
van het Ncderlnndschc Rcodc Kruis wordt g
vloten voor den duur von 5 jaar. No het grui s
volgen van 3 cursussen (elk van gemiddeld 10
lessen a VA 2 uur) wordt het bewijs van ge
oefendheid uitgereikt en volgt dc aanstelling tot
„helper" bij, een transportcolonne. Zoolang de
verbintenis duurt, is de buitengewoon dienst
plichtige vrijgesteld van het vervullen van wcr-
kelijken dienst, óók in geval vnn oorlog, ocr-
logsgcvonr of onderc buitengewone omstandig
heden. Hij blijft alsdan dienst doen bij e n
trunsportcolonnc ven het Ncderlnndschc Roode
Kruis.
KOLONEL HOOG. v
Zijn militaire loCpbnon.
Omtrent den. Dond,'icing te Den Hang cp 49-
jarigen leeftijd evrioden gep. kolonel-titulair
van de artilleri O.-l. leger A. F. A. Hoog
kan neg werden meegedeeld, dat hij op 9
November 1877 te Nijmegen werd gebcren. Hij
werd aangesteld lot 2c luit. der art. N I. L. op
29 Juli 1809, tot le luit. op 31 Mei 1002, tot
kapitein op 2G April 1909 in welken rang hij
met I October 1911 hoar Nederland werd ge
detocheerd. tct plaatsing bij het departement
van koloniën, waar hij tct zijn pensionneering
werkzeam was. Tijdens zijn werkzaamheid aan
hot departement verkreeg hij de rangen van
majoor cn luit .-kolonel en bij zijn pensionnee
ring den titu'nircn rang van kolonel. De over
ledene war. ridder in do erde van Oranje Nas-
sau met d'- zwaarden cn vwrr. eervol vernield
ter gelegenheid van de expeditie naar Eali van
14 Sept.30 Oct. 1900.
ONTSIERENDE RECLAME.
Een aanschrijving oen dc
Zuid-Hol!andschc burge
meesters.
Gedeputeerde Staten van Zuid-Hol!nad heb
ben een circulaire tot dc burgemeesters in
deze provincie gericht, waarin zij erop wijzen,
dal in den laotstcn tijd meermolen reclame
borden worden aangetroffen in het landelijk
deel van gemeenten, voro welker plaatsing d*
ingevolge dc prov. rcclameverordcning vet
eischtc vrijstelling door Ged. Staten niet is
verleend. In verband hicimee wordt den bur
gemeesters verzocht, ertoe tc willen medewer
ken, dut door een scherp toezicht van de ge
meentepolitie de naleving dier verordening
zooveel mogelijk wcvdc verzekerd.
LIJKVERBRANDING.
Het nieuwe Columbarium, op
Wcstcrvcld.
Reeds sedert geruimen tijd kun men, wan
neer men Driehuis pussccrt, naast den koepel
von het crematorium een merkwnardigen zwait-
witten toren waarnemen. Iedereen weet, dut dit
de toren is van het nieuwe columbarium, dat
dc architect W. M. Dudok, uit Hilversum, daar
heeft gebouwd.
Dit nieuwe columbarium zul heden
middag cffici cl in gebruik genomen
worden. Reeds terstond züllen uit het oude
columbarium, dat onder het crematorium ligt,
ccn aantal urnen in het nieuwe worden over
geplaatst.
Het nieuwe columbarium onderscheidt zich,
aldus de Opr. Haurl. Ct., van het oude in vele
opzichten eigenlijk in alle opzichten. Bij hot
oude hebben wij nooit goed dc gedachte van
ons af kunnen houden, dat het columbarium
eigenlijk een beetje vergeten was cn dat het
doorom was ondergebracht in de kelderruimten,
die toevallig overschoten. Dat is natuurlijk nier
waar, moor het scheen ons altijd zoo toe. In
elk geval, het crematorium werd tot dusver
blijkbaar de hoofdzaak en het columbarium
een bijzaak geacht. Dat ivos niet juist en de
bouwmeester Dudok heeft dcrhulvc van liet
columbarium een gebouw gemaakt, dat aan het
crematorium minstens gelijkwaardig is. We
inden het zelfs, als gebouw, belangrijk mooici
Eigenlijk kan men van een gebouw niet zoo
zeer spreken. Het is meer een aaneengesloten
reeks galerijen, die ecnerzijds ccn gazon cn
anderzijds ccn vijver omsluiten. Het licht kan
hier ruimschoots toetreden cn dc stemming dio
vnn deze plaats uitgaat, is wijdsch. Het nicuwo
coïumgarium brengt ons in de sfeer van dc
eeuwige rust, terwijl het oude daarentegen ins
aun het sombere afsterven deed denken. Mier
heeft men dus ccn columbarium, dot op dien
naam aanspraak kan maken; het oude was
slechts ccn bergplaats.
Rondom hel open gazon, dal wc noemden,
zijn overdekte galerijen, die do nissen bevatten
waurin dc urnen komen te stuon. In deze gale
rijen zullen dc urnen gelijksoortig zijn; als af
wisseling dient duarbij dat de nissen, die in
een groep yah dertig dc zij- cn onderzijden vor
men, zullcf .worden afgesloten met een koperen
plaat, waar dc inscriptie kon worden ingegra
veerd. In deze galerijen zullen ruim 1300 urnen
kunnen staan
De rondo gang rondom den vijver geeft ccn
geheel andere stemming; het is higr donker
der, maar uitermate vredig. De gang zal ech
ter voorloopig niet in gebruik genomen wor
den Slechts in een vierkant vertrek, dat aan
deZ'- gang grenst, zijn nissen aangebracht,
ruimer den die in den open voorhof; hier
kunnen urnen geplaatst worden van vormen
naar vrije keuze.
Men l;cn hot nieuwe columbarium van twee
zijden binnengaan. Ecnnerzijcs door het crema
torium; een overdekte brug leidt van daar
naar het open gedeelte met het grasveld. Links
cn rechts zie ir.en dan dc galerijen nut dc
nissen en voor zich uit een afsluiting en ccn
toegang naar het tweede gedeelte rond den
vijver. Op de sirenen bc.llustrnde, die deze
afsluiting vormt, is een verguld beeld ge
plaatst van den Manrlemschcn beeldhouwer
Van den Synde. Het stelt voor ccn vrouw,
die geknield, met een hand onder het hoofd,
den tuin met do urnen-galerijen overziet. Het
is een buitengewoon schoon beeld, dat in deze
omgeving zeer goed past, niot zoozeer bij do
architectuur ven hot bouwwerk, als wel bij dc
stemming, die van het bouwwerk uitgaat, welke
stemming door cit beeld zeer verhoogd wordt.
Een ander bocld, dat dep rechterhoek, tusschcn
dc balustrade en dc galerij, vult, is ook zeer
zeer fraai, maar lijkt als versiering op dio
plaats weinig gemotiveerd.
De andere ingang is voor hen, die niet eerst
het crematorium willen bezoeken Door ccn
kleine poort, voorzien van ccn zwart, met goud
versierd hele, komt men in een kleine hal, van
waaruit men de open galerijen, zoowel als dc
gesloten gang bij den vijver kon bereiken.Peze
hal vinden wij, pas niet geheel in dit kader,
het kon evengoed de hal van een bodhuis zijn
met al die tegels
D( teren ten slotte, die in den rechterhoek
aan den Noordkant op het columbarium is
gepluatst, verlevendigt het geheel Hij is hoog
en slank en bovenin in een gouden urn ge
plaatst, die des nachts zal lichten en zoo ccn
symbool zal zijn van de vergankelijkheid.
ONEERLIJK VERKREGEN PRIJZEN.
Een duivenmclkcrstruc.
Het wcs het bestuur cf?ncr te Delft gevestig
de verceniging Ven pcstduivenlicfhcbbcri: op
gevallen dat r:en dcrlcden, telkens ccn van de
eerste prijzen wist tc- winnen. Daar deze prijs
winnaar r.ict bekend stond nis igenaar van
bijzonder goede duiven, wekte dit nog al ver
wondering. Besloten werd dc klok van het be
doelde lid eens grondig te onderzoeken.
Uit het onderzoek kwam aan het licht dut
aan den bodem der klok een plaatje v/ns be
vestigd waarop stond „wie hier naar binnen
jat, komt nooit tc vroeg, maar steeds tc
laat". Voor den pcstduivcnlicfhebbcr gaat deze
prcuk wel op. Bij verwijdering van het plaatje
bleek, dat het alleen diende om een klein gat
tc bedekken waardoor het mogelijk was met
een dun voorwerp dc wijzers der l.lok tc ver
zetten.
Nu moest getracht werden den bedrieger te
vangen. Het bestuur bracht listelijk een pa
piertje over het gat aan in den binnenkant van
klok en verzegelde deze als gewoonlijk.
Toen nu Zondag nn de wedvlucht de klok
werd teruggebracht werd bevonden, dot het
papiertje, dat door het bestuur was aongc-
biacht, was doorstoken.
Do aldus in den val gcloopcn bedrieger
ocsUzich komen verantwoorden en bekende
na vAül tegenspraak zijn geknoei. Hij toekende
een verklaring, waarin hij zijn oneerlijke prak
tijken erkende cn zich verplichtte dc op on
eerlijke wijze verkregen prijz&n terug tc be
talen.
Dat de man als lid der verceniging ge
royeerd werd, behoeft wel niet gezegd tc woi-
dcn.
Men kent verloren goed eerst, als men 't
missen moet. GEZELLE.
Geautoriseerde vertaling naar het Engelsch van
E. PHILIPS OPPENHEIM.
door W. M. D. SPIES-VAN DER LINDEN
14
„Ik begin h-»t te begrijpen," zei Stella.
„Wees nu zoo goed te zeggen, wat u van me
verlangt."
„Wij zijn genegen," zei Littleson kalmpjes,
„om honderd duizend dollar te geven aan den
geen, die ons dat stuk in handen geeft. Voor
iemand, die het huis van uw vader kent cn
weet, waar hij zijn belangrijke papieren be
waart, moet dat geen onmogelijke taak zijn."
Zij keek hem. eenige oogenblikken strak aan.
„U vergeet," zeidc zij, „dat ik niet langer
vrijen toegang tot het huis vnn mijn vader
heb."
„Het zou al heel gemakkelijk voor u zijn,"
antwoordde hij, ,,er binnen te komen, vooral nu
uw vader zijn kamer houdt. Ik veronderstel, dat
u weet, waar hij zijn belangrijke stukken be
waart."
„Ja, dat weet ik," antwoordde zij. „Het is
jammer vervolgde zij met een flauw glimlach
je op de lippen, „dat die inbrekers het niet wis
ten, vindt u niet?"
Hij haalde zijn schouders op.
1 „Een onhandige poging was dat natuurlijk,"
gaf hij toe, „vooral omdat uw vader altijd een
detective bij het huis heeft. Het wordt goed
bewaakt, maar ik geloof dot u beter werk leva-
ren kunt, miss Duge."
„Hoe ziet dat papier er uit?"
„Het is enkel een vel „foolscap". Ik zal u niet
precies zeggen, wat er op geschreven staat,
maar het behelst een voorstel, ccn zekere som
geld bijeen tc krijgen, om eenige voorname po
litici, die deze „Anti-Trust-Bill" steunen, te
doen vallen. Al onze namen staan er op, die van
Bardslcy, van Weiss, von Seth Higgins en mijn
eigen naam. Die van uw vader zou er ook op
moeten voorkomen, maar ik geloof, dat hij ons
te slim af was."
Zij begon haar handschoenen aan tc trekken.
„Nu," zeide zij, ik heb, dank zij u, een heer
lijken morgen gehad en deze rozen ziin beeldig.
Gesteld, dut ik behoefte gevoel -nog meer uiting
te geven aan mijn dankbaarheid, waarheen kan
ik u dun schrijven?"
Hij gaf zijn kaartje, dat zij in haar mof stop
te. Zij verlieten samen het restaurant en praat
ten weer over de menschen, die zij voorbij kwa
men, over een stuk in den schouwburg, waar
zij aan herinnerd werden bij het zien van een
populaire actrice ,en andere onverschillige on
derwerpen. Hij bood haar zijn auto aan, maar
zij» bedankte.
„Ik ga hier vlak bij een bezoek brengen," zei-
de zij. „Adicul"
„Ik hoop dat ik spoedig van u hooren zal,"
zeide hij, zich over haar hand buigend.
„Misschien," antwoordde zij glimlachend,
terwijl zij zich afwendde.
HOOFDSTUK X.
Norris Vine.
Stella liep snel Fifth Avenue af en sloeg
Broadway in. Hier nam zij een tram naar de
zakenwijk en ongeveer twintig minuten lr.:er
stond zij voor het kantoor van Norris Vine
op de bovenste verdieping van een skyscraper,
dicht bij Maddison Square. Vine opende zelf
de deur en bracht haar door het kontoor vnn
het personeel naar, zijn eigen klein, n\nnr
luxueus ingericht appartement.
„Was je net van plan om uit tc gaan
vroeg zij
„Het hindert niet," antwoordde hij. „Ik heb
nog minstens een half uur voer je."
Hij leidde haar naar zijn fauteuil cn ging
zelf op zijn bureaustoel zitten. Dc zon viel op
zijn smal, cenigszins streng gezicht en zij
keek peinzend naar hem.
„Is 't, dat je ouder wordt, Norris?" vroeg
zij, „of gaat de boel op htt oogenblik niet zoo
als je zoudt willen
Hij trok zijn wenkbrouwen op.
„Het is erg inspannend, dit leven," merkte
hij op. „Je moet al je fijnere gevoelens geweld
aandoen en als je dat gelukt is, kom je tot
de ontdekking, dat je wat ouder bent ge
worden."
Zij knikte.
„Zoo zie je er uit," zeide zij. „Je ziet er uit,
of zoo goed als alle vuur opgebrand is cn er
alleen nu zooiets als een machine van je
overgebleven is."
„Ik weet het niet," antwoordde hij lusteloos.
„Je moest meer naar Europa gaon," zeide
zij zacht. „Ik kan niet begrijpen, hoe menschen
slaven van zichzelf kunnen maken, zooals jul
lie hier. Verier g je er nooit naar, om uit dien
tredmolen te geraken I"
Misschien wel," antwoordde hij, „maar het
leven hier wordt als een van die slechte aan
wendsels, zooals cigaretten rooken of morphi
ne gebruik. Het krijgt vat op je het krijgt
hct-1 veel vat op je," liet hij cr zachter cp
volgen.
„Ik zou wel eens, willen weten," zeide zij,
„of er iets ter wereld bestaat, dut je uit dit
leven weg zou kunnen lokken."
Hij sloeg opeens mdt de volle vuist op dc
schrijftafel, waarvoor hij zat. Zijn gezicht was
nog kleurloos, maar in zijn zwarte oogen wn>
ccn glimp vuur gekomen.
„O, zwijg I" zeide hij. „Ik ben tenslotte niet
zoo'n sloof, dat ik mijn ketenen lief heb maar
ken je niet begrijpen, dot iemand in dit moeras
gc-ioakt en alleen door dc grootste inspanning
op de bec-n kon blijven
„Is dat met jou het geval, Norris vroeg zij.
„Ja," antwoordde hij met plotselinge heftig
heid. „Zes maanden geleden zou ik mczelt,
geloof ik, van alles hebben kunnen vrijmaken.
Ik zou geen rijk man geweest zijn, maar daar
ginds in Europa, waar de menschen geleerd
hebben, om tc leven, is rijkdom in het minst
niet noodzakelijk. Ik had genoeg voor Italië,
voor een seizoen in Parijs, voor wat sport in
Hongarije, zelfs voor een maand of twee in
Menton. Ik aarzelde en terwijl ik aarzelde, was
de kans weer verdwenen. Toen kwamen je va
der en ik weer tegenover elkaar te staan cn
de heele geschiedenis begon weer opnieuw."
„Heb ik gelijk," vroeg zij zacht, „,nls ik mij
verbeeld, dat je er op het oogenblik slecht
voor staat
Hij knikte.
„Ik vecht voor mijn leven," zei hij kortaf.
„Waarheen ik mij de laatste maanden ook
gekeerd heb, overal schijn ik dc tegenwerking
ven je vader's millioencn te ontmoeten. Onze
oplaag wordt dagelijks minder. De groote
adverteerders negeeren ons feitelijk. Wij gaan
finanticcl snel achteruit. Dat is het lot van
ieder, die de hand durft opheffen tegen de
vervloekte afgoden van dit land. Het is he(t
werk van je vader, Stella. I!< hud mijn hoop
gevestigd op die ziekte van hem, maar het
blijft hetzelfde. Weet je ook of hij werkelijk
ziek is, of hoort dit bij zijn plannen
„Ik weet het niet precies," antwoordde zij.
„Vandaag werd mij verteld, dat het bij zijn
plcnncn hoort.'
„Wie vertelde dat vroeg hij snel.
„Peter Littleson", zeide zij, „ik heb met
hem geluncht."
„Peter Littleson 1" viel hij haor in de rccJe.
„Maar die is een van je vader's partners l Hij
en Burdsley cn Weiss en je vader zijn, wat
ze hier noemen „De Onoverwinlijkcn" I
Zij knikte.
„Ik ben cr niet zeker van/ zeide zij, „maar
ik geloof, dat het tot ccn breuk zal komen."
Hij was nu vol belangstelling, ongeduldig
bijna
„Vertel mij alles, wat je weet drong hij
aen.
„Dit weet ik, antwoordde zij, „dat Littleson
mij vandaag te lunchen vroeg, om er achter
te komen, of de ziekte van mijn vader echt
was of niet en hij gaf mij te verstaan, dat zij
hem verdachten, hen tc bedriegen. Ik geloof,
dat mijn vader het als gewoonlijk, van hen
winnen zal. Peter Littleson moest erkennen, dat
hij zc, tenminste nu, allen kan maken er»
breken."
Norris Vine keek eenige oogenblikken naar
buiten. Zijn gelaat was doodsbleek.
(Wordt vervolgd).