AMERIKA
PER RADIO!
ESSENCES
N.V, Compagnie Lyonnaise
Oeux piftces in wollen jersey, 29:
DUIN
BINNENLAND.
Electro - Technisch u Utr.stiaat15
- - Bureau - - sD SfL 10013118 Telef. 483
Langestraat 23 - A. VAN DE WEG - Te!. 217
Langestraat 83 Te!. 179 Amersfoort.
v'oorradip de nieuwste modellen O Oil EM
Uitsluitend prima fabrikaat OrÉILLLli
VIERDE BLAD.
OP ONS 4 LAMPS
DUCRETET TOESTEL
25e Jaargang No. 128 AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander" r l November 1926
DE PORTUGEESCHE BANKBIUETTEN-
VERVALSCHING
De behandcb'ng voor de Haag.
schc rechtbank. Het requi
sitoir
Gisteren is de behandeling voortgezet van
dc zaak tegen den heer M. van IJ.
Op een vrang van den president aan dep
gouverneur van dc bank, antwoordt getuige,
dat hij niets afweet van de brieven van 20 en
22 Ju.'i. Getuige is sinds 19IT gouverneur. De
bonk noch getuige hebben in 1925 aan iemand
het recht gegevens Vosco di Gama biljetten to
laten drukken. Getuige Gomes antwoordt
overeenkomstig.
Dc officier, mr. Bauduin neemt daarna zijn
requisitoir.
Spr. heeft zijn requisitoir in 3 deelcn vei
deeld.
In het Te deel behandelt hij dc aanmaak der
biljetten enz., in het 2e deel dc tenlasteleg
ging in het 3e deel de positie van verdachte.
In deze hccle zaak heeft het begrip der
camouflage spr. niet losgelaten. De men-
schen wilden zich den schijn geven dat zij
reëel handelden. Door middel van contracten
en diplomatieke passen hebben zij voor ieder
dien schijn aannemelijk te willen maken
Spr. herinnert aan een telegram van Reis
aan M. von T2 Augustus waarin wordt mede*
gedeeld dat Gomes met yacontie ging.
M. kende Gomes niet en M. wist hij den
rechtcr-commissaris niet tc zeggen waarom
hem die mededoeling werd gedaan. Daaruit
blijkt dat Reis niet anders dan een groote
mystificatie is geweest. Voorts merkt spr. op
dot in de te'egrammen nooit wordt gesproken
van bankbiljetten. Steeds wordt het woord
action" gebruikt Hier hebben wij dc camou
flage met woorden.
Verder wijst spr. op een brief van M. aan
zijn vrouw, waarin wordt gezegd, dat deze
steeds de woorden omgekeerd moest gebrui
ken.
Noor aanleiding van de gehoorde getuigen
en deskundigen kunnen we, zegt spr. verder,
aannemen dat de contracten, waarom het
gaat en de brieven van de Bank van Portugal
valsch zijn.
Wonneer men den algemeenen kant van de
zaak beschouwt, dan ziet men, dat het hier
gaat om het groote bedrog van 35 millioen.
Ieder van de deelnemers moet aan de trans
actie een bedrag van ongeveer 2 millioen
verdiend hebben.
Dergelijke winstbedragen doen des te
vreemder aan, omdat er voor een schriftelijke
ondergrond niets aonwezig is.
Het cenigo wat we vinden is een klein po-
piertje van 10 Februori, waarin van de winst-
verdeeling wordt gesproken. Dit is echter ook
de geheele ondergrond.
Ore-rent dc herkomst van het geld word*
alleen vermeld „l'orgent encaisse".
Deze uitdrukking is geen equivalent van
hetgeen de verdachte en zijn vrienden beoog
den.
In <le sfeer waarin alles zich heeft afge
speeld, moet aan die uitdrukking echter wc."
groote waarde worden gehecht. Daarna moet
spr. zij het ook onaangenaam een beschou
wing 'wijden aan de bij dc zaak betrokken
personen.
Don komen we eerst aan Alves Reis. Na d«
gehouden getuigen behoeft hier niet veel mee
van tc worden gezejrd.
Hij was een financiecle non-valeur in d«
hoogste mate. Spr. wijst op dc informatie
naar Reis, die luidde: „s'abstcnir". In finan
ciecle kringen zegt dit voldoende, doch ver
dachte heeft genoegen genomen met de te-
genvcrklaringen van riennies en José de Ban-
dcira.
Aon dezen man moest verdachte op den
dog dat Reis 12 millioen pond aan den Hoo-
gen Commissaris moest ter hand stellen, een
bedrag van 600 pond geven. Voorts werd M
later steeds aangespoord om geld te sturen
Naast den hoofdpersoon Reis staat José de
Bandeiro. Het is in den Hoog vo,n olgemeene
bekendheid, dat ook hij een financieelc nonvo-
leur was.
In Johannesburg is José voorts wegens dief
stal enz. veroordeeld geworden tot 8 jaar.
Spr. mag ten aanzien van José echter niet
verhelen, dot hij in deze zaok nog niet de
meest onsympathieke figuur is. Immers hij
heeft reeds een gedeelte van de door deze
zaok onrechtmatig verkregen gelden terug
betaald. Naast de reeds genoemde personen
stond de oud-gezant Antonio de Bandeira, die
herhaaldelijk medewerking heeft verleend, o.a.
docr het verschaffen van passen, enz. Ook is
hij bemiddelend opgetreden .om de menschen
weer bij elkaar Ie brengen Wat Hennics be
treft, deze is op de vlucht geslagen en nergens
is men hem op het spoor kunnen komen Wel
staat van Hennies vost, dot hij herhaaldelijk
in gebreke is gebleven, om volgens afspraak
geld aan Reis te zenden. Een finoncicele kracht
was dit dus ook niet.
Ten slotte komt spr. aan de persoon van
verdachte.
Uit inlichtingen der politic blijkt, dat bij
moree1 gunstig bekend stond Als koopman
werd hij als een handig zakenman beschouwd.
Door den oorlog heeft M veei geld verdiend.
De financiee'e toestand van den verdachte is
in dc laatste jaren echter zeer précair gewor
den.
Toen de onderhavige zaak begon te roulce
ren, had M volgens dc vermoomnsbelost'ng een
schuld van ongeveer 45,000. Hoe hij d^ze
zaak dan ook heeft kunnen financieren is Spr.
oen raadsel.
Hel kemt Sdt. voorts onbegrijpelijk voor, hoe
een deugdelijke bank, als die van Portugal, in
zee zou kunnen gaan met een combinatie als
van dc door Spr geschetste personen.
Wanneer men bemiddeling noodig had voor
het laten drukken van biljetten, dan kan men
daarvoor toch nog wel iemand anders vinden
dan Reis.
De deelnemers hebben hun plan in een diplo
matieke sfeer weten te brengen, waardoor aan
hun gedragingen een schijn van vertrouwen
iwcrd gegeven. -
Bijna allen hebben zij een diplomatieke func
tie weten te krijgen.
Daarbij gaf Anlonio, de gezant, die waarlijk
niet dc minste rol gespeeld heeft, aan dc zaak
een cachet van betrouwbaarheid.
Een zeer groot voordcel van het brengen dei
zaak in deze omgeving is, dat Haai door de in
houd der koffers werd onttrokken aan elk loe-
zicht van douane, justitie en politie. Dat heb
ben dc menschen zeer goed geweien.
Voorts hebben zij met groote genialiteit hel
bezwaar ondervongen, dat Waterlow zich in
verbinding kon stellen met de Bank van Por
tugal. Dit deden zij, door aan de zaak een
confidentieel karakter tc geven.
Daardoor werd Waterlow aan banden ge
bonden, cn deze ODrechte man zal daarvan
misschien nog wel do financiecle nadoelen kun
nen ondervinden. Wanneer we, zegt Spr. ver
der, 4 personen hebben, die elkaar de schuld
willen geven, dan is het uiterst moMlijk om
ieders aandeel in de zaak vast te stellfcn.
M. geeft zich uit als gemachtigde van Reis
en verschuilt zich achter dc groote achting,
welke hij voor dc Br*idcira's had Van M. hoo-
ren wc niets over dc valschheid van dc con
tracten, hij zegt nog steeds, door niets van te
weten. Vcoils wil hij telkens den gezant be
schermen, totdot hij gisteren door dc mand
is gevallen, toen hij zei, dot dc gezant alles
moet hebben geweten. Spr ziet verdachte als
een buitengewoon 'slim en sluw mon.
Wat dc olgemeene lijnen van het plan aan
gaat, zegt spr., dot ten slotte een telegram van
23 Nov. is gekomen, waarna M. in plaats van
Hennies r.aor Lissabon is gegaan. Vandaar
seinde hij oon zijn vrouw „Grande chonce.
informer ministre". Daarna is hij met de con
tracten teruggekomen en no oen bezoek non
Waterlow werd een brief oon Romer geschre
ven. Romer heeft dien brief nooit ontvangen,
deze brief is in het bezit van verdachte geble
ven. Spr. gaat voorts na de kwestie van dc
„authority" en de valsche brieven van Comn-
cho, door middel waarvan hij 580,000 bank
biljetten van 500 escudos heeft weten te krij
gen.
Het is en blijft voor spr. onbegrijpelijk, hoe-
men aan den financieelen nonvoleur Reis een
dergelijk groot bedrag ter hand zou kunnen
stellen.
Spr. komt daarna aan de te loste legging. De
eerste namaak van 200,000 biljetten hod
plaats onder dc oude wetgeving, dc tweede na
maak van 380,000 biljetten geschiedde na de
wetswijziging. Hoewel de feiten absoluut de
zelfde zijn, moet spr. ze om genoemde reder,
onder 2 artikelen brengen. Voorts merkt spr
op, dat het feit is gepleegd tc Londen door
een Nederlander.
Asl materieele dader zou spr. willen beschou
wen Waterlow. Als vanzelf sprekend moet
worden aangenomen, dat Waterlow niet gewe
ten heeft, dat M. niet gerechtigd was een order
te geven voor het doen drukken der bankbil
jetten.
Voor Waterlow vervalt dus elke aansprake
lijkheid Voor de vervalsching.
Wanneer wordt aangenomen, dot verdachte
heeft geweten of kunnen weten, dat zijn op
drachtgevers niet gerechtigd waren tot het
doen vervaardigen der bonkbiljetten, m. a. w
dat een andere autoriteit noodig was, dan han
delde verdachte bij het geven van dc order tot
nnnmnnk en tot -h^t den geVi"'-«n van de
cliché's en stempels, wederrechtelijk.
Dat verdachte deze wetenschoo heeft gehad,
blijkt spr. uit verschillende aanwijzingen, waar
van spr. eenigc noemt, o.m het verzwijgen
voor een gedeelte der directeuren van de emis
sie; de houding van M te^en Springall Daar
na komt spr. oo de contracten, waarvan dr
Hesselink duidelijk de valschheid heeft aange
toond.
Spr. is van mecning, det het primair te laste
gelegde is bewezen cn dat. verdachte deswege
dient te worden veroordeeld.
Ten overvloede behandelt spr. nog het sub
sidiair te laste gelegde.
Ook op het subsidiair te loste gelegde zoo
een vcroordeclirg kunnen volgen.
Vervolgens behandelt spreker het meer sub
sidiair te laste gelegde.
Voorts komt spreker aan zijn laatste gedeel
te. M. heeft verklaard, dot de oud-gezant ge
heel buiten de zaak stond. Maar Uit de door
M. zelf geproduceerde stukken blijkt duidelijk,
dat de gekant wel degelijk in de zaak was be
trokken. Antonio de Bandeiro fs volgens spr.
daarom medeplichtige in deze zaok geweest,
daarvoor zit hij op het oogenblik don ook in
Portugal gevangen en aan sor. is een afschrift
van de acte van beschuldiging overgelegd.
Bij de geheele zaek heeft leugen en bedrog
voorgezeten en uit alles blijkt, dot M. daarbij
was betrokken.
Hoe zou men hier kunnen denken aan de
goede trouw, vraagt spr. Wonneer men alles
eens goed nagsat; aan de goede trouw var.
iemand, die werkte met bedrog van diploma
tieke personen, van de douane, enz en die zich
een diplomatieke functie wist te koooen.
Uit alle feiten blijkt duidelijk dc kwade
trouw, welke bij verdachte heeft voorgezeten
W,nt nu de strafmaat aangaat, merkt spr. op.
dat de verd^htc door zün kan^^ling c<*n mo
reel nadoel heeft toegebracht aan ons land.
Spr. is van mecning dot verdachte moei wor
den veroordeeld, al acht hij Antonio £n de an
deren ook meer strafbaar dan verdachte.
Spr. vraagt schuldigverklaring voor het pri
mair te laste gelegde en veroordeeling tot een
gevangenisstraf van 4 jaren met vernietiging
der inbcslaggenomen biljetten.
De verdediging.
De verdediger mr. Rolnndus Hagedoom.
brengt in dc eerste plaats een woord van op
rechte hulde en dankbaarheid nan den rech
tcr-commissaris voor dc gevoerde instructie.
Pleiter zegt rotsvast overtuigd te zijn van
de onschuld vnn verdachte.
Mocht M. schuldig zijn geweest, dan ver
diende hij voorgoed onschadelijk te worden
gemaakt, maar is hij te goeder trouw geweest,
dan zou veroordeeling zijn het grootste on
recht, dut ooit een Nederlander is aangedaan
Pleiter zal daarom de kwestie van den goe
den trouw behandelen, cn daarbij chronolo
gisch de feiten nagaan.
Nooit heeft M finoncicele moeilijkheden
gehad, hetgeen ook niet gebleken is uit de
verklaring van getuige van Heiten. Hij kon
steeds over een goede dosis geld beschikken.
Dot hij geen belasting betaalde moet pleite-
ontvangt U
Aangesloten bij den Nedeil, Cond van Radio handelaren
voor tiet zelfbereiden van Borstplaat in verschillende
sma'cen,
Por flacon 35 cent.
Hnfleveranciers van
TI M de Koningin
II.M. de Kon Moeder
Juwelier Te!, f98
Optic:en,
Accurate bedCening.
toeschrijven aan de techniek van het invullen
der biljetten.-
Voorts merkt pleiter op, dat M. steeds be
langstelling- heeft gehad voor de diplomatiek'-
functies. Waarom dit zoo was Wel, omdat h'i
exporteur was, en door die functies in con
nectie en relatie kwam met vele vooraanstaan
de buitenlanders.
'Wat betreft, de informatie naar Reis en
welke tot resultaat had het advies„s'abste-
nir'zegt pleiter, dat M. daarna onTv.i;1d«-lli'k
Hennies heeft loten weten: „Bonk telegrafeert
obblcib^n, also vorsirht". Hennies wilde daar
van echter niet weten, want Hennies stelde
volkomen vertrouwen in Reis cn was van
meening, dat het advies een vergissing moest
zijn.
Van Reis is gezegd, dnt hij een non vnlein
was van de bovenste p'ank. Uit een socinlis
tisrh Portugeesch blad, blijkt echter, dat Reis
in Portugal in dc jaren 1929. 1Q2T, 1922, 1923
he'-end stond als een schatrijk man.
Verder was informatie afkomstig van de
Ultrn-Marino, welke bank bekend stond als
een groot vijand van Reis.
Spr. komt daarna lot het plan om, Angola
er bovenop te helpen. Dot dit voornemen be
stond was ook aan Waterlow bekend. Gevolg
van dit plan was allereerst de conferentie met
Einhorn. Einhoi*n wilde zijn ponden niet go-
ven, zoodat dit plan niet door kon gaan. Daar
na kwam het tweede plan, waarbij de Bank van
Portugal een aantal millioenen escudos zou
afstaan, waartegenover een bankgarantie
jnoest worden gesteld. Dat M. dit als een se
rieuze zaak beschouwde, blijkt wel uit het feit,
det hii daarover toen reeds met den heer Hen
nies, directeur van een onzer bonken, heeft
gesproken. Het is onaannemelijk, dat de hee-
ren toen reeds in hun te-legrammen hun val-
schen opzet zouden laten uitkomen. De tele
grammen aan Hennics waren in cijferschrift,
welk schrift M niet kende, zooals in do in
structie wel is gebleken.
M. heeft tot het laatste oogenblik de zaok
als zeer serieus beschouwd. Ook zijn reis naai
Portugal in plaats van Hennies achtte M. zeer
eervol, hem door den minister opgedragen,
en waarvan hij dacht, dnt hem de gunst werd
verieend, om in het schitterende plan, dat
hem werd voorgesteld, mee te mogen doen.
Is het don niet begrijpelijk, dat M., éénmaal
in Portugal zijnde, aan zijn vrouw seint
„Grande chance"?
Verder merkt pleiter nadrukkelijk op, dat
Reis dc contracten «an José heeft gegeven °n'
dat M. ze eerst in den trein heeft gekregen
Op deze contracten zag M. de handteekening
van den onderkoning, de stempels van de
grootste consulaten voor legalisatie. Kan me^
nu ook maar een oogenblik denken, dat een
koopman bij het zien van deze contracten gaat
denken, dnt ze weieens valsch kunnen zijn
Neen, dat is onbestaanbaar. Bovendien was de
inhoud van dc contracten zeer onduidelijk, het
geen ook bij de instructie is gebleken.
Voorts merkt pleiter op, dat sir William
Waterlow, de tip-top man, ook niets onregel
matigs aan de contracten heeft bemerkt, en
nog wel nadat ze waren nagekeken door zijn
notarissen en advocaten.
Maar M. had het/ natuurlijk wel moeten
wetcnl
Toen M. bij Enschede kwam, verklaarde
men, dot het technisch niet mogelijk was do
biljetten in den verlengden termijn te druk
ken. Pleiter kan dit begrijpen, want met de
voorbereiding gaan maanden cn maanden heen.
De getuige Huisman heeft verklaard, dot M
hem een Vnsco di Gomn biljet heeft loten zien
Dat begrijpt pleiter niet, wont wanneer het de
bedoeling was Vosco di Gamé-biljetten to
loten drukken, don was het toch een klein
kunstje geweest voor de heeren, om ook zulk
een biljet aan de contracten tc hechten Verdei
heeft Huismnn verklaard, dot M. er togen op
zag naar Waterlow tc gaan. Het tegendeel
daarvan wordt echter bewezen door de vela
moeite die M deed, om zoo spoedig mogelijk
naar Engeland tc vertrekken en daarbij een
aanbeveling van Enschede vroeg.
Wat betreft het bezoek bij Waterlow, merkt
pleiter op, dat het ook uit den brief van Wa
terlow aan Romer duidelijk blijkt, dat M. toen
beide contracten bij zich had.
Met het Portugal—Angola contract alleen zou
j hij desnoods hebben kunnen volstaan.
Wat betreft dc volmacht van Reis aan M.,
deze kon hij nooit op 4 December hebben, want
op 2 December is deze volmacht in Lissabon
gelegaliseerd. De volmacht kreeg M. op 6 of 7
December.
Nadat José dc contracten weer Kad meege
nomen naar Lissabon, omdat Waterlow de aan
gehechte biljetten niet kon drukken, kwamen
uit Portugal twee telegrammen voor den oud
gezant Antonio. Dit waren cijfertelegrammen,
welke niet voor M. bestemd waren. Volgens hrtt
iwccdc telegram moest M. 100 contos zenden.
M heeft echter later slechts 40 contos ge
zonden.
Nadat M de contracten weer had ontvan
gen, nu met de aangehechte Vusco di Gomn-
biljetten, ging hij weer r.aor Londen, doch met
de wiskundige zekerheid, dot de contracten
door Waterlow met de uiterste nauwkeurigheid
zouden worden nagezien.
Pleiter heeft altijd gehoord, dot een mede
plichtige betaald moest worden door den op
drachtgever Maar hier is het juist andersom;
M. zendt geld aan Reis, hetgeen geschiedde
door het blind vertrouwen, dat hij in Reis
had en door het vooruitzicht cp een goede
koopmanswinst.
Ook Waterlow geloofde direct aan het con-
fidentieelc karakter, dnt aan dc zaak was ge
geven. De daarvoor opgegeven redenen waren
dan ook alleszins aannemelijk, waorbij vooral
van belang wos dc kwestie van de Ultra-Ma-
rino, aan welke bank binnenkort het-emissie
recht zou worden ontnomen.
Dit geheime karakter van dc zaak was ook
aanleiding, dat men in de telegrammen niet
meer sprak van bankbiljetten maar van „ac
tions".
Verder merkt pleiter op, dat, wanneer do
gouverneur wel geld zou hebben aangenomen,
dat door M. moest worden gezonden, hij ook op
de hoogte was van dc zaak. Heeft hij geen
geld gehad, zoodat dus het door M. gezonden
grid zijn eigenlijke bestemming niet bereikte,
don is M. niet do oplichter, maar do opge
lichte, en in dot geval zou pleiter van den
officier steun hebben verwacht, om een Neder
lander, die in deze impasse is geraakt, voor dio
praktijken to beschermen. Wot aangaat do op
merking van den officier, dat M. de valschheid
hod moeten afleiden uit het feit, dot do emissie
niet aan dc geheele benkdircctio bekend was,
zegt pleiter, dot dit toch ook het geval is met
sii William Waterlow, van wiens poedo trouw
wc ellen overtuigd zijn cn zullen blijven. Ook
Watcilow hod do wetenschap dnt do omissie
voor ccen deel der directie moest worden ver
zwegen cn niettegenstaande dot sluit hij toch
het agreement of. Hoe kon men deormede don
M willen bezworen. Voorts herinnert pleiter
aan den brief von M aan Waterlow. Dit per
soonlijk schrijven was voor Waterlow voldoon-
dc om tot drukken over tc poon.
Spr. wijst voorts naar 7 bezworen, wclko do
rcchter-commissnris tegen M. hnd. Een van de
ze bezworen wos, dnt op dc biljetten peon
overdruk voor Angola was gemaakt Doch M.
heeft nooit één van Uic biljetten in hnnden ge
had.
Bovendien kon men geen overdruk maken,
omdat doordoor ofbrcuk zou worden pedoon
oon het emissierecht van de Ultro-Mnrino,
Donrom werd nu van do eigenlijk officieelo
emissie eei geheime emissie gemaakt. En dat
cr geheime emissies geschiedden, stoot vast.
Daarover werd in dc couranten zelfs openlijk
gesproken.
Wat het Potugeesche contract aanpoot, zegt
pleiter, dot Reis het oltijd in de hond hod om
dc waorde der escudos tc bepalen ten aanzien
van de goudwaorden.
Dc escudo is op peil gebleven en de koop is
doorgegaan, maar wonnecr wc dc winst, daar
op behaald, berekenen, dan komen we tot een
geheel ander bedrag dan dc officier, die sprak
van 2 millioen gulden per mnri
Ten nonzicn van het overbrengen van do
bankbiljetten zegt pleiter, dnt met het oog op
het confidentieel karakter der emissie do bc-
longsielling der douane niet mocht worden op
gewekt.
Dot M van graaf dc Mntzenow een valsch
pospoort heeft ontvangen kon hem niet wor
den verweten. Ook in deze zaak is M. geheel
te goeder trouw geweest.
De ecnige onjuistheid, waarop men M. ooit
heeft kunnen bctroppen is, dot hij vcrklnord
heeft, dot hij nooit hulp hooft gehad van den
Vcneztielonnschen gezant. Dit heeft hij echter
gedaan om dezen gezant te snaren. Later is
hii daarop echter ook teruggekomen.
Wat betreft do aflevering der biljottch dooT
M. in Portugal merkt pleiter ov, dot bij door
voor re?u's ontving, welke rc^u's door M.
steeds als goud zijn bewoard Pleiter heelt
deze rc^u's don ook tusschcn do papieren van
M. gevonden.
Voorts zegt pleiter over de kwestie van do
inbocking vnn den post-Bnodeira, dat het hier
betreft José de Bandeira Dit wenscht pleiter
met nadruk te vermelden, omdat Antonio juist
fn Portugal gevangen zit, op grond dnt hij
zich als gezant zou hebben loten omkoopen
En deze beschuldiging is gegrond op den in dc
bonken von M. voorkomende nost.
Pleiter gaat verder na eerst de weigering en
daarna de oprichting van de Bank van Angola.
Daarna komt nleiter op de kwestie van do
bestelling der 380.00O biljctter).
Vervolgens behandelde pleiter de Augustus-
periode.
Ook hierbii was M geheel tc goeder trouw.
Uit olies blijkt, dat M nimmer de wetenschap
heeft gehad, dat er geknoeid was of werd.
Daarna wijst pleiter op de waarde, welke te
hc-hten is aan inlichtingen uit Portugal.
Wot deed nu, vroogt pleiter verder, M-, toen
hem de mededelingen "it Portugal gewerden,
dot er vnbche biljetten danr in omloor» waren
en dnt Reis gevangen was genomen? Hii heeft
zich direct met zijn raadsman in verbinding
gesteld, die hem afrondde, de koffers norh aan
de politie te geven, noch om ze naar RHs te
zenden. Hii kon den lost echter niet logger
drogen cn daarom wide hij een anderen advo
caat en hij wendde zich tot d*»n Londc^dvoennt.
M. höeft ten deze gehepl gehandeld on ad
vies van mr. van Ranlte Toen mr. van PanHo
zich beriep op zijn ambtsgeheim, heeft M.
hem direct daarvan ontheven.
Wat was echter gemakkelijker voor M. ge
weest, dan de panieren cn de contracten to
verbranden. Dat hii dit niet gedaan heeft, dcch
in alles oucn heeft gehandeld, is een bewijs
dat M volkomen vrijuit goot.
Pleiter zegt voorts ten zeerste te betreuren,
dat niet als getuige is verschenen do notaris
die de hondtcekcning op de contracten heeft
gelegaliseerd Deze was he*«l wos gewichtiger
geweest dan de getuigen, die nu gehoord zijn
uit Portugal.
Uit al de door pleiter nangehanMe feiten
komt pleiter tot de conclusie, dot Marang ge
heel te goeder trouw is.
Pleiter v/iist uit do afkondiging van den
eersten instructie-rechter in Portugal, dnt „M.
est line bonne personne, un homme dc bonna
foi."
Pleiter vraagt ten slotte, waar M. naar zijn
overtuiging nu reeds bijna 11 maanden on-
schu1Jig in voorarrest zit, hem nog heden in
vriiheid te stellen.
Dc officier vindt voor deze invrijheidstelling
geen aanleiding.
Dc rechtbank begeeft zirh te kwart na zes
in raadkamer om over het verzeek var? den
verdediger te beslissen. De rechtbank bleef
een half uur in raadkamer.
Daarna deelde de president mede, dot da
rechtbank in dezen stnnt van het onderzoek
geen termen aanwezig ack»te aan het verzoek
van den vcrd°diger te voldoen.
Dc uitgeraak wordt daarna bepaald op Vrij*
dog 10 December a.s.
Luchtvaar!'.
VLIEGTUIG VERBRAND.
Een vliegtuig van den dienst Koningsbergen
—Berlijn, dat een noodlanding had. moeten ma
ken bij Koningsbergen, is, nadet de passagiers
het verloten hadden en de loding gelost wsn,
aoor nog onopgehelderde oorzaak in brand
geraakt cn vernield.,