05e Jaargang Ko. 1A3 jyj g RS FO O R TS C H DAGBLAD „DE EEMLANDER" UIT DEN OMTREK. Bontwerk. TWEEDE BLAD. Woensdag 15 December 1926 DE MILITAIRE RELLETJES TE EDE Behandeling voor den Bosschen krijgsraad. Ede. Gistermorgen is voor den Krijgs raad to den Bosch aangevangen do behtuv» doling der zaak tegen zeven gedetineerden in het Huis van Bewaring aldaar, dio op 20 Sept. 1.1. hébben deelgenomen aan het mili tair oproor te Ede. Hun wtjrdt ten laste ge legd, gelijk wij reeefs eerder meldden, dat zij op 20 Sept 1926 te Ede in de infantcriekn- zerne No. 1 als militair, zich hebben schul dig gemaakt aan militair oproer, door tc za men vcreenigd mot eon groot aantal andere militairen samen te rotten, om in vcreeni- ging hun plicht te verzaken, door, nadat on- tevredenheid gewekt was door een of meer deren van hen, beklaagden, omdat zij meen den dat twee militairen in arrest waren ge steld, te weigeren zich naar bed te begeven, ofschoon het avond-appèl reeds was gehou den alvorens aan hun ciscli was voldaan dut do m arrest gestelde militairen in vrijheid zouden worden gesteld, of zou worden mede gedeeld, waarom deze zich in arrest bevon den en hun gelegenheid gegeven zou wor den dc cellen tc inspectccren, door, nadat hun herhaaldelijk door hunne officieren was gezegd, dat aan hunnen ciscli niet kon worden voldaan, hen, nadrukkelijk was ge last naar bed tc gaan, gedreigd was met ge bruiken van geweld cn ten slotte een ter mijn van tien minuten werd gegeven om to bed tc zijn, aan die dienstbevelen niet fa voldoen, maar dc kamers der kazerne, waai- m zij zich bevonden, tc verlaten cn zich in do gangen tc begeven, aldaar onder lievig gejoel en geschreeuw en het zingen van op ruiende liederen, hunne eischen bovenver meld tegen de aanwezige officieren to her balen en door tc trachten dc officieren den gang der kazerne uit naar buiten to drin gen. Afzonderlijk worden den gedetineerden .mg bijzondere feiten ten laste gelegd. Als getuigen zijn gedagvaard dc kapiteins lansen en Koene, dc res. Ie luitenant van der Borden, do sergeant-majoor Schooncs en de sergeants Nolthenius cn Blankwater. De krijgsraad is als volgt samengesteld: President Mr. L. B. J. Verhaculcn; leden: kapitein H. C. v. d. Bijl, Ritmeester Tbr. v. d. Bosch, le luitenants Pape en van Keulen; auditeur-militair mr. J. A. L. Aghina, secre taris mr. C. Jansen. Nadat enkele zaken van gering belang zijn afgehandeld, schorst dc president de itting van den krijgsraad tot elf uur, daar oen van de verdedigers, mr. S. dc Jong uit Amsterdam een ongeval heeft gehad met zijn auto, en daardoor een uur later zal ver schijnen. Do pubiickc tribune bevat vele. tientallen belangstellenden cn is geheel gevuld. Het is juist elf uur, wanneer dc behandeling der zaak eon aanvang neemt. Na de. gebruike lijke vragen door den president cn voor lezing door den auditeur-militair van do dagvaarding, begint do president met het verboor der beklaagden. President tot verdachte K: „Ben jc op 20 September naar dc kazerne gegaan, naar kamer 48? Wat zag je daar?'' Verdachte: „Toen nog niets.- Er waren cr een paar, die naar kamer 17 gingen.' President: „Jij ging daar ook naar toe, niet. waar. En stonden daar wat opgewon den militairen?" Verdachte erkent dit. Pres.: „Toen kwam kapitein Koene op de zaal, die jc gelastte naar bed tc gaan en je weigerde dat, omdat je wilde weten, waar om er twee monschen in arrest waren ge steld; even later kwam kapitein Jansen op do kamer, die in'het algemeen gelastte dat ieder naar bed zou gaan. Je hebt toen ge zegd: wc gaan niet, voordat wc weten waar om die menschen in arrest zijn gesteld." Verdachto geeft dii toe. President: „Toen is er geroepen, we gaan naar de wacht. Jij liep toen in de voorsta rijen. In den gang kwam jc kapitein Jansen tegen,4die jc opnieuw zeide, naar bed tc gaan. In den gang werd vrceselijk gejoeld en geschreeuwd, terwijl dc internationale gezongen werd. Eén soldaat wilde do cellen inspectccren, terwijl van alle kanten werd opgedrongen in de richting der officieren. Daar heb jij ook aan me ego daan A Verdachte knikt van ja. President: „Toen viel cr een schot en je bont toen naar kamer 48 gegaan, waar jo later werd gearresteerd." Dc beklaagde F. wordt dan ondervraagd. Het avondappel was juist gehouden toen tal van militairen zijn kamer opkwamen. President: „Waarom waren jullie onte vreden?" Verdachte: „Dat weet ik zelf niet. Ik wist niet dat cr militairen in arest waren go steld." President: „Toen kwam kapitein Koene dc* kamer op die te kennen gaf dat cr naar bed gegaan moest worden. Vcrdacl-e: „Ik vroeg toen aan don kapi tein fatsoenlijk of hij ons in gerustheid wil de stellen. Do kapitein zeide nergens van te weten. Ik hel) n i o t gezegd niot naar bed te gaan voordat do gevangenen in vrijheid zouden zijn gesteld." President: „Toen kwam kapitein Jansen. Wat heeft die gelast?" Verdachte: „Naar bed gaan. Dc kapitein stelde een termijn." President; „En daar heb jc niet aan vol daan." Verdachte: „Neen, president." President: „Jo bent toen don gang in ge gaan, waar het een vrceselijk gedrang was Plotseling hoorde je een schot..." Verdachte: „Jawel." President: „Toen zag jc dc militairen te rugvluchten naar dc kamers." Verdachte: „Jawel, maar ik was al in de kamer, toen de anderen kwamen." Dc vordachV O. was bezig zich uit te klcc- den om naar bed tc gaan, toen een paur jon gens do kamer opkwamen, die verhalen de den over vechtpartijen eiwarrostutics. Allen gingen toen tien gang in, om to zien wat cr tc doen was. President: „Wat heb jc toen gedaan? Verdachte: „Toon heb ik gevraagd aai» kapitein Jansen: mag ik de cellen inspec tccren. Dat kwam cr misschien wat dreigend uit, maar dat was niet mijn bedoeling. Hot was con verschrikkelijk lawaai cn ik kon mij bijna niet verstaanbaar inakon." President: „Naderhand viel een schot." Verdachte: „Toen was ik al op do kamor, omdat luit. v. d. Borden ons dat gelast had." Verdachte dc V. had op don bcwustcn avond goeonstatoerd dat er een bijzonder rumoerige geest hecrschtc. President- „En toen kwam kap. Koene de kamer op om tc zeggen dat julio naar bod moesten gaan. Hebben julJio daar gevolg aan gegeven?" Verdachte: „Neen." President: „Toen kwam kapitein Jansen en wat heb je tegon hom gezegd?" Verdachte: „Ik zei de jongens zijn hier razend omdat or twee gearresteerd zijn." President: „Ben jo toen naar bed gegaan?" Verdachte: „Ik heb aanstalten gemaakt maar ik werd telkens afgeleid." President: „.To bent toén eten gang inge gaan en stond in dc voorste rijen tegenover dc oficiercn, in dc buurt van kapitein Koene. Wat heb jc toen gezegd?" Verdachte: „Ik vroeg waarom moeien dc jongens in arrest gestold worden." President: „Juist, cn toen zei de kapitein dat cr niemand gearresteerd was." Verdachto: „Ik zei toon tegon dc jongens: Iaton wc maar toruggaan, want hot is niet); maar ik word van achtorc» opgedrongen/' De verdachto K. kwam om olf uur aan dc kazorne waar hij een grootc oploop zag. Hij kreeg don indruk flat do officieren dc kazer ne werden uitgedrongen. Toon viel con schot en dc bende vluchtte naar binnen. Verdachte ging naar zijn kamer no. GO, waarop oen kapitoin verscheen, die gelastte naar bod to gaan. Hij gaf hier niet aan gehoor on werd toon gcarrostoerd. In zijn angst groep hij dc krib vast, niet. mot de bodoellng verzet te plegen, llij riep: „.Tongons, laat mij zoo niot meenemen.' Uitdrukkelijk verklaarde dc verdachte dat het niot in zijn bedoeling had gelogen verzet to plegen. Dc verdachte S. was even voor elf op do kamer cn zag dat de sergeant van don dag twee jongens verzocht om moo te gaan. Er klonk ook rumoer op zaal 47 on hij ging daar kijken. Kapitein Jansen stond daar tusschen twee soldaten die naar men zeide in arrest werden gesteld. President: „Kapitein Jansen gaf toc-n he vel naar bed tc gaan cn jc hebt daar niet aan voldaan." Verdachte: „Neen". President: „Later stqnd jc inde voorste rijen in den gang." Verdachte: „Eventjes maar. Daarna bon ik naar dc kamer gegaan.' Verdachte W. bevond zich op kamer 47.cn was toon door dc heide kapiteins gesom meerd naar bed te gaan, waaraan hij geen gehoor gaf, omdat hij werd afgeleid door dc andero gebeurtenissen. Hij begaf zich in don gang tusschen de joelende en schreeuwende menigte, dje opdrong naar het hoofd portaal, waar de oficiercn stonden. Verhoor dor getuigen. Als eerste getuige wordt gehoord kapitein Koene. President: „U constateerde dat in den gang alle militairen door een collega werden aan gesproken, ter hoogte van kamer 47. IJ maan de dezen man toen aan naar bctl te. gaan, waarop hij naar zijn kamer 47 ging.' Getuige: „Juist. Ik ging toen naar die ka mer toe cn ik constateerde dat niemand naar bed was. Er hecrschtc een opgewonden stem ming cn men vroeg mij wat cr gebeurd was met dc twee gearresteerde jongens. Ik was niet van plan daarover met dc bcclc bende tc discussiccrcn cn maande zo aan naar bod te gaan. De menschen van de andero kamers gingen toen weg Do woordvoerders en bel hamels waren dc beklaagden K. cn F. Be paald ernstig was do toestand niet; de moes ten hielden hun mond, behalve de heide hierboven genoemden," President: „Toen verschoon kapitein Jan sen aan wien u den toestand uiteenzette." Getuige: „Ik zei licrn niet wie de belhamels waren, maar onmiddclijk zag deze, wie eigenlijk de aanstokers waren." President: „U is toén den gang ingegaan." Getuige: „Ja zeker. Ik hoorde toen hoera geroep en daarna kwamen de bewoners van kamer 47 naar buiten, terwijl het ook van de andere zijden toestroomde. In de voorste rijen liepen weer de beide belhamels. Ik was dien avond kapitein van piket cn waar schuwde daarom dc militaire politic. Nog andoren werden gewaarschuwd onmiddellijk naar bed te gaan, maar men zeide: niet voor dc arrestanten worden vrijgelaten. Een van hon wilde eerst dc cellen inspectccren, ook aan kapi. Jansen werd door dezen man die eisch gestold, op dreigenden toon. Inlusschcn word cr voortdurend gejoold en gezongen, or word geroepen: d'r uit, d'r uit. Toen heb ik do militaire politic laten ingrijpen. Er werd een schot gelost en nadorhand vielen verschillende arrestaties. President: „Toen u in kamer 47 tusschen de soldaten stond, heeft u toen verdachto do V. gezion, ook later in don gang?" Getuige: „In dc kamer bewoog hij zich als een dor leiders." Mr. de Jong (verdediger): „Wanneer kap. Koene niet dc gedachte had gehad: ik moet *en bepaalde gedragslijn volgen, zou hij zich dan nog gestooten hebben aan het gedrag der beklaagde K.?" „Getuige: „Dé verhouding tusschen meer dere en mindere is van dien aard, dal hier wel degelijk door de verdachten verkeerd is opgetreden. Hun houding was verontrustend en onbehoorlijk." Kapitoin Jansen bekleedde op den bewus 'en dag do functie van kapitein van den dag. Hij inspecteerde de kamers en bespeurde op kamer 47 een ontevreden geest. Men meende dat twee menschen gearresteerd waren; i'ap. Koene was ook op die kamer cn twee be- fc. RECLAMES Van 11 rogcis f 4 09 elke regel meer f l.~ KLEERMAKERIJ Fa. E. L. J. LAMME3TS Amersfoort Ct,vSSsgd Grooingen Uliechlschc weg 36. - Tel. 587 klaagden K. on F. vielen dezen voortdurend in dc rede. Hun gedrag was zeer hinderlijk. President: ,,U heeft zc toen gelast naar bed tc gaan." Getuige: „Jawel. I)e beklaagden K. cn F. weigerden echter uitdrukkelijk, terwijl zo don eisch stelden dat zé wildon weten, waarom er twee jongens gearresteerd wa ren," President: „U heeft toen gezegd dat ze binnen tien minuten in bed moesten zijn cn ging daarop weg. Toen u terugkwam na die tien minuten kwamen er juist men schcn uil kamer 47. Voorop liepen K. cn F. Nogmaals heeft u ze gelast naar bed tc gaan, inaai K. antwoordde: Neen, Steeds word het rumoeriger cn van alle kanten stroomde het toe. Ook de V. liep in dc voor- Kto rijen. In liet algemeen heeft u toen weer gelast naar bed tc gaan, maar cr word ge roepen: „doe liet niet." De verdachte O. vroeg aan u op een indiseiplinahcn toon of hij de cellen mocht inspectccren. Getuige „Juist; 't ging op eischcndcn toon. hij schreeuwde bijna en was zeer opgowon den Ei is geen sprake geweest van een kalm verzoek, hij nam een zeer brutale hou ding aan. Presidont: Toen werd er van alle kanton opgedrongen, torwij 1 men schreeuwde: d'r uit,Nd'r uit. Toen viel een schot, dat op uw verantwoording word gelost,-" Getuige: „Ja, het ging over de hoofden van do menschen hoon. Ik heb daarna op nieuw de kamers geïnspecteerd en op kamc 60 heb ik beklaagde K. laten arresteonen. Hij riep om hulp en verzette zich togen dc mi litaire politic.' Kapitein v.d. Bijl (Raadslid): „Weet u po sitief dat F. geweigerd heeft naar bod te gaan omdat hij eerst wil do weten waarom er twee gearresteerd waren?" Getuiggo: „Dan zal ik eerst mijn verkla ring even mooten nalezen." (Gelach op dc publieke tribune cn tcckcnen van afkon ring). Dc president waarschuwt het publiek zich kalm tc houden. Mr. do Jong (verdediger): „De toon'wnor- op gevraagd werd dc cellen tc inspectccren, welke indruk mankte dio op u?" Getuige: „Die was zeer indisciplinair cn kon niet door den beugel. Zijn heelc hou ding wees daarop trouwens op.' De verdachto K. ontkont op' cl schenden toon tc hebben gesproken, de verdachte F. heeft op fatsoenlijke toon gevraagd cn hooft niet in ilc .voorste rijen goloopen. ontkent dus- ook de l'citcn. - Getuige: „Hun houding was niet discipli nair, ik blijf bij mijn verklaring." Sergeant Blankwater was op don 20 Sop tembcr sergeant van den dag. Hij legt thans een verklaring af, gelijkluidend cn kloppend met de beide vorige. Ook hem had men ge vraagd waarom dc twee menschen gearre steerd waren, tor wijl men tc kennen gaf, niet naar bed tc zullen gaan, vóórdat men dil te weten zou zijn gekomen. Kapitein v. d. Bijl: „Op welke manier is het ciscli cn gegaan? Getuige: „Hot clschèn was in het begin niet onbehoorlijk en later, hoowcl luidruch tiger, niet tegen de discipline." Dc president leest de processen-verbaal voor van getuige's vorige verklaringen, waarin hij onder meer van manifestaties spreekt. Kapitein v. d. Bijl: „Maar eischen is tegen de krijgstucht en dus tegen de discipline." Getuige geeft dit too. maar de eischen wer den behoorlijk gesteld. Verdachte F.: „Dat klopt toch niet. met de verklaringen van den kapitein." (Teekenen van instemming op dc publieke tribune),, Als getuigen worden voorts nog gehoord de sergeants Nolthenius cn Duinkerken, wier verklaringen geen nieuw licht op de zaak werpen. Getuigen a décharge. Mr. de Jong doet dan enkele getuigen a décharge hooren Een van hen ook militair bij 10e Rog. Inf tc Ede. verklaart dat dc geest onder dc soldaten vrij goed was; ook op den bcwustcn avond liet die niot veel tc wcnschcn over. Op aanstoken van ccn enke ling zijn de manschappen in beweging ge komen. De mcesten gingen uit nieuwsgierig heid mee; het was een hcclc drukto op den gang. Dc getuige a décharge van der Meer, had eveneens niets bemerkt van een oproorigen geest. In het algemeen was de geest bij deze herhalingsoefeningen beter dan vroeger. In dc gang was geen bewust, voorüit opgezet verzet, de mcesten gingen uit nieuwsgierig beid mee. Getuige ii décharge Snol heeft in dienst verdachte O. loeren kennen. Hij. was een goed kameraad, die wat voor z'n vrinden overhad. Van een oproerige geest was goen sprake; dien avond had men met den predi kant een debatavond gehad en men wilde juist naar bed gaan. toen er gerinkel van glasscherven klonk. Dc jongens van de ka- mor, waaronder verdachte O. gingen toen naar buiten uit nieuwsgierigheid. Dc getuige ij décharge Gecvekos kendo verdachte K. als een sympathiek kameraad. Bij hot opstootje word van achteren opge drongen, de menschen die vooraan Hopen, konden daar niets aan helpen. Dc zitting wordt dan tot kwart voor twee geschorst tot kwart voor drie. Het requisitoir. Mr. Aghina, auditeur-militair, neemt in dc middagzitting zijn requisitoir. Hij consta teert dat in den avond van den 20 Sept. twee recruten zijn ovorgcgevon aan de politietroc- pen; onmiddellijk na dit feit ontstond ru-| moer, omdat er militairen waren die wilden I Wélen waarom er gearresteerd was. Allerlei grruchten doden de rondo; mon zei zelfs dat de twee arrostanten gestoken waren, liet simpele feit was uUéOU, dat de beide men schen als getuigen moesten worden gehoord. Daar den hooien dag geoefend was, moest het afhalen der beide militairen wol 's avonds geschieden. Dit gebourdo op kamer 49 cn toen is op die kamer een soort actie ontstaan om to weten wat or to doen was. Toen nu om streeks 10.20 kap. Koene zich in do kazorno bevond, is door hom geconstateerd dut do verdachte K. in den gang heen cn weer liep on iedereen aan sprak. Dat heeft zijn arg waan gewekt. Later voegde zich bij K. ook dc verdnehto .S. Toon kap. Kocno op do ka mers kwam, ontmoette hij daar een onte vreden groep; op zijn vraag wat or aan do hand was, trad dc verdachte F. naar voren, die mededeelde dat or twéé militairen in arrest zaten. Ook K. sprak in dezen geest Ook O. bleef zich in de eerste rijen bewe gen.' Doordat ros. kapt. de Bruync liet vuren, is do herrie geëindigd Spr. meent, dat allo punten der dagvaarding moer dan voldoende- bewezen zijn. Dio feiten leveren gezamenlijk op het misdrijf „militair oproer". De feitelijk-» heid vereischt door art 124 is gelogen in d« kreten „cr uit". Het had weinig gescheeld of het misdrijf was muiterij geworden. Alle ver dachten voor zich zijn schuldig aan het mis drijf „militair oproer". Hoofdschuldigen zijn H. K. cn F. De krijgsraud zal het wel niet eens zijn met sorg. Blank water, die in tegen spraak mot vroegere verklaringen het optreden behoorlijk vond Er vielen hier geen eischen tc stellen. Een ondergeschikte mag zich met dergelijke zaken niet inloten. Daar er bevel was gegeven om naar bed tc gonn. kon er van verder onderhandelen geon sprake zijn. Ook dc feiten ten opzichte van O. en W. zijn be wezen en het optreden van S. en D. is zeer nn onn dat van TI. K. en F. verwant. \X;. K, kwam pos Inter in de kazerne cn sloot zich direct aan cn is zich blijven verzetten tegen dc mi* litnirc politie. Verdochten zijn als de belha mels tc beschouwen. Do feiten waren van zeer ernstiger) aard en nllecn het loffelijk optreden dor mocrdcron heeft erger kunnen voorkomen, Van een complot was geen sprake men knn er zich over verheugen, dut de geest onder de troep goed was, moor wat gebeurd is blijlt niettemin ccn ernstig feit. De verdedigers zul len straks wol clementie vragen. Dc krijgsraad staat .voor oen moeilijke beslissing, temeer daar verdachten altijd goed oppasten cn kost winners zijn doch wot zou er gebeurd zijn, als door een gelukkig toeval geen einde was gemankt aan dit tumult. Spr. viaagt schuldigverklaring van ollcn aan militair oproer en van H K. en F non op zettelijke ongehoorzaamheid tweemaal ge plcegdD. en S. aan opzettelijke ongehoor zaamheid, O. en W. aan opzettelijke onge hoorzaamheid cn het oen meerdere bedreigen met eenig .kwaad \V. K. aan opzettelijke on gehoorzaamheid, feitelijke insurbordinatie, het mondeling opruien, twoomaul gepleegd cn het een meerdere bedreigen met eenig kwaad. Dn volgende straffen werden gereguleerd H. K. en F. 12, D. on S 10. O. ft. \V. 7. \V K 9 maanden gevangenisstraf. Dc verdedigers ann het woord. Dnorno kwamen de verdedigers ao.i 't woord, het eerst mr. S. de Jong uit Amsterdam voor H K. en O. Volgens PI. staat vost dat cr niets onbe hoorlijks is geschied. Toen met simpele vragen geen bevredigend antwoord word ontvangen, is een zeker gevoel boven gekomen. Men is uit nieuwsgierigheid in grooton getale near do gong goloopen, Een groot aantal militairen hebben meegedaan en deze 7 beklaagden vorkeeren in dezelfde po sitie als dc honderden militairen, die niet aan geklaagd zijn. Dc dugvnnrding noemt Spr. zeer onduidelijk en werpt in verband daarmee een exceptie op. Met dc hulp van qc grootc pers hoeft pl. intusschen kans gehad de dag vaarding tc lezen l Pl. meent dat in militaire kringen oproer een andere klank heeft dan in dc burgermaatschappij, wuar het iets gewel digs is. Spr. heeft naar een feitelijkheid in de dagvaarding gespeurd. Men heeft den term „cr uit" uitgelegd nis tc bedoelen „de officie ren eruit", doch Pl meent dat de bedoeling was „de jongens er uit" Geen enkele aanwij zing wijst op dc bedoeling door den auditeu. aangegeven Niet is aangetoond dat feitelijk heden, lichamelijke aantasting der officieren, hebben plaats gehad. De Qenige leitelijkhcid was het schot op dc ongewapende militairen en het siaan met knuppels. Het militair opicci kun niet als grond in het vonnis komen. De krijgsiund zal H. K. en O. alleen kunnen verooidcclcn wegens ongehoorzaamheid Een eisch van 12 monndcr. voor vat er overblijlt voor K. is exorbitant. Van O. is alleen komen vost te staan dat hij niet voldaan heeft aan do aanmaning om naar bed tc gaan. Dc stiaf van 8 maanden daarvoor acht Pl veel te zwaar. Pl. behandelde daarna dc krijgstucht. Aan oe hand van een historisch overzicht ion de tucht in verschillende tijden betoogde hij, dn; tucht iets tijdelijks is. De jongens, die hier gefauld hebben, hebben or niet over nagedacht. Zij zijn ook niet van buiten opgeruid. Pl. hoopt dat men voidachten niet zal laten boeten als zondebokken, voor wat zij ii?cr ge daan hebben. Het geldt hier ccn strijd tus schen het niet-lrger en het leger. Jhr. mr. van Nispen tot Sevenacr verdedig- de verdachte F. Wij moeten, zoo betoogde pl., een goed leger hebben, waarbij de krijgstucht wordt gehandhaafd. De krijgsraad zal een oor» deel moeten geven, dat rechtvaardig en moe dig is. F. is hier niet de schuldige. Er is hier verzet van zekere zijde en het congres in Den Haag heeft veel tot het gebeurde te Ede bij gedragen. Ook dc grooto pers heeft schuld, met name ccn bepaald blad, dat altijd afbreekt zonder een leidend beginsel te hebben. Plci- tcr's cliënt is geen oproerkraaior. Spr. vraagt geen clemcntio, doch een rechtvaardig vonnis voor een eenvoudigen jongen, die zich liet meeslepen door zijn gevoel, een vonnis dat wellicht niet verwacht zou worden, doch dat getuigen zal van moed en dat rechtvoardig is. Mr. Loeff pleitte voor D. nietigverklaring ven een deel der dogvoording, zoodat alleen overblijft dc algemcene tenlastelegging en het niet-gevolg geven aan een bevel. Mr. van Zinnicq Bergmann, \V. K. verdedi- .itïiu.ni,., gende, sloot zich ten dccle bij de vorige plot ters aan. Verdachte koestert geen revolutio naire denkbeelden Hij heeft spijt over het ge beurde. Geen feiten zijn hem ton .'nsto gelegd, waarvoor hij strafrechtelijk kan veroordeeld worden. Hij heeft met de hcolo beweging niets tc mokon gehad. Hij is gekomen in het gevaar, dat hij niet gezocht had. Hij knn niet gere kend worden tot hen, die uunlciding gaven tot onlusten. Pl. vroeg ten slotte een clement vonnis. Mr. Adolmeyer stelde in het licht, dut het vonnis van den krijgsraad zal zijn een bowlt» van goed gedrag voor do betrokken officieren Hij bestreed do dagvaarding op verschelden*» punten, betoogde dat verdachte W. en S. de ton v'nstc gelegde foiten niet hebben kunnen bedrijven cn niet Hebben bedreven en vroeg vrijspraak. Nn re- en dupliek verzocht mr. 'Jong na mens alle verdedigers dc invrijheidstelling van verdachten. Dc krijgsraad achtte daartoo goen teimen aanwezig cn bepaalde de uitspraak op 21 dezer. Dc relletjes te Assen Daarna werd behandeld do zaak tegen J. R. tc Assen, die mondeling tot muiterij heeft op geruid door te roepen: „Wij hebben de macht nu in honden, wij zijn toch geen slaven von de officieren." Deze legde een vo'lcdig bekentenis af, maar ontkende op ccn 3esbctreffcnde vraag, dat hij iets heeft tegen het militaire gezag of de rnili- taiie politic Majoor Bicstraten lichtte het gebeurde toe Terwijl hij met verduchto, die klachten had, omdat hij niet naar huis mocht, daar hij in ar- rost had gezeten, stond te praten, viel een salvo, waarop getuige last gaf de militairen in de kazerne terug to dringen. Hij heeft ver dachte dc geïncrimineerde woorden niet hoo ren gebruiken Sergeant-majoor-instructeur J. Klort) doe'do mede, dut een reserve-luitonnnt mot getrokken klewang voor de soldaten stond. Hij ging weg toen getuige kwam Deze Is er daarna in ge slaagd do soldaten van het verkeerde van hun optreden te overtuigen en zeide hun toe, dat een commissie van hen een onderhoud zou hebben met den majoor. Terwijl hij stond to praten worden door verdachte do geïncrimi neerde woorden gebruikt Later stond gotuipo to praten met een paar militairen bij majoor Bicstruten, toen getuige er ook bij kwam or« nllerlfi hem persoonlijke zaken ging behande len. Getuige merkte toen op, dat hij wel deed of de heelo beweging voor hem was. Hij ant woordde dnaiop: dat is ook zoo, want ik ben de clown van de compic. De auditeur-militair kende aan deze onlusten een heel ander karakter toe dan aan die te Ede Df> gevolgen waren ook veel ernstiger. Verdachte had te veel gedronken. Hij was in do ktftërne qetrnetaord on trok zingende over het terrein Verdachte is een dor opstokers en heeft de in He dagvaarding genoemde woor den gesproken Hij heeft bekend de bedoeling te hebben gehad de anderen over tc halen. Do eisch luidde schuldigverklaring nar» opruiing cn voroordceling tot' 12 maanden gevangenis straf met aftrek van de voorloopigc hechtenis cn ontslag uit den militairen dienst. Mr S Lion pleitte op juridische gronden vrijspraak. Uitspraok 21 December. Antwoord op dc vragen van het Kamerlid Ter Laan. Op vragen van het lid in de Tweede Kamer, den heer K. ter Laan 1 Hebben de hoeren ministers reeds stappen gedaan, om te bevorderen, dat de verdachten van strafbare handelingen tor gelegenheid van do hcrhnllngs-oofcningen uit dc voorloopigc hechtenis wordbn ontslagen 2. Zoo neen, zijn zij dan bereid, om ten spoe digste deze stappen to doen 3 Indien de hoeren ministers niet bereid mochten zijn hun medewerking te vcrleenon ten aanzien van al de genoemde verdachten, zijn zij don althans bereid dit te doen voor de soldaten van dc wacht tc Assen, die ge weigerd hebben patronen in ontvangst to no men hebben de ministers von justitie en van oor log geantwoord Ad I en 2. Deze vragen worden ontkennend beantwoord Dc ccrst-ondergetcckende heeft echter aan den auditeur-militair opdracht ge geven tc bevordoron, dat een spoedige berech ting ter zake zoude plnats hebben. De behan deling ter tc-echtzitting is inmiddels bepaald op 14 December a s. Ad 3. Deze vraag knn buiten beantwoording blijven, waai blijkens berichten van den audi teur-militair ter zake van het weigeren patro nen in ontvnngst te nemen door soldaten van dc wacht tc Assen geen personen in voor arrest zijn cn ook nimmer in voorarrest ge* wecst zijn AANBESTEDINGSNIEUWS. Door de Ncderlundscho Spoorwegen tc Utrecht ia uanbesteed bestek No. 1343 (H.S.j. Raming f 34000. „Het verlengen van de pcrsonentunncl, het wijzigen van het beslaando traplichnam, het maken van in- en uitgang met bijkomendo wer ken op het emplacement Velscn." Bij do aanbesteding in twee perceelon (A*. met gebruikmaking van de beide hulpbruggen der Maatschappijen on B. met oigen ondervnn- gingsmatcriaal) waren 33 inschrijvingen, waar bij E. de Bruin to Hoogland, voor A 31791 cn B 32991. Do hoogsto inschrijving was van R. Bijker Haarlem: A 35948, B 36748. Do laagste van P. Dubbeld tc Alkmaar: A 29610, B 29900. RADIO CENTRALE TE SOEST. Soest. - Even als in Zaandam en Vclsc-n zal to Soest ccn Rudio-centrale mot gelegen heid tot 350 aansluitingen, worden opgoricht. Dc vercischte vergunning van Overheidswege tot aanleg cn exploitatie van het „net" is be reids verkregen. BEKRONING GERO-FABRIKATEN. Zeist. Op dc wereldtentoonstelling to PM- ladelfia werden de Gero-fobrikoten van dc Gerofabriek te Zeist bekroond met de hoogste onderscheiding: „Grand Prize for general excellence."

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1926 | | pagina 5