ulsters.
BINNENLAND»
TWEEDE BLAD.
25e Jaargang No. 167 AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander"
Vrijdag
14 Januari 1927
UIT DE STAATSCOURANT.
Eervol ontheven ols directeur der Militaire
gymnastiek- en sportschool de kapitein Dr
W. P. Hbbert van Blijenburgh, van het Wapen
der Artillerie.
Benoemd tot rechter in de rechtbank to
'Amsterdam mr. J. J. Ter Maten, thans rech
ter rechtbank Rotterdam;
te Middelburg Mr. J. H. Bijbau, thans idem
Roermond;
te Arnhem, Mr. A. H. van Beusckom, thans
idem Alkmaar;
benoemd tot kantonrechter te Apeldoorn
mr. C C. Beelacrts van Ennichoven, thans
idem te Doesburg;
te Zaandam, mr. H. C. Hooft Hasselaer,
thans griffier kantongerecht te Tiel;
te Tiel mr. dr. C. H. Baale, thans kanton
rechter te Lemmer;
benoemd tot notaris te Bussum P. Schcffe-
laar Klots. cand. not., lid-secr. Raad van Be
roep voor de dir. belastingen Amsterdam II.
wonende te Bussum;
tot notaris te Abcoude W. II. v. d. Poll,
cand. not te Harmeien;
tot notaris te Dodum F. S. Wolters, cand.
not te Groningen:
tot notaris te Brommen B. Maatjes, thans
notaris te 't Zand:
tot notaris te Amsterdam F. M. Wevo,
cand. not. te Bussum en J. B. van de Berg.
cand. notaris te Amsterdam;
op verzoek eervol ontslagen mr. J. C van
cler Minne, te Groningen, als plaatsverv. van
den Rijksadvocaat aldaar;
op verzoek eervol ontslagen:
J. Brandon Bravo, adj. dir. bij den dienst
der posterijen;
benoemd in de commissie tot onderzoek cn
voorlichting betreffende den staat van 't uit
wendige van 't Kon. Paleis te Amsterdam:
tot voorzitter het lid dier commissie Prof. Dr.
Ir. S. G. Everts, oud hoogleoraar der tech.
Hoogeschool te Delft, wonende te 's Graven*
hage;
tot lid: Prof. A. W. M. Odé, hoogleeraar aan
de Techn. Hoogeschool te Delft.
ONZE GEZANT TE LONDEN.
De Nederlandsche gezant te Londen, jfir. De
Merees van Swinderen, vertoeft tot begin Fcbr.
met familie to 's-Gravenhage.
DIPLOMATIEKE DIENST.
Mr. F. C. A. Baron van Palandt, te 'srGro-
venhage, de heer D. van Lennep te Heemstede
en de heer F. W. Craandijk te Laren (N.-H.)
hebben zich met gunstig'en uitslag onderwor
pen aan het dezer dagen gehouden onderzoek
naar de bekwaamheid en de geschiktheid voor
den Diplomotieken Dienst
CONSULAIRE DIENST.
Bij K. B. is de heer W. Ericson benoemd
tot vice-consul der Nederlanden te Gefie
(Zweden), buiten bezwaar van 's lands schatkist
Het ressort van het vicc-consuloot omvat het
zuidelijk gedeelte van Gefleborgslën van het
rots-eiland Lilljungfrun af, alsmede het kust
land van Uppsalalan.
Aan den heer Ericson moet in de Duitsche
taal geschreven worden.
Bij K. B. is aan den heer J. Noest op zijn
verzoek eervol ontslag verleend uit zijn be
trekking van vice-consul der Nederlanden to
Folkestone.
Het vicc-consulaat aldaar is opgeheven.
INCIDENT TE HANKAU.
De Nederlandsche consul
gemolesteerd.
De Belgische consul te Hfcnkau, die tevens
als Nederlandsche consul optreedt, had zich
in die laatste functie verzet tegen de onrecht
matige arrestatie van ccn directeur van een
Nederlandsche firma. De Chincesche koop
man, op wiens aandringen do arrestatie van
den Nederlander geschiedde, liet den consul
daarop door koelies naar een politiebureau
opbrengen.
Door het doortastend optreden van den Fran
schen consul werd de Belgisch-Nederlandsche
consul echter spoedig weder in vrijheid ge
steld.
De Belgische gezant te Peking heeft den
Franschcn gezant voor diens hulp bedankt en
de kwestie bij den Nederlandschcn 'gezant aan
hangig gemaakt.
De Kantonneesche autoriteiten hebben gis
teren een verklaring gepubliceerd, behelzende
dat de aanstichters en betaalde uitvoerders
van deze daad gearresteerd zijn cn gerechte
lijk 'uilen worden vervolgd.
HET NEDERLANDSCH-BELGISCH
VERDRAG.
Het antwoord van Minister Van-
derveldc op de vragen van het
Kamerlid Vos.
Een duidelijk antwoord vermeden.
Op 10 Dec. heeft het Belgische Kamerlid,
'de heer H. Vos, de volgende vragen aan mi
nister Vandervelde gesteld
De reserve, die in den tekst van de toe
lichtende memorie parogroaf I van artikel
4 van het op 3 April 1926 tc 'sGraven-
hage gesloten verdrag tusschen Neder
land en België wordt gemaakt omtrent de
doorvaart van Belgische oorlogsschepen
over de Schelde ten tijde van oorlog of
van vrede, werd door het antwoord van
den minister van buitenlandsche zaken in
den Senaat op 29 Juli op een door mij in
de Kamer gestelde vraag niet voldoende
opgehelderd en evenmin door den briet
van den minister aan Zijne Excellentie j n
.van Vredenburch, gezant van Nederland
te Brussel, d.d 27 October 1926. Tenein
'de elke onduidelijkheid over den desbe-
treffenden tekst uit te sluiten, verzoek ik
'den minister mij mee te deelen
Ie. of hij erkent, dat Nederland het recht
bezit, de Schelde te allen tijde, zoowel van
oorlog als van vrede, voor Belgische oor
logsschepen te sluiten
2c. dat indien Nederland in geval van
oorlpg de Schelde volstrekt of onder ze
kere voorwaarden sluit, dit land verplicht
is, dezelfde sluiting ook ten aanzien van
Belgische oorlogsschepen toe te passen,
wonneer België tot de oorlogvoerenden
mocht behooren, beide behoudens de ver
plichtingen, die voor Nederland voort
vloeien uit het lidmaatschap van den Vol
kenbond
3e. Indien de minister deze vragen be
vestigend beantwoordt, wil hij mij dan
meedeelen, wat de bedoeling is van dc re
serve in dc toelichtende memorie
Het antwoord
Vos.
oen het Kamerlid
Die vragen werden op 16 Dec. ingediend.
Eerst nu heeft de minister geantwoo-d. Dit
antwoord luidt
Wat do sub Ie en 2e gestelde vragen be
treft, verzoek ik het Kamerlid het antwoord te
lezen, dat ik gegeven heb op de meer in bij
zonderheden afdalende vragen van den heer
Senator Lamborelle.
Aan den anderen kant is cr op dc vraag
sub 3o geantwoord in den brief, welke ik op
27 October aan den heer Van Vredenburch
heb toegezonden
De vragen van Senator Lamborelle werden
eerst op 4 Januari ingediend. Dus 19 dogen
nadat de heer Vos zijn vragen had gesteld. De
veronderstelling ligt voor de hond, dat minis
ter Vandervelde een duidelijk antwoord op de
duidelijke vragen van den heer Vos heeft wil
len vermijden cn daarom in overleg met den
liberalen senator Lamborelle uit Mechelen zelf
andere vragen heeft opgesteld. Dc nieuwe vra
gen en het antwoord vormen een geheel, dot
zeer nauwkèurig zal moeten onderzocht wor
den. Voorloopig willen wij er don ook niet
meer over zeggen en loten hier nu den be
langrijken tekst zonder ccnig verder commen
taar volgen
Vragen van Senator Lamborelle
(4 Januari).
Zou dc Minister van Buitenlandsche Zaken
mij willen mededeelen
1c. Wat is volgens het Volkenrecht de hui
dige situatie op dc Schelde voor wat betreft
de doorvaart van oorlogsschepen in vredestijd
en in tijd van oorlog
2e. Op welke punten is dit statuut misschieii
gewijzigd door het Nederlondsch-Belgisch ver
drag
3e. Bestaan er geen gegevens, die ons ir
staat stellen na te gaan, welke practische be-
teekenis die quaestie van dc doorvaart der oor
logsschepen langs dc Schelde voor 's lands
verdediging zou kunnen hebben
4e. Bestaan cr met name geen desbetref
fende studies van de marinestaven onzer Ge
allieerden uit den oorlog en mogen dc con
clusics er van worden medegedeeld
Minister Vandcrveldc's antwoord
op de vragen van Senator Lam
borelle.
Ie. Do rechten van Nederland op het Ne
derlandsche gedeelte vuft dc Schelde zijn die
von alle souvereine staten, in zoover zij niet
beperkt worden door internationale overeen
komsten.
In de commissie voor dc herziening van de
verdragen van 1839, dc zoogenaamde com
missie van XIV, die in 1919 en 1920 zetelde,
heeft de Belgische delegatie de stelling ver
dedigd, dot een dergelijke beperking bestond
zij steunde daarbij op een feitelijken toestand
betreffende de doorvaort der Belgische oor
logsschepen langs dc Nederlandsche Schelde,
die jaren lang bestaan heeft.
Die stelling werd echter dQor de gedele
geerden der andere mogendheden in de com-
misse van XIV (Amerika, Engeland, Frank
rijk, Italië cn Japan) verworpen, als zijnde niet
in overeenstemming met de beslissing van den
Oppersten Rand (4 Juni 1919) waardoor iede
re oplossing- werd uitgesloten, die een over
dracht van souvereiniteit of het scheppen van
een internationaal servituut insloot.
Onder zulke voorwaarden blijkt het dus on
betwistbaar, dat Nederland, daar zijn souve
reiniteit nibt beperkt is door cenig internatio
naal accoord, het recht heeft het Nederland
sche gedeelte van dc Schelde voor alle oor
logsschepen, welke ook hunne nationaliteit zij,
gesloten te houden (behoudens natuurlijk de
verplichtingen die voor dit land voortvloeien
uit het handvest van den Volkenbond, in het
bijzonder art. 10 parogroaf 3)
Voor het geval Nederland in tijd van oorloj
onzijdig wenscht te blijven en België wat
een zeer onwaarschijnlijke hypothese is bel
ligerent zou zijn buiten d c voorwaarden,
voorzien in het handvest van den Volken
bond, zijn de verplichtingen von dc Neder
landsche regeering inzake de gelijke behonde
ling von alle belligerenten vostgelgd in het
volkenrecht en bizonderlijk in art. 9 der beide
conventies van den Haag over de rechten en
plichten van neutralen in geval van oorlog te
land en van maritiemen oorlog.
2e Het Nederlandsch-Belgischc verdrag
brengt geen enkele wijziging in den tegen-
woordigen toestand op de Schelde. In den
brief gericht op 27 October 1926 oan den
Nederlondschen gezant te Brussel, wordt in
overeenstemming met de Nederlandsche re
geering verklaard, dot „de reserve betreffende
de Belgische oorlogsschepen op de Schelde in
de Toelichtende Memorie bij het verdrag van
3 April T925 is opgenomen, ten einde uit
drukkelijk vast te stellen, dat dc doorvaart
der Belgische oorlogsschepen eene materie is,
welke buiten het verdrag is gebleven dat dit
laatste het politieke en militaire statuut van
de Schelde niet heeft gewijzigd en de souve
reiniteit van beide staten ieder over zijn deel
van de rivier niet aantast.
3e en 4e. België heeft geen oorlogsvloot
meer en het vraagstuk van de voort van
vreemde oorlogschepen door Nederlandsche
wateren, heeft alle practische beteekenis ver
loren, in verbond met Verplichtingen, welke
aan Nederland, als lid van den Volkenbond,
door de bepalingen van het handvest, in
bijzonder door art. 16 paragraaf 3 zijn op
gelegd.
Aan den anderen kant hebben de gedele
geerden van de. Geallieerde cn Geassocieerde
mogendheden in dc commissio van XIV ter
RECLAMES
Van T—4 regels 4.05. elke regel meer I.—
KLEERMAKERIJ
Fa. E, L. J. LAMMERTS
Amersfoort G*Ï«S"' Groningen
Utiechtsche weg 36. Tel. 587
rechtvaardiging van hunne houding, tegenover
de Belgische delegatie, dc volgend© verkla
ring afgelegd
„Vnn uitsluitend militair cr. maritiem stand
punt uit beoordeeld zou het verzoek van Bel
gië (betreffende de doorvaart van oorlogs
schepen) wanneer er gunstig over beschikt
ware geweest, tegenover ecnige problemati
sche voordeden, talrijke en ernstige nadeelen
hebben opgeleverd, welke dc militaire des
kundigen in hun rapport aan do commissie
van XIV naar voren gebracht hebben.
Het is niet nutteloos daaraan toe te voegen,
dat d© meening van den Belgischen gcneralen
staf op dit punt niet afwijkend is.
NEDERLANDSCHE EN BELGISCHE
HAVENS.
Vrijstelling voor surtaxes
d'cntrcpót.
De heer Krijger heeft non den Ministci von
Buitenlandsche Zaken gevraagd of hii heeft
kennis genomen van een bericht in dc dag-
bloden, op grond waarvan moot worden ge
vreesd, dat de vrijstelling voor dc surtaxes
d'entrepöt ten bate van dc hoven van Ant
werpen alsnog met ecnige Artikelen zal wor
den uitgebreid.
Kon de minister mededeelen oi, cn, zoo ja,
hoeverre bedoeld bericht juist is
Is dc minister bereid mede tc de»lcn of, cn
zoo ja, op welke wijze door de Belgische Re-
gecring in de laatst gehouden najaarsvergade
ring von de Rijnvaartcommissie gevolg is ge
geven aan haar toezegging bctrcffendo het
verlecncn van haar medewerking ter gelijkstel
ling van de Nederlandsche met^ de Belgische
havens in zoko de surtaxes d'cntrcpót, van
welke toezegging de minister aan de Tweede
Kamer mededeeling deed bij dc gcdochtenwis-
seling over het Ncdcrlandsch-Belgisch ver
drag
Is de minister bereid mede tc delen of op
grond van het verhandelde op bovenbedoelde
vergadering van do Rijnvaortcommissie, al
thans naar zijn mecning, mag worden ver
wacht, dot dc ter zake van de surtaxes d en
trepot gewcnschte gelijkstelling van de Ne
derlandsche met Belgische havens haar beslag
zal krijgen, cn, zoo ja, dat dit spoedig het
geval zal zijn
DE FORENSENBELASTING.
Een billijker wijziging op komst.
Naar dc „Limb. Koerier" verneemt, is bij
dc regeering een wijziging der Forensenbelas
ting- in overweging, waarbij werkforensen met
ccn inkomen van 2000 (wellicht wordt dit
uitgebreid tot 2500), belast worden vooi
een derde in do forensaal-ge meenten en voor
twee derden in de woongemeentc.
Werkforensen met een hooger inkomen zul
len aangeslagen worden voor een bedrag van
2000 (of 2500) voor een derde in de fo
rensaal-gemeente cn twee derden in de woon-
gemeentevoor het verder gedeelte van hun
inkomen voor twee derden in de forensooi- en
voor twee derden in de woongemeente.
Heeft een werkforens een inkomen van
3500, dan wordt hij voor 2000 (of
2500) voor een derde in de forensaal en
voor twee derden in zijn woongemeente aan
geslagen en voor 1500 (of 1000) vooi
twee derden in dc forensoal- cn voor tweo
derden in zijn woongemeente.
VOORONTWERP EENER NIEUWE
DRANKWET.
Voorstel tot invoering van dc
plaatselijke keuze.
De regeering heeft aan Gedeputeerde Staten
der provinciën en aan eenige burgemeesters
advies gevraagd over het voorontwerp ecner
nieuwe drankwet.
Dit ontwerp heeft, volgens het „Hbld.", een
drieledig doel: A. Dc drankwet moet op eenige
punten aan een technische herziening worden
onderworpen: B dc veranderde toestanden in
de samenleving vorderen eenige verruiming
van dc grondslagen der wet; C. overeenkom
stig d© toezegging in de verklaring, door den
kabinetsformateur in Maart 1925 afgelegd,
wordt een voorstel tot invoering van de plaat
selijke keuze gedaan.
Deze drie groepen laten het beginsel van de
wet, het maximum-vergunningsstelsel,
verlet.
Dc verplichte splitsing von den verkoop in
tappen en slijten wordt omgezet in een facul
tatieve. De voor gemeenten boven zeker zie
lenaantal verplichte splitsing heeft practisch
meer lost dan voordeel gegeven. Het toezicht
op dc naleving van de voorschriften voor tap
pen en voor slijten is niet gemakkelijk; of-
doendo controle tegen slijten door tappers en
omgekeerd zou voor de politic een krachts
inspanning Vorderen, waarvan het nut niet
zou opwegen tegen de losten en dc moeite,
Door de wijziging in 1925 zijn voor de lo
gementsvergunningen, scherpere bepalingen
tot stand gekomen. De werking daarvan, die
aanvankelijk gunstig is, moet worden afge
wacht. Het nuttig effect zal evenwel worden
verhoogd door dc heffing van een matig jaar-
lijksch vergunningsrecht ten bate van 's rijks
kas. Door dat recht wordt eensdeels een loge
mentsvergunning minder begeerlijk voor wie
haar slechts voor een zekeren schijn verlangt
*n v/orden anderdeels de kosten, die de be
handeling van de logementsvergunning voor
den rijksdienst veroorzaokt door noodzakelijk
inspectie-onderzoek ter plaatse vergoed.
De vervanging van den vergunninghouder
wordt geregeld. De bepaling van art. 24, dat
de vergunning uitsluitend geldt voor den per
soon des verzoekers sluit uit, dat een ander
voor eigen rekening liet bedrijf voor den ver
gunninghouder uitoefent; een derde mag al
leen op naam en voor risico van den vergun
ninghouder handelen. De practijk heeft met
behulp van schijn-contracten zich weten los
te maken van het wettelijk voorschrift. De
meeste vervangers handelen op eigen naam
cn risico, maar zijn door schijncontracten ge
vrijwaard tegen vervolging. Het persoonlijk
karakter van de vergunning is voor het doel
van dc wet onmisbaar omdat: le. de vergun
ning, bleef zij voortbestaan na den dood van
den vergunninghouder, bestendig cn een ver
mogensobject zou worden; 2c. niet ieder kan
worden toegelaten tot de uitoefening van het
bedrijf. Deze twee motieven komen evenwel
ook tot hun recht, indien den vergunninghou
der wordt toegestaan gedurende zijn leven
het bedrijf tc loten uitoefenen, door dot te
verpachten aon ccn derde, die voldoet aan do
eischen, die non den vergunninghouder ge
steld worden! Wanneer de wet zal toelaten, dat
beide partijen een eerlijk contract von ver
vanging. van verpachting van een zaak aon-
gaon, moet het aan belanghebbenden worden
overgelaten hoe zij hun verhoudingen willen
regelen.
De overbrenging der vergunning naar een
ander huis zal ook in den loop van een ver
gunningsjaar kunnen geschieden.
Zonder schade voor dc werking der wet kan
do mogelijkheid worden geopend, dot een ver
gunning op de weduwe van den houder wordt
overgeschreven, mits dit geschiede vóór I Mei
cn zij voldoe aan dc cischen.
De gezondheidscommissies worden in ver
schillende artikelen van do wet opgenomen,
ter odviscering oan de gemeentebesturen. Do
plaatselijke commissies volgens art. 49 der
wet worden opgeheven. Dit instituut moet ols
mislukt worden beschouwd.
Alle verkoop van alcoholhoudenden, niet
sterken drank, wordt gebonden aon een ver
lof, ook voor gebruik elders. Voor bier is de
grens, waarbinnen verlof noodig is, 10 liter,
waardoor omvat wordt do verkoop bij flesch-
jes voor gebruik op straat, voor wijn 5 liter
De verloven worden gebonden aan een
maximum, dot gelijk is oan het moximum der
vergunningen.
Voorgesteld is de heffing van een vcrlofs-
recht van 10. De gemeente moet do helft
hiervan oan het rijk afdragen.
Voorschriften zijn opgenomen met betrek
king tot plaatselijke keuze.
Het wetsontwerp wijkt op twee punten af
van het voorstel-Rutgers. Dat voorstel om
vatte ook de vergunningen, verleend vóór 1
Mei 1904, voor welker vervallen een schade
loosstelling onvermijdelijk was. Met het oog
op den toestond van 's lands financiën en do
vele, zeker niet mintjer dringende behoeften,
die onvervuld moeten blijven, is afgezien van
het vervallen dier vergunningen.
Het voorstel-Rutgers omvatte ook dc socië-
tcits- cn logementsvergunningen. Het wets
ontwerp gaat niet verder don dc wet gaat,
die deze beide soorten van vergunningen niet
onder art. 4, twecdo lid, 3o, heeft begrepen.
Waar schadevergoeding is uitgesloten, moet
aan deze lijnen worden vastgehouden.
Ten slotte valt tc overwegen of dc plaatse
lijke keuze ook zal gelden voor de bierhuizen.
Waar dc geest des volks wellicht rijp is voor
een beslissing over vergunningsinrichtingen, is
het voorzichtig, eerst dc ervaring daarmede cn
met het vcrlofsmaximum af te wachten.
Het minimum van het vergunningsrecht is
^erhóogcf op 40, wegens "dc veranderde
waarde van het geld.
Verboden wordt sterken drank of zwak alco-
holischen drank te verkoopen terwijl in de lo-
caliteit gelegenheid wordt gegeven tot dan
sen. Er zijn met name in dc steden, verschil
lende gelegenheden, waar de moderne dansen
en alcohol samenwerken in een zeer bedenke
lijke richting. Over het dansen wordt hier niet
geoordeeld maar het is zaak den verderfclijkcn
wcderkcerigen invloed van dansen en alcohol
tc breken.
De verkoop van wijn en bier in allerlei win
kels, speciaal in groenten- en kruidenierswin
kels wordt geweerd. Er schuilt een niet ge»,
ring gevaar in verkoop, zelfs opdringen oan
het publiek van allerlei alcoholica in gelegen
heden, die daarvoor tot voor korten tijd niet
gebezigd werden en waarin jong en oud pu
bliek voor gansch andere doeleinden moet
komen. Bovendien wordt aldus een concurren
tie aangedaan aan verlofhouders die aan al
lerlei wettelijke verplichtingen moeten vol
doen.
RIJKSPERSONEEL.
Vergadering von het A. C. O.
P.
Maandag 10 Januari j.l. kwam het Comité
ter behartiging von dc algemeen© belangen
van Overheidspersoneel (A. C. O. P.) te Am
sterdam in vergadering bijeen.
Algemeen was dc ontstemming over het
feit, dat na de aanneming der motie-Bulten
de Centrale Commissie voor Georganiseerd
Overleg in ambtenarenzaken nog niet was bij
eengeroepen en met dc bewerking van het bij
het Centraal Bureau van Voorbereiding voor
Amtenorenzoken voor 15 November '26 in
gezonden materiaal inzake herclossificatie dei
jemeenten al heel weinig voortgang schijnt te
vorde". gemaakt.
Dc vertegenwoordigers van het A. C. O. P.
in de Centrale Commissie kregen opdracht
zich over dezen gong van zaken bij den Voor
zitter dezer Commissie te beklagen.
Besproken werd verder de afwijzende be.
slissing van minister de Geer, om oan de wij
ziging van artikel 27 van het Bezoldigingsbe
sluit, in verband met de onlangs tot stand ge-
komen verbeteringen in de herclassificatio
der gemeenten, terugwerkende kracht te ver»
leenen tot I Januari {926, zooals door dc Cem
trale Commissie was verlangd.
Deze Commissie had reeds in hare vergade
ring van 16 Februari 1926 de wenschelijkheió
der veel later door het kamerlid Hermans be-
pleite verbetering uitgesproken.
Geconstateerd werd, dat de Regeering meet
genegen schijnt aan verlangens van kamerle*
den gevolg te geven, dan aan adviezen var.
de door haar ingestelde Commissie voor Geor
ganiseerd Overleg.
Bij de bespreking van eene met den Ministei
van Financiën gevoerde correspondentie over
de in „De Ambtenaar" van 8 October 1926
voorkomende bemerkingen op de juistheid van
het officiëele communiqué van een vergadering
der Bijzondere Commissie van Overleg voor
het dienstvak der Belastingen, werd rnet groote
voldoening van het verloop^dezer^ aangelegen,
heid kennis genomen.
HULP AAN DE DRENTSCHE KINDfcREN.
Vragen von mevrouw de Vries—
Bruins.
Door mevrouw do Vries—Bruins zijn oor
den Minister von Arbeid, Handel en Nijverheid
de volgende vragen gesteld
1. Heeft dc minister kennis genomen von hc
oordeel vnn professor Schcltema, hooglccraa
In de kindergeneeskunde te Groningen, teven
controlecrend deskundige von de Regccring va;
dc kinderen, dio in de verschillende vocontie
kolonies van ons land zijn opgenomen, ov«
den gezondheidstoestand der schoolkinderen i.
de veenstreken van Z.-O. Drente?
2. Is de minister, na kennisneming van hc
oordcel van dezen bij uitstek deskundige, dio L
verbond met ccn bezoek aan scholen in do go
meente Emmen spreekt van „dc zwaarste voi-
men von kindercllendc", die hij ooit heeft waar
genomen, niet van mccning, dat olies moet wor
den gedaan, om hier zoo snel en zoo vollcdip
mogelijk te helpen, ten einde den elgcmcenei
gezondheidstoestand van deze kinderen to ver
beteren?
3. Zoo jo, is de minister don bereid, om, h
overleg met do vcreenigingen, die zich do uit
zending van kinderen naar vacontiekolonics tel.
doel stellen, welke verccnigingen in do ofge
loopen maanden met den steun van porticulic
ren voor het kind uit de Drcntsche vecnstrckei
reeds zeer veel hebben gedaan, maatregelen t-
beramen, om meer dan tot nu toe mogelijk was
afdoende en olgcmeenc hulp te verleencn?
4. Indien van deze meer olgcmeene hulp-
verlecning do geldmiddelen uit de gewone sub
sidies cn dc particuliere bijdragen niet gevon
den kunnen worden, is dc minister dan voornc
mens, een voorstel bij dc Tweede Kamer in t.
dienen, ten einde het benoodigde bedrog voi
Rijkswege beschikbaar to kunnen stellen?
FRANSCHE ONDERSCHEIDINGEN,
Uit Parijs worden eenige benoemingen ver
meld van aldaar woonachtige Nederlanders in
het Legioen van eer. Het zijn Johannes Wolf.
vioolspeler, dc Lcouw, bankier, Metzgcr, orc-
dikant, Peres, ingenieur, Snabilié, journalist.
Van Gcrdingc, hoofd van een maatschappij
van mineraalwater. Baron Collot d Escury, se
cretaris van dc Nederlandsche Weldadigheids-
vereeniging Is tot officier van het legioen van
eer bevorderd.
OUD N.-I. MILITAIREN IN BELGIE.
Logtigo formaliteiten bij do uitbe
taling van het pensioen.
Een aantal in België verblijvende oud-mill-
toiren van het Nedorlondsch-Indische leger zal
aan de Nederlandsche rcgcering vereenvoudi
ging verzoeken, medo om financiocle redenen,
van dc formaliteiten tot uitbetaling van do pen
sioenen. Terwijl voor de oud-militairen van hei
Indische leger, dio in Denemarken, Duitsch-
land, Zwitserland en Zweden wonen, gelegen
heid bestaat, hun pensioen rechtstreeks dooi
het departement van Koloniën te ontvangen,
mit zij in hun eigen land ccn postrekening
oj>enen bij 't postkantoor ter plaotso waar zij
wonen, moeten dc in België verblijvende oud-
militairen van het NccUInd. leger zicluvan een
levensbewijs voorzien, afgeleverd door het ge
meentebestuur, wat 2 francs onkosten mee
brengt, cn dit bewijs tegen betaling van 1.50
voor de Belgen en I voor do Nederlanders,
door het Nederlondsche consulaat loten legall*
secren. Er wordt nu uitschakeling van deze
overmakings- en legolisatiekostcn gevraagd*
B. C. VAN BERKOL. f 1
Oud-hypcthcckbcwaordcT'*
Te 's-Gravenhage is overleden in den ouder
dom van 84 jaren de heer B. C. van Bcrkcl,
oud-hypotheekbewaarder, ridder in de orde van
Oranje-Nassau.
Ir. A. PH. KAPTE7N.
Bekend ingenieur*
78 joar oud, is to Den Haag overleden d6
bekende ingenieur A. Ph. Kaptcyn, een van het
bekende broederkwartet, waarvan er twee ols
hoogleeraar en een als geneesheer zoo grooto
reputatie hadden.
Do ingenieur genoot eveneens groote be*
kendheid, óók internationaal. Hij was voorzitter
der Londcnscho Mpij der Westinghousc Brake.
Dc crematie zul Zaterdagochtend plaats heb*
ben. d
FRITS VAN HAARLEM, f
Dc eertijds zoo vermaarde variété*
directeur tc Wiesbaden overleden.
Uit Wiesboden, waor hij den Joatsten tijd
metterwoon was gevestigd, komt het tclegra*
phische bericht, dat dc heer Frits van Haarlem
aldaar, vijf en zeventig joar oud, is overleden*
Frits van Haarlem!
De naam doet voor het geestesoog van da
oudere generatie terstond een reeks fleurige,
kleurige tooneclen verrijzen, want er was een
tijd, een lange tijd zelfs, dot Van Haarlem in
ons land de koning von de variété mocht
heeten, zegt het Hbld.
Gesproten uit een gezin, waar spel, zang ere
dans aan de orde van den dag waren, zijn
ouders exploiteerden omstreeks 1856 in het
huis op den hoek van de Agnietenstraat en den
Oude-Zijds Achterburgwal tc Amsterdam da
„salon lyrique", waar goede zangers en zange*
ressen hun kunst ten beste gaven, trad van
Haarlpm in 1873 ols zelfstandig theater-agent
op. Tien jaar later, in 1883, was hij leider van
groote, uit vijftig h zestig personen bestaande
zomergezelschappen, die in de voornaamste!
steden van ons land het publiek op aangenamo
wijze kwamen bezig houden. Het specialiteiten*
theater in 1884 door Frits von Haarlem in
somenwerking met Willem Koster in dc Nes
geëxploiteerd, kan als het eerste van zijn soort
in ons land worden beschouwd.
Na eenige jaren het Haogsche Casino t6
hebben geleid, ving Van Haarlem in September
1893 zijn werkzaamheden als directeur van
een uitnemend specioliteitengezelschap aan, dat
in het circus Carré zijn pied a terre had, en
vele jaren al wie in de hoofdstad wat vroolijk*
heid kwam zoeken, heeft gebracht wat men
wenschte. Artisten van schier alle notiën heb
ben onder Van Haarlem gewerkt; heel wat
variétésterren hebben oan hem hun opkomst^
hun goeden roep te danken,