25e laargang No. 168 AMERSFOORTSCH DAGBLAD „DE EEMl.ANDER" ,5 1927
tweede blad.
BINNENLAND.
'LOUIS' KLEÏK
AHcRSroORT
FEUILLETON.
Efiii Speelbal (lei Fortuin.
KINDEREN.
•W a anile v erb oden).
Het bez.t va-n kinderen vergoedt menig
ouderpaar hetgeen ze in hun persoonlijk
leven hebben gemist. Ze verheugen zich
in hun kroost niet a-l-ccn om de vreugde,
die het gezelschap va-n opbloeiende jeugd
hun verschaft en inden er meer in dan
louter voldoening voor hun moeilijken op-
voedersarbeid. Kinderen vormen het ver
lengstuk van hun eigen pover bestaan;
kinderen zijn de hernieuwde kansen, de
ingewisselde loterijbriefjes, die meespelen
in een volgende serie. In hun kroost zien
de ouders zichzelf terug, maar nu niet als
menschen, wier 'ut reeds beslist is en wier
kans is verkeken. Het onverbiddelijk
leven, dat in groeien, bloeien en vergaan
de gTei\zen stelt acn het hart. dat een
eeuwigheid noodig heeft om zijn wensch te
v.erwezenlij'ken, heeft in het kind een uitweg
gevonden om het ten doode opgesohreven
geslacht den striid \oor de toekomst moge
lijk te maken. Op het kind projecteert de
ontgooche'de vader, dc ontnuchterde moe
der de plannen, die de illusie eener over
moedige jeugd ze eenmaal heeft voorge-
tooverd.
Zu deze vereenzelviging met het kind niet
vaaik de houding bepalen, welke ouders
tegenover hun kroost innemen? Hoe moei
lijk valt het ons a-Men, vrij en ombevangen
te staan tegenover de jonge menschen, die
toch welbeschouwd zooveel meer zijn d-an
onze zoon of onze dochter! Hoe moeilijk
valt het ons, ons duidelijk in te prenten, dat
de wezens, die tijdelijke hulpbehoevendheid
aan onze voorloopige zorgen heeft toege
wezen, zelfstandige persoonlijkheden zijn,
sleohts bezwaard met dc toevallige erfenis
van een familie-verledcnf
En toch, we moeien ons aanwennen, ze
als zoodanig te aanvaarden. Deze jonge man
heeft een eigen wil en recht op een eigen
leven; deze jonge vrouw zal uitgroeien tot
een oorspronkelijk karakter, dat haar eigen
bestemming bepaalt. Hun bestaan zal zich
on-hvikkelen naar innerlijke wetten, die wij
niet kunnen buigen met uitwendigen dwang.
Hun lot wordt door andere factoren be-
heerscht dan door het vaak eigenzinnig
vaderlijk gezag en de vaak benepen moe
derlijke bemoeiing. Hun doelwit ligt verder;
vergeten wij niet, dat wij het hoogtepunt van
hun bloei allicht niet meer zullen beleven-
Als wij ons verleden afsluiten, vangen zij
hun toekomst pas aan. Zij zijn aangewezen
op andere verhoudingen en andere omstan
digheden dan die wij thans kunnen over
zien. Onze verzwakte blik reikt zoo heel ver
niet meer
Maar straks zullen ook zij op hun beurt
teruggewoi pen worden als de branding door
het strand. Ook zij zullen terugdeinzen voor
de consequenties hunner stoutmoedige
idealen; ook zij zuMen hun roekelooze plan
nen moeten opgeven en afstand dienen te
doen van hun ongestilde verlangens. Ook
hen wacht de ontgoocheling va-n het onbe
wogen, kleurlooze, vlakke en strakke zand,
dat de speelsch aanrollende deining opvangt
en de kracht van den golfslag breekt. Uit-
gewisoht wordt hun indruk in dezen alles
verzuigenden bodem, die hen noopt ver
legen en roemloos af te druipen naar de
plek, waarvandaan ze hun vrooijken aanval
begonnen.
Doch dan zullen ook zij op hun beurt
weder hun teleurgestelde hoop vestigen op
de nieuwe slagorde, die achter de hunne
reeds aanbruist; hun kroost zal hen ver
vangen en in hun plaats bereiken hetgeen
moest mislukken. Hun levensuitzicht is
weder geredf
Het is zco natuurlijk, dat wij ons met
onze kinderen vereenzelvigen; dat wij van
hen erlangen hetgeen we van onszelf
zouden verlangen, als we nog weer eens
van voren af mochten beginnen. Hoe zou
den we fouten vermijden, die thans ons
duur zijn te stgan gekomen! Hoe zouden
we kansen waarnemen, die wij thans heb
ben verzuimd! Overdoen, o welk een bran
dende begeerte kan dat worden: nog eens
over te doen dat leven, waarvan wij den
weg en de waarde n-u zooveel duidelijker
aanschouwen.
Wij kunnen niet overdoen, maar onze
kinderen mogen 't in onze plaats. Laten
wij toezien, dat ze het goed doen, dat ze
het beter klaarspelen don wijf En zoo be
ginnen wij onze opvoeding en wij verbijs
teren ons kroost, dat niet begrijpt, waarom
wij met zulk een hartstochtelijken nadruk
het eene \erlangen en het andere verbie
den. Eigen onbevredigde wenschen spelen
ons parten bij onzen koppigen eisch, bij ons
hardnekkig verzet.
Het is niet altijd uit onzelfzuchtigen
drang naar der kinderen heil, dat we hen
voortdrijven op den maatschappelijken lad
der; dat we hen rorceeren tot halsbrekende
toeren op de bovenste sporten; dat we ze
dwingen in een ambt of betrekking, waar
voor ze volkomen ongesohikt zijn; dat we
ze opzweepen tot een levenshouding, die
hen tegen de borst stuit. Het is, omdat we
zelf tevergeefs tot die bovenste sporten
hebben omhooggeblikt; dat we zelf dat om'bt
of die betrekking vruchte'oos hebben be
geerd; dat we die levenshouding bij ande
ren met een scheel oog hebben bewonderd
en van na-ijver vergingen, omdat ze ons niet
gelukte.
Daarom moeten onze kinderen het ver
der brengen dan wij; daarom moeten ze
knapper, rijker, gevierder worden en daarom
voelen we ous gekrenkt in o-nze vaderlijke
waardigheid, in onze moederlijke liefde,
wanneer de jongen of 't meisje, met wie
wij toch het beste voor hebben, weigert of
te kort komt In de uitvoering van onze
plannen. Dit verklaart die onevenredige
woede, die ouders bevangt, wanneer kinde
ren een beroep kiezen, een huweMjk sluiten,
zich verklaren voor een partij of beweging,
die niet is naar der ouderen zin- Het is
niet hun kind, maar zij zijn het zelf, die in
hun verbeelding in liet beroep of in het
huwelijk, in de partij of in de beweging tre
den. En zouden ze, nu het onverbiddelijk
leven hun nogmaals een kans, en de laatste
kans biedt, wederom en nu onherroepelijk
verkeerd kiezen?
Teleurstelling in de kinderen heeft niet
zelden een zeer zelfzuclvtigen ondergrond.
Ik ken meer dan één vader, die verdrietig
geweest is, omdat zijn zoon als student er
de boter niet zoo uitbraadt, als de vader
zelf thans zou hebben gedaan, zoo 't lot
hem vergund had. zijn studententijd nog
maals over te doen. Ik ken meer dan één
moeder, die ha-ar dochter een minaohten-
den blik toewerpt, omdat ze van haar be
koorlijkheid minder profijt trekt dan de
moeder ze-M thans zou hebben gedaan, zoo
't lot haar vergund had, haar jongemeisjes-
tijd nogmaals over te doen.
Hoe wijs is toch het leven, dat de een
zijdige verlangens der ouders door de een
zijdige wenschen der kind-eren weutraii-
seert! De strijd tusschen het oude en het
jonge geslacht is noodzakelijk, om het
evenwicht te bewaren.
H. G. CANNEGIETER.
UIT DE STAATSCOURANT.
Tijdelijk benoemd tot lecrares aan de R. H.
B. S. te 's-Hertogcnbosch mej. C. E. J. Opstel
ten aldaar;
benoemd tot leeraar aan dc R. H. B. S. te
Harlingen F. C. Rothier, thans tijdelijk leeraar
aan die school;
tot leeraar aan de R. H. B. S. te Hecrenvecn
P. A. R. J. Bom, te Delfzijl;
op zijn verzoek eervol ontslagen als leeraar
aar. de R. H. B. S. tc 's-Hertogenbosch J. H.
Stuijvcr. j
RECLAMES
Van 1—4 rcgrls t 4 U3. elke regel rr.OT 1
UTRECHTSC iFE^T'KtAAT M
PRINS HENDRIK.
Z.K.H. Prins Hendrik zal zich 22 Jan. a.s.
voor eenigc dagen naar Duitschlond begeven
TWEE VILLA'S VOOR PRINSES JULIANA
Tc Katwijk gehuurd.
H. M. de Koningin en Prinses Juliana hebben
Donderdagmiddag omstreeks kwart over drie,
vergezeld van den particulieren secretaris boron
Van Geen cn een hofdame, ccn bezoek g£-
bracht aan den rceder D. Taat tc Katwijk aan
Zee. De Koningin cn dc Prinses hebben onge
veer ccn uur ten huize van den heer Taat ver
toefd en daar dc thee gebruikt. Naar wij ver
nemen heeft dit bezoek ten doel gehad bespre
kingen te houden over ccn aan den heer Taat
toebchoorende dubbele villa aan den Noord-
Boulevard no 21 cn 22 tc Katwijk, welke dc
Koningin wenscht tc huren, ten behoeve van
Prinses Juliana, voorloopig voor den tijd van
één jaar, met ingang van 1 Juli a.s Men deelde
ons nog mede, dot dit in verband staat met het
voornemen dot Prinses Juliana aan de Leidsche
Universiteit zal gaan studeeren. Aangaande dit
laatste hebben wij ons tot Piof. Meyers, den
rector-mognificus der Leidschc Universiteit, om
inlichtingen gewend. Deze deelde ons mede,
dat hem vor\ zulk een voornemen absoluut niets
bekend is.
HOFHOUDING.
Bij Koninklijk besluit is met ingang van 10
Februari c.k.: a. Horer Majcsteits adjudant
kapitein ter zee jhr. J. C. F. von Mühlen,
tijdelijk adjudant van Z. K. H. den Prins dc
Nederlanden, Hertog van Mecklenburg, onder
eervolle ontheffing als zoodanig, benoemd to'
Hr. Ms. adjudant in buitengewonen dienst;
b. de luitenant ter zee le klasse J. W. Tcr"
mijtelen benoemd 'ot adjudant von Z. K. H. den
Prins der Nederlanden, Hertog von Mecklen
burg.
HET NEDERLANDSCH-BELGÏSCHE
VERDRAG.
Na he tantwoord von Vonderveldc
op dc vragen van Vos cn van
Lomborcllc.
De correspondent te Brussel der N. R. Ct.
meldt:
Het antwoord, door minister Vanderveldc
gegeven op de vragen van senator Lamborelle
en van het Kamerlid Vos omtrent de reserve
in het Nederlandsch-Belgischc verdrag betref
fende de doorvaart van oorlogsschepen op de
Schelde in oorlogstijd, heeft in politieke krin
gen alhier op verre na geen sensatie verwekt.
In dc wandelgangen van dc Kamer cn onder
parlementaire journalisten werd vanmiddag
vrijwel daor r.ü mand over dit antwoord ge-
pruut. De eenigc indruk, welken men in deze
kringen kón cpdocr. was, dat blijkbaar slechts
weinigen in deze kwestie belang stellen. Zij die
wel een rni'-.i" bleken le. hebben, waten meest
van oord el, dat let antwoord van Vandcr-
vrldr niet veel nieuws brengt Anderen mcen-
drr dat liet alle dubbelzinnigheid uitsluit. Toch
vi d *n sommigen het rij zonderling, dat de
minister van buitcnlor.dsche zaken op een eerst
op 4 Januari jongstleden door een senator ge
stild.- vraag cn niet op dc vraag van het Ka
merlid Vos, welke van 16 December is, heeft
geantwoord.
Het Kamerlid Herman Vos zelf zcidc mij
woordelijk: Het antwoord door minister Vnn-
derveldc gegeven op dc vroag van senator
Lomborcllc, is niet het- antwoord, dot door
mijn vraag werd gevergd.
De Brussclschc avondbladen onthouden zich
van alle commentaar. Alleen zegt de Soir dat
het niet zonder belang is tc weten, dat de na
dere verklaringen in het antwoord van Vander
veldc over dc politiek der Belgische rcgccring
inzake het politieke en milituirc régime der
Schelde door het kobinct-Jospor zijn goedge
keurd, cn dot verder, naar Vonderveldc trou
wens met nadruk verklaarde, zijn mecning ook
die is von den Belgischen Gcneralcn Staf, aan
welken zij vooraf is onderworpen.
Een brochure van A.-R. tegen
standers.
Naar de „Stond." verneemt, is vanwege het
landelijk comité von A.-R. tegenstanders een
derde brochure in voorbereiding, die de ver
klaringen zal bevatten van ccn tiental vooraan
staande mannen uit dc partij, waarom zij te
genstanders van het verdrag in zijn huidigen
vorm zijn.
Uit dc Kamer van Koophan
del voor Friesland.
In dc gisteren gehouden vergadering van de
Kamer van Koophandel voor Friesland is be
sloten, dat dc Kamer zich met het Ncdei-
londsch-Bclgische verdrag zal inloten.
Er zal een adres tegen het verdrag bij de
leden rondgaan, dat, na voorzien tc zijn van
do hondteckcningen der leden, aan do Eerste
Kamer verzonden zal worden.
In zijn nieuwjaarsrede had de voorzitter zijn
teleurstelling uitgesproken over de aanneming
van het verdrag door dc Tweede Kamer.
HET CORPS CONSULAIRE
Consul-generaal C. A. Broms pre
sident.
Noor men ons mededeelt, werd in de gister
te Amsterdam gehouden vergadering von het
corps consulaire de heer C. A. Broms, consul-
gencroal van Zweden, tot president van het
corps benoemd, als opvolger van den heer H
Tom, consul-generaal van Engeland, die naai
een andere standplaats is vertrokken.
SPOORWEG OP ZUID-BEVELAND
Hopelijk opening wanneer dc zo-
mcrdicnstrcgcling ingoot.
Op I Maart zal tc Utrecht het laatste ge
deelte vnn dc werken voor den aanleg van d a
locunlspoorwcg op Zuid-Bcveland worden aan
besteed, en wel het bouwen van een tractie-
gebouw, bcnzinc-rcseivoir, watertoren, water
kranen voor locomotieven, enz. op het empla
cement te Goes Dit werk moet in den loop
van dezen zomer tot stand komen, opdat voor
den volgenden winter dc locomotieven in het
trartiegebouw onderdak kunnen vinden Dezen
zomer zal de Spoorweg-Mij. zich zonde» deze
of met enkele voorloopige inrichtingen moeten
behelpen.
Het werk langs dc liin vordert goed en n\oct
uiterlijk Mei klaar zijn, daar men den spoor
weg hoopt te openen, als hij dc spoorwegen de
zomerdienstrogcling ingaat
De laatste aanbesteding langs de lijn is die
geweest van het bouwen van een wotcrtoi'.ntje
en twee locomotiefkromen te Ovezond.
Dc stations Wolfoartsdijksche veer en Hoe-
dckcrskcikc krijgen een hnltechcf, in dc 14
andere wordt dc vrouw van een ploegboas of
van een wegwerker belast met den verkoop
der kaarten, enz. Deze vrouwen zijn reeds be
noemd.
(Msb.)
DL: BESCHULDIGING TEGEN DEN
BURGEMEESTER VAN OUDHEUSDEN.
Dc znuk tot geringer propor
ties teruggebracht.
Do hecrcn J Brok, \V. Klijn, F. L. Lcijstcn,
P. de Baay cn J. J. Klijn, leden vnn den jje-
meentcrand vnn Oudheusdcn cn vormende,
buiten de wethouders, den voltolligcn rond,
verklaren in een motie met grootc verontwaar
diging te hebben kennis genomen van dc in
hun strekking lasterlijke berichten, dio in een
deel der pers zijn verspreid omtrent den bur
gemeester dier gemeente; zij spreken hun
grootc afkeuring uit over dc door wethouder
L van Hcrpt in deze zaak aangenomen hou
ding zij betreuren het ten zeerste, dot tot
publicatie von die berichten is overgegaan, en
dat niet vooraf omtrent personen en toestan
den inlichtingen zijn ingewonnen aun betrouw
bare cn onpartijdige bronnen; zij verklaren,
hun volste vertrouwen te schenken non hun
beminden en algemeen gcachtcn burgemeester.
Het Dgbl. von N.Br., waaraan wij een on
derhoud met wethouder van Herpt tc Elshout
Oudheusden hebben ontleend over een min
der juist beleid vnn den burgemeester, komt
nader op deze zaak terug. Hot blad schrijft nu
Uit het onderhoud dat wij met wethouder
van Hcrpt hadden kwom naar voren, dot in*
dcrdnnd door den burgemeester ccn minder
juist beheer was gevoerd. Tevens bleek echter
dnt vele geruchten onjuist of overdreven wa
ren, zoodat deze tot hunne ware proporties
moesten worden teruggebracht.
Wel, aldus de wethouder, zijn er met gcld-
Iceningcn vreemde manipulaties gebeurd, doch
de gemeente heeft hierdoor geen financieel na
deel ondervonden, dnor dc burgemeester de be
drogen heeft teruggestort, zoonis wij trouwens
reeds meldden.
Onzo zegsman had do aangelegenheid in
openbare raadsvergadering tcr sprake! ge
bracht omdat het gebeurde ccn publick ge
heim geworden was, omdat de wildste geruch
ten do rondo deden, die tot hun ware gedonnte
moesten worden teruggebracht en hij bij Ged.
Staten niet voldoenden steun vond. Hij hoopte
dot thans ccn volledig accountants onderzoek
licht in deze zook zou werpen (iets waarop
hij reeds dikwijls, echter tevergeefs had aan
gedrongen). Dit zou volgens hem voor toido
partijen en niet in het minst voor den burge
meester zelf, die overigens aan dc bevolking
niet onsympathiek is, het beste zijn.
INBREKERS.
Een berucht tweetal voor de
Amstcrdomschc rechtbank.
Twee recidivisten dc 40-jarige H. J. F.
K., die indertijd ook wegens mededaderschap
aan dc inbraak bij Begeer veroordeeld werd,
^n de 30-jorige A. C van der S. hebben
Donderdag voor de Vierde Kamer der Rcchtb.
te Amsterdam terechtgestaan. K. ter zake van
poging to* diefstal in een vcrceniging met een
derde met behulp van een volschen sleutel cn
Van der S. wegens medeplichtigheid aan dezts
poging tot inbraak.
Rechercheurs hadden in den avond van 28
October ongemerkt ,dat K. op de stoep van
perceel Kalkmarkt no. TO waarin het kantoor
lokaal van de afdeeling Amsterdam van den
Centralcn Bond van TransDortnrbciders is ge
vestigd, in gebogen houding stond. Van dat
oogenblik nf besloten zij K. in het oog tc
houden Zij stelden zich verdekt op in een hou
ten loods en keken door een scheur in een
der planken naar wat cr gebeuren zou. Op
verschillende avonden zagen zij nu K. bij het
perceel verschijnen, vonk in gezelschop vnn
onderen. In den nacht van 5 op 6 November
zogen zij K., Von der S. cn H. bij het per
ceel.
Volgens de rechercheurs gingen K. en H.
het perceel binnen, terwijl Von der S. buiten
op den uitkijk bleef staan.
Alle drie werden gearresteerd. Op H. werd
ccn aantal inbrokerswerktuigen aangetroffen.
Deze persoon bleek ook in het bezit te zijn
geweest von ccn sleutel, waarvan een gedeelte
was afgebroken Het afgebroken gedeelte bleek
nog in het slot der deur te zitten. Dit af
breken van den sluetel is oorzook geweest, dot
den inbraak mislukte. De medeverdachte H.
is ontvlucht en stond dientengevolge thans niet
terecht.
De beide verdochten ontkenden.
Het O.Mmr. Van Arkcr, eischtc tegen K.
4ks jaar en tegen van der S. drfc joren ge
vangenisstraf.
Ik haat die wezens, die hecrcn zijn cn geen
Naai het Engclsch van
RAFAEL SABATÏNI.
Geautoriseerde vertaling van A T.
55
Zij trachtte op te staan, hem tc volgen, het
gezelschap van menschen op te zoeken, die
haar nog eenigc hulp konden geven en haar
lijden konden verzachten. Moor haar voeten
weigerden haar den dienst. Zij stond op, om
weder uitgeput neer te zinken. En nu wierp
zij zich voorover op dot rustbed, en weende
luid, totdat de brandende pijn in haar boist
sterker was dan zelfbeklag, en naar krimpend
von pijn neerwierp als op een pijnbank. Einde
lijk werd zij gelukkig bewusteloos.
En intusschen ging Holles werktuigelijk en
instinctmatig haastig dooi Sermon Lone in dc
richting vnn St. Paul's. Waarom hij dien weg
gekozen had in plaats van een anderen, had
hij niet kunnen zeggen. De straten waren ge
heel verinten, zelfs op dat vroege uur, want
het wns geen tijd dat de menschen gaarne
's avonds rondliepen en bovendien moesten,
volgens bevel van den Lord Mayor, alle her
bergen en publieke vermakelijkheden om negen
uur gesloten worden.
Zonder hoed of mantel, zijn ledige scheede
als een staart bij zijn beenen hangend, haastte
hij zich verder, half krankzinnig, maar met
een vaag begrip van zijn doel en niet van de
richting waarin het het gemakkelijkst te berei
ken zou zijn. Toen hij Carter Lone naderde,
kwam een lantaarn, flikkerend als een dwaal
lichtje om den hoek hem tegemoet, en weldra
werd de donkere omtrek van een man, die haar
droeg, zichtbaar. Deze man liep met behulp
van een staf die dichterbij in het licht der lan
taarn rood bleek te zijn. Met een kreet van
verlichting snelde Holles naar hem toe.
„Blijf op een afstand, heer I Blijf op een af
stond," waarschuwde ccn stom hem uit de duis
ternis „Pas op de besmetting."
Maar Holles ging vastberaden voort, totdat
de lange, roode stof opgeheven en naar hem
tocgericht werd, om zijn naderkomen tegen te
houden.
„Zijt ge krankzinnig, heer," riep dc man
scherp. Holles zag nu den blecken omtrek van
zijn gezicht, dat door den broeden rund van
zijn punthoed bijna geheel in de schaduw was
gebleven. „Ik ben onderzoeker van besmette
huizen."
„Dat is, wat *ik hoopte," hijgde Holler,
„dut zoo iets uw ambt was. Ik heb ec-n dokter
noodig man, spoedig, voor iemand, die door
pest aangetast is.
Dc houding- van den onderzocljcr werd da-
dclijk levendig.
„Waar" vroeg hij. (i
„Hier dicht bij, in Knight Ryder Street."
„Nu, don moet ge dokter Beamish, daar op
den hoek hebben. Kom mee.
En zoo gebeurde het, dot uit den slaap die
gevolgd was op de bezwijming, welke zoo ge
nadig over hoor was gekomen, Nancy gewekt
werd door den klank van voetstappen en stem
men. Zooals zij log, kon zij de deur van de ka
mer zien En als door mistige golven, die voor
haar oogen rolden, zog zij de lange gestalte
van kolonel Holles binnenkomen gevolgd door
twee vreemdelingen. Een van deze was een
kleine nietige mon vnn middelbaren leeftijd*
de andere was jong, breed en met ccn rond
gezicht. Beiden waren in het zwart gekleed, en
ieder droeg den rooden staf, zooals de vet dat
voorschreef.
Do jongste man, die dc onderzoeker was,
welken Holles in Sermon Lone ontmoet had,
kwom niet verder don den drempel. Hij hield
vlak voor zijn neusgaten een doek, die sterk
naar azijn rook, en ondertusschcn waren zijn
kaken hevig in beweging, want hij kauwde op
oen stuk scncgawortcl, als eon andere maatre
gel tegen do besmetting. Intusschen ging zijn
metgezel welke diezelfde dokter Beamish was,,
die hij aanbevolen had, naar de patiente en
stelde een vlug, ervaren en zwijgend onderzoek
in.
Zij onderging het in stilte, want zij was te
zeer versuft, om veel te denken aan o* tc ge
ven om wat er met haar gebeurde.
De dokter hield haar pnls een oogenblik in
zijn beenigc hand. Doorna onderzocht hij nauw
keurig den buil aan haar hals. Eindelijk hief
hij de armen, den eon na den ander op, terwijl
Hollrs, op zijn verzoek, den kandelaar ophield,
zoodot er licht in den oksel viel Een kreet ont
snapte hem, toer. hij in den rechteroksel een
gezwel ontdekte.
„Dit is buitengewoon gauw," zei hij. „Het
is zelden vóór den derden dag, dat zich zoo
iets openbaart
Met zijn voorvinger onderzocht hir de vast
heid van dat gezwel, waardoor zij scherpe ste
ken in haar gcheele lichaam voelde, zooals het
haar toescheen. Hij liet den arm weer zakken,
en richtte zich op, terwijl hij haar een oogen
blik met saamgetrokken lippen cn peinzende
oogen aankeek.
Naast hem zei Holles met klankloozc stem
„Beteekcnt het dat er geen hoop meer
voor haar is
De dokter keek hem non.
„Dum vivemus, spcremus," zei hij. „Haar
geval behoeft niet hopeloozer dan dnt van een
ander te zijn. Er hangt zeer veel nf van do
kracht, waarmede de ziekte bestreden wordt
Hij zng dc oogen van Holles schitteren, als
of deze bij zich zelf den eed aflegde, dot als
het een quaestic van strijd was, hij dien zou
aanbinden. Hij zou de pest even vurig voor
haar bestrijden als hij hot Buckingham gedaan
had. Deze plotselinge verandering waarnemend,
meende de dokter, dat bet mcnschliev.—id was,
erbij te voegen, opdat de man zich niet met
valsche verwachtingen zou vleien s
„Daar hangt veel van af. Maar meer of
eigenlijk alles van God, mijn vriend." Hij
sprak tot Holles als tot een echtgenoot, want
hij meende, dat dit de betrekking was waarin
hij tot de zieke dame stond. „Als dat gezwel tot
cttering komt. is herstel mogelijk. Moer kan ik
niet zeggen. Oni die cttering te verkriigen, kon
(indeloozc zorg en onvermoeide arbeid noodig
zijn
„Daar kan zij op rek^nep," zei Holles.
Dc dokter knikte. „Verpleegsters," voegde
hij cr langzaam bij, „zijn schaarsch cn moeilijk
te verkrijgen. Ik zul mijn best doen, er u zoo
gouw mogelijk een te bezorgen. Tot zoo lang
moet gij het geheel alleen doen."
„Ik ben bereid"
„En in ieder geval, staat de wet u niet toe,
dit huis te verloten, totdat gij een bewijs van
gezondheid kunt krijgen wat eerst afgege
ven kan worden een maand na haar herstel
ofHij hield op, cn noemde de ondere
mogelijkheid niet, maar voegde er haastig bij:
„Dut is de wijze voorzorg van Sir John Law
rence, om de verspreiding der ziekte tegen te
gaan."
„Ik ben daar var. op dc hoogte en van mijn
toestand ook," zei Holles.
„Des te beter, dan. En nu, mijn vriend, is er
geen tijd te verliezen. Spoed met het toedienen
van geneesmiddelen is dikwijls olies. Zij moet
zoo spoedig mogelijk tot vrij cn veel zweetcn
komen, en daarvoor moet zij zonder uitstel naar
bed gebracht worden. Zoo haar leven gered
zal worden, moet ge dadelijk aan het werk
gaan."
„Zeg mij slechts, wat ik doen moet, mijn
heer."
„Dat niet alleen, ik heb ook meegebracht
alles, wat gc zult noodig hebben."
Hij haalde een dik pak uit zijn zak, en wenk
te Holles noar de tafel, opende het door en
somde al de kleinere pakjes op, die het bevotte
cn de bedoeling van elk.
„H:er is een prikkelende zalf, waarmede go
het gezwel in den oksel alle twee uren moet
wrijven. Daarna moet ge er een pap opleggen
van malve, lijnzaad en palmolie Hier is tegen
gif, waarvan ge een dosis als geneesmiddel
zult toedienen, en twee uren daarna moet gc
haar een kandeel drank van Conarischen wijn
en geest van zwavel geven. De geest van zwa
vel is hier. Maak een vuur van zeekolen in
haar kamer, on^ stapel alle beschikbare dekens
op haar, zoodat zij zooveel mogelijk van het
vergift uitzwcetcn lean." -
(Wordt vervolgd).