TWEEDE BLAD.
BINNENLAND.
HEERENKLEEDING naar Maal
FEUILLETON.
De Geheimzinnige Talisman.
KOLONIËN.
25e laargang Ko. 220 AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander»
Oost-lrdië.
OLIEFABRIEK AFGEBRAND.
Sibolga, 15 Maart (Anetn). De olicFa-
briek en houtzagerij van den Chinees Lim
Honk Tek zijn afgebrand. De schade bdraagt
J 50000
COMMUNISTISCHE PROPAGANDA IN EEN
GEVANGENIS.
Batavia, 15 Maart (Aneta.) Het Bat.
Nieuwsblad weet te melden, dat in de gevan
genis te Glcdok een uitgebreide organisatie
voor communistische propaganda ontdekt is
DE ONLUSTEN OP SUMATRA.
P a d a-n g, 15 Maart. (Ancta) De Suma-
irabcde meldt, in een beschouwing over de
terreur in de OmmelnnHon en de gebeurtenis
sen te Siloengkar.g dat het thans vostsaat, dat
er overleg gepleegd is tusschen de oanstokers
ei. do communistische leiding op Java.
MISPREZEN GRATIE.
Batavia, 15 Maart (Aneto.) De meeste
bladen zijn teleurgesteld door het verleenen
r an gratie aan de moordenaars van den agent
Karet. Gevreesd wordt voor de consequenties
van do graticering op de inlondsche bevolking
VERDUISTERING.
Batavia, 15 Maart. (Anela). Dc boek
houder van de Ijsfabriek „Petodjo", de heer
Fbcunis, te Batavia, is te Melang gearresteerd
wegens verduistering.
UIT DE STAATSCOURANT.
Bevorderd tot officier der Oranje-Nossau-
orde I. S. Morpurg, lid van den raad van be
stuur cn waarnemend president van het hof
van ju«:itie in Suriname.
Toegekend de zilveren eere-medaille der
Oranje-Nassau-orde aan A. C. Hofman, sleep
bootkapitein bij de firma A. Bos Pzn. te Dor-
di echt.
AUDIENTIEN.
Dc audiëntie van den Minister van Water
staat zal a.s. Maandag 21 dezer niet plaats
hebben.
De gewone audiëntie van den Minister van
Koloniën zal op Vrijdag 18 Maart n.s. niet
plaats hebben.
HET NEDEP.LANDSCH-BELGISCHE
VERDRAG.
De Hoagsche correspondent van het Hbld.
vernam van iemand, die zeer goed op de
hoogte is van de stemming in de Eerste Ka
mer. dat op dit oogenblik 31 leden dier Kamet
tegen het verdrag zijn.
Aanrakingen tusschen Noord- en
Zuid-Nederland in 10 aphorismen.
No. 1. De Belgen wonnen den voetbalwed
strijd de Hollanders zullen den politieken
wedstrijd winnen.
No. 2 Nederland wil wel een tractaat, maar
vindt het voorgestelde geen tractatie.
No. 3 De Belgen waren Zondag sneller, in de
politiek wint de bezadigdheid.
No. 4 De kleinste mon van zaken weet, dat
een overeenkomst, waarbij niet beide partijen
voordeel hebben, ondeugdelijk is.
No. 5 Wij „huiveren" bij de gedachte dat
wij den voetbalwedstrijd te Amsterdam winnen
zouden, nadat wij onze politieke fierheid had
den verloren.
No. 6 Beter een goede Eerste Kamer, dan
een eerste voetbal-elftal
No. 7 Niemand grave zijn eigen graf, wel
ieder zijn eigen kanalen.
No. 8. Als Antwerpen ontwerpt, wordt de
Rottestad licht een rotte stad.
No. 9. Als de Senaat niet goed delibereert,
gdnl het land viloren.
No. TO Wij aanvaarden „the glorious uncer
tainty of football" 0), maar zijn zeker van onz*
Eerste Kamer.
(1) roemruchte onzekerheid.
De tafelrede van burgemeester
Van Cauwclacrt.
Dc. correspondent tc Brussel der .V R. Ct I
meldt
Aon dc tafelrede van burgemeester Var»
Cauwelaert, tot dc voetballers te Antwerpen
gehouden, knoopen de Brusselsche Franscnc
binden geen beschouwingen vast. Do Antwerp-
schc Neptune, die er anders nis de kippen bij
is om dc verdedigers van het verdrug bi; tc
springen, vergenoegt zich thans met pi/blicatic
van een deel der rede van den Antwerpschen
burgemeester, maar de Vlaamsch-nationale
Schelde laat het daar niet bij en schrijft woor
delijk
Wi hebben een huivering" van schacmte
langs onze ruggegraat voelen kriewclen, toen
we den tekst van sinjoren over den man, die
Antwerpen's burgemeester is. schacmte als
Vlamingen over den man, die zich door niet
beter wetenden nog wel eens voor leider van
de Vlaamsche beweging laat doorgaan.
Verder zegt hetzelfde blad dot burgemees-
»er Van Cauwclacrt de Ncderlondsche bezoe
kers en vooral de Nederlondsche voetballers in
een hinderlaag heeft gelokt Het stelt de vraag,
hocvelen onder dc aanzittende Nederlanders
wel aan den fcestdisch zouden zijn verschenen,
indien zij geweten hadden, wat hen daar te
wachten stond, en het besluit zijn commentaar
met de woordenZiedaar ook een blunder
méér op het actief van Van Cauwclacrt, een
blunder, woarvoor wc de verklaring niet ver
zullen moeten zoeken, een blunder, waarvoor,
zooals voor al zijn andere blunders, maar één
verklaring bestaatbevel uit Brussel.
Intusschen heeft het Woalsche Kamerlid
Branquart, naar aanleiding van het feit^dat de
.ede van den Antwerpschen burgemeester al
leen in het Nederlandsch aan Bclga werd over
gemaakt van welke rede de Brusselscho
Standaard nog durft zeggen, dat ze heelcmaal
in het teeken stond van de Groot-Nederland-
sche verbroedering, die het beste doet ver
hopen van een bekrachtiging van het hangen
de tractaat een verzoek om een interpella
tie in de Kamer ingediend, zoodat ook daar
het ontstemmende betoog van burgemeester
Van Cauwelacrt nog een staartje zal hebben
Protest van Burgemeester van
Couwelacrt tegen de interpretatie
van Prof. Gcrretson inzake de
Schelde-rescrve.
De burgemeester van Antwerpen, de heer
van Cauwelaert, heeft het volgende telegram
gezonden aan de Belgische legatie te 's Gra-
venhage:
„Professor Gerrctson citeert buiten mijn
voorweten uit een vertrouwelijk schrijven van
mij aan derden persoon dato 27 October 1026
volgende zinsnede: „Scheldereserve heeft zelfde
bcteckenis als deze, welke werd geuit betref
fende de Wielingen en leidt daaruit af dat
België ook naar mijn oordeel het souvercini-
teitsrecht van Nederland op Schelde blijft be
twisten en dat achter bedoelde reserve ge
heime doeleinden verscholen blijven.
Ik teeken verzet aan, niet zoozeer tegen on-
eeoorloofd gebruik van een schrijven, dot, ge
zien zijn vertrouwelijke bestemming, vluchtig
werd gesteld, maar tegen verdraaiing van de
bcteckenis van een zin, welks verband de door
professor Gerrctson gegeven interpretatie uit
sluit.
De vergelijking met de Wielingenreserve
sloeg enkel op een vormelijke zijde van het
vraagstuk op procedure niet op den
grond zelf van de reserve. Op geciteerde zin
snede volgde immers onmiddellijk: „Deze re
serve beteckcnt alleen, dot België de vraag om
trent doorvaart van Belgische oorlogsschepen
nog kan ter sprake brengen, zonder dot men
dit land beschuldigen kan te handelen in strijd
met het verdrag; geenszins echter, dat België
eigenmachtig het recht zou hebber om Neder
land te dwingen afstand te doen van zijn eigen
opvatting en te beletten ernaar te handelen.
En de aangehaalde zinsnede was voorafgegaan
door een uitdrukkelijke bevestiging, dat de Ne-
derlandsrho souvereiniteit op de Schelde pre
cies bleef wat ze was onder het verdrag van
1839 en dot zoowel minister Vandcrveldc als
ik zelf accoord gingen met minister van Karne-
beek, dat aan den bestaanden toestand door de
gemaakte reserve niets veranderd was.
Men begriipe dus mijn verbazing tegenover
de eigenaardige wijze van polemiseeren, waar
aan prof. Gerrctson zich te buiten gaat.
Met dank van Cauwelaert, burgemeester
van Antwerpen."
P5TC' r "ïES
Van 1—4 regels 4.4)5, elke regel meer I
KlEEfWAKERIJ
fa. E. L. J. LAMBERTS
Amersfoort Groningen
IHrechfscho wen 3b. Tel. 587
Dc volledige tekst van den passus.
Na ontvangst van bovenstaande mededee-
lir.g, hebben wij ons aldus het Vad. tot
den ontvanger van den brief gericht. Hij heeft
ons een afschrift van den vollcdigcn passus
betreffende de Scheldereserve ter publicatio
afgestaan De lezers kunnen nu zelf oordcelcn
of er ook moor in 't minst sprake kan zijn van
„verdraaiing van de beteekenis van een zin.*"
Dc possus luidt:
„Wat gij schrijft over het gemis aan duide
lijkheid in het Belgisch standpunt omtrent de
souvereiniteit op de Schelde en het vaartrecht
der oorlogsschepen, verwondert me ccnigszina
no dc uiteenzetting, welke de heer Vondervelde
en ik-zelf hebben gegeven in onze gesproken
en geschreven behandeling van de zaak. De
souvereiniteit van Nederland op de Schelde
blijft precies wat ze was onder het verdrag van
T839. Dc positieve regelingen, welke getroffen
werden aangaande het beheer, zijn daarmee
niet in strijd en. waar de heer van Karnobeek
van oordeel is dot dc reserve van Belgische
zijde aangaande het gebruik van de Schelde
door Belgische oorlogsschepen niets verandert
aan den bestaanden toestond, hebben wij het
niet tegengesproken Deze reserve heeft dezelf
de beteekenis nis deze, welke werd geuit be
treffende de Wielingen Zij beteekent alleen
dat België deze vraag kan aanhangig maken
hetzij vóór een commissie van gemeenschap
pelijk overleg, hetzij vóór een internationale
rechtbank, zonder dal men dit land beschuldi
gen kon tc handelen in strijd met het Verdrag;
het beteekent echter geenszins dat België
eigenmachtig het recht zou hebben om Neder
land te dwingen afstand te doen van zijn eigen
opvatting en te beletten er naar tc handelen.
De kwestie van de Belgische oorlogsschepen
heeft echter practisch zoo weinig belang, dat
ze in mijn oogon den inkt niet verdient, dien
men er aan vermorst.
Kan het nog zijn nut hebben dat ik én minis
ter Vondervelde, na nl wot wy gezegd hebben,
daarover nog gingen verklaringen ten beste
geven, welke van Ncderlondsche officiccle zijde
niet worden gevraagd Ik geloof het niet."
MINISTER KAN OP DE ROTTER-
DAMSCHE VEEMARKT.
In verband met dc studiereis van Dr. BergeT,
directeur van den Vceartsenijkundigen Dienst
en dr. Lourens, directeuT der Rijks$eruminrich-
ting te Rotterdam, heeft de Minister van Bin-
ncnlandsche Zaken cn Landbouw besloten zich,
evenals hij dit ten opzichte van vele landbouw-
nongelegenheden reeds deed, persoonlijk op
dr hoogte te stellen "van den veehandel op
enkele der grootste veemarkten in ons land
Z-Exc heeft heden in gezelschap van dr Ber
ger dc Rotterdamsche veemarkt reeds bezocht
en zioh loten rondleiden door een commissie
uit den Nederlandschen Bond van Veehande
laren, welke commissie bestond uit den bonds
voorzitter, den heer A. Tromoetter, den alge-
mcenen secretaris, den heer J H. Akkermans,
den voorzitter der afdceling Zuid-Hollund, den
heer M. de Haas, cn den voorzitter der Rotfrr-
domsche Morktcommissie, den heer H. den
Hollander.
HET DEPARTEMENT VAN DEFENSIE.
(Hrl. Dgbl.)
Antwoord op vragen van het
Kamerlid Knottenbelt.
Op vragen van het lid van de Tweede Kamer
den heer Knottenbelt
T. Ligt het, gelijk in eenige persorganen is
medegedeeld, inderdaad in de bedoeling van
den minister met I Juli a.s. de afdcelingen
Personeel en Comptabiliteit van het Departe
ment van Marine te doen overgaan naar het
Departement van Oorlog
2. Zoo ja, acht de minister dan een zoo-
danigen overgang in overeenstemming met zijn
herhaalde nadrukkelijke verklaringen, dat hij
op de samenvoeging der beide militaire de
partementen in geen enkel opzicht, noch for
meel, noch feitelijk zou vooruitloopen
heeft de minister van marine geantwoord
Ad 1 De meo'cdeeling, in eenige pci sorgo-
nen verschenen, dat hot in de bedoeling zou
liggen, met 1 Juli aanstaande de afdcelingen
Personeel cn Comptabiliteit van het Depar
tement van Marine tc doen overgnon naar het
Departement van Oorlog, is in dezen vorm on
juist, zoonis blijkt uit hdt schrijven van 7
Maart j.lnfd. A. n°. 52, gericht aan den heer
voorzitter van de Tweede Kamer der Stoton-
Gcneraal, waarin meer uitvoerige beschouwin
gen aan deze materie zijn gewijd.
Ad 2'' Zoonis uit het vorenstaande blijkt,
is er geen sprake van, dnt zou worden .voor-
uitgeloopen op de samenvoeging der beide mi
litaire Departementen, voordot de Volksvcrtc-
genwoordging von hoor mecning ter zake heelt
doen blijken.
RICHTEN VAN ZEEGESCHUT.
Een Ncderlondsche uilvinding.
Naar het Dogblnd van Rotterdam vcmccml,
zou op dc werf in beheer van do firma Vlcssing
te Rotterdam een belangrijke uitvinding zijn
gedaan inzake het richten van geschut ann
boord von zeeschepen Tot het uitwerken von
deze uitvinding heeft dc Kon. Nederl. Marine
een proefkonon nfgestonn.
Met de nieuwe richtmethode hoopt men het
mogelijk tc maken, dot noch het slingeren, noch
het stompen van het schip invloed heeft op de
richting van het geschut, waardoor dc tref
zekerheid belangrijk zou worden verhoogd.
Binnenkort zullen aan boord van een Neder
landsch marine-vaartuig op open zee proefne
mingen worden gedaan met deze uitvinding,
d?e reeds zooveel belangstelling geniet, dat do
Amcrikonnschc militaire attaché aan het ge
zantschap in Den Haag aan het departement
van marine toestemming heeft gevraagd deze
procfdemonstrntic mee tc mogen maken.
DE KUSTWACHT TE LEIDEN.
Men meldt ons uit Leiden
Naar ons van officiccle zijde wordt mede
gedeeld, zal de marine-kustwacht te Leiden
den 26cn April naar Amsterdam worden over
geplaatst.
DE DRIE BESTELLINGENDIENST BIJ DC
POSTERIJEN.
Een onderzoek in het buitenland.
Het Hoofdbestuur van den Centrolen Neder
landschen Ambtennarsbond besloot eenige
weken geleden, door bestuurders der organi
satie een onderzoek te doen instellen in het
buitenland naar de werking von de dric-bc-
stellingen-dienst bij de posterijen nldnnr.
Manndog j.l. is een delegatie van viif per
senen naar Düsscldorf vertrekken, t.w. de
heeren Waterberg en Ter Laan, bezoldigde
bestuurders. Kuiler, voorzitter, en Van Es en
Schipperiin, leden van drtn Groensraod P T T
personeel van den C N. A B Na Dü«=sc1dorf
zal een bezoek worden gebracht aan Keulen,
Brussel cn Antwerpen.
De delegatie zal zich ter plaatse behalve
met de vakorganisatie van het betrokken per
soneel ook in verbinding stellen met dc pos-
♦nle autoriteiten, wourtoe de Directie van het
Staatsbedrijf der P T. T. welwillend haar in-
termedioir verleende.
DE VEÏLIGEID BIJ DE SPOORWEGEN.
Dc vokvcrcenigingen en de
deskundige Commissie.
Dooi den heer Van Braambeek zijn aan den
Minister van Waterstaat dc volgende vragen
gesteld
1. Is de Minister von Waterstoet bereid
thans uitvoering te geven zooals door Zijn
Excellentie in de Kamer-vergadering von 9
Dec 1926 is toegezegd aon dc op 10 De
cember 1926 zonder hoofdelijke stemming
door de Kamer aangenomen motie, luidende
als volgt
„De Kamer, van oordeel, dat een grondig
onderzoek naar den algemeenen veiligheids-
toestand bij dc Nederlandsche spoorwegen
door een deskundige commissie, waarin ook dc
vakverecnigingen zijn vertegenwoordigd, gc-
wenscht is, gaat over tot de orde von den
dog"
2. Zoo ja, acht de Minister dan nog den tijd
niet gekomen om tot deze uitvoering over tc
gaan
3. Indien het antwoord op vroag 2 ontken
nend luidt, wil de Minister don uiteenzetten,
waarom niet, en wanneer zulks dan wel zal
plaats hebben
DE TEWERKSTELLING IN DRENTE
Het loon der werkloozcn uit
Holland.
Door mevr. Bakker— Nort zijn uu.\ den Mi
nister von Binncnlondschc Zaken cn Landbouw
dc volgende vragen gesteld
Is het waar, dot het in dc bedoeling ligt,
aan de werkloozcn uit den Haag, Rotterdam
cn Amsterdam, die in Drcnto te werk gesteld
?ullen worden, noost den toeslag, die hun van
gemeentewege zal worden verstrekt, hetzelfde
loon uit te keeren als aan de Drcntsche werk
loozcn, die bij de Rijkswerkvcrschnffing fn
Drente werkzaom zijn. zoodat deze Hollnndschc
wcrkloozen ruim f 30 per week zullen verdie
nen voor gclijksoortigen arbeid, waarvoor de
Drentschc werkloozcn ZT5 h 16 per weck vci-
dicncn
En ocht dc Minister het niet ongcwonschr,
dnt oan verschillende categorieën arbeiders
voor hetzelfde werk ongelijk loon wordt uit
gekeerd
BARON GEVERS.
Duitschc woerdccring bij zijn
vertrek
In de Berliner Zeitung om Mittag wijdt Di
plomaticus hartelijke woorden uan baion Ge
vers. die Berlijn verlaat no door 21 joor lang
dc functie von Nederlandsch gezant te hebben
bekleed. Diplomaticus herinnert oan de vele
bewijzen van sympathie, die baron Gevers
verleden jaar heeft ontvangen bij het vieren
van zijn 20-jorig jubileum als vertegenwoor
diger van de Ncderlondsche rewermg bij het
Duitschc Rijk en na een overzicht tc hebben
gegeven van de loopbonn van baron Gevers
schrijft Diplomaticus „Dc Nederlanders heb
ben dank zij de octivitcit van boron Gevers
op drie belangrijke momenten bet Duitsche
Rijk bewijzen von moed gegeven, van politie
ken moed, toen zij in den wereldoorlog hun
neutraliteit handhaafden, van moreelen moed
in dc aangelegenheid van het verblijf ven der.
keizer en den kroonprins in hun lond en van
cconomischen moed toen zij een rrcdict van
200 millioen gulden ter beschikking stelden,
aldus hun vertrouwen uitsprekend in het Duit
sche bedrijfsleven
Diplomaticus wijdt nog uit over de rol, die
barones en baron Gevers in Berlijn in diplo-
matieke kringen hebben gespeeld en zegt ten
slotte, dat men hen beiden met leedwezen uit
Berlijn zal zien heengaan.
GRAAF ALBERT APPONYI
NAAR NEDERLAND.
Lezingen over het Hongoorschc
staatswezen.
Op uitnoodiging vnn de Verceniging Neder-
lnnd-Hongnriic zal de Hongaarsche stuatsman
grnof Albert Apponyi naar Nederland komen
om lezingen tc houden over de ontwikkeling
van het Hongaarsche stootswezen
Gelijk men zich herinneren zal, was het be
zoek van graaf Apponyi reeds in November
voorbereid, toen dc verkiezingen in Hongarije,
die vroeger werden uitgeschreven don verwacht
werd, hem beletten de reis naar Nederland tc
ondernemen.
Thans heeft hij zich opnieuw bereid ver
klaard ons land te bezoeken tot het houden
van dc lezingen. Zijn komst is in dc eerste
helft van April te verwachten.
H. OVERST.f
Lid Amst. Gemeenteraad.
In het Ned. Isr. Ziekenhuis te Amsterdam is
op 44-jarigen leeftijd overleden de heer H.
Ovcrst. lid van den gemeenteraad cn secie-
toris van de afdceling Amsterdam van den
Centrolen Bond von Transportarbeiders.
PROVINCIALE STATEN VAN FRIESLAND.
Een nieuwe griffier benoemd.
In de heden gehouden winterzitting der Sta
ten van Friesland is met 27 slemmen tot grif
fier benoemd de heer dr J. C. Tjessings,
hoofdcommies, chef der 2e ofdeeling der Pro-
virriale Griffie tc Leeuwarden.
Op dr. F. J. A. Huart werden 22 stemmen
uitgebracht.
g" - -
Laat bet streven naar een ideaal niet ver
oordeeld worden enkel omdat het onbereik
baar is.
noar het Engelsch von
E. P. BENSON.
3-2
„IV moet u nog even iets vragen," reide hij,
„is uw dokter heusch een bekende, knappe
dokter U weet wel, dat ik u gezegd heb, dot
v. een specialiteit moest raadplegen Hoe heet
hij
„Dr Godfrey," zeidc mr. Frnncis, „hij woont
in de Hall Moor. Street 32 Hij is een uitste
kend dokter Ik heb hem nl gekend toen hij
nog een jongen was."
HOOFDSTUK XII.
Dc ontmoeting in het bosch.
De twee dames zouden den volgden dag
tegen het thucuur komen en naarmate het uu*
naderde, werd Hany hoe langer hoe onrusti
ger. Hij kon niet blijven zitten, niet staan, nie*
lezen; als hij één bladzijde gelezen had, zon
der er zelfs een woord van begrepen te heb
ben, ging hij met een onnoodige boodschap
noar de eetkamer, was dan weer vergeten
waarom hij ging cn keerde dan weer met de
zelfde haast naar zijp boek terug Dan be
dacht hij zich opeens, dat hit dc tafel in het
midden van de kamer gedekt wilde hebben,
niet, zooals zij dat gewoonlijk deden, voor een
van de ramen geschoven en dat er in het
midden een plaats moest openblijven voor den
Talisman. Weer ging hij naar de eetkamer
toedaar stond de tafel al in het midden van
de kamer en in het midden van de tafel was
een plaats opengelaten, voor den Talisman,
want hij had Templeton wel al twintig maal
dezelfde aanwijzingen gegeven, wat precies
twintig maal te veel was. Harry gedroeg zich
inderdaad a's dc mannetjesmusch in den paar
tijd, zich deftig makend voor zijn dame, iets
dat bij instinct aan alle jonge mannelijke we
zens eigen is. Maar nu waren er weer niet ge
noeg bloemen er moesten meer bloemen zijn
en minder zilver. Zilver stond niet bij dat
schitterende middenstuk en hoe zou dot mid
denstuk v/eer in de schauduw staan, docht hij
bij zichzelf, bij haar, die daar aan tafel zou
gezeten zijn.
Na deze aanwijzingen gegeven te hebben,
ging hij weer naar de hall terug, waar de thee
was klaargezet. Mr. Francis was buiten op hei
grasveld Men kon zijn grooten gelen Panama
hoed zien als een groote lichte bloem onder
de boomen. De ramen stonden alle open en
het zachte gegons van- den wormen middag
drong slaperig naar binnen. Opeens over
stemde een voller toon, steeds aangroeiend,
deze geluiden Het grint knarste onder de snel
rijdende wielen en het volgende oogenb'ik
stor 1 hij rijtuig stil voor de dein Bij het zien
van het meisje vergat Harry al zijn Mortha-
arhtige zorgen, het zilver, don stand van de
tafel, hier was het beste deel.
„Welkom." zeide hij, „welkom, welkom," en
hij hield de hand van het meisje langer in
de zijne, dan dat een vreemdeling zou doen
cn zii werd niet teruggetrokken. Haar wangen
waren wat hooger rood gekleurd, haar oogen
ontmoetten de zijne, toen sloeg zij ze neer.
„Dus u bent niet gebleven om Lord Oxted
gezelschop te houden vroeg hij, „ik be
klaag hem. Hoe gaat het u. Lady Oxted
„Dacht u dat ik het doen zou vroeg Evie
„Neen, ik was er zeker van, dat u het nie*
doen zoudt," zeidc Harry, met een zekerheid
die vrouwen graag hooren, „maar komt u bin
nen, de thee staat klaar".
„En ik ben ook klaar".
„Dit is de hall", vervolgde Harry, terwijl zij
naar binnen gingen, „waar wij letterlijk in le
ven. Maar als u liever wilt, kunnen wij deftig
doen en in de salon gaan zitten. Dien heb ik
in orde laten maken. Maar loten wij maar lie
ver hier blijven. Zoudt u thee willen schenken.
Lady Oxted
Lady Oxted maakte een haastige inventaris
op van dc gobelins en de portretten.
„Ik drink nog liever thee in een koestol,*
merkte zij daarna op.
Een oogenblik later kwam mr. Francis, met
zijn, als gewoonlijk, vluggen stap binnen, met
zijn grooten hoed in de hond.
„Wat is het lang geleden. Lady Oxted, sinds
wij elkaar gezien hebben 1" zeide hij, „het ver
heugt mij zeer u hier te zien
„Miss Aylwin oom Francis," stelde Harry
heel eenvoudig voor.
Dc oude man keerde zich snel om.
„O, mijn lieve miss Alywin," zeide hij, „mijn
'ieve miss Aylwin." En zij gaven elkaar de'
hand.
Harry slaakte een zucht van verlichting
Sinds zijn oom nu veertien dagen geleden dien
aanval had gehad, had hij ernstig tegen deze
ontmoeting opgezien. Maar nu bleek het, dat
hij zich onnoodig had ongerust gemaakt. Niets
had eenvoudiger en meer natuurlijk kunnen
zijn dan het optreden van mr. Franciscn
toch was de warmte, waarmee hij haar hand
drukte, de keus van zijn woorden, die intie
mer waren, dan waarmee men een vreemde
ling zou verwelkomen, zoo uitstekend gekozer.
als keuze eigenlijk geen slecht gekozer.
woord was voor zulk een ongekunstelde be
groeting, even het verleden ophalend, om het
daarna voor goed uit te wisschen. De ontmoe
ting was, als het ware, een tooneel van ver
zoening tusschen twee personen, die clkandei
nooit gezien hadden, en tusschen wie de oor
zaak van de hun door anderen aangedane ver
vreemding nooit zou genoemd worden of zelfs
in hun gedachten meer zou opkomen; en de
woorden van mr Francis kwamen Harry voor
als zoo bijzonder gelukkig gekozen.
De oude man ging bij Lady Oxted zitten
„Dit is een groote gebeurtenis," zeidc hij,
„en Harry cn ik hebben heel wat gepraktizeerd
hoe wij het huis zouden verwarmen. Maor het
weer hielp mee er behoefde haast niet ge
stookt te worden hebben wij geen rtiooi weer
voor u besteld Harry zeide mij, dat miss Ayl
win hoopte, dat het een zonnige dag zou zijn.
En volgens mij, eenvoudige bewoner van het
noorden, geloof ik, dat hij niet kwaad geko
zen heeftmoor miss Aylwin is misschien te
veel gewend aan de Itoliaanschc warmte, om
onze povere nabootsing ervan op prijs te stel
len."
„Lord Vail wou het mij niet beloven," zeide
Evie, „of len minste hij beloofde mij niets van
het weer ik was al bang, dat hij het vergeten
zou."
„Maar ik heb het non mijn oom gezegd,"
zeide Harry „hij heeft er voor gezorgd, u moet
er hem voor bedanken."
Evie zat tegenover den schoorsteen en zij
had haar oogen niet af van het portret van
den ouden Francis, dat daar boven hing
Op het gezegdo van Harry, keerde zij zich
lachend tol mr. Francis, en had haar mond al
open om iets te zeggen Maar iets hield hoor
togen en zij zweeg, en Hnrry, die elke bewe
ring von haar gevolgd hod, en die mot do on
feilbare, junste intuïtie van een minnaar haar
gedachten raudde, geloofde, dat de merkwaar-
dige gelijkenis tusschen dc twee haar zoo zeei
getroffen had, dat zij er voor een oogenblik
geheel sprakeloos van was. Maar nog voordei
hem dit door het hoofd ging, antwoordde zij,
en zeide„ik dank u er heel hartelijk vooi
en hebt u voor ook voor goed weer gezorgd
Terwijl zij sprak, keek zij door het open raam
naar den heerlijken zonneschijn, en Harry
stond op.
„Zullen wij niet eens naar buiten gaan X'
vroeg hij, „oom Francis zou anders eens den
ken, dat wij zijn prochtwcer niet op prijs stel
den, als wij aldoor maar binnen bleven."
Evie stond 'nu ook op.
„Ja, laten wij nu dadelijk naar buiten gaan,"
zeide zij, „maar dan moet ik even een anderen
hoed opzetten. Ik ben nu niet in Londen en
deze hoed is op en top Londensch. O, Lord
Vail, ik zou aldoor wel naar dat porti et willen
kijken, maor ik zal het niet doen ik zal niet
egoist zijn, want ik ben zeker, dot dot daar
in Hen hoek de Talisman is."
Zij hield honr honden voor hoor oogen om
te voorkomen, dat zij nog eens bij toeval een
blik op het schilderij zou slaan
„Wilt u mij cwen den weg wijzen?" vroeg
zij, „dan kom ik dodelijk weer beneden
Harry bracht haar de breede trap op, die
door een bovenlicht verlicht v/erd en die ver
scheidene bochten maakte
(Wordt vervolgd.)