as. ja.rgang wo. 269AMERSFQORTSCH DAGBLAD „DE EEMLANDER"
WILLEM GROENHUIZEN "--.lyg..-
Verfwaren - Schoonmaakartikelen
A. VAN DE WEG, Langestraat 23.
TWEEDE BLAD.
LIJST 10.
Goud-, Zilver en Uurwerken. Reparatieinrichti ng.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
De Geheimzinnige Talisman.
Zaterdag
14 Mei 1927
De Gemeenteraadsverkiezing.
H.
In ons eerste artikel (Amersf. Dagblad
van 7 Mei) hebben we 'het onae gezegd van
de „onafhankelijke candidaten en daarmee
hebben we het minst aangename van onze
taak achter den rug. Men meene toch niet.
dat wij het prettig vinden, personen te
moeten bestrijden. Integendeel, veel liever
zouden we er over gezwegen hebben. Maar
waar groote belangen op het spel staan zou
ebsoliuut negeer en onzerzijds een fout zijn
geweest. En dan vergete men niet, dat
leder, die zich op de publieke markt des
levens waagt en meent een woordje te moe
ten meespreken, zich aan critiek blootstelt
Wanneer wij dus minder vleiend hebben
geschreven over die personen, dan zoeke
men in de eerste plaats de schuld bij hen
zelf.
In de tweede plaats vinden wij het zelf
onaangenaam, omdat we het voeren van
negatieve propaganda niet de juiste achten.
Maar waar die personen zich aanbieden
zonder eenig program, zonder dat eigenlijk
Iemand weet hoe rij feitelijk staan ten op
zichte van richting en bestuur der ge
meentehuishouding, moesten we wel onze
waarschuwing tegen hen als persoon laten
hoor en, te meer daar het onze vaste over
tuiging is, dat hun persoonlijk gelief hebber
niet anders dan noodlottig kan zijn voor
een ridhtig gemeentebeheer. En thans ne
men we afscheid van dat peuterig gédöe
en komen we tot het meer positieve ge
deelte onzer taak, te zeggen wat we wel
willen.
Bij de vorige raadsverkiezing schreven
we, dat we de langzaam voortschrijdende
ontwikkeling der maatschappij wenschen te
volgen, niet als grondbeginsel, dat wetge
ving en regeeringsbeleid er op moeten ge
richt zijn, de maatschappelijke ontwikk e-
fevgsvoorwaard'en voor alles gelijk te maken.
En het nauwkeurig gadeslaan van het maat
schappelijk gebeuren heeft ons nog immer
gesterkt in de meening, dat daarin de richt
snoer ligt voor een gezond, evenwichtig
sociaal leven, dtat alleen steun biedt tegen
revolutionair en tegen reactionair drijven.
Nu is de inrichting van onze maatschappij
«oo, dat er nog maar al te veel menschen
zijn, die door stoffelijke afhankelijkheid in
him persoonlijke ontwikkeling worden gehin
derd. Er zijn maar ad te veel levensvatbare
kiemen en rijke elementen, die in den strijd
om het bestaan verloren gaan alleen doordat
rij economisch te zwak staan. En waar r.u
die positie van afhankelijkheid goeddeels
een gevolg is van onze wetgeving, meenen
wij, dat de wetgever te hulp moet komen om
die beletselen en hinderpalen voor de vrije
ontwikkeling uit den weg te ruimen, daar
mede wegnemende de bronnen van onte
vredenheid en verzet Maar al te zeer is
men nog geneigd dat „leunen op den wet
gever" en dat „plukken uit de staatsruif
te*n scherpste af te keuren- En een beroep
op het belastingbiljet doet benauwde zielen
daarmede dan maar al te gretig instemmen.
Maar dan vergeet men, dat de economisch
onafhankelijker, 4e bezitters, zonder den
Steun van den wetgever ook niet zouden
rijn gekomen, waar rij zich thans bevinden.
Reeds in 1874 werd daarop door mr. S. van
Houten geweren en schreef deze, dat eene
op vermindering der maatschappelijke on
gelijkheid gerichte politiek veel minder be
hoeft te streven naar middelen om gelijkheid
te deen ontstaan, den naar wegneming der
wettelijke oorzaken van de ongelijikheid.
Ter voorkoming van misverstand is het
misschien goed hier aanstonds bij te voegen,
dat dit streven naar gelijkheid der maat
schappelijke ontwikk el ingsvoorwaerden iets
enders is, <J<an het beoogen van gelijkheid
In stoffelijk bezit In een zijner geschriften
zegt mr. Merchant daarvan o.a.: ,,Die ge
lijkheid is onbereikbaar en elk streven naar
die gelijkheid a priori met onvruchtbaar
heid geslagen. En zoolang de menschen
menschen blijven, zal de samenleving door
den prikkel van de zorg voor eigen wel
vaart in beweging moeten blijven. Daar
mede is de stoffelijke gelijkheid volstrekt
onveree n-igbaar
Het gelijkmaken van de ontwikkelings-
voorwaarden wil, dat aiie krachten, welke in
het volk sluimeren, ook zullen kunnen op
bloeien en dat het bezit daarop van geen
invloed mag zijn. Dat kan niet anders dan
ten goede komen aan de volkskracht, en
wie deze ontwikkelt bouwt mede aan een
gezonde maatschappij.
Voor ons is dat het standpunt een er wel
begrepen democratie. Wij zien dus in de
democratie niet de overheersching van een
bepaalde klasse, in het bijzonder de arbei
dersklasse, maar de erkenning en waardee
ring van alle krachten, welke in het volk
leven en de bevordering har er ontwikk e-
ling.
Zoo opgevat vinden we de democratie
het zuiverst weer in den Vrijz. Dem. Bond
en de beginselen en hef werkprogram daar
van geven ook het best weer de taak, welke
wij aan den wetgever ter bevordering van
het door ons aangegeven standpunt wen
schen opgedragen te zien. Bepalen we ons
voor deze gelegenheid bij het „Program van
werkzaamheid op gemeentelijk gebied", dan
zien we dat daarin de volgende wenschen
word'en geuit*.
Als werkgeefster heeft de gemeente den
rechtstoestand te regelen van alle personen
in haar dienst, en wel met toepassing van
het zg. georganiseerd overleg.
Ondernemingen en inrichtingen van alge
meen nut dienen, wanneer rij een monojio-
listisch karakter dragen, wanneer zij in het
bijzonder strekken tot bevordering van ver
keer of wanneer de (belangen der gemeente
of der gemeentenaren het overigens wen-
sc'helijk maken, door de gemeente als eigen
bedrijf geëxploiteerd te worden.
Op het gebied van het onderwijs heeft
de gemeente te zorgen, dat er in voldoende
mate gelegenheid wordt gegeven het te ont
vangen, ook wat voorbereidend-, voortgezet
en nijverheidsonderwijs betreft. Voorts
worde van gemeentewege gezorgd voor het
onderwijs aan achterlijke kinderen. Voor de
gezondheid van het schoolkind dient ge
waakt door aanstelling van schoolartsen en
sohoolverpleegsters, het geven ven gelegen
heid tot baden, enz. Scboolvoeding en
•kleeding dient verstrekt te worden voor
zoover de behoefte daaraan blijkt te be
staan.
Ter 'bevordering van de volksontwikkeling
en de beschaving in meer algemeenen zin
richte de gemeente op of steune rij be
staande of op te richten openbare leeszalen
en bibliotheken.
Ten aanzien van het woningvraagstuk is
een krachtige uitvoering der Woningwet
noodzakelijk.
Met betrekking tot het armwezen dient
de gemeente, zoo een armenraad is inge
steld, dezen la*achtig te steunen, opdat daar
door meer samenwerking worde verkregen
tusschen de verschillende armbesturen en
meer kennis omtrent armenzorg en armoede,
welke tot meer eenheid van handelen, aan
vulling van leemten en verdere verbeterin
gen kunnen leiden; waar geen armenraad
bestaat, bevordere de gemeente die samen
werking zelve.
In het 'belang der arbeidsbemiddeling en
ter voorkoming of bestrijding van werkloos
heid moeten van gemeentewege arbeids
beurzen worden opgericht.
Ter verbetering der arbeidstoestanden van
den middenstand make de gemeente veror
deningen tot vervroegde winkelsluiting en
Zondagssluiting.
Ziehier m 't kort het program der vrijz.-
dem. partij, dat naar wij hopen instemming
zal vinden 'bij vele kiezers en dat deze daar
van zullen doen blijken door hun stem uit
te brengen op
RECLAMES.
Van 1—4 regels 4.05, elke regel meer 1.—
UIT DE STAATSCOURANT.
benoemd tot rechter-plaatsvervangcr in de
rechtbank te Haarlem mr. A. D. van Regtcren
Altena. kontonrechter-plaatsvervanger te Me-
dcmblik, wonende tc Heilo;
idem te Utrecht mr. J. J. Wijnstroom, advo
caat te Amsterdam;
tot kantonrechter-plaatsvervanger te Bergum
J. Pecreboom, notaris te Buitenpost;
tot directeur van het Huis van Bewaring:
te Dordrecht J. van der Meulen, directeur
vnn het Huis van Bewaring te Winschoten;
te Alkmaar H. Bischoff, commies ter directie
van het Huis van Bewaring te 's Gravenhage;
olphabetische aanbevelingslijst voor kanton
rechter te Emmen:
mrs. A. M. J. de Jager, F. Ligtenbcrg en
S. R. Wolthers, allen griffier bij het kantonge
recht, respectievelijk te Almemlo, Maastricht
en Assen;
benoemd tot vertegenwoordigers der Neder-
landsche Regeering op het in 1927 te Washing
ton te houden eerste internationaal congres
voor bodemkunde: To. ten deele buiten bzwaar
der 's Rijks schatkist dr. D. J. Hissink, directeur
van het bodemkimdig instituut te Groningen en
plaatsvervangend voorzitter en algemeen secre
taris voor de internationale bodemkundige ver-
ceniging; 2o. buiten bezwaar der 's Rijks schat
kist ir. J. G. Bijl, ingenieur van den Haarlem
mermeerpolder en lid van de technische com
missie der vereeniging van Noord-Hollandsche
waterschappen te Hoofddorp; 3o. buiten be
zwaar der 's Rijks schatkist dr. F. C. Gerretsen,
dirocteur der vierde afdeeling voor het Rijks-
landboupwproefstation te Groningen.
OL/MPISCH NrEUWS.
Eerste steenlegging Stadion.
Z. K. H. Prins Hendrik der Nederlanden heeft
zich bereid verklaard Donderdag 19 Mei a.s.,
des voormiddags 10J^ uur, de eerste steen tc
leggen voor het Olympisch Stadion.
AUDIËNTIES.
De gewone audiëntie van den Minister van
Onderwijs, Kunsten en Wetenschappen zal op
Maandag 16 Mei e.k. niet plaats hebben.
MARINE-OVERPLAATSINGEN.
Bij beschikking van den Minister van Ma
rine a.i. is de luitenant ter zee der le klasse
F. W. Coster, eerste-officier van de onderzee-
dienstkazernc te Willemsoord, met den 22cn
Juni u.s. ter beschikking gesteld en is die be
trekking met dcnzelfden datum opgedra
gen aan den luitenant ter zee der le klasse
W. K. Maurits is de officier van den marine-
stoomvaartdienst der Te klasse W. Dollekamp
den 30en Mei a.s. geplaatst bij het vliegkamp
..de Kooy."
BETREKKINGEN BIJ B. O. W. TN
NED. INDIE.
Bij den dienst der burgerlijke openbare wer
ken in Nederlandsch-Indië kunnen twee aan
de Technische Hoogeschool te Delft gediplo
meerde bouwkundige ingenieurs, die als zoo
danig minstens 4 jaren werkzaam zijn ge
weest, benoemd worden tot ingenieur 3e klas
se met een tijdelijk dienstverband voor 5 jaar.
Nadere bizonderheden bevat de Staatscourant
van IT Mei 1927 no. 91; inlichtingen ver
strekt de 9e afdeeling, onderofdc-cling A. B.,
van het departement van koloniën.
DE PRAKTIJK VAN ONS REHTSWEZEN.
Het procedeeren is ge
werden een dobbelspel".
In een Donderdagavond in het Zuid-Holl.
Koffiehuis te 's-Gravenhage gehouden bijeen
Wie zich zeiven zoekt, vindt niets dan zijn
krm eigen-ik.
naar het Engelsch van
E P. BENSON.
HOOFDSTUK XXIV.
Jim gaat naar bed.
Geoffrey sliep niettegenstaande, of misschien
dank zij al de angsten, die hij had doorstaan,
lang en tot laat in den morgen, het was reeds
over tienen toen hij half gekleed uit zijn
slaapkamer kwam, om te zien of er ook brie
ven waren.
Maar er was geen tijding, noch ven dr. Ar-
mytage, noch ven Lady Oxted, en geen nieuws
beteekende hier goed nieuws. Er waren dus
nog geen nieuwe verwikkelingen. Harry, dit
kon als zeker worden aangenomen, was veilig
op Oxted, mr. Francis was even zeker op
Vail, ofschoon de veiligheid van die zijde
maar heel tijdelijk was. Toch had Geoffrey
geen opgeruimd gelaateen gevoel van na
derend onheil drukte zwaar op hem en hij
set somber en gedrukt bij rijn ontbijt de cou-
lant te lezen, waarvan hij echter niets in zich
opnam, het had evengoed Chineesch kunnen
rijn. Zelfs hier in Londen, 't centrum van den
mist, werd men wel herinnerd aan de schoonc
schepping, want deze morgen was van een
heerlijke, uitgezochte schoonheid. Een goud
gele zonneschijn verspreidde zich over do stad
de lucht was doordrongen van de opwekkende
herfstgeuren Hoe duidelijk kon hij zich voor
steller. hoe het nu op Vail was Hoe bekend
en gemeenzaam was de herinnering aan die
ochtenden, waarop hij en Harry na het ont
bijt naar buiten gingen in de schitterende
frischheid van den pas begonnen dag, en waar
de zonneschijn buiten, met een vroolijk wel
kom, den zonneschijn binnen begroette. Het
meer log daar vlok en blinkend de visioenen
hadden de levendigheid van echte hallucina
ties op enkele plaatsen hing de nevel nog
glad en glanzend woren ook de grasvelden
een op parels g* lijkende lichtkrans bewoog
rich bij iedere beweging van het hoofd. Merels
liepen bedrijvig en fluitend over het gros, do
beuken waren goud in hun herfstdos, zelfs
van uit het grijze vierkante huis straalde er
een plechtige vroolijkheid. Toen hij daaraan
docht, welde er een verlongen, even bitter als
tronen, bij hem op. Nooit nvcer, zoo docht hij
zou het eigenaardige genot van die onbezorg
de dagen zijn deel zijndroefheid was over
hem gekomen, alsof er een invretend vergif
aan 't werken waseen engel van verwoes
ting had dit schoone tooneel met zijn vleugels
weggevaagdtusschen hem en Harry was een
slagboom van onverzoenlijke verwijdering op
gericht, en gelijk een reusachtige spin, die rijn
draden spon. God mag weten waar, of om
welke argelooze voetstappen te vangen, spon
mr. Francis zijn web voor alle uitgangen en
In elk daarvan zat hij, boosaardig en vergiftig.
Deze vage voorgevoelens en het knagende
van deze scheiding werden hem eindelijk te
machtig, hij nam zijn hoed, ging uit en liep
westwaarts, zonder een bepaald doel, maar al
leen trachtend deze twijfelingen te doen op
houden door het zien van vele menschelijke
gezichten. De menigte had gewoonlijk voor
hem een bijzondere aantrekkelijkheid, want
door zich te midden daarvan tc bevinden,
werden zijn eigen gedachten volkomen in
toom gehouden, daar dit schouwspel al zijn
aandacht in beslag nam. Maar dezen morgen
scheen dit gezonde voorschrift zelfs zijn in
vloed verloren te hebben, of wel de medicijn
was oud en krachteloos geworden; ook de
lucht was verdonkerd door gevleugelde ang
sten, die zich bij hem ophoopten, en vrecse-
lijke dingen beraamden. Maar toch was de
straat nog beter dan zijn eigen kamer en bij
na twee uur lang liep hij op en neer door de
drukke menigte; toen weer naar Orchard
street tcugkeerend, kwam hij in zijn eigen
eenzame kamer en opeens stond zijn hart stil,
want op tafel lag een telegram.
Een oogenblik bleef hij bij de deur staan,
alsof hij bang was er dichterbij te komen; toen
met één stap en één greep lag het rose pa
piertje open voor hem.
„Horry ZOo juist vertrokken naar Vail", zoo
luidde het, „hij reist over Londen; Sanders
heeft getelegrafeerd, dat zijn meester gevaar
lijk ziek is; hij moet dadelijk overkomen, in
dien hij hem nog zien wil. Meld dit terstond
aan dr. Armytage".
De schok werkte els vuur of als koud water,
en deed hem een oogenblik naar adem snak
ken, maar dwong hem daarna tot handelen.
Al zijn gepeins, het verdriet, de doffe, vage
angsten van den morgen waren allo verdwe
nen als een bliksemstraal in den zomer, tu
Geoffrey voelde, dat hij weer kracht kreeg
om te Kandelen. Terwijl hij naar WImpole
street reed, keek hij wanneer het telegram
komst, belegd door het „Bureau voor Arbitrage
en Rechtzaken", heeft mr. E. P. Mothon, Juri
disch raadsman van het Bureau, een lezing ge
houden over dc praktijk van ons rchtswezen.
Spr. betoogde, dat over geen instelling de al-
gemeonc ontevredenheid zoo groot en zoo ge
rechtvaardigd is als over onze huidige recht
spraak. Hij gaf daarbij een uiteenzetting van
de totstadkoming en inrichting van ons rechts
wezen en onze rechtspraak.
De zakenwereld, ja bijne alle rechtzoekendeii
rijn, volgens spr., tot de conclusie gekomen,
dat ons recht verouderd, onpractisch en onvol
ledig is en bovendien geweldig duur en on
zeker. Geen advocaat of rechtsgeleerde kan in
een proces den uitslag voorspellen, omdat dc
rechterlijke uitspraken (z.g. jurisprudentie) on
volledig en onduidelijk zijn en bovendien dc
rechtspraak zooveel formaliteiten in acht
ncemte dat een klein formeel foutje een heel
proces kan doen verliezen. Het procedeeren is
geworden een dobbelspel, dat bovendien en
door de overlading der meestal niet deskun
dige rechters en door dc onmogelijkheid steeds
uitstel te verkrijger», vaag jaren duurt.
Spr. stelde de vraag of men in den geschet-
sten toestond moet blijven berusten. Daar da
regecring niets doet om verbetering tc brengen,
moeten de burgers zelf de handen uit de mou
wen steken. Organisatie is daarvoor noodig en
spr. wekte de aanwezigen op tot aansluiting bij
het Bureau voor Arbitrage, dat naast het ver-
leenen van bemiddeling aan dc leden ook
werkt voor verbetering van wetten en rechts
wezen.
Van de gelegenheid om vragen te stellen
werd door enkele aanwezigen gebruik ge
maakt.
Na de pauze sprak mr. Mothon nog in het
kort over hetgeen men, zoo zeide hij, zou
kunnen noemen „dc informatie-zwendel". Ook
te dezen aanzien oefende hij scherpe critiek
uit.
HORECAF.
Verkiezing van een nieuw hoofd
bestuur.
De vereeniging „Horecaf", welke samenge
smolten is met de vereeniging „De Nederland-
sche Hotelindustrie", met behoud van den naam
der eerste van de gefusionneerde voreenigin-
gen, heeft in hotel „Witte Brug" te 's-Graven
hage een algemeene vergadering gehouden, ter
verkiezing van een nieuw hoofdbestuur.
Tot voorzitter werd herkozen de heer J. N.
van Hanja (Hotel „Zeerust"), Scheveningen.
Tot bestuursleden werden gekozen de heeren
L. A. Roozen (Hotel „Witte Brug"), 's-Graven-
hogeA. W. Volmen (American Hotel), Am
sterdam C. O. W. Munzert (Exploitatie Maat
schappij Scheveningen), Scheveningen en her
kozen de heeren Th. Meerman (Restaurant
Trianon"), AmsterdamW. H. Schnetlage
(Hotel „De Keizerskroon") ApeldoornH.
Fcitsma (Gebouw „American"), Dordrecht B
H. Nijenhuis (Hotei „Dtrlon"), Maastricht cn
M. Vermeulen („Oranje-Hotel") Leeuwarden.
De heer Jos. Mast, aftredend secretaris, werd
niet herkozen wegens zijn uittreden uit het vak,
Dc vergadering huldigde hem voor zijn werk
gedurende zijn secretariaat.
DE ELECTR1FÏCATIE DER SPOORWEGEN.
HaarlemIJmuiden 15 Mei elcctrisch.
Wij vernemen dat vanaf Zondag 15 Mei a.s.
de electrische treinen op het baanvak Haar
lem—IJmuiden in volledigcn dienst zullen rij
den
HET BIER VERBRUIK.
Minder dan voor den oorlog.
In de April-allevering ven het Maandschrift
van het Centraal Bureau voor de Statistiek
is een belangrijk artikel gepubliceerd over
den bicrafzet der Ncderlandsche brouwerijen
en het binnenïandsche bierverbruik van do
hand van dr. P. W. de Lange. Wij ontlee-
ncn hieraan enkele gegevens.
Tot 1916 bewoog zich de totale bierafzet
der Nederlandsche brouwerijen bijna voort
durend in stjjgende lijn dc gemiddelde jaar-
afzet bedroeg in 1911-1915 2.420.000 hl.
Sinds de periode 1874—1880, toen do gemid
delde jaarafzet 1.300.000 hl. bedroeg was cr
dus een stijging van 31.000 hl. per jaar. Ten
gevolge van schaarschte aan grondstoffen liep
de afzet in 1917 sterk terugin 1918 en 1919
werd slechts ongeveer een derde van den af
zet van 1911—1915 bereikt. Na den oorlog
trad aanvankelijk krachtig herstel in (na
900.000 hl. in 1919; 1.311.000 hl. in 1920
cn 1.670.000 hl. in 1921), dot zich later niet
in dezelfde mate voortzette. Met 1.944.000
hl. in 1925 en ongeveer 1.970.000 hl. in 1926
bleef de afzet nog verre achter bij dien var»
vóór den oorlog.
Het bierverbruik per hoofd der bevolking
sedert 1874 vertoont een dergelijk verloop
als dc afzet. Echter is de aanvankelijke stij
ging reeds na 1900 door een eenigszins gril
lig verloopcnde daling gevolgd. Jn 1896—
T9C0 was het verbruik het hoogst het be
droeg gemiddeld 42,1 I, in 1911T9T5 38,3
1. Na de inzinking in den crisistijd en het
daarop gevolgde gedeeltelijk herstel werd in
1923 opnieuw een maximum bereikt met 26,0
1 het verbruik in 1924, 1925 en 1926 bleef
doorbij 0,8 0,9 1 ten achter.
Het ortikel bevat verder gegevens omtrent
den binnenlondschcn afzet voor dc jaren 1923.
1924 en 1925, gesplitst naar de sterkte van
het bier-, omtrgnt den in- en uitvoer van
bier. de opbrengst van den accijns en het onn-
tal brouwerijen, benevens een uiteenzetting
van dc wijze van berekening.
VERDUISTERING TEN NADEELE VAN
EEN ELECTRICITEITSBEDRIJF.
Een voorwaardelijke vcroor-
dccling gevraagd.
Voor de rechtbank in Den Bosch heeft te
recht gestaan H. J. J. S., 22 jaar, te Veldhoven,
beschuldigd als beheerder van dc kas van het
gemeentelijk electriciteitsbedrijf een bedrag van
5,200, eigendom der gemeente Veldhoven,
te hebben verduisterd.
Verdachte legde eene volledige Kekentent*
af Hem had de tijd ontbroken om dc boeken
bij te houden en uit vrees dat hij zou ontslagen
worden als de achterstand werd ontdekt, ver
brandde hij het kasboek en vluchtte met het
kasgeld naar België. Ecnige maanden later
meldde hij zich aan. Verschillende personen
en ook het gemeente-bestuur spanden zich er
voor dat hij niet in hechtenis werd gesteld.
Aangedrongen werd op voorwaardelijke ver
oordeeling onder toezegging dot het verduister
de bedrag geheel zou worden terugbetaald.
Onder die voorwaarde eischte het O. M. 6
maanden gevangenisstraf, voorwaardelijk. Dc
verdediger, mr. E. van Zinncq Bergmann, legde
reeds ccn bedrag van 2700 ter dekking van
het tekort over.
DE MOORD TE STEIN.
Opsporing van den dader ver
zocht.
Blijkens een mededeeling in het „Algemeen
Politicblad" verzoekt de Justitie aanhouding
van Johannes Hendricus Lcenders, geb. 13 Juni
1899 te Hulsberg, laatstelijk wonende te Vec-
ncndaal bij den landbouwer Lemjjn. Hij wordt
verdacht van den „lustmoord", gepleegd to
Stein op 1 Mei 1927.
Signalement: 1.75 m, donkerblond haar, don
kerblonde wenkbrauwen, blauwe oogen, ronde
kin, ovaal aangericht, gezonde kleur, mist één
of twee tanden in de onderkaak, ongunstig ui
terlijk, draagt vermoedelijk blauw pok, grijze
overjas, lage bruine schoenen, grijzen gleuf-
hoed, fantasie-sokken cn gestreept fantosic-
hemd met zelfbinder.
Blijkens een mededeeling in hetzelfde politie
blad wordt de opsporing van genoemden Leen-
ders ook verzocht om de volgende reden: Lcen
ders is door dc rechtbank te Breda op 24 Juli
1923 wegens verkrachting tot 5 jaren gevan
genisstraf veroordeeld. Bij beschikking van den
Min. van Justitie dd. 17 Dec. 1926 is hij op
24 December voorwaardelijk in vrijheid ge
steld. Thans heeft hij echter dc bij die beschik
king opgelegde bijzondere voorwaarden over
treden
verzonden was. Het scheen drie uur geleden
van Oxted geseind te zijn; het was best mo
gelijk, dot Harry nu al in Londen was. Ei
stond een rijtuig voor het huis van den dok
ter, de deur stond open, een knecht stond er
voor. Op het zelfde oogenblik, dat hij dit in
zich opnam, werd hij twee figuren in de gang
gewaar en hij bleef staan. De eene stond met
zijn rug naar hem gekeerd, maar bij het hoo-
ren van zijn stap, keerde deze zich om.
„O, Geoff, zeide Havry, zijn hand uitste
kend^" „oom Froncis is ziek gevaarlijk ziek.
Ik ga nu dadelijk naar Vail, maar wilde eerst
even naar jou gaan; maar nu ben je hier".
Als bij ingeving, zag Geoffrey dadelijk wat
er in Horry omging, en wist, dat het volgen
de oogenblik hem een gelegenheid zou gebo
den worden, zóó prachtig als hij maar den
ken kon, maar zoo meer dan oneervol om ei
op in te gaan, en hij wist zelf niet of hij sterk
genoeg zou zijn om er zich tegen tc verzetten
„Wil je niet met mij meegaan?" vroeg Har
ry zacht cn bijna verlegen, „zou je niet, als
wij ten minste nog bijtijds komen, hem ver
giffenis willen vragen, voor het onrecht, dat
je hem hebt aangedaan? Hii is heel ziek, mis
schien wel stervend, Geoff!"
Op dit oogenblik kwam de dokter naar vo
ren, met het spoorboek in de band, om bij de
open deur beter to kunnen zien. Toen hij langs
Geoffrey ging, maakte hij een flauwe doch
onmiskenbare beweging van toestemming. Zijn
vinger wees op het geopende blad, en hij zei
de dadelijk daarop: „wij kunnen met den
trein van 3.15 gaan, Horry; zal ik telegrafee-
ren dat zij ons komen halen?"
„Heel graag" zeide Harry nog met den
blik op zijn vriend gericht, „Geoffrey" zeide
hij nog eens, terwijl Hij diens arm aanraakte.
Geoffrey hoorde het blad van het spoorboek
ritselen en het geluid van zijn naam bleef hem
in dc ooren klinken. Veel zou er misschien
mee gewonnen zijn als hij ging en de prijs
De prijs was een opzettelijke misleiding van
een ernstige zaak. Indien hij „ja" zeide, den
beteekende dat zooveel als dot hij aan zijn
vriend toegaf, dot hij de vergiffenis wenschte
van dien vrceselijken man, dien hij ernstig ge
loofde schuldig te zijn aan de meest afschu
welijke plannen. Maar de inwendige strijd was
slechts kort.
„Neen, Harry, ik kan het niet doen," zeide
hij. De twee keerden zich van elkander af,
zonder verder een woord te zeggen en Geof
frey liep op den dokter toe.
„Ik kwam hier om u even wat te zeggen",
zeide hij, en samen gingen zij zijn studeerka
mer binnen.
Nauwelijks had de deur zich achter hen
gesloten, of Geoffrey haalde het telegram uit
rijn zak.
„Dit heb ik zoo even van Lady Oxted ont
vangen," zeide hij. „waarschijnlijk heeft zij u
hetzelfde getelegrafeerd. Maar hoe komt Har
ry hier en wat hebt u samen verhandeld
De dokter keek het telegram in.
„Ja, zij heeft mij ook getelegrafeerd," zeide
h'Jr „Harry's komst hier is louter toeval. Hij
wilde, dat ik met hem meeging naar Vail, om
te zien of er nog iets gedaan kon worden vcor
mr. Francis. Ik hoop," voegde hij er bit, met
bitteren spot, „dat ik heel veel voor mr. Franf
cis zal kunnen doen/'
(Wordt vervolgd.)