25,J.»*»,, no.«.-AMERShOORTSCH DAGBLAD „DE EEMLANDER" TWEEDE BLAD. BINNENLAND. p.~r 'V ïS3. Jaquet-Costsjmes. FEUILLETON. De Geheimzinnige Talisman. Woensdag 18 iV'ei 1827 UIT DE STAATSCOURANT. Benoemd tot ridder in de Orde van den Ned.. Leeuw A. Pan, directeur der Billiton Mij. en tot ridder der Oranje Nassau-ordc H. J. van Arkel, secretaris van den raad van be heer der gemeenschappelijke mijnbouw maat schappij „Billiton". Benoemd tot burgemeester van Nieuwveen J. \V. Geesink en van Zevenhoven W. J. Bocxe, secretaris der gemeente. Toegekend de bronzen eere-^nedaille der Oranje Nassau-orde aan J. H. van Petersen, vuurwerker bij de Deventer Ijzergieterij en Machinefabriek v.h. J L. Nering Bogel en Co. te Deventer. Op verzoek eervol ontslagen ter zake van meer dan vijf jaren dienst de reserve-eerste- luitenant M. C. Holthuizen van het regiment vesting-artillerie. HET KONINKLIJK BEZOEK AAN AMSTERDAM. 'De stad in feesttooi. Voor den intocht van de Koninklijke Familie in de hoofdstad bestond gisteren grooter be langstelling dan dit bij de Koninklijke bezoe ken van dc laatste jaren het geval is geweest. Natuurlijk gold deze vermeerderde belangstel ling in de eerste plaats de Prinses, die thans voor het eerst sinds haar achttiende verjaar dag, haar intrede in Amsterdam doet. Uren voor de aankomst stond reeds een groote menigte op den Dam en op het Sta tionsplein opgesteld. Het publiek werd vooit- durend beziggehouden, doordot muziekkorpsen voorbijtrokken, die zich voor het Centraal Sta tion zouden opstellen, om de Koninklijke fnmilie bij haar aankomst op feestelijke wijze te begroeten. In de stad werd druk gevlagd; aan de beugels van de trams wapperden de nationale kleuren en in de haven waren de schepen gepavoiseerd. De ontvangst op het station. Precies op tijd, te 3.58, rolde de Koninklijke trein uit Apeldoorn het Centraal Station binnen en waren H. M. dc Koningin en H. K. H. Prin ses Juliana voor het jaorlijksch bezoek in de hoofdstad gearriveerd. Z. K. H. Prins Hendrik was reeds eerder per auto aangekomen. In de Koninklijke wachtkamer, stemmig met bloe men en planten versierd, werden Koningin en Prinses in de eerste plaats welkom geheeten door Prins Hendrik en vervolgens door jhr. Röell, Commissaris der Koningin in Noord- Holland; kapitein ter zeer Schenck de Jong, onder-commandant van de Marine te Amster dam; kolonel H. Z. H. van de Roemer, com mandant der vierde divisie, bevelhebber in de 4c militaire afdeeling en tijdelijk gouverneur der hoofdstad; vice-admiraal Quant, comman- dant der marine te den Helder, en de heer W. de Vlugt, burgemeester van Amsterdam. Twee dochtertjes van den heer G. H. de Marez Oyens, secretaris-penningmeester van het Concertgebouw, bodeh aan Koningin en Prinses een bouquet orchideeën aan. De Ko ningin was gekleed in een groenen zijden man tel en droeg een hoed met veeren, de Prinses droeg een rose mantelpak, terwijl de Prins in admiraolsuniform was gestoken. Naar het Paleis. Op het Stationsplein, dat zich na hèt drui lende weer in den ochtend, in een vroolijk en warm zonnetje baadde, was er aan den rand van het door de politie afgezette gedeelte het bekende gewoel der kijkgragen, die in vele rijen opeengepakt stonden. Zoowel van het station als van de omliggende gebouwen wap perde vroolijk de driekleur en het oranje. Op vele plaatsen steeg gejuich uit de massa op, toen het vorstelijk drietal had plaats ge nomen in het met twee paarden bespannen rijtuig. Stapvoets reed het Koninklijk rijtuig, voor afgegaan en gevolgd door een peloton huzaren, onder bevel van ritmeester Westerouen van Meeteren, en de koetsen met het gevolg, door duizenden toegejuicht, langs het Damrak naar den Dam. In tegenstelling met vroeger had de Prinses deze maal plaats genomen naast de Koningin, terwijl de Prins tegenover zijn gemalin in do galakoets v;;:s gr.: ten. Overal langs hel Dam- rak. v/aar dc stoet voorbij trok, werden de Koninklijke gasten loegewuüd door dc groou- menigte- Op den Dam was het publick op iMjl middenterrein toegelaten. Een groot deel. van de straat voor het paleis was afgezet. Dnui stelde zich, nadat de stoet het Damplein was opgereden, de cavalerie op. Dc Koninklijke fa milie verliet het galorijtuig en begaf zich in het paleis, waarna zij eenige oogenblikken later op het balkon verscheen. Het militaire muziekkorps speelde toen het Wilhelmus, dat door de menigte blootshoofds werd aange hoord. Daarna steeg een enthousiast gejuich op, waarvoor de Koningin en de Prinses met een vriendelijk gewuif dankten. De Koninklijke gasten trokken zich nu in hun vertrekken terug, om twintig minuten daarna weer de rijtuigen te bestijgen tot het maken van hun eerste be zoek aan het Zeemanshuis op het Kadijksplein Bezoek aan het Zeemanshuis Ondanks het niet meer vroege uur halt vijf in den middag was de belangstelling van het publiek langs de route die gereden werd vrij groot. Op het Kadyksplein hield het koninklijk rij tuig voor den ingang van het Zeemanshuis stil. In de vestibule werden Koningin, Prins en Prinses ontvangen door het bestuur, t w. gep vice-admiraal G F. Tydeman, voorzitter; H. de Booy, secretaris, en A. Breda Klcienberg penningmeester; voorts door de leden zonder vaste bestuursfunctie, de heeren P. Roosegoar- dc Bisschop, P. Donk, mr. C. Guépin en mi J. Willeumier, alsmede door de directrice van het Huis, mevrouw M. J. C. HillegaertHaaf- kens. Het dochtertje van den heer De Booy, de II- jarige "Engelina de Booy, bood H M. een rui ker aan. De 8-jarige jongeheer Haverkamp, zoontje van den directeur der aangrenzende Zeevaartschool, deed zulks ten opzichte van de Prinses. Het vorstelijk gezelschap mankte ver volgens een rondwandeling door het Zeemans huis. De Koningin werd begeleid door vice-ad miraal Tydeman en door mevrouw Hillegaart Hnafkens, de Prins door den beer A. Breda Kleinenberg en de Prinses door den heer De Booy. Gelijkvloers werden achtereenvolgens be zocht de eetzaal en de conversatiezaal voor de zeelieden, de officierenofdeeling en de biljart en eetzaal van laatstgenoemden. In de eetzaal werd de Koningin namens de aanwezige Hol landers toegesproken door bootsman Schilstra, terwijl namens Surinnmers en Cura^auers lam penist Landsberg dit deed. H. M. dankte met enkele vriendelijke woor den. Vervolgens ging men naar de eerste verdie ping, waar bezichtigd werden de slaapkamers^ der officieren en die der overige bemanning Zooals men weet is het Zeemanshuis een in richting, waar zeelieden van elke nationaliteit, als hun schip tijdelijk in de haven vertoeft, te gen vergoeding kunnen logeeren. Vervolgens brachten de vorstelijke bezoe kers in het sousterrain een bezoek aan de keu kens, de scheepsbibliotheek en de Engelschc leeszaal. Langs de binnenplaats bereikte men vervolgens de Zeevaartschool, die een onder deel von het Zeemanshuis vormt. Hier trad, in de plaats van mevr HillegaartHaafkens, de directeur der school, de heef F. Haverkamp, als begeleider van de Koningin op. Vader en dochter werden door dezelfde heeren als van wie boven sprake is, begeleid. In de Zeevaartschool werden achtereenvol gens bezichtigd de koffiekamer voor de kwee- kelingen, het gymnastieklokaal en het schie- manslokaal („schiemannen" is een zeemans term voor touwsplitsen, touwknoopen, zeilma- ken, enz.). Op de eerste verdieping namen de vorstelijke bezoekers hierna in oogenschouw de klasselokalen en de modellenzaal, waar zich de scheepsmodellen bevinden. Door een ve-» bindingsdeur betrad men vervolgens meer het Zeemanshuis, om daar langs het kantoor dei directrice, die zich op eigen terrein weer bij het gezelschap voegde, zich naar de bestuurs kamer te begeven, waar de Koningin haai hondtcekening in het gedenkboek plaatste. In de vestibule namen daarop de vorstelijke be zoekers ofscheid om tenslotte langs „en haie" opgestelde kweekelingcn der Zeevaartschool en een aantal tijdelijke bewoners van het Zee manshuis weder in het koninklijk rijtuig te stappen. Langs een grooten omweg reed de vorstelijke stoet weer naar het Paleis op den Dnm terug Bij perceel Binnenkant 25 bood de vierja rige Annie Rahusen de Koningin bloemen aan; Van 1—4 regels J 4 05, elke regel meer 1 - KLEERMAKERIJ. Fa. f.;. L. J. LAJ/JWERÏ3 Amersfoort Groningen UtrécMscho we} 35 Tel. S87 bij het Luthersche Weeshuis nabij de Hceren- markt bracht het 10-jarig weeskind Snitseborg der Koningin een bloemenhulde. Tijdens den terugrit was de belangstelling van het publiek, gezien het gevorderde mid daguur, matig. Te ruim kwart voor zes waren de vorstelijke bezoekers terug ten Poleize. Maaltijd ten hove. De raadsleden aan tafel. Aan den maaltijd ten hove gisteravond heb ben deelgenomen de leden van Gedep. Staten van Noord-Holland (behalve de heer Gerhard) en de leden van den Gemeenteraad van Amsterdam, met uitzondering van de leden der soc.-democrat. fractie, alsmede van de heeren Jansen en Van Neerveldt. Het is de perste maal, althans wat betreft den gemeen teraad, dat dit plaats vindt. Vorige jaren ging de Raad ter audiëntie en de burgemeester hield dan een toespraak, waarin hij een overzicht gaf van den toestand der gemeente. Dit jaar was met deze gewoonte gebroken en had de Koningin in stede daarvan de leden van het gemeentebestuur aan tafel genoodigd. Een toe spraak is daarbij niet gehouden. Aan den maal tijd nam met de Koningin en den Prins ook prinses Juliana deel. Bij de voorstelling van de raadsleden in de Mozeszaal gaf zij met lief tallige eenvoudigheid elk van hen de hand en ook na afloop van den maaltijd sprak zij met verschillenden van hen. De koningin on derhield zich met elk der raadsleden afzon derlijk en toonde meermalen goed op de hoog te te zijn van onderwerpen, die de speciale be langstelling van bepaalde leden hebben. EEN TRADITIE DER ORANJES VOORTGEZET. Dc prinses „Zwönenbroeder'*. Naar de „Maasbode" meldt, heeft prinses Juliana door haor kamerheer aan proosten en broeders der Illustre Lieve Vrouwe Broeder schap te 's Hertogenbosch haar dank laten be tuigen voor hun besluit hoor te hebben bevor derd tot broeder der broederschap. Op 5 Dec. 1918 benoemde de broederschap de prinses, met toestemming van de'koningin, als candidaat in dc koninklijke lijn. Proosten en broeders zullen aan de prinses het ordeteeken, zijnde een „zilveren lelie tus- schen doornen" aan een groen zijden lint en een oorkonde aanbieden. Met het aanvaarden van genoemde bevor dering zet prinses Juliana de traditie voort van haor ouders en voorouders, die er prijs op stelden zwanenbroeders dezer oude instelling DIPLOMATIE. De Nederlandsche gezant te Stockholom, mr. A. M. D. baron Swecrts de Landas Wyborgh, 'die tevens geaccrediteerd is bij de republiek Finland, vertoeft thans voor eenige weken te Helsingfors, de Finsche hoofdstad. MGR. F. EVERS. I2K jaar hoofdaalmoezenier van leger en vloot. De hoofdaalmoezenier van leger en vloot, mgr. F. Evers, vierde gister te Den Haag als zoodanig zijn 12Vi-jarig jubileum. Om 9 uur droeg hij in de St. Jacobuskerk aan de Park straat een H. Mis op, geassisteerd door de aal moezeniers maj. Huys als presbiter ass., maj. Alink als diaken en maj. Brouwer als sub diaken, terwijl kapelaan J. Filbry als ceremo- niarius optrad. Tijdens de H. Mis, na het Evangelie, hield de aalmoezenier maj. Noordman een korte toe spraak, waarin hij opwekte tot dank aan God voor het instituut van aalmoezeniers, dat zoo veel vrucht gedragen heeft, vooral door den arbeid von mgr. Evers. Het koor Cantermo Domino van de St. Ja cobuskerk, die de garnizoenskerk te 's Graven- hage is, zong de Mis von Perosi. Zeer velen woonden de plechtigheid bij. On der hen werden opgemerktde minister van ccricg (V heer Larr.booy, de ccmir.cndar.t van het veldleger gn. Muller Massis, dc luit.-gen. Cpilette, lid van het Hoog Militair Gerechts hof, de generaal van Tuinen, de gen.-maj. b. d. dc Block en Laatsman, dc oud-min. van oorlog de heer Alting van Geusou, de staatsraden mr. l<oolen en baron Hugcnpoth, de majoor van den gen. staf J. J. G. A. van Voorst tot Voorst, de kol. van Munnckrede, voorzitter en andere bestuursleden van de R.-K. Officierenvereeni- ging Arco, de overste Vcrberne, voorzitter van de afdeeling 's Gravenhagc dier vereeniging, het bestuur der R.-K. onder-off. vereen'. St. Martinus, het bestuur von dc R.-K. Mil. Vereen, afd. Den Haag, bestuursleden der Mil. Ver. in het aartsbisdom, voorts vele officieren en min deren. Een drukbezochte receptie. Op de receptie van kolonel mgr. Evers gis termiddag heeft de minister van oorlog den jubilaris toegesproken en gehuldigd voor zijn werk in het algemeen cn zijn arbeid in do moeilijke revolutiedagen van 1918 in het bizon der, in welken tijd kolonel Evers den lande bizondere diensten bewees. Spr. releveerde nog het pionierswerk van kol. Evers in Ned.-Indië en sprak de hoop uit, dat de hoofdaalmoezenier nog lange jaren zijn zegenrijken arbeid zal mogen voortzetten. Voorts spraken nog kolonel Evers toe ko lonel von Munnekrede, voorzitter van 'A. R. K. O., van welken bond mgr. Evers oprichter is en majoor Huijs, die namens de aalmoezeniers de leiding»van kolonel Evers prees. Op de receptie verschenen nog tal van hoog geplaatste militairen. Nog waren aanwezig pater M. Mol en de heer Th. F. M. Schaepman, namens het R.-K. Marinierstehuis te Rotterdam. CAPITUL ANTEN WET. Vervanging van gedeelten van het lagere beroepsofficiers- en ortderofficierskadcr door ver- Iofspersoneel. Het omtwerp-Copitulantenwet is thans bij de Tweede Kamer ingediend. De minister van Oorlog cn van Financiën herinneren in de toe lichting aan de mcdedeelimg in de M. von A aan de Tweede Kamer, betreffende dc Oor- logsbegrooting van 1927, dat het in de be doeling lag, gedeelten van het lagere officiers en onderofficierskader von dc vredesorgani satie von het leger te vervangen door verlofs- personcel, dot zich vrijwillig verbindt om ge durende een aantal jaren in dienst te blijven of te komen. Deze wijziging von den bestnanden toestand heeft, zoo wordt gezegd, het belangrijke voor deel, dot de salarislast, aanzienlijk vermin dert. Ook de pensioenlast zal, met het vermin deren van het aantol beroepskader-leden ge leidelijk afnemen, waartegenover staat, dat voor degenen, die in een burgerlijke betrek king als in de wet bedoeld, overgaan, een in koopsom in het Algemeen Burgerlijk Pensioen Fonds zal moeten worden gestort. Als tweede voordeel van het stelsel kan worden beschouwd, dat voor het oorlogsleger zal kunnen worden beschikt over zeer vele dienstplichtige reserve-officieren en onderof ficieren, die geruimen tijd in werkelijken dienst zijn geweest en derhalve aanzienlijk in mili taire waorde zijn toegenomen. Voorts ontstaat de mogelijkheid, om het beroepsonderofficiers- kader en in meer beperkte mate het berocps- officlerskader zonder een kostbare speciale opleiding te recruteeren int dc copitulanten, woordoor dan tevens waarborgen zouden wor den verkregen, dat uitsluitend zeer bruikbare elementen in het voste kader worden opgeno men. Aangezien de hoogere officiers- en onder officiersrangen door beroepspersoneel bezet blij ven, behoeft het geen betoog, zeggen de mi nisters, dat de bevorderingskonsen voor dal personeel door het verminderen van het aan tal in de lagere rangen, aanzienlijk verbete ren. Nodeelen voor de opleiding der dienst plichtigen behoeven niet te worden gevreesd, aangezien het in dienst nemen der capitulan- ten slechts zeer geleidelijk zal geschieden. Het ligt in de bedoeling om niet meer leden van het lagere officiers- en onderofficierskader uil capitulonten te doen bestaan, dan met de be langen van den dienst vereenigbaar zal blij ken. Hoe groot dat deel kan zijn, zal de prak tijk moeten uitwijzen. Overigens waarborgt de betrekkelijk lango duur van de verbintenis, dat ook de capitulan- ten gaandeweg tot de goede instructeurs zul len kunnen worden gerekend Ten einde vooi dc positie van capitulnnt de noodige gegadig den te vinden, zal aan hen dc verzekering moe ten worden gegeven, dat zij aan het einde van don tijd, \vt rvoor zij zich verbonden hebben, een geldelijke premie ontvangen, tenzij zij. met hun instemming, voor een burgerlijke be trekking in aonmerking komen, dan wel naar het beroepskader overgaan. Dc vaststelling van het bedrog dezer premie geschiedt door de Kroon. In het wetsontwerp is als norm aangenomen een verbintenis voor den tijd van zes jaar, mei dien verstande, dnt deze termijn bij ministc- rieele beschikking tot een geringer aantal ja ren kan worden teruggebracht. Het is de be doeling, dat geen verbintenissen voor korter don vier jaar worden aangegaan. Bij artikel I van het ontwerp wordt opge merkt, dat het, ten einde voldoenden toeloop te waarborgen, dienstig schijnt de aanmelding voor het sluiten van dc verbintenis tot vrijwil lig nadienen, voor zooveel het de officieren be treft, niet te beperken tot hen. die den vnon- drigsrang hebben bereikt, doch doortoe mede de gelegenheid open te loten voor hen, die reeds eenigon tijd reserve-officier zijn. Ten einde echter uitsluitend de jongeren te berei ken is als grensrang die van 2e luitenont ge steld. Het zal aldus de toelichting bij artikel 2 kunnen voorkomen, dot belanghebbenden, ton einde zich oen vaste positie in de burger maatschappij te verwerven boven het verkrij gen van een premie er de voorkeur aon geven tc worden benoemd in een burgerlijke betrek king, wonraon uitzicht op pensioen is ver bonden. Het ligt in de bedoeling van de regie ring hen daarin zooveel mogelijk te hulp tc komen door het-instellen van een bemiddelings commissie. Ten einde niet incidenteel 'n- breuk te maken op de autonomie van provin cie en gemeente is voorshonds alleen het oog gevestigd op burgerlijke Rijksbetrekkingen. Artikel 7 bevat nog een regeling voor den inkoop van den militairen diensttijd in het pen sioenfonds op dezelfde wijze als b.v. den tijd in zijdelingschcn staotsdienst doorgebracht. SPOORWEGVERBINDINGEN IN DE MIJNSTREEK. Een wetsontwerp ingediend. Een wetsontwerp is thans ingediend, hou dende verklaring van het algemeen nut der onteigening, ten behoeve van een spoorweg verbinding van de staatsmijn „Maurits" met den mijnspoorweg Nuth-Staatsmijn Hendrik Blijkens de M. v. T. is het gebleken, dat de productie van cokeskolen van de staotsmijncr. „Emma" en „Hendrik" do capaciteit von de cokesfabriek der staatsmijn „Emma" in aan zienlijke mate overtreft. Vergrooting van deze fabriek is evenwel niet mogelijk, terwijl aanleg van een cok'esfabriek bij dc staatsmijn „Hen drik" slechts mogelijk zou zijn op grooten af stand van het mijncmploccment, zoodot daar uit de noodzakelijkheid zou voortvloeien von het stichten van een nieuw spoorwegemplace ment, een ketelhuis, een toegangsweg, enz Het is daarom beter, zoo wordt gezegd, het door genoemde mijnen geproduceerde teveel aan cokeskolen op de staatsmijn „Maurits" te ver werken. Aanleg van een afzonderlijken mijn- spoorweg tot dit doel verdient, volgens den minister, de voorkeur boven transport over dt bestaande spoorwegert. De spoorweg zol loo- pen door do gemeente Hoensbroelc, Nuth» Schinnen, Spaubeek, Gcleen cn Beek. DE PHILIPSFABR1EKEN. Binnen- cn buitenlandse!» bezoek. Ongeveer 65 leden van de Vereeniging vor< Ingenieurs in Zuid-Limburg brachten Zaterdag j.l. een bezoek aan Philips' Fabrieken tc Eind hoven. De in ons land vertoevende directeuren var Electrische Bedrijven in Zwitserland, die als gasten van de Ver. van Directeuren van Elcc- triciteitsbedrijven in Nederland een rondreis doen door ons land, kwamen Zondagavond tr Eindhoven aan. Na een voordracht van dr ir Halbertsmn, bezichtigden zij Maandag de Phi lips Fabrieken, waar zij de vervaardiging uan glo'-ilompen en luidsprekers en andere radio- artikelen in oogenschouw namen Een gezelschap, bestaande uit leden van bc'. Belgische Electrotechnisch Comité, bracht gis teren een bezoek aan de Philips-bedrijven. Niemand heeft recht ons te bevelen, iets te gen ons geweten te doen. naar het Engelsch van E. F. BENSON. 84 „Dit is alles wel heel vreemd," zeide de dokter. „Ja, en toen ging de deur open en daar kwam die Sanders de gang in; hij l^eek woe dend toen hij mij zag 1 Maar ik geef wat om zijn nijdige blikken en ik vroeg hem heel ge woon, hoe of het met zijn meester ging. „Heel slecht," zeide hij, „en geheel in de w^r," en hij was benieuwd of Lord Voil nog optijd zou komen." De dokter kwam een stap nader. „Templeton," zeide hij, „ik reken er op, dat jc mij onvoorwaardelijk zult gehoorzamen. Het is noodzakelijk, dat noch mr. Frnnns, norh Sanders weten, dot ik hier ben. Veel dat ik je nog niet vertellen kan, hangt hier van af En zorg hier voorgeef mij de kamer, die ik vroeger gehad heb, en geef Lord Vail de ka mer, die daarin uitkomt. Sluit daarvan de deur, die op de gang uitkomt cn verlies den sleutel, zoodot de eenige doorgang door mijn kamér is Als Lord Vail vraagt, waarom zijn kamer verwisseld is, zoek dan maar de een of andere uitvlucht. Zeg dat het electrische licht in zijn kamer defect is of zoo iets. Maar maak, dot de kamer, die hij anders altijd heeft, er uitziet alsof hij gebruikt is gewordenga onder etenstijd daarheen, sla het bed open, leg er een nachtpak op en breng daar een spons en borstels en zoo meer." „Jonker Hany?" zeide de knecht naar adem snakkend, terwijl hij opeens met zijn gedach ten terug was in de dagen van voorheen. De dokter fronste zijn wenkbrouwen. „Kom, kom," zeide hij, „maak je nu niet overstuur. Doe zooals ik je gezegd heb, en probeer je zelf te blijven. Meer kon ik je nu niet zeggen." Harry kwam een oogenblik later beneden uit de ziekenkamer, en zag er merkbaar op gelucht uit. „Hij is veel beter zoo goed als beter, zegt Sanders," zeide hij, „hij sliep nu, maar zoo dra hij wekker wordt, zou Sanders hem zeg gen, dot ik gekomen ben." „Komaan, dot is mooi I" zeide de dokter, „heeft Sanders je nog over den aanval ge sproken?" „Ja, het overviel hem terwijl hij zich van morgen aan het kleeden was. Gelukkig was Sanders bij hem, maar, zei hij, wel een uur lang, docht hij, dat elke ademhaling de laatste zou zijn. Het is een kranige vent, die man, en van een ongelooflijke trouw, hij heeft hem nog geen vijf minuten alleen gelaten." „Slaapt Sanders vannacht bij hem?" vroeg de dokter. „Ja; hij laat ook al zijn maaltijden boven brengen, zoodot het 4heel gemakkelijk voor u zal rijn niet door hem gezien te worden, daar u daar zoo op gesteld schijnt te zijn- O, Goddank, dat hij zooveel beter is. O, kijk eens I wij schijnen vanavond weer een van die wonerlijk laag hangende mister^ te zullen krij gen." De dokter volgde Harry naar een van de ramen, die Templeton ongesloten had gelaten en keek naar buiten. De herfstavondschemering viel snel in en na den warmen zonnigen dag, spreidde de mist, na de plotselinge afkoeling bij den on dergang van* de zon, zich snel over het meer uit. Er was heel weinig wind naar den kant van het huis, niet genoeg om den mist te ver drijven, maar juist genoeg om hem zachtjes als een laken over de grasvelden uit te sprei den. Hij lag heel laag, en zeker niet hooger dan vijf voet boven het hoogste gedeelte van het grasveld, maar omdat het daar hoog was. moest hij wel een paar voet dikker geweest zijn waar de grond naar het meer toe afliep. Het scheen een buitengewoon dikke mist te zijn, en hij verspreidde zich srel en gelijkma tig, zoodot, zelfs terwijl zij er nog naar keken, hij als een vloed kwam opzetten tot oari den muur van het huis, en weldra waren het gras veld en het meer geheel aan het oog onttrok ken en zag men als van een bergtop af over een gelijke zee van golven, hier en daar on derbroken door boschjes en de toppen der hoogere struiken. Daarboven was de avond lucht helder, en hoog in de lucht stond dc. wassende maan en werden langzamerhand de sterren zichtbaar. Geoffrey was hen inmiddels na twee uur gevolgd; zijn trein was precies op tijd en even over zevenen bevond hij zich, daar hij van het station gcloopen had, aan den zoom van het bosch en keek neer op dezelfde wonderlijke zee van mist. De monsterachtige dieren van de haag staken er tegen af als groote water vogels, die daar in rondzwommen, want de haag zelf was niet te zien, en om er in te komen, moest men er zich inwerpen als in een bad. Daar hij niet de kans wilde loopen van gezien te worden, maakte hij een grooten om weg er om heen, naar het meer toe. Hier kwam de mist tot boven zijn hoofd en ver bijsterde en verblindde hem maar langs den kant van het meer loopen volgde hij den oever, zoowel geleid door het geknbbel van de golf jes tegen den kant, als door de vage omtrek ken, totdat hij bij de monding van den stroom kwam, die het meer van water voorzag. Van dit punt af steeg de grond snel, en in een paar minuten kon hij weer over den mist heenzicn en zag hij het huis, hier cn daar reeds verlicht met schitterende lichtjes als een groot schip, dat in een witte zee voor anker log. Een paar honderd meter gaans brachten hem naar den stal, en wat heel gemakkelijk voor zijn doe! was, Jim en een staljongen stonden bij den ingang te rooken en te proten, daar zij met hun werk klaar waren. Geoffrey naderde zoover, totdat hij zeker was, dat zij konden zien, wie hij was. „Ben jij daar, Jim riep hij, „zij hebben je in huis noodig." Jim klopte zijn pijp uit en volgde hem; zijn klcercn droegen reeds het toeken, dat hij een vrijen avond had cn het scheen nu, dat men hem op aangename isp'jze die vrijheid ging be korten. „Kom mee naar het meer," zeide Geoffrey op zachten toon, toen de palfrenier zich bij hem had gevoegd, „ik moer je iets zeggen." Hij wachtte, totdat hij zeker was, dot zij buiten gehoor waren. „Nu, Jim," zeide hij, „dit is het geval. Wi) gelooven, dat er vannacht een poging zol ge waagd worden om Lord Vail te vermoorden. Bc heb je hulp noodig, ofschoon ik je nog niet zeggen kan hoe je mij zult kunnen hel pen, daar ik dot zelf nog niet weet. Maar wil jij alles doen wot je kunt en wat je gezegd wordt „God beware I" zeide Jim en toen weer met zijn gewone onbewegelijkheid, „zeker, mijnheer, ik zal alles doen wat in mijn vermo gen is om te helpen." „Ga don mee Je kunt op mij vertrouwen, dat je geen gevaarlijke kansen zult loopen." „Ik denk wel niet, dnt u mij inplnats van hem zal laten vermoorden, mijnheer," zeide Jim, „cn mag ik ook vragen wie van plan is, dien moord te begaan?" Geoffrey aarzelde een oogenblik; maar na even nagedacht te hebben, scheen er geen en kele reden voor te zijn om het stil te houden. „Wij gelooven dr. Armytngc en ik dat Sanders, de knecht van mr. Fronds, dit wil doen." Jim floot, nauw hoorbaar. „Laat hem dat eens wagen," zeide hij, „o. wat zou ik dien Sanders graag eens onder handen willen nemen, mijnheer I Hij komt het stolplein altijd over met een gezicht, alsof al de paarden hem toebehooren." Zij waren nu meer den kant van bet meer genaderd en het geruisch van de sluis klonk dichtbij' toen bii een hooger gedeelte komend, zagen zij, dat zij het huis al voorbij waren en vlak voor hen zwommen de vogclgestalten van de hoog. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1927 | | pagina 5