i'Tg-g no.g» AMERSFOORTSCH DAGBLAD „DE eemlander" a
TWEEDE BLAD.
DE MAASPUT BIJ GRAVE
FEUILLETON.
Wie is Edmund Gray?
DE INDUSTRIEELE
EIGENDOM
DE DEMPING DER
ZUIDERZEE
HET WEER IN JULI
TE WEINIG ZONNESCHIJN
ZIJN VERLOOFDE DOOD
GESCHOTEN?
EEN ONGELUKSWEEK TE
OEGSTGEEST
VOL WATER GELOOPEN
DE GEMIDDELDE DIEPTE 5 METER
Men schrijft aan de N.R.Ct. dato gisteren:
Hedenavond is de Maasstuwput te Grave
lang (West-Oost) ongeveer TOO M. en breed
(Zuid-Noord) pl.m. 50 M. onverwachts vol wa
ter gekomen met een gemiddelde diepte van
5 M.
Deze afkuiping van de Zuidelijke helft van
de Maas ter plaatse van de Maasbrug wordt
aan den Noordelijken kant gedeeltelijk be
grensd door den stroompijler, welke midden in
de rivier is gebouwd en langs den Zuidelijken
kant door den oeverpjjler.
Aan den bovenstroomschen kant van den
stroompijler nu, daar, waar de door de firma
Christiani en Nielsen uit 's-Gravenhage aan-
gt brachten domwand (loopende Oost-West)
aansluit aan een stukje reeds bestaandon dam-
wand (loopende Zuid-Noord) is het Maaswa
ter onder dit laatst genoemd stukje damwand
Zuid-Noord heen geperst, om vervolgens den
ook reeds bestaanden damwand loopende vlak
langs den Zuidelijken kant van den stroompij
ler over een lengte van pl.m. 5 M. tc verdu
wen en vervolgens den put onder water te zet
ten. Met man en macht heeft men, toen de af
wijking ontdekt werd de pompen en andere
machinerieën zooveel mogelijk nog uit den
stuwput gehaald.
Hedenavond elf uur was men onder leiding
ven den ingenieur van den rijkswaterstaat
Moltzer en den tcchnischen ambtenaar Zijl
man nog met ruim honderd man bezig om cp
het boven beschreven punt van den damwand
zakken met zond en grint (aangevoerd met
bakken, gesleept door een stoomboot) aan
den rivierkant te storten om het onder den
damwand heenstroomen van het Maaswater te
stuiten.
Men zou met dit werk doorgaan totdat men
resultaat had bereikt. Met een paar pompen
bleef men nog door gaan met de bovenbema-
ünPf.
Juist gisteren had de firma Christian]' en
Nielsen reeds TIO man ontslagen, omdat men
reeds zoo ver met het werk gevorderd was.
dot men berekende, met minder werkvolk
doorwerkende, toch op tijd klaar te zijn.
In den nacht van Zaterdag on Zondag ten 2
ure, toen men bemerkte dat het water in den
Maasstuwput niet hooger werd, heeft men het
storten van zakken met zand en grint op het
bedreigde Dunt gestookt. Dit werk is geschied
onder leiding van den Rijkswaterstaat, daar
het niet den damwand gold van de firma
Christians en Nielsen te 's-Gravenhoge Men
heeft wel gebtuik gemaakt van het personeel
van deze firma.
Sedert vannacht 2 uur is reeds meer dan I M.
water uit den put gepompt. Hedenavond werkt
men al weer met 6 pompen. Wanneer de put
weer droog zal zijn, is nog niet te zeggen,
daar de tegendruk van het water in den put bij
het lager worden van dat water steeds minder
wordt.
Morgenavond zal men echter den toestand
beter kunnen bevoordeelen, van dit zeer be
langrijke waterwerk in ons land.
EEN HOTELRAT GEARRESTEERD.
De Rottendamsche politie heeft de hand kun
nen leggen op een brutale hotelrat. In verschil-
I nde hotels en logementen waar de man lo
geerde werden door hem allerlei voorwerpen
van waarde gestolen. In restaurant Wolf aan
den Stationsweg aldaar brak hij s nachts een
bureau open, en stol een geldkistje. De hotel-
dief had evenwel geen succes, want 's avonds
te voren had de hotelhouder het geld eruit ge
nomen. In een hotel in de binnenstad bracht
hij een bezoek aan het kantoortje en juist toen
hij zich verwijderde en het hotel wilde ver
loten, werd de diefstal ontdekt. Men waar
schuwde de politie en hield de uitgangen ge
sloten. In een kost werd de man later terug
gevonden. Het bleek te zijn de 23-jarige C.
J. N., een Belgisch handelsreiziger. Uit het on
derzoek is komen vast tc staan, dat hij meer
dere hoteldiefstallen op zijn geweten heeft.
De grootste fout, die men bij de opvoeding
maakt, is dat men dc kinderen niet leert zelf
standig te denken.
LESSING.
Geautoriseerde vei taling naar het Engelsch van
WALTER BESANT.
dooi Mej. E. HGOGEWERF.
6 -
„Zeker", sprak ze, „wat je mij daar vertelt,
Atheïsten, kan ik haast niet gelooven. Mr.
Dering zou die jou beschuldigen van zóó ietsl
Het is onmogeliikl"
„Ik wou, dat het onmogelijk wasl Hij be
schuldigt mij, dot ik die chèque van zeven
honderd twintig pond gestolen heb. Hij zegt,
dat, toen ik veertien dagen geleden bij hem
op hét kantoor werkte, ik een chèquc-bock uit
zijn safe nam, zijn handschrift 'vervalschte op
een chèque en het boek weer op z'n plaats
legde. Dit beweert hij. Noemt u dit nu een
beschuldiging of niet?"
„Zeker. Als hij dit zegt. Maar hoe kan hij
dit nu zeggen: hij, die altijd zoo voorzichtig,
zoo precies is. Ik ga onmiddellijk naar Lincoln's
Inn, de zaak onderzoeken Beste jongen, kal
meer toch wat! Er is er moet een vreesclijke
vergissing in 't spel zijn".
Ze ging onverwijld en had een lang onder
houd met den notaris.
Mr. Dering was blijkbaar zeer ontsteld door
het gebeurde. Hij ontving haar niet, zooals
zijn cliënten dit van hem gewoon warenin
zijn armstoel zittend. Hij schoof den stoel weg
en stond met de hand op de leuning, een lange,
slanke, rechte gedaante, grijs van haar, streng
van gelaat. De uitdrukking daarvan was niet
bepaald, om de moeder gerust te stellen
„Ik heb, voorwaar, Athelston niet beschul
digd", sprak hij. „Het is echter een waarheid,
dat hier een diefstal heeft plaats gehad en wel
van een groote som gelds; niet meer of minder
dan zeven honderd en twintig pond
„Maar wat heeft dat met mijn zoon tc ma
ken?"
„We hebben een voorloopig onderzoek in
gesteld. Ik zal voor u doen, mrs. Arundel,
wat ik voor uw zoon deed en u begrijpt zelve
wel, hoe hij met dit onderzoek in verband
moet staan".
Koud en zakelijk, zonder bijvoeging van
eigen oordeel, ging rrr Deiïnsf voort met het
meedeelen van de feiten. Intusschen voelde
mrs. Arundel zich hoe langer hoe meer be
klemd. En, tegen dat hij klaar was met zijn
betoog, was zij wel zoo goed als zeker van de
schuld van haar zoon.
„Ik achtte het 't best", ging hij voort, „hem
onmiddellijk de feiten mee tc declen. Is hij
onschuldig, dacht ik, dan zal hij des te beter
in staat wezen, zijn onschuld te dragen en
misschien den schuldige te vinden. Is hij
schuldig, dan kon hij, mogelijk, tot bekentenis,
of teruggave, gebracht worden De feiten
betreffende chequeboek en safe zijn heel duide
lijk. Ik ben zeker, dat de safe met geen anderen
sleutel is opengemaa't. De eenigen, voor wie
ze openstond, zijn Checkley en uw zoon,
Atbclstan. En Checkley kan het niet gedaan
hebben; dit is ten eenenmele onmogelijk!"
Mrs. Arundel kreunde:
„Verschrikkelijk is het"
„Intusschen dragen de banknoten een num
mer. Verdere uitgifte is stopgezet. Dus zullen
we den schuldige door middel van dit bank
papier nog wel vinden."
„Mr. Dering," mrs. Arundel stond op en
legde haar hand nu op de zijne „u is een
heel oud vriend. Vertelt u mij eens, als die
ongelukkige jongen nu hier weggaat, als hij
teruggeeft, hetgeen nog over is van het geld;
als ik de rest bijpas, zal er dan verder ge
volg gegeven worden aan de zaak?"
„Hij zou een zware misdaad hebben bedreven,
maarals hij bekent en teruggeeft, dan
zullen we nog eens zien."
Mrs. Arundel reed weer naar huis. Zij voor
zich voelde zich droevig overtuigd, dat haar
zoon, haar eenige zoon, en geen ander, de
schuldige moest wezen. Ze kende het vertrek
van mr. Dering zeei goed, ze had daar wv;l
honderd malen gezeten, ze kende de safe, ze
kende ouwen Checkley. Ze vatte ook het ten
eenenmale onwaarschijnlijke, dat de oude klerk
zoo iets zou gedaan hebben. Ze wist evenzeer,
aan welke verleidingen een jonge man in Lon
den blootstaat. Ze zag wat haar raadsman er
van dacht, en ze k o n wel niet anders dan tot
de slotsom geraken, dat haar zoon en geen
ander het misdrijf moest gepleegd hebben. Ze
zag zelfs, hoe hij het gedaan had, ze zag den
schichtigen blik, terwijl mr Dering met den
rug naar hem toe stond; ze zag het wegpakken
van het chèque-boek, het snelle weer op z'n
plaats zetten.
Vrouwen met een minder scherp doorzicht
zouden het verschrikkelijke niet zoo gauw heb
ben kunnen gelooven Op hoe schaamtevolle
wijze werd al haar hoop vernietigd op een
mooie loopbaan voor haar jongen.
Voor het oogenblik bleef er niets anders
DE BESCHERMING
EEN WETSONTWERP INGEDIEND
Een wetsontwerp is ingediend tot goedkeu
ring van een verdrag en enkele overeenkom
sten tot bescherming van den industrieelen
eigendom van 6 November 1925.
Dc memorie van toelichting wijst erop, dot
ter gelegenheid van de in October/November
1925 te 's Gravenhagc gehouden conferentie
der „Union internationale pour la protection
de la propriété indusfrielle" o.a. eenc nadere
herziening is tot stand gekomen van het tus-
schep. verschillende landen, waaronder ook Ne
derland, gesloten Unieverdrag van Parijs van
20 Maart 1883 tot bescherming van den indus
trieelen eigendom, zoomede van de schikking
van Madrid van 14 April 1891, betreffende de
internationale inschrijving van fabrieks- of
handelsmerken, beide laatstelijk herzien te
Washington op 2 Juni 1911.
Behalve tot eene belangrijke herziening van
de bestaande regelingen, heeft zij geleid lot
de totstandkoming cener nieuwe schikking, uit
vloeisel van een door de vorige conferentie te
Washington uitgesproken wensch, dat gepoogd
zou worden ook op het gebied van dc be
scherming van teckeningen en modellen van
nijverheid tot eene internationale schikking te
komen. Deze overeenkomst werd ter confe
rentie door de vertegenwoordigers van een elf
tal bij de Unie aangesloten landen, onder welke
ook Nederland, onderteekend.
Alvorens tot ratificatie van deze herziene
regelingen en van de nieuw tot stand gekomen
schikking van 's Gravenhage, kan worden over
gegaan, behooren deze de goedkeuring der Sta-
ten-Generaal. Tot het verkrijgen dier goedkeu
ring strekt het aangeboden wetsontwerp.
Vermeld zij nog, dat het herziene Uniever
drag niet namens de regeeringen van de Unie-
landen Bulgarije, Griekenland, Letland, Luxem
burg, Roemenië en Turkije, die voor het mee-
rendeel niet ter conferentie vertegenwoordigd
waren, werd onderteekend. Ten aanzien van
deze landen blijft derhalve, zoolang geen toe
treding hunnerzijds tot het herziene verdrag
heeft plaats gehad, de regeling van vóór de her
ziening van kracht. Eenzelfde opmerking geldt
voor wat de schikking van Madrid betreffende
dc internationale inschrijving van fabrieks- of
handelsmerken aangaat, ten aanzien van de
landen Luxemburg, Roemenië en Turkije.
Ten aanzien van de schikking van 's Graven
hage betreffende het internationaal depót van
teekeningen of modellen van nijverheid wordt
het volgende opgemerkt:
In hoofdzaak bepaalt deze schikking er zich
toe de mogelijkheid te openen van bescherming
door een internationaal depót, dat, in tegen*
stelling met de regeling ter zake van de inter
nationale inschrijving van merken, niet op een
nationaal depót steunt, doch geheel onafhanke
lijk is. Het depót schept dan ook geen rech
ten, doch is uitsluitend bestemd om het bewijs
te vergemakkelijken van het vaderschap der ge
deponeerde voorwerpen. Verplichtingen vloeien
uit het depót nagenoeg niet voort, terwijl de
daaraan verbonden formaliteiten en kosten
uiterst gering zijn.
Uitdrukkelijk is bepaald, dat elk land vrij is
een verdere bescherming te verleenen en dat de
bepalingen der schikking het recht van den
nationalen wetgever om daarbij van de regeling
der herziene Bcrner Conventie van 1908 voor
de bescherming van letterkundige en kunstwer
ken gebri*'*1' m"1 rW rantast
DE ZEE IS GEVAARLIJK!
Een waarschuwing.
Het baden in zee zonder toezicht heeft gis
teren weer bijna eenige slachtoffers geeischt.
A. W. uit de Zoutmanstiaat te den Haag,
waagde zich te ver in zee en werd bewuste
loos aan den kant gebracht door zekeren S.,
wonende te Rotterdam, mej. H. S. uit dc
Heemskerkstraat te den Haag werd bewusteloos
op het droge gebracht door B. uit de Kritzin-
gerstraat aldaar en mej. N. v. t H. uit Rotter
dam onderging hetzelfde lot. Deze onvoorzich
tige zwemster werd achterhaald door haar 15-
jarigen broer, die ook al spoedig in levens
gevaar verkeerde. Beiden werden door omstan
ders gered. Al deze slachtoffers konden ten
slotte nog bijgebracht worden door kunstmatige
ademhaling.
NIEUWS VAN DEN PROEFPOLDER
BINNEN ENKELE WEKEN
GRONDMONSTERS
Naar wij vernemen, zoo lezen wij in het
Hbld., zal reeds zéér binnenkort, nJ. onmid
dellijk nadat het zeewater zal zijn afgemalen,
in den Andijkschen proefpolder der Zuider
zeewerken een begin worden gemaakt met het
nemen van talrijke grondmonsters, zulks on
der leiding van dr Hissink, directeur van het
Bodemkundig Instituut te Groningen.
Deze monsters zullen onderzocht worden op
mechanische samenstelling en tevens op plan-
tenvoedende stoffen, zooals prof. Van Bemm®-
len indertijd heeft gedaan voor de gronden
der IJpoldcrs.
Bovendien zal een bacteriologisch onder
zoek worden verricht, echter niet slechts van
de monsters uit den proefpolder, doch in ver
gelijking met (begroeide) kwelders en schor
ren. (niet-begroeide) ingedijkte slikken en ten
slotte zal een vergelijking worden gemaakt
mot verschillende in cultuur zijnde gronden.
Op grond van de resultaten dezer onder
zoekingen zal dan een geologische kaart wor
den opgemaakt, waarna indeeling van het
40 bunder groote terrein in strooken zal
volgen.
Wij vernemen voorts, dat men hoopt, nog
dezen herfst met de verkaveling van den polder
gereed te komen.
In landbouwkundige kringen is men de ver
wachting toegedaan, dat de ervaring in den
proofpolder zal leiden tot de conclusie, dat
diepe, open begreppeling op de Zuiderzeegron-
den als een noodzakelijk kwaad moet worden
beschouwd. Natuurlijk zal men om velerlei
redenen, o.a. machinale bewerking, trachten het
zonder deze te stellen, doch de verwachtingen
omtrent die mogelijkheid zijn niet hoog ge
spannen.
Verder heerscht in sommige kringen de ver
wachting, dat groenmaken met gras en klavci
een waardevol middel zal zijn tot in cultuur-
brenging; de grond krijgt dan rust, terwijl on
kruidvorming en structuurbedcrf voorkomen
worden.
Vóór alles zal rekening gehouden moeten
met de conclusie, welke uit vroegere in diltuur-
brenging van zoute gronden kan worden ge
trokken, nJ. onvoldoende ontwatering en te
vroeg begonnen.
Als leider der landbouwkundige onderzoekin
gen in den proefpolder zal fungeeren ir. W. A.
Bosma.
Ten slotte vernemen wij, dat waarschijnlijk
ook in den proefpolder zelfs een laboratorium
voor grondonderzoek zal worden gevestigd,
zoodot niet alle monsters naar Groningen ge
zonden behoeven te worden.
TRAGISCH ONGEVAL.
In de woning van D. O. aan de Brouwer»
straat te Rotterdam speelden eenige kinderen
met een bal. Deze kwam terecht op een kan
kokende koffie met het gevolg, dat de kan om
viel. Een meisje van 6 maanden, dochtertje van
den heer O., dat op den grond zat te spelen,
kreeg den inhoud over zich heen. Met ernstige
brand wónden bedekt werd de kleine naar het
ziekenhuis overgebracht en overleed daar en
kele uren later.
GEVOLGEN VAN DE HITTE.
De 19-jarige T. V. speelde te Rotterdam
Zaterdagavond voor de eerste maal in een voet
bal-elftal mee. Vermoedelijk is hij d^or de
warmte bevangen want plotseling zakte V. in
elkaar en voor zijn medespelers hem in de
kleedkamer hadden gedragen was hij reeds
overleden.
MOTORONGEVAL.
Zondagmorgen omstreeks 11 uur is de motor
rijder de heer Van Raamsdonk, uit Amsterdam,
op den Muiderstreatweg bij de brug van het
Merwedekanaal, toen hij voor een weirijder
wilde uitwijken, met zijn motor tegen de straat
geslingerd. Per autobrancard van Esser Zieken-
vervoer is de heer Van Raamsdonk, die vrij
ernstig gekwetst werd, naar het Burgerzieken
huis te Amsterdam vervoerd, waar hij ter ver
pleging is opgenomen
Gemiddeld over de 5 hoofdstations was de
ochtcndtemperatuur 0.2 Gr. C. te laag. Zij
was 1 Gr. te hoog in de eerste decade. 1)4
Gr. te laag in de tweede en normaal in de
derde. De grootste afwijkingen kwamen voor
op^ dc 5de en 19de, resp. 4)4 Gr. boven en
3)4 Gr. beneden normaal. De gemiddelde
maximum-temperatuur was normaal, de ge
middelde minimum-temperatuur was 1)4 Gr.
boven normaal tengevolge van de sterke be
wolking.
Do regenval was onregelmatig verdeeld, in
Noord- en Zuid-Holland, Utrecht en Gelder
land 10 tot 25 beneden normaal, daarente
gen in Groningen en Zeeland,50 in Noord-
Brabant en Limburg 10 tot 15 boven nor
maal.
Jn De Bilt werden 144 uren zonneschijn
waargenomen, tegen 196 normaal.
13 ONGELUKKEN IN EEN WEEK
In de gemeente Oegstgeest bij Leiden zijn in
de afgeloopen week niet minder dan 13 onge
lukken gebeurd, waarvan 3 gisteren plaats
vonden.
Zaterdagavond ongeveer 7 uur moest dc hcei
Gooszen uit Rotterdam met zijn auto, waarin
ook twee dames gezeten waren, op den Rijns-
burgerweg en nabij de Duifhuislaan te Oegst
geest in een bocht uitwijken voor een van de
tegenovergestelde richting komenden auto. Hij
kwam daarbij in een hoop grind terecht, waar
door hij zijn stuur niet meer moester was et«
tegen een telefoonpaal opreed. Dc twee inzitten
de dames werden zwaar gewond. De auto werd
geheel vernield. De inzittenden van den anderen
auto hebben assistentie Verleend. Door de
Eerste Hulp Dienst uit Leiden zijn de gewonden
naar het Diaconessenhuis aldaar overgebracht.
Ongeveer op denzelfden tijd kwam de drie*
jarige jongen P, B., wonende aan den Duin
straatweg te Oegstgeest, die voor de deur aan
het spelen was, met de stoomtram, die pal voor
de deur loopt, in aanraking. Door de politie
te Oegstgeest werd het knaapje per auto naar
het Academisch Ziekenhuis te Leiden overge
bracht. Zijn toestand is zorgwekkend. Dc machi
nist van dc tram had van het ongeluk niets be
merkt.
VERKEERSONGEVALLEN BIJ ENSCHEDE.
Gisteravond en vannacht hebben nabij En
schedé enkele ernstige verkeersongevallen
plaats gehad. Op den Hengeloschestraetweg is
de motorrijder v. D. in botsing gekomen met
een wielrijder, v. D. werd zwaar gewond naar
het ziekenhuis overgebracht. Zijn benedenkaak
was versplinterd en zijn bovenkaak gebroken.
Zijn echtgenoote, die op dc duo zat, liep enkele
lichte kwetsuren 6p.
In de Deumingerstraat is de motorrijder R.
uit Lonneker, wiens beide kinderen op de duo
zitting zaten, tegen een auto opgereden. R.
werd ernstig gewond. De kinderen liepen
slechts ontvellingen en schrammen op.
Op den Hengeloscheweg is de wielrijdstet
W. gevallen en door een passcorende auto
overreden. Met gebroken beenen en ernstige
kneuzifjen werd zij naar het ziekenhuis over
gebracht.
Op den Haaxbergscheweg is een motorrijder
uit Haaxbergen tegen een boerenwagen opge
reden. Met inv/er Jige kneuzingen en een ge
broken knieschijf is hij in het ziekenhuis op
genomen.
VERDRONKEN.
Met andere jongens was de 10-jarige W. G.
wonende aan het Broersveld te Schiedam
gaan zwemmen, in een der bassins van den
voormoligen watertoren aan de Twee-Stedon-
straa.t te Rotterdam. Plotseling verdween do
jongen in de diepte en kwam niet meer bo
ven. Toen hulp gehaald was en de knaap weer
op den wal was gebracht bleken de levens
geesten reeds geweken.
over, dan den jongen' man eerst tot bekentenis
te brengen en hem dan hier weg te krijgen.
Toen zij thuiskwam, was hij kalm, maar
nóg sprekende over de zaak: hij zou wachten,
tot de ware man ontdekt was en dan zou de
oude heer Dering wel anders praten. Binnen
een paar dagen zou de zaak zeker in orde
komen. Daar twijfelde hij geen oogenblik aan.
Hij was overtuigd, dat het Checkley was; die
oude schurk I
Niet, dat die het alleen gedaan zou hebben.
Maar hij had natuurlijk medeplichtigen. Zijn
deelname in den diefstal bestond waarschijnlijk
daarin, dat hij het chèque-boek genomen en
het den anderen in handen gespeeld had.
„Wel moeder?" vroeg Atheïsten.
Zijn moeder ging zitten, er bleek en ellendig
uitziend.
„Moeder!" riep Hilda. „Toe! Wat zegt mr.
Dering?"
„Hij beschuldigt hem," antwoordde zij, op
harden, stroeven toon. Maar
„Maar wat
„Hij heeft mij alles en alles verteldl"
Ze barstte in snikken uit, ofschoon ze anders
verachtelijk neerzag op vrouwen die huilen.
,,'f Is verschrikkelijk! Verschrikkelijk!
Ongelooflijk! En toch, wat moet ik er van
denken? Wat kan ik er van denken? Wat moet
een ieder wel denken. Ga jullie weg, meisjes!"
Hoewel schoorvoetend, gaven Hilda en Elsie
gevolg aan dien wenk. „O, mijn zoonHoe
k a n ik het gelooven! En toch, aan den eenen
kant een jongen van twee en twintig, bloot
gesteld aan alle verzoekingen van het groo'e
stadsleven; en aan den anderen kant een
klerk van vijftig jaren trouwen diensttijd. En
toen de feiten voor je beiden blootgelegd wer
den, kalm en bezadigd, vlieg je op en loopt
EEN DRAMA TE BERLICUM
Zondagavond circa half negen is in de ge
meente Berlicum.in een weide aan de zooge
naamde Looversche straat gevonden het lijk
van het 21-jarig meisje Dina Traa met een
schotwond door het oog. Dokter Trug uit Ber-
licum verleends de ee:ste geneeskundige h dp,
hetgeen echter niet meer kon baten. Pastoor
Knaapcn uit Berlicum heeft nog het Heilig
Oliesel toegediend. De politie ond^r leiding
van den opperwachtmeester uit Den Bosch die
het onderzoek leidde, aresteerde nog denzelf
den nacht een zekeren V. D. M. tri* Sehijnde!,
die, naar men zegt, pl.m. twee jaar met het
meisje verloofd was. Hedenmorgen is de ver
dachte geconfronteerd op de plaats der mis
daad. Hij ontkent tot nu toe alle schuld. Hij
verklaarde alleen dat toen hij ter plaatse met
zijn verloofde in de weide zat, plotseling een
schot haar trof, waardoor zij bewusteloos in
elkaar zakte. Het moordwapen, waarschijnlijk
een revolver, is nog niet gevonden.
jvAN EEN ONGELUK TE WIJTEN
Gistermiddag werd het sectie-onderzoek
■verricht op het stoffelijk overschot van de
29-jarige mej. D. Traa uit Berlicum, die naar
vermoed werd het slachtoffer was geworden'
van een moordaanslag. Het onderzoek had to<
resultaat, dat bij bet oog een stuk ven een
kogel werd gevonden, waaruit echter riet. viel
op te maken uit welk wapen het afkomstig
was. De marechaussee heeft toen -een onder*
zoek ingesteld op de schietbaan St. Joris, waar
cp den avond van het ongeval n>et scherp
geschoten is. Vermoedelijk is 't meisje door een
ffgedwealden kogel, welke tegen Ket doe!
Ïersplinterd werd getroffen. In verbond mat
eze vermoedeliike oplossing is C. van Meij5»
den, die als verdachte in deze zaak was ge»
Ïrresteerd, op last van de Justitie weer fe
rijheid gesteld.
AUTO-ONGEVAL. 1
Gisteravond is in de Julianalaan te Delft
een vrachtauto van den Haagschen kolenhan
del, komende uit de richting Rotterdam in
volle vaart over den kop geslagen, vermoede
lijk tengevolge van een defect aan de vooras.
De chauffeur, de heer H. Korcink, alsmede
de heer J. Ouwehand, die naast den chauffeur
zat, werden uit den wagen over dan weg ge*
slingerd. De heer Ouwehand bekwam ver
schillende hoofdwonden en ontvellingen aan
•handen en voeten.
Twee kinderen, die op de auto zaten en
eveneens over den weg werden geslingerd wer-
den niet noemenswaardig verwond.
De chauffeur en de heer Ouwehand weiden
per politiebrancard naar het ziekenhuis ver*
voerd en daar verbonden. Opname werd ech
ter nog niet noodzakelijk geacht.
De ernstig beschadigde auto is door een
kraanwagen van den heer De Graaf wegge
sleept.
BOTSING BIJ HET RANGEEREN.
Is het station Alkmaar onveilig?
Een reiziger in den badtrein naar Bergen, die
in een coupé was gezeten, dicht bij de plaats,
waar Zaterdag de rangeerder Bos- werd dood
gedrukt, deelde aan het HWcL mede, dat
iemand van het spoorwegpersoneel, naar h-'j
meent een machinist, na het ongeluk tot hem
zeide ,/t Verwondert mij niets, dat hier een
ongeluk is gebeurd. Drie weken geleden nog
heb ik er schriftelijk op gewezen, dat in het
station Alkmaar voor de veiligheid niet vol
doende gezorgd wordt". Deze zegsman zag
het ongeluk aankomen hij zag de locomotief
door den verkeerden wisselstand rijden en
riep den rangeerder nog toe zich te bergen,
maar het was reeds te laat
weg, terwijl Checldey, bedaard, het resultaat
van het onderzoek blijft afwachten. O jongen P
en ze legde haar hand op zijn arm, maar durf
de de oogen niet opslaan naar dat schuldig
gelaat. „Athelstan, toe, bekend nu en maak
nog goed wat er goed te maken valtl Beken,
toe mijn jongenl Anders word je nog in hech
tenis genomen en gevonnisdl En olDc kan
niet zeggen hoe verschrikkelijk allemaal, want
die banknoten, die je gewisseld hebt, waren
alle genummerd en
Athelstan's drift was nu gestegen tot een
soort waanzin:
„UI" riep hij. „UIMijn eigen Moeder!
U gelooft, dat? Neen maar! O, nu worden we
allemaal gekl Word ik dan hier uit huis ge
jaagd? Nu, ik zal gaan, ik ga alMaar dat
zweer ik, nooit, nooit, nooit kom ik weer thuis
tot u, mijn eigen moeder, mij vergiffenis komt
vragen."
Buiten in den hall stonden de zusjes rillende
te wachten.
„Athelstan!" riep de oudste. „In s hemels
naam, wat heb je uitgevoerd?"
„Vraag dat maar aan Moeder. Die zal Ket
je wel vertellen. Ze schijnt het beter te weten
dan ik. Ik ben weggejaagd door mijn eigen
Moeder! Ze zegt, dat ik schuldig ben, schuldig
aan vervalsching in geschrifte!"
„Als ze dat zegt, Athelstan," antwoordde
Hilda koud, dan zal ze daar wel haar reden
voor hebben. Ze zou je niet wegjagen voor niets
Toe, staar me nu niet zoo aan. Bewijs liever
je onschuld I"
„Wat? Jif ook? O, nu word ik door mijn
zusters al evenzeer verjaagd I"
(Wordt vervolgd).