L. J. LUYCX Zoon Wis is Edmund Gray? TWEEDE BLAD. BINNENLAND Levertraan Emulsie B. en S. A. y. d. WEG. LANGESTRAAT 23. WILLEM GROENHUIZEN Langestraat 43 Telefoon 582 Gouden Trouw- en Verlovingsringen. Wollen Kinderkousen FEUILLETON. 26e Jaargang 73 AM ERSFOO RTSCH DAGBLAD „DE EEMLANDER" Zaterdag 24September 927 HELDENHONGER (Nadruk verboden). De wereld heeft behoefte aan helden; als er geen aijn, schept ze ze zich. Zonder haar held kan geen maatschappij, maar ook geen individueele persoonlijkheid leven. Men heeft wel eens gezegd, dat de mo derne gemeenschap geen groote mannen meer heeft en daardoor gedoemd is verloren te gaan: De democratie zou met haar be ginsel van gelijkheid voor allen, zegt men. het leven beroofd hebben van zijn edelsten en krachtigst en prikkel: de heldenvereering, de Lv-.yA voor het persoonlijk gezag. He onjuist blijkt deze meening! Mis schien heeft nimmer te voren de helden vereering massaler en grootscher vorm aan genomen dan nu de leiding van gedachte en arbeid bij de velen berust en van de menigte bekrachtiging behoeft. Enkele voorbeelden uit den allerlaatsten tijd kun nen, om dit te bewijzen, volstaan- Ik denk allereerst aan de geweldige betooging jegens dien jongen man, die in alle stilte op zijn eentje per vliegtuig den Oceaan overstak en die bij zijn aankomst te Parijs tegen zijn bewonderaars krachtdadig moest worden beschermd. De godendienst van de oude volkeren verliest zijn beteekenis bij dit overweldigend schouwspel. Geen ovei- winnaar op de Olympische spelen is aldus toegejuicht, geen Romeinsc'he triomfator aldus gelauwerd, geen Egyptische koning aldus vergoddelijkt. Zij allen waren plaatselijke helden. De piloot van den oceaanvlucht belichaamde hiertegenover tfen hartstocht en de geest drift van gansoh de wereld. Wat bij alle verscheidenheid en tegenstelling tusschen volkeren en rijken onmogelijk scheen, werd hier werkelijkheid: heel de aarde op gaande in gemeenschappelijke aanbidding van wat aan kracht, schoonheid en overleg boven haar staat. Na een roes, als waarin de bevolking der aarde eenige oogert-blikken haar universeele eenheid ervoer, zal hier en daar een ont nuchterde zich afgevraagd hebben, of er geen overdrijving gescholen heeft in deze massale uitzinnigheid ten overstaan van een vijf en twintigjarigen waaghals. Dezelfde ontnuchtering zal in de klassieke oudheid sceptische gemoederen hebben doen twij felen aan de innerlijke waarde van den ko ning, den priester, den profeet of den veld heer, die op zijn zegekar als een god werd verheerlijkt. Maar mogen wij de waarde van onze hel den ontleden? Hun persoonlijke grootheid kan onmogelijk overeenkomstig de beteeke nis zijn, welke de uitzinnige menigte hun toeschrijft. Zelfs een Napoleon blijft ten slotte een onvolmaakt mensch, en wanneer, na zijn val, hij eenzaam op St. Helena weg kwijnt, kijkt niemand meer naar hem om. De grootheid van den held is een bijkom stige factor; er kunnen op het oogenulik, waarop kapitein Lindbergh rustige zaxen- menschen en kamergeleerden tot razernij brengt, misschien duizend andere jonge mannen leven, wier karakter en kunde met dat van den jongen vlieger op één lijn staan. Het toeval heeft gewild, dat juist hij de aandacht der naar helden hongerige wereld een oogenblik heeft getrokken. Misschien zijn er gelijktijdig duizend an dere daden van koenheid en vernuft in da wereld verricht, maar door een complex van niet ter zake doende factoren is de daad \an Lindbergh uitgeroepen tot de heldendaad bij uitnemendheid. Toen Lindbergh op dien merkwaardiger, dag opsteeg, hield hij het voor zijn taak, een vliegrecord te verbeteren- Hij vervulde die taak, maar weinig had hij gedacht, daar nevens een roeping te zullen vervullen, waarmee hij de behoefte der mensohheid nog meer bevredigde dan met den Licht dienst New-York—Parijs. Want als luchtreizigers zullen slechts zeer weinig menschen van zijn proeftocht profijt trekken. De miilioenen eohter hebben pro fijt getrokken van de gelegenheid, welke Lindbergh hun schonk als voorwerp voor heldenvereering. De wereld 'hongert naar helden en bijzaak blijft het voor haar, wat die helden rtoen om zic-h naam te verwerven. Kort voordat de koene vlieger bijna 'net slachtoffer werd van overstelpende hulde, had de wereld met even indrukwekkend eerbewijs haren held Valentino begraven. En wederom: geen Egyptische halfgod is met een zoo groolsche betooging naar zijn pyramide gebracht, als waarmee deze cinema-held naar zijn laatste rustplaats ge leid werd. De wereld hongert naar helden, levend ol dood. Wie blijft onze regeering niet dank baar, dat ze onder pompeus huldebetoon generaal Van Heutz heeft doen uitdragen uit het koninklijk paleis op den Dam? On verschillig, hoe we staan tegenover de ver diensten of de beginselen van een groote persoonlijkheid, wij willen ons opgenomen zien in een geestdriftige menigte. Wij willen met de gemeenschap mee wijzen op een be paald lichaam en zeggen: daarin heeft zich het volmaakte verwerkelijkt, dat wij allen bij voortduring zoeken, maar in eigen schamel leven nimmer bereiken. Daar is het vleesch geworden; het is dus geen waan, het bestaat; wij kunnen het zien, hooren en tasten. Wij kunnen het ten voorbeeld nemen en trachten het na te volgen met een gezaghebbend model. Vanwaar eensklaps de populariteit van een bepaald kunstenaar? Vanwaar plotse ling hetzelfde boek in aller handen; de algemeene toeloop naar een tooneelstuk; het zich verdringen om een tevoren onbe kend schilderij? Men wil zich overtuigen: dit is het! hier is het, het volmaakte, dat gewoonlijk slechts als een nevelachtig schijnsel ons omgeeft, maar nu concrete gestalte aan neemt en te noemen is bij een duidelijken naam. Ac'h, bij abstracties en ideeën kun nen wij, sterfelijke wezens, niet leven. De hemel is zoo hoog en het heelal is zoo uit gestrekt- Waar kunnen wij het grijpen, 'net niet te omschrijven en toch allerwezen- lijkste, waardoor en waarvoor wij leven: het ideaal! Waar overtuigt het onze verlangende blikken van zijn bestaan; waar dient het zich aan in onze luisterende ooren met onbe drieglijke stem? Dat is het, wat wij behoe ven, hiernaar hongeren wij en het is de Held, dien onze begeerte te voorschijn roept, de Held, dien onze verbeelding om- toovert 'met al het goud en de edelgesteen ten van de volmaaktheid, maar die, onder de zware vracht, dien hij torsebt, toch in eigen binnenste een schamel en hulpeloos mensch blijft als wij. H. G. CANNEGIBTER UIT DE STAATSCOURANT Benoemd tot iid van het centraal college voor de Teclasseering mr. dr. C. J. H. Schepel, raads heer in den Hoogen Raad en mr. dr. W. 'A. J. M. Fick, rechter in de rechtbank tc 'sGroven- hage. Benoemd tot ridder in de Oranje Nossau- orde J. Par nekoek, voorzitter van de afdccling Eerbeek van de Vereeniging tot bevordering •an de bijenteelt in Nederland. PRINS HENDRIK. Z. K. H. de Prins zal zich WoensdagochtenQ 28 dezer van het Loo, waar hij zich dan be vindt, na het bijwonen van het Landhuishoud- kundig congres tc Baarn, naar Meppel bege ven, teneinde aldaar de fancy fair, welke ge houden wordt ten bate van de afdeeling Mep pel van het Nederlandsche Roode Kruis te openen. De Prins komt tegen het avonduur te 'sGra- venhage terug in verband met den maaltijd ten Hove ter eere van den President van Liberia. RECLAMES. Van 1—4 regels 4.05, elke regel meer 1.— Prima Medicinale Levertraan - Scott's Emulsion JUWELIER jwntucn LANGESTRAAT 49 Tel. 190 Bekende goede kwa'iteiren en niet duur. Zwart, bruin, beige, grijs en jaspé. EEN AUTOWEG ROTTER DAM-AMSTERDAM- UTRECHT—NIJMEGEN EEN PLAN VAN DEN HEER S. TEN BOKKEL HUININK EEN BIJEENKOMST TE DEN HAAG Donderdagmiddag werd in het gebouw van het Kon. Inst. v. Ingenieurs te Den Haag een bij eenkomst gehouden, waartoe waren uitgerroo* digd een aantal belangstellende deskundigen, groot-industrieelen, vertegenwoordigers van stoomvaartmaatschappijen, buigemeesters van belanghebbende gemeenten, voorzitters van Kamers van Koophandel, enz., ter bespreking van pionnen voor aanleg van een autoweg voor snelverker Rotterdam—Schiedam—Delft—Den Haag—Leiden—Aalsmeer (zijtak Hoofddorp- Haarlem—Zand voort)—Schiphol—Amsterdam- Vreeland (zijtak Hilversum)—UtrechtArnhem —Nijmegen—Duitsohe grens (in aansluiting met de ontworpen autoslrasse Hamburg—Han nover— Cassel—Frankfort a.M.Basel— Zwit- j seriandItalië, speciaal met zijverbinding Keu- j lenDusseldorfCrefeldGochNijmegen). Een tiental der genoodigden was aanwezig, j Na de opening verscheen nog de heer Krijger, lid van de Tweede Kamer De vergadering ging uit van cn werd geleid j door den heer S. ten Bokkcl Huinink te Zandvoort, die uiteenzette dot haar doel uit- sluitend was, een landsbelang te dieren. Uit de notulen van een vorige vergadering j bleek, dot er reeds eerder t<> dezer zake be- sprekingen zijn gehouden, echter van vertrou- J welijken aard. De heer Ten Bokkcl Huinink deelde mede, dat de groote gemeenten alsook het Dep. van Oorlog het denkbeeld welgezind zijn, hoezeer hijzelf van zekere zijde als een fantast is be schouwd. Spr. zeide, dat de autoweg ook ver- j band kan houden met de bij Arnhem en Nij- j megen nieuw te bouwen bruggen. In 't buitenlard zijn er reeds dergelijke auto- j wegen voor snelverkeer, welke in minder dicht bevolkte streken dan pr in Nederland zijn rzn-j 4eeren Een samenwerking als van het Rijk met de Mpij. tot uitvoering van Zuiderzeewerken zou volstrekt niet uitgesloten behoeven te zijn; ook is geen concurrentie met de Nederl. Spooi- wegen bedoeld; integendeel zou een compromis niet tot de onmogelijkheden behoeven te be- hooren. Op vragen van den heer C. G. V a 11 i e t K r a a n c te Amsterdam gal" de heer Ten Bokkcl Huinink eenige techn. inlichtingen betreffende aan te brengen viaducten of dergelijke werken in den 20 m. brceden weg voor speciaal snel- j verkeer. Als het particulier initiatief maar van overheidswege wordt gesteund, zou de weg zeker tot stand kunnen komen. Wat de ren- tabiliteit betreft, als de weg niet rendabel zou: kunnen zijn, vanwaar dan de nog bestaande vrees van de zijde der spoorwegen Boven- dien, herhaalde spr., zou samenwerking met de spoorwegen, zeer wel mogelijk zijn, ter wille van het nationaal belang. De heer S. Prins, dir. der Ned. Basalt Mij. te Zaandam, merkte nog op, dat cr zonder mede werking van het Rijk en de spoorwegen van het plan niets zal kunnen komengetracht moei worden, steun te krijgen b.v. uit het Rijkswe genfonds. De heer Ten Bokkel Huinink, dit beamende, gaf eenige globale cijfers, waaruit spr. opmaak te, dat de kosten van den wegaanleg 35 mil- lioen zouden zijn, en dat uit de exploitatie van eigen sneldiensten, alsmede uit cntTécgelden enz. zoodanige baten zouden worden verkre gen, dat reeds het eerste jaar meer dan twee millioen winst mag worden verwacht. De heer J. M. Krijger, lid der Tweede Ka mer, wees op de gebleken noodzakelijkheid vnn reorganisatie van den Rijkswaterstaat, hoe hord daar ook gewerkt wordt. Thans kan de waterstaat niet snel genoeg vorderen. Daar om ware het gewenscht, het particulier initia tief te hulp te roepen. Het publiek moet hier nu allereerst van de noodzakelijkheid van die hulp worden overtuigd, en in die richting ligt er z.i, een taak voor de pers. Men late een comité het publiek doen inzien, wat het parti culier initiatief vermag (applous). Nadat nog was opgemerkt, dat allereerst de concessie moet worden verkregen cn een finan* cieele basis geschapen, alsook dot zonder me dewerking van den Staat er niets is te be reiken, drong de heer ir. I. H. Wilton uit Rot terdam aan op de vorming van een comité van veelzijdige samenstelling, waarin zoo mogelijk ook de Neder!, spoorwegen vertegenwoordigd behooren te zijn. De heer Ten Bokkcl Huinink gaf in over weging, reeds thans een commissie te benoe men om de vorming van zulk een comité voor te bereiden Nadat nog enkele stemmen waren opgegaan om te trachten, door de publieke opninie drang op den minister te doen oefenen, werd de be doelde commissie van voorbereiding samen gesteld uit de hceren C. G. Vattier Kraane en mr. G. Ruijs te Amsterdam F. s'-Jacob te Rotterdom ir. I. H. Wilton te Wassenaar dr. L Th. A. Peters te Den Haag H. J. A. Raedt van Oldenberneveldt tc WassenaarA. M. Touw tc Leiden mr. A. Slob, burgemeester HaarlemmermeerA. H. baron van Hardcn- broek tot Ammerstol te HaarlemJ. van der Molen, Oosterbeek R. W. H Hofstede Crull te Arnhem ir. Sprang te Nijmegen S. Prins, di recteur der NcderL Basalt-Maatschappij "te Zaandam I. van de Velde te Heemstede G. H. van der Straotcn te Den Haag cn S. ten Bokkel Huinink te Zandvoort. DE ARNHEMSCHE GASFABRIEK. De directie. De leiding van dc gemeentegasfobriek te Arnhem is bij ontstentenis van een directeur en ndjunct-directeur tijdelijk opgedragen aan den heer H. Holsboer, oud-adjunct-dirccteur. Het ligt in de bedoeling van B. on W.r in ieder geval als directeur weer een ingenieur aan te stellen, zoodat de heer Ketel, onlangs be noemd tot adjunct-directeur, in deze functie gehandhaafd blijft. DE STAKING DER AARDAPPELROOIERS. Het werk gedeeltelijk hervat. Tusschen werknemers en werkgevers te 2e Valthermond is een overeenkomst tot stand gekomen en het werk is hervat. De werkgevers hebben den eisch 25 ct. per rij van 70 M. inge willigd (vroeger was het loon 23 ct.) Te Valthermond zal het werk vermoedelijk gedeeltelijk worden hervat. Te Ie en 2e Ex- loërmond staakt men nog. DE NIEUWE INVALLEN BIJ INDONESISCHE STUDENTEN TE AMSTERDAM, LEIDEN EN DEN HAAG MOHAMMED HATTA ONDER DE GEARRESTEERDEN Gisternacht zijn er te Amsterdam, Leiden en 's Gravenhage door de politie en justitie invallen gedaan m de woningen van onderscheidene Indonesische studenten, die verdacht worden betrokken tc zijn bij het communistisch complot, dot eenigen lijd gele- den ontdekt werd en ter zake waarvan toen reeds, gelijk gemeld, eenige huiszoekingen plaats vonden, met gevolg dat verschillende schrifturen in beslag werden genomen. Heden nacht hadden verschillende arresta ties plaats. In den vroegen ochtend werd door twee inspecteurs der Haogschc recherche o.a. ge arresteerd Mohammed Hntte, voorzitter van „Pcrhimpoenan Indonesia", tc Leiden is o.a. gearresteerd Raden A Sastro Amidjojo. Nader meldt men ons uit den Haag Omtrent de arrestaties van Indonesische stu denten, kan nog het volgende worden mede gedeeld De commissie die indertijd naflot een com munistisch complot was ontdekt, op last van de Justitie werd benoemd, om de toen bij In donesische studenten in beslag genomen do cumenten te onderzoeken en die eenigen tijd geleden haar rapport betreffende dot onder zoek bij dc Justitie indiende, is, naar wij vernemen, sindsdien in overleg met de Justitie steeds verder gegaan met het verza melen van gegevens betreffende de verhouding welke er bestond tusschen sommige Indonesi sche studenten hier te lande cn dc communis-* tische agitatie in Indië, zoomede omtrent het contact van die studenten met Moskou. In den laatsten tijd moeten er verschillende nieuwe feiten ter kennis van de Justitie zijn gekomen. Toen nu deze gisteren vernam, dat een Leidsch student, Sastio Amidjojo, een der verdachten, binnen enkele dagen naar Indië zou vertrekken, achtte zij het oogenblik ge komen om in te grijpen. De twee studenten, die te Leiden zijn ge arresteerd en waartoe behooit genoemde Sastro, zijn ook reeds in het Huis van Bewa ring ingesloten. Zij worden verdacht van het misdrijf, be doeld in artikel 131 Wetboek van Strafrecht (opruiing). Uit Amsterdam wordt ons nog gemeld Door de Amsterdamsche recherche is in op dracht van de Haagsche justitie gezocht naar twee Indonesische studenten, die hier geen voste woonplaats hebben. Invallen hebben hier niet plaats gehad. Bedoelde studenten zijn nog niet gevonden OPLICHTING Bedriegelijke advertenties. De Centrale-recherche te Rotterdam heeft proces-verbaal opgemaakt tegen iemand uit de Zomerhofstraat, die zich aan opliclning zou hebben schuldig gemaakt. Dc man plaatste advertenties in dagbladen waarin hij aanbood tegen de borgstelling van 200 op te zullen Deden bij de bemiddeling voor een betrekking als broodbezorger. Vier menschen hebben op dc advertenties gereageerd, de vierde had al leen de 200 nog niet gestort, toen hem bleek, dat van de betrekking niets komen kor>. Daarna is aangifte gedaan. DOOR EEN WINDMOTOR GEGREPEN. Een jongen ernstig gewond. De 12-jarige W. K., van het verplegings- huis te Heerenveen, waagde zich te dicht bij de as van een windmotor. De jongen werd ge grepen en met zijn beenen tegen de ijzeren stijlen, waarop de motor gebouwd is, gewor pen. Op het gegil kwam de gcstichtsvader aangeloopen, die den motor stilzette en do kleeren afsneed om den jongen uit zijn be* narde positie te verlossen. Zijn beenen waren ernstig gekneusd. Onder hevige pijn werd de jongen naar het gesticht gedragen, waar de dokter een voorloopig verband aanlegde. (Tel.) Laat een scherp of boos woord onopge merkt. Het antwoord alleen maakt twist Johanna v. d. Woude. Geautoriseerde vertalin gnaar het Engclsch van WALTER BESANT. door Mej E. HOOGFAVERF. -1 Elsie zat volkomen stil. Om tien uur hoorde 2e iemand de trap opkomen, de deur van het particuliere kantoor van mr. Dering ging open en de chef zelf trad binnen. Hij stond een ooqerblik op den drempel, keek eens rond en 20odra Elsie hem zag, werd ze gewaar, dat hij andermaal verkeerde in den toestand, zoools George dien beschreven had. Zóó kwam mr. De- liing 's morgens gewoonlijk op het kantoor. Zijn jas was niet dichtgeknoopt, zijn gelaat droeg de weldodig-vriendelijke uitdrukking, die Elsie op het portret had a-ngebrach». Hij sloot de deur en trad aan het venster Met lichten tred, zonder den ouden klerk in zijn slaap te storen, trad Elsie nu ook in het kan toor van mr. Dering cn sloot de deur achter zich. De slaapwandelaar stond nog aan het venster. Ze trnd op hem toe en tikte hem even op den arm. Hij schrikte en keerde zich om. „Wat is er van uw dienst, jongedame? Kan ik wat voor u doen ,Jk vrees van niet," antwoordde zij. Weifelend keek hij haar aan. En zich toen blijkbaar iets herinnerend, trad hij terug van het venster, en ontsloot de safe. Vervolgens haalde hij uit zijn zak te voorschijn een manus cript, met een rood touwtje er om heen Elsie keek in de safe en las den titel „De Nieuwe Menschhcid", door Edmund Gray, wat met groote letters op het buitenblad stond. Toen sloot hij de safe en stak den sleutel bij zich, waarop hij bij het venster ging zitten, zonder in het minst eenige aandacht te schenken aan zijn bezoekster. Alles ging in z'n werk precies als dit al eens had plaats gehad, in tegenwoor digheid van George en van den ouden klerk. Tien minuten bleef hij zoo zitten. Toen voer hem een huivering door de leden, hij stond op, keek het vertrek eens rond en was weer geheel de oude. „Elsio I" riep hij. „Ik wist niet, dat je hier was. Hoe lang ben je er al geweest „Misschien een paar minuten." „Ik moet in slaap gevallen zijn. Het is ook een warme ochtend. Je moet het een ouden man maar vergeven, kindlief I Ik heb ook zoo n slechten nacht gehad. Steeds maar liggen tob ben over al die narigheid. Ze kunnen cr maar niet achterkomen Elsie wie Cti beroofd beeft. Ze beschuldigen elkaar, in plaats van elkaar te helpen Nonsensl Checkley kon het niet doen! George evenmin. Mijn broer kwam hier met een onmogelijk „geval" geheel opgebouwd uit ver onderstellingen en gevolgtrekkingen. Maar, in waarheid, zijn we nog niets verder I „Voor mij is het net zoo goed een groot verdriet geweest, mr. Dering. Ik moest het huis van mijn moeder verlaten, waar mii zeer on aangename dingen werden voorspeld van mijn aanstaande en van mijn broer. Ik wcnschtc dus met u, dat ze „er achter" waren Mr. Dering hing zijn hoed op, knoopte zijn geklecdc jas toe en ging aan zijn tafel zitten, nog altijd met verdrietigen blik. „Ze plagen mij ook zoo. Gisteren legden ze twee brieven aan dien Edmund Gray gadres- scerd, boven op de mijne. Waarom? Enkel om me te bespotten en mij te tarten, hem te ont dekken. Checkley zweert, dat hij ze daor niet heeft gelegd. Ik trad binnen op het oogenblik, dat hij het vertrek verliet. Waren cr hier dan geesten rond Eergisteren en den da? daar vóór waren cr dingen in de safe gelegd „In de safe?En u hebt immers alleen maar den sleutel Hoe kunnen er dan die din gen ingelegd zijn „Ik weet niet. Ik weet niets. Ik weet ook niet, wat mij nu weer zal ontnomen worden I Mijn huizen mijn hypotheken, mijn landerijen, mis schien mijn praktijk „Kom, praat u toch niet zooHeeft u van ochtend nl iets vreemds gevonden?" Hij keek de brieven na. „Wat dit betreft niet. Maar, wacht, ik heb nog niet in de safe gekeken." Hij stond op en deed de kas open. Toen haal de hij er het pakje uit, dat hij er zelve, nog geen kwartier geleden, ingelegd had en riep „Al wéérDaar heb jc het al wéér I 7T<só plagen ze mij nu. Zóó kwellen ze een ouden man." En hij wierp het pakje naar den anderen kant van het vertrek, terwijl hijzelve weer aan tafel ging zitten en diep zuchtte. Elsie raapte het bundeltje op. Het was een dik manuscript, met den titel, dien zij al gelezen had. Ze mankte het touwtje los en bladerde her eens door. Het was zooals ze nu zag, de auto biografie van Edmund Gray. En in het hand schrift vnn mr. Dering 11 Ze bracht het weer naar de safe „Legt u daar alles bij elkaar, wat ze u zen den," raadde zij. „Weet u iets van dien Edmund Gray „Niets kindlief! Volstrekt niets. Ik heb den man nooit gezien. Ik heb nooit van hem ge hoord. Toch heeft hij geheel beslag op mij ge legd. Hij heeft zijn kamers gehuurd op een aanbeveling van mij. Ik heb hem geintrodu- eeerd bij den directeur van de Bank, ik, met mijn eigen handschrift naar ze meenden. Hij trok een wissel van zeven honderd twintig pond op mij, nu acht jaar geleden. En hij heeft acht en dertig duizend pond geldswaarde op zijn naam over laten brengen." „Daarbij is hij nog aanleiding geweest van verdenking en lage beschuldiging tegen mijn verloofde en mijn broer, wat niet makkelijk te vergeven valt. O, mr. Dcring het spiit me toch zoo voor u IMaar stel u nu eens vóór," en ze legde haar hand op de zijne, „dat ik voor u uitvind?" „Jij kird Wat zou jij nu bereiken, waar an deren niet slaagden „Ik kan het toch probeeren." „Zeker, dat staat je vrij I Maar als het je lukt, word je nog verbranff als heks „Neen. Als ik het uitvind, dan komt u op mijn bruiloft I Maar 't zal anders een droeve plechtigheid wezen, want ieder zal zich zoo zeer schamen over de leelijke dingen die er gezegd werden. Goedendag, mr. Dering. Ik ben een profetes. Binnen enkele dagen zult u alles te hooren krijgen van Edmund Gray I" Ze ging weg, zonder eenige nadere toelich ting. Mr. Dering schudde het hoofd en glim lachte. Hij geloofde niet aan hedendaagscho profetie. Maar dit jonge ding met haar zachte stem cn sympathieke manieren, kwikte hem al* tijd op, met haar bezoek. Nu ging hij zijn brieven lezen en over het geheel zijn gewone dagtaak beginnen. Elsie zelve keek zóó ernstig als het haar ooit maar mogelijk was. Zij hield zich overtuigd, dat er verband bestond tusschen mr. Deririg en mr. Edmund Groy. Hij was het en niemand an* ders, die de brieven op tafel legde en de din* gen in de safe. En nu dit eenmaal zoo was^ moest hij het ook zelf zijn en niemand andera, die al brieven schreef, de wissels teekende en het verdere kwaad bedreef. Hij zelveMaar hoe Elsie had wel gelezen van hypnotisme. Wonderlijke dingen werden dagelijks verricht door biologen en magnetiseurs. Mr. Dering werd gehypnotiseerd door dien man, dien Ed mund Gray, zooals hij zich noemde, dat die gedoan kon krijgen, wat hij begeerde. Nu, dieni Edmund Grav zou ze uitvinden. Ze zot «eS leeuw in zijn hol gaan opzoeten I Vast-besloten stapte ze naar Gray's Inn. Ze vond no 22 en liep de trap op De buitendeur was gesloten. Ze fyïlde, maar kreeg geen ge* hoor. Ze herinnerde zich, hoe George toen dd oude werkster was gaan opzoeken cn maakte zich al gereed, om hetzelfde te doer.. Maar, toen ze de trap afging, kwam ze daar een oude vrouw tegen, die geheel beantwoordde aan de beschrijving, door George van dit menschje gegeven. vervolgd!»

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1927 | | pagina 5