PSANOHANDEL
26e Jaargang No. 85 AMËRSFOPRTSCH DAGBLAD „DE EEMLANDER"
v.h. LOUIS KLEIN.
PIANO'S en ORGELS.
L. J. LUYCX Zoon
DERDE BLAD.
BINNENLAND
LANGESTRAAT 49 Tel. 199
F8uwee9era
Pluche
Zaterdag
8 October *927
EEN ONGEVAL IN HET
HOOGGEBERGTE
HOE MR. DR. J. VAN WALRE DE
BORDES HET LEVEN VAN ZIJN
GIDS REDDE
Men zal zich herinneren, dat in den afge-
loopen zomer melding is gemaakt van een
ongeval in het Zwitsersche hooggebergte, waai-
bij een landgenoot, mr. dr. J. van Walré de
Bordes, het leven van zijn gids redde. In de
Stuwing, orgaan van de Amsterdamschc
Jongemannenvereeniging, staat de volgende
vc-rtaling van het verhaal, dat mr. De Bordes
over het voorgevallene schreef in de Worlds
Zouth:
loen Lindbergh gevraagd werd, wat het
zwaarste deel van zijn reis was geweest, ant
woordde hij: „de eerste dagen in Parijs". Ik
kan iets van zijn gevoelens begrijpen. Onlangs
had ik een ongeval in de bergen, waarvan on
gelukkigerwijze een hel gekleurd verhaal in de
pers verscheen en sindsdien is iedereen er op
uit mij het leven lastig te maken, om een arti
kel over mijn wedervaren te krijgen. Ik ben
beng, dat ik hen zal teleurstellen, want ik kan
geen sensatieverhaal schrijven.
Wij brachten onze vacantie door tc Gryon
(3.714 voet) boven Bex in het Rhónedal. Daar
de bergen lokten, nam ik een plaatselijken gids,
Francois Kohli, aan voor een driedaagsch uit
stapje. Het is een prachtkerel, 57 jaar oud,
ofschoon hij nauwelijks 45 lijkt.
Den eersten avond gingen wij tot de Ram-
bert Hut (8360 voet); den volgenden dag be
stegen wij den Grand Muveran (10.036 voet)
op welks top wij een wondermooi uur door
brachten en toen gingen wij langs verschillende
passen omlaag tot Anseindaz (6085 voet), een
kleine hcrderskolonic, die alleen in den zomer
bewoond wordt, vlak bij den Diablerets (10.042
voet), welken wij den laatstcn dog wilden be
klimmen. Ongelukkig was het weder gedurende
den nacht veranderd cn om 2 uur 's nachts,
toen wij op weg zouden gaan, was alles be
dekt met een dikken mist. Om 6 uur 's mor
gens begon dc mist op te trekken en het
scheen, dat wij ten slotte nog een helderen dag
zouden hebben. Het was echter te laat voor den
Diablerets, zoodat Kohli vooi stelde een kleine
ren top in de nabijheid te beklimmen, den
Pierre Cabotz (8787 voet).
Om 9 uur 's morgens kwamen wij aan dc
Col des Chamois (8744 voet), een pas tusv
schen Anseindaz en Les Plans, een bergdorp
in een zeer schilderachtige vallei. Wij gebruik
ten een stevig ontbijt en lieten onze rugzakken
en ijsbijlcn aan den voet der rotsen.
Van den pas, welke dc Pierre Cabotz scheidt
van de rest van de keten, leidt een steile hel
ling naar den top. Gedurende de klimpartij
naar boven verdwaalde Kohli later bekende
hij mij, dot hij daar sinds verscheidene jaren
niet geweest was cn wij moesten enkele
gevaarlijke plaatsen passceren, welke ik niet
had kunnen nemen zonder Kohli, die mij door
middel van het touw steunde. Ten slotte von
den wij den weg terug, aan den voet van de
zoogenaamde „dalle", een stcilen, glibberigen
rotswand, ongeveer 80 voet hoog met wrinig
houvast; en daarlangs voert de ecnige weg
naar den top.
Kohli kroop eerst tot halverwege, waar men
tenminste kan staan en daar voegde ik mij
bij hem. Om de eerstvolgende paar mcteis te
vergemakkelijken, hadden vroegere gezelscnap»
pen een ijzeren stang in de rotsen geslagen
De stang was verdwenen, waarop ik mijn mes
in het gat zette, waar het een paar c.M. uitstak.
Dit en mijn schouder was voor Kohli
echter voldoende om door te gaan. Bijna had
hij den top van de „dalle" bereikt, toen het
ongeluk gebeurde. Hij was bezig zich met
beide handen op tc trekken, terwijl hij zoo goed
als geen steun voor zijn voet had, toen dc
steen, waar hij met zijn rechterhand aan hing,
afbrak. Hij viel achterover, verloor zijn steun
punt en gleed een oogenblik later met bliksem
snelheid langs dc „dalle" naar beneden.
Wij waren door een touw van 60 voet ver
bonden. Ik had een eind van pl.m. 15 voet in
mijn linkerhand. Instinctief greep ik het zoo
stevig mogelijk vast, terwijl ik met mijn rech
terhand het mes omklemde, waarmede ik mij
steunde. Het volgende oogenblik bengelldc
Kohli aan het eind van het touw bijna aan den
voet van de „dalle" en ik voelde een hevige
pijn aan mijn linkerhand, die door het touw
was opengereten. Merkwaardig genoeg ondei-
vond ik geen hevigen schok, zoodat ik veron
derstel, dat het glijden van het touw door mijn
hand den val heeft gebroken.
Gedurende enkele minuten was Kohli bewus
teloos. Gelukkig hing hij maar ongeveer 6
voet boven een plateau, waar wij veilig zou
den zijn. Daar het vlak onder mij erg glibbe
rig was, kon ik met zijn gewicht aan mijn mid
del niet naar beneden klimmen. Ook kon ik
den knoop niet losmaken, daar het touw strak
gespannen stond; daarom sneed ik het van
mijn middel, terwijl ik het eind in mijn rech
terhand hield; toen liet ik, op mijn knieën
doorbuigend, hem zoo ver zakken, tot zijn voe
ten het plateau raakten, waarna hij cr verder
opgleed. Met moeite werkte ik mij zelf toen
ook naar beneden. Kohli had verschrikkelijk
pijn in zijn linkerbeen; het bleek later, dat hij
zijn dijbeen gebroken had en de punt van zijn
schouder. Hij leed erg van den dorst. Onzo
eenige provisie bestond uit zijn veldflesch half
vol wijn cn een paar pruimen, die ik toevallig
in mijn zak had.
De groote vraag was, wat nu te doen. Het
was ongeveer twee uur 's middags. Zou ik
trachten naar beneden te komen, om hulp te
halen of zou ik bij Kohli blijven? Daar ik den
juisten weg niet wist, was ik cr niet zeker van,
of ik het eerste zou kunnen. 'Aan den anderen
kant rekende ik erop, dat er den volgenden
dag, of don dag daorna, menschen zouden ko
men om naar ons uit te zien.
Wij hadden den hotelhouder te Anseindaz
gezegd, waar wij heen gingen cn ook, dat wij
denzelfden avond zouden terugkomen. Boven
dien zou mijn familie in Gryon zeker niet werk
loos blijven. Zoo besloot ik bij Kohli te blijven
en te trachten het hem wat gemakkelijker te
maken. Langzaam kroop de namiddag om.
Ieder kwartier gaf ik het alarmsignaal van do
Zwitsersche Alpenclub. De noodkreet wordt
zes maal in een minuut gegeven, elke 10 se
conden een maal, gevolgd door een pauze van
een minuut; cn het antwoord is een kreet, drie
maal per minuut, en daarna een pauze van
een minuut. Ik hield dit vol met tusschenpoo-
zen van een kwartier, maar niemand antwoord*
de. Kohli was zeer rusteloos. Hij had koorts
en ieder oogenblik moest zijn houding veran
derd worden, daar het liggen op dc oneffen
steenen wel heel pijnlijk voor hem was. Van
tijd tot tijd gaf ik hem een paar droppels wijn.
De pruimen kon hij niet slikken. De zon ver
dween om zes uur achter de rotsen en lang
zaam aan viel de avond. Gelukkig was het
weer heerlijk en vroor het niet. Om warm tc
blijven lagen wij tegen elkaar aan. Het was
onmogelijk te slapen, daar Kohli herhaaldelijk
zijn houding moest veranderen. Het cenige,
wat cr te doen was, was de beweging van dc
maan tc volgen, die langs den hemel kroop en
te kijken naar vollende sterren.
Die nacht was zeer lang. Ik herinner mij,
dot ik om één uur op mijn horloge keek en
toen ik, een langen, langen tijd daarna, weer
keek, zag ik, dat het nog maar een kwartier
later was. Om drie uur werden dc wolken in
het Oosten lichter en kregen wij het heel koud.
Ik verwachtte, dat de zon weldra zou opgaan
en ons verwarmen, daar dc dageraad was aan
gebroken. Nooit had ik gerealiseerd, dot dc
dageraad zooveel uren kan aanhouden. Dc zon
kwam pas op om 5.15 uur en zelfs toen wer
den wij niet worm.
Plotseling om 7 uur ongeveer, 17 uren na
het ongeluk, hoorden wij een stem roepend
cn jodelend. Robinson Crusoe kon niet meer
verwonderd geweest zijn, toen hij de voet
stappen van Vrijdag ontdekte, dan wij.
Menschclijke wezens I Ik riep cn zij ant
woordden.
Zij hadden ons gehoord en wij waren ge
red I
Er verliep echter nog ccnigen tijd voor zij
bij ons kwamen, een Zwitsersche geestelijke,
die klom als een gems cn zijn vriend. Hun
doel was geweest om den top van den Pierre
Cabotz tc beklimmen, maar zij lieten hun plan
varen om ons te helpen. Zij haalden eerst onze
rugzakken en gaven ons al hun eigen thee en
vruchten, en gingen toen hulp halen. Om Kohli
veilig beneden te krijgen, zouden een draag
baar en verscheidene ervaren klimmers noodig
zijn. En deze waren enkel in Les Plans tc vin
den. Verscheidene uren zouden voorbij moeten
gaan vóór er hulp kon komen, want de tocht
naar beneden zou meer dan twee uur ver-
eischcn en de terugtocht naor boven meer dan
vier. Daarbij nog een uur rekenend om de
helpers bij elkaar te roepen, zouden cr nog
zeven uren mccten verloopen vóór zij teiug
konden zijn. Doch ditmaal was het wachten
minder zwaar, want wij wisten dat wij zouden
worden bevrijd vóór het eind van den dag cn
dat wij niet nog een nacht op het plateau
zouden moeten doorbrengen
In den loop van den morgen werd onze
eenzaamheid tweemaal verbroken door de
komst van andere toeristeng-ezelschappen, die
ons opmonterden en hun provisie met ons
deelden.
Eindelijk om 4 uur 's middags hoorden wij
de kreten van de naderende bcvrijdingsploeg,
om vijf uur precies kwamen zij in zicht een
dozijn taaie kerels. Zeven en twintig uren
waren verloopen sinds het ongeluk. Onze lange
wake was geëindigd.
De rest is vlug verteld.
Kohli werd met riemen stevig op de baai
vastgemaakt en aan koorden lieten zij hem
langs de steile helling neerzakken.
Ik ging vooruit om alles voor Kohli's ont
vangst in gereedheid tc brengen. In Ansein
daz zat men in ongerustheid over ons, daar wij
niet waren teruggekeerd. Onze vriend, de
hotelhouder, was tot den voet van den Pierro
Cabotz geklommen, om naar or.s uit te zien
Hij had een groep van vijf menschen gezien
juist beneden de „dalle", maar niet gedacht,
dat wij daarbij waren. Toen hij van mij hoorde,
wat er was voorgevallen, ging hij dadelijk
met enkele van zijn vrienden uit om hulp te
verleenen. Intusschcn vulden wij een kar met
hooi voor het verder transport naar beneden,
doch dit bleek niet noodig. De reis in de kor
langs den primitieven bergweg bleek te pijnlijk
voor Kohli, zoodat hij den heelen langen weg
naar Gryon op de draagbaar moest vervoerd
worden, waar wij pas na middernacht aan
kwamen.
Aan het begin ven het dorp wachtten een
dokter en een motor-ambulance, om hem naai
het hospitaal in het dal te brengen. Daar zal
hij cenigen tijd moeten blijven. Maar gelukkig
gaat hij goed vooruit.
DE RELLETJES OP DEN GOUDSCHEN
SINGEL
Voor den Rottcrdamschcn
politierechter.
Gisteren heeft voor den Rotterdamschen Po
litierechter de eerste zaak voorgediend in vel
band met de relletjes op den Goudschen
Singel.
Terecht stond zekere J. T. G. die op 27
Augustus, den eersten dag van het verbod van
samenscholing, geweigerd had het bevel van
de politie om zioh in ziin woning aan dc Lange
Baanstraat terug tc trekken, op te volgen.
Toen de politic-agenten hem daartoe wilden
dwingen, heeft hij dezen geschopt en gesla
gen.
De politierechter veroordeelde den man, re
kening houdend met het feit, dat het verzet
was gepleegd in een voor de politie zeer
moeilijken tijd, tot een maand gevangenis
straf.
BOTSING TUSSCHEN TRAM EN
WACHT AUTO.
Gisterochtend omstreeks 9 uur heeft in Den
Hang een aanrijding plaats gehad tusschen een
tramwagen van lijn 2 en een vrachtauto, op ac
Slachthuiskode bij het abattoir. De tram en de
auto reden zeer waarschijnlijk doordat de
beide bestuurders elkaar niet begrepen tegen
elkaar cn werden vrij ernstig beschadigd. De
bestuurder van de tram liep enkele lichte ver
wondingen op; hij is ter plaatse verbonden. Dc
chauffeur had eenige ontvellingen aan gelaat
en handen en werd door den geneeskundigen
dienst naar den centralcn post gebracht.
RECLAMES.
Van 1-4 rebels 4.05. elke regel meer L—
Aanbieding van enkele uitstekende
gebruikte
Bezoekt ons magazijn en vraagt
condities aan.
Astrakan
Vellen en Randen
W. A. F. BARON GEVERS f
DE BEGRAFENIS OP OUD EIK EN
DUINEN
DE REDE VAN MINISTER
BEELAERTS
Omtrent de begrafenis van baron Gevers
wordt ens nog het volgende gemeld
Bloemstukken en kransen waren er van de
Koningin, (welke krans door den vertegen
woordiger der Koningin baron Van Asbeck op
de kist werd gelegd), graaf Bentinck van Amc-
rongen, de Verecniging „Familie Gevers", F.
M. Knobel, consul-generaal te Leipzig, den
heer Rcy, consul-generaal van Monaco, dc
Deutsche Reichs-Regieiung en Reichs-presi-
dent Hindenburg, dc Vereen. Nederland cn
Oranje tc Berlijn (welke verecniging was ver
tegenwoordigd door den heer Frankemöller,
oud-secretaris), den Ned. Bond in Duitschland
die vertegenwoordigd was door den heer
Poortvliet.
De minister van Buitcnl. Zaken, jhr. mr.
Beclaerts van Blokland, v.os de eenige spreker
aan de groeve.
Nog slechts enkele maanden is het geleden
—aldus spr. dat baron Gevers zija zware
en verantwoordelijk taak heeft neergelegd. Nu
reeds brengen we hem naar de laatste rust
plaats, dien zijn vele vrienden nog zoo gaarne
een lange rust hadden gegund temidden van
zijn gezin, dat hij zoo lief had. Het was spr.
niet vergund geweest baron Gevers no zijn
aftreden nog de "hand te drukken en hem dank
te zeggen voor alles was hij voor zijn land is
geweest. De dankbetuiging aan het eind van
een loopbaan vcor de langdurige diensten, aan
de Kóningin en den lande bewezen, is nimmer
een ijdclc formule en allerminst was zij dit
in dit geval.
Aan scherpen politicken zin en een opmer
kelijke» tokt paarde Gevers buitengewone
gaven en een diepe kennis van toestanden,
verhoudingen, personen en zaken waarmee hij
te deen had. Gevers is in het Ncderlundschc
diplomatieke l orps altijd een figuur van be-
teekenis geweest.
No de ondergeschikte rangen te hebben
doorloopen werd hij hoofd van zending te
Bern, daarna te Boekarest, Washington en
Rome en in 1906 betrok hij den post te Ber
lijn. Wat hij in Berlijn geweest is, is vrijwel
van algemcene bekendheid. Gevers was eer.
voortreffelijk diplomaat en had te Berlijn een
zeer bijzondere positie. Deze was \an diet»
aard, dat het meer don eens is voorgekomen,
dat buitcnlandsche vrienden, die geroepen
werden op een post te Berlijn, spreker een
aanbeveling vroegen bij Gevers omdat zij
wisten, dat het hun van groot nut zou zijn,
in zijn gastvrije woning tc mogen verkeeren.
Duitsche Staatslieden hebben nog onlangs te
genover spreker herheald, welke groote waar-
doering zij voor Gevers hadden dat hij het
volle vertrouwen te Berlijn genoot en een
vriend van Duitsohland was. Ook anderen
hobben steeds met de grootste hoogachting en
waardeering over Baron Gevers gesproken.
Dat is begrijpelijk. Hij zocht de vervulling van
zijn ombt niet alleen in ambtelijke aanraking
en omgang in zijn huis en zijn hort stonden
open vcor ieder, en menigeen zegende in stil
te dezen gezant als zijn weldoener. Maar wij
vergeten niet dat hij vóór alles was een op
recht Nederlander. In moeilijk© jaren heeft hij
veel voor Nederland gedaan en wanneer op
critielcc oogervblikken de betrekkingen tus
schen Nederland en Duitschland niet hebben
geleden don is dat zeker te denken aan Ge-
vei s. Eerc aan dezen trouwen dienaar van Ko
ningin en Vaderland. Vervolgens richtte sp».
eenige woorden tot de weduwe en den zoon
vnn den overledene.
Nadat het graf gesloten was, legde baron
Van Asbeck namens dc Koningin daarop een
krans.
De oudste zoon van den overledene spralt
woorden van donk. Hij verzocht boron Van
Asbeck, aan de Koningin den eerbiedigen dank
over te brengen voor de vertegenwoordiging
en aan baron Van Heemstro den dank over
te brengen aan de Koningin-Moeder eveneens
voor Hoor belangstelling.
Voor de persoonlijke aanwezigheid van den
Prins zegde spr. vervolgens dank, waarna hij
zijn erkentelijkheid uitsprak vcor dc vertegen
woordiging van de Duitsche Regccring door
den zaokgclastigde.
Voor de groote sympathie, bij het overlijden
van zijn vader van zoovele zijden ondervon
den, dankte spi. tenslotte in het algemeen.
Ds. Weiter sloot dc plechtigheid met gebed
en het uitspreken van den zegen.
DE KNOEIERIJEN BIJ DE
AMST. VISCHVOORZIENING
DE VROEGERE KLERK-KASSIER
OPNIEUW VOOR HET GERECHTSHOF
EEN PSEUDO-BEROOVING VAN
F 1 I.OLO
Men meldt ons uit 'Amsterdam:
Van dc twee vennissen terzake van verduis
tering, welke dc rechtbank alhier resp. op 31
Maart en 27 April j.l. tegen den 55-jarigen
vrocgeren klerk*kussicr bij de nfdccling visch
van den Centralcn Dienst van de Levensmid
delenvoorziening der gemeente Amsterdam
heeft uitgesproken is naar men zich herin
nert het laatste, waarbij hij werd veroor
deeld tot een jaar en zes maunden gevangenis
straf met aftrek van drie maanden preventieve
hechtenis. Dinsdagmiddag j.l. in hoogcr be
roep voor het gerechtshof tc dezer stede be
handeld.
Gister is het Hof aangevangen met dc be
handeling van het hooger beroep betreffende
het vonnis van 31 Maart j.l. waarbij dc recht
bank aan bckl. deze zaak ressorteert onder de
oude wet, drie jaar gevangenisstraf heeft op
gelegd.
In de onderhavige zaak was bekl. ten loste
gelegd dat hij in of omstreeks I92Ï, 1922 en
1923 te Amsterdam achtereenvolgens opzet
telijk elf duizend gulden (in verschillende be
dragen), toebehoorende non de gemeente Am
sterdam, zich wederrechtelijk heeft toe
geëigend, welke gelden hij als ambtenoor In
zijn bediening en in elk geval anders dan doo-
misdrijf onder zich had en met, of doordat hij
ols klerk-kassier bij de gemeentelijke visch-
vooiziening van Amsterdam, in dienst van
deze gemeente belast zijnde met het ontvan
gen van do gelden voor de gcm. vischvoorzic-
ning en vischha! dc bovenbedoelde gelden be
dragen voor de gemeente Amsterdam in de
uitoefening van zijn ambtelijke bediening had
ontvangen ondo»* gebondenheid deze ten be
hoeve vnn deze gemeente tc bewaren en te
beheeren of of te dragen* of doordot hij In
zijn ambtelijke hoedanigheid het beheer, de
zorg en de verantwoording had over de kas
van de Gcm. Vischvoorzicning en Vischhal,
van welke kas bovenbedoelde geldsbedragen
deel uitmaakten.
Pres. mr. Jolles (tot bekl.): „Hoe staat U te
genover het tekort van 11.000.cat in uw
kas is aangetoond?"
Belcl.: „Ik ben cr onschuldig aan. Ik ben be
roofd". Pres.: „Uitgaande van die berooving,
die in -Augustus 1921 zou gebeurd zijn, zou
dat slechts loopen over een bedrag van
4200.Maar hoe verklaart u dan dot er
TI.000.te weinig waren?"
Bekl.: Toen ik ontdekte dat m'n kas voort
durend niet klopte heb ik gezocht en gezocht
om het tekort te vinden. Ik hoopte steeds dot
het er v/el eens uit zou komen.
In scherpe bewoordingen maakte president
mr. Jolles bekl. er op attent dat hij van al dia
beweringen niets kon gelooven.
Bckl. bleef echter ontkennen zich in de on
derhavige zaak aan verduistering te hebben
schuldig gemaakt.
Daorna ving het verhoor der getuigen en
getuigend-deskundigen aan.
De accountant A. Nierhoff lichtte uitvoerig
zijn rapport toe, dat hij in deze zaak heeft uit
gebracht, waarbij ook bekl. nu en dan van in
lichtingen diende.
Bckl. verklaarde nog dot hij sommen, die hij
wekelijks bij winkeliers moest innen, zoo maar
in een tasch deed, zonder het geld na te
tellen.
Dc advocaat-generaal mr. Bauduin: „Dus
terwijl u wist, dat er duizenden guldens te
kort waren, telde u de gelden, die u van de
winkeliers ontving moor niet eens nu
Dat is onaannemelijk."
Vervolgens weid gehoord dc oud-wethouder
voor de Levensmiddclcnvoorziening in dc
hoofdstad, de heer S. R. de Miranda.
Pres. mr. Jolles deelde hem mede, dat zijn
getuigenis voornamelijk gevraagd zal worde»
in verband met de berooving, waarvan bekl
op Donderdag 11 Aug. 1921 in een café
volgens zijn beweren het slachtoffer zou
zijn geweest.
Pres. (tot get.): „U hebt van den heer Claav
sen gehoord, dat bekl. op 12 Maart 1925 een
brief heeft geschreven, waarin hij mededeelt,
dat er in zijn kas een tekort was ontstaan van
ruim 11.000.Als gevolg daarvan hebt u
een onderhoud met bckl. gehad, waar ook do
heer Claossen bij tegenwoordig was en waai*
van een stenogram is opgemaakt.
Toen is ook die berooving ter sprake geko
men en ook het cijfer van 11.000.Deed
hij het voorkomen of de geheclc berooving
11.000.— had bedragen?"
Get.: ,,'k Meen, dat het bedrag der beroo
ving niet ter sprake is gekomen?"
Pres.: „U hebt hem duidelijk te kennen ge
geven, det u van die berooving niets geloof
de?"
Get.: „Jawel. Ik had den indruk gekregen,
dat de zaak er één van langen aard was en
dat de tekorten steeds grooter waren gewo:*
den. Ik heb bckl. toen gezegd, dat het veel be
ter voor hem zou zijn, recht voor alles uit te
komen, dan cr het verhaal van dc behooving
bij te halen. Ik meen me stellig tc herinneren,
dat bekl. het verhaal van dc berooving toen
heeft laten vallen".
Uit het verhoor bleek voorts dat bekl. twee
dagen lctcr op de geschiedenis van de beroo
ving in een brief is teruggekomen en zijn oor-
sprcnkel.jke bewering, dat hij daarvan slacht
offer is geweest, weer handhaafde. Toen heeft
get. het noodzakelijk geacht, de justitie in de
zaak te kennen.
Got. deelde vervolgens nog mede, dat als,
in welk bedrijf dan ook, controleurs cn gccon»-
troleerden samenspannen, daartegen niets valt
uit tc richten. Verder merkte get. op, dat sinds
de instelling van het gemeentelijk vischbedrijf
in de hoofdstad, het vischverbruik in Amster
dam zeer is veibetcrd. Vele jaren achtereen
is get. bij behandeling der bcgrooting aange
vallen over de tekorten, welke dit bedrijf op
leverde en zoodra B. en W. vermoedden dat
er bij dc Gem. Vischvoorzicning iets niet in
den haak moest zijn, hebben zij er den In
specteur van politie Posthuma heengezonden
om heimelijk onderzoek tc doen. Maar zonder
het toeval van den Urkcr visscher, die 9 cent
te weinig had ontvangen, zou cr niets aan het
licht zijn gekomen.
Op een vraag van den verdediger, mr. Corn.
J. Goudsmit, antwoordde get. dat bekl. wel be
grepen moet hebben, dot, toen de splitsing van
het bedrijf was aangekondigd, hij op wacht*
gold gesteld zou worden en dus het tekort in
zijn kas zou uitkomen. Uit vrees daorovcr zal
hij den bcwustcn brief hebben geschreven.
Bekl. bevestigde dit.
Voorts deelde get. dc Miranda nog mede,
dot hij de tank van den gemeente-accountant
Rozenberg, die de controle over acht bedrij
ven had, niet te zwuar achtte omdat de ver
antwoording voor elk bedrijf berustte bij den
hiervoor oungesteldcn directeur. Bckl. gcncot
het volle vertrouwen van zijn meerderen, hij
was zelfs bij de Vischvoorziening aangesteld
voor de financiecle integriteit; hij nam een su
perieure positie onder het personeel in cn
volgde in rang onmiddellijk op den directeur.
Nog enkele getuigen werden vervolgens ge
hoord, die dc verklaring van den oud-wet
houder bevestigden, dat bckl. tijdens het on
derhoud cr op is teruggekomen, dat hij twee
juar tevoren beroofd zou zijn.
Het Hof schorste hierna het onderzoek tot
Vrijdagochtend tien uur.
Het gerechtshof te Amsterdam heeft giste
ren de geschorste behandeling voortgezet van
dc tweede zaak tegen den 55-jarigen vroege*
ren klerk-kassier bij de gemeentelijke visch
voorziening oldoar.
Naar men weet wordt hem in de onderha
vige zaak ten laste gelegd dat hij in of om*
streeks 1921, 1922 cn 1923 in de hoofdstad
achtereenvolgens elf duizend gulden (in ver
schillende bedragen), tocbohoorcndc aan de
gemeente Amsterdam, wederrechtelijk zich
heeft toegeëigend, welke gelden hij als amb
tenaar in zijn bediening en in elk geval an
ders dan door misdrijf ondér zich had.
Bekl. is deswege op 31 Maart j.l. door dc
rechtbank tot drie jaren gevangenisstraf ver
oordeeld, waarbij werd aangenomen, dat hij
zich aan verduistering vén 1500 had schul
dig gemaakt. De gemccnte*accountant Rozen
berg lichtte uitvoerig het rapport toe, dat hij
omtrent deze zaak heeft uitgebracht.
Hierna kwam dc kwestie van de berooving
ter sproke, waarvan bekl. volgens zijn beweren
op Donderdag 11 'Augustus 1921 in een café
in dc Muidcrpoortbuurt, waar hij met een
vriendinnetje cenigcn tijd hod doorgebracht,
het slachtoffer zou zijn geweest. Toen bckl.,
na zich even verwijderd tc hebben, weer bij
zijn tafeltje terugkeerde, zou dc tasch. die hij
onder zijn stoel had neergezet, en die een be
drag van ongeveer f 4C00 bevatte (Donder
dag was dc dag van het gcldopholcn bij de
winkeliers) verdwenen ziin. Na telefonische
waarschuwing door den caféhouder, was toen
de rechercheur Genis gekomen, wicn bekl. het
gebeurde mededeelde
Genoemde rechercheur kwam verklaren, dat
hij van den aanvang gedacht heeft dat cr van
die berooving wel niet veel aan zou zijn. Het
vriendinnetje van bekl., dot hij in het cafe had
gezien, maakte op hem een betrouwbaren in
druk.
Bekl. heeft later den rechercheur medege
deeld, dat hij f 2500 had teruggestort. Her
onderzoek in deze zook is toen gestaakt, medo
omdat het signalement van een vcrmoedelijken
dader te vaag was. Een bezoeker van het café,
die in eerste instantie niet is gehoord, kwam
vertellen, dat zijn aandacht getrokken was
door een persoon, die voortdurend bekl. en dc
vrouw, dio er bij zat, fixeerde. Bckl. is een
maal uit dc zonl geweest, de vrouw ook een
maal. Toen bckl. zijn plaats verliet, wilde get
hem waarschuwen, doch hij dacht: „Waarmee
zal ik me bemoeien?"
Toen hij later echter van deze zaak in de
courant las, heeft get. zich in verbinding ge
steld met den heer De Miranda cn met bekl.'s
raadsman.
Het requisitoir.
De advocaat-generaal, mr. Bauduin, zeide in
zijn requisitoir tc willen vooropstellen, dat hij
door de houding, welke bekl. in de gehecle
zaak heeft aangenomen, elke verkloring zij
nerzijds met dc grootste reserve heeft aan
vaard. Hij heeft duartoe het recht, omdat bekl.
herhaaldelijk op leugens is betrapt.
Spr. meende echter, dot cr bij de behande
ling van dit hoogcr beroep drie punten non»
voren zijn gekomen, die het noodig maken, dat
zij door den rcchtcr-commissaris worden on
derzocht.
Het eerste punt betreft dc verklaring van
den niet in eerste instantie gchoorden getuige,
die op den dag der berooving bekl. cn zijn
vriendinnetje in het bewuste café heeft zien
zitten en die zou hebben waargenomen, dot
een verdocht donker persoon half op een stoel
gezeten naar de tasch met geld, welke bekl
bij zich had, heeft gegluurd.
Het tweede punt betreft een kwitantie, welke
de raadsman van bekl. in zijn bezit heeft ge
kregen en waaruit zou blijken dat bekl. vlak
na de berooving een bedrog van 2500 van
zijn zwager zou hebben geleend; terwijl het
derde punt betrekking heeft op een mededee-
ling van bekl. zelf, volgens welke hij uit pan
den, die hij beznt, 1800 'sjaars getrokken
zou hebben, cn dat hij daarom zulke groote
verteringen kon maken.
Spr. verzocht daurom het Hof dc zaak ter
nader onderzoek van deze drie punten en alles
wat daarmee verband houdt, terug tc verwij
zen naar den rechtcr-commissaris.
Dc verdediger, mr. Corn. J. Goudsmit, sloot
zich hierbij geheel aan cn legde de bewuste
kwitantie aan het Hof over.
Na in raadkamer tc zijn geweest willigde
het Hof het verzoek van den advocaat*gcncraal
in en schorste het de verdere behandeling der
zaak tot na afloop van het nieuwe onderzoek
door den rechtcr-commissaris.
IN ZEE GEVALLEN EN VERDRONKEN.
Gistermiddag werd te Harlingen door dc
sleepboot Thercsia het lijk aangebracht van
den 29-jarigcn werkman bij de Zuiderzeewer
ken N. Wouttma, wonende te Harlingen. De
ongelukkige was van een schuitje in zee ge*
vallen en verdionken. Hij was gehuwd cn iaat
drie kinderen achter.