Vu
PIM EN KIM
Witte tanden
C. JOH. KIEVIET
TWEEDE BLAD.
A. v.
VOOR ST. NICGLAAS CADEAUX
EAU DE COLOGNE IN LUXE VERPAKKING
d. WEG. LANGESTRAAT 23.
WIJ ZIJN
de vroolijke, jonge helden uit
het nieuwe kinderboek van
Prijs gebonden f 2.90
VALKHOFF&Co. AMERSFOORT
WILLEM GROENHUIZEN Langes
Gouden Trouw- en
ngsrmgen.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
ONRECHIMATiS BEDT
2Se Jaargang No. 127 A SVl E RS FO O RTSC H DAGBLAD „DE E E M .AND E R" 26 November 927
LUCHTSCHIPPERSKUNST
(Nadruk verboden)
Neen, tegen den stroom oproeien heeft
geen zin. En toch achten wij er ons niet
zelden toe verplicht. We meenen zelfs, een
bewijs van moed en van flinkheid te geven
zoo w'e met koppig doorzettingsvermogen
bezwaren gaan overwinnen, die ónoverko-
melijk leken. Hoeveel van onze wilskracht
en werkkracht besteden we aan d.-.t bijna
hopeloos roeien tegen de weerbarstige
golven, die ons achteruit drijven, achteruit,
terwijl wij vechten om voorwaarts te gaan
Eischt deze strijd geen noodelooze ver
spilling en is er geen betere methode?
Hierbij komt, dat hetgeen we met moeite
en onder tegenstand bereiken, vaak nog
bizonder slecht slaagt, 't Gedicht uit plicht
gelukt niet licht. Het moet uit \o.le borst
zijn gezongen.
Maar 'kunnen we dit altijd? Vaak noopt
het leven ons, tegen den draad in te gaan.
We hebben geen zin in ons werk, we ge
voelen ons niet gestemd tot een gesprek,
we zijn niet bezield voor onze kunst. Toch
moeten we. En het gaat, hortend en sloo-
tend. Met een verzuchting bereiken we 'r
eind. En we prijzen het „heilige moeten
dat ons voortdreef, onderwijl onze drang
in een andere richting wees.
Ook vergelijkingen hebben hun lijd. Het
roeien tegen den stroom in maakt deel uit
van een oneindige reeks spreekwoorden,
aan het echt-Bollandsche bedrijf van de
zeevaart ontleend. De schipper op onze
wateren moet vaak tegen wind en stroom
opworslelen. Hij is daarmee het zinnebeeld
van een verouderde levensmethode. Hei
moderne verkeer gaat door de lucht. En
met de vergelijking te verplaatsen naai
't luchtruim, ontnemen wij haar heur be
teekenis. Want de luchtvaarder beweegt
zich niet tegen den stroom in, maar zoekt
juist den stroom, welke hem naar zijn doel
zal drijven.
Evenals in het water, stuwen zich dooi
de lucht verschillende stroomen. Het kan
zijn, dat een bovenstroom zuidwaarts gaat
en een onderstroom noordwaarts. Wil de
luchtschipper van koers veranderen, dan
laat hij zijn vaartuig stijgen of dalen naar
gelang hij zuidwaarts of noordwaarts wil.
Het ballonvaren is niet een willoos zich
overgeven aan het toeval van den wind,
maar een oordeelkundig partij trekken van
gunstige luchtstroomen. Zelfs de vliegeniers,
wier voertuigen door eigen kracht zich be
wegen, plegen van de juiste windrichting,
die zij stijgende en dalende zoeken, gebruik
te maken.
Met zulk éen luchtschipper zou ik den
modernen mensch willen vergelijken die
niei meer, gelijk de zeevaarder van vroeger,
tegen den stroom in roeit, maar zich laat
drijven op voor hem gunstige winden.
De mensch is een ingewikkeld wezen, dat
zichzelf meestal niet kent. Hij doet er vaak
RECLAMES.
Van T—4 regels f 4 05. elke regel meer 1.—
maken elk gelaat
aantrekkelyk en
mooi. Vaak rceils
na een enkele maal
rnet de heerlyk verfris-ichendo
Tandpasta gepuetM te hebben krygen do
landen een schitterenden, ivourkteurigen «lans,
ook aan de zykanten, by gélyktydig gebruik
van den speciaal voor dit doel geschikien
{'blororiooit ruinlciilmrslel, waarop de baron
in den vorm van de tanden geplaatst zyn Roitciirte
>pysrcsten, welke onvennydetyk tussehen <ic
tanden achtcrblyven cn de hoogst onaangename
lucht veroorzaken, worden geheel verwyaerd.
Probeert U eerst een kleine tube van cent
in verpakking meiiraramicstrook en meis esknpje.
<iil»ro«l»iil Taii«l«*i»lM»r.Hl**l voor Lin-lcn-n
45cent, voor dames (middelbard haar) 75cent, voor
heeren (hard haar) 75 cent. in rle bekenrio •>innw-
grocne «Chlorodoiit-doo^ Alom vorkrygbaa»*.
Gó mm
ook al heel weinig moeite voor, ofschoon
hij toegeeft, dat zelfkennis onmisbare voor
waarde is, om in het leven te slagen. Maat
zooveel weten wij allen toch wel, dat er in
ons binnenste vaak verlangens en driften
leven, die in tegenstelling staan met onze
oppervlakkige wenschen. We zouden ook in
dit opzicht van bovenstroom en onder
stroom kunnen spreken.
Waarom schommelt menig onzer zoo
vreemd heen en weer m zijn leven? Van
waar die onzekerheid, die veler arbeid be
lemmert Vanwaar c'ai norsche, koppige
dwarsdrijver) ven een overigens toch redelijk
hendelcr.d persoon? Zou het niet zijn, om
dat men niet voldoende profijt weet te trek
ken van den gunstigen wind, doch slijmend
en dalend, heen en weer drijft opv het in
alle richtingen voortstuwende complex van
gcmocdsstrocmingen. v. can an mén het be
staan niet vetmoedt?
De levenskunst voor ons, luehtschippers
in den dampkring van het maatschappelijk
bestaan, is: zóó te koersen, dat we op
meegaande driften ons laten stuwen naar
het gestelde doel. Welk een kracht, welke
wi| tegenstribbelend verspillen, kunnen wij
voor ernstiger beiengen besparen, zoo \vb
den gemoedsstroom weten te vinden, die
ons spelenderwijs naar het eindpunt drijft!
Wij hebben geen zin aan een bepaalde
taak, welke de plicht ons oplegt? Dan moe
ten we zin meiken! Zonder zin gaat het nu
eenmaal niet, of, zoo het wèl gaat, gaat het
met moeite en gaat het toch nog verkeerd.
Is het onmogelijk, zin te maken voor een
stuk werk', dat ons tegen de borst stuit?
Er is wel geen werk of het heeft verschil
lende kanten.
Er is een aangename en een onaange
name kant aan. Of wij het werk aangenaam
vinden dan wel onaangenaam, ligt niet aan
het werk, maar aan ons.
Vinden wij het onaangenaam, dan deugt
onze drijfveer niet. Maar een mensch is
een tegenstrijdig wezen, en in het diepst
van zijn ziel wrorstelen de drijfveeren teger
elkaar, gelijk in het luchtruim de wind-
stroomen. We kunnen, zoekend onder het
stijgen en dalen in ons gemoed, verschil
lende beweegredenen tegenkomen, som
mige gunstig, andere ongunstig voor het
plan, dat ons ter uitvoering voorligt. We
laten het oogenblik partij trekken van een
gunstige beweegreden, die ons met verlan
gen naar den arbeid bezielt en ons dezen
vlot en vrooliik verrichten doet. Zóó is het
onaangename werk aangenaam geworden.
Dit zoeken is wel het moeilijkste deel van
de stuursmanskunst van het leven. Er be
hoort kennis en ervaring toe, maar bovenal:
geduld. Want vaak vergissen we. ons om
trent hetgeen er aan verlangens en wen
schen in ons binnenste leeft. Onze neigin
gen zijn vaak voor ons verborgen en slechts
met speurzin zijn ze aan het daglicht te>
brengen. Toch dienen wij ons te gewennen,
de geheimen ven ons gemoed te doorvor-
schen en den toestand van ons hart ondei
cogen te zien.
Varen door het luchtruim is de uitkomst
van kennis en kracht. Kracht \cn het voer
tuig meet met kennis \an den dampkring
gepaard gaan. En dit geldt ook van de vaan
door het leven. Het peilen van stroom en
onderstroom spaart krachtsinspanning uit
Met den wind mee gaat gemakkelijker en
prettiger ook dan tegen den wind in.
Er is in 't heelal wel geen plekje of van
al de tegenstrijdige luchtstroomen voeit er
één in die richting. Er is in de wereld wel
geen doel, of van al onze tegenstrijd'ge
neigingen is er één als drijfveer daarheen
te gebruiken.
Levenskunst is stuurmanskunst, of nauw
keuriger; luchtschipperskunst.
H. G. C ANNE GIETER.
cssasaans
f*)
- f<
„Fcn prachtig hoek oni
Uwe kinderen vcor te lezen''
in iedere boekhandel verkrijgbaar
UITGAVE:
raa' 43 Yele oon 582
JUWELIER
UIT DE STAATSCOURANT
Benoemd tol ridder in de Oran je-Nussau-
oi do R. N. de Ruyter van Steveninck, le luite
nant der artillerie van het Nederlandsche leger,
commandant van den vliegdienst der lucht-
vaart-ofdëeling' in Ned.-Indic
•Toegekend do zilveren eere-medaillc der
Oianje-Nassau-orde aun A. Muller, sergeant-
schrijver bij het kabinet van don legercom
mandant in Ned.-Indic; aan J. H. Buné, tooncel-
mcester bij den Koninklijken Schouwburg te
den Haag, en aan mej. P. R. van Dorsselaei,
huishoudster bil de familie van Woesbcrghc te
Hulst.
Op verzoek eetvol ontslugen A. G L. V.
van Kregten als leeraar aan de R H. B. S. te
Wngeningcn en te Ticl
Toegekend de zilveicn ore-medaille dot
Oranje-Nassau-orde aan G. van dc Wielo te
Dmuiden, oud-schipper van de reddingboot
aldaar.
Aangewezen tot Voorzitu-r var. het Algemeen
College van Toezicht, Bijstand cn Advies vooi
Rijkstucht- en Opvoedingswezen, hei i var.
dut College H J. de Groot
Op verzoek eervol ontslagen Mi A. M. J. de
Jager als plaatsvervangend griffier van d«.n
Raa i van Beroep (Oogèvallenvcr'zekering) te
Arnhem.
AUDIËNTIES VAN Tl. M. DE KONINGIN.
In verband met de enkele dagen geleden
vermelde voornemens der Koningin tot het
veiieencn .van audiënties aan collcglën, civiele
uutoriteiten, militaire autoriteiten, vcrecnigïn-
gen, corporaties en particulieren uit alle dee-
len des lands uitgezonderd de provincie Noord-
Holland. verzoekt men er nog eens op te wij
zen, dat de dienstdoende grootmeester, voor
zooveel de ci 'ielen betreft en dc chef van het
Militaire Huis voor de militairen, aan hen, d e
verzoekschriften wenschen aan te bieden, te
zijner tijd nadere aanwijzingen zullen geven.
Voorts wordt verzocht er nogmaals op te
wijzen, dal bij de ontvangst op een of meer
soiréës te 's Gravenhagc van hen. die zich voor
dc in het bericht bedoelde audiëntie zullen
hébben anr.g.-meld. het drag* n van ambtsge
waad of rok verplicht is
PROF. DR. H. OORT.
N<i;u wij vernemen is de 91-jarige oud-
hoogleeraar in de Hebrecuwsche taal en letter
kunde aan de Leidsche universiteit Prof Dr
H. Oart sinds eenigc dager» rnstig ziek
HET KOKSPERSONEEL I N DE
ARBEIDSWET.
Bij du I woede Kamer is ingekomen vu
adres van de Nederlandsche Koksorgxvnisatic-,
wuarin verzocht wordt het kokspc rsoneel on
der de arbeidswet tc brengen.
H M DH KONINGIN-MOEDER.
H. M de Koningin-Moeder heeft het voorne
men om op den Istcn December, des avonds,
in den Grooten Schouwburg te Rotterdam het
eerste gedeelte bij tc wonen van de uitvoering,
welke aldaar wordt gegeven door een Bcct-
hovcn-Hcrdenkings-Combinetie. bestaande uit
meerdere volkskorcn.
KON1NKTUKE GIFT VOOR DAVOS.
Door het hoofdbestuur vnn het Sanatorium
voor weinigvermogende Nederlandsche lony-
lijdirs te Davos werd, namens H. M. de Ko
ningin dei Nederlanden, len behoeve vun dit
werk eer» gift ontvangen.
R1JKSDRUKW ERK IN DO GEVANGENISSEN.
Een verkopte tweede lands
drukkerij die concurreert tegen
particulieren
„Het Orgaan weekblad von den Ned. R. K.
Grafische Bond; schrijft
„We doffen dezer dagen in ecni'jc bladen
het volgende aun
„In een nolu naar aanleiding van het verslug'
dei commissie vun rapporteurs inzake de be-
grooting van de Aigemeene Landsdrukkerij
voor 1928 zegt de Minister van Binnenlandschu
Zaken en Landbouw, dat het vanzelf spreekt,
dat een juist beheer vordert, te trachten, gedu
rende een tijd, dat voor de uitvoering van het
gewone drukwerk voor den stoat, quantitafief
minder eischen worden gesteld, andere rijks-
op'rachten te verkrijgen. Dat het particulier be
drijf minder rijksopdrochti n ontvangt dan vroe
ger is een gevolg van de aigemeene inkrimping
van het rijksdrukwerk, een gevolg dus van be
zuiniging."
Ons lijkt deze bewering van den Minister niet
geheel juist, temeer niet waai het ons bekend
is, dot zeer veel rijksdrukwerk wordt klaar ge
maakt in de gevangenissen.
Het zal wel waar zijn, dat ook op het druk
werk is bezuinigd geworden, doch als niet door
raast een volle b» lasting der gevangenisdruk
kerijen ware betracht, had er zeker voor do
particuliere drukkerijen nog wel wat drukwerk
overgeschoten.
Doch de gevangenisdf ükkerijen kunnen met
haar geperfectioneerde machines en werkme
thoden heel wat verzetten. Dat dc minister hier
op niet wijs», lijkt ons onbegrijpelijk. Het moet
hem toch bekend zijn
Nu we zijn er niet tegen, dat ook de gevan
gene nuttig werk verricht en daarmede getracht
wordt een nuttig lid dei maatschaopij von hem
te maken, doch het lijkt ons onjuist dat er op
deze wijze een tweede landsdrukkerij gesticht
wordt, welke het werk uon den toch ook belas-
tinirbetalenden drukkersstand geheel onttrekt.
Ook tegenover de werknemers lijkt ons dczt>
handelwijze niet geheel eerlijk en juist. Zij loch
drugen mede de risico's van den bedrijfstoe-*
stand, die- zonder hun wil of toedoen vaak werk
loosheid teweeg brengt; zij dragen mede door
hun belastingen de kosten van het gevangenis
wezen, doch hun woijlt de werkgelegenheid ten
deele ontnomen, doordat steeds meer werk at»
de gevangenissen wordt klaar gevnuikt.
Naar het ons wil voorkomen, is er voor do
gevangenen, althans voor een goed deel varv
hen, wel ander producti:f werk te doen don
het uitoefenen van bediijfsarbeid."
POSTZEGELLIIEFHEBBERS T
Uit Paramaribo schrijft men ons:
Dezer dagen heelt de verkoop plaats gehad
vnn de brnndkastzegcls met overdruk, waarvan
bekend was, dot de voorraad slechts gering
was.
Reeds lang voordat dc verkoop een aanvang
nam. verdrongen zich honderden postzegellief*
hebbers voor het loket De politie moest t©
hulp komen en het gedrang werd zoo hevig,
dat zij met de sabel moest ingrijpen. Eeniga
charges moesten voor het postkantoor worden
uitgevoerd, waarbij ecnige personen gewond
werden. In een minimum van tijd waren allo
brandkastzegels met opdruk uitverkocht. Een
der eerste personen, die cr in slaagde een serie
tegen een nominale waarde van l,45'/< te
koopen, was ccn man met een houten Been,
die de naast hem staande liefhebbers steeds
zoodanig met onnatuurlijk lichaamsdeel wist te
bewerken, dat hij tenslotte een der eersten was,
die voor het loket stonden.
Reeds spoedig na den verkoop werd de serie
tegen belangrijk hóogerc prijzen don dc nomi
nale waarde verkocht.
Een mensch meet z'n gevoelens lecren be
grijpen en ontleden.
Naai het Engelsrh v 1
Doo. Mr C, KEU FR
Nationka s papieren was liet eerste wat zij
noodig had, en Katya wist, dat zij ze even ge
makkelijk in haar bezit zou kunnen krijgen als
Nationku's hoofd, als zij daarom had gevraagd.
Als zij eenmaal de papieren had, dan kwam in
de tweede plaats do commissaris vun politie-
«an de beu.; Voor dergelijke dingen kon hij
haar nuttig zijn.
Een paar minuten later was Katya in de naai
kamer aan het praten met Nationka
„Luister eens, Nationka, je hebt je papieren
te Feliksoto. niet waar? Ik bedoel je doopucte
«rt het trouwbewijs van je ouders.'
„Ja, meesteres, zoo is het."
„Nu, haal zo morgen. Ik heb ze noodig. Je
wilt mij ze wel toevertrouwen, niet waar?
Slechts voor een paar dagen."
„Mijn meesteres weet wel, dar ik haar vun
gar»«cher fu»rie vertrouw", zeide Nationka, ter
wijl hare donkere oogen vochtig werden van
ontroering.
„Ja, dat weet ik. Maar de papieren zijn hei
«enige wat ik noodig heb voor het oogenblik
Zorg, dat je 2e mij brengt".
„Daar kunt u op rekenen", zeide Nationka,
blindelings gehoorzamend. Te vragen,, wat Ka
tya mei hj :r papL-rcr. vi de beginnen, kwam
evenmin bij het naaimeisje cp als dai Katva
er aan dach: haar die mede tc de;len.
Dien avond begon zij I.lalonio Petrouwn. op
de komence gebeurtenissen voor te bereiden.
Zij deelde haar niet alles mede, dot zou tot op
hei allerlaatste oogenblik worden uitgesteld,
maar allee.; dc aigemeene trekken van haai
plan. Het was geen moeilijke taak vooi haar,
want sedert hel begin van.de onlusten verkeer
de Malania eiken nacht in de overtuiging, dai
zij in haar bed ei moord zou worden. De me-
dedeeling du: zij den zomer zouden doorbren
gen te Zuikiew, onder de beschermende vleu
gels van den Oostenrijkschen adelaar, leek haai
een verademing, ul keek zij er ook ten hoogste
verbaasd over. Hoewel zij nog nimmer tevoren
dc grenzen van haar geliefd vaderland was
overgetrokken, vond zij het thans een heerlijk
vooruitzicht ongedeerd aan de andere zijde c.
van ie vertoeven. Gretig overhandigde zij de
pupieren welke noodig waren voor de uanvragc-
van een paspoort.
„Zal het lang- duren eer we het krijgen?"'
vroeg zij.
,Jk denk het niet, als ik hot geluk heb der.
commissaris op zijn bureau te treffen. Ik zal ei
morgen zelve heen gaan. Zaken zijn altijd veel
gauwer in orde, als je ze mondeling afdoet
loen den v olgenden dag Katya met de noo-
dige papi»;rer in dc hand onaangediend het
bureau in kwestie binnenstapte, scheen de uit
drukking op het lederachtige gelaat van den
Pool inderdaad dc vrees van Malania cenigs-
zins te rechtvaardigen.
„Waaraar. heb ïk dit geluk te danken?" pre
velde hij, juist 2acht genoeg om niet verstaan
te worden door den klerk, die verderop in een
hoek van het groote. kale vertrek, hoofdzakelijk
met loketten gemeubeld, zat. Zijn. kleine oogej}
schitterden, toen hij >n dc hare keek, maar zij
keek hem ijskoud aan
„Och, een kleinigheid", zeide zij zonder op
den sloel letten, welke hij zich gehaast hud
voor haar neer te zetten „Ik heb een paar
paspooiten noodig, en u geut, als ik me niet
vergis, over de paspoorten
„Gaat mademoiselle naar het buitenland?"
vroeg hij, terwijl hij zijn onderlip bijna liet
hangen
„Ja, er schijnt meet kans op een rustiger» zo
mer in Oostenrijk tc zijn dan hier"
„Och. u maakt u bezorgd? Ik kan me dat
hegrijpen, maar g'eloof mij, het gevaar is nLt
zoo groot als de bladen beweren De arm van
het gezag is nog altijd machtig, en als ik u op
eeni'ierlci wijze van dienst ken zijn om u tc
beschermen
,.Jn, dot geloof ik graag, maar ik heb er
mijn zinnen op gezet om in Oostenrijk een
kijkje te nemen Mijn plannen zijn al opge-
maakt Her eenige wat ik u heb te vragen, is
mij de paspoorten zoo spoed'g mogelijk te
verschaffen Ik zou het aangenaam vinden als
ik vóór het einde der volgende week kon ver
trekken Ik heb er drie noodig. Hier zijn de
papieren",
Hoewel zij er feitelijk maar twee noodig had.
was het natuurlijk onvermijdelijk, dat zij er
ook een op haar naam aanvroeg Klobinski
nam de papieren aan met een bedroefde zuchr,
terwijl hij met een zenuwachtig gebaar van de
linker hand over zijn sluik haar streek.
„Drie?" vroeg hij somber.
„Ja, voor mij, voor Malania Petrownu en
voor Nationka Sagorksu"
„Wie is dat?"
„Och, een meisje, dat nu en dan eens voor
mij naait Ik geloof, dot u haar wel eens in
mijn. huis1 heelt gezien",.
„Ja, dat herinner ik mij En u neemt haar
mede?"
„Waarom zou ik dat niet, als ik dat verkies?'
„Natuurlijk, natuurlijk! U zal een bediende
noodig hebben Nu, als uw besluit vast stunt,
zal ik natuurlijk aan uw verzoek voldoen
zei Klobinski met een grafstem. „De stukken
zijn in mijn bezit Wat betreft de signalemen
ten, zul dn» van Malania ePtrowno geen moeio-
lijkheden opleveren, veel minder dan dat van
u vervolgde hij mei een flikkering in ziin
oogen, „rnour wat dat meisje betreft
„Maak haar sigTialement zooals u het van
mij zou geven", zei Katya stoutweg, het niet
versmadend om een heel klein tikje couetterie
in haar lachje te brengen. „U heeft haar toch
al eens voor mij gehouden".
Klobinski wierp een wanhopigen blik naar
den ijverig werkenden klerk, vergeefs een mid
del zoekend om hem kwijt te raken.
„Ik begrijo nog niet recht
,,lk best Daar, ga maar eens zitten inet
een stuk papier voor u, en ik zal u haar per
soonsbeschrijving geven voor het geval u het
signalement vergeten is: lengte gemiddeld,
gestalte slank, oogen zwart, mond groot, neus
kort, tanden gelijk U ziet hoe de bijzonderhe
den met eklaar overeenstemmen, u zou dat
signalement voor ons allebei kunnen gebrui
ken Neen, neen", vervolgde zij, toen hij met
een blik van verzet opkeek van het papier, Hat
hij gehoorzaam had ingevuld, „ik heb nu gsen
tijd om dc zaak langer met u te bespreken,
en ik zal u ten hoogste dankbaar zijn als u den
grootsten spoed wil betrachten U heeft mij
vaak verklaard, dat het u zoo'n bijzondere
vreugde zou zijn mij een dienst te kunnen
bewijzen. Mijn bezoek aan uw bureau mng
voor u het bewijs zijn, dat ik u aan uw woord
l\oud".
Zij was reeds aan de deur, hem vriendelijk:
toeknikkend, en een oogenblik later stond zij
buiten, in zich zelve lachend bij de gedachte,
hoe netjes zij dat had opgeknapt en hoe ge
makkelijk de mannen zich laten bedriegen.
Maar nu moest nog met Malania gesproken
worden Eerst op den vooravond van haar
vertrek werd zij evenwel door Katya in ver
trouwen genomen, al was het ook nog lang
niet ten volle Inderdaad kon de waarheid en
kel bij kleine stukjes aan Mulania worden me
degedeeld en dan nog een waarheid als deze!
De onthulling van Katya's plan om onder
een valschen naam en met een geleend pas
poort te reizen was juist genoeg of eigenlijlc
reeds teveel voor haar om opeens te hooren.
„Maar dat beteckent Siberië, lieve Katya,
Siberiël" riep zij uit, stil staande in het ver
trek, dat overhoop lag door allerlei verschijn-*
solen van een aanstaand vertrek als hoogen on
dergoed en open laden.
„Neen, dat betcekent volstrekt nog geen
Siberië zei Katya, „ook niet als ik word
gesnapt En ik ben niet van plan mij te laten
snappen.
„Moor waarom dan toch, Ivotya? In 'she-*
mels naam wat betcekent die komedie?"
„Het is geen komedie; ik heb een zeer ernstig*
doel voor oogen. Ik heb ontdekt, dat de jong©
erravin Swigello, een der laatste draagsters van
dien naam, te Zalkiew is voor het doormaken
van een kuur. U weet, hoezeer ik altijd belang
heb gesteld in die familie. Welnu, ik wil kennis'
met haar maken, maar natuurlijk kan ik dat
niet doen onder mijn eigen naam. Dat zou
dadelijk een muur tussehen ons doen oprijzen.
Daartoe moet ik een anderen naam aannemen,
en die van Nationka past mij toevallig uitste*
kond. De zaak is toch doodeenvoudig!"
(Wordt uervolgdLJi J.