FEUILLETON.
ONRECHTMATIG BEZIT.
TWEEDE BLAD.
26e Jaargang No. 129 AMËRSFQORTSCH DAGBLAD de eëm lander*'' r? ffvenfec' '927
De intocht van den nieuwen Sultan van Marokko. Moulav Mohammed Sidi Adama, in Rabat, omgeve
door zijn lijfwacht.
De Russische keizerin-moeder, geboren prinses Dag mar van Denemarken, woont in eenzaamheid in haar
geboorteland.
DE TUCHT-UNIE
DE ALGEMEENE VERGADERING
TE AMSTERDAM
DE SCHOOL EN DE TUCHT
De Tucht-Unie hield Zaterdag te Amsterdam
zijn 16e algemeene jaarvergadering, onder voor
zitterschap van generaal A. R. Ophorst.
Blijkens het verslag over 1926 bestond hot
ledental op 31 December 1926 uit 65 vereeni-
gingsleden en 2085 persoonlijke leden tegen 63
vereenigingsleden en 2371 persoonlijke leden op
1 Januari 1926. Aangedrongen werd op ver
sterking van het ledental: toeneming van het
aantal leden zal de middelen verschaffen om
krachtige actie te voeren.
Van vele zijden werd steun ondervonden,
maar het bestuur zou gaarne zien, dot de leden
doordrongen werden van het besef, dat zij dooj
hun contributie weliswaar de goede zaak steu
nen, doch dat zij met weinig moeite zoovcci
meer zouden kunnen doen, als zij niet alle actief
handelen overlieten aan het bestuur, maar om
dir bestuur als kern een keur van strijdbare
krachten vormden tegen de verdwazing en
lichtzinnigheid, de volksverwildering en tuchte
loosheid en tegen de inzinking van zeden, die
ons volksbestaan bedreigen.
Als persoonlijke bestuursleden werden her
kozen mej. G. A. A. Bouricius, ds. H. Janssen
en mr. P. IJssel de Schepper. Als vereenigings
leden in het algemeen bestuur werden herkozen
het Alg. Ned. Verbond Groep Nederland, de
Vereeniging Volksweerbaarheid cn de Bond lot
behartiging van de belangen van het kind. Als
zoodanig werden gekozen de Ned. Vereeniging
voor den Volkszang en de Broederschap van
Commissarissen van Politie in Nederland.
In de 's middags voortgezette jaarvergade
ring van de Tucht-Unie hield dr. H. B. F.
Westerouen van Meeteren, inspecteur van het
lager onderwijs, een lezing over de school en
de tucht.
Er wordt zeidc spreker veel geklaagd
over de overlading van de school. Die klacht is
zeker niet overdreven en algemeen is dc roep
om de overlading tegen te gaan.
Wat nu de lagere school betreft, waartoe sp».
zich bepaalde, omdat dit onderwijs door alk
Nederlanders gelijkelijk genoten wordt, er is
misschien geen enkel gebied waarop zooveel
geliefhebberd wordt. Van olie kanten komen
hier de meest onverwachte stelsels en systemen
zich den voorrang betwisten. De oude school
heeft afgedaan en de nieuwe zal haar taak over
nemen, zoo wordt gezegd
Wat is onder de nieuwe school te verstaan?
Er is een aparte vereeniging voor nieuw school
onderwijs opgericht, maar onmiddellijk kwam
er protest en werd gevraagd: wat verstaat gij
onder nieuw schoolonderwijs. Spr zelf was
de oprichting der vereeniging sympathiek ge
zind, maar hij moet erkennen, dot hij zich niet
kan onttrekken aan dc dwingende logica der
tegenstanders.
't Is dan ook niet eenvoudig om te defi-
nieeren wat de nieuwe school inhoudt. Wij moe
ten de nieuwe school niet bezien als iets waar
heen men reizen kan; zij is geen model waar
naar de school zich zal hebben te vervormen
Zij is ook geen vooropgestelde theorie en der
halve is de nieuwe school ook niet de organi
satie, waarbij al degenen, die er over hebben
te zeggen, niets te zeggen zullen hebben. Het
ontstaan van de nieuwe school zou men het
beste kunnen vergelijken met wat er gebeurt in
de Perzische tapijtindustrie. Men werkt daar
volgens eeuwenoude troditie, maor dit belet
niet dat naast de eeuwenoude motieven plotse
ling een nieuw motief ontstaat en dat lang
zamerhand de industrie een sterk gepronon-
ceerden trek van het nieuwe motief gaat ver-
toonen. De traditie is gehandhaafd, maor het
nieuwe is opgenomcnl
Feitelijk zal de nieuwe school de eenige
school zijn waarmee wij te maken hebben, wan
neer wij invloed willen oefenen op de richting,
waarin dc school in de naaste toekomst werk
zaam zal zijn. Wij hebben te maken met iets
wat nog geen school is. Wij maken m. a. w
in onzen belangrijken tijd de geboorte van dc
nieuwe school meel
Dit is ook de eenige mogelijkheid, waarin wij
het probleem van de school en de tucht kun
nen bezien. De nieuwe school moge er nog niet
zijn, haar komst is onweerstaanbaar.
Wat nu de tweede onbekende betreft, wat
weten wij van de tucht? Het aannemelijkst lijkt
spr. het® universeelc gebod van Kant: handel
zoo alsof uw handelingen een wet zouden kun
nen zijn, die u kunt voorschrijven aan uzelf. Dit
is niets anders don een paraphrase van de zelf
tucht.
Spr. zou daarom willen zeggen: tucht is zelf
tucht. Tucht, die gebaseerd is op het gezag van
onderen, is slechts voorloopig.
Een der kenmerkendste eigenschappen der
nieuwe school is de vrijheid, en de vrijheid «lie
de nieuwe school eischt, voert tot een zich vrij
uiten der leerlingen, tot ontplooiing der per
soonlijkheid. De nieuwe school zal derhalve
onder leiding moeten staan van een man, die
berekend is voor de moeilijke taak, welke hem
wacht.
Er zal in dc komende school een nauwer
contact ontstaan met het leven der leerlingen,
de school zal in het volle leven der leerlingen
treden en het is daarom, dot de handen
arbeid een zoo groote plaats inneemt in olie
nieuwe schoolstelsels. Handenarbeid is het
schibboleth van dc nieuwe organisatie van het
onderwijs en elk verzet tegen de handenarbeid
is te beschouwen als een poging tot behoud
der oude school. Door dien handenarbeid zul
men krijgen de ontplooiing van veel lieve eigen
schappen, maat ook de meer verborgen eigen
schappen zullen een kans krijgen zich tc vertoq-
nen Een groot paedagogisch voordeel zal der
halve zijn, dat de onderwijzer zijn leerlingen
beter leert kennen.
De nieuwe school, waarnaar wij vingen, heeft
echter niets te verwachten van geforceerde on
tijdige maatregelen. Bij iedere school zal het
ontstaan van de nieuwe school gepaard moeten
gaan met een vernieuwing van het onderwijs.
De mogelijkheid nu van de nieuwe school ia
gegrond op den eisch van zelfzucht en geen vak
van onderwijs sluit zoozeer de controle op
eigen werkzaamheid in zich als juist de handen-
ai beid. En als het waar is, dat alle eischen,
die aan de lagere school gesteld worden, ook
maar voor een gering deel met recht geformu
leerd worden, dan staan wij niet voor de moge
lijkheid, moor voor noodzakelijkheid om de
nieuwe school te helpen verwezenlijken, niet
alleen ten behoeve van de school, maar ook ten
behoeve van de tucht.
Bij de gedachtenwisscling vestigde de heer
P J. van Ravcstcyn, inspecteur van het lag^r
onderwijs, die als vertegenwoordiger van den
minister van Onderwijs, Kunsten cn Weten
schappen de vergadering bijwoonde, de aan
dacht op het feit, dat de oudere school den
weg naar dc nieuwe school voorbereidt, door
het kind niet door het woord, maor door dc
daad tot een betere gezindheid te brengen.
EEN DOKTERSJUBILEUM.
Zooals reeds aangekondigd, heeft dr. J. A.
M. Bcguin Zaterdag den dog herdacht, waarop
het zestig jaar geleden was, dat hij te Leiden
cum laude promoveerde tot doctor in de genees
kunde. Van alle kanten bereikten den jubilaris
gclukwenschen, schriftelijk en telegrafisch. D<-
Scnaot van de Leidsche Universiteit zond een
schrijven van gelukwensch en daarnaast kwan.
prof. dr. J. H. Zaayer persoonlijk de geluk-
wenschcn van den Senaat overbrengen. Hij hei.
innerde eraan, dat dr. Beguin een der eersten
was, die promoveerde bij den vader van pro.'
Zaayer en bracht uit de bibliotheek der Univer
siteit dc dissertatie van den jubilaris, waarvan
enkele stellingen, zoo zeide hij, thans zeker
aanleiding tot discussie zouden geven.
Prof. Zaayer overhandigde den jubilaris
voorts een schrijven met gelukwensch van de
faculteit van geneeskunde pan de Leidsche uni
versiteit.
Tot de velen, die den jubilaris peisoonlijk
kwamen compJimenteeren, behoorden de bur
gemeester cn secretaris van Voorburg narr°ns
hot gemeentebestuur, dc Voorburg?the colle
ga's, enkele Haagsche collega s, de pastoor cn
de kapelaan van de parochie van Maria He
melvaart te Voorburg en voorts vertegenwoor
digers van verschillende Voorburgsche verecni-
gingen.
In den omtrek van de woning van den jubi
laris had rren te zijner cere de vlag uitgesto
ken.
DRAADLOOZE SIGNAAL-INSTALLATIE
VOOR DEN PGLITIEDOKTER.
De Prov. Gron. Crt meldt:
Indien de desbetreffende plunnen voortgang
hebben, zal dc politiedokter te Groning- n
voortaan in voortdurende radioverbinding sta in
met het hoofdbureau van politic. Door een
sein, op het hoofdbureau gegeven, zal den
politiedokter kunnen worden te kennen gege
ven, dat hij zich telefonisch met het hoold-
bureou in verbinding mort stellen. Als het
hoofdbureau een sein geeft, gaat n.l. op het
dashbord van den auto een lompje branden,
dat na korten tijd weer automatisch dooft
Is de politiedokter niet in zijn auto aanwe
zig, dan is het door omzetting van een schake
laar mogelijk, te bewerkstelligen/ dnt bij ont
vangst van het signaal dc claxon in werking
treedt De werkingssfeer van dit apparaat be-,
droogt 3 h 5 K.M.
VRIJZINNIG
DEMOCRATISCHE BOND
TE LEEUWARDEN
HET BELEID DER KAMERFRACTIE
Op de te Leeuworden gehouden vergadering
waren ingekomen vcrschillendo telegrafische
groeten.
Bij de bespreking van het beleid der Kamer
fractie drong de heer Mauers aan op bespoedi
ging vun het graven van het TwenteRijn-
kanoal. Kan de Kamerfractie deze kwestie niet
aan de orde stellen
Dc heer Beins, burgemeester van Vlac.ht-
wedde, wees op een uiting van den heer Hiem-
stra, die verleden jaar bij het debat over het
werkloosheidsvraagstuk, gehouden in dc Twee
de Kamer, had gezegd, dat spreker niets voor
de arbeiders wilde doen. Als een lid van den
Vrijzinnig-Democrotischcn Bond wordt aange
vallen, moet, aldus spreker, door eert der vrij
zinnig-democratische Kamerleden hierop nader
worden ingegaan en dit niet zoo maor la'cn
passcercn.
De heer Morchont antwoordt, dat de Kamer
fractie niet kan weten wie in den lande vrijzin
nig-democraat is en wie niet. Het is bovendien
niet te vergen, dat dc Kamerleden met spanning
alle redevoeringen zouden moeten annhooren,
of er ook iets gezegd wordt in het nadeel van
een vrijzinnig-democraat Dan waren wij nier
niet, maar óf dood óf in een krankzinnigen
gesticht. De ambtshalve verdediger van amb
tenaren is bovendien de minister.
Spreker erkent, dat het TwenteRijnkanaal
een schandaal is. de wet hierover wordt niet
uitgevoerd. De zaak heeft terdege de aandacht
van de Kamerfractie.
Hierna hield de heer Prpfcs^pr J. B, Cohen
een rede over het pac'ntvruagstuk, dut hij voor
al voor Friesland van belang noemde.
Op deze rede volgde eenige gedacht en wisse-
iirg.
Aan de orde kwam vervolgens een mótie der
afdeeling Den Haag: de bond herinnert er aan,
dat de Regeering de jongste ingrijpende korting
op dc salarissen van het Rijkspersoneel cn dc
onderwijzers, uitsluitend heeft gemotiveerd met
een beroep op den slechten toestand van
lands financiën vestigt er de aandacht op, dat
dit motief blijkens de millioenennota van Sep
tember j.l. niet weer kan gelden en dringt er
met den meesten nadruk cp aan, dat het on
recht dit personeel aangedaan worde hersteld.
Dc strekking van deze motie heeft de instem
ming van het hoofdbestuur
D»- afdceling-Soest stelt voor, inplaats van
Rijkspersoneel en de onderwijzers te lezen Rijks
personeel onderwijzer cn militairen.
De afgevaardigde van Den Haag, br.engt hulde
her. mr, Merchant, die voor zijn werkzaamheid
inzake urt. 4C, den dank verdient van allen die
neg gevoelen voor handhaving vun het recht
Den Hang neemt het amendement-Soest over
Deze motie wordt met algemeene stemmen
aangenomen.
Na eenige discussie werd een motie-Vlaar-
dingen aargenomen waarbij de algemeene ver-
ga.'ering van den Vi ijzinnig-Dcmocratischen
Bond de wenschelijkhcid uitspreekt, dat het
door de Regeering aangekondigde wetsontwerp
regelende do mogelijkheid van stemmen voor
op den stemdag buiten de landsgrenzen vertoe
vende stemgerechtigden binnenkort in de Twee
de Kamer zal worden behandeld. De Kamer
fractie werd uitgenoodigd voor de verkiezin
gen van 1929 een behardrling van genoemd
wetsontwerp te willen bevorderen.
Voorts worden aangenomen een voorstel-
Assen, waarin dc Kamerfractie wo«"dt uitge
noodigd tc bevorderen dat do beperkingen voor
de verkiesbaarheid voor lid van den gemeente
raad worden herzien en zooveel mogelijk inge
trokken en een voorstel Den Haag met over
neming van een amendement-Haarlem, om aan
het Hoofdbestuur te verzoeken na te gaan in
hoeverre het mogelijk en wenschelijk is dat van
dc partij een actie uitgant tot wijziging van ons
stiafstelsel.
Ten slotte is aan de orde een voorstel van
het hoofdbestuur om de Kamerfractie uit to
noodigen een wetswijziging te bevorderen, opdat
de thans geldende bepalingen in zake het zen
den van leerlingen uit buitengemeenten naar
inrichtingen van middelbaar of voorbereidend
onderwijs in de steden waardoor aan dio
gemeenten ondragelijke lasten worden opge
legd door meer billijke en rechtvaardige
voorschriften worden vervangen.
Na eenige discussie wordt het voorstel bij
zitten en opstaan aangenomen.
De Openbare vergadering werd daarna gc-«
schorst tot Zon-': gcrhi'nd 10 uur.
TOONEELISTLN ALS WINKELPERSONEEL.
De opbrengst van den ver
koop bij Gerzon.
Naar men ons mededeelt, heeft dc firma
Gebrs. Gerzon een bedrag van 4356 aan
het suppletic^fonds voor de tooneelistcn kun
nen afdragen, zijnde de 10 van de opbrengst
van dqn pp Zatqtdagmidag j.l. in haar maga
zijn tc Amsterdam gehouden verkoop door d?.
acteurs en actrices
AUTO VAN DEN DIJK.
Men meldt ons uit Gouda.
Hedenochtend te half negen is de vrachtauto
van G. A Versteeg uit Haastrecht, bij het uit
wijken van den Breedcdijk gevallen. Van de
beide inzittenden bekwam één een wonde aan
het oor; dc ander kwam met den schrik vrij.
De auto werd zwaai besohadigd.
KORTSLUITING.
Zaterdagnacht omstreeks 12 uur is kortslui
ting ontstaan in de bovenleiding van de elec-
trische trom op de Princcssekode te Leiden,
waardoor de leiding in brand geraakte. Door
direct de stroom idt te schakelen is uitbrei
ding voorkomen.
AANRANDING TE LAREN.
Op den Leemzoolschcweg, dicht bij het dorp
Laren, waar het door afwezigheid van verlich
ting des avonds zeer duister is, werd mevr K.,
die aldaar woont. Zaterdagavond plotseling
door vier onbekend gebleven mannen aange
vallen, die trachtten haar een prop in den mond
te stoppen, wat hun evenwel niet gelukte. Een
der aanranders gaf haar een slag in het gelaat
en ontrukte haar een taschje met eenig geld en
sieraden. De politic onderzoekt de zaak.
Laat uw woning licht en vroolijk zijn een
sombere woning maakt verdrietig en naar
geestig.
Naar het Engelsch «n
Door Mr G KET.T.ER
22
„Als hij nog leefde", zeide Witek na dat
oogenblik van stilte met een stem welke iet
wat trilde„denk je dan, dat hij thans hier
rustig zou zitten
„Ongetwijfeld niet", erkende Tadeusz, en
ook uit zijn stem sprak de ontroering, al bleef
hij daar dan ook meester, „maar het is toch
altijd de vraag, of hij zijn vaderland werke
lijk beter zou gediend hebben d«oor zijn leven
te wagen in een hopeloozen worstelstrijd, in
plaats van het te bewaren voor een gelegen
heid, dat hij zijn vaderland beter van nut kan
zijn Denk maar eens aan de Oekrajina I lk
ben vost overtuigd, dat wie zich nu hols over
kop in den strijd mengt zondeT zich de moeite
te geven om de gebeurtenissen te volgen en
alle mogelijkheden na te gaan, evengoed een
„verloren schaap" is als weleer die schare van
moedige knapen
„Maar het Nieuwe Polen, Tadzio I Denk aan
het Nieuwe Polen Als ieder zoo bedachtzaam
was als jij. hoe zou het don uit zijn osch kun-,
nen verrijzen
„Zal het Nieuwe Polen wyzer zijn dan het
oude bromde Tadeusz, het hoofd op een
hand geleund en met de oogen naar den grond
gericht Wanneer wij eenmaal weer meesters
zijn op eigen bodem, zullen wij don niet weei
schipbreuk lijden op dezelfde klippen per
soonlijke eerzucht, onderlingcn naijver, het
geluk van weinigen tgeenover dot van dc mas
sa Is de les wel hard genoeg geweest
„Tadeusz I" riep Witek haast uit, er. hoewel
zijn sigaret slecnts half opgerookt was, ge
voelde hij behoefte om nadruk aan dc uiting
van zijn gevoelens te geven om haar in een
hoek te gooien. „Is dot de taal van een rccht-
geaarden Pool
Met zijn palet in de hand en hoog gekleurd
gelaat keek hij Tadeusz met iets van dc gram
storigheid van een wrekenden engel in de
oogen Een zeer liefdevolle giimlach vertoon
de zich geleidelijk op de* lippen van den oud
sten broeder, terwijl hij naar den spreker keek.
Zoo. kon hij zich voorstellen, moest Stanislas
Swigello gekeken hebben, toen hij zich naar
de Oekrajina opmaakte. Want zijn jongste
zoon had van den vadpr zijn schitterend uiter
lijk geërfd, zij het ook niet zoo schitterend
als de vader, gelijk ook de mantel van den
kunstenaar op hem was gevallen, niet ten volle,
mee* in ieder geval een tipje er van.
„Neen, het is niet de taal van een Pool,
dat geef ik je toe, in ieder geval is he* niet
de taal, welke onze patriottische pers door
gaans gebruikt Maai waarlijk. Witek, je be-
hoelt daarom niet zoo boos naar mij te kij
ken I Ik kon best niet zoo'n slecht vaderlan
der zijn als waarvoor je mij houdt Met vech
ten alleen komt men er niet bij het stichten
ven een staat Er moet ook gewerkt worden
en ik heb mijn taak gekozen."
„Werk r
k Met een zucht, die dramatisch klonk, keerde
Witek, na zijn sigaret te hebben aangestoken,
terug naar zijn ezel.
„Werk 1 Het woord doet al denken aan
sloven en zwoegen. Ik zou we] eens willen
weten, hoe onze voorvaders er over zouden
gedacht hebben."
„Waarom altijd naar het verleden gekeken,
Witek Waarom niet ook naór de toekomst
Wij hebben een longen weg voor ons en hoe
vastberadener wij dien betreden, des tc minder
steil zal hij ons toeschijnen
„Moeten wij werkelijk dien ganschen weg
afloopen, Tadzio Valt daar niet aan te ont
komen V'
„Alleen wanneer wij het liever opgeven en
een afhartigen dood willen sterven."
„Maor er zou een uitweg kunnen zijn. een
zijpad, zoo te zeggen, zou dat niet
Witek boog zich nu diep ovci zijn ezel, den
rug noar zijn broeder gekeerd.
„Wat bedoel je
„Sla nu niet zoo'n hoogen en deftigen toon
aan, Tadzio; ik kan niet met je praten als je
zoo doet. Het is enkel een id .*e, dat bij mij
opkwam. Ik heb onlangs eens nagedacht.'
„Werkelijk vroeg de oudste broeder, niet
met een sarcastisch tintje, maar met onom
wonden sarcasme.
„Ja, over die wonderlijke geschiedenis, waar
over Kazimira ©ns in den winter schreef, ovet
die juffrouw Malkoff
„Nu?" vroeg Tadeusz weer met dien onaan-
genomen klank in zijn stem.
„Zou je denken, dat zij het werkelijk meen
de Haar zeggen, dat zij rmt zou trouwen
behalve met een van ons."
„Ik vermoed van wel. Het is juist zoo'n ro
mantische inval van een meisje."
„Zeker is het romantisch, maar het is toch
ook natuurlijk. Misschien beschik je over niet
genoeg fantasie om je in haa- plaats te den
ken. Ik heb geprobeerd dot wel te doen en k
ben volstrekt niet zeker, dat ik niet evenzoo
zou gehandeld hebben als zij. Vind je niet, dot
het wel voor haar pleit, Tadzio?' ging Witek
een beetje verlegen voort.
Hei pleit zeker vooi haar fantasie."
„En voor huor gevoel van rechtvaardigheid.
Vind je het wel heelemoal in orde van onzen
kant, dat wij het denkbeeld zonder nadere
overweging verwerpen Neen, laat ik nu eerst
uitpraten," cn met wat verhoogde gi laotsklem
keerde Witek zich om cn keek zijn broeder aan.
„In den beginne was ik er even boos over nis
jij, zooals je weet Maar na een ri'dig krijgen
de dingen weieons een ard°' karakter. Wat zoo
dan alles prachtig in orde kunnen komen I
Natuurlijk sta ik er buiten, daar ik nooit iemand
anders zou kunnen trouwen als Olszo. Maai
jouw hart is nog vrij, voorzoovcr ik weet En
als je het nu aan een ander wilt weggeven,
waarom zou je don niet die richting uitgaan
Natuurlijk dring ik er bij jou niet op aan, dot
je onmiddellijk je zult gaan aanmelden op
Lubynia, maar verondersteld eens, dat je hoor
toevallig tegenkwaamt lieve hemel wat heb
ik miszegd
„Iets wat ik je dringend verzoek nimmer
weer te zeggen."
Tadeusz was plotseling opgestaan, zijn broe
der met toornige oogen aanziend en zich wel
een half hoofd boven hem, verheffend, hoewel
Witek niet bepaald klein was.
,*Zooeven vroeg jo mij, of dot wel de taal
was ran een Pool, maar nu vraag ik jou, of
dit de taal van een man is.. Want voorwaar,
niemand die er prijs op stelt een man gehecten
te worden, zou cr ooit aan denken dat ruilhan
del-idee in overweging te nemen. Jij of ik zou
den met onzen persoon Lubynia moeten terug-
koopen, dat is in een enkel woord haar voorstel
weergegeven. Jij of ik zou hat lekkere hapje
moeten zijn, dat aan haar bezwaard geweten of
aan haar romantische fantasieën als je het zoo
nemen wilt, zou worden toegeworpen, waar
voor zij als belooning het landgoed aan joxr
of mij weer zou overdragen
„Aan jou, niet aan mij," verbeterde Witek,
terwijl hij poogde den blik van zijn broeder te
trotsecren. „Over mijn lot j's reeds beslist en
alleen jij kunt nog probec-ren aan een slaven*
leven te ontkomen. Als Olszo en ik zou gele
genheid vinden om tc trouwen, zal dat enkel
een nog meer slaven en sloven beteekenen."
Er sprak emige bitterheid uit zijn toon.
„Maor jij of ik op Lubynia zou geen verschil
mnken Ik zou je nooit jc gelijk benijden,
ondersteld altijd dat er iets van kwam."
Tadeusz keek een oogenblik nog ernstiger,
doch het volgende oogenblik begon hij in
plaats van toornig op te vliegen, gelijk hij blijk
baar bijna had gedaan, goedmoedig te lachen,
uit overtuiging dat debatteeren hier nutteloos
zou zijn.
„Wat ben je toch nog eer. kind, Witek,
ondanks je vier en twintig jaar. Even onwillig
om je nieuwe denkbeeld te laten schieten als
een kind een stuk speelgoed Laten we, als je
blieft, niet verder op de zaak door gaan Ik
heb alles reeds gezegd wat ik er over op mijn
n-t had."
Inderdaad als een koppig kind keek Witek
met een pruilmond noer zijn oudsten bropder,
die, voor hem als jongen wees niet alleen een
broeder was geweest, maar ook een beetje
vader en moeder tevens
(Wordt vervolgd^