AMERSFOORTSCH DAGBLAD „de eemlander
DE DOLLE LOLA
binnenland.
Onwelriekende adem
10, 11, 12 en 13 DecemNer
in B.oscoop „AMICITIA"
L. J. Luycx Zn.
TWEEDE BLAD.
S.Duyker
Langestraat 49 Tel. 190
FEUILLETON.
ONRECHISflATiT BEZIT.
26e JXSRGANG "No. 155.
11 ZATERDAG 5 DECEMBER I02T.
ZORG OVER ANDEREN
(Nadruk verboden).
In onzen tijd van efficiency tracht mfn
ook .op 'het gebied' van het innerlijk lever»
zijn -krachten- zoo doelmatig mogelijk te be
steden. Men waardeert zijn gevoelens niet
meer naar <ie aantrekkelijkheid, welke zij
om huns zelfs wil bezitten, maar naar de
mate, waerin zij zijn aan te wenden tot nut
tige doeleinden. En men bemerkt, dat men
tot nu toe aan nutle'.ooze gevoelens veel
kracht heeft verspild.
Gevoelens zijn als de stoom in een stoom
ketel, als de electriciteit in een accumula*
tor. Men moet ze gebruiken. Doei men dit
niet, dan vermorst men het vuur onder den
ketel, de benzine in zijn reservoir.
Voor den waren levenskunstenaar heeft
elk gevoelen motorische waarde. Zelfs de
gemoedsbercerinren, docr minderwaardige
driften veroorzaakt, kur.rsn drijfkracht ten
goede worden. Wie
oos heeft ge
maakt, heeft tehoeke, zi:h door kracht
dadige 'handelingen te ontladen. Mij kan
den heel kort en klein smijten, maar hij
kan ook een geweldig stuk werk leveren,
waartoe in zijn kalme oogenblikken zijn
krachten te kort schieten.
Gemoedsberoeringen zijn els natuurver-
schijnselen; lact men re ha:r gang gaan,
dan brengen ze ongelukken ie weeg, maai
door doelrnati'e beheers dring verhocgen zij
het levensgerief. De wind, opgevangen in
molenwieke-n; de bergstroom, over het
scheprad geleid; het ijs, het vuur, ja de elec
triciteit zelfs, die anders ais bliksemflits
doocelijk treft, worden dienaren van mensen
en maatschappij. Wie aldus de natuur
krachten kan temmen, gelukt het ook, de
hartstochten en driften daarbinnen te
breidelen voor zijn deel. De moderne
mensch staat niet langer als lijdelijk
slachtoffer tegenover de natuurkrachten
buiten, noch tegen ce natuurkrachten bin
nen in hem.
Zoo is de omgang van den mensch met
zijn innerlijk zich gaan kenmerken doo.
wilskracht en overleg. Verstandig als met
zijn uiterlijk materiaal handelt hij met zin»
ziel. Hij is er voorzichtig en zuinig met,
hij keurt en kiest en schift het bruikbare
uit het onbruikbare.
Er li^t in deze nieuwe levensgewoonte
ongetwijfeld iets goeds. Wanneer wij een
maal aan 't nadenken gaan, moeten we
toe-even, det we 'veel innerlijke kracht mis
bruiken aan dingen, waaraan niemand iets
heeft. Een van de gevoelens, welke een
groot deel van ons bestaan in beslag nemen
zonder eenig profijt, te - verschaffen, is d#>
bezorgdheid over anderen. Zij behoort tot
den ouden tijd, die haar hoogelijk waar
deerde en als een hizondere deugd prees.
Onze ouders zaten, toen wij kinderen wa
ren, onafgebroken in angst. Waren wij
naar de avcnd-school, dan vreesden ze, dat
we in 't donker zouden verdwalen. Reden
we schaatsen, dan hielden ze hun hart vost.
RCCÏ AMES.
Van 1- -4 rezels t 4 Oh elke rermj meer f !.-•
is weerzinwekkend Tanden met teelvke kleur
ontsieren bei gelaat. Deze schoonheidagebreken
worden spoed i» verholpen doi.r het poetsen niet
de heerlyk verfrisscliende 4'lili»r«M5oiii TuimB-
)>;imIu. Detnnden Urygen een schitterenden, ivoor-
Kleurigenglans.ook aan de zykanten.hy gelyklydig
gebruik van den speciaal voor dit doel geschikten
(iiloi-oriotit raii<lout»«»rst<'l. waarop de haren
in den vorm van de tanden ireplnatst zyn Rouende
apysresten, welke onrerntydelvk tusschen de
tanden aeliierbly veD en de hooirst onaangename
lucht vero<»rzaken. worden geheel verwyderd.
Probeert U eerst een kleine tube van 35 cenf
in verpakking met uarantiestroojt et» n»eis eskopje
<iit«»i*o<3oni. T>iiulciil»or)>lel voor kinderen
45cent. voor dames tmiddelhard haar) 7ft cent, voor
beeren (hard haar) 75 cent, in de bekende «lauw.
groene Ciiloro»lout-doos. Alom verkryybaar
65 mm
dat we zouden verdrinken. Kwamen we te
laat aan den maaltijd, dan liepen ze den
weg op, om ons te zoeken en in hun ver
beelding zagen ze ons al onder een rijtuig
liggen. Een logeerpartij, voor ons een ge
not, beteekence voor onze ouders veertien
slacelooze nachten.
Als we thans nagaan, dat al deze onge
rustheid voor niets is geweest, kunnen we
het betreuren, dat zooveel onnoodig verdriet
het leven onzer goede ouders vergald heeft
Maar zij meenden, aan 't ouderschap een
dergelijke ongerustheid verplicht te zijn
Wie zich over zijn kinderen niet voortdu
rend bezorgd maakte, stond als een ont
aard vader of moeder te boek.
Moeilijk was het ook voor het gezins
hoofd, met vrede te denken aan de kan*
van sterven. Wat moest er van vrouw en
kinderen terecht komen, zoo de kostwinn'e:
hun ontviel? Menig vader is onder vreeselijk
zielslijden den docd ingegaan, omdat be
zorgdheid voor de nagelaten betrekkingen
zijn laatste oogenblikken verduisterde. En
toch, achteraf is in de meeste gevallen ook
hier weer gebleken, dat niemand onmisbaar
is. Niet zelden is het vaderloos gezin ten
slotte evengoed, ja soms beter tot welstand
geraakt dan zco de vader in leven gebleven
was. De wegen van het lot zijn vaak onbe
rekenbaar.
„Dat had vader nog eens moeten be-
le\en", hooren we meermalen een dankbare
moeder fluisteren, wanneer een harer kinde
ren gelukkig geslaagd is. En in haar hart
betreurt zij het, hoe haar men door over
bodige bezorgdheid zijn leven en sterven
bedorven heeft.
Misschien is het aan het toenemend aan
tal gevaren, die ons in de moderne samen
leving bedreigen, te danken, dat de on
nutte bezorgdheid over anderen haar tijd
heeft gehad. De wal keert het schip en
met den besten wil kunnen we het gevaar
niet meer bijhouden, dat onze kinderen en
huisgenooten elk oogenblik bedreut op de
straat; in het drukke verkeer, in de wissel
valligheid ven het hedendaegsch econo
misch bestaan. We zouden, als we over de
afwezigen in zorg zaten, geen minuut von
respijt hebben.
En het ongelukkigste is, dat, terwijl wij
over hen in den angst zitten, de afwezigen
zelf vaak het best floreeren. Zij hebban
pret, voorspoed, gezondheid genoten, on
derwijl wij zaten te tobben over 'hun ver
ondersteld leed. Is het wonder, dat, als zij
thuiskomen en onze bezorgdheid bemer
ken, deze hen prikkelt tot wrevel? Want nu
is voor de volgende keer hun pleiziar be
dorven en ze zullen nooit weer zoo goed
kunnen slagen, als zij weten, 'hoe ond?r-
tusschen daarginds thuis hun naaste bc.rek-
kingen het ergste vreezen.
Inderdaad, wij dpen niemand een weldaad,
zoo wij over hem in zorg zitten, terwijl hij
zijn eigen weg gaat door de onzekere maat
schappij. Laten wij bovendien er aan den
ken, dat wij niemand met den besten wil
kunnen helpen door over hem in bezorgd
heid te zitten. Ieder moet op elk oogenblik
van het leven nu eenmaal voor zichzeli
handelen, partij trekken van zijn eigen in
zicht en neiging. Hoeveel levens hebben
welmeenende ouders en voogden, familie
leden en vrienden geknot en gebroken,
doordat zij voor hun beschermaling tracht
ten te denken, te voelen en te doen.
Bezorgdheid over anderen is verklaarbaai
als uiting van toegenegenheid. Maar ten
slotte is dit liefderijk gevoel, deze teedere
stemming, hoe vreemd het klinkt, ook nog
zelfzuchtig. Eerlijk gezegd, denken wij aan
ons zelf, onderwijl wij meenen a8n die an
deren te denken. Wij koesteren onze
weekhartigheid, onze overvoorzichtigheid,
onze kleinzeerigheid ven geweten als iets.
dat ons een soort zedelijke voldoening ver
schaft.
Maar onderwijl wij met onze bezorgdheid
het beste bew'is van liefde en plicht
meenen te geven, verknoeien wij innerlijke
kracht, welke ten bate van hen, over wie
RECLAMES.
Von T—4 regels 4 05, elke regel roeer T.—
ret LILIAN HARVEY *n
HANS JUNKLR «1ANN
Dipl Maatsch.
t b.d. Toonkunst
F1ANOS en
ORGELS
avik 29 Tel. 773
TARLATAN in alle kleuren
35 ct. per M.
Goud- en Zilvergaas 65 ct.per
Goud- en Ziherband in alle breedten
wij ons angstig maken, profijtelijker rou
kunnen worden besteed. Want tenslotte
dienen wij onze naasten het meest met op
gewektheid, vertrouwen en moed. Als wij
tijdens hunne afwezigheid me( een opge
ruimd hart onze taak verrichten, zullen z'j
ons bij behouden tehuiskomst het erkente-
lijkst zijn.
H. G. CANNEGIETER.
PERMANENT HOF VAN INTERNATIO
NALE JUSTITIE.
Een niet ollcdaagsche rechts
kwestie.
Men schrijft ons:
Een merkwaardige kwestie zal waarschijn
lijk eerlang voor cht Hof van Internationale
Justitie te 'sGravcnhnge '-in behandeling ko
men
De heer Zsigmond K'sfeludi-StrobL een der
grootste Hongaarsche beeldhouwers zal een
aanklacht indienen tegen den Tsjccho-Slo-
waakschen Staat.
In 1913 heeft genoemde beeldhouwer n.l. te
Kassa een expositie gehouden, waar 0.0. 15
origineele beeldhouwwerken waren tentooi be
steld.
Op verzoek nu van een herdenkingscomité
«an de gesneuvelden in den oorlog heeft de
beeldhouwer een standbeeld vervaardigd vat.
de bij Gorlice gevallenen. Op dc tentoonstel
ling waren in het geheel 175 stukken geëx
poseerd.
Gedurerde de tentoonstelling echter kwamen
de Tsjechische troepen en hebben Kassa, dn»
tsjcchisch Kosioe hoêt, bezet. Bij deze gele
genheid werden do schilderijen en het stand
beeld weggenomen. Zs'gmond Kisfaludi-Strcbl
trachtte eerst langs diplomatieken weg zijne
eigendommen terug te krijgen, echter zonder
succes.
Volgons het tusschen Hongarije en Tsjcho-
Slowakije gesloten Vredesverdrag van Trii
non nu, dienen eigcndomsgeschillcn tusichen
een particulier en een der betrokken Staten
beslist tc worden door het Internationaal Hef
van Justitie.
Te dien einde is men op het oogenblik b
zig in Hongarije gegevens te verzamelen. Hij
heeft een civiele e sch ten bedrage van 40.000
pengö's ingediend.
MODERNE FABRIEKS-
ORGANISATIE
EEN LEZING VAN
DEN HEER JAC. E. VERKADE
DE WIJZE WAAROP MET FABRIEKS-
PERSONEEL DIENT TE WORDEN
OMGEGAAN
Op uitnoodiging van de Leidsche Studenten
ver. voor Sociale Lezingen heeft Donderdag
avond de heer J. A. E. Verkaac uit Zoonaum
de studentensociëteit Mincrvo een voordracht
gehouden over Moderne fabrieksorganisatie
Spreker zeide, dat hij meer in het bizondo
zou treden in een beschouwing over de wijze,
waarop met het fabrickspersoncel dient te wor
den omgegaan en doorbij tevens een en andei
ou mededeelen omtrent de leiding ervan.
De leiding von het fabrickspersoncel is, al
dus spr., een zuiver inidividueele zaak. Geen
recept of voorschrift kan in deze worden ge
geven. De inzichten van twee leiders kunnen
geheel uiteenloopen en toch kunnen zij ieder
oor zich uitstekende resultaten met hun per
soneel bereiken. Vooral dient ook rekening te
worden gehouden met dc streek, waar dc on
derneming gevestigd is, daar er volgens spr.
een groot onderscheid bestaat tusschen arbei
ders uit verschillende dcclen des lands. De
mentaliteit von dc arbeiders, die in Twente wo
nen of in Noord-Brabant, is bijna niet te ver
gelijken met die van de bewoners der loge
Zaanschc landen. De eersten leven veel dichter
bij'de natuur, terwijl de loatstcn een oude tra
ditie hebben van persoonlijke vrijheid en on
afhankelijkheid, overgebleven uit de oude wind
molen-dagen.
Welke de resultaten ook zijn mogen, die de
individucelc werkgevers bereiken, navolgen
an elkanders doen en laten behoort vrijwel tot
d? onmogelijkheden. Iedere leider van fabrieks-
personecl za! zijn eigen weg moeten zoeken, n'
ran hij nu er dan met de ervaringen van an
dere zijde zijn voordeel doen. Dit is een der
edencn waarom het dwingend regelen van fa-
brieksverteger.woordiging of andere zooge
naamde sociale instellingen zooveel tegenkan
ting ondervindt.
Industrieelen, zooals Van Marken cn StorV
hebben in de 80-er jaren veel bereikt door de
manier, waarop zij mei hun volk omgingen, en
toch, nlhoewel er overeenkomst was in hunne
methc'en, was de uitvoering in vele oprichten
verschillend. Eén punt hebben echter alle voor
aanstaande leiders met elkaar gemeen en wel.
De waarachtige v/ensch om hunne medemen-
scHen te dienen.
Spr. behandelde hierna de vraag' uit welk
milieu de goede leiders veelal voorkomen. Vol
gens den Am.cr:!: izr.schen statisticus Balson uit
Boston v/orden zij het meest gevonden in een
voudige huisgezinnen met niet te veel kapi
taal, doch waar een zuivere geestelijke atmos-
phecr hcerscht. Door den onderwijzer worden
dergelijke jongelieden gedurende de schoolja
ren vaak bestempeld als „lastige jongens", die-
wel kunnen, njaar niet willen.
Spr. ging hierna in het kort de ontwikkeling
cah hét vakvereenigingswezen na en wees ei
op, dat deze beweging daarom zulk een goedei.
voedingsbodem vond, omdat niet voldoende was
voortgebouwd op de vooruitstrevende gedach
ten van een Van Marken of een Stork.
Het zwaartepunt van de moderne fabriekslei-
ding ligt volgens spr. in een vraag, hem eens
door een Amerikoanschen vnend gesteld, toe»,
hij zich beklaagde over de weinige waardeering
van dc arbeidersklasse. Over deze vraag':
„Houdt gij van menschen die hem zeer hac
getioffcn, had spr. veel nagedacht en haar me
nigmaal besproken met vooraanstaande leiders
van Amerikaansche en Europecschc indus
trieën. De overtuiging was tenslotte bij hem
komen vost te staan, dat men eigenlijk nooit
als leider in een onderneming volkomen
succes kan hebben, zonder een uitgesproken
gevoel van liefde jegens de medemenschen.
Spr. behandelde daarna als voorbeeld de
werkmethoden van twee succesvolle leiders van
industrieën in Amerika, John Loitch en Arthui
Nash, welke laatste een personeel heeft van
meer don 5C00 man. Beide regelen hun zokcr
In algeheel overleg met hun personeel. Spi
deed uitkomen, hoe volgens deze fabrikar.tor
uitstekende resultaten konden v/orden bereikt
zoowel wat betreft de houding tegenover dc
'eiding als de productiviteit der arbeiders, zon
der dat er eenige dwong op hen behoefde tc
worden uitgeoefend. Voor het verkrijgen var
DE ONBEWAAKTE
OVERWEGEN
HET STANDPUNT
VAN MINISTER V.. l VEGTE
HET PUBLIEK WEINIG
OPLETTEND
Dat het aantol ongelukken op de onbe
waakte overwegen niet blijkt af te nemen,'
houdt ook naar de meening van minister Van
der Vegte in zijn M. v. A. nopens de Water-
staatsbegrootino- verband met toeneming van
het wegverkeer.
De omstandigheid, dat ook het aantal aan
rijdingen van de afsluitboomen der bewaakte
overwegen niet vermindert, levert een oon-
wijzing voor de weinige oplettendheid van
het publiek als één der oorzaken van vele
ongelukken op onbewaakte overwegen Dat
do beperking der snelheid bij het berijden van
overwegen tot 10 K.M. een ongunstigen in
vloed op het aantal ongevallen zoudz hybben,
moet worden ontkend.
Dat met het ophefen van de bewaking veel
te ver zou zijn gegaan, zoodat het noodig
zou zijn de gevaarlijkste overwegen opnieuw
ender bewaking te stellen, kan niet worden
toegegeven Trouwens de bewaking van geen
e ricelen overweg is opgeheven zonder vooraf
gaand degelijk ondeizoek, waarbij inzonder
heid op he» uitzicht wordt gelet,
STUDIEBEURZEN VOOR VROUWEN.
Vanwege de Ned. Vereeniging van vrouwen
met academische opleiding wordt gemeld, dat
Girton College in Cambridge twee studie
beurzen aanbiedt voor drie jaren
a. de Yarrow Scientific Research Fellowship
300 voor 3 jaar) voor een wetenschappe
lijk onderzoek in de wis- en natuurkundige
vakken
b. de Pfeiffer Research Fellowship in Arts
250 voor 3 jaar) voor een onderzoek in
alle takken van wetcnschop, uitgezonderd de
wis- en natuurkundige.
Alleen zij, die reeds zelfstandig wetenschap
pelijk werk verricht hebben, kunnen hiervoor
in annmerking komen.
Nadere inlichtingen zijn te verkrijgen bij
mej. dr. J. Reudler, secretaresse der Ned. Ver.
voor vrouwen met academische opleiding, Jo
zef Isroëlsplein 17, Den Haag.
DS. D. J. M. WüSTENHOFF f
Op 73-jorige leeftijd is te Ocgstgeest over
leden dr. D. J. M. Wüstenhoff, emeritus pre-
d kant der Ncd. Herv. Kerk.
Ds. Wüstenhoff werd in 1876 candidaat bij
de Waalsche Commissie en diende de Her
vormde gemeenten van Wilnis en Monniken
dam. In 1888 logde hij zijn bediening in de
Ned. Hcrv. kerk neer om predikant te worden
te Gent. Daarna diende hij de gemeente van
Sessenheim tot 1922, toen hij zijn etneritaar
verkreeg.
40 JAREN HOFLAKEI
dc Koningin heeft Dondcrd. persoonlijk met een
woord van gelukwensch het zilveren kruis der
huisorde van Oranje uitgereikt aan den ruim
70-jarigen heer J. C Moors, thans kamer
dienaar van H. M. ter beschikking, die gister
40 jaar geleden, als lakei onder wijlen koning
W illcm III in dienst trad en zeer geruimen
tijd persoonlijk kamerdienaar van den koning
was.
Voorts werd dc jubilaris toegesproken door
den Hofmaarschalk, baron de Smeth, en ont
ving hij geschenken en vele blijken van be
langstelling van de leden en het personeel der
Hofhouding.
een dergelijken toestand stellen zij echter als
eerste voorwaarde, dat de leider bereid moet
zijn voortdurend acht te geven op wat strek
ken kan tot grootere ontwikkeling van zijn
medewerkers, omdat men slechts kan ontvan
gen, wanneer men zelf bereid is belangloos te
geven.
Spr., die deze tactiek op zijn fabrieken toe
past, heeft daardoor een verhouding tusschen
de leiding en de arbeiders weten te doen ont
staan, die niet alleen bevredigend is, maar
toar uiting vindt in wederzijdsche waardeering.
Fijngevoeligheid is een gave, die men, zoo
als alle gaven, goed of slecht gebruiken kon.
Naar het Engelsch vi::» »~"J
Dooi Mi. G FELLER
•26
„Denkt u spoedig terug te komen?"
„Dat hangt niet van mijn doen en laten ai,
maar van andere menschen", was het duisteie
antwoord. „Maar ik geloof, dat het tijd voor mij
wordt om naar binnen te gaan. Ik zou wel wil
len, dat de locomotief niet zoo schel floot. Een
mensch zou het er van op de zenuwen krijgen
En met haar sleep hoog opgehouden in haar
keurig gehandschoende handen stevende Olym-
pia het station binnen als de verpersoonlijking
van een welopgevoede onvoldaanheid over
's werelds bestel in het algemeen. Cp dot
oogetvr 'ik scheen ht*. maar een o-.beduidend, - p
zich zelf staand geval te zijn, doch het verband
e» van met andere gebeurtenissen liet niet lang
op zich wachten. Voor het oogenblik evenwel
had Katya het hoofd te vol met de verwachte
aankomst om dit ook nog bezig te houden met
het onverwachte vertrek
Kozimira was niet aan het ontbijt, en na het
ontbijt bleef haar gewone plaats op de waranda
onbezet. Een gevoel dat zeer veel geleek op
engst greep Katva aan. Als Karimira's toestand
eens veel verergerd was en zij eens gedurende
epjtelo dagen, misschien wel gedurende den
ganschen tijd van het verblijf van haar broedei
onzichtbaar bleet! Nadot zij zich genoeg nut
allerlei onderstellingen had geplaagd en den
heelen prachtigon ochtend binnenshuis had
doorgebracht, wachtend op zij wist zelve niet
vat, kwam Katya na het middugmaal zeer sterk
♦ot het bewustzijn van de dwaasheid van de
situatie en besloot ineens om nogmaals oei.
wandeling te gaan maken. Al wat zij achter
haar ramen aanschouwde noodigde haar daar
toe uit.
Eenige uren later ondernam zij, dronken door
de geur der pijnbosschcn en de kruiden, welke
zij onder haar voeten hod vertreden, verblind
door de zonneschijn, neg duizelig van de hocg
ten welke zij had aanschouwd, den weg naar
huis. In hoar aim droeg zij een bos van de
giootste en blauwste vergeet-mij-nietjes, die zij
ooit had geplukt, en een ongewone vreugde
deed haar ocgen schitteren, de vreugde van
den onderzoeker. Want zij verkeerde neg steeds
in den kostelijken toestand van onbekendheid
met haar omgeving, welke elke wandeling tot
een ontdekkingstocht maakt.
Vervuld met al haar nieuwe indrukken, was
zii bijna vergeten wat haar dien morgen zoo
bezorgd '.ad doen zijr- bijna ook vergeten het
bestaan van menschen, die Swigello heetten,
toen zij na een bocht van den weg vlok bij een
rolstoel stond, waarvan de kap, zooals zij zag,
Kazimira's ve-magerd gelaat overschaduwde
De stoel stond stil en niemand scheen er tc
zijn om hem te duwen. Eerst bij een tweeden
blik viel haar oog op een jongmensch cp eeni-
ken afstand op een boom, die langs den weg
lag, gezeten, met een schetsboek op zijn
knieën, een potlood in de hand en een sigaret in
den mond. Ineens hield Katya haar s-hreden
in. Terwijl zij dezen morgen nog vol angst
was geweest, dat zij Witek Swigello niet zou
zien, veelde zij zich thans even zoo beangst
door de gedochte dot zij met een Swigello ken
nis ging maken. Zij was er zoo weinig op voor
bereid, dat als zij had kunnen wegloopen
Maar natuurlijk was dat niet mogelijk R mds
lag er blijdschap op het gelaat van het zieke
meisje te lezen, terwijl een magere hand haar
opgewekt toewuifde
„Panna Sagorska 1 Ja ik had me al afge
vraagd, waar u zat Wat een prachtige wan
deling moet u gemaakt hebben. Mag ik u mijn
broeder, den kunstenaar, voorstellen Witek,
d't is nu Panna Sagorska, die zoo vriendelijk
is me nu en dan gezelschap te houden."
De jonge man met het schetsboek was reeds
opgesnrongen. Na zijn sigaret weggcworpen
te heLbcn was hij naderbij gekomen, zijn
strooien hoed had hij van zijn knap gezicht
afgenomen en de levendigheid van zijn zuster
sprak ook uit ziin blikken.
Katya sloeg zich door een verwarde be
groeting zoo goed als het ging heen en toen
zij tot wat kalmte was teruggekeerd, zeide
zij in zich zelve„Hij komt ook uit mijn
portrettenverzameling I" Zij had de fijnheid
van zijn neusvleugels, die gebogen wenkbrau
wen, dat fijne puntboareje, dat aan een gou
den dolk deed denken, meer dan eens op Lu-
bynia op het doek gezien. „Niet heelemnn!
prins Narcissus," overwoog zij in haar bin
nenste, „een beetje verwaterd, maar ontegen
zeggelijk van het ras."
„Dit is allemaal nieuw voor u zei intus-
schen de verwaterde prins tot haar met een
breed handgebaar in de richting van de ber
gen od den achtergrond.
„Ja het is alles nieuw voor mij," zei Katya,
uit die opmerking afleidend, dat er over haar
persoon gesproken was, misschien nog even
te voren. „De Karpethen zijn inderdaad de
eerste bergen geweest, die ik ooit heb gezien,
en ik vind ze vooral bij het eerste gezicht
haast verbijsterend."
„Dat zouden zij zijnna Litauen."
Zijn nieuwsgierige oogep keken haar vol
verwachting aan, maar Kazimira bracht be
scheidener het gesprek op een ander onder
werp. Gedurende enkele oogenblikken staaide
zij vol bewondering naar de vergeet-mij-
n'ctjes. „Wat een schotten I Zal het ooit weer
gebeuren, dot ik nog eens vergeet-mij-nietjea
pluk
„Spoedig, zullen we hopen," zei Katya, dc
blauwe bloemen zacht op de schoot van de
zieke leggend, glimlachend, toen zij zag, hoe
haar oogen, zooveel lichter dan dc bloemen,
verhelderden.
„Ja, zoo is het beter
Witek haalde op haast dramatische wijze
diep adem.
„Het heeft mij al dien tijd gehinderd die
vergeet-mij-nietjes in de verkeerde handen te
zien. Vergeef mij de onbeleefdheid van een
artist," zeide hij met een zijner verleidelijkste
glimlachjes aan het adres van Katya, „als ik
V raad het pLkken von vc:geet-mij-nietjrs oan
blondharigen over te laten. Roode rozen, hoe
donkerder hoe beter, de rijke soort met flu-
weePge blaadjes, dot is uw terrein. Panna
Sagorska, terwijl er voor Kazimira niets be
ters dan deze kleur is te bedenken."
Kazimira glimlachte een beetje weemoedig
„Doe me het genoegen. Witek, mijn stoel om
te draaien. Ik heb streng bevel gekregen om
vóór zondsondergang weer thuis te zijn En
ik geloof, dat Panna Sagorska ook op weg
npor hu:s, niet waar
In die woorden was een uitnoodiging op»
gesloten en Katya liet zich die gaame aan
leunen.
Terwijl zij naast den stoel liep, welke Witek
gelijk zij opmerkte met teere zorg voortduwde,
bepeinsde Katya, dat ook nu weer de gebeur
tenissen zich afspeelden precies gelijk zij het
wenschtc. Het was hoofdzakelijk Witek die het
gesprek met vlotte tong gaande hield en zijn
opmerkingen, vragen en vermoedens draaiden
alle om hetzelfde punt met de hardnekkigheid
van een bij, die om een honingrijke bloem
soemt.
„Wat moet het een wonderlijk gevoel zijn
om bergen voor de eerste maal te zien 1 Maar
ik vermoed, dat de vlakke natuur u toch lie
ver is Houdt u ook niet meer van de Njemen
dan van die groene rivier daar in de verte,
Panna Sagorska Die loopt langs Kowno."
Broeder en zuster schenen beide van de
onderstelling uit te gaan, dat zij te Kowno
woonde, en Katya zag geen reden om aan die
onderstelling een einde te maken.
„Als ik aan de oevers van de Njemen kon
wonen, weet ik wel, welk onderwerp ik voor
een schilderij zou kiezende processie.
Wat een pracht van een gegeven Natuurlijk
behoef ik u niet te zeggen welke processie ik
bedoel."
„Natuurlijk niet," zei Katya haastig en bij
na met een gevoel van schuld.
Zij waren vlak bij villa Olympia gekomen,
toer Witek een vraag deed, welke reeds eenige
minuten op zijn lippen zweefde en die hij ten
slotte niet meer kon inhouden.
(Wordt vervolgd)