AMEDSFOOIttSCH DAGBLAD BINNENLAND. ONRECHTMATIG BEZIT TWEEDE BLAD Dinsdag 10 Januari 1928 FEUILLETON. 26e JAARGANG ,.DE EEMLANDER." No. 164 SPOORWEGONGEVAL TE LEIDEN EEN GOEDERENTREIN UIT DEN HAAG RIJDT OP EEN PERSONENTREIN UIT UTRECHT GROOTE MATERIEELE SCHADE Vanmorgen omstreeks kwart voor zeven heeft op het stationsemplacement te Leiden een spoorwegongeval plaats gehad. Een goederen trein uit de richting Den Haag kwam even na de aankomst van een personentrein uit Utrech' te Leiden aan. De goederentrein reed te vei door en liep doordoor dwars op do beide ach terste goederenwagens van den trein uit Utrecht. De locomotief en vijf wagons van den goe- derentrein uit Den Haag en de beide laatste wagons van den Utrechtschen trein ontspoor den. De moterieelc schade is niet zeer groot. De hoofdgeleider van den goederentrein uit Den Haag kreeg eenige niet ernstige verwon dingen aan het been. Het treinverkeer in de richting Utrecht ondervond in den morgen eenige vertroging. Er wordt een onderzoek naar de oorzaak ingesteld G. P. ROUFFAER. f Oud-secretaris van het Kon. Ned. Aardr. Genootschap. Gisteren is op 67-jarigen leeftijd in Den Haag overleden de heer G. P. Rouffaer, <vud- SPCTOiaris van het Kon. Ned. Aardrijkskundig Genootschap, oud-adjunct-secrctaris van het Kon. Instituut voor de Taal-. Land- en Vol kenkunde van Ncd.-IndiÖ De hoer G. P. Rouffaer wns iemand, die zich vooral bezig heeft gehouden met de stu die der Indische kunstnijverheid, waarover hij oen breede kennis had. Daarnaast stond hij bekend als kundig historicus en ethnoloog. Als particulier ondernam hij verschillende reizen naar Ned.-Indië. In 1904 schreef de heeT RouffaeT, als onderdeel van een rapport over den economischen toestand op Java en Mn- doera, welk rapport werd samengesteld op verzoek van minister Idenburg, een nota over de inheemsche kunstnijverheid, een nota, wel ke veel bekendheid verwierf en nog steeds gelezen wordt. Hij vervulde jaren geleden de functie van bibliothecaris van het Indisch Genootschap te 's-Gravenhage. De begrafenis is bepaald op Donderdag tc T2 uur op de begraafplaats te Diepenveen bij Deventer. INBRAAK. De inbreker dooT de dienst boden gestoord. Niets ont vreemd. In den nacht van Zaterdag op Zondag is ingebroken in de villa van den heer S Menko aan de Rembrondtlaan te Enschede. Toen de dienstboden thuis kwamen, bemerkten ze, dat alles overhoop v/os gehaald. Vele laden wa ren uitgetrokken en verschillende kasten, v/elke men tevergeefs getracht had met een beitel te openen, waren beschadigd. Uit het onderzoek der politie is gebleken, dat er niets ontvreemd is. De inbreker blijkt gestoord te zijn door de thuiskomst vari de meisjes. Hij vertoefde op de bovenverdieping en is ijlings naar beneden geloopen en door een raam van de eetkamer ontvlucht. Hij is bin nengekomen door een W.C.-roampje, na eerst tevergeefs getracht te hebben eenige deuren te forceeren. IN DE SLOOT GEREDEN. Gistermorgen is in de bocht tusschen Ovpr- schie en Rotterdam de heer M. Dijkxhoorn uit Ovcrschie met zijn auto in volle vaart in de sloot gereden cn over den kop geslagen. Met groote moeite is hij gered, nadat een ruit van de auto was verbrijzeld. DE BEMANNING DER „ALHENA" EEN HULDIGING OP HET ROTTERDAMSCH STADHUIS EEN NIEUWE GIFT VAN F 2500 VOOR DE BEMANNING Gistermorgen is ten kantore van de notaris sen Schadcc en Lambert te Rotterdam de schcepsverklering van de Alhena afgelegd. Alvorens daanoe werd overgegaan, heeft - mr. P. L. M. Driebeek nis dispacheur van Van Nievch Goudrinan en Co.'s Stoomvaart Maat schappij sedert haar oprichting, tot kapitein Smoolenaars, mede namens zijn confrators mrs Dutilh en Nolst Trénité den kapitein en zijn bemanning van haite hulde gebracht mer do mooie, echt Nederlnndsche daad dor redding van de schipbreukelingen der Principessa Ma- fnlda. Mede namens mrs. Dutilh en Nolst Trénité bood hij een zilveren krans aan, bestemd voor het stoomschip Alhena. Notaris mr. G. H. Lambert voegde zijn ge- lukwenschcn bij die van mr. Driebeek. Kapitein Smoolenaars dankte voor dc harte lijke ontvangst en voor het huldeblijk. Vervolgens werd de scheeps vork la ring afge legd. t Gistermiddag heeft Prins Hendrik op het kantoor van Van Nievelt Goudriaan's Scheep vaart- maatschuppif te Rotterdam, namens do Ned. Mij. tot Redding van Drenkelingen, waar van hij Beschermheer is, aan kapitein Smoolp- naars en alle leden dor dokbemanning van de „Alhena", dc reddingsmedailles der maatschap pij uitgereikt en in een korte toespraak heeft hij den kapitein en bemanning gehuldigd. Hun kloeke daad is een nieuwe bladzijde in de ge schiedenis von het zeewezen. Ook namens de Koningin heeft de Prins daarvoor hartelijk dank gebracht. Daarna heeft op het Stadhuis te Rotterdam een officieele ontvangst van de gehecle beman ning door het gemeentebestuur plaats gehad De Burgemeester, Mr. DrJ. Wytcmn, heeft in een redevoering allereerst herdaoht dc kapitein en die leden van dc „Principessa Mn- fnlda", die tot het laatst op hun post zijn ge bleven en met het schip zijn ondergegaan. In de jaren, gedurende welk ik mijn ambt bekleed, zeide de Burgemeester, heb ik mij zel den, zooal ooit, zoo gedragen geweten door de onverdeelde instemming van de Rotterdamsche bevolking, van alle lagen, van alle richtingen, als op dit oogenblik. Het gemeentebestuur van Rotterdam heeft gemeend voor dc doden van moed en zelfopoffering, door de bemanning betoond, een klein bewijs van waardoering te moeten aanbieden. Op de fabriek „De Porce- leine Fles'' te Delft is een bord gemaakt, waar van de Burgemeester allen een exemplaar unn- bood, als blijvend bewijs, dot de gemeente groote daden weet te eeren. Daarna heeft gesproken Baron Swccrts de Londasz Wyborgh, ondcr-voovzittcr vnn de ZuiJ-Hollandsohe Maatschappij tot redr ding van Schipbreukelingen, die een bedrog van 2500 beschikbaar stelde ter bolooning van de bemanning. De Italiaansche gezant, graaf Fran cisco Barburo, heeft daarna gesproken over den eeuwigen dank ven Italië voor de prachtige daad van de „Alhena." De Italiaansche minis ter van Verkeerswezen, Cinno, heeft telegra fisch medegedeeld, dat hij den kapitein zal voordragen voor een ridderorde els de enquête naar den ramp van de „Principessa Mafalda" is afgcloopen. Namens alle zeeliedenorganisoties heeft Mr. Saret, voorzitter van de Ned. Ver. van Ge zagvoerders cn Stmrrlieden ter koopvaardij, een eerbiedigen groet gebracht onn de bemanning, benevens den dank van alle Nederlnndsche zee lieden. Hij bood ter herinnering aan de daad Nievelt Goudriaan's Scheepvaart-muetschoppij een gouden gedachtenispenning ann. De belangstelling voor het Stadhuis was enorm. - Prins Hendrik heeft kapitein Smoolenaars nog gevraagd naar bijzonderheden betreffende de ramp van de „Principessa Mafala" en de red ding der schipbreukelingen, waarop kapitein Smoolenaars een uitvoerig relaas van het ge beurde heeft gegeven. Het meeste hiervan is reeds uit vroegere be richten bekend. Vermelding verdient echter nog, dat, nadat om kwart over 8 dc booten van do „Alhena" teruggeroepen waren, de „Alhena" tot op 15 Meter afstand de „Principessa Mafalda" nadeide om den nog aan boord zijnden menschcn gelegenheid te geven voor boord te springen. Lijnen en zwemvesten waren toen aan boord vnn de „Alhena" klaar gelegd. Toen de laatste passagicre van de „Mafalda", een zieke dame, van boord was gc- gaan, begaven de kapitein en de eerste officier zich terug naar de brug van de „Mafalda De kapitein stak een sigaret aan, liet vier malen do stoomfluit gillen, als om afscheid te nemen en verdween daarna met zijn schip in de diepte Vanuit Rio dc Janeiro hebben kapitein cn officieren van de „Alhena" aan de familie van den Itali'nanschen kapitpin, eersten officier en marconist een schrijven vnn deelnoming ge- zorden. Ook von dc verzorging aan boord van de 531 geredde passagiers, vertelde kapitein Sloome- Inars aan den Prins Hij had een lijst '.aten maken met de namen van alle geredden, doch deze lijst was bij aankomst in de Brazillnanscho haven door den politieprefect in beslag geno men, onder voorgeven, dat ze niet in orde zou zijn. Kapitein Smoolenaars had 2ich daarover verbitterd gevoeld, evenals over het feit, dat men hem uit de haven van Rio heeft laten ver trekken, zonder een wonrd van dank te spreken «oor de volbrachte redding. Ter gelegenheid van de huldiging van den kapitein, de officieren en de bemanning vatt de Alhean was gisteren te Rotterdam hier en daar de vlag uitgestoken. Dc trams droegen vlaggetjes non de beugels, zooals op natio nale feestdagen gebruikelijk is. tc Zondagavond waren kapitein Smoolenntrs en eenige leden van de bemanning van de Alhena do gast vnn de Rotterdamsche Vrij willige Brigade tot het redden van drenke lingen, die in Odeon haar tweejarig bestaan herdacht. Zij werden door den voorzitter, den heer Van Riet, in zijn openingsrede in hartelijke bewoordingen gehuldigd voor hun werk, dat ook het doel van de reddingsbrigade is. Dnor na bracht dr C. H Hvrmondes. voorzitter vun de Reddingsbrigade te Noordwijk, hun namens het hoofdbestuur van den Noderiand- Schen Bond tot het redden van drenkelingen een ecresoluut. Aan kapitein Smoolenaars en zijn cchtge- noote werd een prachtig bloemstuk aangebo den Latei cm den avomd werden hij en dc leden van do bemanning aan het publiek voorge steld, dat hen donderend toejuichte. In een korte toespraak zei kap:tein Smoo lenaars,. dot de Hollanders toch nog wel eens uit hun slof kunnen schieten, cn dat hij zich ten diepste getroffen gevoelde. Ten slotte droeg dc heer J. v. d. Horst een toepasselijk gedicht voor, waarna het publiek staande het Wien Neerlonds Bloed zong. Kapitein Smoolenaars met zijn vrouw en een aantal leden van de bemanning van do Alhena hebben Zondagmiddag in Tivoli de voorstelling van „Dc meneer van vijf uur", door het Nieuwe Rotterdamsche Tooneelge- zelschap, bijgewoond Mevrouw Tartnud heeft in de pauze in hartelijke woorden den kapitein toegosprok* r cn er o.o. ean herinnerd, dot het ook kapitein Smoolenaars was, die op 4 April 1916 de be manning van het stoomschip Letho heeft ge red. Van den Tivoli-Schouwburg woei de vlag, Smoolenaars en de zijnen werden bij hun bin nenkomen met het Wilhelmus ontvangen en ann mevrow Smoolenaars werden bloemen met linten in de Rotterdamsche kleuren aangebo den Na de huldiging door mevrouw Tortoud heeft de volle zool den kaoitcin enthousiast toegejuicht. WERKGEVERS EN WERK NEMERS MEER SAMENWERKING BIJ PARALLEL- GAANDE BELANGEN NOODIG EEN STAP VAN HET VERBOND VAN NED. WERKGEVERS Het Verbond van Ned. Werkgevers heeft dd.. 6 dezer den volgenden brief gericht aan het Nedcrlandsch Verbond van Vnkvereeni- glngen, het R. K. Werklieden Verbond, het Christelijk Nationaal Vakverbond en hot Algemeen Nederlandsch Vakverbond Meermolen is bij ons de gedachte opgeko men, dot het betreurenswaardig is. dot tus schen de organisaties von werkgevers en werknemers zoo weinig overleg cn samen werking bestaat, ook op heden, waar beider belangen, van een breed standpunt bezien, toch eigenlijk geheel parallel loopen. In dien gcdachtengnng noodlgcn wij Uwen voorzitter en secretaris uit tot een gemeen schappelijke bespreking tusschen de voorzit ters en secretarissen van het R.K. Werklie den Verhond in Nederland, het Christelijk Notiononl Vokverbond in Nederland, het Al gemeen Nederlandsch Vakverbond, het Nc- derlondsch Verbond van Vnkvereénigingcn en het Verbond van Nederlnndsche Werkgevers, teneinde vast te stellen in hoeverre Uwe in zichten in dezen met de onzen overeenkomen. Het zol ons aangenaam zijn von u te mogen vernemen op welken dag een samenkomst als bovenbedoeld u het meest aangenaam zal zijn. Onzerzijds worden voorloopig vrijgehouden Maandag 23 Januari a.s. in den ochtend D'nsdog 24 en Woensdag 25 Januari a.s, zoowel 's ochtends als 's middags. Het zou ons oargenaam zijn, indien de be spreking op ons kantoor. Mauritskade 5, 's- Gravcnhage, zou kunnen worden gchoudcn> moor indien u oon een andere plaats de voor keur mocht geven, zal onzerzijds daartegen zeker geen bezwaar worden gemaakt. Wij vleien ons met de hoop, dat wij inv gunstig antwoord spoedig tegemoet mogen zien." W, g. Aug. Philips, algemeen voorzitter Molenaar, olgemeen secretaris. GIFTEN EN LEGATEN. Mevr. TensenNobel, onlangs overleden tc Schillinkhout, heeft aan de Ned Herv. Kerk en Diaconie aldaar elk 1OC0 vermaakt, non de Hoornsche Ziekenverpleging „De Villa" 3000 en haar verzameling oud porceleln aan het Wcst-Priesch Museum te Hoorn. Voorts kregen verschillende personen legaten. Wijlen de heer R. Westra, te Achlum fFr.), hoeft aan de Gereformeerde Kerk aldaar en ann de Diaconie dier kerk eenige onrocren*- dc goederen vermaakt, woarvan de geldswaar de wordt geschat op onderscheidenlijk 4500 *»n 5500. Door wijlen mej. G J. Prinsen, te Almelo, is geleguteord aan de Gerof. Kerk te Almelo 500; de Diaconie der Geref. Kerk aldaar 500; de Geref. Kerk vnn Amsterdam 500; de Diaconie dor Geref. Kerk aldoor 500: aan de Vrije Universiteit te Amsterdom 500. GENERAAL J. TEN BOSCH. Bij een val een been gebroken. De gep. generaol-majoor J. V. ten Bosch Is Zaterdagmiddag bij verlaten van de trom op de Waldeck Pyrmontkode tc Den Haag gevallen heeft daarbij een zijner beenon gebroken Door den Geneeskundigen dienst word do heer ten Bosch noar zijn woning aan do Koningin Emmakade overgebracht. DE NOOD IN MAAS EN WAAL. Het veertiende huis. De veertiende gever van een huisje voor Maas cn WaaJ heeft zich naar de Tel. be richt gister gemeld: de heer N. N. zijn naam wil hij niet vermeld zien heeft het comité-Ketelaar een bedrag van T800.— toe gezegd, onder voorwaarde, dat het daarvoor te bouwen huisje „Zuidlond" zal worden ge naamd. „KOOPLIEDEN IN DE ROODE AUTO". Een oude truc, waar nog velen invlogen. Bij de politic tc Breda is aangifte gedaan van een uitgebreid geraffineerde oplichterij, waar»- von vooral lieden uit dc betere standen, rijks ambtenaren, ingenieurs- ja zelfs advocaten en leden der rechterlijke macht de slachtoffers zijn geworden. Een 4-tal weken geleden deden twee Amstcr- damsche „kooplieden" in een sierlijke roode auto Breda c.o. dc eer non van oen bezoek. Zij vervoegden zich bij de mccr-gcgocdon en toonden mooie stoffen Zij zouden hun voor 30 h 40 gulden een prachtig costuum op moot 1c*- veren. Bij zeer velen slaagden zij en zij waren uiterst coulant Natuurlijk moest vonwege de risico de stof betaald worden, moor dc kleer maker en alles wat er bij behoorde, zooals voering, knoopen enz. zou later wel in orde komen. De „hoeren" vertrokken weer noar Amsterdom en lieten vele Bredonaars in de blijde verwachting (wont 't was omstreeks St. Nicoiaas) van een mooi, soiled cn goed koop costuum Moor 't kloppen der horten van blijde verwachting en 't wachten duurde uren dagen weken Men kreeg reeds argwaan, manr geen enkel der vele gedu peerden had den moed zich tot de politie of justitio te wenden. Niemand wilde het voor zich weten op deze wijze door „dc hoeren van do roode auto" bij den neus te zijn genomen Totdat eindelijk, één moedige, do stoute schoenen aantrok en van 't geval aangifte deed bij de polltic te Breda. Al spoedig bleek, dat men het slachtoffer was geworden van een ge raffineerde oplichterij, die sterk herinnerde aan de indertijd hier met zooveel succes door gevoerde oplichterij met de „Perzische tapij ten". Bij „risjes" stroomden bij de politie naar aanleiding vnn een verder door de recherche ingesteld onderzoek, de namen der gedupeerden binnen. Want de oplichters waren systematisch te werk gegaan; bij eiken nieuwen klant vroe gen zij, bij wijze von introductie een naam kaartje voor 't bezoek aan den volgende. Het werd een soort sneeuwbal-systeem. Een verder onderzoek heeft uitgewezen, dat de door zoo vele Brcdasche burgers betaalde stoffen roeds eenige weken beleend zijn in de Amsterdom- scho lommerd! Do „hoeren in dc roode auto" hebben dus wel eon goeden slog geslagen, en voor velen moge dit een les zijn om niet te lichtzinnig In te gaan op aanbiedingen van „vreemde kooye- lieden", ook al vervoegen deze zich in een roode auto. Naar wij vernemen is tegen deze „kooplieden" een vervolging ingesteld en zal de zaak eerlang dienen voor de Amsterdam- schc rechtbank. DE VOENDAMMER HYPOTHEEKBANK. Ook in Noord-Hollond on andere provincies slochtoffers. Men schrijft uit Noord-Holland oan de N R. Ct.: Dat er alleen of wol in hoofdzaak in Gronin gen cn Drente slachtoffers zoudcii zijn gevallen van d»- gestie van de Veendammer Hypotheek bank, kon niet .juist zijn. Ook in Noord-Holland cn in andere provincies toch zijn er indertijd heel wat pandbrieven gcplootst Verschillende kassiers. Vooral ook de kantoren der Coöpera tieve Boerenleenbanken, werden herhaaldelijk aangezocht tot het koopen van deze pondbrie- ven. Ook werden meermalen circulaires ver zonden als antwoord op een waarschuwing van de bekende, reeds in 1890 door mr. N. F. Wil- kons en dr. D. Bos opgerichte, Nederlondsche Hypotheekbank tc Vccndam, om deze niet te verwarren met de 12 jaar later opgerichte Veondammer Hypotheekbank, die nu in décon fiture verkeert. Do voorspiegeling was altijd zóó mooi, dat ongetwijfeld velen er doordoor zijn Ingeloopen. Veelal kwamen inspecteurs de kossiers be zoeken,-om hen op dc soliditeit dor thans in moeilijkhedon gerookte hypothoekbank tc wij zen. Verschillende faciliteiten werden don ver leend aan hen, die pandbrieven konder plaatsen. MINISTER WASZINK. Mr. A. Waszink, minister von onderwijs, kunsten en wetenschappen, zal 10 Februari zijn ambtsbezigheden hervatten. Doen is een kunst; loten is een grootere kunst. Naar het Engelsch. van H- i G- Door Mr. G KELLER. 57 Toen Katya achter Dembowski de kamer be trad, richtte zich een kring van oogen op haar, waarin verwondering en nieuwsgierigheid om den voorrang streden. Toen zij in het licht der lamp waren gekomen, stonden de mannen op, sommigen haastig, onderen met .tegenzin hun voorbeeld volgend, terwijl de beide vrou wen op den achtergrond even ophielden mei werken en haar oogen wijd opensperden bij deze onverwachte verschijning. „U heeft ons iets te zeggen, wil plaats ne men," zei de man aan het hoofd der tafel, naa» een onbezetten stoel wijzend. Katya ging zitten en keek naar de gezichten voor haar. Een wonderlijke verzameling I Ei waren nobele gezichten onder en verloopen, roekeloosheid sprak uit sommige blikken, ande ren maakten zenuwachtige geboren. Alles bij eengenomen deden zij denken aan een handvol avonturiers van verschillende herkomst, mooi zij hadden allen dien trek gemeen, welke dweepzucht kenmerkt. Doch de man aan het hoofd van de tafel was geen avonturier, of het moest zoo diep in hem verborgen liggen, dot het niet was na te gaan. Een groote, vloschblonde man, netjes maar eenvoudig gekleed, met een kalm, Ietwat olledaogsch gezicht, dat allen schijn had von onverstoorbaar van uitdrukking te zijn. Hij had Katya verzocht te gaan zitten en nu, toen hij zag, dat zij het nog steeds te kwaad had met haar zenuwen, op zeer kalme wijze zijn vraag herhaald, of zij wat te zeggen had, on- dertusschen zijn horloge voor den dag halend als om haar er aan te herinneren, dat de tijd kostbaar was. Terwijl zij trachtte op adem te komen, begon zij daarop te spreken, aanvan kelijk zoo zacht, dat zij, die aan het einde van de lange, smalle tafel zaten, zich naar voren bogen om haar tc verstaan. Haar liefde voor Tadeusz Swigello, do verbreking der verloving en de reden daarvan, haar besluit om hem, 't koste wat het wil, te redden, dot alles werd door haar voor die vreemden ont huld, onbarmhartig zonder eenig schaamte gevoel, zonder oan zich zelve te denken, en kel met de bedoeling om hen warm te moker» voor hem. Toen de woorden sneller over haar lippen kwamen, duidelijker waren te verstaan, welsprekender waren, begonnen de oogen der mannen, allen gericht op haar sprekend ge- lant, dat zooveel meer zei dan zij zelfs in woorden kon uitdrukken, te glinsteren, enke len te fonkelen, en de beide vrouwen kwamen dichter bij, keken haar aan met een belang stelling, die, wat meer kritisch, toch niet min der oprecht was. Toen zij ophield, met smeekende oogen om zich heen ziende, hcerschte er eerst een oogen blik stilte, daarna veranderde men algemeen von houding, verschoof zijn stoel, alsof een betoovering was geweken. „Gij alleen kimt hem redden door hem op uw lijst te zettén. Ge zult dat niet weigeren, ge kunt het niet I" Er volgde niet onmiddellijk antwoord. Zij keken naar den vlasblonden leider, olsof met. von hem voorlichting verwachtte. Katya, die begreep, dot hij in de eerste plants de geeste lijke leider was, keek heel over de lange tafel mede naar hem Hij alleen had geen spiei op zijn gelaat vertrokken onder haar woor den, hoewel zijn lichtblauwe oogen haar even eanduchtig als de anderen hodden aangekeken Hij sprak nu, rustiger don ooit. „Wij zouden hem redden als wij het konden, geloof dat wel. Maar de grens moet ergens getrokken worden cn dat is reeds gebeurd. Zelfs tien is een groot getal om in den be schikbaren tijd er door te slcepen." „Welk verschil kan nu één opleveren, één enkele persoon „Het verschil van dien eenen passagier, die de reddingsboot tot zinken brengt." „Maar er moet iets op gevonden worden, dot moet 1" De leider schudde ernstig het hoofd „Persoonlijke overwegingen zijn door onze beginselen uitgesloten. Alleen de nood beslist." „En waar is grooter nood denkbaar, waar grooter recht Hij is onschuldig, dat weet u." „De anderen ook." „En bovendien een Pool, een dor uwen. Bij na nog moer Litauer dan Pool. Vergis ik mij in het vermoeden, dat u zelf een Litauor Is Zij durfde dit zeggen, was overtuigd, zich niet te vergissen, met het oog op dat bekende blonde haar, op die heldere, en echt blauwe oogen. „Ik heb u al gezegd, dat persoonlijke over wegingen hier evenmin gewicht in de schaal loggen als patriottische." „U weigert dus?" „Ik vrees, dat wij dat moeten doen." Katya keek een oogenblik met somberen blik naar het zeildoek op de tafel. Toen zij haar oogen weer opsloeg, was er iets anders, iets boosaardigs in tc lezen. „Durft u dat inderdaad? En als ik nu eens heen ging om u te verraden'" „Als u eens heelemoal niet meer heenging?" „Wat bedoelt u?" vroeg Katya, een Oogenblik dupe van den knlmen toon, waarop dat was gezegd. „Dc bedoel, dat de vriend, die met u is mee gegaan, behoort tot onze partij en volkomen op de hoogte is vnn hoor beginselen. Ik bedoel ook, dot wij veertien zijn en hij alleen is." Katya keek hen die naast haar zaten aan, met een docr hoor angst ingegeven vraag op de lippen Zij verhordden reeds hun trekken, als t ware als antwoord op haar bedreiging Ja, dot waren geen mannen om voor iets, dat zij op hun weg vonden, op zij te gaan Vrees kon hun niet worden aongejaagd, maar mis schien kon men 2e vertecderen. Met angstig hort wrong zij haar handen in haor schoot, terwijl zij zich voorovci boog, ze niet uit tartend, mnar bereid om voor hen te knielen, mits zij slechts toestemden Tadeusz te redden. „Hoor mij aan, wat ik u bidden mOg! Uw harten zijn niet van steen! Gij zijt mcnschen en hij is een medemensch van u, achter dit? verschrikkelijke muren een onverdienden dood afwachtend. Ais ik niet de oorzaak ware ge weest, Jot ziin leven in verwarring was ge bracht, zou hij nooit in dit dolzinnige avon tuur gemengd zijn geweest. O, weest vriende lijk, weest goed voor hemcn voor mijl O gij, naar wien zij luisteren, zeg hun hem te reddenen mijl" Toen zij zich halverwege vertxief om hoor samengeklemde handen uit te strekken neor den man aon het andere eind von de tafel, gleed haar de zwóre mantel van haar schou ders. Toen doordoor haar schitterende witte japon en de juweelen om haar ontbloote armen en hals zichbnar werden, keken de mannen met verbijstering er naar, terwijl de beide vrouwen nieuwsgierige blikken noar haar wierpen, zelfs op dut oogenblik zich afvragend, hoe dergelijke strooktn waren gemaakt en of het zilver op den japon wel echt was. Hun horten zouden inderdaad van steen zijn geweest en hun gevoelens van lood, als zi.i voor die bede niet woren bezweken. Wcdei werd die smeekende blik gericht naor den lei der, wiens gelaat niet meer zoo onvorstoorbaot scheen, terwijl de kalmte van den toon zijnci stem, toen hij sprak, eenigszins geforceerd klonk. „Ik stel voor de zaak in stemming te brengen bij hen, die aan de expeditie deel zullen nemer». Zij loopen het gevaar en daarom laat ik hun de keuze. Wat zeg jij, Melinski?' „Ik vind het best," verklaarde een glimla chende jonge kerel met blonde snor even opge wekt alsof de gonsohe onderneming een school- jongensgrop was. en intusschcn met geestdrift naor Katya kijkend. ..Ik ook Ik ook I" Ze vonden het allen best, niet, eerlijk gezegd ontdar Tadeusz een kameraad was, maar om dat Katyo's schoonheid hen hod veroverd. „In dot geval vind ik het ook goed, al is het een dwoashcid Katya ging weer zitten, nu plotseling over haar gansche lichaam bevend „Heeren. ik donk u ui» het dippst von mijn hart Ge hebt mij aón het leven teruggegeven." „Laten we hopen, dat zulks mOTgen om de zen tijd het geval zal zijn Nu is het nog zoo ver niet. Weet ge wel goed, waarvoor u ons denk -zegt „En toch hoopt ge te slagen, anders zoudt ge het niet beproeven Zpg mij wat ge van plan zijt. Tot nog toe weet ik ongeveer niets." (Wordt vérvolgdj

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1928 | | pagina 5