AMERSFQORTSCH DAGBÏAR"
BINNENLAND.
DE BEGRAFENIS VAN TOOROP
TWEEDE BLAD
Donderdag 8 Maart 1028
IR. J. MUYSKEN f
Ovestelpende belangstelling uit alle kringen
N.V. COMPAGNIE LYONNAISE
AVONDJAPONNEN.
FEUILLETON.
Martin's Verjongingskuur.
26e JAARGANG ..DE EEM LANDER" No. 214
DIRECTEUR VAN WERKSPOOR
OP 61-JARIGEN LEEFTIJD
OVERLEDEN
Dinsdagavond is te Laren overleden, 61 jaren
oud, de heer ir. J. Muysken, directeur van
„Werkspoor", te Amsterdam.
De heer Muysken was voorts buitengewoon
lid der Tariefcommissie, lid van de commis
sie van advies der Ncderlandsche Bank, com
missaris van de Nederlondsche Hondel-Maat-
schappij; van de N.V. Kon. Ned. Hoogovens
en Staalfabrieken; van de Superfosfaatfobriek
en president-commissaris van de N.V. Meel
fabriek „Holland". Gedurende tal van jaren
had de heer Muysken zitting in het scheids
gerecht voor gemeentewerklieden. Hij genoot
aldus het Hbld. een groote populariteii
in alle kringen der samenleving.
De heer Muijsken, heeft in Delft gestu
deerd en als jong ingenieur is hij op 15 Augi
1891 bij Werkspoor in dienst getreden Hij /.Hg
zich toen belast met de leiding van het bed-ijf
in de toenmalige Achterfabriek, waar in hoofd
zaak de bouw van wagens werd uitgevoerd Hij
heeft gedurende de jaren, dat hij die positie
bekleedde, in die mate het vei trouwen van
commissarissen en directie gewekt, zoowel in
zijn bekwaamheden als technicus, als in zijn
tact als leider, dat na het aftreden van den
heer Strumphler zijn benoeming tot directeur
met ingang van 1 Januari 1901 volgde.
Op 31 December 1925 had ter gelegenheid
van het 25-jarig diiacteurschap van den heer
Muysken een grootsche huldiging plaats, waar
bij op ondubbelzinnige wijze uiting werd ge
geven aan de waardeering, die men jegens den
cnergieken leider van Werkspoor koesterde.
Ook de regecring erkende de verdiensten
van den heer Muysken, door hem ter gele
genheid ven het eeuwfeest van Werkspoor te
benoemen tot commandeur in de orde van
Oranje-Nossau.
Met Joan Muysken is zoo schrijft de Am-
sterdamsche correspondent der N. R. Ct.
een d?r belangrijkste Amsterdamsche industri-
eelen heengegaan; de man die het thans reus
achtige bedrijf van Werkspoor groot heeft ge
maakt. Ruim 27 jaar heeft hij er aan het hoofd
gestaan op 31 December 1925 mocht hij
zijn 25-jarig directeurschap vieren en zijn
dood is een slag, niet slechts voor Werkspoor,
maar ook voor Amsterdam, dat zooveel belang
heeft bij den bloei van deze groote machine
fabriek.
Als jong ingenieur op 15 Aug. 1891 bij
Werkspoor in dienst getreden zog hij zich be
last met de leiding van het bedrijf in de toen
malige achterfabriek, waar in hoofdzaak de
bouw van wagens werd uitgevoerd. Geduren
de de jaren, dat hij die functie uitoefende, wist
hij dermate het vertrouwen te wekken van
commissarissen en directie, zoowel in zijn be
kwaamheden als technicus als in zijn tact als
leider, dat na het aftreden van den heer
Strumphler zijne benoeming tot directeur met
ingang van 1 Januari 1901 als vanzelfsprekend
volgde.
Muysken heeft, naar ir. J. 'A. Kalff van de
Nederlandsche Spoorwegen, die president-
commissaris is van Werkspoor, bij het 25-jarig
jubileum van den directeur getuigde, de fa
briek gemaakt tot een der voornaamste, best
geleide, en hechtste industrieele ondernemin
gen van ons vaderland.
In de kwarteeuw, dat hij aan het hoofd stond,
werden te Zuilen de geheele wagonfabriek, de
ijzerconstructicwerkplaats en de gieterij ge
bouwd en geïnstalleerd, werd te Amsterdam
het nieuwe kantoorgebouw gesticht en werden
aldaar tal van wijzigingen en uitbreidingen
van de werkplaatsen, ook na den brand op 31
Mei 1922, uitgevoerd.
Deze bouw en uitbreidingen waren noodig
om het groote aantal bestellingen, dat aan
Werkspoor werd opgedragen, donk zij den
goeden naam, dien de fabriek zich onder Muys-
kcn's beheer verworven had, te kunnen uitvoe
ren.
Die opdrachten betroffen in die 25 jaren
meer don 150 complete scheepsinstallaties met
een totaal vermogen van pl.m. 350,000 P.K.,
ruim 120 afzonderlijke stoomketels vooi
scheepsgebruik, ruim 450 machinerieën vooi
suikerfabrieken, 500 locomotieven, 14.700 rij
tuigen en wagons en een groot aantal der ir.
de geheele industrieele wereld hoog geroem
de Werkspoor-dieselmotoren.
Die installatiën, machinerieën, locomotieven
en voertuigen, gedeeltelijk afgeleverd onder de
zeer moeilijke omstandigheden der oorlogsja
ren, vertegenwoordigen alle tezamen een hoe
veelheid technischen arbeid* organisatievermo
gen en koopmanschap, die met eerbied ver
vult.
Ook voor het personeel van de fabriek heeft
de nu overledene veel gedaan. Hij richtte pen
sioenfondsen op, zoowel voor de beambten
als voor de werklieden, stichtte de bouwver-
eeniging „Elinckwijk", terwijl hij bovendien
telkens bepleitte verhooging van de uitkeerin-
gen aan het personeel.
Op de penning, welke het personeel aan ir
Muysken, bij zijn zilveren jubileum als direc
teur, aanbood leest men als randschrift
„Streng in zijn eischen sterk in zijn lei
ding steunend door voorzorg".
Ziehier een korte moor krachtige karakteris
tiek van dezen grpoten Amsterdamschen werk
gever, die bovendien een hoffelijk en vriende-
'ijk man was.
Met weemoed zal zijn doodstijding door ve
len vernomen worden.
Het stoffelijk overschot werd in den alge»
meenen grafkelder bijgezet; poter Roaymakers
verrichtte de beaarding als oudste familielid,
gepensionneerd kolonel Brons dankte namens
de achtergeblevenen in de eerste plaats den
vertegenwoordiger der Koningin, den minister,
den burgemeester en verder alle vrienacn en
kennissen, die den overledene de laatste huldo
en eer hadden gebracht.
Een groote menschenmenigte had zich rond het kerkgebouw in de Elandstraat verza
meld, toen het stoffelijk overschot van Jan Toorop i:a den plechtigcn rouwdienst naar
de begraafplaats werd overgebracht.
DE OVERDRACHT VAN HET NIEUWE
ACADEMISCH ZIEKENHUIS TE LEIDEN.
Minister Waszink zal daarbij
een rede houden.
Men meldt ons uit Leiden
Naar wij vernemen zal de minister van on
derwijs, kunsten cn wetenschappen, mr. Was
zink, bij de overdracht van het nieuwe acade
misch ziekenhuis aan de medische facultof.
Zaterdag T7 dezer een rede houden.
Na afloop der overdrachtsplechtigheid cn
nadat de verschillende gebouwen zullen zijn
bezichtigd, zullen de leden der medische facul
teit zich vcreenigen aan een maaltijd in Huize
Bruyns, waarbij, behalve curatoren der Leid-
sche universiteit, ook de minister van onder
wijs zal aanzitten.
UIrech'scheweg 10 Tel 179 Amersfoort
Men meldt ons uit den Haag
De begrafenis van den overleden kunstenaar
Jan Toorop heeft gisteren onder buitengewone
belangstelling plaats gehad, een belangstelling
welke zoowel de kerkelijke plechtigheid in de
O. Lievevrouwenkcrk aan de Elandstraat, als
de begrafenis zelve gold.
De kerk was geheel gevuld met een aan
dachtige menigte, toen om 10 uur do dienst
aanving. In het presbyterium hadden o.o
plaats genomen de Minister van Onderwijs,
Kunsten en Wetenschappen, mr Waszink, de
voorzitter der Tweede Kamer jhr mr. Ch. J.
M. Ruys de Bcerenbrouck, de deken van
's Gravenhagc, de heer Van Dam en Pater
Borromaeus de Greeve. In de kerk waren tal
van vooraanstaande personen, vooral uit kun
stenaarskringen, aanwezig.
De Mis van Requiem werd gecelebreerd
door pastoor Jorna, terwijl als diaken en sub
diaken fungeerden pater Wils cn pater Nijs.
Aan de zij-altaren werden missen gelezen dooi
den heer Wouter Lutkie, uit Den Bosch, pater
Raaymakers en prof. poter van Ginneken uit
Nijmegen en poter Swagemakers uit Uti ht
Voor het presbyterium, tegenover het altaar,
was de kist met het stoffelijk overschot van
den kunstenaar geplaatst.
Te kwart na elf wes de dienst geëindigd en
werd de kist naar den rouwkoets gedragen,
wnaivan de lantaarns met paars waren om-
floeisd. Aon de koets waren kransen gehan
gen van het Gemeentebestuur van 's Graven-
hoge, van Pulchri Studio, de Hangsche Kunst
kring, Artï et Amicitiae te Amsterdam en het
Amsterdamsche Concertgebouw. Meer dan
de» tig andete kransen en bloemstukken volg
den in een afzonderlijke wagen ïn d<n stoet
reden o a. mee Mevr. de Wed. Toorop—Hall,
Mevr. de wed BeetsToorop, Mevr. Charley
Toorcp, de heeren Brons, Cornelis Toorop,
Anton Beets, Colette, Anton Nolct. Eduard
Lutlde, dr. Leuring, Kropholler, pater Raay
makers, dr. Joe. von Ginniken, Willy Sluiter,
van Konijnenburg, Karsen, Lourysscn, Tex-
tor, Dreesmcn, dr. Boutens, prof A. Verwey.
Ook langs den weg was de belangstelling
zeer gioot. Reeds geruimen tijd van te voren
had de politie uitgebreide maatregelen geno
men voor de afzetting van het plein voor de
begraafplaats en van den weg, welke den
stoet naar de kapel en naar het graf zou vol
gen. Op de begraafplaats was zeer groote be
langstelling uit allerlei kringen Onder de aan
wezigen bevond zich: J. W. J. baron Taets
van Amerongen, nis vertegenwoord'grr van de
Koningin, Minister Waszink, namens de Re-
geering,, Mr. Patijn, burgemeester van den
Haag en do chef van Dienst van dien Ka
binet mr. L. Rijken; voorts prof. H. J. Wolter,
namens dc rijks-academie van Beeldende Kun
sten te Amsteidam, het bestuur van den Haag-
schen Kunstkring en tal van leden van dien
kring, mejuffr J Zwartendijk, namens den
Rolterdamsche Kunstkring, L. Verhoeven, na
mens Picturo uit Dordrecht, Jhi. Six. directeui
van het Do'drechtsch Museum, J H Goth-
schalk, nemers de Vereeniging van beeldendo
kunstenaars de Onofhonkelijkcn te Amster
dam, K E Oudendijk, J P J. Wierts. namens
de ofdeeüng den Haag van het Algemeen Ne-
derlandsch Verbond, ir. H Thwnisson, na
mens ct St. (Bernulphusgilde; Baart, direct
teur van het Stedelijk Museum te Amsterdam,
namens de gemeente Amsterdam, J Sluyter,
namens dc Nederlandsche Kunstkrirg, J Col-
lette, namens de Algemeene Nederlandsche
Knthol'ekc Kunstenanrs-Verecniging; Eduard
Verkade, jhr. H Loudon, ir. Feber, oud-lid
der Tweede Kamer, Jhr.0 Jan Fcith, pastoot
Moller uit Schiedam, pastoor Hubers uit Rot
terdam, en vele andere geestelijken, kunst-
schildetsv beeldhouwers cn kunsthandelaren.
Vooits waren nog aanwezig de heeren Dirk
Tresling, d'recteui van hel Nederl Postmu-
seum, Dr. Knuttel, conservator aan het Ge
meente-museum, te 's Gravenhagc, Jos Cuy-
peis, airhitect. Jan Haver Brouze, president
van den Ned Kunstkring, Hannemo, directeur
van het Museum Boymans te Rotterdam, van
Vooithuyzen, burgemeester vnn Domburg, dr
von Gelder, directeur van den Gemeentedienst
voor Kunsten cn Wetenschappen te 's Graven-
hage, van Moorsel en Brom, namens den Ka
tholieken Tentoonstellingsraad Petra, Willem
Stecnhoff, d'rectcur van het Mesdag-museum
te s Gravenhage, het bestuur von de Vereeni
ging voer ambachts- cn nijverheidskunst do
Vonk
Benevens de voorzitter van Pulchri Studio
Willy Sluijter waren vrijwel alle bestuursleden
van dat Schilderkundig Genootschap tegen
woordig.
Achter den lijkwagen liepen in den stoet nog
een vijftigtal artisten en andere belongsteh-
lcnden mee; onder deze laatsten was dc heen
P. Visser, chef van de afdeeling Kunsten en
Wetenschappen van het betreffende departs
ment. Als slippendragers fungeerden de schil
ders Van der Stok, Lelyveld, Cossaer en Mol-
kenboer.
Op de kist, die door verschillende artisten
gedragen werd, lag een wit kussen, waarop
de onderscheidingstcekenen van den ontslapen
kunstenaar.
In de kapel werd de absoute verricht door
pater Jorna, pater van Ginneken.
HET AARDEWERKWETJE
HET TWENTSCHE AANBOD
VERWERPING MET 52
TEGEN 24 STEMMEN
Het aardewerkwetje is in de gisteren ge
houden Kamerzitting verworpen met 52 tegen
10 stemmen.
Vóór de katholieken, cle heer Arts (R.-K.
V. P.) en de anti-revolutionnoircn, behalve do
heer Visscher.
Tegende sociaal-democraten, de vrijzin
nig-democraten, de chr.-hist., de Vrijheids-
bonders, dc heeren Braat (P. B.), Lingbeek (H.
G. S. P.), L. de Visser (C. P.) cn Visscher (A.-
R.)
Afwezig waren de heeren Kerstor< cn Zandt
(G. S. P.), Van Boetzcleer (C. H.), Bomans
(R.-K.), Van der Sluys, Gerhard (S. D.), Smeonk
on Scheurer (A.-R.)
Men meldt ons
Tot nu toe is door geen van dc betrokken
purtijen medegedeeld, welke voorstellen do
Twentsche fabrikanten aan dc Maostrichtsclïo
Aardewerkindustrie hebben gedaan ter onder
steuning van deze industrie in ruil voor do
gevraagde wettelijke bescherming.
Thans vernemen wij, dat de Twentsche fa
brikanten hebben voorgesteld een nieuw on
derzoek in te stellen naar den toestand in do
Maastrichtsche industrie.
Wanneer de resultaten van dit onderzoek
zouden uitwijzen dat steun noodig was, dan
zouden de Twentsche fabrikanten deze verlee»
nen en wel op dc volgende wijzeDe niet-
productieve nfdcelingen der Maastrichtscho
Aordewerkindustrie zouden bij reorganisatie
der bedrijven worden opgeheven. De werkloos
heid die als gevolg hiervan zou ontstaan, zal
worden opgeheven door verplaatsing der ar
beiders, die ontslagen moeten worden, naar
Twente. Daarnaast verklaren de Twentsche fa
brikanten zich bereid voldoende kapitaal (er is
een zeer belangrijk bedrag voorgesteld) voor
reorganisatie der industrie beschikbaar te stel
len
BEGRAFENIS DS. B. VAN SCHELVEN.
Op de begraafplaats te Blocmendaol is
gistermiddag ter aarde besteld, het stoffelijk
overschot van ds. B. van Schelven, cm. pre
dikant der Gcref. Kerk te Amsterdam.
Zeer vele hoogleeraren,
predikanten enz. uit Ge
reformeerde kringen, wa
ren op de begraafplaats
aanwezig, o.a. Ds. RuJl-
man uit Utrecht. Nadat
dc baai grafwaarts ge
dragen was, waarbij stu
denten als slippendragers
fungeerden, deelde ds. J.
C Brussaard, predikant to
Blocmendaal, mede, dat
hij op verzoek enkele ge
deelten uit den Bijbel zou
voorlezen. Vervolgens bad
de predikant het Onze
Vodei, waarna d<s aanwezigen zongen Psalm
68 2„Maar, het vrome volk in U ver
heugd" enz.
Prof. A. van Schelven dankte voor ben
rtijzen van deelneming.
GEN.-MAJ. JHR. J. BOREL.
Naar de T ij d verneemt, ligt het in het voor
nemen van den inspecteur der infan' "c, tevens
inspecteur van den Vrijwilligen Landstorm,
generaal-majoor jhr. J. Bore), om den dienst
met pensioen te verlaten.
Wie zijn tijd verspilt, bestaat slechts; wie
zijn tijd gebruikt, leeft. YOUNG.
Door RAFAEL SABATIN1
Uit het Engelsrh door C. M. G. d. W.
36
Hij nam een groote steenen kon mee waar
mee water gehaald werd voor mademoilsello s
en zijn eigen gebruik, leegde hem door her
raam van de wachtkamer in dc gracht beneden
en ging daarna de kamer uit, de trap af naai
het binnenplein.
Hij keek naar alle kanten. Er was niemand te
zien. Op dit binnenplein was op dit uur var
den dag gewoonlijk niemand en de schildwacht
aan de deur van den toren stond daar alleen
's nachts, tegen donker. Aan den anderen kam
was een deur uitkomende op een gang waar
alle toegangen tot het kasteel op uitkwamen.
Hij zette de kan die hij in de hand had achter
de deur en liep vlug de gang door om voor luis
tervink te gaan spelen. Nog steeds aarzelde
hij <-n was in tweestrijd Nu eens verweet hii
zich zelf zijn dralen, don weer zijn haast en zijr
besluit om zulk een vuil werkje te ondernemer
en hij verwenschte alle vrouwen daar hij door
een vrouw in zulk een positie gebracht was.
HOOFDSTUK XIV.
Florimond's brief.
In de groote zeal of hall van Condillac, waai
de markiezin met haar zoon en freule de
Vauvrage hadden gedineerd, had de komst var
den koerier een groote opschudding te weeg
gebracht zoodra hij bekend gemaakt had brie
ven mee te brengen van Florimond, markies de
Condillac.
Madame was haastig opgestaan, vrees en uit
daging waren op haar gezicht tc lezen en z'i
had dadelijk bevel gegeven dat mademoiselli-
de kamer zou uitgaan. Valérie was nieuwsgie
rig of er geen brieven of ten minste een
boodschap van haar verloofde bij zou zijn
Maar zij was te trotsch om de vraag die op
haar lippen brandde, uit te spreken. Zij had
ook gaarne bij den koerier geïnformeerd naa.
Florimond's gezondheid; zij had hem graag
gevraagd hoe dc tnarkics er uit zag en waai
hij hem voor 't laatst gezien had. Maar du:
alles dat zij zoo verlangde te weten had zii
voor zich gehouden, omdat zij niet kon beslui
ten het te vragen in tegenwoordigheicd van dt
markiezin.
Stilzwijgend stond zij op toen zij de douairière
Fortunio hoorde gelasten Battista te roepen om
mademoiselle naar haar kamers te brengen en
zij liep reeds een paar schreden naar de deui
in haar fiere onderworpenheid gereed om te
vertrekken. Toch kon zij haar oogen niet af
houden van den koerier die met stof was be
dekt; hij had zijn hoed en rijzweep in een hoek
geworpen cn deed nu zijn zak open, terwijl d.
markiezin voor hem stond om do brieven ir
«ntvangst te nemen.
Marius hield zich onverschillig, hetgeen hij
niet was en bleef aan tafel zitten met zijr
onge achter zijn stoel en zijn hond uitgestrekt
aan zijn voeten. Nu dronk hij wat wijn, dar
hield hij het glas bij het licht om de mooie
donl-erronde kleur te bewonderen
Eindelijk keerde Fortunio terug en made
moiselle vertrok, met het hoofd in de lucht en
schijnbaar zonder eenig belang te stellen in
hetgeen er gebeurde. Fortunio ging met haar
mee. En de markiezin, die het pak papieren
nu in dehand had, dat zij van den koerier
ontvangen had, verzocht den page ook heen te
gaan.
Toen het drietal eindelijk alleen was, wachtte
ze even met het opendoen von den brief en
wendde z'ch weder tot den bode Zij mankte
een flink figuur toen zij daar stond in het zon
licht, dat door het rood cn blauw van de lan
ge met blazoenen beschilderde romen scheen,
(die vrouw met haar lange, bqigzame gestalte
gekleed in een nauwsluitend zwart fluweel cos-
tuum, het dikke, glanzende zwarte haar achter
over gekamd onder haar witte muts. de don
kere oogen cn roode lippen en ivoorkleurig
gelaat, waarop geen spoor van ontroering dc
spanning verried die haar verteerde.
„Waar hebt u dc markies de Condillac voor
het laatst gezien", vroeg zij aan den man.
„Te La Rochet te, mevrouw", antwoordde de
koerier cn zijn antwoord deed Marius opsprin
gen met een vloek.
„Zoo dicht bij riep hij uit.
De oogen von de douairière bleven kalm en
rustig.
„Hoe komt het dat hij geen haast maakte
naar Condillac te gaan vroeg zij.
„Dat weet ik niet, mevrouw. Ik hc-b mijn
heer de markies niet zelf gezien. Het was zijn
bediende die mij den brief ter hand stelde met
bevel hem hier te brengen".
Marius ging met gefronste wenkbrauwen naar
zijn moeder.
„Loten wij kijken wat hij zegt" vroeg hij
angstig.
Maar zijn moeder lette niet op hem. Zij stond
met het pakje in de hand te manoeuvreeren.
„Kunt ge ons dus niets van den markies
vertellen
„Niets meer dan ik u verteld heb, mevrouw'
Zij verzocht Marius Fortunio te roepen; daar
na ontsloeg zij den koerier en verzocht den
kapitein hem iets te laten gebruikeiv
Toen zij eindelijk alleen was met haar zoon,
scheurde zij haastig het couvert open, ont
vouwde den brief en las hem. En Marius, in
groote spanning ging naast haar staan en las
mee. Deze luidde aldus
„Zeer geliefde Markiezin,
Ik twijfel er niet aan of het zal u genoegen
doen te hooren dat ik op weg naar huis ben
had niet een aanval van koorts ons genoodzaakt
hier te La Rochette te blijven, dan zou ik t<
Condillac wezen even spoedig als de bode die
dezen brief brengt. Een koerier uit Parijs heeft
mij een dag of veertien geleden in Milaan nr
gezocht met brieven waarin ik het bericht las
dat mijn vader reeds zes maanden geleden ge
storven is en dat het Hof het raadzaam oor
deelde dat ik zoo spoedig mogelijk terugkeer
de om het beheer van Condillac op mij te
nemen. Het verbaast mij zeer dat zulk een be
richt mij uit Parijs mo< st worden toegezonden
inplnats van door u, door het zeer zeker uw
plicht was geweest mij den dood von mijn
vader te berichten, onmiddellijk na die treurige
gebeurtenissen Ik ben zeer verslagen door deze
treurige tijding en na het bericht van het Hof
ben ik in allerijl van Milaan vertrokken Uit
blijven van ecnig^ericht uit Condillac heeft
mij reeds maandenlang verbaasd Mijn vaders
dood mag hiervan eenige verklaring geven,
maar toch geen voldo^-nde verklaring En toch
reken ik cr vast op, mevrouw, dot u in staat
zult zijn alle vermoedens die bij mij opkomen,
op te helderen. Ik hoop in het eind van c?e
weck te Condillac te wezen, maar eveneens dat
dip terugkeer noch voor u, noch voor mijn
waarde Marius eenig verschil zal maken Of
schoon ik terugkeer om het bestuur over Con
dillac op mij te nemen, hoop ik dat u en mijn
waarde broeder er zoo lang zullen blijven nis
u aangenaam zal wezen. Zoo lang zal het mij
ook aangenaam zijn.
En nu zeer waarde markiezin, tecken ifc
uw onderdanige en toegenegen dienaar en
stiefzoon,
FLORIMOND
Toen zij den brief had gelezen las dc mar
kiezin deze passage nog eens hardop over
„En toch reken ik er vast op, mevrouw, dat u
in staat zult zijn alle vermoedens die bij mij
opkomen op te helderen". Zij zag haar zoon
aan die nu tegenoverhnar stond.
„Hij vermoed dat alles niet precies is zoo
els het wezen moet" spotte Marius
„Toch is de toon van zijn brief heel bemin
nelijk. Ik geloof vast dat er in dien brief uit
Parijs te veel gezegd is".
Een schrille lach ontsnapte haar
„Wij kunnen voortgaan dit huis als het onzö
ie beschouwen, zoolang ons dat aangenaam zal
zijn. Zoolang zal het hem ook aangenaam
zijn I"
En toen plotseling ernstig vouwde zij den
brief dicht cn met de handen op den rug stond
zij haar zoon aan te kijken.
„Welnu?" vroeg zij. „Wat ben je van plan
te doen
„Vreemd, dat hij den naam van Valérie in 't
geheel niet noemt 1" zei Marius peinzend.
„Ach I Een Condillac denkt lichtvaardig
over zijn vrouw. Wat ben je van plan te doen?"*
Zijn mooi gezicht dat zoo sprekend op haar
leek, was betrokken Hij keek zijn moeder een
oogenblik somber aantoen keerde hij zicb
schouderophalend om en liep langzaam langs
hoor, nnnr den haard. Zoo stond hij met zijp
elleboog op den schoorsteenmantel en met hel
hoofd in de hand, een oogenblik ;n somber ge<
peins verdiept. Zij keek hem oplettend aat\
met een rimpel tusschcn haar aanmatigend*
oogen.
(Wordt vervolgdjj