AM ËRSF 00RTSC1H DAGBiAB
BINNENLAND.
TWEEDE BLAD
Maandag 26 Maart 1928
UIT DB STAATSCOURANT
N.V. COMPAGNIE LYONNAISE
Onze collectie Middagjaponnen is zeer uitgebreid.
FEUILLETON.
Martin's Verjongingskuur.
26e IAARGANG ..DE EEMLANDER"No. 229
Voornaamste Kon. besluiten.
Bij K. B. is aan A. C. Visser, op zijn ver
zoek, met ingang van 2 April 1928, eervol
ontslag verleend als burgemeester der gemeen
te Ouderkerk
is aan jhr. mr. C. H. M. J. J. van Nispen
tot Seyenoer, op zijn verzoek, met ingang van
1 April 1928 eervol ontslag verleend als bur
gemeester der gemeente Oirschot
is, met ingang van I Me 1928 benoemd tot
burgemeester der gemeente Harderwijk J. dc
Jong Saaices.
is met ingang van T Mei 1928 aan den
electro-technisch ambtenaar der telegrafie J.
O. C. Degens de titel toegekend van electro-
technisch hoofdambtenaar der telegrafie cn
19 aan den ingenieur der telegrafie Is. S. S.
Koldijk op zijn verzoek als zoodanig eervol
ontslag verleend met bepaling, dat dit ontslag
wordt geacht te zijn ingegaan op 1 Maart
1928.
DE GASBEDRIJVEN
ALLE BOEKEN EN BESCHEIDEN TE
DOETINCHEM IN BESLAG GENOMEN
EEN SPOEDEISCHENDE
RAADSVERGADERING
Men seint ons uit Doetir.chem
Gistermiddag zijn door den inspecteur der
politie ten kantore van het gasbedrijf vrijwel
alle boeken en bescheiden vanaf 1924 tot he
den in beslag genomen. Aanvankelijk weigerde
de directeur op grond ven zijn instructie zon
der dat een schriftelijke lastgeving van den
Officier van Justitie kon worden overgelegd,
de boeken beschikbaar to stellen maar gaf
hieraan gevolg, nadat dc burgemeester in zijn
qualiteit van hulp-officier van Justitie daartoe
den directeur persoonlijk opdracht had gege
ven. Een niet onbelangrijke stagnatie in het
bedrijf is hiervan het gevolg*, daar dc boek
houding terstond geheel nieuw moest worden
opgezet
Hedenmorgen om 9 uur is ïn verband met
het gebeurde een spoedcischende wethou
dersvergadering gehouden.
SCHOUT-BIJ-NACHT MR. JAGER.
Voor herstel van gezondheid
naar buiten.
De chef van den machinestaf, schout-bij-
fiacht mr. J. C. Jager, vertrekt Zondag e.k.
tot verder herstel van gezondheid voor eenige
weken naar het buitenland.
DS. TJ. H. SIEMELINK. f
To den Haag is in den ouderdom van 64
Jaren overleden de doopsgezinde emeritus-pre
dikant ds. Tj. II. Siemelink.
In 1890 werd hij beroepen als predikant tc
IWorkum. Deze gemeente verwisselde hij in
1908 met Vhssingen. Hier heeft hij twintig
jaar gearbeid.
Op I Januari 1928 werd hem emeritaat
.verleend.
LEESMUSEUM TE AMSTERDAM.
1 Nieuwe bibliothecaris.
Met ingang* van 1 April a.s. heeft het Ge
nootschap „Het Leesmuseum" te Amsterdam
benoemd tot bibliothecaris don heer E. M.
Broeksma, momenteel als bibliothecaris werk
zaam aan de Stadsbibliotheek en Openbare
Leeszaal te Haarlem.
DE INDISCHE STUDENTEN
MOHAMMED HATTA STELT HET
ALTERNATIEF: VRIJWILLIG UIT
INDIE OF ER UIT GEGOOID
EEN S.D.A.P.-VERGADERING
TE AMSTERDAM
Zondagmorgen is in de geheel gevulde zaal
van het gebouw Carré te Amsterdam de open
bare vergadering gehouden van dc S.D.A.P.
in verband met het pioces van de Indische
studenten.
De vergadering werd gepresideerd door den
voorzitter van '•de Federatie Amsterdam dfer
S.DJL.P. den heer S. R. dc Miranda, die in
zijn openingswoord wefs op den economischcn
band, die de hoofdstad van ons Rijk bindt aan
dc welvaart van Indië, waarbij dan ook dc
Amstcrdamschc arbeidersklasse betrokken is.
Welvaart kan echter slechts gedijen, waar
recht en onafhankelijkheid bestaan. Alleen
oen economische basis, die op een vrijwillige
overeenkomst tusschcn Holland en Indië zou
rusten, zou volgens Spr. voor de vol
keren der beide landen het gunstigste zip.
Spr. protesteerde tegen het voornemen van
het Amstcrdamschc gemeentebestuur, om een
stuk gemeentegrond af te staan voor de op
richting van een monument voor Van Hcutsz,
die dc verpersoonlijking is van dc onderdruk-
i king.
Na hulde gebracht te hebben aan dc ver
dedigers in het proces der Indische studenten,
mrs. Mobach en Duys, voerden achtereenvol
gens het woord de studenten Sastroadmidjojo,
Mohomed Hassa, Adhinngrat en Pamontjak.
In zijn rede over het „behoud der Neder-
landsche macht in Indonesië" stelde Moham
med Hassa Nederland voor het alternatief:
öf zich vrijwillig terug trekken, öf er uit ge
gooid worden. Spr meende, dat dc vrijheids
drang* van het Indische volk niet meer te tem
peren is.
De hoer mr. J. E. W. Duys zeide zich niet
te kunnen begrijpen, dat men in Amsterdam
een monument wil gaan stichten voor Van
Hcutsz, die op zijn terrein ongetwijfeld groote
verdiensten heeft gehad, doch wiens „terrein"
niet deugde.
Sprekende over dc vrijheidsbeweging door
de Indiërs, wees de heer Duys er op, dat de
vrijheid van het Indische volk meer nabij is,
dan menigeen denkt. Hij kwam er tegen op,
dat men hier in Nederland steeds zegt, dat
het Indische volk nog niet rijp is voor zelf
beschikking.
In Amsterdam zal de arbeidersklasse niet
tolereeren zoo zeide Spr. dat er een
Van Hcptsz-monument wordt opgericht.
De heer Duys leverde ten slotte een scherpo
critiek op het Handelsblad, dat in een artikel
van zijn hoefijzer-correspondent heeft laten
uitkomen, dat dc vrijspraak der Indische stu
denten, hoewel strahechtelijk juist, niet in het
Staatsbelang is, daar de massa in Indië, die
het vonnis niet zou begrijpen, eruit zou dis-
tilleeren, dat de Ncderlandsche rechter de vier
studentc-n niet heeft durven straffen. Spr. vond
het in strijd met hot journalistiek fatsoen, dat
een der voornaamste dagbladen, door zoo te
schrijven, invloed op de rechterlijke macht in
Nederland tracht uit te oefenen.
De vergadering nam een motie aan, waarin
geprotesteerd wordt tegen het voornemen van
het dagelijksch bestuur der gemeente Am
sterdam om voor het „Van Heutsz"-monu-
ntent gemeentegrond af te staan.
DE REIS VAN DE „SCHÜTTEVAER."
Uit Londen wordt 25 Mrt. geseind: Do
Schuttevaer is vanmorgen gepasseerd ter hoog
te van Deal, ten noorden van Dover. De be
manning beantwoordde de begroeting, welke
haar vanaf de kust werden gebracht. Do zee
is kalm en do wind heeft niet veel kracht.
JUBILEUM BIJ DE SPOORWEGEN.
De stationschef van het Staatsspoorstation
te den Haag, de heer Looff, zal op I Mei a.s.
40 jaren in dienst der spoorwegen zijn.
DE BRAND TE ZAANDAM
EEN HISTORISCH MONUMENT
VERLOREN
Hê^nmiddag kwart voor 12 is tot dusver
onbekende oorzaak de meelfabriek „De Haan"
van de firma De Graat cn Co. in brand ge
raakt en geheel vernield. Door de over
waaiende vonken is kort daarna ook de vooi-
maligc molen „De Grootvorst" waarop in
1697 Czaar Peter heeft gewerkt door het
vuur aangetast. De brandweer van Zaandam
geholpen door die van Zaandijk en Koog aan
de Zaan mocht het niet gelukken de molen
te behouden. De molen brandde tot den grond
toe of. Verzekering* dekt de schade.
Op een oogenblik, dat het bediijf in vollen
gang was is plotseling, door thans nog niet
opgehelderde oorzaak, brar.d uitgebroken in
dc fabriek „De Haan" van Gcbr. Groot te
Zaandijk.
Dc fabriek verwerkt afval van hout tot hout-
meel,, ten behoeve van linolcumfabriéken. Men
vermoedt, dat er een explosie heeft plaats ge
had en dat toen het vuur zich, daar door ae
gehcelc fabriek heutstof zweeft, snei heeft ver
breid.
Zóó v'ug ging alles in zijn werk, dat men
niet eens de tijd hed de eigen bluschmiddelen
te gebruiken.
Toen eenmeal de vlammen naar buiten sloe
gen, werd het vuur door den krochtigen Zui
denwind aangewakkerd en deelden de vlam
men zich spoedig mede aan de aangTcnzende
pakhuizen.
Eer dit cchtei geschiedde, stond een nieu
we ramp te gebeuren, doordien de over
waaiende vonken op don vermaarden molen
de Gioolvorst vielen. De eigenaar van den
molen, die het gevaar zag, snelde dadelijk
naar de stelling om den molen los te maken
en tc laten draaien, hopende dat het de Groot
vorst daardoor zou gelukken de vonken van
het lijf te houden.
Het b!«ek echter reeds te laat, het vuur had
reeds vosten voet gekregen. De heer Couwen-
hoven, die zeer aan zijn molen was gehecht,
omdat hij reeds zoovele jaren in het bezit
dcT familie was geweest cn van vader op zoon
was overgegaan, moest met het oog op het
gevaar tegen zich zelf beschermd worden en
naor buiten gebracht.
Met kracht verbreidde ook hier het vuur
zich, zoodot nu beide gebouwen de fabriek
en de molen, die door een 50 M. brecde in
ham van de Zaan van elkaar gescheiden zijn
in lichte laaie stonden. Zoo hevig* was de
hitte, dat de brandweerlieden zoo nu en dan
genoodzaakt werden tot wijken.
Het terrein van den brand was voor de
spuiten zeer moeilijk te bereiken, omdat de
beide panden gelegen zijn als den smallen
Kaiverringdijk dat niet veel meer is dan een
landweg met een verharde kruin.
De Zcandamschc brandweer ontving ge
waardeerde hulp van die lë Koog* aan de Zaan
cn die van Zaandijk. Het terrein van den
brand ligt precies aan dc overzijde van Zaan
dijk.
De Grootvorst of Czaar van Moscoviën,
zooals hij oorspronkelijk was gedoopt, ging
geheel verloren. De Zaanstreek is daardoor
een historisch monument armer geworden.
Volgens de geschiedenis der Zaanlanden
heeft Czaer Peter in 1697 zijn medewerking
verleend bij het bouwen van dezen molen en
heeft hij aan dit bijzondere feit zijn naam tc
denken. Toen in 1897 bij de Czaar Peterfees
ten, die in Zaandam gevierd zijn, Dc Russische
keizer zich daarbij heeft doen vertegenwoor
digen, hebben deze Russische autoriteiten ook
aan den molen een bezoek gebracht.
De Grootvorst mocht om zijn gunstige Irg-
g*ing aan do Zaan bij de bocht van Zaandijk
zich steeds in do bijzondere belangstelling
van dc vreemdelingen, die leen boottochtje
van Zaandam naar Wormerveer maakten,
verheugen.
Na bijna oen uur aan de vlammen te zijn
prijsgegeven zakte te ongeveer 'I uur het ge
vaarte ineen en behoorde de Grootvorst tot
het verloren.
De machinekamer van de fabriek bleef groo-
tendcels behouden, doch verder ging alles
verloren.
Verzekering dekt de schade.
DE VERDWENEN F 25000
HOE DE LOOPJONGEN AAN DE
„BEROOVING" MEEWERKTE
Omtrent de Zaterdag* 17 dezer ten nadcele
van de fa. Van Rees, Burckscn cn Bosman aan
de Wijnhaven te Rotterdam gepleegde ver
duistering door een loopjongen, welke loopjon
gen beweerde beroefd te zijn van een bedrag
van f 25,000 dat hij van de Rotterdamsche
Bankverecniging aan den Coolsingel had ge
haald, komen gedurende het onderzoek steeds
nieuwe dingen aan het licht. Zoo is nu geble
ken, dat de man die zich in de St. Laurens-
straat bij den loopjongen en Janus K. voegde,
de broer Arie van dezen laatste was. Van de
St. Laurensstroat heeft men zich naar de
Groote Markt begeven en daar heeft de loop
jongen de actetasch met het geld aan Janus K.
gegeven, waarna de jongen met den broer van
K. is verder gegaan. Bij de Schrijnwerkerssteeg
heeft Arie K. den jongen een lecge tasch, welke
zijn broer gegeven had, ontstolen. Hoewel de
loopjongen voortdurend den naam van dezen
broer heeft verzwegen, is de politie er na een
scherp onderzoek in geslaagd ook hem tc ar-
rcstcercn. Bij zijn arrestatie droeg -Arie K- ge
heel andere kleeren dan hij bij dc berooving
aan had. Een inspecteur van politie heeft in K.'s
woning aan de Jufferstraat huiszoeking ge
daan, waarbij de kleeding werd gevonden. Toen
men 'Arie K. in deze kleeren gestoken had,
werd hij door verschillende getuigen herkend
als de man die den jongen in de Schrijnwer
kerssteeg dc tasch ontstolen had.
De loopjongen cn Janus K. zijn eenige dagen
geleden in het huis van bewaring ingesloten,
de zuster van de Korens is op vrije voeten ge
steld cn Arie K. zal Maandag naar het huis
van bewaring worden overgebracht,
HET PAASCHRECES DER KAMER.
Volgers de Standaard schijnt het in de be
doeling tc liggen, dat de Kamer reeds midden
deze weck met de Paaschrccès zal gaan. Ook
meent het blad te weten, dat dit Paasöhrecès
zeker tot Mei zal duren.
J. DE JONG SAAKES.
De nieuwe burgemeester van Har
derwijk.
Dc heer J. de Jong Saakes, benoemd tot
burgemeester van Harderwijk, als opvolger
van den heer Kempers, is, naar het V a d
meldt, 47 jaar oud en behoort tot de chr.-
hist. partij.
Geruimen rijd was de lieer Do Jong Saa
kes bij het onderwijs werkzaam laatstelijk
als leeroar aan de Kweekschool te Leiden. In
den crisistijd werd hij benoemd bij het ministe
rie van Landbouw, waar hij thans nog als
hoofdcommies werkzaam is.
Ook op politiek terrein is de heer De Jong
Saakes geen onbekende. In 1923 werd hij be
noemd tot lid van de Prov. Staten van Zuid-
Holland; als zoodanig had hij zitting tot 1927.
Bovendien nam hij in 1925 te Voorburg zitting
als raadslid, waarna hij in 1925 den heer Van
Boeyen (thans lid van Ged. Staten) opvolgdo
als wethouder der gemeente VoorbuTg. Bij do
periodieke verkiezing* in 1927 werd hij herko
zen als raadslid, doch hij wcnschte zich toen
niet meer voor het wethouderschap beschik
baar te stellen.
De heer De Jong Saakes zal I Mei a.s. zijn
nieuwe betrekking aanvaarden.
MGR. A. J. CALLIER.
Het einde spoedig* verwacht
Volgens berichten uit Haarlem is de toe
stand van mgr. A. J. Callier, bisschop van
Haarlem, die op Tweeden Kerstdag LI. van de
H.H. Sacramenten der Stervenden werd voor
zien, van dien oord, dat het eindo spoedig
venvacht kan worden.
MEVR. A. \V. D. C. BERGANSIUS—VAN
GORKUM t
In de ouderdom van 69 jaar overleed te
Vucht mev. A. W. D. C. Bergansius-van Gor-
kum, echtgenootc van Generaal Bergansius.
Onder den schuilnaam Daniel la schreef zij
meerder^ novellen, met name in de „Katholie
ke Illustratie".
DE OLYMPISCHE SPELEN
EEN FOLKLORISTISCH FEEST
TE AMSTERDAM
FOUTIEVE POSTZEGELS?
Naar het Hbld. verneemt zal, hetzij op den
oïficieelcn openingsdag der Spelen (28 Juli),
of op 5 Augustus op voorstel van het Olym
pisch comité onder leiding van den heer Mux
van Gelder te Amsterdam een folkloristische
optocht gehouden worden. Ter» einde dezen,
optocht volledig te doen slagen, werd de me
dewerking van burgemeester De Vlugt inge-
roepen, die bereid gevonden werd aan zijn
daarvoor in aanmerking komende ambtgenocr-
ten een schrijven te richten om medewerking
te verleenen. Uit do antwoorden valt op te
maken, dat die medewerking algemeen zal zijn
en dat alles wat Nederland biedt aan histori
sche kleederdrachten en origineele costumes
gedemonstreerd zal worden.
De optocht zal door de stad geleid wor
den en eindigen in het Stadion, waar des
avonds een grootsche feestavond georgani
seerd wordt. Een koor van wel vijfduizend
zangers zal zich doen hooren, een orkest van
c.a. 250 personen zal eveneens medewerken
ei^ in de origineele costumes zullen dansen,
lansspelen en andere historische vermaken
tot uitvoering komen.
De postzegels voor Üe Olym-
sche Spelen.
Het lid der Eerste Kamer, de beer Polak,
heeft aan den Minister van Waterstaat de
volgende vragen gesteld
I. Heeft Zijn Excellentie dezer dagen in de
dagbladen afbeeldingen gezien van postzegels,
die eerlang in omloop gebracht zullen worden
en betrekking hebben op dc weldra te houden
Olympische Spelen?
U. Zoo ja, kan Zijn Excellentie dan me-
dcdeelen, of deze afbeeldingen juist zijn?
IIL Indien zij juist zijn, wil Zijn Excellentie
dan mededeelen, waarop bedoelde postzegel
het opschrift dragen,jXde Olympiade", met
wolk© uitdrukking blijkbaar bedoeld wordt do
Olympische Spelen aan te duider», doch die
deze beteekenis ndet heeft, daar onder „Olym
piade" verstaan wordt het tijdperk, dat ligt
tusschen twee Olympische Spelen?
„FILMREIS DOOR NEDERLAND."
Henri de Vries „Sight-seeing"1,
Naar men ons meldt, zal de heer Henlc
Kleinman dezer dagen een aanvang maken met
de regie en opnamen van een: „Filmreis door
Nederland". Deze rolprent zal de karakteris
tieke hoedanigheden van alle provincies vast*
leggen in haar industrieën en pittoreske plek
ken.
Het ligt in de bedoeling, dat ons land in dezo
film gezien zal worden als door de oogen van
een „sight seeing" Amerikaan, die met zijn
dochter alle plaatsen afreist. De heer Henri d«
Vries zal deze hoofdrol vervullen.
7OS TE VERJAARDAG
DR. JOSEPHUS JITTA.
Een htddigingscomite.
Ter voorbereiding van de viering van den
70sten verjaardag van dr. N. M. Josephus Jit«
ta, voorzitter van den Gezondheidsraad en se
dert jaren vertegenwoordiger van ons land iri
de Hygiënische Commissie van den Volken
bond te Genèvo en in het Internationaal Ge*
zondheidsbureau te Parijs heeft zich een groot
landelijk comité van autoriteiten op hygiënisch
gebied gevormd.
DE „BEROOVING" VAN ƒ25.000. 1
In scène gezet.
Men seint ons uit Rotterdam»
De kantoorbediende de J. heeft thans be^
kend, dat de heelo berooving* in scène was
gezet. In verband met deze berooving is ook
nog aangehouden de 21-jarige los werkman
A.K.
Utrechtscheweg 10 Tel. 179 Amersfoort
Op ieder van ons is gerekend.
F. RAUWENHOFP.
I Door RAFAEL SABATINL
Uit het Engelscb door C. M. G. d. W.
51
„Haast jel" riep hij over zijn schouder heen.
„Volg mijl" En zonder op hen te wachten, 'hol
de hij de brug over cn het gebouw rond, ter
wijl zijn toorts vonken achter hem spatte, die
een rossen gloed wierp op zijn zwaard.
Hij bereikte 'het punt waar Garnache moest
zijn neergevallen en stond onder den licht
schijn die uit het gebroken venster viel, vijftig
voet in de hoogte; door te zwaaien met zijn
toorts liet hij licht vallen op het zwarte water
in de gracht. Geen enkel rimpeltje verstoorde
de effen oppervlakte. Stemmen klonken achter
hem cn een roodachtige gloed kondicrrU de
komst van zijn manschappen aan. Hij wendde
zich tot hen en wees met zijn zwaard naar de
omstreken van het kasteel.
„Verspreidt u 1" riep hij. „Zoek daar ginds
hij kan nog niet ver af zijn."
Ofschoon zij niet best wisten wien zij zoch
ten, maar toch begrijpende dat zij een man
moesten zoeken, gingen zij uit elkaar en ver
spreidden zich zooals hij bevolen had. om het
weiland rond te zoeken, waar een vluchteling
er leelijk aan toe was, daar er niets was, waar
achter hij zich kon verschuilen.
Fortunio bleef waar hij was, vlak langs de
gracht. Hij bukte en zwaaide met zijn toorts
langs den grond tot den versten hoek van het
kasteel toe, om het zachte, wceke slijk te
bekijken. Het was onmogelijk, dat een man
daar op geklommen was zonder sporen achter
te laten. Hij was bij den hoek; de gTond was
effen, ten minste hij kon nergens een afdruk
sel vinden van handen of voeten van een man,
die uit het water klimt. Hij keerde op zijn
schreden terug tot aan den oostelijken hoek van
het kasteel, maar steeds met hetzelfde resul
taat. Eindelijk kreeg hij meer macht over zich
zelf en werd kalmer; zijn zenuwachtige haast
was bedaard, met flinke hond hief hij zijn toorts
omhoog cn liet het licht over het water schij
nen. Hij dacht een oogenblik na; er was spijt
in zijn onderzoekende oogen.
„Verdronken zei hij hardop, zijn zwaard in
de schede stekende.
Een stem van boven uit het raam riep hem.
Hij keek op en zag de markiezin en achter haar
het gezicht van haar zoon. In dc verte in de
wei zag men het licht der toortsen hier en daar
flikkeren als dwaallichtjes.
„Heb je hem gevangen, Fortunio?"
„Ja mevrouw," antwoordde hij beslist. „U
mag zijn lijk hebben als u wilt. Hij ligt hier
onder in." En hij wees op het water.
Zij schenen zijn woorden te gelooven want
zij vroegen niet verder. De markiezin ging naar
mademoiselle, die nog op drtn grond zat.
„Hij is verdronken, Valerie," zei ze langzaam,
het jonge meisje aandachtig aanziende.
Valérie keek op. Haar oogen stonden wijd
open en haar lippen bewogen zich even. Toen
viel zij voorover zonder een woord ie spreken
Deze laatste afschuwelijke tijding n.» al wat zij
reeds beleefd had, was een te groote inspan
ning voor haar dapperen geest. Zij was.flauw
gevallen.
Tressan kwam op dat oogenblik binnen, zeer
nieuwsgierig wot er gebeurd was, want hij had
op het binnenplein niets verstaan. De markiezin
riep hem om haar met het jonge meisje te
helpen, Marius was nog te zwak cn samen
brachten zij haar naar haar kamer en legden
haar te bed. Zij gingen de kamer uit en sloten
de deur. Toen gaf zij een wenk aan den Scné-
chal cn aan Marius.
„Kom," zei ze, „laten wij heen goon. Het ge
zicht cn de reuk hier maken mij misselijk, of
schoon mijn maag heel wat kan verdragen."
Zij nam een van dc kandelaars om ze bij
te lichten cn zoo gingen zij naar beneden naar
de zaal; daar vonden zij den page van Marius,
Gaston, die heel bleek zag en verschrikt van al
het lawaai, dat hij het laatste half uur in het
kasteel gehoord had. Hij had den hond van
Marius bij zich; de arme jongen had het dier
bij zich gehouden tot gezelschap en voor de
veiligheid in dien akeligen tijd
De markiezin sprak heel vriendelijk tot hem
en bukte om den hond op den znchten kop te
kloppen. Toen verzocht zij Gaston wijn klaar
te zzrtcn; toen de wijn gebracht was, dronken
zij een glas, somber cn zwijgend
Do wijn fleurde Marius op, wekte Tressan
op uit zijn bedruktheid cn leschte den dorst
van de markiezin. Dc Sénéchal wenddo zich
weder tot haar met zijn onbeantwoorde vragen
omtrent den afloop van dat slechterswerk bo
ven. Zij vertelde hem wat Fortunio gezegd had
dat Gorr.ache ten gevolge van zijn krank-
zinngen spiong uit het raam, verdronken was
En toen herinnerde Tressan zich wat Garna
che gezegd had welk lot hem in zulk een ge
val was beschoren. Alle kleur verdween van
zijn gelaat en de lijding groef diepe lijnen van
zorg en angst om zijn mond en oogen.
„Madame, wij zijn in 't verderf gestort
kermde hij.
„Tressan," antwoordde zij vol verachting, „je
bent lafhartig. Liritster naar mij. Heeft hij niet
gezegd, dat hij zijn bediende had achterge
laten toen hij na3r Concillac kwam Waar zou
hij dien man gelaten hebben
„Misschien in Grenoble," antwoordde de Sé
néchal verschrikt.
„Tracht daar achter tc komen," zei ze met
nadruk, met dc oogen op de zijne gevestigd,
zoo kalm alsof zij dien avond niets bijzonders
aanschouwd hadden.
„Indien hij niet in Grenoble is, dan toch ze
ker ergens anders in Dairphiné, een gewest,
waarvan u 'skonings Sénéchal is. Al moet ge
het heele gewest door zoeken, ge moet den
kerel vinden. Ge hebt er do kwade gevolgen
te vreezen. Hebt ge den man gezien
„Ja, ik heb hem gezien. Ik herinner mij hem,
zijn naam is Rabecquc, als ik mij goed herin
ner."
Hij vatte moed; zijn gezicht stond wat min
der bedrukt.
„U vergeet niets, madame", mompelde hij.
„U is bepaald bewonderenswaardig. Ik zal van
avond nog met de nasporingen beginnen. Mijn
manschappen zijn haast allen te Montélimar en
wachten mijn bevelen af. Ik zal een bode zen
den met het bevel dat zij zich door geheel
Dauphiné moeten verspreiden om den man op
te sporen."
De deur werd opengedaan en Fortunio trad
binnen. Hij had zich nog niet gewasschen en
zeg er verschrikkelijk uit, geheel met bloed
bevlekt. Tressan huiverde. De markiezin sprak
hem bekommerd toe.
„Hoe is het met uw wond, Fortunio?" was
haar eerste vraag.
Hij maakte een afwijzend gebaar.
„Dat is niets. Ik ben heel volbloedig cn als
ik mij schram, dan bloed ik zonder dat ik het
merk en waardoor een ander uitgeput zou
zijn."
„Hier, drink een glas wijn, mon capitaine",
animeerde zij hem heel vriendelijk en vulde
zelf zijn glas. „En jij Mariusl" vroeg zij. „Krijg
jij je krachten weer terug?"
„Ik ben wel", antwoordde Marius dof. Zijn
nederlaag dien avond maakte hem knorrig en
boos. Hij voelde, dat hij een droevig figuur had
gemaakt in deze zaak cn zijn ijdelheid was ge
kwetst. „Het spijt mij, dat ik zoo weinig deel
kon nemen aan het gevecht", mompelde hij.
„Het kloekste gevecht, dat ik of iemand an
ders ooit heb beleefd", betuigde Fortunio.
„Mijn hemel I Dat was een vechtersbaas, die
mijnheer de Garnache en hij verdiende een be
ter lot dan te verdrinken."
„Weet u zeker dat hij verdronken is?"
Fortunio gaf de redenen op voor die ge velg
trekking en die redenen overtuigden de mar
kiezin en ook haar zoon Zij hadden het trou
wens nooit als een mogelijkheid beschouwd, dat
de man zulk een sprong zou overleven. Me
vrouw de Condiilac keek eerst Marius aan en
daarna den kapitein.
„Derikt ge, gij beiden, dat ge in staat zult
zijn voor dat werkje van morgen?"
„Ik, wat mij betreft, ben er nu al toe in s'aat",
antwoordde Marius grimmig.
„Ga dan allebei wat naar bed; ge hebt het
noodig", zei ze.
„Ik ook, madame", zei de Sénéchal en hij
boog zich over de hand die zij hem toestak.
„Goeden nachtallen samenl" Hij had er een
woordje willen bijvoegen om hun voor den
volgenden dog goed succes toe te wenschen,
maar dat durfde hij niet. Hij draaide zich om,
maakte nog een buiging en waggelde de kamer
uit.
(Wordt vervolgd)* J