MBÖSröOMmH DAGBIAfi
TWEEDE BLAD
Maandag 7 Mei 1928
BINNENLAND.
groote brand te berkel
brand bij de
roermondsche eiermijn
boschbranden in
drenthe
felle brand te
rotterdam
DWARS DOOR HET BRANDENDE
VEENGEBIED
N.V. COMPAGNIE LYONNAISE
REISMANTELS f 14.50.
veenwerkers'flegma
FEUILLETON.
DEGREJZE DAME
2óe JAARGANG ..DE EEMLANDER" j No. 263
EEN MEELPAKHU1S AFGEBRAND
SCHADE MEER DAN EEN
HALVE TON
In den nacht van Zaterdag op Zondag heelt
-n de gemeente Berkel (Z.H.) een hevige brand
gewoed- Omstreeks middernacht werd brand
ontdekt :n het meelpakhuis en de maalderij
van den heer A. Treurniet aldaor. Toen de
biund 'door de omwonenden ontdekt wcrd>
sloegen de vlammen reeds aan alle kanten
van het tusschcn een groot aantal andere ge
bouwen gelegen pakhuis uit en de brandweer
an Berkel en Rodenrijs, die slechts beschikt
ovc-r één molorspuit en drie handspuiten acht
te het raadzaam de hulp van de omliggende
gemeenten in te roepen. Tegen half één waren
behalve de Berkclsche brandweer ook eer.
auto-stoomspuit uit Rcrttcrdnm en een motoi"
spuit uit B- igschc Hoek ter plaatse. De vium-
rnen, aangewakkerd door den wind, sloegen
toen zeer lel uit. Onder leiding van den bur
gemeester van Berkel, de heer F. M. M. Vos
c.p Wael, de hoofdman van de vrijwillige
biardweer tc Rotterdam, de heer H. van Dam
on de chef van de afdceling Brandbluschmid-
ctlen te Rotterdam, den heer J. PcllenkoU,
weid het vuur met tien stralen aangetast. Hoi
meelpakhuis waarin de vlammen loeiden, bleek
chter niet meer tc behouden en de brandweer
móest olie krachten inspannen om de omlig
gende gebouwen, een schuur, een woonhuis
<*n een winkel, te behouden. Tegen drie uur in
den nacht was men den brand meester Het
pakhuis, dat uit steen is opgetrokken en al
leen aan de achterzijde voor een gede:lte uit
hout bestaat, is totaal uitgebrand. Met don
derend geraas stortten gedurende het blus-
schinigswerk gedeelten in. Een zeer groote
voorraad meel is verloren gegaan. De maalde
rij is vernield.
De omliggende gebouwen hebben veel brand
en waterschade gekregen. Ecnige gebouwen
hadden reeds oan den kant, grenzende aan het
pakhuis, en aan het dak vlam gevat, doch dank
zij het krachtige optreden van de brandweer
konden zij worden behouden.
Tegen half vier kon de Rotterdamscho
brandweer inrukken. Een motorspuit uit Delft,
die nog op het terrein van den brand versche
nen was, behoefde geen dienst meer tc doen
De brand trok. ondanks het nachtelijk uur,
groote belangstelling. Zelfs uit Rotterdam wa
ren vele nieuwsgierigen naar het terrein van
den brand getrokken, terwijl de meeste ir>
woners van Berkel en Rodenrijs en velen uit
Bergschenhoek en andere omliggende dorpen
het schouwspel in den nacht kwamen gade
slaan. Ook de burgemeester van Bcrgschen-
hoek, dc heer J. van Meeleren Jr., was ter
plaatse.
De schade van den brand is zeer groot en
bedraagt mc-cr dan een halve ton. Zij wordt
door verzekering gedekt. De oorzaak van den
brand is onbekend.
EEN LOODS AFGEBRAND
Men meldt ons uit Roermond d.d. 6 Mei
Hedenmiddag omstreeks 'half één ontstond
in een 5 meter lange ijzeren loods, behoorende
bij de Coöperatieve Roermondsche Eiermijn,
door tot nu toe onbekende oorzaak brand. D'
loods was geheel met bokmateriaal gevuld,
zoodat met groote snelheid de vlammen om
zich hcengrepen. De motorspuit uit Roermond
en de brandweer van Kapel in 't Zand waren
spoedig met materiaal ter plaatse en tastten
het vuur krachtig aan. De loods stortte' geheel
in elkaar. De brandweer had veel moeite om
i voorkomen, dot de brand zich zou uitbrei
den tot het gebouw zelve.
De schade is vrij aanzienlijk.
HET GEVAAR BIJ HOOGEVEEN
GEWEKEN
Men meldt ons uit Nieuw-Amsterdam, d.d
G Mei.Gisteravond brak door onbekende oor
zaak brand uit in de bosschen vöi\ het Stnats-
boschboheer bij Erm. Het vuur kon heden wor
den gebluscht.
Zondagmiddag brak eveneens in Erm (ge
meente Sleen) brand uit in de denncnbosschcn,
vermoedelijk door het spelen met lucifers door
kinderen. De brandweer is onmiddellijk nuui
het terrein van den brond vertrokken.
Men meldt ons uit Hoogevcen
'Hot gevaar voor het „Spaarbankbosch'' en
voor het Noorderhuis is geweken. De brond is
waarschijnlijk veroozaakt door vonken uit een
locomotief.
Men meldt uit Eindhoven aan de Mndgm.
Zondagmiddag woedden onder de gemeente
Eindhoven op twee plaatsen tegelijk bosch-
branden. Verscheidene hectaren mooie bos-
schi a werden een prooi der vlammen.
Het ergst brandde het nabij den Oirschot-
schedijk, waar verschillende uitgestrekte bos
schen van verschillende eigenaren werden aan
getast.
Een minder ernstige brond teisterde op het
zelfde moment de bosschen van Koudenhovcn
onder Eindhoven.
De brandweercorpsen van Philips en van de
gemeenten slaagden er in het vuur tc stuiten.
DOOR SPELENDE JONGENS
VEROORZAAKT
EEN OPSLAGPLAATS VERWOEST
Zondagmiddag om half zeven is brand uil
gebroken in een opslagplaats van stucodoors-
ortikelen en riet van den heer Visser aan de
Brielsche Laan tc Rotterdam. De brand is ont
staan doordat twee 8-jarige jongens spelend
cenig hooi in brand hebben gestoken en dit
over de schutting hebben geworpen. De jon
gens, thuisbehoorend op een bij de Graan Ele
ctor Mij. liggend schip, zijn door de politic
gepakt. De brand heeft zeer snel om zich heen
gegrepen on in korten tijd stond do hcele
groote opslagplaats in lichte laaie. Het vuui
deelde zich ook mede non de naast gelegen
herstclplaats voor de Graan-elevator-Mij. De
Rotterdamsche brandweer is met groot mate
riaal uitgerukt, zoodat een uur na het uitbre
ken het vuur door een cordon van 15 stralen
was omringd. Het gelukte het stecncn gedeelte
van de herstelplaats cn een aan den andere n
kant gelegen loonzageiij te behouden. Na 1 Y>
uur was men den brand meester, ofschoon de
vlammen voortdurend uit de stapels riet bic
ven slaan. Uitbreiding was toen onmogelijk
De brand trok in Rotterdam, waar de donkere
rookwolken tot ver in den omtrek zichtbaar
waren, veel belangstelling. Verzekering dekt
de schade.
HOE HET VUUR OVER HET KANAAL VLOOG TE ERFSCHEIDERVEEN, EN TAL
VAN HUIZEN VERBRANDDE, O.M. DE CHRISTELIJKE SCHOOL
MIDDEN IN HET VUUR TE KLAZIENAVEEN
BEGIN VAN BRAND IN HET
WILHEU1INAGASTHUIS.
Overbelasting van dc lift.
Gistermiddag werd rook ontdekt op dc bo
venste verdieping van de vrouwenkliniek in
het Wilhelmin a gasthuis te Amsterdam. De
rook, vergezeld van de reuk van smeulend
gummi, kwam uit de motorkamcr met de lift.
De brandweer werd gewaarschuwd, die op dat
alarm met zec-r veel materiaal uitrukte. Het
bleek, dat door overbelasting de automatische
weerstondschakelaar van de lift was gaan
gloeien, waardoor de isolatiewindingen waren
gaan smeulen en den rook en dc onaangename
geur verspreidden De iift werd stroomloos
gemaakt cn lut vuur met natte doeken ge
doofd.
Utrechtscheweg 10 Tel 179 Amersfoort
ZOO MOET DE OORLOG
ZIJN GEWEEST
DE BRAND NEEMT
AANMERKELIJK AF
Men meldt ons uit Emmen d.d. 5 Mei
De veenbranden in Drente hebben heden
geen onrustbarenden omvang meer afgeno
men. Allerwegen is het betrekkelijk rustig.
Wel smeult nog over enorme oppervlakten het
vuur, doch gevaar voor gebouwen is nergens
direct aanwezig. De brandweer heeft zich tluins
in hoofdzaak geconcentreerd in do omgeving
van de Ammoniakfabrick te Klazienavcen
Noord. Hier werken momentcel een mot on
spuit uit Groningen met G slangen, een motor
spuit cn twee stoomspuiten uit Amsterdam
met totaal 9 slangen, welk aantal opgevoerd
kan worden tot 14, wanneer voldoende slan-
genmoteriaol aanwezig is. Voorts zijn hie aan
wezig een viertal spuiten uit eigen omgeving,
die met totaal tien stralen werken. Dc bedoe
ling is hier het vuur to isolecren. Tc Emmen
Erfschcidcrveen wordt het biusschingswcrk
verricht door de hedenmiddag uit 's-Graven-
hège gearriveerde stoomspuiten. De aard van
de veenbranden, die diep onder den bodem
voortgloeien, gebiedt de uiterste voorzichtig
heid, al zal het aanzien van dc branden, wan
neer de windrichting' constant blijft, niet zoo
ernstig meer worden, omdat de meeste turf»
hoopen onder den wind verbrand zijn. Ook
te Valthermond is het rustig.
Op grooten afstand in Oostelijke richting
worden branden waargenomen, vermoedelijk
in de aangrenzende Duilsche venen.
Het gerucht, als zou te Emmen Erfscheiden-
reen een kind verbrand zijn, is gelukkig on
juist gebleken.
Uit Emmen weid ons Zondagmiddag ge
seind, dat er in den toestand in den brond in de
Drentscho venen geen wijziging is getreden. Dc
toestand wordt gunstig geacht.
Naar wij vernemen, is de motorspuit uit
Gioningen uit het door veenbranden goteistcr-
de gebied teruggekeerd.
De provinciale vertegenwoordiger van den
Kon. Nat. Bond voor Reddingwezen cn Eerste
Hulp bij Ongelukken „Het Oranje Kruis", mr.
A. W. van Hol the tot Echten tc Assen, be
zocht gisteren de gemeenten waarin de veen
branden woeden. Hij pleegde ook overleg met
de burgemeesters, om zich te vergewissen, of
en in hoeverre bijzondero hulp gewenscht is.
De provinciale ct tegenwoordig er blijft in ge-
r< gelde verbinding met de burgemeestersdc
Bond „Het Oranje Kruis" blijft paraat om alle
hulp te verleenen, welke noodig 2al blijken.
Het Haagsch comité tot steun van den op'
bouw van Drente heeft thans besloten een be
drug van 3000 beschikbaar te stellen tot le
niging' van den nood, ontstaan door dc veen
branden in die provincie.
Aan dat bedrag zal echter, zulks naar aan
leiding van een onderhoud tusschcn den mi
nister van binncr.landsche zaken cn landbouw
en den voorzitter van het comité, den heer L
Hoejenbos, geen bestemming worden gege
ven, alvorens hieromtrent tusschcn minister
Kun en den heer Hoejenbos overleg- is ge
pleegd.
Dat is een heclc reis, voor je er bent!
Eerst met dc sneltrein naar Zwolle, en dan
boemelen, zonder genade^ van Zwolle naar
Ommen en Coevordcn naar Emmen. Dat leek
ons tenminste de kortste weg of liever: dc
minst lange. Je kunt ook nog eerst naar Assen
gaan, en vandaar over Stadskanaal naar Em
men, maar dat is heelemoal mijl op zeven
Hoe lang men in den trein zit over het traject
UtrechtEmmen moet u zelf aan de hand van
het spoorboekje maar eens uitrekenen. Een aai-
dig tijdverdrijf.
Als je in Emmen aankomt, is daar eigenlijk
nog niets tc bespeuren van het onheil, dat er
in den onmiddcllijkcn omtrek woedt. Alleen
ci staat op het station een oudcrwctsche Am-
sterdamschc stoomspuit met een dikke blin
lend koperen pijp, en in het hotel tegenover
het station zitten Amstcrdomscho brandweerlui.
't Eerste wat men hoort is: 't is gelukkig niet
meer zoo erg als gisteren. Maar als men den
weg naar Emmercrfscheidervccn opgaat, ziet
men in de verte nog zware rookwolken opstij
gen. Daarheen gnat dus onze eerste tocht. t Is
gelukkig niet meer zoo erg als gisteren". Dut is
wel typeerend voor het flegma, waarmee dc
veenbevolking deze ramp over zich heen laut
guan. Alleen als het vuur erg dicht bij dc
huizen komt, dan ontstaat cr een algemeen
sauve qui peut; het huisraad wordt uitgedragen,
alles in veiligheid gebracht, en men tracht met
alle middelen het vuur tc stuiten. En dun sluot
den menschen de schiik om het hurt, als dc
veenbrand van drie, vier kanten met groote snel
heid nadert. Een oude vcrvcner zei ons: „Zoo
moet de oorlog zijn geweest, meneer. Jc ziet
in dc verte telkens nieuwe rookzuilen omhoog
gaan, en plotseling ploft er vluk naast je rook
uit den grond, niet op één plek, maur op meer
dere punten, vlak om jc heen. Dat gemeeno
vuur vreet onder den grond door, cn komt op
een andere plek weer boven, d m je denkt."
Daar langs den straatweg van Emmen naar
Erfscheidcrvccn is het Vrijdag een hel geweest.
Het vuur kwam van den kant van Klaziena-
veen voor den zuidoostenwind pijlsnel opschie
ten, en bereikte al heel gauw het kanaal. Do
huisjes die aan dezen kant van het water ston
den, werden in no time ontruimd, cn het huis
raad werd geborgen in de Algemeene Christe
lijke school aan den overkant, aun den straat
weg. Men heeft het uit dc berichten al kunnen
lezen: een aantal huizen langs dc vaart gingen
in dc vlammen op. Maar zoo vreemd: één huis
tot den grond toe afgebrand, het huis ernaast
mankeert niets, dan weer een verbrand, vici
woningen don weer volmaakt intact, en de vol
gende weer verbrand. Dat bewijst wol dc bui
tengewone grilligheid van dit vcenvuur. Tul von
huizen achtte men verloren, en zc staan er nu
r.og; en andere woningen zijn door het vuur
verleerd, terwijl men ze absoluut veilig achtte!
Zoo was dus de toestand duur Vrijdag. Aan
den overkant van de vaart woedde het vuur fel,
maar men meende in het 33:« meter broedc
kanaal een voldoende beschutting te hebben
Maar ook die berekening kwam falikant uit.
Recht tegenover de Christelijke school brandde
een huisje af, cn de wind joeg brandend veen
cn vonken over het water naar den overkant,
met als gevolg, dat in een minimum van tijd
ook langs den straatweg het veen in brand
kwam te staan. Binnen het kwartier slond dc
school rondom in het vuur, en daarin had mer.
nog wel huisraad van vluchtelingen geborgen!
Hoe men er alles weer uit heeft gekregen, weet
men nog niet, maar zooveel is zeker, het was
een hel. Ook op andere punten joeg het vuur
over het kanaal, en zoo was de straatweg abso
luut onbegaanbaar geworden door het vuur, d?
hitte en dc rook. Het schoolgebouw brandde
tot den grond toe af (een groot steenen ge>
bouwl), dc woning van het hoofd ernaast bleef
gelukkig gespaard, al heeft het weinig ge
scheeld. Een houten gebouw erachter viel ook
ten prooi aan het vuur, verderop nog een paur
huisjes. En zoo trok de baaierd voort, verder
het veen in, in de richting van Valthermond,
met den feilen wind achter zich. Toen wij Zon-
dogochtend den straatweg naar Erfschcidcr
veen langs reden, kon men precies zien, dat
het vuur zich een puar galen hud gevreten in
de huizenrij langs den weg, en daardoor wos
oortgesneld; net een paar bressen in ccn wal-
muur.
Zondagochtend brandde het hier niet meer
Op de plaatsen, die ongedeerd waren gebleven,
waren dc veenarbeiders met hun „turftrappers'
weer druk aan den arbeid. Wonderlijk
flegmal In dc verte zog men nog wel hier cn
daar een rookkolom omhoog stijgen, moor dat
was meer een plaatselijk opnieuw opsmeukn.
In de richting Klazienavcen evenwel bleek het
nog geducht te spoken. Daar hing een zwaar
rookgordijn tegen den horizont, en dus trok"
kon wc dien kant uit. Bij de Ammoniakfabrick,
daai is het. Daar staat een geweldige Amstcr
damscho motorspuit te trillen cn te zuchten.
Zij zuigt het water uit de vaart, en door 5
dikke slangen ver het veen in. Van den
straatweg af kunnen wc dc spuitgasten hoost
niet zien, zoo ver staan zc weg. 200 meter
verder op den straatweg staat dc Groningscho
motorspuit te werken, de beroemde, die door
de brug zakte, en daardoor een hcelcn omweg
moest maken. En nog een eindje verder tweo
Amsterdamsche stoomspuiten, die vuur brukeil
uit koperen pijpen. Zoo gaan er in totaal zeker
40 slangen het brundende veen in; de brand
icikt hier zoover als het oog zien kan. Naar
schatting van hen, die het weten kunnen, tot ver
over dc Duitsche grens, die hier dwars door d.ï
moerassen loopt. Met taaie energie is men bezig
het veen nat te houden, om te beletten, dat
het ook hier over het kanual vliegt. Hier is
de toestand ernstig Er staan weliswaar weinig
huizen, maar men wil die coütc quo coiito
behouden. Do bewoners hebben alles al in
veiligheid gebracht. Tafels, stoelen, fornuis,
kasten, olies stoat aan den weg. Ongelooflijk j
hoeveelheden water worden er weggespoten, en
't lijkt alles vergeefs. „Jc merkt haast niet, dat
jc wuter geeft", zecgt de Groningscho brand
meester. ,/t Lijkt wel, of het vuur op het water
afdrijft. Zoo denk je: ziezoo, dat is uit, of een
pnor meter verder brandt het weer even lustig.
D'r is zoo geen eer aon te behalen."
De mannen, die de straalpijpen voeren, heb
ben 't zwaar. Ze staan midden in de benau
wende turfrook, met pijn in de oogen en
dorstige, hoestende kelen. Lang houden ze 't
niet uit; dan worden zc afgelost, cn probceren zo
op den straatweg wat op verhaol te komen.
't Gekke bij zoo'n veenbrand is, dut je geen
vuur ziet; althans overdag niet. Je hoort niet
anders dan een sissend geluid, cn ziet niet an-
dcis dan de enorme rookontwikkeling, die elk
uitzicht beneemt. Vlammen zijn er niet. Maar
aan de hitte van den grond woarover je loopt
merk jc deksels goed, dat cr vuur is. En
's avonds, als het donker is, dan kun jc 't zie n
ook. Dan zie je dien sluipmoordenaar laog
over de vlakte schieten, in allerlei bochten en
kringen, nu hier, dan daor, en met een duivel
achtige snelheid. Dat is het begin, het aan
komen van den brand. Maur als het eenmaal
goed brondt, dan staat er een gordijn van vuur
boven den grond, een muur, met op regelma
tige afstanden torens erin. Dat zijn do turfhoo-
pen, de stobben, die in gloed worden gezet en
tot pulver ineen vallen als zc opgebrand zijn.
Dut is een grootsch gezicht, moor ontzaglijk
angstig tegelijk, als men die vuur-muur al
maar nader ziet komen, alles verterend, wat op
hoor weg- komt, met een regen van vonken als
voorboden.
Zoo heeeft men in Valthermond den brand in
den avond zien aanstormen door het veen, maar
daarover in een volgend artikel.
Zondagochtend dan woedde het vuur nog
het felst bij Klozienoveen, achter dc Ammoniuk-
fabriek, en do groote spuiten deden alles, om
de zaak maar nat tc houden. Ze stonden aun
den waterkant en dc tullooze slangen waren
onder den strnotweg doorgelegd, om het ver
keer nog mogelijk te maken; men had een paar
sleenen losgewoeld, de aldus ontstane geul wat
verdiept, en daarin dc slangen gelegd. In den
vroegen morgen was men al begonnen, en hot
zag ernaar uit, dot men den gcheelen verderen
Zondag wel daar zou blijven, en dat de spui',
die nog op het station te Emmen stond, er ook
nog wel heen zou moeten.
Langs een van dc slangen zijn we het veen
even ingewandeld, voor zoover dat doenlijk
was. Muur verder dan een minuut of tien heb
ben wc het niet gebracht; want toen kriebelde
het ons al zoo in neus en keel, cn werd de grond
in letterlijken zin zoo warm onder onze voeten,
dat wc weer haastig den terugtocht hebben
aanvaard. De menschen, die er ziin moeten,
hebben dan ook nutte zakdoeken voor den
mond.
Gelukkig was het in de andere centra van
den veenbrand in niet onbelangrijke male aan
het minderen, doordut olies, wat brandbaar is,
verbrand is. „Als cr geen voedsel meer is,
houdt het vuur vanzelf op!" Dat is het laatste
woord, dat men te hooren krijgt, wien men
ook spreektl
Het lxeele geheim der welsprekendheid ligt
hierin, een overtuiging tc hebben.
Uit het Engelsch van
HENRY SETON MERRIMAN.
19
Fitz, vol ijver voor zijn opdracht, zocht zijn
weg naar de trap, die naar de brug voert. Met
waar zeemansinstinct scheen hij te weten, waar
hij die zoeken moest. Aan den voet van dc
ijzeren trap bleef hij staan, om een bevel tc
geven aan den man, die hem op den voet
volgde en zijn houding was geheel die van
Luke. Dc omstanders zagen met ccn oogop
slag, wie dit zijn moest. Dc gelijkenis was ver
bijsterend. Hier was eenvoudig nog een Luke
Fitz Henry, wat blonder, iets grooter, maai
dezelfde man.
Dc kapitein begon plotseling hartelijk te
lachen, toen Fitz op de kleine brug, ver boven
het dek verscheen.
„Er valt niet aan te twijfelen, wie gij zijt,
mijnheer," zeide hij, terwijl hij zijn hond uit
stak.
Toen ging hij op zijde en de twee broeders
ontmoetten elkaar. Zij zeiden niets, drukten
elkaar slechts de hand, en onwillekeurig viel
Luke's oog op de keurige, eenvoudige uni
form, half onder den mantel verscholen. Fitz
2ag dien blik cn trok haastig den mantel om
zich heen. Het was ongelukkig. En dil was hun
ontmoeting na drie jaren.
„Waarachtigriep Fitz na een oogenblik
van stilte uit, „het is een mooi schip I"
Luke legde zijn handen op de wit geschil
derde leuning on volgde de richting van zijn
broeders blik.
„Ja", stamde hij langzaam toe, „ja, het is
een goede boot."
En toen dwaalden zijn oogen onwillekeurig
near de kleine „Kittiwake" vlug-, als een
krijgsman voor anker en plotseling ont
snapte een diepe zucht aan zijn lippen. Hij
was het nog niet te boven gekomen. Dut zou
hij nooit.
„Jc bent dus weg van Mahon," ging hfj
voort, „eindelijk
„Ja", antwoordde Fitz.
Ik kan gclooven, dat je voor heel de rest
von je verder leven genoeg hebt van Minorca"
zeidc Lukc, terwijl hij plotseling keek naar de
twistende mannen in dc bootjes cn naar het
krioelen van slingerende vuartuigen ondci
hen.
„Zoo erg is die plaats niet," hernam Fitz.
„Ik ik houd cr zelfs van."
Er ontstond een kleine pauze, en heel onver
wacht zeide Luke
„De Ingham-Bokers zijn aan boord."
Fitz fronste nadenkend zijn wenkbrauwen
„De Inghant-Bakers", zeide hij. „Wie Zijn
dat
Luke lachte, schijnbaar plotseling verlicht
„Herinner je je nietzeide hij. „Zij is een
vriendin van mrs. Harrington en en Agatha
is er ook, haar dochter."
Ik herinner mij iets diks Niet de doch
ter, dc oude vtouw, bedoel ik. O, ja. Waar
guan zo heen
„Naar Malta.**
Het was duidelijk merkbaar, zelfs voor Luke,
dat de tegenwoordige of toekomstige bestem
ming der Inghnin-Bakcrs, Fitz volkomen on
verschillig was. Hij stelde meer belang' .in dc
„Croonah" dan in haar passagiers.
Beiden waren zij zich bewust, dat deze ont
moeting na jaren van afwezigheid, niet was wat
zij zijn moest. Zij hadden een onbestemd ge
voel van teleurstelling. Er scheen iets tusschcn
hen te staan.
Luke, met zijn karakteristiek pessimisme zag
lit het eerst voelde dc kille, ontastbare te
genwoordigheid, nog vóór zijn minder scherp-
zinnigen broeder. Toen zag Fitz het cn, zondei
aarzelen, zooals zijn gewoonte was, ging hij
er op in.
„Oude jongen l" begon hij, „ik ben blij je
te zien. Lang geleden, niet waai, sinds wij el
kaar hel laatst zagen Je moet met mij mee
gaan cn met ons de lunch gebruiken. Dc man
nen zullen geducht blij zijn, kennis met je te
maken. Jc kunt het schip dan eens bekijken,
ofschoon er niet veel aan te zien is, weet je
Het haalt niet bij dit. Dit is een mooie boot,
LukcHoeveel knn zij loopen
„Zij loopt twintig mijl."
„Ja, daar ziet zij naar uit. Wel, kun je nu
meegaan
Lukc schudde zijn hoofd.
„Neen," antwoordde hij bijna barsch, „ik
kan het schip niet Verlaten."
„Wat! Niet meegaan om dc „Kittiwake" te
zien
Fitz keek teleurgesteld. Hij scheen zich niet
te kunnen voorstellen, dal iemand zonder mui-
murceren, de gelegenheid om dc „Kittiwake"
te zien, kon laten voorbijgaan.
„Neen, ik vrees van niet. Wij hebben ook
onze discipline weet je. Wij moeten op onzen
tijd passen. Om twee uur gaan we weg.
Fitz drong cr niet verder op aan. Van zijn
jeugd af was hij met discipline grootgebracht
bovendien was hij knap op eenvoudige ma
nier cn hij had ontdekt, dat het voor Luke geen
pleizier, maar een verdriet zou zijn, om te ko
men aan boord van een schip, waar de witte
vlag wapperde.
„Kan ik aan boord blijven om met je to
lunchen vroeg hij ongedwongen. „De hemel
mag weten, wanneer wij elkaar weer tegen het
lijf zullen loopen. Het was louter toeval. Wij
zijn gisteravond pas binnengeloopen. Juist was
ik aan land gegaan om te rapportceren, toen
wij de „Croonah" zagen binnenkomen. Daar
om", hij hield even op trok zijn mantel
dicht „bon ik in groot tenue Wij gaan re»
gelrecht naar huis."
„Blijf vooral", zeide Lukc.
Fitz knikte.
„Ik geloof," voegde hij or bij, „dat ik mrs.
Ingham-Boker mijn opwachting moet maken?"
Luke's gelaat verhelderde plotseling. Fitz
had klaarblijkelijk vergeten, dat Agatha er ook
was.
„Ik zal hen vr«gen, met ons to lunclicn, in
mijn hut", zeide hij.
En nu verlieten zij de brug.
Naar gewonen gang van zaken werd Fitz
aan de Ingham-Bakers voorgesteld cn Agatha
was allerbeminnelijkst. Fitz keek veel naur
haar. Eenvoudig, omdat zij het hem liet doen.
Al haar conversatie, cn ook haar mooie oogen
werden op hem gericht. Hij luisterde, cn als
het noodig was, lachte hij met zijn vroolijkcn
klinkenden lach. Hoe kon zij weten, dat hij al
dien tijd vergelijkingen maakte. Zoodra Luke's
oelaat bewolkt werd veegde zij de opkomende
duisternis weg door hem te betrekken in haar
gesprek met Fitz, waardoor hij op de een ol
andere wijze nader en Fitz meer op een af
stand werd gebracht.
Plotseling, toen zij hoorde, dat Frtz binneh
een week in Engeland hoopte tc zijn, mengde
mrs. Inghnm-Bnkor zich in het gesprek.
„Ik vrees," zeidc zij,, dat gc onze lieve mrs.
Harrington lastiger dan ooit zult vinden om
mee om tc gaan. Inderdaad hi, hiik
ben bijna geneigd u tc raden, het niet te pro
bceren. Maar ik vermoed, dat ge niet veel in
Londen zult zijn
Fitz keek haar aan met heldere, scherpo
blauwe .oogen.
„Ik denk, daar ecnigen tijd te zijn," ant
woordde hij. „En ik hoop dan bij mrs. Har-
rington te logeeren.
Mrs. Ingham-Bakcr keek naar Agatha ei\
keerde toen, ietwat haastig, terug tot haar ga
lantine de veau. Agatha trommelde met haar
vingers op tafel.
HOOFDSTUK XII.
Een geschuifel.
De „Croonah" voer om Europa Point. Het
weer was mooi, en de verstandige oude kapi
tein dio de pols van de groote kajuit met
onfeilbare zekerheid voelde vond het oogen
bliek gekomen om voor den volgenden avond
een bal aon te kondigen. Dit wos een daad,
die van veel wereldkennis getuigde. Nog had
den de passagiers de lucht van Europa in hun
'ongen, de energie van Europa in hun lede
maten. Niets brengt een schip vol menschen
zoo krachtdadig tot elkaar dan oen bal. Niets
neemt zoozeer de gedachten in beslag en
geeft zooveel bezigheid aan die vrouwelijke
geest, die onders hopeloos onheil zou stichten.
Bovendien waren zij nu vijf dagen op zee ge
weest. en de kopitein wist, dat meer dan een
talentvol meisje, in luiheid neergezeten op het
dek, zich verdiepte in vage voorspellingen met
betrekking tot dc vouwen en kreukels in haar
japonnen, wreed weggeborgen in het ruim.
(Wordt vervolgd)