Schelpen
KAMPERMAN'S
RIJWIELEN
MAISON VAN EIMEREN
S. H. MASSA havik 4i
Eerste Amersfoorlsche Stoompersinr.
„Quick"
A. N. HINDRIKS
Handel in Bouwmaterialen
steeds verkrijgbaar.
Berijdt
Agent: Raleigh en Simplex
Tel. 132 - Kamp 4
„Permanent Waving"
HUMOR UIT HET BUITENLAND
B
Verkrijgbaar i. d. bekende Slijterij id
Gedistilleerd Wijnen en Likeuren.
PRIMA BOERENMEISJES,
BOERENJONGENS.
ADVOCAAT
VOORBURGH.
MASSA's „SCHILLETJE" enz.
alsmede de bekende Oude Genever
merk „Ouwe Duijs"
a £<00 p JLiterkrnik.
TELEFOON 292.
HET ZEER KOUDE WEER
1928 WELLICHT HET KOUDST SINDS
TWINTIG JAAR
EEN WEERKUNDIGE
BESCHOUWING
De weerkundige medewerker van het Vad.
schrijft
Het gure weer van den laatsten tijd, dat in
zijn soort niet ongewoon is voor den tijd van
het jaar, heerscht echter met een hevigheid,
die een uitzondering vormt, m. a. w. de tem
peratuur is er dicht oan too het record van
een groot aantal der laatste jaren te slaan. Het
is sedert 1910 slechts tweemaal gebeurd, dot
in dezen tijd de gemiddelde temperatuur van
een etmaal beneden 10 graden Celsius of 50
graden Fahrenheit is gebleven. Dat is gebeurd
den 25sten Mei 1914 en den 24sten Mei 1923.
Dit laatstgenoemde jaar bracht een zeer kou
den voorzomer, maar om dezen tijd was het
toen toch niet zoo koud als het de laatste dagen
geweest is. Het zal don ook wel blijken, dat
1920 onder alle koude jaren der laatste twintig
het koudste is. Een volledige vergelijking van
1928 met vorige jaren zal echter pas mogelijk
zijn als de thans heerschende gure periode
voorbij is.
Het is merkwaardig, en hot stemt ons bijna
tot weemoed, als wij de tegenwoordige koude
vergelijken met het soort weer, dat de tweede
helft der maand Mei kan brengen en ook in
vele jaren brengt. Vergelijken wij daartoe de
gemiddelde dagtemperaturen van de week 19
tot 25 Mei gedurende de jaren 1911 tot nu,
dan komen zeer sprekende cijfers voor den
■dag. De warmsto week kwam voor in 1922 met
21 gr. 3 C., maar het volgende jaar had dezelf
de week een gemiddelde temperatuur van 10
igT. 8 C., was dus ruim tien graden kouder.
Zij sloeg trouwens het record, dot tevoren met
T3 gr. 2 op 1911 stond. Het is ock merkwaar
dig, dat in al de jaren tusschen 1911 en 1923,
die week gemiddeld niet kouder is geweest dan
15 graden, terwijl de daarop volgende jaren
1923, 1926 en 1927 en nu nog 1928 in de
zelfde week telkens zulk koud weer brachten,
alsof sedert dien tijd de temperatuur, voor de
zen tijd van het jaar althans, dalende is.
Maar juist in dezen tijd schijnen de tempe-
raluur-mogelijkheden tusschen zeer ruime
grenzen te liggen. Dit wordt zeer duidelijk aan
getoond door het feit, dat in 1922 de gemid
delde temperatuur den 20en Mei 12 gr. 8 C
bedroeg cn dat zij twee dagen later niet min
der was dan 28 gr. 6 C d. i. dus een stijging
van 16 graden in twee dagen. De terugkeer lot
koeler weer duurde iets langer. Een echte hit-
te-golf dus I Ook 2ijn verschillen tusschen de
hoogste temperatuur en dc laagste binnen den
tijd van enkele dagen van meer dan twintig
graden niet zeldzaam. De jaren 1914 met 21.2
gr., 1918 met 20.1 gr., 1919 met 20.8 gr., 1821
met 24.1 gr., 1922 met 25.2 gr. en 1926 met
22.9 gr. zijn daarvan mooie voorbeelden. Den
22stcn Mei 1922 steeg dc thermometer over
dag tot 32.7 gr. (91 gr. F.) en in den nacht
van 19 Mei 1926 daalde hij tot —1.2 gT. C.,
zoodot de uiterlijke grenzen niet minder dan
bijna 34 graden uiteen liggen.
Al deze getallen toonen duidelijk genoeg nar»,
dat het om dezen tijd van het joar heel koud,
maar ook heel warm kan zijn. Het laatste kun
nen wij ons bijna niet voorstellen en het zou
bijna niet te gelooven zijn, als de cijfers het
niet bewezen.
Een meteorologische verklaring van de mo
gelijkheid van zulke groote verschillen is niet
moeilijk te geven. Immers gaat her zeer kou
de weer in Mei altijd en ook thans sa
men met een voortdurenden Noordenwind, die
massa's koude lucht uit het hooge Noorden
aanvoert, waar de winter nog nauwelijks voor
bij is. Daarentegen wordt dc gTOOte warmte
in dezen tijd veroorzaakt door het verschijnsel
dat in den laatsten tijd „hittegolf" wordt ge
noemd, waaronder men eigenlijk moet ver
staan een aanvoer van warme lucht uit equa
toriale streken met hun altijd durenden zomer.
In het laatste geval schijnen echter ook secun
daire invloeden in het spel te zijn, die de
„warmte-golf" versterken. In elk geval gaat
de koude gepaard met betrokken lucht en zeer
lage temperaturen in de bovenlucht (met uit
wisseling van deze tegen de bodemlucht), ter
wijl tijdens dc warme dagen de bovenlucht ook
warm is en de heldere lucht sterken zonne
schijn mogelijk maakt. Het is dus duidelijk,
dat in beide gevallen excessieve temperatuur-
toestanden ontstaan, die de maand Mei zoo
wel berucht als beroemd hebben gemaakt.
NIEUWE UITGAVEN
Dc gekantelde karos, door
J. P. Valkemo Blauw.
Uitg. \V. L. en J. Brusse's
Uitg.-Mij., Rotterdam.
Philippe Armand vicomte dc Cordogne, de
zoon van een arm landedelman, ontvlucht de
voorvaderlijke woning, daar hij zeer tegen zijn
zin geestelijke moet worden. In een herberg
ontmoet hij twee boeven, die plannen maken
voor een bcrooving. Den volgenden dag ziet
hij hen een gat in den weg maken, waarover zij
eenige dunne plankjes leggen. Een naderende
karos raakt met de wielen in het gat en kan
telt De reizigers, een oude heer en een jonge
dame, verzetten zich tegen de roovers, maar
zonder tusschenkomst von Philippe zouden zij
het onderspit hebben gedolven. Dc hesr d'Autré-
mont en zijn kleindochter Agnes zijn buiten
gewoon dankbaar en nemen hem mede naar
Soissons. Hij raakt verzeild bij een rondreizend
tooneelgezclschap en daarna komt hij op een
schip, dat blijkt te zijn van den beruchten zee
robver Bidoux. Philippe zal de schatten van
Bidoux moeten inventoriseeren en daarna gaat
hij mee op rooftochten. Zijn avontuurlijke ont
vluchting van het zecrooverschip en zijn ge
vangenschap eerst op een Fransch oorlogs
schip cn dan in Frankrijk zijn echt beschreven.
In dc gevangenis vindt hij ook den heer
d'Autrémont cn Agnes en dank zij een oude
vriendschap van den directeur weet hij vrij te
komen, echter slechts met de gedachte Agnes
en hoar grootvader te bevrijden. Ho° hij dat
doet wordt beschreven op een wijze, voor jon
gens om van te smullen.
Voor de jeugd, die tegenwoordig overladen
wordt met kampeerverhalen, is dit weer eens
Ccht een boek vol avontuur, sterk romantisch
getint. Geen wonder als zoo'n verhaal \'cr-
slonden wordt, want het is heusch moeilijk een
maal met de lezing begonnen, er mee op te
houden.
Ank Vermaes, door Annie
Heyermans— Jurgens.
Uitg. v. Holkema cn Waren-
dorf's Uitg.-Mij., 'Amster
dam.
Ank Vermacs is een gezellig rond type, dat
overal voor dc note gaie weet te zorgen. Wel
schudden Mama cn Papa eens het hoofd als
Ank zoo alle conventie met voeten treedt, maar
toch verheugen zij zich in het gezond open
karakter hunner dochter. Op school hebben do
leeraressen natuurlijk nog al wat met hoar te
stellen, maar gelukkig zijn dot ook niet alle
maal oude pruiken, zoodot haar ongebonden
heid niet tot al te groote verwikkelingen leidt.
Met haar vriendinnen Mop en Puck weet zc den
vroolijken kant van het jonge meisjesleven goed
tc genieten en het toppunt wordt bereikt als ze
bij Nunspeet gaat kampeeren.
Op losse wijze heeft de schrijfster Ank Ver-
maes geschetst en haar tot zulk een frisch per
soontje gemaakt, dat we mee genieten van haar
grappige invallen. Oudere meisjes zullen dan
ook ongetwijfeld met het grootste genot dit
verhaal lezen.
Chariot, een tikje zot, door
W. Speyer.
Uitg. Em. Querido's Uitg.-
Mij., Amsterdam.
Chariot Verlok is zeer modern. Kort ge
trouwd, toen gescheiden en daarna een leven
van plezieren. Haar grootste genoegen is met
duizelingwekkende snelheid auto te rijden. Als
ze hoort dat haar man failliet is, voelt ze zich
weer tot hem aangetrokken en zal weer met hem
trouwen. Zij is nog wat wachtende: een erfe
nisje van Ty. millioen dollars, maar kan haar
rechten pas laten gelden op 25-jarigen leef
tijd. Hoe zij nu haar rechten weet te loten gel
den wordt vaak op vermakelijke wijze in dit
verhaal verteld en daaruit blijkt wel dat Char
iot nog lang niet heelcmaal zot is. Dan gaat
ze op zoek naar Justus, die geheel niet aan
lager wal was, maar dit zelf had uitgestrooid
om Chariot weer te winnen. Natuurlijk worden
ze de twee gelukkigste menschcn.
Een verhaal waarin het oan grappige situa
ties niet ontbreekt cn waartegen men al leer, d?
bedenking kan opperen dot wel eens ccn tikje
te sterk gechargeerd wordt. Als type is Chariot
don ook moeilijk tc aanvaarden maar zo is in
vele opzichten een vermakelijk type, zoodat
haar doen en laten met graagte gelezen wordt
en men in weerwil der overdrijving met groote
voldoening tot het einde volhoudt.
Licht.
Uitg. W. dc Haan, Utrecht
Inhoud van efl. P No. 86: Steenkool;
Vliegcnbcstrijding; Lichaamstemperatuur en
koorts; Theatcrbouw. door Daan Jansen; Van
Kopenhagen naar Parijs per fiets met een tent
door Thure Hastrup.
De nooit geledigde beker, door
Iwan Sjraeljow.
Uitg. „Dc Spiegel", Amstcr-
dam
Ilja was dc eenige zoon van den lijfeigene
Teresjka, een schilder die zijn vak goed ver
stond. Levende in Lijfeigenschap leerde ook
Ilja schilderen cn donk zij milde bepalingen
mocht hij in dc groote school gaan werken,
vanwaar hij als een kunstenaar terugkwam. Hij
keerde terug in lijfeigenschap, verlangde de
vrijheid niet en kende slechts één geluk: dat
van zijn kunst. En al zijn krachten gaf hij daar
aan, de icono van zijn hand was een meester
werk, dot alom bewondering verwierf. Toen hij
stierf leefde nog in hem de liefde voor zijn
kunst,waarvoor hij alles offerde. Geheel zijn
wezen bloeide op in de idealen, waarin hij de
volkomenheid zijner ziel wist to leggen, het
lc-vendc- ik van van den groot voelenden Rus.
En dot ons tc doen voelen, is zeker het voor
treffelijke van deze door fijne teerheid uit
muntende vertelling.
Jeugd en Beroep.
Uitg. J. Muusses, Purmercnd
De ons toegezonden afl. 5 van „Jeugd en
Beroep" bevat o.a. een artikel van den redac
teur E. J. van Det over Amerika, „de Baker
mat der Voorlichting bij Beroepskeuze", waarin
de stichting van het eerste Vocational Gui
dance Bureau in Boston behandeld werd en
een karakteristiek wordt gegeven van de
voorlichting bij beroepskeuze in Amerika. Ida
Heijermans zet haar beschouwingen voort over
„Het meisje en haar Beroepsvorming" en criti-
seert de houding van het bestuur der Vereeni-
ging tot bevordering van het Nijverheidsonder
wijs voor Meisjes. Jac. Bakker vervolgt zijn
artikel over „Dc Kantoorbediende in het Be
drijfsleven", waarbij hij komt tot een uiteen
zetting van de speciale talenten, waardoor de
goede kantoorbediende zich onderscheidt Dr
Berinsohn schrijft over „Welke gevaren be
dreigen dc Jeugd op physiek gebied bij de
keuze van een beroep". P. Voogd geeft het
vervolg- van zijn artikel „Een interessant onder
zoek". Hij behandelt nu de gevoelens, waar
mede de jongens, die als leerling in een ge
schoold beroep werkzaam zijn, worden bezield
cn de tegenstelling daarvan met de jeugdige
arbeiders in ongeschoolde beroepen. P. de
Boer behandelt „De Arbcidsgeschiktheid van
Zwakzinnigen. Hij bespreekt in dit van illustra
ties voorziene artikel het werk van zwakzinni
gen van den ergstcn gToad en wijst nauwkeu
rig aan in hoeverre zij nog productief werk
zaam kunnen zijn. Anna Polak schrijft in een
aitikel „Grensgevallen" over dc beroepskeuzen
en arbeidsmogelijkheden voor vrouwen van ge-
vestigden leeftijd, die door bijzondere oorzaken
weder arbeid gaan verrichten. Het slot van de
aflevering bevat een „Maandoverzicht", waarin
het onderwijs voor ongeschoolde jeugdige ar
beiders in Duitschland wordt besproken.
Nederlandsch Guyana, door
G. J. Staal.
Uitg. Uitg.-Mij. Groot-Ne
derland, 'Amsterdam.
De schrijver, de bekende oud-gouverneur van
Suriname, wil met zijn werk een kort begrip
geven van Suriname, teneinde de belangstelling
voor deze kolonie te wekken. Wel is er in den
loop der tjjden tamelijk veel over Suriname ge
schreven, aan bronnen van kennis ontbreekt het
feitelijk niet, maar zij liggen verspreid op het
studieveld en moeten door wcetgierigen opge
spoord worden, hetgeen voor popularisatie niet
bevorderlijk is.
Wc mogen deze poging tot popularisatie
zeker toejuichen. Want dc zeer bevoegde schrij
ver heeft zijn taak niet gemakkelijk opgevat,
maar er naar gestreefd een zoo volkomen mo
gelijk beeld te geven van deze kolonie. Hij
laat ons Suriname zien zooals het is gewor
den en zooals het thans is, bespreekt de ver
schillende bedrijven, de geestelijke en lichame
lijke verzorging der bewoners en de somenstel
ling der bevolking.
De vele goede illustraties verhoogen in niet
geringe mate dc aantrekkelijkheid van dit boek.
Het Chennay Syndicaat, door
Phillips E. Oppenheim.
Uitg. A. W. Bruno en Zn.'s
Uitg.-Mij., Utrecht.
Gilbert Channay heeft met eenige vrienden
een speculatie op touw gezet, welke veel succes
belooft. Do vrienden zijn echter afgunstig op
Channay cn om alles machtig te worden be
schuldigen zij hem van het onderteekenen eener
valsche balans. Tijdens zijn gevangenschap
hopen zij dan de bezittingen van het syndicaat
onderling te vcrdeelcn. Channay moet werke
lijk de gevangenis in, maar nu blijkt dat de
aandeelen staan op Gilbert's naam, zoodat dc
deelgenooten er vreemd van blijven. Dc ge
schiedenis begint nu als Channay uit de ge
vangenis komt met het voornemen zich op zijn
vroegere vrienden te wreken. Hoe hij dat doet
vertelt Oppenheim op buitengewoon interes
sante wijze, waardoor dit verhaal ontspan
ningslectuur van dc beste soort is geworden.
Voor stoppage, reparatie of
keeren van Uw costuum
Stationsstraat 16b - Tel. 344
Groote Koppel 11 - Tel. 1135
Wijersstraat 14 Tel, 205.
Ter kennismaking onzer uitbreiding
„Da mes Salon" presenteeren wij
a f 20.--
Dame, tot lacüooper. dien ze opdracht heeft gegeven om slakken
De hongerkunstenaar op den eer- ui; fon tain te balen „En hoeveel heb Je er si 1"
sten (links) en op den laatsten dag Landlooper„Eén, tnaar twee of drie anderen zfln maar net
van zijn vasten. 0p nippertje ontsnapt", (Humoxl«l)
Mevrouw Jones; „Ik wou dat m'n man wat meer hersens hads^
bjj beeft ait(Jd ongelijk".
Mevroow Brown „Ik wou dat de mjjne er wat minder hjii
hjj heeft &HQd gelijk", [(London Opinion)
Schoenwinkelier„Ik heb een kleine wraak genomen op de
dame die daar juist weggaat,"
Klant„Hoezoo
Schoen win keiler„Ze in telefoniste cn nu heb ik haar een* een
verkeerd na romer gegeven". (Passing Snoir)
Taalrijkdom.
„Bdua houdt et vanavond het leven maar na."
„Ja, dat meisje zal nog eens m'n dood zijn."
Dienstbode,,0, merroaw, het ie zoo vreeeehjk. meneer heeft
nicb gebeten. Hij fc op den stoel gaan Mtten waar 2'? gebit
{Uièj, op isg r. (Passing SbcwJ
Medelijdend tweelingbroertje:
- Au, pa, wal doe je me pijn!
r J3e Tvehf hrt ïfi'ooWe uitzfeht nog niet gehad. Over eeif ëogêifr!
blikje je wao,en in een, andere .wereld te zijn"
(Passing ShowA