Cement.
B. NIEWEG
BINNENLAND.
Port Sherry
DE GRIJZE DAME
TWEEDE BLAD
AMEDSFGMBie DAGolA©
Zaterdag 2 Juni 1928
UIT DE STAATSCOURANT
DE OLYMPISCHE SPELEN
p. f.esch p. glas.
HOTEL DE WITTE
N.V. COMPAGN3E LYONNAISE
Mooie collectie voile japonnen.
A. N. HINDRIKS
Groote Koppel 11 - Tel. 1135
Kandel in Bouwmaterialen
„Ivory" Empire Serviezen
Elk onderdeel is los verkrijgbaar
Wie moet adverteeren
Blijft 'n „KEITJE" begeeren.
POLITIE-AGENTEN IN DE
BEKLAAGDENBANK
FEUILLETON.
26e JAARGANG -DE EEMLANDER" j No. 2S4
Benoemd tot gewoon hoogleeraar aan d«
Rijksuniversiteit te Utrecht in de facultei»
der Wis- en Natuurkunde voor onderwijs ii.
de synthetische en analystische beschrijven
de en differenfiaal-meetkunde Dr. J. A. Bai
rau, in de gelijtijdige toekenning van eer
vol ontslag als hoogleeraar aan de Rijk>
universiteit te Groningen. Benoemd tot rid
der in de Oranje Nassau-ordc H. Smeets, be
Jastingontvang. r te Venray.
Op verzoek eervol ont lagen met inganv-
van 1 Juli a.s. de Luit. ter Zee le klasse J
J. Logger.
Benoemd bij het hoofdbestuur der Postc
rijen en Telegrafie te rekenen van 1 Januari
1928: tot administrateur H. J. Claasen en J
H. Eheler thans referendaris; tot referenda
ris L. D. Dekker thans hoofdcommies.
Benoemd tot commissaris van Politie tr
Leiden R. J. Meijer, thans hoofdinspecteur
van Politie te Utrecht
Op verzoek eervol ontheven van zijn plaat
sing bij Regiment Jagers de Eerste-Luite
nant K. C. Reeser en is hij ingedeeld bij het
22ste Regiment Infanterie.
Eervol ontslagen Reserve Tweede-Lui te
nant D. J. Bal van het 3de Regiment Infan
terie.
Toegekend de bronzen eere-medaille dei
Oronje-Nassau orde aan O. Wallenburg tuin
knecht op Huize Houdringc te de Bildt
VACANTIEKOLON1ES.
Het 10de huis van het Centraal
Genootschap.
Het Centraal Genootschap voor Kinderher-
Btellings- en Vacantiekolonies, waarvan zich
de bemoeiingen op ongelooflijk snelle wijze
uitbreiden, heeft dezer dagen een bestaand
huis te Ellecom aangekocht en daardoor hel
getal van haar koloniehuizen op 10 gebracht.
Bijna alle reeds onder het beheer van het
Genootschap staande koloniehuizen zijn nage
noeg den geheelen winter geopend geweest.
Het aantal verpleegdagcn, dat in 1924
148.640 bedroeg, steeg in 1925 tot 170.314,
in 1926 tot 204.496, in 1927 tot 243 064.
In het tijdvak van 1 Januari tot 30 April van
dit jaar bedroeg fcet aantal verplcegdagen
64.800, dat is wederom 13.535 meer dan in
hetzelfde tijdvak van 1927. De groei houdt dus
oan en het Genootschap heeft tot plicht voor
verplegingsruimte te zorgen.
Op 9 Juni a.s. kunnen reeds 56 zwakke kin
deren het nieuwe koloniehuis „Veluwezoom"
te Ellecom betrekken 3 kolonies van 5 weken
kunnen dezen zomer geplaatst worden en zijn
reeds volledig besproken. Dan moet het huis
gesloten worden om te worden verbouwd en
uitgebreid als een aan de eischen voldoend
kolonichuis voor ongeveer 100 kinderen. Voor
den aankoop, den verbouw en de inrichting is
ongetwijfeld een som van 100,000 noodig;
tot nog toe beschikt het hoofdbestuur echter
slechts over 35,000.
DE RUKSWATERSTAAT.
De hoofd'ngenieur-directeur van den Rijks
waterstaat in de diicctie Limburg te Maas
tricht, ir. F. Baucke, is sedert 1 Mei jl. m
gelijke functie overgeplaatst naar de d rectie
Gelderkind en Overijsel, te Arnhem In zijn
■plaats te Maastricht is met ingang van 1 Aug
benoemd de hoofdingenieur-directeur van don
Rijkswaterstaat in de directie Groote Rivie
ren ir. A. A. H. W König, te Den Haag.
gymnasium TTEU
Ter voorziening in de vacature van rector
van het gymnasium tc Trel worden voorge
dragen 1. dr. S. J. Wartena. te Leeuwarden
2 dr W. J. W Koster, leeraor aan het Stede
lijk Gymnasium to Rotterdam.
EEN RECEPTIE IN HET PALEIS
OP DEN DAM
Naar wij vernemen is H. M. dc Koningin
voornemens om, na terugkeer van Haar bui-
tonlandsche reis, in verband met de Olympi
sche Spelen een diner en een avondreceptie te
geven in het Paleis te Amsterdam.
DE VERDUISTERING IN INDIË VAN
PLM. 2 TON.
De Leidschc aanhouding
Naar aanleiding van in de pers verschenen
berichten als zou de een gen tijd geleden te
Leiden gearresteerde administrateur een er
handelsonderneming te Kotto-Radja, de heci
N. de Br., voorloop'g in vrirheid zijn gesteld,
kan het Ned Corr Bur. mededeelen. dat deze
zaak nog in een geheel ander stadium ver
keert.
Nadat als raadsman van don verdachte was
opgetreden mr. J. Weyl te 's-Gravcnhngt,
heeft deze allereerst de opvatt'ng van het
parket bestreden, dat de heer De Br onmid
dellijk naar Indië zou moeten worden getrans
porteerd Een bespreking van den raadsman
met den Minister van Justitie had tot resultaat
dat aan gemeld voornemen van het parket
geen gevolg werd gegeven
Daarna wendde mr. Weyl zich met een uit
voerig telegram tot den Raad van Justitie te
Meden, ten einde de opvatting van dit college
over deze quaest'e te vernemen
Naar aanleiding hiervan heeft dc procureur-
generaal bij het Haagsch Gerechtshof bericht
ontvangen, dat er bij genoemden Raad geen
bezweer bestaat, dat de heer De Br. voorloo-
pig op vrije voeten wordt gesteld
Alvorens evenwel daartoe over te gaan heeft
de procureur-generaal eerst weder via de In
dische Regeering bevestig'ng gevraagd van
het bij hem ingekomen telegram.
Dit verzoek om bevestiging is reeds ruim
een weck geleden telegrafisch verzonden, maai
hierop is nog steeds geen antwoord ontvan
gen, zoodat de heer De Br zich op het
ocg^nblik nog in voorloopigc hechtenis be
vindt.
Het voornemen bestaat, om den heer De Br.,
wanneer het verwachte antwoord is ingekomen,
tegen het stellen van een cautie en tegen el-
gifte van zijn paspoort op vrije voeten te
stellen.
K. SCHÜTT f.
Luit.-gen. b d. Ind. leger.
In den ouderdom van 65 jaar is tc 's-Gra-
venhage overleden de heei K E. Schütt, lui
tenant-generaal b. d van het O I. leger. De
heer Schütt werd in 1884 benoemd tot 2e lui
tenant der Inf. van het Oost-Indtschp ieget
In 1894 werd hij gedetacheerd bij de Hoo-
gcre Krijgsschool voor het volgen der krijgs
kunde studiën. Achtereenvolgens werd de
thans ontslapene in 1897 kapitein (als zoo
danig vertrok hij in 1898 weer naar Indic),
in 1905 majoor en in 1909 luitenant-kolonel,
tn welk jaar hij werd benoemd tot militaii
commandant van Palembang Na in 1910 te
zijn benoemd tof mil'tair commandant van
Celebes en Menado. volgde in 1912 zijn be
vordering tot kolonel, in welken rang de beer
Schütt commandant was van verschillende mi
litaire ofdeelingen In 1916 werd de thans
overledene benoemd tot gencraal-majoor,
waarna hij op 2 April 1919 op zijn verzoek,
onder dankbetu'ging voor de aan den lande
bewezen diensten, onder toekenning van pen-
s'oen en onder toekenning van don tit uk» ren
rang van luitenant-generaal, eervol uit den
mi'itaren dienst werd ontslagen.
De thans ontslapene was ridder 4e klasse
in de milifa're Willemsorde, ridder in het
Leg'oen van Eer en gerechtigd tot het dragen
van de gesp Zuid-Cclebes 1905—1908 en de
gesp Djambi 1901—1904.
RECLAMES.
v»n t- 4 reeels 1 4 On elke regel moer f !.-
Verkrijgbaar b'd. Agent
(Afdeeüng Wijnhandel)
Tel. 22.
Ulrech'scVieweg 10 Tel 179 •!- Amersfoort
voorbeen LangestraaL
L. BERGSTRAAT 13. TEL. 462
Oud Engelsch model
Tafelservies
65 dcclig
i 55.--
Ontbijtscrvies
10 deelig
f 11.75
Theeservies
15 deelig
f 10.20
AUTO OP EEN STOEP GEREDEN.
Gistermiddag omstreeks twee uur is op de
Plantuge te Leiden een auto op den stoep van
de woning van Dr. P gereden De 12-jarige
Z, die op den stoep stond «werd aangereden
Hij werd m de woning van Dr. P. binnenge
dragen en bleek daar een beenbreuk, een ern
stige hoofdwonde en inwend'ge kneuzingen te
hebben bekomen. Na door Dr P. verbonden
te zijn is de knaap naar het Diaconessenhuis
overgebracht.
NEDERLANDSCH LEGERMUSEUM.
Dezer dagen is opgericht de st:chting Nc-
dcrlendsch Leger Museum, waarvan het doel
is het verkrijgen en bewaren van uniformen,
strijdmiddelen en andere voorwerpt* i, bedek
king hebbende op het Ncderland^che en het
Nederlendsch-Indische leger, welke een beeld
kunnen geven van uniformen en krijgstoerus
tingen in elk tijdvak van het bestaan de»
legers
Als bestuur van de stichting treden voor de
eeiste maal op de heeren F. A. Hoef er, gep
luit -kolonel der artillerievoorzitter en di
recteur C J. Snijders, gep generaal en oud
oppeibevelhebber van land- en zeemacht R
van Pantaloon van Eek, gep lu:t.-generaal
H. J L. C. Bax. gep. luit-colonel-maguzijn-
meester dor artillerie, onder voorz'tter, en
venwege het departement von oorlog H E
Oudendijk, kolonel der artillerie, hoofd dei
vierde afdecling en C Ringeling, referendaris,
hoofd der 8ste afd., penningmeester.
EEN STUDENT MET EEN GUMMISTOK
MISHANDELD
TWEE MAANDEN
GEVANGENISSTRAF GEEISCHT
Vooi de Vierde Kamer der Rechtbank te
Amsterdam hebben zich gister to verantwoor
den gehad twee agenten van pol'tic der ge
meente Amsterdam, resp 30 en 49 jaar oud.
De eerste, B v. d. H. geheeten. was ten
laste gelegd, dat hij in den nacht van 12 op
13 November 1.1. in of vlak bij de Ferd nand
Bolstraat verschillende molen, althans eenmaal
opzettelijk gewelddadig den student Michel A
K mei ccn gummistok heeft geslagen, waar
door deze persoon pijn heeft ondervonden.
Eenzelfde dagvaarding was uitgebracht tegen
den tweeden agent, F v d Ploeg, genaamd
Ei waren Tl getuigen h charge en 5
dcchorge gedagvaard.
Op een vraag van president mr Eekhout
on'kenden beide ogenten, dat zij K. op ge
noemd punt geslagen zouden hebben.
De eerste getuge, de 21-jar'ge student in
dt medicijnen Kdee'de mede. dat hij in den
bewustcn Zaterdagnacht, in gezelschap van
eenige vrienden op weg was n-aar zijn woning
in de 2de Jan Steenstroot Ofschoon get. met
rijn vrienden een gleosie bier en later op den
avond, een'ge glazen wijn had gedronken, was
er volgens zijn bewer'ng geen sprake van
dionkenschnn Toen hij voor de deur van zijn
woning stond, bevonden zich zijn vrienden
nan den overkant van de straat Op een ge
geven oogenblik merkte get dat dil gezel
schap aan het praten was met twee ogenten
van de rijwielbrigade. Get ging naar den
overkant om eens poolshoogte te nemen. Een
der agenten zei toen opeens„doorloop°n"
,.ïk woon op nummer zeven", zei get. toen
.Toch doorloopen I" klonk het bevel. Gel
deed d't en kwam inn het Sarpha'ipark Daai
bleef get staan, m gezelschap van zijn vrien
den en weer vroeg get. of hij naar zijn wo
ning mocht terugkeeren Een der agenten, die
inmiddels van een derden agent assistentie
hadden gekregen, duwde daarop zijn fiets
legen het lichaam van verd. en beval nog
maals „doorloopen" I Op een hoek bleef get
weer staan. Ten derde male vroeg hij aan
de agenten, d'e het troepje gevolgd waren,
of hij naar rijn woning mocht terugkeeren
Een paar flinke meppen met een gummistok
was het antwoord op die vraag Get zette
het op een loopen. steeds achtervolgd doot
de ogenten In dc Ferd'nond Bolstraat, bij de
brouwerij bleef hij uitgeput tegen een muui
staan leunen. Als ik wat gedaan heb, breng
me don op, maar sla me niet I" smeekte K
Hij zag toen plots ccn agent in burger
naar hem voorkwam de oudste der beide ver
dochten komen toeloopen en opn:euw ver
zocht get dat men hem zou opbrengen. ,J>oor-
loopen 1" klonk het „Ik kon niet 1" zei get.,
die geheel was uitgeput.
„Dat zullen we je wel leeren P was het
antwoord cn weer kreeg get een serie slagen,
die zóó ernstig aankwamen, dat hij neerviel.
Terwijl hij viel gaf de agent in burgeT hem
nog een paar slagen. Get. verloor het be
wustzijn Toen hij weer bijkwam bevond hij
z'ch in het politiebureau aan de Ferdinand
Bolstraat.
Op het Bureau aan de Stadhouderskade
heeft get Inter zijn beklag ingediend. Hij had
pijn in zijn schouder, in zijn linkerarm en
op het hoofd een bult zoo groot als ccn
kas'an je.
De heer T. P. G. Kleinbloesem, impressano.
die van de mishondel'ng in de Ferd nand BoL
straat getuige was geweest, had gezien dat
K doot eenige agenten het posthuis was bin
nengedragen, gevolgd dcor het troepje vrien
den. Fel verontwoard'gd wilde get. ook naai
b nnen gaan, dit lukte eerst niet omdat mer.
de deur voor zijn neus dichtsmeet. Even latei
kwam hij toch binnende wachtcommandant
beer hem toen de woorden toe^Je hebt
hier mets te rrvöken, als je je beklag wilt in
dienen, moet je dat aan de Stadhouderskade
doen I"
De tooneelspeler A. Hoek zeide gezien te
hebben dat de ogent in burger evenals de
vorige get. wist hij zeker dat deze de ver
dachte v. d. P. was toen K. op den grond
lag. rustig zijn pijpje rookend over het slacht*
offer heengebogen stondDc twee ogenten
op de fiets maakten toen den indruk of zij
wilden weggaanget. verzocht hen dit niet
te doen
Verd. van der P. verklaarde vervolgens dat
hij het bureau Stadhouderskade in burgeT ver
loten hod omdat er drie agenten op telefo
nisch alarm waren uitgegaan cn hij eens wil
de zien waar zij bleven.
,.Ik kon verd. nooit geslagen hebben," zei-
de hij, „want ik had niet eens een gummi
stok bij mij".
Maar de kantoorbediende J. E van Ligten,
die vervolgens gehoord werd, zeide duidelijk
gezien te hebben dot v d. P. een gummistok
van een collego geleend hod en daarna het
slachtoffer nog geslagen had, nadot dp op
den grond lag I De herrie was in de 2de Jan
Stcenstreot ontstoon, zeide hij, toen twee rij
wielagenten op het troepje waren afgekomen
met de vraag of zij ook iets afwirien van een
gebroken ruit in die straat Een der vrienden
had toen geantwoord da*, hij daar wel iets
van wist, maar dot het geval ven tien jaren
terug dagteekende f
President (tot verd v. d. P.)„U blijft maa*
ontkennen, hoewel er toch geen complot tegen
U gesmeed kan zijn. Ik begrijp U houd ng
niet 1"
Dc student G J. Polak, vertelde dat hij ge
zien had dat behalve de agent v. d. P ook do
iweede verdachte, de agent v d H., die zich
later tc voet bij de rijwielngentcn oangeslo*
ten had, zijn vriend K in de Ferd. Bolstraat
geslagen had Get zeide voo»ts nog, op vra
gen von mr. J de Vrieze, den raadsman van
verdachten, dot het gezelschap niet recalci
trant was geweestz.i. was er bij de agenten
sprake van machtswellust.
Verd. v. d. H deelde hierop mede dot er
aan het bureau Stadhouderskade telefonisch
bericht was ingekomen, dat er tn de 2e Jan
Steenstraat een ruit van een perceel was in
gegooid, vermoedelijk door studenten. Twee
collega's van verd trokken ct met de fiets op
uit, verd volgde te voet Volgens verd had
het troepje h\ de Jan Steenstroot zich on
behoorlijk gedragen De president wees verd.
er op dnt hij thnns anders verklaarde dan hij
voor den inspecteur had gedaan. „U hebt,"
aldus de pres'dent, „met z'n drieën plotselmg
een gummislok getrokken cn er op losgesla
gen dot is geen houding van agenten".
Verd v. d. H. gaf toe, in het Sarphatipork
op het troepje te hebben ingeslagen hij bleef
echter volhouden in de Ferdinand Bolstraat
den student K. niet te hebben geslagen. Ook
zijn collega v. d P had dat niet gedaan, rei
de hij Dat hij vroeger het tegenovergestelde
verklaard had, berustte op een vergissing, al
dus deze verdachte.
De inspecteur van politie H Voordenwind
zeide dat hij get. Polak geconfronteerd had
met ongeveer acht agenten. Zonder aarzelen
heeft P. toen den agent v. d H. aangewezen
als den man, die den student K. ook gesla
gen had
Pres'dent (tot verdachten)„Zijn jullie ge
schorst Verdachten„Neen, Edelacht
bare I"
De brigadier van politie M. v. d. Molen
verklaarde dot, toen het slachtoffer zich in
het posthuis bevond eenige burgers „tierende
en eischende" binnen waren gekomen. Get.
was toen kwaad geworden.
President„Die menschen waren terecht
verontwaard'gd, U had Uw oordeel zoolang
voor U moeten houden I"
Getuige Schellevis zeide dot. toen zich een
dokter oan het posthuis meldde, een der
agenten zei„Daar heb ik niets mee te ma
ken
De president„Dat vind ik een schande,
ik zeg dat ven deze plaats, de politie kan
zich dat aantrekken I"
De inspecteur van pol'tie Ebbenhout zeide,
op vragen van mr J. de Vrieze. dat het ge
woonte is dot de politie meermalen sommeert
alvorens de gummistok te trekken. Wat verd.
v d. P. betreft, het was get. bekend dot er
over dezen agent meermalen klachten wegens
te hardhandig optreden waren binnengekomen.
Het. O. M mr Reilingh, merkt op dat al
leen was ten laste gelegd mshandcling van
K. in of bij de Ferd. Bolstraot.
Spr wilde het ergste aannemen, n.l. dot de
studenten luidruchtig zijn geweest. In geen
Wat buigt, breekt niet.
Uit het Engelsch van
HENRY SETON MERRIMAN.
40
„Dat de stoomboot, door het geven van wap
perende s'gnelen, er met je over praatte?"
„Ja r
„En dat, toen je er in was, je precies wist
op welk punt je er in was, en waar de kortste
weg was om er uit tekomcn,buitcn den dwar
relwind en achter de aslijn, zoodot je er niet
weer in kon geraken
Ja. U is een volmaakt Fiizroy".
Carr kn:poogde vroolijk.
„En dot alles weet men met zekerheid
„Zoo zeker als dc „dood", antwoorde Luke.
„Het is een wetenschap".
Can legde zijn mes en vork neer.
„Veronderstel", zeide hij, „dat de volgende
cycloon veertig schepen naar de eeuw'gheid
stuurt, en dat ik een verzekering van vijfhon
derd of duizend op elk daarvan heb Ik zal
eens een studie maken von die jol'ge oude cy-
cloontjes. Het zal gemakkelijk genoeg zijn, te
weten wanneer zij op komst zijn. Als er een
Sn aantocht is, zorg ik een verzekering te heb
ben op elk schip dot tusschen Colombo en Pe-
nang op zee is begrijp je Hier aan de kust
zet fk dan een man om op het weer acht te
geven. Is er een cycloon in de golf van Ben
galen, dan heeft hij mij slechts een enkel
woord te seinen „Milksop" of „Spongecoke" of
iets dergelijks dat zacht en onschuldig klinkt.
Ik zorg dan wel voor de rest, baasje"
Luke deed alsof al zijn aandacht bij het eten
was. Doch in hem leefde sterk het verlangen
om geld te maken welhaast was het een
hartstocht, want geld beteekende Agatha, en
Agotho was de eenige, alles in zich opslorpen
de begeeite van zijn hort. Agatha had gestaan
cp den achtergrond van het gevecht, dat hij
dien nacht tegen den dood had gev.oeid. Agu-
tha was achter Carr's woorden. De gedachte
aan haar bracht hem in verzoeking onder het
redeneeien van dezen man.
„Maar wat wilt ge verzekeren vroeg hii.
„Voordeel" hernam Can flu'stercrd „Dot
wordt dagelijks gedaan polisbewijs von be-
long."
„Wat is poÜsbevrijs van belang?"
„Het beteêkent, dat ze je verzekering geldig
verklaren, of je iets aan boord van het schip
hebt of niet. Wettig is het niet, maai dot weten
ze, als zij de pol's onderteekenen, en ze weten
ook, dat ze geruïneerd zouden zijn, als ze wei
gerden een „eere-polis" te betalen Ik zeg u
immers, dat ze geen verstond van zaken heb
ben en onderlinge gemeenschap bestaat tus
schen hen niet De een wantrouwt den ander,
en allen vertellen zij elkaar leugens ovei hun
winst en verlies. A's ik voordeel verzeker, be
hoef ik slechts te zeggen, dat ik geld zal ver
liezen, als het schip haar bestemming niet be
reikt en haar lading niet veilig lost De loding
kan van mij zijn; ik kan haar willen kocpen of
verkoopen, dat weet niemand, en de ondertee
kenaars vr«gen er niet naar. Zii steken hun
premie in den znk en, moeten zij betalen en
denken zij dat zij bedrogen zijn, dan hoiHen
rij het vóór zich, want ieder man is zijrs
buurmans vijand
„Maar weten zij dan niets van cyclonen
vroeg Luke
„Mijn goede vriend, zij kennen nauwelijks het
verschil tusschen Calcutta en Bombay. Het
meerendeel gelooft, dot een cycloon hetzelfde
is als een passaatwind, en niet óén op de tien
zou het verschil kunnen zeggen tusschen een
brik en een borqunntine".
Luke lachte hnlf overtuigd. De man was zoo
open en eerlijk, dnt er niets heimelijks of sluws
kon liggen in rijn redeneering
„Het klink wel heel, eenvoudig", zed hij
„Het is verduiveld eenvoud:gI Zoo ook de
onderteekenanrs; maar dot gaat ons niet aan.
Weet je, wat het geval is. Fitz Henry
Welnu, in eiken handel is een zeker aantal
dwazen, oin door de verstnndigen te worden
verschalkt Bij marine-verzekering is dat aantal
groot Alle verzekering is niet meer dan een
weddenschap en wedden is een kwestie var.
verstand. Wij zetten meer verstand in 't spel
dan de andere knaap, daarom winnen wij."
Met zwierig goboai bediende hij zich van
marmelade. Lulce merkte ternauwernood d-
ongedwongen overgang van ,,ik in „wij Hij
had geen plan een venno tschnp te cpperen in
deze gemakkelijke manier vun geldmaken,
maar de vennootschap scheen zich vanzelf
reeds te hebben gevormd.
„Maar Can zweeg, met nadruk een le
pel in de hoogte houdend. „Maar, mijn jon
gen, wij hebben kapitaal noodig, wij moetpn
ovei vijftig duizend pond kunnen beschikken
„Ik vrees, dnt ik nog over geen vijft'g dui
zend stuivers kan besch'kken", zeide Luke.
Carr keek hem dooi dringend aan Toen was
er ren korte stilte, terwijl Carr zijn marmelade
en toast verorberde.
„O, jawel, dat kun je beslist," zeide hij
daarno op znchten toon. „Ons beiden zou het
even weinig moeite kosten om vijftig duizend
pond los te krijgen, als om te kn'porgen. En
als wilde hij aantoonen hoe gemakkelijk dit
laatste was, keek hij op en sloot, vertrouwelijk,
zijn linkeroog.
„Je bent een zeeman," ging hij voort, „en
nog wel een kranig zeeman. Je kent de geva
ren van de diepte. Het zou geen bezwaar vooi
je zijn te zeggen wonneer de „Croonih" weei
zoo in 't nauw zou worden gebracht als gis
teren. Al wat je te doen hebt, is slechts eer.
enkel woord oan mij te seinen Mijn telegram
adres is „S'mple-Londen". Stel, dat je seint
Milksop" Dat klinkt zoo onschuldig, we kon
den „Milksop" vaststellen. Binnen vierentwin
tig uur zou ik vijft'g du'zend op de „Croo-
nnh" hebben in Londen. Glasgow, Liverpool,
New York, Parijs en Duitschland overal ver
spreid, weet je. In vier of vijf dagen gaat de
„Croonah" naar den grond en wij hoozen uit.
Uw naam wordt nooit bekend begrepen?"
Er volgde eep oogenblik van st'lte.
„Begrepen herhaalde Carr bijna fluiste
rend.
Luke keek op Hij ontmoette Carr's oogen
en wist, dat hij met een schurk te doen had
Carr stond op en wierp, met het hem eigen
grootsch gebaar, zijn servet op tnfel.
„Je fortuin zou gemaakt zijn," zeide hij
„Het is de moeite waard om er over te den
ken
Hij trok zijn schouders naar achteren, knikte
en liet hem alleen. De geheele lengte van de
groote koju't liep hij door, terwijl hij in den
znk vnn zijn jas naar zijn sigarenkoker zocht,
cn luid en hartelijk hier en daar een groet wis
selde met kennissen onder de passagiers. Hij
was bemind terwille van de tonde Britsche
openhart'gheid, die hij aankweekte en die
wordt verondersteld, het uiterlijk teeken van
een eerliik hart te zijn. Aan zijn groot plan
scheen hij niet langer te denker», dat liet hii
aan Luke over aan Luke, die het woord
„Milksop" niet meer uit zijn gedachten kon
verdrijven, het stond daar, blijkbaar, onuit-
wisrhbnar gegrift.
Hij liet Luke alleen met zijn strijd tegen een
groote verzoek:ng, alleen en zwoor gehandicapt
want Luke Fitz Henry zat als gekneld in een
schroef, door zijn hartstochtelijke liefde **oor
Agatha
HOOFDSTUK IX.
De kamer van den redacteur.
Graaf de Lloseta en John Craik zaten te ze
men in de kamei van den redacteur van de
„Commentator". Het was een rustig vertrek,
met dubbele ramen en een blijvende geur van
tabaksrook Een leege theekop stond op tafel
bij John Craik's elboog.
„Goede Hemel P had Cipriani de Lloseta
uitgeroepen toen hij dat zag. „Om elf uur
's morgens I"
„Moet de hersens *rit den slaap sohudden"
was het antwoord
„Dat zou ik niet met een theelepel doen."
had De Lloseta geantwoord, en toen ging hij
zitten om de drukproef na te lezen van Eva's
vierde artikel over „Spanje cn Speansoh Le
ven".
Een half uur hadden zij zoo bij elkaar geze
ten in vriendschappelijk zwijgen, slechts ru en
dan onderbroken door een krachtige Spaansche
vervloeking, die naar het hoofd van den druk
ker werd geslingerd.
„Een honden-haantje!" riep De Lloseta ten
slotte uit, terwijl hij achterover in zijn stoel
leunde en zijn pen neerwierp, .een honden
baantje, beste vriend P
„Is het mijne" antwoordde Craik, zonder op
te kijken.
(Woedt vervolgd)