AHERSFÖÖEFOT DAGDIA®
US.
BINNENLAND.
MAISON OE JAGER
TWEEDE BLAD
27e JAARGANG «DE EEMLANDEft",' No. 5
Vrijdag 6 Juli 1928
UIT DE STAATSCOURANT
GIFGASSEN ALS OORLOGS
MIDDELEN
N.V. COMPAGNIE LYONNAISE
Opruiming Sport-, Strand- en Reiskleding.
EEN PAARD GEVRAAGD
Langestraat 56 - Telef. 1*5
Bij bestelling alle soorten
FEUtLLETON.
De Verdwenen Noodmunten
Benoemd tot ridder in de Oranje Nassau
orde Mr. Th. G. van Eek te den Haag, alge
meen penningmeester van de Kon. Ned Vei-
ceniging voor Luchtvaart
EERSTE KAMER.
Dienstplichtwet.
In dc Memorie van Antwoord op het Voorl.
Verslag- over het wetsontwerp tot wijziging van
de Dienstplichtwet erkent de regecring, dat
het wetsvoorstel door de veranderingen, welke
het bij de behandeling in de Tweede Kamer
heeft ondergaan, aan belangrijkheid heeft
geboet.
De overweging, dat de mildere houding in
de kringen van werkgevers ten opzichte van
het vervullen van militaire plichten door hun
personeel er wellicht toe zou kunnen leiden,
dat het getal vrijwilligers eenige beteekenis
zou kunnen krijgen als zou het vermoede
lijk toch wel bij enkele honderden 'blijven
gaf de regeering aanleiding, de bepaling voor
te stellen, dot dergelijke vrijwilligers in minde
ring zouden komen van de sterkte der jaarlijk*
sche lichting, en zij hebben zich gevleid met
de hoop, dat dit voorstel vrij algemeen in
goede aarde zou zijn gevallen. Het was een te
leurstelling voor hen, te moeten ervaren, dat
aan het voorstel een strekking werd toege
kend of althans bezwaren daarvan werden ge
ducht, geheel en al liggende buiten de bedoe
lingen, welke daaraan ten grondslag lagen.
Invoerrecht voor klompen
In de Memorie van Antwoord op het Voorl.
Verslag over het voorstel van wet tot zooda
nige wijziging der Tarief wet 1924, dat ten
aanzien van de heffing van invoerrecht klom
pen gelijk worden gesteld met schoenen, laar
zen er> kl om psch oenen, geeft de heer Fleskens
toe, dat door dc overneming van het amende
ment van dr. De Visser c.s. de strekking van
het oorspronkelijk voorstel ten deele gewij
zigd is. Hij meent, dat, hoewel door de over
neming van het amendement aan het voord
stel het tijdelijk karakter is ontnomen, toch de
verdere strekking geheel en al is behouden,
Ten stelligste wordt ontkend, dat het Schoe
nen wetje tot prijsverhooging zou hebben ge
leid het zijn geheel andere factoren geweest,
die hebben gemaakt, dat de schoenen, evenals
bijna alle andere artikelen, na den oorlog
duurder zijn dan vóór 1914.
Van verplaatsing van werkloosheid van
eenige beteekenis kan hier overigens geen
'sprake zijn.
T Besmettelijke ziekten.
Blijkens de Mem. v. Antwoord op het Voorl-
Verslag over het wetsontwerp houdende voor
zieningen tegen besmettelijke ziekten is de
regeering van oordeel, dat er van overhaaste
behandeling van het ontwerp in dc Tweede Ka
mer niet kan gesproken worden.
De verklaring, dat na het tot stand komen
van deze wet van haar geen voorstel tot ver
lenging van de opschorting van den vaccine-
dwang meer te wachten zal zijn, kan de re
geering tot haar leedwezen niet geven. Of zij
wederom een voorstel tot verlenging voor de
opschorting zal doen, zal zij beslissen na ont
vangst van het advies der cncephalitis-conv-
missie, welk advies haar, naar zij hoopt, te-*
gen Augustus zal bereiken.
Mr. P. RINK.
Een gunstige wending in zijn
toestand.
In den toestand van het Eerste Kamerlid Mr.
P. Rink is thans zoodanige gunstige wending
gekomen, dat de heer Rink gistermiddag voor
het eerst na geruimen tijd weder een wandeling
heeft gemaakt.
DE ERVARINGEN TE HAMBURG
OPGEDAAN EN DE LES
VOOR NEDERLAND
ANTWOORD OP
VRAGEN VAN MR. VAN EMBDEN
Op de vragen van den heer van Embden
betreffende het gebruik van phosgeengas en
andere gassen als oorlogsmiddelen gesteld
naar aanleiding van de uitspraak van prof. dr.
K. A. Hofmann, den leider van het Anorga
nisch Laboratorium der Technische Hoge
school te Berlijn, heeft minister Lambooy ge
antwoord dat hem geen gegevens over strijd
gassen met een krachtige: doodelijke vering
dan phosgeen bekend zijn. Vermoedelijk doelt
de uitlating van prof. dr K. A. Hofmann dan
ook op gassen, die in geringer concentraties
dan phosgeen een krachtiger irriteerende wer
king bezitten en waarvan in de laatste oorlogs
jaren het mosterdgas (blaartrekkend) en eenige
ersinen (niesverwekkend) het phosgeen gedeel
telijk als strijdgas hebben vervangen; voor
deze vervanging bestond te meer aonleiding,
omdat phosgeen reeds door een eenvoudigen
koolfilter wordt tegengehouden, zoodat goed
uitgerust en voorbereid personeel daarvoor
niet meer bevreesd behoeft te zijn.
De ervaring, te Hamburg opgedaan, geeft
een voorloopig beeld van hetgeen dc burger
bevolking zou te wachten staan, indien een
ontwapend land, onbeschermd, zou worden
blootgesteld aan de werking van gassen, waar
mede de tegenover elkaar staande vreemde
legers elkaar op Nederlandsch grondgebied
zouden bestrijden.
De ervaring bevat dan ook een aansporin;
tot het nemen van voorzorgen en uit dien
hoofde wordt daarop de aandacht gevestigd
bij de besprekingen over de „Aanwijzingen
van 1927" door de daarvoor aangewezen mi
litaire autoriteiten met de burgemeesters.
Dc rapporten van de Hamburgsche autori
teiten hebben den minister niet bereikt, zoodat
over de wensohelijkheid, om deze door de zorg
der Regeering te doen verspreiden, niet ge
oordeeld kan worden.
De Hamburgsche hulp-enafwecrmaatrcgelen
zijn slechts onvolledig uit persberichten be
kend, zoodet geen voldoende gegevens ten
dienste staan om hierover te oordeelen
Stelt men zich voor, dat aldaar maatregelen
waren genomen, els omschreven in de „Aan
wijzingen", ter bescherming van de bevolking,
dan zou het aantal slachtoffers geringer ge
weest zijn en de hulpploegen hadden zich zon
der gevaar aan him taak kunnen wijden, en
deze zoo noodig ook bij nacht en bij ongun-
stigen wind ongehinderd kunnen voortzetten.
Ook bij een bombardement zouden zijn hun
taak kunnen vervolgen, tenzij die, in een ove
rigens moeilijk denkbaar uitzonderingsgeval,
zoo hevig zou zijn, dat plaatselijk cn tijdelijk
alle beweging onmogelijk werd.
Al zijn echter, zoowel mét als zonder voor
bereide lnndverdediging, omstandigheden niet
eheel uitgesloten, waarbij hot verlccnen van
hulp tijdelijk ondoenlijk is, dan is daorin uiter
aard in geen enkel opzicht aanleiding te vin
den, om dan óók voor minder ongunstige om
standigheden de voorbereidingen op te geven.
De ervaring te Hamburg voor zoover deze
bekend is geeft geen aanleiding tot aanvul
ling of wijziging der „Handleiding".
Ten aanzien van de gedragsregels bij onbe
kendheid met den aard der te verwachten aan
vallen en bij aanvallen met gemengde mid
delen zal op die „Handleiding" een aanvulling
gegeven worden.
POGING TOT VERBETERING VAN HET
DUURRECORD.
Dessau, 5 Juli. (H. N.) De vliegers
Risticz en Zimmermann zijn vanmorgen om
half 4 opnieuw opgestegen om te trachten
het duurrecord te verbeteren.
Ulrechischteweg 10 Tel 179 Amersfoort
Het toestel waarmee dc sergeant-vlieger II. Koper bij de Barchman Wuytiers-
Jaan een noodlanding maakt. Zooals men weet, werd de vlieger door een motorsto
ring tot dalen gedwongen en toen meende hij een goed landingsveld te vinden
in den vorm van een sportterrein. Eerst op het laatste oogenblik toen hij nog
maar 50 m hoog was bemerkte hij op dat terrein spelende kinderen. Dc vlieger,
koen en vastberaden, besloot toen zijn toestel in een naburig korenveld neer te
zetten. Met bovenstaand gevolg! Deze daad van vastberadenheid en koele doods
verachting bad gelukkig slechts betrekkelijk geringe materieele schade
ten gevolge.
genootschap muziek en religie.
Dc jöarlijkschc muziekconferentie.
De jaarlijkschc muziekconferentie van het
Genootschap „Muziek en Religie" is voor dit
jaar vastgesteld op 31 Augustus tot 3 Septem
ber in het Oolgaardtluns te Arnhem
Reeds zijn vastgesteld voordrachten over
„Moderne Muziek" door den heer Joh Felt-
kamp, „Symboliek en Kunst" door den heer
Just Ha velaar, „Verschil tusschen Kunst cn
Godsdienst" door den heer J R. Gort van der
Linden. Voorts zal de heer Herman Rutters een
gezamenlijke bespreking inleiden over „Voi-
men van muziekbeoefening".
Wat betreft de muziek zal o.m. een avond
worden gewijd aan moderne toonkunst, in
oansluiting met de voordracht van den heer
Feltkamjy
Belgisch bezoek aan ijmuiden.
Dc Belgische politiekruiscr Zinnia.
Aan boord van den Maandagavond tc lJmui-
den aangekomen Belgischen politiekruisci Zin
nia bevonden zich 55 leerlingen en 6 leeraren
van de visscherijschool te Oostende, die on
der leiding van den secretaris van den mi
nister van landbouw in België, tevens inspec
teur van het visscherij-onderwijs, een excur
sie maken naar ons land. De leeraren en leer
lingen hebben Dinsdagmorgen eerst den Rijks-
vischofslag cn de vischhutten bezocht, onder
leiding van den Belgischen consul te iJmuiden,
don heer H. J. Bnlfoort. Daarna heeft het ge
zelschap, waarbij ook de secretaris van den
minister cn de commandant en de eerste offi*
cier van de Zinnia, een bezoek gebracht aan dc
isscherijschool, waar het werd ontvangen
door den directeur, den heer G. Duyckinok
Sander.
De commandant van de Zinnio mankte hier
na, vergezeld van den consul, zijn opwachting
bij don burgemeester van Velsen. Des middags
bezochten de leeraren en de leerlingen de nieu
we vischmeelfabrick en de ijsfabriek van de
Vereenigde Exploitatie-Mij., waarna de wei ken
voor den bouw van de nieuwe schutsluis in
oogenschouw werden genomen.
Dinsdagavond woonden de leerlingen dei
Oostender visscherijschool een voorstelling bij
in den schouwburg Thalia, terwijl de Belgi
sche consul cn de directeur der visscherij
school met hun dames de gasten waren van
den commandant van de Zinnia op het schip.
Gistermorgen maakte de commandant van
de Zinnia, vergezeld van den consul, zijn op
wachting bij den havenmeester te IJmu-dcii,
waarna de commandant naar Den Haag ging
om zijn opwachting te maken bij den minister
van Marine.
De leerlingen der Oostender visscherijschool
maakten gistermiddag per aulobus een tocht
naar Bloenvendaal, Overveen en Zandvoori.
Gisteravond 8 uur is de Zinnia weer vertrok
ken.
BOTSING TUSSCHEN AUTO EN MOTOR
FIETS.
Gisteren zijn nabij' dc Prinsenlaan op den
Rijksstraatweg te Heemstede de automobiel
van den heer Tholen te Heemstede en dc mo-
ter van den heer van Driest uit 's-Gravenhoge
in botsing gekomen. De motorrijder van Driest
bekwam een ernstige verwonding aan zijn lin
kerhand en is te Heemstede verbonden. Mej.
von D. als duozitstcr, kwam met den schrik
vrij. Dc motor is ernstig gehavend. De auto
mobiel kon verder rijden, doch was eveneens
beschadigd. De politic stelt een onderzoek in.
N.V. NEDERLANDSCHE CREDIET-
EN FINANCIERING MIJ.
Een trust die over 12 milliocn zal
beschikken.
Naar wij vernemen zal een onder leiding van
de Ncdcrlandsche Handelmaatschappij, Am
sterdam, Mendelssohn en Co., Amsteu1 m, M.
M. Warburg en Co., Hamburg, staande cor
poratie onder den naam van N.V. Nederland-
sche Crcdiet cn Financiering Maatschappij,
gevestigd tc Amsterdam, zich op internatio
naal gebied bezig houden met het verleenen
van crcdicten en het verrichten van die finan
cieringen, welke buiten het rayon vnn het loo-
pende bankbedrijf der deelnemers liggen. Do
trust zal over middelen tot een bedrag van
12.000.000 milliocn beschikken. Tot de Dan
ken, die htm medewerking verleenen, behalve
de hierboven genoemde te Amsterdum: Pier-
son Co. Amstelbank, Amsterdamsche Cre-
dict Maatschappij; te Rotterdum: R. .«lees en
Zonen; te Den Haag: Heldring en Pierson; in
Engeland: N. H. Rothschild Sons, Robert
Fleming cn Co., S. Japhct Co. Ltd., Pruden
tial Assurance Co. The Industrial Finance nnd
Investment Corporation Ltd.; in Zwitserland:
Schweizerischer Bankvcrein, Basler Handels
bank, Sweizerischer Bankgesellschaft; in
Duitschland: Simon Hirschland, Esson, A Levy
Keulen; in Oostenrijk: Oesterreichischc Cre-
ditanstalt für Handel Gewerbe, Weenen,
Kux. Bloch Co., Weenen; in \merika: Dil
lon, Read Co., International A cccptance
Bank Inc
De raad van commissarissen van de corpo
ratie bestaat uit de hoeren: Dr. C. J. K. van
Aalst, voorzitter; dr. F Mannhcimer, vice-
voorzitter; mr D. Crena d? longh, A Dreyfus,
Ir. C J. van Dus^eldorp, W M. L. Fieke, E.
Frcy, Geheimrnt dr. Louis Hagen, mr. H C.
Hintzen, dr. Georcr Simon M Heiy
Hutchinson, Paul Lindenberg, H. von Muralt,
Ludwig von Nourath, A. Pierson, dr. E. Spie-
gelberg, P. Stach, James P. Warburg, Max
M. Warburg.
Voor dc beschermelingen van
Mevr. Smit Kleine.
De straatarme woon wagentobbers.
Ze jublen in dankbaar accoord.
Ze pronken met keurigen wagen,
Gesdhenk van gocdgeefsch Amersfoon.
Ze steken in rcedlijko klceding.
En eten genoeg, net als wij.
Ze voeïon zich Tijk als een koning,
Van kommer cn nooddruft thans vrij.
Maar't wagentje moet kunnen rijden.
En dat is nog niet voor elkaar.
De vracht die er mede op reis moet,
Is door dc liefdadigheid zwaar.
Nu staat er het aardig vehikel.
Uit vriend'lijke gaven vergaard.
Wil 't rijden en dat zal toch moeten
Dan dient er te komen een paard.
Natuurlijk zal dit nu gebeuren.
Dacht men nu dat onz' goede stad,
Geen pittige hit meer kon koopen,
Potdorie, dat is me ook wat
Wanneer iedereen hier maar iets doet.
Dan is 't een eenvoudig geval.
En staat er een vurige pouny.
Misschien met een dag reeds op stal.
Ga daad'lijk naar Boekhandel Ittmenn,
U weet 't, in de Utreohtsohc Straat,
Daar vindt U voor deze collecte.
Present een actief automaat.
En als U daar tcekent op 't lijstje,
Dus daarmede offert Uw „duit".
Don rolt liet onmisbare paardje, l'?i
Voor deze ras-stumpors er uitI
Als eenmaal hun wagen kan rijden,
Dun „loopen" dc „zaken" weer goed>
Doch blijven dc zwocgertjes loopen
Dan „rijden" ze naar hun bankroet
GROEGROE
(Alle rechten voorbehouden
TWEEDE KAMER
In de Mem. v. Antwoord op het VooiL Ven*
slag over het wetsontwerp tol wijziging van
de Bcvordcringswet voor de landmacht 1903
schrijft de Min. v. Ooilog naai aanleiding van
de opmerking, dat de rechtspositie der offi
cieren door dc thans ingediende voorstellen
opnieuw zou worden verzwakt, dat dfc officie*
ren van de londmocht in dit opzicht tot dusver
op geheel andere wijze zijn behandeld dan allo
overige landsdienaren en militairen van land*
en zeemacht. Het komt alleszins logisch voor,
allen zooveel mogelijk op dezelfde wijze tc
behandelen.
Een wetsontwerp tot wijziging van dc Be-
vorderingswet voor de zeemacht is in voorbe
reiding. Daarbij wordt overwogen in hoeveirc
het aanbeveling verdient, bepab'ngen betreffen
de de bevordering bij keuze, welke thans in
het wetsontwerp tot wijzigng van de Bevor-
deringswet voor de landmacht zijn vcorgc-
steld, ook in die voor de zeemacht op te ne
men.
De minister acht het beter te wachten tot
dat geïnterneerde officieren zijn teruggekeerd,
alvorens te beslissen of zij kunnen worden be*
vorderd Als regel weet men niet de omstan
digheden, waaronder zij werden geïnterneerd.
In het ontwerp zijn eenige redactie-verbete
ringen aangebracht.
Op ieder van ons wordt gerekend.
Door J S FLETCHER
Geautoriseerde vertaling, uit het Engelsch door
MR. G. KELLER.
18
„Jawel, dot begrijp ikzei Stevenege.
„Maar intusschcn is er geen twijfel aan, of
hij is stiekum hierheen gegaan, heeft in het
stadsmuseum een vitrine opengebroken, daar
uit een ccru'g stel noodmunten gestolen en la
ter is hij vermoord- door een onbekende, die
hem op zijn beurt van het gestolene beroofde
en tevens een behooilijk bedrag aan geld uit
zijn beurs haalde. Intusschcn wil ik u niet lan
ger ophouden, heb ik u al meegedeeld dat
uw tante, juffrouw Skeel, in het hotel ver
toeft? 't Zou misschien wel verstandig zijn,
als u daar voor vannacht ook logies bestelde.
Er zit vermoedelijk wel mooie kopy voor u
in d«* zaak, wanneer morgenochtend het lijk
van Tyson geschouwd moet worden Trou
wens, men zal uw medewerking noodig heb
ben om de ident'teit van den doode vast te
stellen, daar u hier de eenige is, die hem kan
herkennen."
Hij ging met Callaway naar buiten, wees
hem het „Dravende Hert", sprak met hem of,
hem des avonds weer te ontmoeten en keerde
daarop naar Detterling terug. De inspecteur
was ongewoon verdiept in zijn overpeinzin
gen.
„Wel?" vroeg Stevenege, „wat denkt u er
nu von?"
„Ik bon het nog niet met mezelven eens",
antwoordde Detterling. „U zei zooeven, dat
er nir-t aan viel te twijfelen, of die Tyson is
hierheen gegaan om de munten tc stelen
Maar ik vraag mij af, of hij ze wel gestolen
heeft."
Stevenege, die bezig was zijn pijp te stop
pen keek hem ongeloovig aan.
„Wat I" riep hij uit, vraagt u zich dat nog
of? Lieve hemcll Als hij het niet deed, wie
deed het dan En nu wij weten wat hij
met dat bericht heeft gedaan, kunnen wij ons
dan een «ander doel van zijn bezoek aan
Alanschester denken Natuuilijk heeft hij de
munten gestolen, wie anders
„HmP bromde Detterling. „Moor onderstel
eens, dot hij hierheen was gegaan om de
munten te stelen, onderstel eens. dat hij het
museum is binnengedrongen om dat te doen
en onderstel tenslotte eens, dut hij ze reeds
gevlogen vondbegrijp me wel. ik spreek
ondcrstellenderwijs.
Stevenege stopte zijn pijp verder, stak deze
nan en begon bedaard te rookeri
„Och," zei hij tenslotte. „Ik begrijp waar
u heen wil. Om het maar ronduit te zeggen,
u meent dat Whotmore Tyson vóór is geweest
Maar waarom is in dit geval Tyson ver
moord
„Hij had een aardig bedrag aan geld bij
zich," zei Detterling met nadruk. „Uit wat
Hicking ons heeft medegedeeld, valt of te I n
den, dat hij om en bij de honderd pond bij
zich had."
„Hoe kwam het, dat Whotmore zijn schop-
jesguinje verloor op de plek, woar Tyson is
vermoord?" vroeg Stevenege. „Neen. waarde
heer inspecteur, ik geloof niet. dat cr nog
iets onduidelijks in de heele zaak zit. Mijn
onderstelling is, dat Tyson bij de uitoefening
van zijn beroep als letterzetter achter het ge
heim der noodmunten is gekomen. Hii ging
hieihcen en hooide ze uit de vitrine. What-
more zag hem bezig!Ja, daar ben ik van
overtuigdl Hij ging den ander in het hosch
achterna, misschien ook wol begon li ij e?n
prentje met hem en bood hem aan, hem in het
bosch tot gids te strekken en vermoordde hem,
toen zij dien oi'd n bouwval h-.ddcn bereikt
Zoo heb ik me dc zaak voorgesteld. En naar
iniin opvatting moeten wij in die richting ons
onderzoek voortzetten."
„Nu het kon toch wel wezen, dat u ge
lijk heeft," erkende Detterling. „Och. derge
lijke zaken komen hier niet dikwijls voor. Maai
nu hoe zal het morgenochtend met het ge
rechtelijk onderzoek gaan
„Ja", zei Stevenege haastig, „dat is waai
ookl Ik ben van oordeel, dnt wij reeds nu de
details van de zaak nauwkeurig bespreken.
Dut lijkt mij van grcot gewicht. De lijkschou
wer zal wel lust hebben de zaak vlot ef te
handelen. Maar intusschcnwie is de lijk
schouwer?"
„De heer Sandcrstcad, procureur," ant
woordde Detterling. „Een schrandere kopl"
„Best I" riep Stevenege uit „Laten wij nu
al den loop van de procédure afspreken, don
zoeken wij vanavond S.ndcrstcad op en ma
ken hem duidelijk, v.acroin wij dc zr.ak zoo
behandeld v.i; en zien als wij hem voorstellen.
Ik acht de volgende wijz van behandeling
het best: Whotmore zal als conservator van
het kasteel natuurlijk aanwezig zijn om te
verklaren, dot hij Tyson nooit in of in de
buurt van het museum heeft gezien en wij
moeten het er op aansturen, dot hij daarna
bij de behandeling van de zaak blijft Nu
moet het getuigenverhoor zoo ingericht wor
den, dat ik het laatst van allen als getuige
word opgeroepen. Ik geef dan in bijzonderhe
den een overzicht van de feiten betreffende
do noodmunten van Sheffield's artikel in de
„Times" of tot den onmiskenbaren diefstal cr
van cp gistermorgen toe Tenslotte kom ik
voor den dag met de schopjesguinje, deel
mede waar ik de munt heb gevonden, verklaar
mij bereid to bewijzen, dot ze Whotmore toe
behoort cn verhaal hoe ik Whutmoie heb
waargenomen, met een zal lantaarn in dc hond,
blijkbaar op weg naar de plaats van den
moord om naar het door hem verloren voor
werp te zo'Icen. Daarop vraag ik Whotmore
nogmaals in de getuigenbank te roepen en
door den lijkschouwer aan een streng en
scherp verhoor te worden onderworpen, spe
ciaal wat betreft zijn afwezigheid van het kas
teel op den ochtend vnn den moord, zijn doen
en laten gedurende die afwezigheid, het ver
liezen van zijn schopjesguinje en zijn pogin
gen om de munt terug te vinden op don avond
van dien dag. Wat zegt u daarvan?"
„Ja, dan moet zeker wel iets vnn de waar
heid aan den dag komen," zei Detterling. „Ik
zou geen beteren weg kunnen aanwijzen.'
„Laten wij don den heer Sondersteod op
zoeken, om hem al wat wij weten en meenen
uiteer, te zetten. Hoe beter hij is voorgelicht,
hoe gladder de zaak verloopt Hoe meer ik
over de zonk denk, des te sterker b^n ik
ovei tui'jd, d.it door het onderzoek van den
oner een ider licht over de znok zal ver
spreid worden."
En gc-durcndo de rest ven den avond even
als gedurende de eerste ochtenduren van den
volgenden d«ag was Stevenege enkel vervuld
met het onderzoek, en de rol, die hij daarbij
zou vervullen. Hjj had geen hoofd voor iets
anders. Hij zag Bransdalc, juffrouw Skeel en
Callaway gezellig met elkaar ontbijten, doch
sloeg de uitnoodiging van den Amerikaan om
zich bij hen te voegen af. Hij kwam den bur
gemeester buiten de zittingzaal van den co
roner tegen, doch vermeed een gesprek met
hem aan tc knoopen cn in de zittingzaal zelf
hield hij zich van allen afzijdig. Hét verbaas
de hem niet die zittingzaal, een ruim vertrek
in het oude stadhuis, propvol te vinden. Geen
notabele der stad ontbrak. Maar te vergeef9
keek hij rond naar don heer Sheffield en juf
frouw Lansdnle; zij waren weggebleven. Wel
was er Oswald Cleverley. Die hnd een hoek
plaatsje aan de tafel von den coroner weten
tc bemachtigen en hij zot er met zulk een aan
dacht naar het verhoor te luisteren, alsof hij,
evenals Callaway, die vlok bij zot, plan had
van de zaak een verslag voot de courant to
maken
Stevenege gevoelde slechts matige belang
stelling voor de getuigen-verklaringen, waar
van hij den inhoud reeds uit de eerste hond
kende. Hij was ten zeerste benieuwd naar
Whatmore's mededeelingen, omtrent zijn doen
en laten, het verlies van zijn schopjesguinje
en zijn poging om dc munt terug te vinden.
Geduldig bleef hij intusschcn luisteren naar
de getuigenverklaringen van de politie, Calla
way, de eigennressc van den „Koningseik",
Hicking; wat zij verklaarden wist hij reeds bij
voorbaat. Tenslotte verscheen hij zelf in de
getuigenbank. Dat wekte eenige sensatie; van
die aanwezigen tcch wist geen half dozijn, dat
do bedaarde, flinke jonge man, die volgens
zijn verklaring nis toerist zijn introk had ge
nomen in het Druvende Hert", inderdaad was
een welbekende Londersche detective. Onder
doodsche stilte gaf Stevenege, daartoe door
den coroner uitgenoodigd, op zijn eigen wijze
een uiteenzetting van wat bij to weten was
gekomen. En niet minder doodsche stilte
heerschte cr, toen What more, door den co
roner weer opgeroepen, voor de tweede maal
in dc getuigenbank stapte.
k (Wordt vcrvolg&J j