ÖMEDSFOÖKTSGH DAGBLAD
AVONDJAPONNEN,
Zijden Jsponnen vanaf f 27,75.
Stof Japonnen f 22,50,
Langs OLbberige Wagen
Woensdag 21 November 1923
..DE EEMIANDER-,
27e Jaargang No. 122
RESERVEPERSONEEL LANDMACHT
OFFICIEELE MUTATIES
ÉN.V. CQfc!PAGMS£ LYONNAISE
prima crêpe satin f 32.50.
OUD-MINISTER COOL
,In 't harrenas gestorven"
FEULLEYOIM.
Bij K. B. zijn benoemd:
bij het reserve-personeel der landmacht:
Iste tot reserve-cerste-luitenant bij hun te
genwoordig korps:
A. bij het wapen der infanterie:
a. gerekend van 22 September 1928, dc
"eservc-tweede-luitenant J. G. Boekcnoogen,
van het 11 e regiment infanterie;
b. met ingang van 11 December 1928, de
reserve-tweede-luitcnants W. Schcrpbier, van
het 12e R. I.; M. Voogd, van het 1ste R. I.;
C. C. Bcrendes, van het 5e R. I.; E. Ploegh,
van het 19de R. I.; E. Goudsmit, van het 2de
R. L; A. J. C. IJsseling en J. A. Sonnevcld,
beiden van het 15e R. I.; E. C. Bruins, van
het 21ste R. I.: A. Vermet, van het I2e R. I.;
mr. D. D. van Waardhuizen, van het 3de R. I.;
H. Schürmann, van het 18de R. 1.; C A. M.
Verpalen, von het 13e R. I.; dr. C. Zwikker,
van het 18de R. I.; A. H. M. H. Receveur, van
het 3de R. I.; mr, G. A. de Cock, van het 4de
R. I.; J. R. Dijksterhuis. van het Iste R I.;
J. G. Bctrem, van het 16e R. I.; A NV Bijl,
van het 5e R. I.; P. Schaberg, von het 3e R. I.;
mr. A. F. H. Scheurs, van het 4c R L; P H.
H. Spronck, van het 13c R L; R. Visser, van
het lie R I.;; H. W. Wierda, von het 1ste R I.;
mr. D. J. Veegens, van het 15c R. I.; J. L. C.
van Wilderen, von het T8e R. I.; J R.. C. van
de Griendt, van het 12e R. I.; J. B Ader, van
het 4e R. I.; B. T. Tjabbes, van het Tide R. I
H. T. Boorsma, van het 9e R. I.; J. G. Gccr-
ling, van het 21ste R. I.; J. H. van Zwijndrecht,
van het 4c R. I.; R. F. C. A. Feddema, van
het lie R. L; J. L. E. M. J. Schoffelen, van
het 10e R. I.; W. K. Batteljee, von het 4e
R. I.; P. T. Tjabbes, van het 13e R. IJ. Mul
der, von het 14c R. I.; C. C. Vermeer, van
het 17e R. I.; L. A. Thijssen, van het 12e R I.;
M. H. H. Franssen, von het lie R. I.; C. J.
Kooreman, van het 16e R. I.; F. van der Dus-
scn van het 4e R. I.; J. H. Jacobs, van het 3de
regt. infanterie; E. S. Gompel, van het 6de
regt. infanterie: M. Meijcrs, von het 13de regt.
infanterie; J. Slof, von het 16de regt. infan
terie; G. J. F. Pruim en G. de Haas, beiden
ven het regt. wielrijders; G. Oostcrgetel, van
het le regt. infanterie; G. H. Holtvliiwcr, van
het regt. wielrijders; E. C. Pollens, vlieger van
de luchtvaartafd.; W. P. L. G. Meilinck, van
het 21ste regt. infanterie; J. Krooneman, ven
het 20c regt. infanterie; W. J. C. van der Birch,
van het 10e regt. infanterie; J. Couzij, van het
regt. wielrijders; N. U. C. Brouwer, van het 6c
regt. infanterie; M. H. Brcgstein, van het regt.
wielrijders; C. Polak, van het I8de regt. infan
terie; P. Groeneboom, van het 3de regt. in
fanterie; J. Rock, van het 8ste regt. infanterie;
T. de Haas, van het 9de regt. infanterie; J
Kolkman, van het 16de regt. infanterie; H. van
Zanten, van het regt. wielrijders; T. Dales, van
het 8ste regt. infanterie; A. Tcljer, V3n het 13c
regt. infanterie; G. B. van Roekcl, van hot 2e
regt. infanterie; A. Ackers, van het 16c regt.
infanterie; F. M. Wcijeis, van het I9e regt.
infanterie; K. Brouwer, van het 19e regt. in
fanterie; B. A. Blok, van het 7c regt. infan
terie; H. G. J Willems, von het !8de regt.
inf.; H. Hardijzcr, van het regt. wielrijders;
J. Prins, van het 9de reg. infanterie; W. Roe-
srinfc, van het 17e reg. infanterie; W van In-
gen, van het 4de reg. infanterieT. W H
Brandts, van het 11de reg. infonterie; G. van
Munster, van het 6de reg. infanterie; R. NV.
.1. W. Haffmans, van het He reg. infanterie;
H R. C. Hartkamp, van het 7de reg. infonte
rie K. A. Moctz, van het reg. wielrijdersP.
H. Kok, van het I5dc reg. infanterie; J. N.
Hop, van het 11de reg. infanterie; W. van
Laar, van het 5de reg. infanterie A J. M. G
Stroom, van het 13de reg. infanterieA. L.
Govcrs, van het 21e reg. infanterie; A. Pol
derdijk, van het 14de reg. infanterie; J. J. B.
Willems, van het 13de reg-. infanterie H. M
C. Aarts, van het lc reg. infanterie; H. L. J
Muller, van het 17de reg. infanterie; P. G. C.
Peters, van het 4de reg. infanterieA. J. M.
Commissaris, van het 3de reg. infanterie M.
A. J. Voncken, van het 2de reg. infanterie;
C. H. A. Stevens, van het 5de reg. infanterie;
A. G. van der Hout, van het reg. wielrijders
J. Kol, von het 6de reg. infanterieJ. Boon,
van het 8e reg. infanterie; J. van der Volk,
van het 10de reg. infanterie; L. I. Overwatcr,
van het 14de reg. infanterie J. de Booijs, van
het reg. wielrijdersP. K. Nickcrk, von het
6de rog. infanterie; W. L. A. J. F. Voltclen,
van het 19de reg. infanterie; J. Rietberg, van
het 8e reg. infanterieJ. F. Datena, van het
21e reg. infanterieW. F. Brcderodc, van het
19de reg. infanterieI. C. Poostmon, van het
9de reg. infanterie A. J. van de Sande, von
het 18de reg. infanterieG. J. L M. Jenncs-
kons en J. B. Agerbeek, beiden van het 17de
reg-. infanterie M. Roos en J. N. M. Werner,
beiden van het reg. wielrijdersJ. Kale, van
het 19de reg. infanterie; L .van der Rnoer,
van het 2de reg. infanterieT. de Jong, van
het 12de reg. infanterie.
c. mot ingang van 14 Januari 1929, de rex
serve tweede-luitenant J R. van der Borgh,
von het 12c reg. infanterie
B. bij het wapen der cavalerie
met ingang van 11 Dcecembcr 1928, de re
serve tweede-luitenant A. F. W. B. baron
Sloet tot Everlo, H. L. M. van Schaik en J. P-
H. E. van Lies, allen van het lie reg. huzaren
C. Huisken, van het Iste reg. huzaren; C H
van Everdingcn, van het lie reg. huzaren; jhr.
A. M. C. Mollerus, H. J. Stas on jhr. H. van
Baeidt van Sminia, allen van het Ie reg. hu
zaren.
C. bij het wapen der artillerie
a. gerekend van 15 September 1928. de re
serve tweede-luitenant D. M. M. d' Hongcst
bdron d' 7voy van Mijdrecht, van net 5e reg.
veld-artillerie
b. met ingang van II December 1928, de
reserve tweede-luitenants W. M. de Vries, van
het 2de reg. onbereden artillerie, H. G. S. Snij
der, van het lc reg. veld-artillerie; W. N. G.
Claass, van het 1ste reg onbereden artillerie;
H. E. Ekker en C. Tjebbc-s, beiden van het 7e
reg. veld-artillerie; mr. C. A Overdiep. van
het 4c reg veld-artillerie; J A. Landman, van
hot lc reg. onbereden artillerieP J. Emmc-
lot, van het Ie reg veld-artillerie; E. H. Vo
gelen, van het 2c reg. onbereden artillerie
O. G. W. Schrijver on J van Ormondt, beiden
van het Ie rog. onbereden artillerieJ. Bark-
meijer, van het 8e reg. vcld-nrtilleric P N
M. Kooien, van het Ie reg. veld-artillerie; L.
W. F. Nix, van het le reg. onbereden artille
rie; mr. G. J. P Fclmer, van het reg. kust-
artilleric; F. M. Oberstadt, van het 7e reg.
veld-artillerie; H. Javaan, van het korps pon
tonniers en torpedistenL. N H. van Zutphen,
van het 4e reg. veld-artillerie; W. G. Sappen,
van het Ie reg. onbereden artillerie; H Simon,
van het reg. kust-artillerieII. Ruiters,
van hot korps luchtdoel-artillerie P. Keiler
en C. J. B. Du Croo. beiden van het reg. Kust-
.utillcric; mr. H. F. Hoijer. van het 2e rog. On
bereden artillerie; J. A. H. J. vun der Diessen,
van het 1ste reg. Onbereden artillerie; H. I.
Franke, van het 1ste reg. Veld-urtillerie; C G.
Steur, van het korps Luchtdoel-artillerie; R. W.
J. C van den Wall Bake, van het 2de reg. On-
UTRECHTSCNEWEG 10. - TEL. 179 - AMERSFOORT
bereden artillerie; E. Stam, P. J Treffers en S.
C. Ver brugge, allen van het reg. Kust-artillerie;
P. W. Pander von het 5c reg. Veld-artillerie;
W. F. Bijl, C. J. van Oss, beiden van het reg.
Kust-artillerie; D. Coumou, van het 7e reg.
Veld-artillerie; E. Engbcrts, van het 6de reg.
Veld-urtillcrie; W. L. M. Arts, von het 4de reg.
Veid-orlillerie; J. M. Pilaar, van het 7e reg.
Veld-artillerie; E. van Everdingcn vun het 3de
reg. Veld-artillerie; Jhr. J. A. Röell, von het
korps Rijdende artillerie; J E. van Nes van
Meerkerk, van he 6de reg. Veld-artillerie; A.
Renner, van het 8ste leg. Veld-artillerie; J. de
Bruyn, van het 2de reg. Veld-artillerie; C. L. de
Roo van Alderwerclt, van het 4de rog. Veld
artillerie; J. C. Maris, van het korps Rijdende
artillerie; L. H. Slotemnker, ven het 2de reg.
Veld-artillerie; F. A. NViimink, van het 5de reg.
Vold-ortillerie; J G. Vorstman, van het 1ste
rog. Veld-artillerie; A. Hucnder en B. Robijns,
beiden van het 5de reg Veld-ortillcrie; J. W. M.
Jurgcns, van het 3de reg. Veld-artillerie; A.
Scholten en M. J. F. Dekker, beiden van het 4de
reg. Veld-aitillerie; P. J M. H Dobbclstcyn en
L T. J. vun Eekelen, beiden van het 7de reg.
Vcld-ortillerie C. C. Staub, von het 3de reg.
Veld-nrtiileric; H. C. Veltmon, von het 4dp teg.
Veld-artillerie.
Ilde. tot reserve-eerst e-luitennnt voor speciale
diensten bij hun tegenwoordig korps, bij het
wopen der Infanterie, bij den VrijwilKgen Land
storm
a. met ingang van 17 November 1928, de
reserve-twcede-luilenants voor speciale diensten
R J. Limburg, L. W. Marson, H M. Vintges en
J. Schuit, allen van het Vrijwillig Landstorm-
korps Motordienst
b. met ingang van 17 December 1928, de
reservc-tweedc-luitenants voor speciale diensten
O. F. N. Hin en J. van Volknhoven, onder
scheidenlijk van het Vrijwillig Lonastormkorps
Vaartuigendicnst en van het Vrijwillig Land
stormkorps Luchtvaartdienst
Een eervolle loopbaan bij
het Ned. leger
In den ouderdom van 80 jaar is gister te
Den Haag overleden het lid van den Raad van
State, gep. luitenant-generaal Wouter Cool,
cud-ministcr van oorlog
Omtrent den overleden oud-min>ster van Oor
log W. Cool, meldt men ons nog het volgende
Zoo ooit, dun kun van dezen hoogst bekwa
men militair cn staatsman gezegd worden, dot
hij in het hurnus is overleden.
Want nog gisterochtend wus de thans ont
slapene voornemens geweest zich naar het go-
bouw vun den Raad van State te begeven, toen
een plotseling ingetreden ongesteldheid een eind
maakte aan zijn werkzaam leven
Genei lal Cool werd 26 Mei 1048 te 's-Gra-
venhoge geboien. Na volbrachten studie aan dc
Koninklijke Militaire Academie als cadet der in
fanterie voor het leger hier te lande, werd hij
in 1869 benoemd lot 2de luitenant bij het korps
ingenieurs, mineurs cn sappeurs. In 1876 ging
hij over bij het Nederlan ich-Indische leger,
waar hij met onderscheiding diende en het eere-
tcckcn \oor belangrijke krijgsverrichtingen ver
wierf In 1382 keerde hij teiug bij het Neder-
landsche leger en werd hij als leeraar non dc
Koninklijke Militaire Academie, Hoofd der
Geniewetenschappen. Genoemde 5 jaor ver
vulde hij deze functie, waarna hij werd overge
plaatst bij het korps Genietroepen te Utrecht,
om kort daarop op te treden als commandant
von de Spoorweg- en Telegranfcon\pagnip
In 1892 werd hij leeraar aan de Hoogere
Krijgsschool. Hij bekleedde toen den rang van
kapitein en in 1896 kwam zijn overplaatsing
naar Breda, waar hij belast werd met den bouw
dei Chassc-kozerne.
Twee jaor later volgde zijn bevordering tot
majoor bij het korps Genietroepen te Ulrecht.
Dc toenmalige majoor Cool zag zich in 1900
geplaatst bij den Generolcn Staf en aanvaardde
in dat jaar de betrekking van directeur der
Hocgerc Krijgsschool te 's-Gravcnhogc.
OUD-MINISTER COOL.f
In 1901 volgde daarop zijn bevordering tot
luitenant-kolonel bij den Gcnernlcn Stof, in 1905
verkreeg hij den rang van kolonel, waarna hij
optrad als inspecteur ven het militair onderwijs
en in 1907 verwierf de thans ontslapene den
rang van gcneraal-majoc
Toen in 1909 dc Minister van Oorlog, de
heer Sabron, zich wegens gezondheidsredenen
verplicht zag uit het toenmalige kabinet-Heems
kerk te treden, werd generaal Cool als zijn op
volger tot Minister van Oorlog benoemd.
Tot April 1911 heeft de thans ontslapene het
beheer von het Oorlogsdepartcmcnt gevoerd,
want met gemeldcn datum trad hij af, omdat in
de Tweede Kamer een motie van de hoeren
Duymuer von Twist c.s. betreffende dc finnn-
ciccle positie der officieren was aangenomen
Zooals bekend, werd hij toen opgevolgd als
minister door den heer H Colijn
De heer Cool werd toen benoemd tot luite
nant-generaal der Genie ter beschikking cn kort
daarop als zoodanig gepensioneerd
Den Sisten Maart 1913 viel den thans ont
slapene de onderscheiding te beurt om te wor
den benoemd tot lid van den Road van Stote,
welk hoog ambt door hem tot nun zijn verschei
den met cere is bekleed.
Van dc hand van generaal Cool zijn op mili
tair-technisch gebied verschillende schrifturen
verschenen, terwijl hij ook in geschrifte zijn
belangstelling bij herhaling heeft getoond in
onze Indische krijgsgeschiedenis. In verband
hiermede werd hem reeds in 1896, na het pu-
blicccren van zijn boekwerk de ..Lombok-expe
ditie" het ridderkruis der Ornnje-Nossnu-orde
toegekend, terwijl hem naor aanleiding van een
studie over ons Defensie-wezen in 1904 het
ridderkruis van den Nederlandschen Leeuw
werd verleend.
UIT DE STAATSCOURANT
Toegekend dc zilveren ecre-medaillc der
Oranje Nassau Orde ann G T. \V. Vicjou,
portier bij dc Academie von Beeldende Kun
sten te 's-Giavenhcgc
Tot rurnurnercir der directe belastingen, in
voerrechten en accijnzen zijn met ingang van
I Dec '28 benoemd S Frank, A. ter Hoeve,
G M nderhoud. T A van Os, OCH van
Rietschoten, D NV. Sonnevcldt. S. J Visser cn
E R Zweep
Bij beschikking van den Minister van Arbeid
handel en nijverheid is tijdelijk els hoofd van
het negende district dei arbeidsinspectie te
Groningen aangewezen dc hoofdinspecteur van
den arbeid, hoofd von het achtste district der
arbeidsinspectie te Deventer
Met 4 December eervol ontheven kapitein tei
zee C. C. Kayser van het bevel over Hr. Ms.
pantserschip „Hertog Hendrik."
Tijdelijk belast met het bevel over genoem
den bodem kapitein-luitenant ter zee T. Akker
man.
Verlof verleend tot het aannemen van de
achter hunne namen vermelde vreemde ecretce-
kenen H. M. J. Blomjous, lid van de Eprste
Kamer der Siaten-Generoal te Tilburgcom
mandeur in de Orde van de Kroon van Roe
menië; Dr. H. NV. E. Mollcr, lid van dc Tweede
Kamer der Stoten-Generul tc Tilburgridder
in de Orde van den Heiligen Grcgorius den
Groote, van den Heiligen Stoel
Bij beschikking van den Minister van Binncn-
landsche Zaken en Landbouw is met ingang van
den datum waarop hij zijne betrekking zal aan
vaarden, tot I Januari 1930 benoemd tot leeraar
oan de Rijkstuinbouwwinterschool te Naaldwijk
Ir. D. Kers Hzn., tc Gronincen
DR. DE VISSER.
De ongesteldheid van dr. J. Th de Visser,
lid en thans waarnemend president der Tr/ee-
do KameT, welke hem belette dc vergadering
der Kamer van heden en wellicht enkele vol
gende dagen bij te wonen is van lichten aard.
Bij het aanhouden van een zachte weersge
steldheid zal hem toegestaan zijn tegen het
einde der week weder aan de werkzaamhe
den der Kamer deel te nemen.
EEN LANGDURIG FAILLISSEMENT.
Het is dezer dagen juist 8 iaren geleden, dot
de Coöp. Vcrbruiksverceniging „Vooruit" te
Langendijk failleerde. Dc laatste jaren hooren
de crediteuren niets meer van dit faillissement,
dot niet geëindigd is, daar er geen slot-uitdce-
lingslijst is geweest, welke dus ook niet ver
bindend is geworden. Er was een verlies van on
geveer 53000. (Msb
DE BURGEMEESTER VAN SCHAIK.
Vragen ven een Komerlid.
Dc heer Hormans heeft den Minister von
Binnenlandsche Zaken en Landbouw dc volgen
de vragen gericht
Is de Minister niet von mccning, dat een
burgemeester iemand moet zijn van volkomen
onbesproken levensgedrag
Heeft de Minister kennis genomen van de
zeer lakenswaardige handelingen van den heer
Hoefnagel, burgemeester van Schalk, bij ge
legenheid, dot een motorrijder door den auto,
waarin genoemde burgemeester met zijn fa
milie gezeten was, werd aangereden
Heeft de Minister ook kennis genomen van
de pogingen, docr dezen burgemeester aan
gewend, om het geheelc geval in don doofpet
te stoppen, gelijk ter tercchtziting is gebleken?
Meent dc Minister, dat dc heer Hoefnagel, na
het voorgevallene, in zijn ambt gehandhaafd
kan blijven
DE VERNVISSELDE „ALBERT CUYP
Een nieuw getuigenverhoor.
Het Gerechtshof lc Amsterdam heeft in ver
bond mot onvolledigheid van het onderzoek een
nader getuigenverhoor gelost in de strafzaak
betreffende de verwisselde „Albert Cuyp."
Men zal zich herinneren dat de Rotterdam-
sche koopmqn J Blitz een beleenbriefje van een
schilderij had gekocht, waarvan Hij een foto had
gezien. Toen de heer B. deze schilderij uit do
Bank van Leening te 's-Graver.hnge wilde los
sen, is hem op zijn briefje een andere schilderij
verstrekt. De heer B ontdekte lutcr dat er een
verwisseling von schilderijen had plaats gehad.
Hij bet daorvon medcdeeling doen aan de Bank-
van Leening, doch deze weigerde dc schilderij
terug te nemen. Later kwam de directeur van
de Bank van Lecning tot dc ontdekking, dat do
heer B gelijk had en dat er een vergissing had
plaats gevonden er was n.l. een verkeerde schil
derij, in casu een doek van Albert Cuyp aan den
koopman gezonden. Dc heer B weigerde daar
op de schilderij terug tc geven hij kon dat
trouwens niet doen, omdat hij het doek reeds
naar Engeland verkocht had.
Tegen den heer B. is toen een vervolging
ingesteld wegens verduistering Dc Rcchtbonk
tc Rotterdam veroordeelde hem op 8 Novem
ber 1927 tot 250.boete, subs. 25 dagen
hechtenis. Dit vonnis werd 8 Februari 1.1. in
hoogcr beroep door het Gerechtshof tc 's-Gra-
venhoge bevestigd. Verdachto. stelde tegen deze
veroordeeling beroep in cassatie in en op 29
Mei 1.1. wees de Hoogc Raad arrest, waarbij het
arrest van het Haagsche Hof wegens een vorm
gebrek vernietigd en de zaak noor het Ge
rechtshof te Amsterdam verwezen werd.
Het nieuwe getuigenverhoor voor het Am-
sierdomsche Hof zal op 20 December, te 2 uur,
plaats vinden.
Wie vriendschap cn liefde nooit zocht, is
armer dan die beide verloor.
Door R L. de W.
„Beste Richord", zalfde Drewith „Er is on
tegenzeggelijk iets burgerlijks in je. Tante is
een ongincelc vrouw met verbeeldingskracht.
Zij heeft een veel beter plan. Zij verzamelt
alle rijke Amerikonnsche meisjes, die naai
Europa komen en hitst zo don op mij af Zul
ke figuren, zulke gezichten, zulke ledematen
bestaan nergens don misschien alleen in de
verbeelding von een Duitschen corricutuurtec-
kenoar. Soms hebben ze mama s, soms popo s
in hun gevolg, die er dan nog toe bijdragen
om den toestand wat erger te maken. Ik ver
onderstel", vervolgde hij met berusting, „dot
we het oan de opkomst der democratic te
danken hebben, dat geld steeds samengaat
met een accent en een uiterlijk, v/aarvon je
rillen moet."
„Maar Drew", vroeg Beresford, „er zijn toch
wel rijke meisjes, die ook aantrekkelijk zijn
Beslist ontkennend schudde Drewith zijn
hoofd.
„Niet één, Richard, niet n. En al waren ze>
het dan bleven eT toch altijd de familieleden.
Waarom", vroeg hij op klagenden toon, „zijn
we toch met familieleden gezegend?"
„Daarin hebben vogels en dieren het beter
zeidc Beresford, cn keek naar een brutale
musch op de vensterbank. „Zij kennen zelfs
hun familieleden niet." -
„Dat zou ook zijn schaduwzijde hebben", be
weerde Drewith somber; „konden wij hen niet,
dan was er kans, dot we vriendschap met ze
sloten, om, nis het tc laat was, onze fout te
ontdekken."
„Maar waarom tob je over trouwen?" vroeg
Beresford „Je kunt met je tweeduizend pond
toch tamelijk aardig rondkomen."
„Aardig rond- omen", bromde Drewith met
een stem, waar iets in lag dat op gevoel. ,Jk
kon aard g rondkomen, maar ik moet trouwen
om den wil van den titel en er voor zoigen,
dat er kleine Drewith's komen. Ik kan niet
met een draaiorgel gaan loopen, ik zou kou
vatten; bovendien kon ik geen maat houden
Beresford lachte om de uitdrukking van on
uitsprekelijke wanhoop op het gezicht van zijn
neef.
„Iemand, als derde pair van zijn geslacht,
aan de gade van de wereld over tc leveren, is
een schandelijke en vernederende daad."
Aandachtig bekeek Drewith de sigarette, die
hij juist uit zijn kokker tc voorschijn had ge
haald. Hij streel; een lufifer of en stok haar met
gronte vastberadenheid aan.
„Alle titels", vervolgde hij, „moesten even
nis de avondbladen beginnen mot de vierde
editie, don kon er nog een soort van finale
nachtuitgnof zijn cn dan moest de lijn uitstei-
vcn."
,,Moar hoebegon Beresford.
Drewith wenkte hem te zwijgen.
„Er zou ecnige verdienste in liggen om de
zevende baron Drewith tc zijn" verklnorde
hij. „Een zevende baron mag cr tradities op
nahouden, een familicspook, een schilderijen»-
vei zameling van beroemde voorvaderen Zulke
dingen vormen een Geslacht In Burke
mocht geen nagcslocht voorkomen, dat
cr geen spook op nahield, één dat met ram
melende kettingen liep, hoewel ik er nooit
achter heb kunnen komen, waarom spoken
zulke onwelluidende begeleiding kiezen. Vcr-
dci behoorde er een door cn door slechte bo-
tovergrootvoder of betovergrootmoeder te zijn,
die dan sir Ruprecht of lady Marjoric moest
heeten, en eigenlijk een devies, dat het gebeu
ren van iets voorspelt, als iets nndors plaats
heeft."
Langzaam cn diep neerslachtig dronk hij
zijn wh'sky end soda.
„De Drewith's hebben geen spook, niemand,
die slechter was dan ik cn het ecnige wat wij
nis wapenspreuk zouden kunnen aanvoeren is
het wijd en zijd vermaarde Drewith nlo, een
schip op een zee van bier, waarboven her
roerende opschrift
„Overal in het ruim
Zie ik het schuim."
„Richord", zeide hij, zich voorover buigend
cn ernstig sprekend, „daardoor wordt ik te
ruggehouden. Ik ben cr nu achter. Het komt
door die drommclschc spreuk."
„Tante's laatste plan", ging hij nn een
poosje door, „houdt verband met een zekere
Lodn Craven. Het is bekend, dat zij ver ovei
het milliocn geërfd heeft van een oom, d'c
de maag van het Britsche rijk in gevaar bracht
van overladen tc worden door den invoer van
Australisch schapcnvleesch, dat in bevroren
toestand zijn weg naai hier vond. Bc heb dat
goed geproefd, zelfs de eerste hop doorge
slikt", voegde hij toe.
,Hoe is ze, vroeg Beresford.
„Vermoedelijk als het schapen vleesch", ant
woordde Drewith. „Zc komen in zoo'n snel
tempo op me- af, dat de smaak vun de een nog
niet uit mijn mond is of nummer twee is cr al
weer. Ida Hopkins, degene met de sproeten, was
de laatste. Huar vormen, Richard, waren heusch
onkicsch. Overal puilde ze uit, waar zij be
hoorde in te vallen cn ze viel in, woor ze
moest uitpuilen."
„En wat zeide tante Caroline er van?" in
formeerde Beresford
„O, zc zeidc een heelcboel over verplich
ting aan den titel en een vrouw die tevreden is
met een plaatsje bij den haard.. Ik ging na
der in op een paar physieke onvolmaakthe
den van Ida cn vond dc donkere kamer van
ccn photograof verkieslijker dan het plaatsje
bij den haard, maar toen zeidc tante, dat als
ik plan had onkicsch te zijn ik beter deed
vnn weg tc gonn; dus ik ging cn Ida bracht
haar onevenredige volmaaktheden noar een
andere markt, ,,'t Is een vervelende boel",
voegde hij toe.
„Hoe is die Lola Craven?" vroeg Beresford
„Ik heb er geen flauw vermoeden van; in ieder
geval heeft zc één ding voor, zij is eer» wees cn
heeft alleen ccn tante ols aanhangsel. ^,Lolo
Craven is ook veel aardiger naam dan Ida
Hupkings."
„Als je trouwt", zcide Dfcwith, .heb je niet
om te gaan met een visitekaartje, maar met
een vrouw. Dat is het juist wat het huwelijk
zoo helsch vervelend moakt. Maar vertel me
eers van jezelf.'
Beresford vertelde uitvoerig olies, wat hem
was overkomen; evenwel sprak hij niet von
het meisje. Nudat hij uitgesproken had keek
Drewith hem belangstellend oan
„Eén hoedanigheid van je, Richard, heb ik
altijd gewaardeerd je bent een ezel. maar het
schijnt, dnt het je niet kan schelen, dot een
ander het merkt De meeste ezels, die ik ont
moet heb, trachten hun ezelachtige hoedanig
heden te verbergen onder de huid van een
leeuw. Is \\et onbesch^den naer plannen
te informeeren?"
„Ik ga door tot ik mijn laatste penning
verteerd heb", antwoordde Beresford glim
lachend
„En dan
„Nu, don go ik misschien iacht maken op
de een of ondere Ida Hupkins."
„Dat zou je kunnen doen, maar ilc vrees, dat
het weinig resultaat zou hebben. Ida is op
roof uit, zij wenscht haar bekoorlijkheden al
leen te verkoopen voor een titel en jij hebt
niets dan een oorlogskruis om aan te bicden
cn de reputatie van geestelijk eenigszins ont
wricht tc zijn, ten minste dat zou tante haar
vertellen, maar in geen geval zou Ida rccom-
mandeeren."
„NVnarom niet
„Zelfs indien je je kon wennen aan hoor fi
guur de wijze, waarop het de wet op vrouwe
lijke vormen tart, zouden haar sproeten je een
bron van oneindige ellende zijn. Evenals een
druk behangselpapier in de kamer van een
zieke. Of je wilt of niet. je moet ze tellen, na
tuurlijk raak je den tel kwijt en begint van
voren af aan Toen ik haar voor het eerst
ontmoette, was ik er zoo door getroffen, dot
ik niets kon doen dan noor haar staren; toen
bloosde ze. O hemel, dat blozen. Het was het
vreesclijkste wat mij ooit is overkomen. Ik
voelde, dnt het onvermijdelijk gevolgd moest
worden door een hevig trnnspirceren Ik ging
er vnn door Neen Richard, denk niet aan Ida.
Nu al leef ik in dngelijkschcn nn^st, dat deze
of gene, dien ik ken, met haar zal gnnn trou
wen en mij vraagt bruidsjonker te zijn Nu
moet ik weg. Ik moet om vier uur bij dc Bol-
sovcr's zijn en nu is 't nl half zes"
OVordt vervolgd^