AMEHSFOOKTSCH DAGBIAB Zilveren Bonbon- en Broodmanden. WILLEM GROENHUIZEN AVONDJAPONNEN, Zijden Japonnen vanaf f 27.75. Stof Japonnen f 22.50. Donderdag 22 November 1328 ..DE EEMlANDEft", 27e Jaargang No. 123 TWEEDE BLAD. BINNENLAND. UIT DE STAATSCOURANT éN.V. COMPAGNIE LYONNAISE prima crêpe satin f 32.50. DE MUIDER-TOL DEURWAARDER VOOR HET HOF Een cliënt opgelicht FEULLETON. Langs Glibberige Wegen Voornaamste Kon. besluiten enz. uit de Staatscourant van heden avond. In rang en ouderdom zijn overgeplaatst: a. Bij het Wapen der Infanterie Kolonel P. Donk, van den Generalen Staf, toegevoegd aan den Chef der Generalen Staf. b. Bij den Generalen Staf Majoor W. F. Sil- Ievis van het 3e Regiment veldartillerie. Benoemd a. bij het Wapen der Infanterie, tot Commandant van de 1ste Infanteriebrigade Brigade Grenadiers en Jagers) Kolonel Jhr. E. W. van Hol the, Commandant van de Ilde Infan teriebrigade, zulks onder eervolle ontheffing van zijn tegenwoordig commando; tot Commandant Ilde Infanteriebrigade Kolonel P. Donk voor noemd. b. Bij het Wapen der Artillerie tot kapitein bij hun tegenwoordig korps, Eerste-Luitenants W. F. Meyer en R. N. de Ruyter van Steve- ninck, respectievelijk van het 1ste Regiment on bereden artillerie en van het 2de Regiment veld artillerie. Bij K. B. zijn benoemd. a. bij den plaatselijken staf met ingang van 6 December 192S tot kapitein, plaatselijk adju dant de eerste-luitenant-plaatselijk-adjudant P. H. Cales van dien staf; b. bij het wapen der infanterie met ingang van 19 November 192S tot kapitein de eerste- luitenant E. A. W. Houbolt van het wapen, ge detacheerd bij het leger in Ned. Indië; c. bij het reserve-personeel der landmacht: a. bij het dienstvak der intendance, met in gang van 1 December 1928, tot reserve-kapitein voor speciale diensten de reserve-eerste-luite nant voor speciale diensten P. M. J. Hclmer van het dienstvak. b. bij het wapen der infanterie I tot reserve kapitein de hieronder genoemde reserve-cerste- luitenants: lo. met ingang van 1 December 1928 bij het 17e regiment H. C. M. Stokkermans van dat korps; bij het 20e regiment G. H. Mulder van dat korps, bij het 12e regiment J. Frima van dat korps; bij het 15e regiment mr. G. E. Mathon van het reg. Jagers; bij het 18e reg. E. C. F. ten Haaf van het reg. Grenadiers; bij het 12e reg. A. A. Wolhoff van dat korps; bij het 10e reg. J. J. Hens van het reg. Grenadiers; bij de schoolcompagnie van den motordienst N. J. v. Veen van die compagnie; bij het 15e reg. J. G. v. d. Corput van dat korps; bij het Ge reg. C. L. M. Inges Housz van dat korps; bij het 16e reg. J. C. v. d. Bosch van dat korps; bij het 11c reg. H. J. Tromp van dat korps; bij het 19e reg. E. J. Nieuwenhuis van dat korps; bij het 14e reg. W. Anker van dat korps; bij het 9e reg. D. J. T. M. Spronck van dat korps; bij het 21 c reg. H. P. Verbeek van het reg. Jagers; bij het 18c reg. C. H. P. Bosma van dat korps; bij het 7c reg. J. Penters van dat korps; bij het 5e reg. mr. C. J. dc Vrieze en P. G. A. de Gaaij, beider* van het reg. Jagers; bij het 22e reg. H. Mulder, van dat korps; bij het 9e reg. B. Smid van dat korps; bij het 20e reg. H. W. Renkema van dat korps; bij het 4de Regt. L. Leopold en J. Muttos beiden van het Regt. Grenadiers; bij het 15de Regt. C. Larrewijn van dat korps; bij de School compagnie van den motordienst H. A. Schreu- der van die compagnie; bij het Sste Regiment. J. van Maanen van dat korps; bij de School compagnie van den motordienst, J. Wisselink, van die compagnie; bij het 14de Regt. W. C. Dekker, van dar korps; bij het 21 ste Regt. W. Dekker, van het Regt. Jagers, bij het IGc Regt. A. P. Dekker van dat korps; bij het 20ste Regt. S. Wynenga, van dat korps; bij het Regt. Wiel rijders A. L. A. Baron van Pallandt van dat korps; bij het 9de Regiment H. C. la Roi van dat korps; bij het I9de Reg. L. Kleiboer, van dat korps; bij het 8ste Regt. G. Jansen van dat korps; bij het 19de Regt. J. Kruitbosch van dat korjis; bij het 2de Regt. J. G. H. Westrum van dat korps; bij het 19de Regt. G. J. Doornink van dat korps; bij het 7de Regt. G. C. Bos van dat korps; bij het 12e Regt. I. de Vries van dat korps. bij het 20ste Regt. J. Denijs van dat korps; bij het 2de Regt. G. J. H. Pelt, van dat korps; bij het Sste Regt. J. A. Klaren, van dat korps; bij het Ilde Regt. T. van den Nieuwenhuizcn, van het Regt. Jagers; bij het 4de Regt. L. B. Grupstra, van dat korps; bij het 10de Regt. A. de Kloot, van dat korps; bij het 12de Regt. J. J. C. Boon, van dat korps; bij het 1ste Regt. J. W. R. C. van Cammingha, van liet Regt. Jagers; bij het lSde Regt. F. Nuijs, van dat korps; bij het 14de Regt. J. Geense, van dat korps; bij de Schoolcompagnie van, den motordienst Mr. C. L. M. J. Vogels, van die compagnie; bij het 18de Regt. L. Beek, van dat korps; bij het 1ste Regt. C. M. F. van Rossum, van het Regt. Gre nadiers; bij het 7de Regiment P. J. W. van Malssen, van dat korps; bij het 3de Regt. A. P. J. Koopmans, van dat korps; 2e. met ingang van 8 December 1928, bij het 3de Regt. J. A. J. Jansen en P. van Rees. beiden van dat korps; 3o. met ingang van 12 December 1928, bi) liet 19de Regiment H. J. Wessels, van dat korps; II. Met ingang van 16 November 1928, tot Re serve-Kapitein voor speciale dienste bij liet Vrij willig Landstormkorps, luclitvrachtdienst, de re serve Eerste Luitenant voor speciale diensten H. T. M. de Graaf, van dat korps; c. bij- het wapen der artillerie, met in gang van 1 December 1928, le. tot reserve-kapitein bij hun tegenwoordig korps de reserve-eerste-luitenant M. Welle van het 5e reg. veldartillerie, T. J. Ouborg, van het le reg. onbereden artillerie, dr. A. L. W. de Gee. van het 5e reg. veldartillerie, R. K. Kloppers van het 7e reg. veldartillerie, J. H. van Rhoon, van het 5e reg. veldartillerie, W. van Rijswijk, van het 4e reg. veldartillerie, M. L. Warrcnbergli van het korps luchtdoel-artillerie, J. A. L. Dijk stra van liet le reg. veldartillerie, J. A. Sche pers, van het ko-ps luchtdoelartillerie, W. Karre- inan en A. Mathöfer, beiden van het 7e reg. veldartillerie, J. P. Tollenaar van het 4e reg. veldartillerie, ir. F. E. D. Enschedé van het le reg. veldartillerie, D. R. J. baron van Lynden en N. A. Donker, beiden van het 3e reg. veldartil lerie J. A. Rademaker van het korps ponton niers en torpedisten, C L. II. de Winter van het 2e reg. onbereden artillerie, H. A. J. Nenijen. van het le reg. onbereden artillerie, D. Das van het le reg. veldartillerie cn J. J. G. Poell van het 4e reg. veldartillerie. 2e. bij den staf van het wapen, tot reserve kapitein voor speciale diensten de res. eerst c hiit. voor speciale diensten J. H. Sanders, van dien staf. Bij K. B. is: lste aan den reserve eerste luitenant J. B. H. A. Santen, van het 2c Regiment Infanterie en 2e. gerekend van 1 November 1928 aan den reserve tweede luitenant voor speciale diensten P. A. van Wierssen, van het Vrijwillig Land stormkorps Motordienst, op het daartoe door hem gedaan verzoek een eervol ontslag als zoo danig verleend uit den militairen dienst; zijn benoemd bij liet reserve-personeel der iandmaclit, bij het personeel van den Genees kundigen Dienst, tot reserve-officier van ge zondheid der 2de klasse, dc heeren P. A. M. C. Gommers en W. A. M. Weyers, artsen; is gerekend van 1 November 1928 aan den LANGESTRAAT 43 TELEFOO I 852 JUWELIER GEDIPL. HORLOGEMAKER GEVESTIGD 1885 UTRECHTSCHEWEG 10. - TEL. 179 - AMERSFOORT reserve-officier van gezondheid der lc klasse C. R. J. Versteegh, van het personeel van den Ge neeskundigen Dienst der landmacht een eervol ontslag als zoodanig verleend uit den militairen dienst. Op verzoek eervol ontslagen met dank Mr. H. R. Goudsmit als Raadsheer-plaatsvervanger in het Gerechtshof Amsterdam. Alphabetischc aanbevelingslijsten voor twee vacatures van rechter in de rechtbank te Am sterdam Istc lijst Mrs. G. J. Jutte, recht er-plaats- vervanger in de rechtbank AmsterdamP. H. Smits, advocaat en procureur te ArnhemJ. Verdam, advocaat en procureur, tevens rcch- ter-plootsvervanger in dc rechtbank te Am sterdam 2de lijstRrs. L. van den Bijtel, rechter in rechtbank te Assen A. C. N. P. Ruys, substi tuut-griffier bij de rechtbank te Amsterdam I. G. Stibbe, advocaat cn procureur, tevens rech- tcr-pluatsvervanger in de rechtbank Amster dam. Benoemd tot ambtenaar belast met de admi nistratie der Rijkswerk verschaffingen in Dren the A. Lommerts te Sleen, thans tijdelijk zoo danig werkzaam. Afgekocht voor f 6S.OOO Naar aanleiding van een bericht in dc bla den, waarbij, in de onderstelling, dat dc nieu we weg bezuiden Muiden eerst ojs I October 1932 zou worden opengesteld, het bedrag, dat van Rijkswege zou worden betaald voor den afkoop van den tol tc Muiden, werd berekend op ongeveer f 120,030, deelt men ons mede, dut het nieuwe wegvak .naar alle waarschijn lijkheid reeds op 1 Mei 1930 voor alle verkeer zal worden, opengesteld. Het bedrag voor den afkoop van den tol moet dan worden gesteld op een veste som van f 33,890, vermeerderd met 1'565 van ƒ21.605 per _dag over een pe riode te rekenen van 1 October 1928 tot I Mei 1930, hetgeen dan bediaagT ruim 54,000, zoodat het totaal wordt ongeycer 7 68,000. In deze afkoopsom van. rond 68,000 wordt voor een belangrijk deel bijgedragen door den A. .N. \V. B.. Toeristenbond voor;Nederland, de Kon. Nederlandschc Automobiel Club en den Bond van Bedrijlsautohouders in Nederland. Een zonderlinge getuige a decharge DE CHAUFFEUR VAN DEN BURGEMEES TER VAN SCHAIJK. Een aangereden motorrijder hul peloos achtergelaten. De rechtbank tc Arnhem heeft uitspraak gedaan in de zaak tegen W.O., chauffeur in dienst van den burgemeester van Schaijk (N.-B.), die recht had gestaan ter zake, dat hij met zijn wagen, waarin de burgemeester en diens cebtgenoote zaten, in den nocht een motorwielrijder had aangereden en 'hulpeloos op den weg had achtergelaten. Dc- rechtbank heeft hem veroordeeld tot 1000 bcetc of 2 maanden hechtenis. De eisch was 5 maanden gevangenisstraf. DR. H. G. HAMAKER. Sedert cenigcn tijd ziek. In het tijclr chriït voor Ervaringsopvocdkunde wordt medegedeeld, dot Dr. Hamaker sedert cenigcn tijd ziek is. Hoewel hij gelukkig vooruitgaat en dezer dagen het ziekenhuis heeft kunnen verlaten, zal hij zich nog gcruimer. tijd moeten ontzien enTust dienen te houden. Zoodra zijn toestand het veroorlooft, denkt Dr. H. in het Zuiden verder herstel te zooken. In December 1925 werd dc behanger P. M. uit Dordrecht door een autobus aangereden Het slachtoffer „liet bet er niet bij", maar be sloot de onderneming, die eigenaresse van dc autobus was, voor schadevergoeding aan te spreken. M. stelde zich in verbinding met den deurwaerdcr J. S te Sliedrecht, teneinde deze de zaak te doen regelen. M. meende 130 te kunnen vorderen, de heer S. vond echter da* dit bedrag te hoog was. Na over en weer pro ten werd afgesproken, dot M. genoegen zou nemen met 50; wat de deurwaarder daarbo ven „los zou krijgen", zou voor hem zijn. De autobus-onderneming was tegen ongevallen e.d. verzekerd en met de verzekeringsmaat schappij kwam dc deurwaarder overeen om met 75 schadevergoeding genoegen tc nemen. En de heer S. zou zich heel wot onaange naamheden bespaard hebben, indien hij zich bij de afrekening met zijn cliënt niet doo: heb zuchtige motieven had laten leiden, welke hem, toen ccn en ander aan het licht kwam, een vervolging wegens oplichting bezorgden, een bedrag van f 15 betreffende. Te dier zake werd de heer S. op 50 September 1927 door de rechtbank te Dordrecht tot veertien dagen ge vangenisstraf veroordeeld, welk vonnis op 1 Februari 1.1. door het Haagschc gerechtshof bevestigd werd. Daarna behandelde de Hoogc Rood het ge- voi cn dit hoogste rechtscollege verwees het op 14 Mei 1.1. naar het gerechtshof te Amsterdam, dat zich gisteren met deze zaak bezig hield. Volgens de dagvaarding heeft de heer S zich tweemaal tegenover M. aan een leugen schuldig gemaakt. Ten eerste zou hij M. verteld heb ben, dat hij van dc verzekeringsmaatschappij 50 had ontvangen, bovendien had hij gezegd: „ik zou van het bedrog maar niet procedce- ren, want dat zou toch verkeerd uitkomen" en dat, terwijl verd. wist dat de zaak reeds in der minne geschikt was, dus van een proces geen spiake mecr kon zijn. •- -f Voor den rechter-commissaris had verd. ook een zoodanige bekentenis afgelegd op aan raden van zijn advocaat, zeidehij, die gezegd zou hebben: „beken maar dan wordt de zaak wel geseponeerd!" doch hij bcweeide thans dut dit geen ware bekentenis is geweest. Hij had, toen M. op zijn kantoor kwam, niet van procedeercn gesproken, maar alleen ge zegd ,.Dic man (M.) moet 50 hebben." President mr. Jolles ,,M. zegt, dat U tegen over hem van 40 hebt gesproken Verd. ontkende dit wel bevestigde hij, met de verzekeringsmaatschappij een accoord ven 75 tc hebben getroffen. M. had, na aftrek dc-r kosten 35 ontvangen. Pres. „Bij die regeling met de maatschap pij hebt U ook nog een valsche machtiging overgelegd. Ik krijg een eigenaardig idee van uw gesties als deurwaarder, 's Is een van dc vele staaltjes uit het dossier." De behanger M., die als getuige gehoord werd, vcrklaa'de dat, toen het op afrekenen aankwam, verd. heeft gezegd 40 te hebben ontvangen. Get. heeft den heer S. toen 5 voor onkosten e.d. gegeven, zoodat getuige slechts 35 ontvangen heeft. Pres. „Heeft men u later niet bewerkt om ccn verklaring op schrift te stellen, waarin U erkent voor dc rechtbank te Dordrecht mein eed te hebben gepleegd Get. erkende dit, doch zeide dat die ver klaring niet in overeenstemming is met do waarheid. Zijn verklaringen voor dc rechtbank en het Hoi te Den Haag nfgrlegd, zijn juist geweest. Twee personen, v.w. Iemand van <0 jaar, die verantwoordelijk zijn \oor het „be werken" von M., deelden, als getuigen h de charge gehoord, mede, oat zij M. door het op schrift stellen von de bewuste verklaring had den willen helpen. ,,\V hebben M. aangeraden om er mee naar den officier van justitie te gaon aldus deze getuigen. Pres „Om M. tc helpen hebt U die ver klaring aan den verdachte ter hand gesteld. Een prachtige hulp, dot moet ik zeggen En na ©enige opmerkingen van den verde diger ten aanzien von deze getuigen, riep de president uit,,'t Is een schandaal wat deze getuigen hebben gedaan Dc procureur-generaal mr. A Harinxma thoc Slooten, achtte, gezien verd/s bekentenis voor den rechter-commissaris, wiori hij om standig verhaald heeft, wat er gebeurd is, het ten laste gelegde wettig en overtuigend be wezen. i Dat. het feit door een openbaar ambtenaar N gepleegd, vond spr. heel ernstig. Hij eisohte bevestiging von het vonnis dpr rechtbank te Dordrecht. Dc vcrd<*bger, mr. J. de Vrieze, betoogde dat is komen vast te staan, dot niet alles on een bepaalden dag is gebeurd, zooals in de dagvaarding wordt tc laste gelegd Reeds daarom zal verd. moeten worden vrijgvspro- ken, PI. achtte voorts uitvoerig aan tc toonen dat do feiten, waarop de oplichting is geba seerd, niet zijn bewezen. En wat betreft dc be kentenis van verd voor den rechter-commis saris, meende pi. dat er verschillende gron den zijn aangevoerd, welke het 'herroepen dier bekentenis rechtvaardigen. Uitspraak 4 December a.s. PROV. WATERSTAAT IN FRIESLAND. Benoeming ingenieur- In de Dinsdag gehouden buitengewone ver gadering van de Stoten van Friesland werd met 48 van de 49 stemmen tot ingenieur bij den Prov Waterstaat benoemd de heer G. L Walthcr te Borger. LUIT.-GON. W. COOL, v Herdenking in den Raad \'On State. In do vergadering van don Rand van State heeft Dinsdagmiddag de vice-president ccnige woorden gewijd aon de nagedachtenis van wij len het lid va dien Road Coo; Spr wees op dc weldoordachte en zeer deskundige adviezen van den overledene, d:c laatstelijk deel uii- maakte van dó ofdcclingen ,.Defen?ie' en „Waterstaat", en verzekerde, dat zijn heen gaan door den Raad van State als ccn groot verlies.zal worden gevoeld. De begrafenis. Dc teraardebestelling van hei stoffelijk over schot is bepaald op a s. Vrijdag op Oud-Eik en Duinen. Vertrek van het sterfhuis Van Lcn- nepweg 23 om haJf één. P. H. J. IJSSEL DE SCHEPPER v De begrafenis op Moskowa. Op de begraafplaats Moskowa te Arnhem werd Dinsdag ter aarde besteld het stoffelijk overschot van den heer P. H. J. IJssel de Schepper, die gedurende vele jaren bestuurs lid cn voorzitter was vnr» de Ned. Ver. ter be hartiging van Ned. longlijders te Da vos Plat/.. Op de begraafplaats waren aanwezig de burgemeester van Arnhem, vele militaire auto riteiten, leden van de directie van de gem spaarbank en bestuursleden van verschillende verecnigingcn. Aon de groeve herdacht de heer Menthen hetgeen IJssel de Schepper voor de bovenge noemde vereeniging was geweest Vervolgen» spraken mr. dr. C. W Moris, voorzitter van den Rood van Beroep voor de directe belastingen, mr. S. baron Creutz en de heer L C. Th. Bigot, dir. van de kweekschool voor onder wijzeressen. Mr. A. Brants, oud-griffier der Prov. Stoten, herdacht den overledene al» vriend. „Niet opgevoed, enkel maar opgegroeid," he laas dit ziet men maar al te veel. Door R. L. de W. 16 Beiden stonden op en gingen naar de deur. „Zeg, is 't dringend noodig, dat je in het Ritz Carlton logeert „Dringend, heel gedecideerd." „Nu, je bent een aardig soort van ezel, Ri chard, dut moet ik je tot ie eei nageven. Ik zal er voor zorgen, dut je Lola ontmoet Soms hebben die rijke meisjes even giung een ezel zonder, dan één met een titel en tante zou het zeker prettig vinden, als ze in de fa milie bleef. Goeden dag." Drewith riep een taxi en reed weg. Beres- ford gint, in Westelijk, richting. Hij had be dankt voci de uitnoodijring van zijn p.eef om den volgenden morgen te komen lunchen; hij was besloten zich op geen manier te binden. Somber gestemd ging hij het park in, stak den weg over en ging in een leoge stoel zit ten. In een roman zou het meisje lungs rij den in een auto of rijtuig cn hem half verla gen en blozend groeten. Hij zou opspringen, zij zou den chauffeur of koetsier lust geven op te houden. Hij zou aan haar tante voor gesteld, gcinviteerd worden om te komen lunchen „Verddl" Nijdig sloeg Bcresford met zijn stok naar den grond en keek onnoozel naar een onnoo- zei mannetje met grijze bakkebaarden, dat verbaasd opkeek, dat iemand op zoo'n prach- tigen dag zoo profaan kon zijn. „Neemt u me niet kwalijk, sir, maar haar ladyship zou u graag even willen spreken." De stem kwam opeens uit het niet opdagen. Richard, zich omdraaiend, zog Rogers, den eersten lakei van zijn tante, achter zich staan en wat verder weg lady Drewith zelf. die in haar rijtuig zittende hem door haar face a main met alle aandacht aanschouwde. Naast huar zat mrs. Edwards Seymour. Langzaam en met tegenzin liep Beresford naar het rijtuig. Welk een drommelsche pech. vond hij, nu tante Caroline al tegen 't lijf te loopen. Caroline, lady Drewith, was de weduwe van den tweeden baron Drewith of Tonscombe, die op vijftigjurigen leeftijd was overleden, aan zijn vrouw oen groot vermogen en aan zijn neef Philips den titel plus twee duizend pond per jaar nalutende De eerste baron had zijn opkomst te danken gehad aan het beroemde Drewith ale én zijn volkomen vertrouwen in de onfeilbaarheid van de beginselen der con servatieven en aan hun geschiktheid om het regeeringsroer te hanteeren. Lady Drewith beschouwde het als haar le venstaak om er voor te zorgen, dut de familie zich behoorlijk gedroeg. Wanneer ooit een Drewith of een ChalLcc lody Drewith heet te voor haar huwelijk Challice in moeilijk heden geraakte, was de eerste gedochte: wax zal lady Drewith er wel van denken? Maai dat was nog niets bij de bespiegeling, wat ze er wel van zeggen zou. Z*j had een vlug ver stand en eer. scherpen tong. Nooit zou ze trachten een opkomenden storm te bezweren door hem aan te wakkeren kwam ze dikwijls tot hetzelfde resultaat» Lady Drewith bleef Beresford, die naderde, onheilspellend door haar face a main aan staren „Wat beteekent dat, Richard?" vroeg zij ef fen. toen hij naast het rijtuig stond. „Daar ben ik ook juist mee bezig me over te verbozen", zei Beresford, die even glimlcch- te tegen zij nichtje Cecily. „Ik geloof, dot weei profeeten zeggen, dot een anti-cvcloon ir» aantocht is. Voor Juni in Londen is 't waar lijk „Wees niet dwaas, Richard. Waarom ben je in Londen?" „Maar tantelief, het ïs Juni en ik ben een Challice. Wij Chnlliccs worden in Juni allen naar de metropool getrokken, evenals de koekkoek getrokken wordtWaarheen wordt de koekkoek ook ul weer getrokken. Cicely?" informeerde hij, zich plotseling tct mrs. Ed wards wendende. „Je zeide, dat je plan had alles Je verkoo- pen, al je je „Hebben en houden", viel Beresford hulp vaardig in, teen lady Drewith aarzelde. „Dat deed ik ook". Hij genoot van den veront waardigden blik van mrs. Edwards. „Hoe is 't dan mogelijk?" weer aarzelde zij. „Ik kocht weer. Mijn kleermaker scheen het wel te bevallen", zeide hij nog als een ge-' dachtc die nakwam. „Maar wat doe je in de stad?" barstte mrs. Edwcrds los, niet in staat zich langer to be- L.-crech*-». in haar toon lag, dat het zijn van tWesfc:d in Londen in strijd was met de •••or«Vi**n. „Het herderlijk leven was te veel voor me. Cicely Je zoudt verbaasd staan over de ver- bijsteiende manier, waarop avonturen neerda len op de zoogenaamde landloopers en kluize naars". „Waar logeer je?" vroeg lady Drewith op den toon van iemand, waar niet mee valt te spotten. „In het Ritz Carlton". „Het Ritz Carlton 1" Lady Drewith liet de face h main uit haar hand vallen, die dienst weigerde en haor kaken klapten. „Een beetje burgerlijk misschien", erkende Beresford, maar het is toch heel goed". „Je komt vanavond bij me dineeren, Ri chard". Grimmige vastberadenheid lag in lady Drewith's stem. „Het spijt me, tante Caroline, ik „Dan morgen luchen „Feitelijk ben ik gedurende dc eerste zes weken voor alle maaltijden bezet" Beresford had besloten de kans niet te wogen van het meisje mis te loopen door elders don in het Ritz Carlton te lunchen of te dineeren. Lady Drewith bleef naar hem storen. „Als ik eens op een middag mag komen theedrinken", stelde hij voor. „Dan morgenmiddag om nor uur". Weei klapten lody Drewith's kaken. Glimlachend en buigend nam Beresford zijn hoed of en wandelde weg met het gevoel dat er vergoeding in een leven lag, dut iemand in staat stelde voor twee uitnoodigingen Vh*. -een rijlce bloedverwante te bedanken. Lady Drewith reed naar huis cn na*»*t haai zat mrs Edward, die zich met een zucht van meegevoel juist herinnerd had, dat zij en haar man dien avond zouden eten bij hun „lieve ton te Caroline". HOOFDSTUK VIL Lady Drewith zegt haar opinie. Beresford meende sympathie te lezen op hei gezicht van Payne, toen deze hem den vol genden middag de deur opende en hij ver moedde, dat de eerste lakei het gesp-ek jn het Park van den vorigen dag in het keu kende- pertement had overgebracht. „Wel, Payne, hoe svaar het met de rheuma-> tiek?" informeerde hij „Den laatsten tijd gaat hel een beetje beter, sir; ik moet Wat et drinken". „Lieve hemel! Met niets cr in?" Payne schudde ontkennend zijp. hoofd en glimlachte droevig. „Op een goeden dag hooren we nog, dat je een gehcelonthoudershote1 hebt opgericht", zei Bcresford, toen Payne hem voorging naar de zitkamer. „De hemel beware me", zeide hij vol afkeer; daarop de deur openende, diende hij Beresford aan. „Wat beteekent dat, Richard vroeg Lady Drewith. vóór Payne tijd had de deur achter hem te sluiten. „Wat het beteekent, wat bedoel? u„ tante Ca roline vroeg Richard, zitten gaand. „Je weet heel goed, wat ik bedoel, zeide Lady Drewith grimmig- „Waarom ben je in de stad?" „Ik heb longontsteking gehad en de dokter raadde mij naar Folkestone te gaan, dus „En waarom ging ie daar den niet heen vroeg Lady Drewith streng. Bcresford zocht in zijn heidens naar de een of andere reden, die hij e- op Von gever», waarom hij niet direct' roar Folkestone was gegaan. „Ja', begon hij haperend; toen, opeens kreeg hij een ingeving ,,Ik :no**t v*3 naar de stad om te zien. dat ik kleuren kreeg". Even wierp hij een blik op zijn goedgekleede per soon. CVordt vervolgd

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1928 | | pagina 5