Piano's Orgels Radio ^MMSrOOBTSCH DAGBIAB Moderne Schoorsteen- en hangklokken S. DUIJI'ER BINNENLAND. PIANOHANDEL 27e Jaargang No. 137 Zaterdag 8 December 1928 JDE EEMIANDER" TWEEDE BLAD WILLEM GROENHUIZEN JUWELIER GEDIPL. HORLOGEMAKER FEULLETON. Langs Glibberige Wegen HAVIK 29 Gors- en Kallmann DE MOORD TE ROTTERDAM EEN PIJNLIJK KRUISVERHOOR Verdenking op vage vermoedens N.V.COMPAGNIE LYONNAISE Opruiming Japonnen, Mantels, Hoeden, enz. in ruime keuze, ook in groote maten. HET VUIL NAAR DEN AKKER. Lehnuiden vraagt het Haag- schc vuil. RECLAMES. Van T—4 regels 4 05, elke regel meer I.— GEVESTIGD 1885 MOTOR- EN RIJW Co mm is De zonder* der buren zijn de vreugde vun den mensch. MAXWELL GREY. Door R. L. de W. fO „Bedoelt u, dat 't mijn schuld is 2e knikte. „Ik dacht, dot fortuin je in staat stelde je eigen wetboek te maken." Zij wierp een vluchtigen blik op hem, als wilde zij zien, of iets achter zijn Moorden ver borgen lag. „Niemand kan zijn eigen wetboek maken", zeide ze bedaard. Hij vertelde haar hoe verbijsterend het feit werkte, dat zij hem kende. „Ik zou kunnen rooken als een schoorsteen, drinken als een tempelier en leven als een Turksche pacho", legde hij uit, „en alles voor niets. Dat is de mocht van weerkaatste groot heid." Zij lachte ongeloovig. „Maar er is een keerzijde oan de medaille' ging hij door. „Populair te worden is iets, m#ar het te blijven is moeilijker. Ik zal er voor moeten werken." „Werken, waarvoor?" vroeg ze met opge trokken wenkbrauwen. „Het oanbed om te rooken zal niet her haald, geen drank zei meer geschonken wor den, tenzij dot ik doe, wat me verlangd wordt: de heele bende aan u voorstellen." „Mr. Beresfordl" riep zij uit. „Wat een on mogelijk idee." „Maakt u zich maar niet ongerust", haastte hij zich haar gerust te stellen. Ik heb niet t minste of geringste plan iets zoo krankzin nigs uit te halen." „Krankzinnig „Er zijn hier precies negen-cn-dertig man nelijke wezens zonder wettig aannangsel legde hij uit. „Ik heb ze heel precies geteld Wat leeftijd betreft varieeren ze tusschen de zeventien en zeventig. Gesteld, we nemen oan, gelijke rechten, dan zou dat bet eekenen, dat ik u eens in de veertien dagen zou spreken, terwijl ik hoop, het veertig maal per dag te doc-n." „U is heusch al even dwaas als Lord Dre- with", lachte ze. even blozend. „U moet heel lief voor mij zijn", ging hij door, „anders laat ik de hecle kudde op u af. Binnen drie degen ben ik de meest onpopulaire gast hier in Folkstonc. Zij, die me hun sigaren en sigaretten opdrongen, zullen roeping gaan voelen om me tc doorsteken. Ik durf nooit meer iets eet- of drinkbaars te nccepteeren, uit angst van vergiftigd tc- worden.' „Ik begrijp mannen niet I" zeide zij met een veraf zijnde blik in haar oogen. „Ik zou graag een contract met u sluiten", zeide hij. Even zwegen beiden; droomerig keek zij steeds recht voor rich uit. Beresford rookte vergenoegd. „Een contract?" vroeg ze op eens. zich naar hem toekeerendc. „Als u mij belooft, lederen morgen met mij te gaan wandelen, zal ik niemand aan u voor stellen." Even scheen ze het voorstel te ovei wegen, haar hoofd een beetje op zij, een glimlach in haar oogen. „Van twee kwaden moet men 't beste kie zen", opperde hij. „Ik ben maar alleen, zij met hun negen- en-dertigen." „Goed", lachte ze, „ik stem toe. maar u moet er voor zorgen, dot ze niet last:g wor den." „Als 't blijkt ncodig te zijn, schaf ik me een mitrailleur aan." 2 „Mannen vind ik vreeselijk", kondigde Lola aan, schijnbaar tegen een musch. die vlak bij haar op een struik was gaan zitten. Beresford rookte zwijgend door; hij vond, dat de opmerking geen antwoord van hem noodig had. Dien morgen had hij haar in de hall opge wacht cn samen waren ze langs de „Lcas" gaan wandelen. Beresford ving woedende blik ken op van anderen, die ook gewacht hadden. „Was dat niet erg onbeleefd", vroeg zij zich glimlachend tot hem wendend. „Volstrekt niet. Als ik aan de ncgen-en-dcr- tig artikelen van het mannelijk geslacht in het Imperiul Hotel denk, ben ik het volkomen met u eens." „Gelukkig, dat 't er geen veertig zijn." Ever. wierp ze van onder haar wimpers uit een blik op hem. „Misschien worden 't er dat nog wel", merk te hij onverstoorbaar op. „Maar het veertig ste artikel is vastbesloten, van het tegenwoor dig oogenblik te prcfiteeren." „Waarom zegt u misschien ,,lk docht aan tante Caroline", luidde het antwoord. „Zij zou verboastd staan als zij hoor de. dat u gedurende een half uur mijn gezel schap kon verdragen." „Waarom „Och, Drew cn ik werken hoor altijd op haar zenuwen, zoo 't schijnt. We spreken een andere taal en leven feitelijk in een andere wereld don de hare." „En toch is u beiden zoo verschillend „Zoo verschillend van elkaar als elk op zich IELREGI.EMENT. lie van advies geïn stalleerd. Gisteren heeft de minister van Waterstaat de ingestelde commissie om van advies te dienen omtrent de vraag, in hoeverre de in het Motor- en Rijwielreglemcnt en elders ver vatte wettelijke bepalingen betreffende het verkeer op de wegen en rijwielpaden in ver band met het gebruiken van moto. rijtuigen en rijwielen herziening behoeven, geïnstalleerd REKENT U MAAR NA. Als men eiken dag acht uren Slaapt, don wordt dat met elkaar Honderd-twee-cn-twintig dagen Die we „maffen" in een jaar. Acht uur vrij per dag dut maakt ook 'l Zelfde aantal dagen uit, Dus maakt luiheid hier tweehonderd- Vierentwintig dagen buit! Van driehonderd vijfenzestig. Afgetrokken, blijven nog Hcnderdéénentwintig dagen Om tc werken, lezer. Doch: Tweeënvijftig dagen Zondag Gaan er ook natuurlijk af Wat me als restant voor arbeid Negenenzestig dagen gaf Tweeënvijftig Zaterdagen ('n Halve dag is ieder vrij) Maken zesentwintig dagen. Blijven drieëntwintig. Eil Anderhalf uur voor het eten Op een dog is juist en klaar. 't Zijn ook drieëntwintig dogen In een vol kolenderjuor. Twintig dagen blijven resten. Waarvan veertien noodig zijn. Voor een heerlijke vacantie In den zomerzonneschijn! 'k Hou zes dogen om te werken. Maar mijn som is nog niet klaar. 'k Hud het Pinksterfeest vergeten Poschen, Kerstmis en Nieuwjaar. Er blijft dus één dogje over Cm te werken 't Gaat niet door. Want dien dag breng ik belasting Naar het Rijksontvangkontoorll GROEGROE, (Alle rechten voorbehouden). Ook de vorstandhouding tusschen mij en den heer Lans heeft een uitvoerig punt van verhoor uitgemaakt. Toen de zaak vier jnar geleden omgezet werd in een Noumlooze Vennootschap, heb ik mc er financieel, bij geïnteresseerd onder be ding, dat ik na verloop van een jaar als mede directeur zou worden benoemd. Doch de heer Lans wilde daurvan niets we ten en steeds heeft hij die benoeming tegen gewerkt. U kunt begrijpen, dot als gevolg daarvan er wel eens harde woorden tusschen den direc teur en mij gevallen zijn, maar in den laotsten tijd was dot niet meer gebeurd. Onze verhou ding moet dun ook niet onders beschouwd worden als een zuiver zakelijke Zijn en mijn familie hebben dan ook geen omgang met el kaar. Vandaar dat ik geen inlichtingen kon verstrekken omtrent het privélevcn vun den heer Lans. De politie geloofde dit echter niet cn stelde mc allerlei strikvragen. Met alle mogelijke getuigen ben ik gecon fronteerd cn men liet mij daarbij in verschil lende houdingen in een hel verlicht vertrek rondloopcn. Zelf kon ik de getuigen niet zien, weet ik dus niet, met wien ik geconfronteerd ben cn bleef ik ook onkundig van de resul taten. Het schijnt wel vost te staan, dat iemand van mijn grootte en vrijwel gelijk gekleed als ik op den avond van den moord omstreeks kwart voor zeven in de nabijheid van het kan toor gesignaleerd is. Alle verklaringen werden daarna op schrift gesteld, waarna ik, zoools u bekend is, gister avond in vrijheid werd gesteld. Dc heer v. O. wees er nog op, dot alles, wat tegen hem in gebracht is, niet op positieve beschuldiging berust, maar slechts tc beschou wen is als vermoedens. BRAND. Woensdagavond ontstond, vermoedelijk door het rooken van spek, brand in dc boerderij van J. Ernst te Made Met moeite kon het vee worden gered. Dc gehecelc boerderij brandde uit. B. en W. van Leimuiden zeggen in een adres aan den Raad van 's-Gravenhage, dat zij 21 Nov. aan B. en W. onderstaanden brief heb ben gericht „Wij ontvingen van de Maatschappij „Mij- vo" tc Amsterdam dc mededeeling, dat door haar oan uw college de aanbieding werd ge daan voor afneming van een gedcepe der af valstoffen uwer gemeente ter cuhlvevring van rietgronden in onze gemeente gelegen. Het is voor onze gemeente van groot be lang, dot hier behoorlijke cultuurgrond wordt gemaakt cn het is daarom dat wij deze aan bieding bij uw college ten zeerste aanbevelen, temeer daar de verwerking der afva-stoffen door deze Maatschappij hygiënisch aan olie eischen voldoet, zooals ons nu r^eds is ge bleken met bewerking van dc afvalstoffen van Haarlem door meergenoemde Maatschappij. In verband met dezen brief vet klaren ze, dot ze alle medewerking toezeggen en zullen ver- leenen. teneinde de afneming der afvalstoffen door de Mijvo naar hun gemeente te bevorde ren en daarom verzoeken zij de cfvalstoiïen van Den Haag aan de Mijvo af ie s'aon voor het in cultuur brengen der Heigronden in Lei muiden ALGEM. NEDERL. VERBOND. Ontslagneming van voorzitter cn secretaris der Groep Vloandcren. Reeds een paar maanden is het niet al te gunstig gesteld met de harmonie in het be- srtuur der Groep Vlaanderen ven het Algem. Ncderl. Verbond zoo meldt het Hbld. Meer dan waarschijnlijk ligt daarvan de oorzaak in een moeningsvcrsclul nopens de vraag of het strijdig is met de bondsstatuten indien het hoofdbestuur bezwaar zou maken tegen het door Noord-Nederlanden deelnemen aan de Wereldtentoonstelling in 1930 tc Antwerpen, als zijnde deelneming oan het vieren van het 100-jarig bestaan van België. In een dezer dagen gehouden groepsverga dering is het tot een botsing gekomen tus schen het dag. bestuur cn vertegenwoordigers van Vlaamsche afdeelingen. Behoudens de leden van het D. B. en één Antwerpsche afgevaardigde, verklaarde de vergadering tegen den tekst, waarin het be st uursrtandpunt volgenderwijze werd geformu leerd „De beteekenis vnn Art. 2, lid 2 van de Verbondswethet A. N. V. kent gods dienstige noch stoatkund'ge richting, is vervat in de verzekering destijds gegeven door het groepsbestuur aan de leden, nl. dat hét A N. V. aan geen politiek doet en zich uislui tend bezig houdt met cultureelo vraagstuk ken." Dr. V. F. BÜCHNER. Conservator aan de Rijks- bibliotheek tc Leiden. Gister is in het Diacortessenhius te Leiden na een betrekkelijk korte ongesteldheid in den ouderdom van 44 jaer overleden, Dr. Victor Fricdrich Büchner, Convervator voor de hondschriften aan de universiteitsbibliotheek, te Leiden. Dr. Büchner word aanvankelijk opgeleid voor het onderwijs in de klassieke tale*, maar het bleek alras dat hij voor leeraar niet zeer veel gevoelde. Zijn groote linguïstische ken nis en zijn breede historische kennis waren uitermate groot, doch de Grieksche, Latijn- sche on Nederlandsche handschriften, waar- Perzina Grand Kohier Aeolian Hörügel Sinus wisselstr. toestel geheel compleet f 250.- mode hij in zijn functie aan de bibliotheek te maken had, hadden allerminst zijn voorliefde. Hij wist er echter alles van en verbaasde me nigmaal de specialisten door zijn groote ken nis ook op dit terrein Zijn voorliefde ging uit naar de Romaansche talen en daarin was hij een meestter. Den laatsten tijd bestuurde hij met het oog op het Nieuwe Testament, het Gorgisch Ook de Semietishe talen las hij met het grootste gemak. Hii was geregeld me dewerker aan de Encyclopaedic van 'de Islam, waaraan hij tal van bijdragen leverde. De we tenschap lijdt door het heengaan van Dr. Büchner een zeer groot verlies. In het bijzon der de bibliotheek te Leiden zal zijn groo- groote kennis zeer missen. Dc teraardebestel ling zal o.s. Maandag des ochtends te kwart voor twaalf uur op de Familiebegraafplaats te Miriderberg plaatshebben. BANDIETENSTREEK. Een aanslag op een auto. Bij een dikken mist, die het uitzicht belem merde, reed Woensdagavond, naar de „N. R. Crtmeldt, omstreeks 9 uur een heer uit Leeuwarden, die ollcen in zijn auto zat en uit de richting Meppol kwam, op den rijksweg nabij het Steenwijker pompstation boven op een paar dwars over den weg liggende denne- boomen Door den schok en tevens verward in de tokken, slingerde de auto heen en weer, doch hij kon zonder ongelukken tot staan ge bracht worden. Dc nog jonge dennen waren uit een in de onmiddellijke nabijheid gelegen bcsch gehaald. Nauwelijks stend de auto stil, of drie kerels kwamen te voorschiin en spron gen, zeker met weinig goede bedoelingen, op den wagen toe. De bestuurder van den auto green ter verdediging zijn motorsleutel. Juist op dit kritieke oogenblik naderden oen paar fietsrijders, en dit deed waarschijnlijk dn aan vallers op de vlucht slaon. Toen bleek, dat er ook nog twee zware keisteenon ter versper ring op den weg waren gelegd. Nadat boomen en keien op don berm waren geworpen, vervolgde den auto zijn weg. Bij de politic te Steenwijk is van het geval aangifte gedann. Onderhoud met den procuratiehouder UTRECHTSCHEWEQ 10. - TEL. 179 - AMERSFOORT Het Dagblad van Rotterdam heeft een onder houd gehad met den heer G. J. van Oudheus- den in zijn woning aan de Obrcchtstraat te Den Haag, die uit den aard der zaak overge lukkig was, dot hij, na als verdacht van den moord op den heer Lans gearresteerd was, Woensdagavond weer op vrije voeten wos ge laten. De heer v. O. was er van overtuigd, dat met deze arrestatie zijn naam een gcduchten knauw heeft gekregen en dot slechts volledige open baarheid hem kan rehabiliteeren. De verdenking. Wat de verdenking betreft, verklaarde do heer v. O., dat hij reeds op d'cn avond, dot de heer Lans vermoord werd, gevoeld heeft, dot hij zeker niet vrij van verdenking zou blijven Immers hij was dc laatste man, die het kan toor had verlaten, 't geen voor dcrl heer v. O een bezwarende omstandigheid zou kunnen zijn Toch heeft hij er niet het minste vermoeden van gehad, dat de verdenking zoo dreigend was, dat hij door de politic onder specinie bewaking was gesteld en hcelemaol niet, dot dit alles gevolgd zou worden door een arres tatie. Nachts om twee uur. De arrestatie heeft zich onders afgespeeld don verschillende bladen het Woensdag hebben voorgesteld. Den gchcelen dag, aldus dc heer van O-, was ik te Rotterdam op kantoor geweest. Na afloop van m'n werkzaamheden ben ik naar een familielid gegaan aldaar, te wiens huize een zakelijke conferentie plaats vond. Na daar gegeten te hebben, ben ik naar den Hang gegaan en wel naar dc Copernicusloon, alwaar ik m'n vrouw van een vcrjaarsfecstjc zou af halen, zooals 's ochtcns was afgesproken. Om kwart over elf, zoo ging de heer v. O. verder, zijn m'n vrouw cn ik naar huis gegoun. Ook op dat moment had ik niet het flauwste vermoeden, dat nl mijn gangen wer den nagegaan en wist ik ook niet, dot dc politie mijn woning bewaakte. We zijn rustig naar bed gegaan, waarna ik omstreeks twee uur in den nacht opgeschrikt werd door dat er gebeld werd. In nachtgewaad kwam ik naar voren om de deur te openen. Ik zag een heer, die zich be kend maakte als inspecteur van politie. Nadat ik gevraagd had, of hij zich wilde legitimecren, 't geen hij onmiddellijk deed, liet ik hem binnen. Hij werd op den voet gevolgd door twee an dere heeren, die, zooals ik later bemerkte, rechercheurs waren. Nadat ik de heeren in de huiskamer had gelaten, zei de inspecteur mij op last van den officier van justitie in voorloopige hechtenis te moeten nemen. Dc politiemannen doorzochten toen het ge- heele huis en namen alles in beslag, wat naai hun meening maar van eënig belang kon wor den geacht. Zoo nam men de schoenen mede, welke ik op den avond van den moord droeg en ook m'n scheermes, In de cel. Nadat ik m'n vrouw bezworen had volko men onschuldig te zijn, werd ik naar» het Huag- sche hoofdbureau van politic overgebracht, alwaar ik in een cel van het arrestontenlokna! den nacht verder moest doorbrengen. 's Ochtends vroeg ben ik onder bewaking van een inspecteur cn twee rechercheurs per auto naar het station, met den trein naar Rot terdam en toen weer per auto naar het politie bureau aan de Meermansstraat overgebracht. Daar werd ik geleid voor commissaris Dijkstra en den inspecteur Hermans en moest ik, waar ik hetzelfde costuum aan had, 't welk ik droeg op den avond van den moord, m'n broek uit trekken om deze op bloedsporen te laten on derzoeken. Een pijnlijk kruisverhoor. Later werd ik aan een zeer langdurig cn pijnlijk kruisverhoor onderworpen, waarbij alles ter sproke gebracht werd, wat ook maar bij verste benadering op den moord betrekking kon hebben. Wanneer een of andere verkla ring van mij niet ten volle overeenstemde met verklaringen, welke andere personen hadden afgelegd, don moest ik daarvan uitleg geven, 't geen uit den aard der zaak voor mij werke lijk niet altijd mogelijk was. Dc voornaamste verdenking, welke op mij scheen te rusten, was, dat ik, toen de heer Lans vermoord werd, nog op het kontoor aan» wezig zou zijn geweest. Volgens verklaring van dr. Mees, die het lijk om kwart voor acht ge schouwd heeft, moest de heer Lans toen reeds ongeveer twee uur dood zijn geweest. De moord had dus tusschen half zes en zes uur bedreven moeten zijn en daar ik eerst om ruim kwart over zes het kantoor verlaten heb, werd dus de veronderstelling gemankt, dut ik nog in het pand aan den Oostzeedijk was, toen de heer Lans vermoord werd. Dit lootste heb ik echter ten stelligste ont kend. Toen ik het kontoor verliet, heb ik den heer Lans nog non z'n bureau zien zitten, hem daarna gevraagd of hij meeging, waarop hij antwoordde nog eenigen tijd te blijven, doai hij nog werk had te verrichten, dot hij nl wilde maken. De politic verlungde een verklaring, hoe 't mogelijk was dot ik, na ruim kwart over zes het kantoor verlaten te hebben, eerst met den trein van 7.15 von het station Hofplein naar den Haag ben vertrokken. Ik zei naar het station te zijn gcloopen juist op het station te zijn gekomen, toen de stoptrein van 7 uur wegreed. Daarop besloot ik den volgenden trein te nemen. Dc politic vroeg mij, waarom ik von het kantoor naar 't station liep. Mijn verklaring daarover was, dat ik, die 't valt geen oogenblik te ontkennen zware financicele verplichtingen heb, uit zuinigheids overwegingen gewoon was von kantoor naar 't station te loopen. Deze verklaring werd blijkbaar niet afdoende beschouwd, want de politie liet duidelijk door schemeren, dat zij een dergelijke zuinigheid absurd vond. Het verhoor liep verder over den finan- cieelen toestand, waarin de heer van O. ver keerde, waarbij dc politie te kennen gaf, da\ juist dc geldelijke zorgen voor hem een be zwarende omstandigheid vormden. „Alsof ik om geld iemand uit den weg zou ruimen!" zelf weer verschillend is van tante Caroline. Drew neemt den schijn oan, alsof hij alle ge voel gebannen heeft." „En u vroeg ze. „Ik heb alles gebannen, behalve mijn ge voel", zeide hij, haar glimlachend aankijkend. „En toch is Lord Drewith zij aarzelde. „Zoo gevoelig als een opera-ster. die zich door een plaatsvervangster overschaduwd ziet worden." „En u zeide, dot hij geen gevoel had." „Ik zei, dat hij den schijn aannam van on gevoelig tc zijn". „Hoe bedoelt u dat „Ja, dat is tamelijk lastig uit te leggen. Stel u eens voor, dat u uit een bootje in 't watei was gévallen. Diew zou u nospringen en er uit halen en dan vermoedelijk u heel in 't vertrou wen vertellen, dot u er nu juist niet op uw voordeel uitzog en goed deed gauw naar huis te gaan om u v.*at cp te knappen." „Ik zal oppassen, nooit iri 't water tc vallen als Loid Drewith in de nabijheid is", zeide zc vroolijk „Mijn redd.er zou zou „Wat?" vroeg hij vol belangstelling. „Nu, ik derk, dat ik zou willen. d«at hij ang stig naar me keek, om te zien, om of ik nog wel leefde." „Ja, terwijl het water hem uit neus en ooren droop". „Mr. Beresford I" riep ze verontwaardigd. „Ik geloof, dat u en Lord Drewith samen in staat zijn ulle poëzie te dooden." „Ieder kan zich niet de luxe permitteeren van poëtisch tc zijn. Drew bijv. met ziin titel en twee duizend pond per jaar, zooals hij u heel openhartig zou vertellen en ik zonder titel en rnet nog geen twee pond per jaar. Neen, poë zie is alleen voor hen, die rijk met aardsche goederen zijn gezegend." „Poëzie heeft hoegenaamd niets met geld te maken", verklaarde zij ernstig. Poëzie is niets anders dan liefde voor al wat mooi is." „J«3 maar dan toch alleen mooi, waur gevoel in Hgt", verbeterde hij. „Juist, mooi, waar gevoel in iigt", stemdo ze toe, haar oogen gericht op het bruinroodc zeil van een schip, heel in de verte. „Iemand, die urrn is, kan zich niet de luxe veroorloven van er gevoel op na te houden. Hij zou er zijn vrienden, zijn baantje cn ol zijn levenskansen door verliezen." „Maar waarom doet Lord Drewith niets „Niets doen I" herhaalde hij. „Wat zou hij moeten doen „Zou er voor hem geen werk tc vinden zijn?" vroeg zij. „Ja maar, in welke richting Pairs werken gewoonlijk niet. Of hij moest taxi-chauffeur worden, maar don gingen bij tante Caroline dc poppen aan het dansen." Ze zweeg een poosje, toen zich naar hem toekecrend, schudde ze haar hoofd, ze scheen niet in staat een woord te uiten. „Voor derriccrat'e is 't heel moeilijk om naar boven te komen. Drew en ik zijn kinderen van onzen tijd. Drew was nu een naai brstemH om pair te worden, mij stopten ze in Buiteiuand- sche Zaken Toen brok de oorlog uit en werd alles door elkaar gegooid cn ik hij hield op. „En u herhaalde Lola, naar hem opkijkend ,.Ik ben in een land, waar geen land meer achter ligt (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1928 | | pagina 5