Dt JACHT OP DEN HYPOTHETISCHEN SCHURK Een afstammeling van HeinrichHeine! NIEUWE ONTHULLING IN AMERIKA DE ONTKENNINGEN DUREN VOORT „Transitus innocuus" Nederland moei bij den Volkenbond opheldering vragen Een nota van het Fransche Ministerie van Oorlog. Het Fransche ministerie van Oorlog pu bliceert de volgende nota: „Het U. D. heeft op 28 Febr. den tekst gepubliceerd van de zoogezegde notulen van een conferentie van den gcneralen staf van Frankrijk en België, die plaats gehad zou hebben \an 7 tot 12 Sept. 1927. De tekst, door het blad weergegeven, is onderteekend door Generaal Debiney, chef van den generalcn staf van het Fransche leger, generaal Galet, chef van den staf van het Belgische leger en de Bro- queville, Belgisch minister van nationale verdediging. De tekst is een onhandig ge stelde samenvoeging van onwaarschijnlijk heden, even hatelijk als bespottelijk, die de minister van Oorlog zoo formeel mogelijk in alle onderdeden tegenspreekt. In het bij zonder is generaal Debene.v slechts éénmaal in zijn leven naar België gegaan, kort na den oorlog, orn er een voordracht te geven, op een oogenblik, waarop hij nog geen chef van den staf was, n I. vóór Jan. 1925." De Belgische gezant bij Briand. Uit Parijs wordt d.d. 2 Maart gemeld: Hedenmorgen heeft Briand een onderhoud gehad met den Belgischen gezant, met wien hij vermoedelijk het geheim militair ver drag besproken heeft. In den loop van het onderhoud hebben beiden verschillende opmerkingen gemaakt over de beweegredenen, welke het Neder- landsche blad tot de publicatie hebben kun nen brengen. De ambassadeur zou Briand o.a. ingelicht hebben over de meening der Belgische regeering in dit opzicht en van haar voornemens ten aanzien van de cam pagnes van onjuiste berichten gelijktijdig tegen België en Frankrijk gericht. Briand betuigde den ambassadeur zijn verontwaar diging over het bewuste valsche stuk en deelde hem de antwoorden mede gegeven aan d vertegenwoordigers van Npderland en D1 chland. die stappen deden bij den Quai Trsav. Hij verzekerde België en de Belgis. be regeering bovendien van zijn vriendschap en toewijding. Esn verklaring van den Bel gischen gezant te Berlijn. Men meldde Zaterdagavond uit Berlijn: De Belgische gezant te Berlijn heeft van daag op het rijksdepartement van buiten- landsche zaken in opdracht van zijn regee ring uitdrukkelijk verklaard, dat de docu menten gepubliceerd in het Utrechtsch Dag blad als een vervnlsching dienen te worden beschouwd en dat een conferentie, die tus- schen 7 en 12 September 1927 tusschen de Belgische en Fransche generale staven zou zijn gehouden, nimmer heeft plaats gehad. Bovendien bevestigde de gezant uitdrukke lijk de verklaring door Hymans op 26 Fe bruari j.l. in de Belgische Kamer afgelegd. Een verklaring van de Brouckere. Een der medewerkers van het Vad. meldt uit Brussel' Senator L. de Brouckere, die eeni.ge jaren geleden „conseiller" was aan het departe ment van Buitenlandsche Zaken, verklaar de ons, dat hij destijds één enkel artikel van het geheim verdrag heeft leeren ken nen: daar hij het noodig had voor zijn werk, werd het hem door Vandervelde. den toen- maligen minister, medegedeeld. Dit artikel nu heeft de senator in den tekst van het Utrechtsch Dagblad niet teruggevonden Wij hebben den heer de Brouckère ook eenige opheldering gevraagd over den veel besproken brief, welken hij in 1920 van Vandervelde over het verdrag zou gekre gen hebben: er is over dien brief reeds heel wat ie aoen geweest in fir wereldpers, wij wilden graag weren wat er in stond. De Brouckère begon hartelijk te lachen: ..Wist ik het zelf maar' Helaas weet ik niets van den inhoud cn niets van een brief. De zaak van den brief aan de Brouckère is een jour nalistieke fantasie, die nu al enkele jaren oud is en waarschijnlijk in de komende ja ren ook nog wel dienst zal doen." De naam van den dader wordt nu in Brussel en Antwerpen overal genuemd Het zou een zekere Heine zijn (elders wordt hij Franck Heine genoemd. Red. A. D.) nog wel een directe afstammeling van den dich ter Heinrich Heine' Die latere Heine dan is in ieder geval een niet zeer respectabel individu Hij is gedu rende eenigen tijd, zij het dan ook door een zeer lossen band, verbonden geweest aan hpf Duitsche gezantschap in Brussel Spoedig heeft men daar bemerk» rnet wien men te doen had. niet zoo spoedig eclifpr. of Heine had zijn diensten reeds aangebo den aan den Belgischen geheimen inlich tingsdienst Daar «chijnt men hem niet te hebben wil len gebruiken, waarop Heine plotseling meende, een politieke rol te moeten gaan spelen. Hij werd half communistisch en extreem anti militaristisch journalist. Hij heeft o. m een felle campagne gevoerd voor de desannexatie van Rupeti en Malmedy, met het wel wat wonderlijke argument - vooral in zijn mond! dat België zich niet langer door zulke burgers kon laten ont eeren! Toen zijn er ook strafrechtelijke zaakjes over oplichting en zoo meer aan het licht gekomen en de laatste der Heines verdween van het politieke tooneel. Heeft hij dan achter de schermen ge werkt? Te Brussel wordt beweerd, dat hij de Utrechtsche documenten zou hebben ge mankt of althans aan het maken er van zou hebben medegewerkt. Daarbij moge men echter bedenken, dat een man als Heine juist zoon man' epn prachtige zondenbok zou zijn vooral als er geen zonden gepleegd zijn. geen zon <!e der vervnlsching namelijk, maar wel de zonde van het geheim verdrag Men verwacht in Belgische kringen veel \an de rede. die Huysmans Zondag te Am sterdam houdt. Nieuwe onthullingen in Amerika. Naar, volgens een Berlijnsch telegram van het. Hbld.. de New Yorkscho corres pondent van de „Tag" meldt, publiceert de New-York American" het geheime proto col van een rede van den chef van den Bel gischen generalen staf Galet op 20 Maart 1928 in de 32ste zitting van de commissie voor de reorganisatie van de Belgische landsverdediging gehouden. Behalve den tekst publiceert het Amerikaansche blad ook een foto van bet origineele stuk. Uit het protocol blijkt, dat Galet in doze vergadering uiteen heeft gezet, hoe een verdedigingsoorlog, die de Belgische troe pen in samenwerking met de Fransche en de Engelsche troepen zullen voeren, dient te worden voorbereid. Hij drong er op aan, i t deze voorbereiding beëindigd zou zijn vóór de ontruiming van de bezette Duit sche gebieden in 1935 en wees in dit ver band op de overeenkomst, die op 14 Juli 1927 met Engeland is aangegaan. Dt Engelsche regeering zou zich, althans volgens de vertrouwelijk© mededeelingen van Galet, bereid hebben verklaard een ex peditiecorps van 160.000 man te zenden, waarbij er zorg voor gedragen zou worden, dat' de cavalerie sterk gemotoriseerd is. „Nood brec" wetten", betoogde Galet verder, en de schending van de Nederland- sche neutraliteit is dus geoorloofd. In dit verband bracht Galet eveneens een doortocht van de Belgische troepen door Nederlandsch Limburg ter sprake. België zou in de eerste dagen der mobilisatie 300.000 man actieve troepen ter beschikking moeten stellen, terwijl Frankrijk het met een expeditiecorps van 1J2 millioen man ter hulp zou komen. Als doelwit van de Bel gische operaties noemde Galet de bezetting van het Duitscho industriegebied. Deze nieuwe onthulling zou de „New- York American" van de Universal Service uit Genèvo hebben ontvangen. Ecu verklaring van generaal Galet. Generaal Galet hoofd van den generalen staf van het Belgische leger; heeft de vol gende verklaring afgelegd Ik heb zooeven kennis genomen van het zgn. proces-verbaal van Fransch—-Belgische conferenties tusschen de legerstaven, die zouden hebben plaats gehad te Brussel van 7 tot 12 September 1927, welk dociu nent door het „Utrechtsch Dagblad" wordt gepu bliceerd. Ik verklaar op de meest categorieke wij ze. dat dit stuk van het begin tot het einde valsch is. Volgens dit document zou ik in het ge heim geniepe combinaties op touw zetten, van dien aard om mijn land in echte avon turen te betrekken, een naburig en bevriend land verraderlijk aan te vallen en den vrede te verstoren, die door alle volken d{-n verlangd wordt. •re manier om mMn persoon voor te y 'cn is in strijd met al daden die Ik gedurende en na den oor!' gesteld heb Teikens als het mogelijk was heb ik ten voordeele van den vrede gewerkt. Inzonder heid ten on-iVKte van Nederland heb ik ge tracht met de Nederlandsche militaire over heden hartelijke cn op vertrouwen gegron de betrekkingen te onderhouden, zooals het hoort tusschen de vertegenwoordigers van twee kleine landen, die van elkaar niets te hehhen. Ten overeenkomst, die voor miin land in- fp-n-uionale verbintenissen rnedpbrengt. heb nooit opgpsteld. noch onderteekend. Ik heb nooit maatregelen op het oog frëhori, <0070 rr>i<p) als verweer tegen over Duitschland Deze maatregelen moes ten uitsluitend op ons grondgebied uitge voerd worden cn wij hadden als ccnig doel een aanval af te slaan, waarmede ik, naar aanleiding van de gebeurtenissen van 1914, waarvan mijn land het slachtoffer werd, verplicht was rekening te houden. Ik protesteer tegen de lastertaal van het Utrechtsch Dagblad en ik behoud mij t recht voor herstel te eischen van degenen, die voor deze beleedigende publicaties ver antwoordelijk zijn. Een rede van minister Hijmans. Uit Brussel wordt gemeld- Aan een feest maal ter gelegenheid van het zilveren ambtsjubileum van den burgemeester van St. Josse ten Noode* een voorstad van Brus sel, heeft de minister van buitcnlandsehe zaken o.a. gezegd, dat de vaderlandsliefde uml is. «'ie zoowel in vredes tijd als in oorlogstijd wordt beoefend. Kr zijn in vredestijd moeilijke ©ogenblikken, waarin de goede burgers van alle partijen de behoefte gevoelen en het zich tot een plicht rekenen zich nauwer aaneen te scharen. België heeft zich sedert tien jaar nauw en van ganscher harte aangesloten bij de beweging, die in de wereld is geor ganiseerd om een stelsel van orde. rechten vrede te verwezenlijken; het heeft deelge nomen aan de stichting (?n do ontwikke ling van den Volkenbond, aan de onder handelingen over het pact van Locarno en het. pact van Parijs tot veroordeeling van den oorlog. Voorts voert de regeering met de Neder- landsche regpering onderhandelingen ter regeling van delicate economische quaes ties. Dit zijn vriendschappelijke onderhan delingen, die wij in een geest van verzoe ning wenschen te zien leiden tot een over eenkomst ingegeven door de gemeenschap pelijke belangen van twee aan elkaar gren zende landen, die alle reden hebben zich met elkaar te verstaan en elkaar te helpen. Onder deze omstandigheden verheffen zich stemmen, die ons op grond van valsche do- cumten ik weet niet welke agressieve plan non en verdachte manoeuvres trachten toe te schrijven. Wij hebben beslist, plechtig cn op alle punten deze valsche documenten tegengesproken cn hebben het recht te ei schen, dat ons woord niet in twijfel zal wor den getrokken. Wie kan zich voorstellen dat België, na tijdens den oorlog de verpersccn lijking te zijn geweest van de zaak van het recht, thans zijn eervol erfdeel zou verspe len met achterbaksche besprekingen, di«* den wereldvrede zouden bedreigen? Met groote voldoening constateer ik. dat de gc- heele Belgische openbare meening met ons protesteert. Men zal er niet in slagen ons te bevuilen of ons te verlagen en sterk door den steun van het Belgische volk, zullen wij onze nationale waardigheid ongerept hou den. Een interview met Prof. Ger- retson. In de Standaard komt een interview voor met Prof. Gerretson le Utrecht, waar bij deze over den vraag of hij iets te maken had gehad met de publicaties van het Utrechtsch Dagblad-artikelen. Niets hoegenaamd. Wel heb ik, cn niet slechts ik. den inhoud van het stuk vóór dc publicatie gekend en verklaart deze voor kennis den toon van mijn Utrechtsche rede, vooral hot slot, waarin ik doelde op de mo gelijkheid van een conflict, dat een strijd op leven en dood zou beteckenen voor hot geheele Nederlandsche volk in Noord en Zuid. Doch uitsluitend aan dr. Bitter komt de eer toe, de zware verantwoordelijkheid voor deze publicaties cn zich te hebben ge nomen: in verband met het Belgische ver wijt, dat het hier een activistische mmoevrc zou gelden, stel ik er prijs op te verklaren, dat dr. Ritter, zeer terecht, daarover noch met mij, noch rnet andere Groot-Noderlan dors overleg heeft ganlcegd. Wie zich trou wens het standpunt herinnert, dat dr. Ritter tijdens den strijd om het ontwerp-Van Kar nebeek heeft ingenomen, weet, hoe afkeerig hij is van vermenging van Hollandschc en Vlaamscbe aangelegenheden. Het staat daarom vast, dat dr. Ritter bij zijn besluit tot publicatie alleen gedreven is, door wat hij beschouwt als het belang van den Hol- 'andschen Staat. Acht u eenige waarheid gelegen in het verwijt in De Nederlander, dat het docu ment voor dc publicatie ter kennis van de regecring behoorde te zijn gebracht? Nu was, naar het departement van B. Z. in de ->ers liet verluiden, minister Beelaerts door de publicatie volkomen verrast en heeft men hem zelfs den inhoud vanuit Den Haag moeten overseinen! Indien zulks werkelijk door B. Z. aan 'e nors is te kennen gegeven, dan moet ik verklaren, die mededeeling niet te begrijpen De „Manchester Guardian", die gewoonlijk buitengewoon good is ingelicht, heeft mede gedeeld, '~t minister Beelaerts kennis droeg van den 1 -houd vóór de publicatie. Acht M die mededeeling juist? Ik go'^of niet, dat zij voor tegenspraak vatbaar He meen inderdaad, dat minister Beelaerts i staat is gesteld, vóór de publi ratio van den inhoud van het documenl kennis te nemcn, zoodat hij in staat is ge weest, int'i'ls de commissie voor buitenland rche zaken in te lichten. Het is mii niet be kond. dat dit laatste geschied is: wèl dat de regeering in een memorie van Antwoord de hechte" vriendschap tusschen België en 'Tolland genrezen en haar geloof in de toe nemende kracht der vrodoserednehte geui! hooftMisschien (ik weet het n'W *^nr bet sch'int mii niet onmogelijk) is c verhand tusschen deze regeeringsu i en het tijdstip der publicatie. Dc regeering heeft dan ook de moge lijke stappen tot opheldering reeds ge daan Meent u? Meent u. waarlijk dat de gedane stappen te Brussel en te Parijs tot ophcldcrittfc konden leiden? Ik zou zeggen- het moet der regeering bij voorbaat volko men duidelijk zijn geweest, dat opheldering door deze stappen niet kon verkregen wor den en de opheldering eer op deze wijze bemoeilijkt wordt. Niemand zal toch wel gelooven dat Parijs en Brussel op «le vraag of dc gepubliceerde tekst van het geheime verdrag authentiek is en of dc notulen van 1927 juist zijn, niet „ja" zou den hebben kunnen antwoorden, zelfs dan, wanneer „ja" de waarheid zou weergeven. Bij het slotartikel van bet geheime verdrag is immers overeengekomen, dat men de be woordingen strikt geheim zou houden: een toestemmend antwoord zou dus schenden zijn van het verdrag door de partijen. En ïrt volk recht informeert onze regecring "igenlijk naar den juisten inhoud van de besprekingen van de generale staven der 'londgenooten? Voor het eerst van mijn le ven hen ik het eens met de „XXme Siècle": tiet is niet behoorlijk bij iemand te infor meeren of het juist is, dat hij met moord olanncn tegen u rondloopt. Neen. de vragen te Rrussel en te Parijs zijn slechts schijn hewcg:ngen, die alleen het nadeel hebben, «lat zij liet antwoord van dc regecring aan den heer Heemskerk automatisch vastleg een. Dc regeer»ng kan toch moeilijk zeg gen: in Parijs en Brussel verklaart men. flat bet document schurkenwcrk is, maar wij. Nedorlandsche regeering, wij weten dat -og zco precies niet. Het is des te meer te bejammeren, dat de regeering dit doodloonend slop is inge slagen, omdat de koninklijke weg naar vol- 'odigo opheldering voor haar open ligt U meent: den weg naar Genèvo? Tndcrdnad. Nederland is voor de \ol- ledige opheldering van deze zaak niet af hankelijk ven den goeden wil en van dc gunst van Brussel en Parijs. Dat zon zoo geweest zijn voor den oorlog. Maar onder j het nieuwe volkenrecht, onder het statuut van den Volkenbond hebben wij een recht rot opheldering. Doch u weet toch wel, dat te Genève alleen de mantel-nota is gedeponeerd! Natuurlijk! maar daarom gaat liet nu mist. Tot dusver had Nederland geen spe ciale reden om aan te dringen op nako ming voor Frankrijk cn België van luin verplichting het geheim verdrag te publi- cecren. Nu is dat anders. Nu kan Neder 'and zoggen: ziehier, deze opschudding, het gevolg ven uw verhein*elijking in strijd met uw verdregsplicht; de rust in Europa vor dert, dat gij eindelijk uw plicht doet, liet verdrag ope -baar gemaakt en daardoor „lis tige machinaties" als de l'troclitsclie publi eaties onmogelijk maakt. Natuurlijk zal daarop een weigering volgen: cn dan moet Nederland als bet waarlijk In liet nieuwe Volkenrecht g'looft, ook den strijd voor dat recht aanduiden, en in bondgenoot schap met de overige neutralen doorzetten óf tot de publicatie resp. annihilatie van het geheim verdrag óf den Volkenbond te gelijk verlaten. Thans met eens cn voor al worden uitgemaakt of dc Volkenbond rea liteit is en of de Bond in staat is, zijn leden te dwingen, hun voornaamste verdrags olichter. na te komen Zoolang dc Volken hond, willens en wetens, het bestaan van gehc'me verdragen tolereert, ontbreekt dt- reëele basis voor dc ontwikkeling van een Eu.ropecsrhe S'atengcmeenschap. Parijs en Brussel willen natuurlijk een i "ndern weg uit Zij volgen de bekende 'actick van den dief, die het luidst „houdt 'en dief' r~ept. en zich welwillend aanbiedt, om bij dc vervolging een nandje te helpen De jacht op den hypothetische» „schurk waaraan de heer van Cauwclaert zelfs de Nederl-ndsche regeering wil doen deelne men, is niets dan ccn manoeuvre om de aandacht van de hoofdzaak af te leiden. De vraag na°r de authenticiteit van het Utrechtsche document is slechts van uiterst secundaire he>c uenis. Immers, zelfs al kon bewezen worden, dat het document, niet authentiek is, dan zou dat nog volstrek! riet bewijzen, dat de inhoud niet met het "uthent'ekc document overeenstemt. En zrifs al zou ook dc inhoud bewezen wor den n'et authen'iök ie zijn. dan nog zouden wij alleen weten (wat ons niet schelen kan) wat er in het orighieele geheime verdrag niet staat, terwijl het eenige wat Neder 'and scheen kan en wat Nederland, «als lid van den Volkenbond recht heeft te weten is. wat er, in het geheime verdrag wel staat. Het is m.i. zeer tc hopen, dat onze pers z:ch door het B°lg'sehc lawaai niet laat "flciden, en on het ware doel blijft aan sturen: de verplichte publicatie van het ge heime verdrag. „Transitus innocuus". De Maasbode schrijft: Dat men uiting, toepassing of uitwerking van gesloten verdragen toch maar liefst niet uitsluitend in militaire handen moet leggen, spreekt wel van zelf. De Fransche en Belgische stafofficieren, die het gerucht makend verdrag hebben „geïnterpreteerd', hebben dit in ieder geval nog eens afdoen de en voldingend bewezen. En wel op ha^st verbijsterende wijze. Als volkomen -"eltig zijn volgens deze heeren te besch wen dwangmaatregelei tegen elke derde mogendheid, die zou wei geren de clausule van den „transitus inno cuus. den schadeloozen doortocht", ten voordeele der Belgische of Fransche legei's te laten gelden. En als motivcering volgt dan zoo maar terloops in een tusschenzinnetjesimmers het verdrag van den Volkenhond staat der gel ken „transitus innocuus" uitdrukke lijk 'o° Duswanneer België en Frankriik in oorlog raken met Duitschland. dan zul len zij onder den kreet„De Volkenbond wil het", met geweld nemen wat goed schiks niet werd toegestaan. Voor een dergelijke exegese op art. 16 van het Volkenhonds-pact zal men in Ge nève ve»-steld staan. Welke is de casus, het geval, door bedoeld artikel verondersteld Deze Wan neer een lid van den Volkenbond tegen art 12, 13 en 15 van het Pact in, een oor lóg begint, dan wordt dit beschouwd als een oorlogsdaad tegen alle leden van den bond. Deze zullen alles doen wat noodig is, om aan de strijdkrachten van ieder lid van den bond. dat deelneemt aan een ge- meenschapnelók optreden tot handharing der bondsulInVen, den doortocht door hnn gebied mcelf'k te maken". Wanneer Bplgië en Frankrijk, eenvoudig ter bespoediging van den aanval opDuitsch land op het den doortocht weigerend Ne derland aanvallen, dan zullen zij dit doen als op een „schender" van het Volken bondsverdrag. terwiil zij zelfde schenders zullen zijn EEN ARRESTATIE TE BRUSSEL. „Onthullingen" Uit Brussel meldt men ons d.d. 3 Maart: Hedennacht half één is op het Zuider station na binnenkomst van rlen trein uit Nederland gearresteerd Frnnck Hpine. die. zooals gemeld er van vprdaeht werd de do cumenten over een militair Fransch-Bel- gisch verdrag, Vonnis die in het „Iltrechlsch Pneblnd" gepubliceerd zlin. valsehelijk te hebben vervaardigd. Het bevel tot gevan genneming was uitgevaardigd door den Procureur-generaal Graaf Haioit de Téri- rourt, die ervan in kennis was gesteld dat F Heine in Nederland vertoefde en vannacht in Brussel zou nrriveeren Politie beambten waren op het station en namen den verdachte onmiddellijk, nadat bij uit den trein was gestapt, in arrest. Ook zijn echtgenonte. die Frnnck Heine on het station now'nphffp wprd door de politie aan gehouden. Bpiëen 7Ün naar het Paleis van Justitie nvpi'ppbracht. Op Franck Met no werd bevonden lipt nritunnplp document. dat hit eon *u..00v,»er»ii Deeh'ad". naar hij zelf bekend heeft, had verkocht. Bovendien werd hij fouilleering een belangrijke som gelds op hem bevonden De rechter van instructie Mr. Van Lnekon heeft Frnnck Heine over het gebeurde on dervraagd en hierbij heeft verdachte bekend valsche documenten betreffende een Fransch-Belgische militaire overeenkomst te hebben gemaakt. ITet eerste verhoor heeft vier uren geduurd. Een onderhoud met Heine. Een verslaggever van de „Soir" heeft Za terdag in Amsterdam gelegenheid gehad oni met Franck Heine te spreken. Franck Heine verklaarde in het onderhoud het do cument betreffende het Fransch Belgische Verdrag zelf gemaakt te hebben Reeds vroeger was hij, zoo deelde hij verder mede, met een Duitscher, een zekeren Kurt. B. in kennis gekomen, die hem in December 1927, naar deze beweerde, namens den lei der der Duitsch Nationalen, den heer Hu- genberg, geld aanbood voor de levering van Belgische documenten. Ook met andere Duitsche spionnen kwam hii in contact en in den loop van het jaar 1928 heeft hij aan de Duitsche «pionnngedienstcn kleine docu menten. overigons van slechts geringe bc- teekenis. verstrekt Frnnck Heine vertelde verder, hoe hij het valsche document had gemaakt Met den bekenden Belgischen tee kenaar, Ward Herman werkte hij dikwijls samen. Met hun beiden waren zij de beste vrienden van voornaamste personen uit de Stnhlhelmbeweging en Jong-Conservatieven in Duitschland. Nadat Frnnck Heine enkele bijzonderheden omtrent de wijze, waarop hij de valsche stempels, alsmede de nageboot ste handteekeningen op het document had weten te brengen, had medegedeeld, zeido hij, dat hij en zijn medeplichtigen, die het stuk aan het „Utrechtsch Dagblad" verkocht hebben, er hartelijk om gelachen hebben, dat door de publicatip van het valsche do cument de parlementen in rep en roer zijn gebracht en de diplomaten de laatste dagen voortdurend in actie moeten ziin. Het is, zoo verklaarde Frnnck Heine, nadrukkelijk ziin bedoeling geweest om de Duitsche en Nederlandsche spionnen een goede poets te hakken, en hii zeide er vprheuid over to zijn. dat hij door zijn mnchinntie's de spl onnen van verschillende landen in een net hpeft gevangen. Hot U D '°okent hierbij aan: Niemanf' an het Utrechtsch Dagblad, noch de Dr "tie, noch leden van den Raad van Commissarissen, noch de hoofdredac teur. nog eenig lid der redactie, admini stratie en overig personeel, hebben ooit rechtstreeks of niel-rprhislreeks een'g con tact gehad terzake van de gepubliceerde documenten met e«n der fearresteerde ner- sonen. Het TJtr. Dagblad heeft bovendien voor deze documenten nimmer één cent b#- taald.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1929 | | pagina 7