Dt JACHT OP DEN HYPOTHETISCHEN SCHURK
Een afstammeling van HeinrichHeine!
NIEUWE ONTHULLING IN AMERIKA
DE ONTKENNINGEN
DUREN VOORT
„Transitus innocuus"
Nederland moei bij den Volkenbond
opheldering vragen
Een nota van het Fransche
Ministerie van Oorlog.
Het Fransche ministerie van Oorlog pu
bliceert de volgende nota: „Het U. D. heeft
op 28 Febr. den tekst gepubliceerd van de
zoogezegde notulen van een conferentie
van den gcneralen staf van Frankrijk en
België, die plaats gehad zou hebben \an
7 tot 12 Sept. 1927. De tekst, door het blad
weergegeven, is onderteekend door Generaal
Debiney, chef van den generalcn staf van
het Fransche leger, generaal Galet, chef van
den staf van het Belgische leger en de Bro-
queville, Belgisch minister van nationale
verdediging. De tekst is een onhandig ge
stelde samenvoeging van onwaarschijnlijk
heden, even hatelijk als bespottelijk, die de
minister van Oorlog zoo formeel mogelijk in
alle onderdeden tegenspreekt. In het bij
zonder is generaal Debene.v slechts éénmaal
in zijn leven naar België gegaan, kort na
den oorlog, orn er een voordracht te geven,
op een oogenblik, waarop hij nog geen chef
van den staf was, n I. vóór Jan. 1925."
De Belgische gezant bij Briand.
Uit Parijs wordt d.d. 2 Maart gemeld:
Hedenmorgen heeft Briand een onderhoud
gehad met den Belgischen gezant, met wien
hij vermoedelijk het geheim militair ver
drag besproken heeft.
In den loop van het onderhoud hebben
beiden verschillende opmerkingen gemaakt
over de beweegredenen, welke het Neder-
landsche blad tot de publicatie hebben kun
nen brengen. De ambassadeur zou Briand
o.a. ingelicht hebben over de meening der
Belgische regeering in dit opzicht en van
haar voornemens ten aanzien van de cam
pagnes van onjuiste berichten gelijktijdig
tegen België en Frankrijk gericht. Briand
betuigde den ambassadeur zijn verontwaar
diging over het bewuste valsche stuk en
deelde hem de antwoorden mede gegeven
aan d vertegenwoordigers van Npderland
en D1 chland. die stappen deden bij den
Quai Trsav. Hij verzekerde België en de
Belgis. be regeering bovendien van zijn
vriendschap en toewijding.
Esn verklaring van den Bel
gischen gezant te Berlijn.
Men meldde Zaterdagavond uit Berlijn:
De Belgische gezant te Berlijn heeft van
daag op het rijksdepartement van buiten-
landsche zaken in opdracht van zijn regee
ring uitdrukkelijk verklaard, dat de docu
menten gepubliceerd in het Utrechtsch Dag
blad als een vervnlsching dienen te worden
beschouwd en dat een conferentie, die tus-
schen 7 en 12 September 1927 tusschen de
Belgische en Fransche generale staven zou
zijn gehouden, nimmer heeft plaats gehad.
Bovendien bevestigde de gezant uitdrukke
lijk de verklaring door Hymans op 26 Fe
bruari j.l. in de Belgische Kamer afgelegd.
Een verklaring van de Brouckere.
Een der medewerkers van het Vad.
meldt uit Brussel'
Senator L. de Brouckere, die eeni.ge jaren
geleden „conseiller" was aan het departe
ment van Buitenlandsche Zaken, verklaar
de ons, dat hij destijds één enkel artikel
van het geheim verdrag heeft leeren ken
nen: daar hij het noodig had voor zijn werk,
werd het hem door Vandervelde. den toen-
maligen minister, medegedeeld. Dit artikel
nu heeft de senator in den tekst van het
Utrechtsch Dagblad niet teruggevonden
Wij hebben den heer de Brouckère ook
eenige opheldering gevraagd over den veel
besproken brief, welken hij in 1920 van
Vandervelde over het verdrag zou gekre
gen hebben: er is over dien brief reeds heel
wat ie aoen geweest in fir wereldpers, wij
wilden graag weren wat er in stond. De
Brouckère begon hartelijk te lachen: ..Wist
ik het zelf maar' Helaas weet ik niets van
den inhoud cn niets van een brief. De zaak
van den brief aan de Brouckère is een jour
nalistieke fantasie, die nu al enkele jaren
oud is en waarschijnlijk in de komende ja
ren ook nog wel dienst zal doen."
De naam van den dader wordt nu in
Brussel en Antwerpen overal genuemd Het
zou een zekere Heine zijn (elders wordt hij
Franck Heine genoemd. Red. A. D.) nog
wel een directe afstammeling van den dich
ter Heinrich Heine'
Die latere Heine dan is in ieder geval een
niet zeer respectabel individu Hij is gedu
rende eenigen tijd, zij het dan ook door
een zeer lossen band, verbonden geweest
aan hpf Duitsche gezantschap in Brussel
Spoedig heeft men daar bemerk» rnet wien
men te doen had. niet zoo spoedig eclifpr.
of Heine had zijn diensten reeds aangebo
den aan den Belgischen geheimen inlich
tingsdienst
Daar «chijnt men hem niet te hebben wil
len gebruiken, waarop Heine plotseling
meende, een politieke rol te moeten gaan
spelen. Hij werd half communistisch en
extreem anti militaristisch journalist. Hij
heeft o. m een felle campagne gevoerd voor
de desannexatie van Rupeti en Malmedy,
met het wel wat wonderlijke argument -
vooral in zijn mond! dat België zich niet
langer door zulke burgers kon laten ont
eeren! Toen zijn er ook strafrechtelijke
zaakjes over oplichting en zoo meer aan
het licht gekomen en de laatste der Heines
verdween van het politieke tooneel.
Heeft hij dan achter de schermen ge
werkt? Te Brussel wordt beweerd, dat hij
de Utrechtsche documenten zou hebben ge
mankt of althans aan het maken er van zou
hebben medegewerkt.
Daarbij moge men echter bedenken, dat
een man als Heine juist zoon man'
epn prachtige zondenbok zou zijn vooral
als er geen zonden gepleegd zijn. geen zon
<!e der vervnlsching namelijk, maar wel de
zonde van het geheim verdrag
Men verwacht in Belgische kringen veel
\an de rede. die Huysmans Zondag te Am
sterdam houdt.
Nieuwe onthullingen in Amerika.
Naar, volgens een Berlijnsch telegram
van het. Hbld.. de New Yorkscho corres
pondent van de „Tag" meldt, publiceert de
New-York American" het geheime proto
col van een rede van den chef van den Bel
gischen generalen staf Galet op 20 Maart
1928 in de 32ste zitting van de commissie
voor de reorganisatie van de Belgische
landsverdediging gehouden. Behalve den
tekst publiceert het Amerikaansche blad
ook een foto van bet origineele stuk.
Uit het protocol blijkt, dat Galet in doze
vergadering uiteen heeft gezet, hoe een
verdedigingsoorlog, die de Belgische troe
pen in samenwerking met de Fransche en
de Engelsche troepen zullen voeren, dient
te worden voorbereid. Hij drong er op aan,
i t deze voorbereiding beëindigd zou zijn
vóór de ontruiming van de bezette Duit
sche gebieden in 1935 en wees in dit ver
band op de overeenkomst, die op 14 Juli
1927 met Engeland is aangegaan.
Dt Engelsche regeering zou zich, althans
volgens de vertrouwelijk© mededeelingen
van Galet, bereid hebben verklaard een ex
peditiecorps van 160.000 man te zenden,
waarbij er zorg voor gedragen zou worden,
dat' de cavalerie sterk gemotoriseerd is.
„Nood brec" wetten", betoogde Galet
verder, en de schending van de Nederland-
sche neutraliteit is dus geoorloofd.
In dit verband bracht Galet eveneens een
doortocht van de Belgische troepen door
Nederlandsch Limburg ter sprake. België
zou in de eerste dagen der mobilisatie
300.000 man actieve troepen ter beschikking
moeten stellen, terwijl Frankrijk het met
een expeditiecorps van 1J2 millioen man ter
hulp zou komen. Als doelwit van de Bel
gische operaties noemde Galet de bezetting
van het Duitscho industriegebied.
Deze nieuwe onthulling zou de „New-
York American" van de Universal Service
uit Genèvo hebben ontvangen.
Ecu verklaring van generaal
Galet.
Generaal Galet hoofd van den generalen
staf van het Belgische leger; heeft de vol
gende verklaring afgelegd
Ik heb zooeven kennis genomen van het
zgn. proces-verbaal van Fransch—-Belgische
conferenties tusschen de legerstaven, die
zouden hebben plaats gehad te Brussel van
7 tot 12 September 1927, welk dociu nent
door het „Utrechtsch Dagblad" wordt gepu
bliceerd.
Ik verklaar op de meest categorieke wij
ze. dat dit stuk van het begin tot het einde
valsch is.
Volgens dit document zou ik in het ge
heim geniepe combinaties op touw zetten,
van dien aard om mijn land in echte avon
turen te betrekken, een naburig en bevriend
land verraderlijk aan te vallen en den
vrede te verstoren, die door alle volken
d{-n verlangd wordt.
•re manier om mMn persoon voor te
y 'cn is in strijd met al daden die Ik
gedurende en na den oor!' gesteld heb
Teikens als het mogelijk was heb ik ten
voordeele van den vrede gewerkt. Inzonder
heid ten on-iVKte van Nederland heb ik ge
tracht met de Nederlandsche militaire over
heden hartelijke cn op vertrouwen gegron
de betrekkingen te onderhouden, zooals het
hoort tusschen de vertegenwoordigers van
twee kleine landen, die van elkaar niets te
hehhen.
Ten overeenkomst, die voor miin land in-
fp-n-uionale verbintenissen rnedpbrengt. heb
nooit opgpsteld. noch onderteekend.
Ik heb nooit maatregelen op het
oog frëhori, <0070 rr>i<p) als verweer tegen
over Duitschland Deze maatregelen moes
ten uitsluitend op ons grondgebied uitge
voerd worden cn wij hadden als ccnig doel
een aanval af te slaan, waarmede ik, naar
aanleiding van de gebeurtenissen van 1914,
waarvan mijn land het slachtoffer werd,
verplicht was rekening te houden.
Ik protesteer tegen de lastertaal van het
Utrechtsch Dagblad en ik behoud mij t
recht voor herstel te eischen van degenen,
die voor deze beleedigende publicaties ver
antwoordelijk zijn.
Een rede van minister Hijmans.
Uit Brussel wordt gemeld- Aan een feest
maal ter gelegenheid van het zilveren
ambtsjubileum van den burgemeester van
St. Josse ten Noode* een voorstad van Brus
sel, heeft de minister van buitcnlandsehe
zaken o.a. gezegd, dat de vaderlandsliefde
uml is. «'ie zoowel in vredes
tijd als in oorlogstijd wordt beoefend. Kr
zijn in vredestijd moeilijke ©ogenblikken,
waarin de goede burgers van alle partijen
de behoefte gevoelen en het zich tot een
plicht rekenen zich nauwer aaneen te
scharen. België heeft zich sedert tien jaar
nauw en van ganscher harte aangesloten
bij de beweging, die in de wereld is geor
ganiseerd om een stelsel van orde. rechten
vrede te verwezenlijken; het heeft deelge
nomen aan de stichting (?n do ontwikke
ling van den Volkenbond, aan de onder
handelingen over het pact van Locarno en
het. pact van Parijs tot veroordeeling van
den oorlog.
Voorts voert de regeering met de Neder-
landsche regpering onderhandelingen ter
regeling van delicate economische quaes
ties. Dit zijn vriendschappelijke onderhan
delingen, die wij in een geest van verzoe
ning wenschen te zien leiden tot een over
eenkomst ingegeven door de gemeenschap
pelijke belangen van twee aan elkaar gren
zende landen, die alle reden hebben zich
met elkaar te verstaan en elkaar te helpen.
Onder deze omstandigheden verheffen zich
stemmen, die ons op grond van valsche do-
cumten ik weet niet welke agressieve plan
non en verdachte manoeuvres trachten toe
te schrijven. Wij hebben beslist, plechtig cn
op alle punten deze valsche documenten
tegengesproken cn hebben het recht te ei
schen, dat ons woord niet in twijfel zal wor
den getrokken. Wie kan zich voorstellen dat
België, na tijdens den oorlog de verpersccn
lijking te zijn geweest van de zaak van het
recht, thans zijn eervol erfdeel zou verspe
len met achterbaksche besprekingen, di«*
den wereldvrede zouden bedreigen? Met
groote voldoening constateer ik. dat de gc-
heele Belgische openbare meening met ons
protesteert. Men zal er niet in slagen ons te
bevuilen of ons te verlagen en sterk door
den steun van het Belgische volk, zullen wij
onze nationale waardigheid ongerept hou
den.
Een interview met Prof. Ger-
retson.
In de Standaard komt een interview
voor met Prof. Gerretson le Utrecht, waar
bij deze over den vraag of hij iets te maken
had gehad met de publicaties van het
Utrechtsch Dagblad-artikelen.
Niets hoegenaamd. Wel heb ik, cn niet
slechts ik. den inhoud van het stuk vóór dc
publicatie gekend en verklaart deze voor
kennis den toon van mijn Utrechtsche rede,
vooral hot slot, waarin ik doelde op de mo
gelijkheid van een conflict, dat een strijd
op leven en dood zou beteckenen voor hot
geheele Nederlandsche volk in Noord en
Zuid. Doch uitsluitend aan dr. Bitter komt
de eer toe, de zware verantwoordelijkheid
voor deze publicaties cn zich te hebben ge
nomen: in verband met het Belgische ver
wijt, dat het hier een activistische mmoevrc
zou gelden, stel ik er prijs op te verklaren,
dat dr. Ritter, zeer terecht, daarover noch
met mij, noch rnet andere Groot-Noderlan
dors overleg heeft ganlcegd. Wie zich trou
wens het standpunt herinnert, dat dr. Ritter
tijdens den strijd om het ontwerp-Van Kar
nebeek heeft ingenomen, weet, hoe afkeerig
hij is van vermenging van Hollandschc en
Vlaamscbe aangelegenheden. Het staat
daarom vast, dat dr. Ritter bij zijn besluit
tot publicatie alleen gedreven is, door wat
hij beschouwt als het belang van den Hol-
'andschen Staat.
Acht u eenige waarheid gelegen in het
verwijt in De Nederlander, dat het docu
ment voor dc publicatie ter kennis van de
regecring behoorde te zijn gebracht? Nu
was, naar het departement van B. Z. in de
->ers liet verluiden, minister Beelaerts door
de publicatie volkomen verrast en heeft
men hem zelfs den inhoud vanuit Den
Haag moeten overseinen!
Indien zulks werkelijk door B. Z. aan
'e nors is te kennen gegeven, dan moet ik
verklaren, die mededeeling niet te begrijpen
De „Manchester Guardian", die gewoonlijk
buitengewoon good is ingelicht, heeft mede
gedeeld, '~t minister Beelaerts kennis droeg
van den 1 -houd vóór de publicatie.
Acht M die mededeeling juist?
Ik go'^of niet, dat zij voor tegenspraak
vatbaar He meen inderdaad, dat minister
Beelaerts i staat is gesteld, vóór de publi
ratio van den inhoud van het documenl
kennis te nemcn, zoodat hij in staat is ge
weest, int'i'ls de commissie voor buitenland
rche zaken in te lichten. Het is mii niet be
kond. dat dit laatste geschied is: wèl dat de
regeering in een memorie van Antwoord de
hechte" vriendschap tusschen België en
'Tolland genrezen en haar geloof in de toe
nemende kracht der vrodoserednehte geui!
hooftMisschien (ik weet het n'W *^nr
bet sch'int mii niet onmogelijk) is c
verhand tusschen deze regeeringsu i
en het tijdstip der publicatie.
Dc regeering heeft dan ook de moge
lijke stappen tot opheldering reeds ge
daan
Meent u? Meent u. waarlijk dat de
gedane stappen te Brussel en te Parijs tot
ophcldcrittfc konden leiden? Ik zou zeggen-
het moet der regeering bij voorbaat volko
men duidelijk zijn geweest, dat opheldering
door deze stappen niet kon verkregen wor
den en de opheldering eer op deze wijze
bemoeilijkt wordt. Niemand zal toch wel
gelooven dat Parijs en Brussel op
«le vraag of dc gepubliceerde tekst van
het geheime verdrag authentiek is en of dc
notulen van 1927 juist zijn, niet „ja" zou
den hebben kunnen antwoorden, zelfs dan,
wanneer „ja" de waarheid zou weergeven.
Bij het slotartikel van bet geheime verdrag
is immers overeengekomen, dat men de be
woordingen strikt geheim zou houden: een
toestemmend antwoord zou dus schenden
zijn van het verdrag door de partijen. En
ïrt volk recht informeert onze regecring
"igenlijk naar den juisten inhoud van de
besprekingen van de generale staven der
'londgenooten? Voor het eerst van mijn le
ven hen ik het eens met de „XXme Siècle":
tiet is niet behoorlijk bij iemand te infor
meeren of het juist is, dat hij met moord
olanncn tegen u rondloopt. Neen. de vragen
te Rrussel en te Parijs zijn slechts schijn
hewcg:ngen, die alleen het nadeel hebben,
«lat zij liet antwoord van dc regecring aan
den heer Heemskerk automatisch vastleg
een. Dc regeer»ng kan toch moeilijk zeg
gen: in Parijs en Brussel verklaart men.
flat bet document schurkenwcrk is, maar
wij. Nedorlandsche regeering, wij weten dat
-og zco precies niet.
Het is des te meer te bejammeren, dat
de regeering dit doodloonend slop is inge
slagen, omdat de koninklijke weg naar vol-
'odigo opheldering voor haar open ligt
U meent: den weg naar Genèvo?
Tndcrdnad. Nederland is voor de \ol-
ledige opheldering van deze zaak niet af
hankelijk ven den goeden wil en van dc
gunst van Brussel en Parijs. Dat zon zoo
geweest zijn voor den oorlog. Maar onder j
het nieuwe volkenrecht, onder het statuut
van den Volkenbond hebben wij een recht
rot opheldering.
Doch u weet toch wel, dat te Genève
alleen de mantel-nota is gedeponeerd!
Natuurlijk! maar daarom gaat liet nu
mist. Tot dusver had Nederland geen spe
ciale reden om aan te dringen op nako
ming voor Frankrijk cn België van luin
verplichting het geheim verdrag te publi-
cecren. Nu is dat anders. Nu kan Neder
'and zoggen: ziehier, deze opschudding, het
gevolg ven uw verhein*elijking in strijd met
uw verdregsplicht; de rust in Europa vor
dert, dat gij eindelijk uw plicht doet, liet
verdrag ope -baar gemaakt en daardoor „lis
tige machinaties" als de l'troclitsclie publi
eaties onmogelijk maakt. Natuurlijk zal
daarop een weigering volgen: cn dan moet
Nederland als bet waarlijk In liet nieuwe
Volkenrecht g'looft, ook den strijd voor
dat recht aanduiden, en in bondgenoot
schap met de overige neutralen doorzetten
óf tot de publicatie resp. annihilatie van
het geheim verdrag óf den Volkenbond te
gelijk verlaten. Thans met eens cn voor al
worden uitgemaakt of dc Volkenbond rea
liteit is en of de Bond in staat is, zijn leden
te dwingen, hun voornaamste verdrags
olichter. na te komen Zoolang dc Volken
hond, willens en wetens, het bestaan van
gehc'me verdragen tolereert, ontbreekt dt-
reëele basis voor dc ontwikkeling van een
Eu.ropecsrhe S'atengcmeenschap.
Parijs en Brussel willen natuurlijk een i
"ndern weg uit Zij volgen de bekende
'actick van den dief, die het luidst „houdt
'en dief' r~ept. en zich welwillend aanbiedt,
om bij dc vervolging een nandje te helpen
De jacht op den hypothetische» „schurk
waaraan de heer van Cauwclaert zelfs de
Nederl-ndsche regeering wil doen deelne
men, is niets dan ccn manoeuvre om de
aandacht van de hoofdzaak af te leiden. De
vraag na°r de authenticiteit van het
Utrechtsche document is slechts van uiterst
secundaire he>c uenis. Immers, zelfs al kon
bewezen worden, dat het document, niet
authentiek is, dan zou dat nog volstrek!
riet bewijzen, dat de inhoud niet met het
"uthent'ekc document overeenstemt. En
zrifs al zou ook dc inhoud bewezen wor
den n'et authen'iök ie zijn. dan nog zouden
wij alleen weten (wat ons niet schelen kan)
wat er in het orighieele geheime verdrag
niet staat, terwijl het eenige wat Neder
'and scheen kan en wat Nederland, «als lid
van den Volkenbond recht heeft te weten
is. wat er, in het geheime verdrag wel
staat.
Het is m.i. zeer tc hopen, dat onze pers
z:ch door het B°lg'sehc lawaai niet laat
"flciden, en on het ware doel blijft aan
sturen: de verplichte publicatie van het ge
heime verdrag.
„Transitus innocuus".
De Maasbode schrijft:
Dat men uiting, toepassing of uitwerking
van gesloten verdragen toch maar liefst
niet uitsluitend in militaire handen moet
leggen, spreekt wel van zelf. De Fransche
en Belgische stafofficieren, die het gerucht
makend verdrag hebben „geïnterpreteerd',
hebben dit in ieder geval nog eens afdoen
de en voldingend bewezen.
En wel op ha^st verbijsterende wijze.
Als volkomen -"eltig zijn volgens deze
heeren te besch wen dwangmaatregelei
tegen elke derde mogendheid, die zou wei
geren de clausule van den „transitus inno
cuus. den schadeloozen doortocht", ten
voordeele der Belgische of Fransche legei's
te laten gelden.
En als motivcering volgt dan zoo maar
terloops in een tusschenzinnetjesimmers
het verdrag van den Volkenhond staat der
gel ken „transitus innocuus" uitdrukke
lijk 'o° Duswanneer België en Frankriik
in oorlog raken met Duitschland. dan zul
len zij onder den kreet„De Volkenbond
wil het", met geweld nemen wat goed
schiks niet werd toegestaan.
Voor een dergelijke exegese op art. 16
van het Volkenhonds-pact zal men in Ge
nève ve»-steld staan.
Welke is de casus, het geval, door
bedoeld artikel verondersteld Deze Wan
neer een lid van den Volkenbond tegen
art 12, 13 en 15 van het Pact in, een oor
lóg begint, dan wordt dit beschouwd als
een oorlogsdaad tegen alle leden van den
bond. Deze zullen alles doen wat noodig is,
om aan de strijdkrachten van ieder lid
van den bond. dat deelneemt aan een ge-
meenschapnelók optreden tot handharing
der bondsulInVen, den doortocht door hnn
gebied mcelf'k te maken".
Wanneer Bplgië en Frankrijk, eenvoudig
ter bespoediging van den aanval opDuitsch
land op het den doortocht weigerend Ne
derland aanvallen, dan zullen zij dit doen
als op een „schender" van het Volken
bondsverdrag. terwiil zij zelfde
schenders zullen zijn
EEN ARRESTATIE TE BRUSSEL.
„Onthullingen"
Uit Brussel meldt men ons d.d. 3 Maart:
Hedennacht half één is op het Zuider
station na binnenkomst van rlen trein uit
Nederland gearresteerd Frnnck Hpine. die.
zooals gemeld er van vprdaeht werd de do
cumenten over een militair Fransch-Bel-
gisch verdrag, Vonnis die in het „Iltrechlsch
Pneblnd" gepubliceerd zlin. valsehelijk te
hebben vervaardigd. Het bevel tot gevan
genneming was uitgevaardigd door den
Procureur-generaal Graaf Haioit de Téri-
rourt, die ervan in kennis was gesteld dat
F Heine in Nederland vertoefde en
vannacht in Brussel zou nrriveeren Politie
beambten waren op het station en
namen den verdachte onmiddellijk, nadat
bij uit den trein was gestapt, in arrest. Ook
zijn echtgenonte. die Frnnck Heine on het
station now'nphffp wprd door de politie aan
gehouden. Bpiëen 7Ün naar het Paleis van
Justitie nvpi'ppbracht. Op Franck Met no
werd bevonden lipt nritunnplp document. dat
hit eon *u..00v,»er»ii Deeh'ad". naar hij
zelf bekend heeft, had verkocht. Bovendien
werd hij fouilleering een belangrijke som
gelds op hem bevonden
De rechter van instructie Mr. Van Lnekon
heeft Frnnck Heine over het gebeurde on
dervraagd en hierbij heeft verdachte bekend
valsche documenten betreffende een
Fransch-Belgische militaire overeenkomst
te hebben gemaakt. ITet eerste verhoor heeft
vier uren geduurd.
Een onderhoud met Heine.
Een verslaggever van de „Soir" heeft Za
terdag in Amsterdam gelegenheid gehad
oni met Franck Heine te spreken. Franck
Heine verklaarde in het onderhoud het do
cument betreffende het Fransch Belgische
Verdrag zelf gemaakt te hebben Reeds
vroeger was hij, zoo deelde hij verder mede,
met een Duitscher, een zekeren Kurt. B.
in kennis gekomen, die hem in December
1927, naar deze beweerde, namens den lei
der der Duitsch Nationalen, den heer Hu-
genberg, geld aanbood voor de levering van
Belgische documenten. Ook met andere
Duitsche spionnen kwam hii in contact en
in den loop van het jaar 1928 heeft hij aan
de Duitsche «pionnngedienstcn kleine docu
menten. overigons van slechts geringe bc-
teekenis. verstrekt Frnnck Heine vertelde
verder, hoe hij het valsche document had
gemaakt Met den bekenden Belgischen tee
kenaar, Ward Herman werkte hij dikwijls
samen. Met hun beiden waren zij de beste
vrienden van voornaamste personen uit de
Stnhlhelmbeweging en Jong-Conservatieven
in Duitschland. Nadat Frnnck Heine enkele
bijzonderheden omtrent de wijze, waarop hij
de valsche stempels, alsmede de nageboot
ste handteekeningen op het document had
weten te brengen, had medegedeeld, zeido
hij, dat hij en zijn medeplichtigen, die het
stuk aan het „Utrechtsch Dagblad" verkocht
hebben, er hartelijk om gelachen hebben,
dat door de publicatip van het valsche do
cument de parlementen in rep en roer zijn
gebracht en de diplomaten de laatste dagen
voortdurend in actie moeten ziin. Het is,
zoo verklaarde Frnnck Heine, nadrukkelijk
ziin bedoeling geweest om de Duitsche en
Nederlandsche spionnen een goede poets te
hakken, en hii zeide er vprheuid over to
zijn. dat hij door zijn mnchinntie's de spl
onnen van verschillende landen in een net
hpeft gevangen.
Hot U D '°okent hierbij aan:
Niemanf' an het Utrechtsch Dagblad,
noch de Dr "tie, noch leden van den Raad
van Commissarissen, noch de hoofdredac
teur. nog eenig lid der redactie, admini
stratie en overig personeel, hebben ooit
rechtstreeks of niel-rprhislreeks een'g con
tact gehad terzake van de gepubliceerde
documenten met e«n der fearresteerde ner-
sonen. Het TJtr. Dagblad heeft bovendien
voor deze documenten nimmer één cent b#-
taald.