AMERSFQMffSCH D4GB1AD
De Plaatsvervanger
Donderdag 4 April 1829
..DE EEMIAN.DEP.'
27e jaargang Ko. 232
DE VLIEGBOOTEN NAAR INDIE
Veie toespraken
EEN NI EU WE LIJN VAN
DE K.L.M.
Hare internationale
beteeken is
FEU8LLETOM.
HOE DE STATENDAM
VERTROK
Gejuich langs de oevers
Een hartelijk afscheid van
de bemanning
Dinsdagmiddag, daags voor* het vertrek
van de drie Dornier Wal vliegbooten naar
hunne be&:enniiing in Ned.-Indië, is officieel
van de opvarenden afscheid genomen. Half
twee vertrok hiertoe het motorbootje van
het \liegkamp met de genoodigden aan
boord.
Onder dezen zagen wij zoo wordt uit
den Helder gemeld generaal Snijders,
voorzitter van het Comité „Holland Indie
vluchtden heer Zuiderhout. voorzitter der
Ver. Oost en West, de burgemeesters van
Den Helder. Anna Paulowna en Papen
drecht (de burgemeester van Texel was op
het vliegterrein aanwezig;, kolonel Harden
berg. commandant van de luchtvaartnfd
Soest er berg. met kapt. Versteegh en eenige
vliegers van Soesterberg. den garnizoens
commandant van Den Helder, ridder Van
Rappard. met zijn adjudant, de Heldersche
leden der Kamer van Koophandel en Pa-
brieken te Alkmaar met den secretaris, den
heer Schoffel, het departement Den Helder
der Mij van Nijverheid, het bestuur der
Vereeniging Ambachtsschool voor Den Hel
der en omstreken, een deputatie onderoffi
eieren van het vliegkamp De Kooy, enz.
Op het vliegveld zelf, waar een groote be
drijvigheid heerschte en waar men aller
wegen bezig was de laatste hand te leggen
aan de gereedmaking der vliegtuigen voor
de lange vlucht, bevonden zich voorts vele
fotografen cn filmoperateurs.
Generaal Snijders nam het eerst het
woord. Het comité, waarvan spreker voor
zitter is. verheugt zich over dezen tocht,
omdat we er krachtig opgewekt leven van
de marine in zien, maar tevens om het vlag
vertoon en omdat elke bijdrage, die den
band tusschen Indic en het moederland
nauwer aanhaalt, ons lot blijdschap stemt
Met een driewerf „hoera voor do beman
ning" eindigt spreker.
Kolonel Hardenberg brengt namens de
vliegers van Soesterberg de beste wenschen
over.
De burgemeester van Den Helder spreekt
namens het gemeentebestuur, waarna een
vertegenwoordiger van de Aviolanda-fabriek
het woord neemt. Deze dankte 'de Neder-
landsche regeering, dat zij haar in staat
heeft gesteld tot deze prestatie Als het U
gelukt, zegt spreker, deze toestellen veilig
naar Indië over te brengen, hebt gij niet
allen Indië, maar ook onze Nederlandsche
industrie een dienst bewezen
De heer Grumvald, namens het bestuur
der ambachtsschool, overhandigt drie vlag
gen voor de booten.
De burgemeester van Papendrecht voert
het woord namens zijn gemeente en jle heer
M. Grumvald namens de Mij. voor Nijver
heid. Deze laatste overhandigt een medaille
voorzien van een Mercurius-figuur. ter be
vestiging aan de vliegboot van de esca
drillc-commandnnt.
Naméns de onderofficieren van De Kooy
spreekt vervolgens sergeant Mozes, namens
die der landmacht adjudant Sander.
Ten slotte betuigt de eskadercommandant,
luitenant ter zee 2de klasse Tetenburg, zijn
dank voor de goede wenschen en de be
langstelling. Wij zullen alles doen wat in
ons vermogen ligt om onze taak goed te
volbrengen, omdat wij weten dat do goede
naam van Nederland op het spel staat, zon
zegt hij.
's Morgens had de commandant van het
vliegkamp De Mok, luitenant ter zee 1ste
klasse I. C. .lager, de bemanning der vlieg
booten toegesproken Daarbij wees de com
mandant erop, dat deze belangrijke vlucht
in het brandpunt zal staan van de belang
stelling van velen. Dit zijn de eerste Nedei
landsche militairen, die in dienst van Hair
Majesteit een belangrijke vlagvertoon;lucht
in groepsverband naar Ned.-Indie onderne
men, terwijl dit tevens de eerste ls, die de
verbinding Holland Indië met watervlieg
tuigen lot stand brengt.
De commandant van het vliegkamp De
Mok en mevrouw Jager hebben aan de offi
eieren, die aan den tocht deelnemen, en hun
dames een lunch aangeboden.
Tijdens de toespraken cirkelde een esca
drille vliegtuigen van De Kooy boven het
vliegkamp De Mok.
Uit den Helder werd ons gister gemeld
Hedenmorgen tegen het aanbreken van
den dag zijn de Dornier Wal-vliegbooten
van de marine van het vliegveld „De
Mok naar Indio vertrokken.
Bij het vertrek waren ook aanwezig de
Minister van Defensie, de heer I.ambooy
en een klein aantal belangstellenden,
voornamelijk familieleden van de beman
ning.
Voor het vertrek hield Minister I.ambooy
een korte toesprank hij zeide, dat, nu de
land vliegers den weg naar Indië gevonden
hadden, ook de marine den luchtweg naar
Indië wil banen. Namens de regeering. den
Minister van Koloniën en de Nederlandsche
marine wenscht spr. de bemanningen veel
succes.
Zij zijn de eerste van Nederland die
Neerlandsch vlag op deze wijze hoog moe
ten houden. Dit geld echter niet alleen
voor de marine maar ook voor de vlag der
Nederlandsche Industrie, die voor deze
vliegbooten het beste heeft geleverd wat
geleverd kon worden Daarna drukte Mi
nister Lamboov alle negen leden der be
manning der drie vliegbooten de hand.
Te 5.50 uur startte de eerste vliegboot di
rect door beide anderen gevolgd.
De Aviolanda-vliegtuigenfabriek te Pa
pendrecht deelt het Persbureau Vaz Dias
mede, dat de drie aldaar gebouwde Dornier
Walh iiegvlooten, die gisterenmorgen te 6
uur van den Helder naar Indië zijn ver
trokken, gistermiddag om half drie (Fran-
sche tijd) te Bordeaux zijn gearriveerd. Al
les was wel aan boord.
RotterdamBerlijn vice versa
Uit Berlijn wordt aan de NïR.C. gemeld:
De Koninklijke Luchtvaart-Maatschappij
voor Nederland en Koloniën opent, zooals
reeds is gemeld, half Mei een directe lijn
van Rotterdam naar Berlijn v.v. Deze ver
binding is van veel belang voor het inter
nationale luchtverkeer en zal het mogelijk
maken in één dag van Boedapest, W'cenen
Breslau cn Koningsbergen uit, Londen te
bereiken. Men vertrekt uit die steden resp.
om 0.15, 8.1">, 7.00. cn 0.10 naar Berlijn, van
waar om li uur het vliegtuig van de K.L.M
naar Rotterdam vertrekt, waar het om 18.20
(Nederlandsche zomertijd) aankomt. Van
Rotterdam neemt om 18.45 de K.L.M. de
passagiers voor Londen mee. Aankomst te
Londen 21 uur.
In omgekeerde richting zijn de verbindin
gen van Londen uit per vliegtuig niet zóó
schitterend. Maar reizigers, die een voor
oordeel tegen het vliegen over water heb
ben en de nachtboot van de Batavier of
van de Nortb-Eastern prefereeren. hebben
een uitstekende aansluiting te Rotterdam
van waar het vliegtuig der K.L.M om 9.30
naar Berlijn vertrekt. (De machine, die des
ochtends 6 uur van Londen vertrekt, en om
8.35 te Rotterdam aankomt. vis uitsluitend
voor het vrachtvervoer hestemd). Intus-
sclien kunnen de passagiers van Amster
dam \s ochtends het vliegtuig naar Londen
nemen en te Rotterdam overstappen voor
Rerlijn. waar men om 12.55 aankomt. Om
15.25 kan men. gebruik makende van den
dienst der Deutsche Lufthansa Oester-
reichische Luftverkehrs Gesellschaft. door
vliegen naar Weenen. Het uur van aan
komst aldaar Is 18.55.
Door den nieuwpn dienst van de K.L.M
op Berlijn zal men hier om 1 uur s namid
dags de Londensrhe ochtendbladen kunnen
lezen, waar hier tamelijk veel vraag naar
ls. Ook de Nederlandsche ochtendbladen
natuurlijk, indien ook de Nederlnndsch»-
pers van hpt luchtvervoer gebruik wil ma
ken. Als ik dp inlichtingen, mij van de zijd*
der K.L.M. verschaft goed begrepen heb
staat dat nog niet vast. Het is trouwens
een kwestie van minder gewicht.
De machine van de K.L.M. die op Berlijn
vliegt, is een Fokker F VII met drie moto
ren (Titan), elk 230 P K., biedt plaats voor
acht passagiers, heeft dubbele stuurinrich
ting en is voorzien van een inrichting voor
draadlooze telefonie Zij kan met twee mo
toren onder volle belasting doorvliegen
zonder aan hoogte te verliezen en ook met
slechts twee motoren opstijgen. De gemid
delde snelheid bedraagt 175 K.M. per uur
Met haar nieuwen dienst treedt de KLM.
niet in concurrentie met de Lufthansa Zij
heeft met de Duitsche onderneming een
overeenkomst van financieelen aard getrof
fen. die mededinging uitsluit. De dienst
Berlijn—Amsterdam—Londen der Luft
hansa blijft bestaan. Volledigheidshalve
volgen hier-de uren ook van dezen dienst-
Berlijn vertrek 11.15; Amsterdam aan
komst 16.25Amsterdam vertrek 16.50
Londen aankomst 19.45.
Londen vertrek 12.45; Amsterdam aan
komst 16.10; Amsterdam vertrek 16.35;
Berlijn aankomst 21 uur.
Wie zijn recht eischt, doe zijn plicht.
POTGIETER.
door
RICHAIU) MARSIL
Vrij naar het Kngelsch door C. M. G. de \V
U
De spreker was een kolossale zware man
met rood haar. een rood gezicht en roode
bakkebaarden, alle drie verschillend van
kieur. Hii had een pak aan van geruite wol
len stof. hetgeen hem er zeer opvallend
deed uitzien. Een zoogenaamd diamanten
SDeld versierde zijn roode das. weer een an
der nuance rood. terwijl een bosie met u!
lerlei kleinigheden aan een gouden ketting
hing van den eenen vestzak naar den an
dere. Talbot s houding tegenover den man
«af den indruk, dat de vreemdeling veel
meer verrukt was hein te ontmoeten dan
hij Zijn toon was zeer gereserveerd, in te
«enstelling met de uitbundigheid van den
ander: hij zei zoo weinig mogelijk.
„Ik wist niet. mijnheer Tnrrrll, dat u zoo
veel belang stelde in mijn lot. Hoe is u hier
gekomen
„In een motorboot, geen notendopje, maar
een echten snelstoomer. Toen het bericht te
Palermo aankwam, kon niets mij weerhou
den. Ik ben met de eerste gelegenheid ge
komen en zp hebhen mij er door laten Uo
men Ik had nooit gedacht, dat ik zoovp^
toenincr stelde in uw lot Ach. u weet we'
d«er er is ninor één persoon op de wereld
Ui wieu ik nog meer belang stel, eu «Jat is
de Jongen. 1-Iet schijnt, vriend, dat ie er best
bent afgekomen. Gaat het hem ook goed?"
Er ws een uitdrukking in Tarrell s roode
oogen, toen hij den ander aankeek, die niet
getuigden van zijn warme gevoelens, waar
van hij zooeven gesproken had. En de oogen
van den ander waren ook al niet h«el.
vriendschappelijk, neen, absoluut nipt. De
kleur van Talbot s oogen was van een
blauw, dat als een sluier de gevoelens ver
bergt, maar op dat óogenblik was de blik.
waarmee hij Tarrell aanzag, verre van
vriendschappelijk
„Ilij maakt het best."
„Zoo?" Tarrell stak de vette vingers van
zijn twee groote handen in zijn vestjeszak
ken wijdbeens en met zijn hoofd een wpI-
nlg opzij begunstigde hij den ander met wat
misschien een welwillend glimlachje moest
beduiden. .Vriend, wat meen je eigenlijk
met hij maakt het best
„ik meen precies wat ik zeg. Wat zou ik
anders meenen
„Nu, als je vraagt wat je anders zou mee-
neri. dan had ik je kunnen antwoorden,
want ais het den Jongen betreft, dan zou je
kunnen meenen dat hij dood was Ik zou
niet weten of het niet best voor je zou we
zen nis hij dood was."
„Dat is hij nu eenmaal niet hij is even
levend als jij en ik."
„O ia?" Is het werkelijk waar? Je bent
altijd een gelukkig man geweest, maar het
heeft er den schijn van of het geluk nu wat
verstoord wordt voor je."
„Tk bedrijn niet. wat ge meent."
„Nu is het mijn beurt om te zeggen wet
ik meen Tp begrijpt mif trouwens best ITIj
leeft dus 9 Dp dit b.ÓgenWik Hij is er goed
'f^e komen met die aardbeving. Waar is
hij?"
UIT DE STAATSCOURANT.
Benoemd tot lid van den Voogdijraad te
sGravenhage I, mr. W. G. J. Scholtens, ad
vocaat en procureur, wonende te 'sGraven
hage:
op verzoek eervol ontslagen met dank P.
Sikkes, als lid van den Voogdijraad te
Leeuwarden, en S. Polak, als idem te Alk
maar;
benoemd tot lid van het college van
regenten over de Rijkswerkinrichting te
Hoorn jhr. rnr. dr. B. van den Brandeler,
kantonrechter te Hoorn
op verzoek eervol ontslagen met dank
mr. W. H. Hoyer als lid van het college
van regenten over de gevangenissen te
Haarlem;
idem T. J. B. van der Meyden als kan-
tonrechter-plaatsverv anger te Onderden-
dam.
HET VLIEGONGEVAL TE HEERLEN.
Een demonstratie zonder
vergunning.
De Kantonrechter te Heerlen heeft lie
den uitspraak gedaan in de zaak tegen het
comité dat in Augustus van het vorig jaar
te Heerlen een vliegdemonstratie heeft go
houden, waarbij een ongeluk gebeurde dat
vier slachtoffers eischte. De Kantonrechter
sprak de drie verdachten. P, M. en K., vrij
omdat niets is bewezen dit zij de houders
van den vl'egdag waren, doch dal de mo
gelijkheid bestaat dat de Limburgsche
Luchtvaortvereeriging te Vaals den vlieg
dag heeft georganiseerd.
Een imposant schouwspel
Het vertrek van de Statendam gisteren
middag heeft in Rotterdam duizenden naai
de boorden van de Maas gelokt, om het sta
tige schouwspel, ongekend welhaast zelfs
\oor een groote has en als dt Rotterdam-
sche. gade te slaan.
Op de Wilhelminakade waar de gasten
die de reis mee zouden maken, zich
scheepten, was het een gezellige drukte.
Van heinde en ver kwamen de auto's met
de reizigers, men zag er vele bekende ge
zichten, en voor velen was de ontmoeting
daar in de breede zalen van het grooto
schip een opnieuw aanknoopon van oude
relaties.
Nadat de ministers zich hadden inge
scheept. de auto van Prins Hendrik haastig
was komen aanrijden, oponthoud op de
beruchte hulpbrug over de Koningshaven
vertraagde zelfs de komst van de konink
lijke auto en de vlag was geheschen,
werd het vertreksein gegeven en begonnen
de sleepbooten die het gevaarte van den
kant zouden halen, hun werk. Midden in de
rivier duurde het niet lang of de machtige
schroeven begonnen te draaien, de Staten
dam voer op eigen kracht den Waterweg
af, waar de Rotterdammers het schip wel
heel vaak zullen zien in de toekomst.
Het was een zeer imposant schouwspel,
de Statendam daar te zien voortglijden
door het water. Dichte rijen stonden er
langs de heide oevers en aan het gejuich en
erewuif naar de kleine figuurtjes op het
schip kwam haast geen eind. Het weer was
lang zoo mooi niet als de vorige maal, toen
een stralende zon de geheele reis tot een
genot heeft gemaakt Maar tegen dat de
Statendam de stad verliet, brak de zon toch
even dóór als een afscheidsgroet ann het
schip, dnt aan do genoodigden zijn deug
delijkheid zou gaan bewijzen.
De reis door den Waterweg is zeer voor
spoedig verloopen en buitengaats, daar
waar vroeger de Berlin is vergaan, is het
schip overgedragen aan de H. A L. Daar
heeft ook Prins Hendrik in een korte
speech herinnerd aan dat droef gebeuren
zoovele jaren geleden. Maar al gauw was
die herinnering vervaagd door de blijde
zekerheid dat er gisteren een schoon,
groot schip aan de Rotterdamsche en Ne
derlandsche vloot is toegevoegd, dat in ons
land zijn weerga nog niet kent. Al duiken
reeds weer geruchten op, dat de directie
\an de H. A. L. overweegt een nieuw schip
te laten bouwen bij Wilton, dat veel grooter
zal zijn dan de Statendam en dat „Post
dam" zal heeten. En ofschoon de directie
officieel voorloopig zich nog nergens over
wil uitlaten, zijn ingewijden in Rotterdam
wel overtuigd dat het met die bestelling
wel rtiet zoo heel lang meer zal duren!
Draadloos werd van het s.s. „Statendam",
dat gistermorgen voor den officieefen proef
tocht naar de Noordzee is vertrokken, ge
seind:
Gistermiddag te half één is het s.s. „Sta
tendam", dat door de werf Wilton te
Schiedam was afgebouwd, aan de directie
van de Holland—Amerika-Lijri overgedra
gen. Op dat tijdstip verzamelden alle ge
noodigden zich op het sloependek, waar de
heer J. Rijpperda Wierdsma, president-di
recteur der maatschappij, het schip aan
vaardde.
Daarna werd door Z. K. H. Prins Hen
drik, die den officieelen proeftocht mede-
maakt. de vlag der maatschappij op de
„Statendam" ontploo'd. Hierbij hield Prins
Hendrik eon korte toesprank, waarbij hij er
aan herinnerde, dat de overdracht van dit
stoomschip geschiedde op een historische
plek, n.l. buitengaats, op de plek waar de
.Berlin" is vergaan.
Do HoaderSMo.
„Amersfoortsch Mannenkoor"
schreef haar honderdste wer
kend lid in.
Er is een heel groot „huisgezin".
In onze goede stad,
Waarin de brave ooievaar
Naar 't scheen genoegen had.
Want gister bracht zij in dnt „huis",
En 't wiegje stond er klaar)
Een nieuwe „spruit" bij 't talrijk
„kroost",
Nu honderd bij elkaar!
En aardig .was te zien hoe of
liet gnnsche „huisgezin"
Verblijd was met deez' jongen „spruit":
Men haald' hem feest'lijk in.
Pa „Directeur" en Mn „Bestuur",
Ze weten in deez' tijd;
Een groot gezin voert voor 't bestaan
Een harden levensstrijd,
Maar 't „ouderpaar" doqt,braaf z'n
plicht,
liet arbeidt voor zijn kroost:
Want een voorbeeldig „huisgezin"
Dat blijft zijn grootste troost!
De „kind'rcn" kozen één beroep.
Ook dat gebeurt niet vaak.
En geven zich met lust en moed
Geheel aan hunne taak.
Ze kozen als hun vak de zang,
En in het naast verschiet.
Zingen ze in hun eigen Stad,
Het allerhoogste lied.
Z ij zingen en „Po" dirigeert
Hun gansche leven lang,
Papa die heeft als hoofd van 't „huis',
„Veel-noten-op-zijn-zang!"
Di\t maakt dat 't ..zangershuisgezin,"
In rijken voorspoed bloeit,
In aantal en in kwaliteit
Nog alle dagen groeit!
't Is een gelukkig ..huisgezin"
Waar ord' en regel woont
En door een prachtig kunstgevoel
Een groote liefde troont,
Voor eed'len zang en noesten vlijt,
Der studie grootsten schat.
't Gezin wordt door z'n kranig werk
Een sieraad onzer Stad!
Gelukgewenscht, o, zangersbent.
Juist honderd leden' Fijn'!
..Breng, „Amersfoortsche Mannenkoor",
Ons zangers-zonneschijn!
Zing J lib'lend 't zoete zangershell
Voor U en onze Stad,
Zing! Wordt een „Amersfoortsche
„Staar".*
Voorwaarts! Proficiat!!
GROEGROE.
(Alle rechten voorbehouden).
De plechtigheid werd o. a. bijgewoond
door alle ministers met uitzondering van
de heeren Lambooy en Kan. Verder waren
nog aanwezig de heeren Drooglever For-
tuyn, burgemeester van Rotterdam, gene
raal Snijders, mr. A. R. Zirnmermann, oud
burgemeester van Rotterdam, baron Van
Geen cn E. Heldring, voorzitter van de
Kamer van Koophandel te Amsterdam.
Onderscheidingen.
Tijdens het schitterende feestmaal, dat
aan het i!lustre gezelschap, hetwelk zich
aan boord bevindt van de Statendam, was
aangeboden, werden speeches gehouden
door Prins Hendrik, den heer Westerman,
president-commissaris van de Holland—
Amerikalijn, den heer Rypperda Wierdsma,
president-directeur en minister De Geer.
Prof. Slotemaker de Bruine deelde mede,
dat het Hare Ma.esteit behaagd had (e be
noemen tot officier in de orde van den
Nederlandschen Leeuw, den heer A. Gips,
directeur van de Holland—Amerika lijn en
tot officier in de Oranje-Nassau-orde den
ingenieur Meijer.
51?
De ander aarzelde geen seconde met ant
woorden, het antwoord volgde onmiddellijk
op de vraag.
„Op de stoomboot in de haven, die zoo
aanstonds naar Napels vertrekt. Zijn ze
nuwgestel is niet in een heel besten toe
stand zooals je weet cn hij heeft rijkelijk
genoeg van Messina."
„Dat zou mij niet verwonderen, neen ze
ker niet, na alles was hij ondervonden
heeft Zooals je zei, ik weet dat zijn zenu
wen altijd wat zwak waren.' I-lij knipte
met een van zijn met bloed beloope» oogen
Mijnheer Tarrell keerde zich om en wees
op een dik boek op een plank, die eenmaal
een stuk van den vloeiygeweest was. „Hier
is de hotelliist. Ik keek hem juist door toen
u binnenkwam. Daar staan uw beide na
men, de zijne eerst, dan de uwe; beide door
hem geschreven. Kijk hoe vreemd uw naam
daar staat, door den jongen geschreven. Ik
denk altijd dat hij net schrijft als een dron
ken vlieg over het popier ioopt. Waarcm
teekende hij voor u
„Dat begrijp ik ook niet. Dank u, Tarrell,
voor uw vriendelijke belangstelling, maar
nu moet ik gaan. Ik kwam even kijken toe».'
ik hier passeerde, of' er nog wat van het
hotel over was. Maar ik moet de straat op
cn een bezoek brengen aan wat het pension
Bianchi geweest is."
„O ja? Dan ga ik met u mee; dan loop ik
later mee naar die boot waar u van sprak,
dat schip in de haven. Hoe noemde je dat
schip ook weer, het schip waar „hij" aan
boord is."
,.Tk heb den mam niet genoemd"
..Neen? Nu. in icd r geval ga ik met u
mep en misschien kunt ge mij ook een
plaatsje danr aan boord bezorgen Ik wou
wel eens praten met den jongen, daar heb
ik meer dan één reden voor. Het is ech
heele tijd geleden, dat ik hem voor het
laatste gezien heb en in dien tijd is er vrij
wat voor hem veranderd. We hebben nog
een kleinigheid samen, een zaakje dat hij
misschien wil afdoen."
„Het is nu geen geschikte tijd om over
zaken te praten En ik ben bang. dat ik u
toch geen plaats daar aan boord kan De
zorgen. Als u het niet kwalijk, neemt, ik
had liever dat u niet meeging. Ik heb haast;
ik moet zelf een zaak afdoen. Ik heb u dat
al gezegd, geloof ik. Ik zal hem vertellen,
dat ik u gezien heb."
Toen Talbot zich omkeerde om heen te
gaan, legde de man met het roode haar een
hand op zijn schouder.
„Neen vriend, dat gaat zoo niet. U weet.
dat ik een afstand van zes of zevenduizend
mijlen heb afgelegd om die zaak met dien
jongen man te bespreken, een zaak, die al
heel veel jaren op afdoening wacht Ik wil
mij niet opdringen of onbescheiden wezen
Zoo u mij den naam van de boot maar wilt
noemen, dan zal ik den jongen man wel
vinden. Ik zal u mijn gezelschap niet op
dringen cn er dadelijk op afgaan."
Het antwoord kwam weder onmiddellijk
„Het schip heet „de Amstel" en is uifge
zonden door Amsterdam; ze schijnen het
aan boord nog niet zeker te weten, maar ik
geloof dat zij naar Genua gaan."
Talbot, met zijn vluggen blik, had de
woorden Amstel en Amsterdam on een boot.
lie in de haven lag. zien staan. Tarrell zag
hem nauwlettend aan. zooals hij een stuk
geld zou aankijken, aan welks echtheid hij
twijfelde
„Er is één ding. dat ik altijd i i u ge
waardeend heh: u is geen leugenaar zooals
zoovelen, over 't algemeen gesproken. Ara-
stel. Amsterdam? Toevallig heb ik dat op
een schip zien staan cn het leek mij een
oude. versleten bak. Weet u wel zeker dat
hij daar aan boord is?"
„Ik kan alleen zeggen, dat hij daar aan
boord was toen ik hem voor het laatst ge
zien heb: ze waren op het punt uit te zeilen.
!k zou denken, dat hij al weg was. In dat
geval zult gij uw man missen cn zult gij
die zaak tot later moeten uitstellen En nu
ga ik weg. als ge. 't mij niet kwalijk neemt."
Nogmaals keerde hij zich om om heen te
gaan nogmaals hield de andere hem terug.
„Nog een oogenblik, als je blieft De ma
nier van doen van den man met het ronde
haar veranderde heel plotseling. De welwil
lende glimlach werd vervangen door
bijzonder onaangename grijns, die op on
rustbarende wijze deed denken ann dien vsn
een wild flier in een booze bui. Zijn stem
ging over in een heesch fluisteren, iedere
toon had iets dreigends.
..Zeg, hou je mij niet voor den gek?
Haal je niet één van je aardige granoen
met mij uit? Je bent een dwaas als je dat
doet
Hij stak zijn rechterhand uit met den
palm naar boven.
..Tk hel» die maar dicht te doen om je te
verpletteren. Leeft de jonge man nog?"
„Dat heb ik je n! verteld".
„Ik weet dat je het mij verteld hebt. maar
ik weet ook hee! goed al te goed wat
je woorden soms waard zijn. Doe je er een
eed op. dat hij leeft Wil je er een duren
erd on doen waaraan je je wel mort hou
den9"
•Br 7' voor de d^rde of m rde
maal dat hij leeft".
•Wordt vervolgiL)