AMEDSFÖÖETStH DA@MAÖ De Plaatsvervanger EEN DORNIER WAL GEVALLEN Maison de Jager Zn. Vrijdag 3 Mei 1929 27e Jaargang No. 257 BINNENLAND WERKVERRUIMING Credietmoeilijkheden FEUILLETON. DE BESTUURDER GEDOOD PROF. TREUB UIT INDIE TERUG Banketbakkerij en Chocoladewerk .DE EEMIAISDER" Industrie in Drenthe Dezer dagen vergaderde de rijkscommis sie werkverruiming te 's-Gravenhage. on der voorzitterschap v'arf prof. dr. W. H. No- lens. De commissie betreurde het. dat inzake de draadloozu zendinstallaties Kootwijk— Bandoeng vice versa nog geen beslissing is gevallen ten gunste van de Nederlandsche industrie en dat nog altijd rekening moet worden gehouden met de mogelijkheid, dat de bouw dier installaties niet ten goede zal komen aan de ontwikkeling der Nedcrland- sche nijverheid. Bericht was ingekomen van den voorzit ter van den Raad van Ministers, dat aan een bepaalde onderneming geen financiee- lcn steun kan worden verstrekt Besloten werd de onderhandelingen over het vestigen van een industrie in Drento voort te zetten. Inzake de voorbereiding van den bouw van enkele groote bruggen over de groote rivieren werden met genoegen ecnige rae- dedeelingen vernomen. Verslag werd gedaan van een bemidde ling, welke de commissie verleend had om een order hier te lande te behouden van groot belang voor een van onze jongste iu düstrieën. Voorts werd medcdeeling gedaan van een belangrijk aantal gevallen, waarvoor de bemiddeling der commissie was ingeroe pen, om te trachten dat orders hier te lande zouden worden geplaatst en niet ten goede zouden komen aan de buitenland- scho industrie. Hierbij werd opgemerkt, dat vooral van de zijde van het ministerie van defcnsio veel medewerking werd ondervon den. Bij de rondvraag kwamen ter sprake de moeilijkheden, welke onze industrieele on dernemingen vaak ondervinden om vol doende crediet te verkrijgen. EEN REDDING. Ncderlandsche dankbaarheid. Naar men uit Londen meldt, heeft de Ko ningin van Nederland Laar dankbaarheid betuigd voov de diensten, die Engelsche reddingbootmi liet Nederlandsche tank schip Georgia beloond hebben in November 1927 door de schippers cn een aantal leden van de bemanning der booten van Great Yarmouth, Gorleston, Cromer en South wold gouden en zilveren horloges te schen ken mot inscripties. De Nederlandsche re geering heeft haar welgemeenden dank be tuigd aan de bemanningen van de booten van Great Yarmouth cn Gorleston. De uit reiking is geschied door den Nederland- schcn vice-consul te Great Yarmouth. DOOR EEN AUTO AANGEREDEN. Twaalfjarig meisje gedood. Woensdagavond even voor half zes heeft te Bergen op Zoom een auto ongeval met doodelijkcn afloop plaats gehad. Nabij de Ambachtsschool liepen twee meisjes achter •en wagent je, terwijl van den Halsterschen- weg de auto kwam aangeraden van de fir ma H. uit Halsleren. Een van de twee meis jes de 12-jarige J. Niederer werd door den auto gegrepen. Deerlijk verminkt werd het kind opgenomen cn 'n do Ambachtsschool binnengedragen. Dr. Blom van Assendelft was spoedig ter plaatse, terwijl Pastoor Oontcn geestelijken bijstand verleende. Het bleek dat de hersens van het meisjes wa ren geraakt, tengevolge waarvan het kind reeds kort na het ongeval is overleden. Per politiebrancard werd het. lijkje naar het Algemeen Burger Gasthuis overgebracht. Zonder strijd kunt gij niet kom<*i tot de kroon der lijdzaamheid. TIL a KEMPIS. door RICHARD MARSH. Vrij naar het Engelsch door C M. G. de W. 37 „Ik ben u zeer verplicht, mijnheer John son, maar ik begrijp u niet goed. In welk opzicht deed u zaken met mijn oom?" „O, op velerlei terreinen, mijnheer Talbot. Dat kunt u van mijnheer Eva te weten ko men". „Dat is volkomen waar, mijnheer Johnson. De <w.le vriend van uw oom, mijnheer Tal bot, is hier des avonds of des nachts bij uw oom gekomen voor zaken, terwijl het vooi hem een groote last was." „Ja. het was soms wel wat lastig, heel lastig zelfs, maar ik kan niet altijd aan mijn eigen gemak denken, dat gaat niet". Hij richtte zich op met een vroolijk ge baar, dat beduidde liet ten minste, maar het gelukte niet dien indruk te maken. Het was onmogelijk voor mr. Johnson zich vroo lijk cn vlug voor te doen. „Ja, ja, ik begin het te begrijpen", sprak Talbot. „Maar zaken doen op dit uur van den nacht. Was u gewoon op zulk een uur zaken te komen doen met mijn oom?" „Ja, mijnheer Talbot, altijd ongeveer op dit uur." En wat besprak u dan met hiijn oom?" Mr. Johnson scheen het niet gemakkelijk VULPENHOUDERS MET TRAANGAS. Waarschuwing van den minister. De Minister van Justitie deelt in het Al gemeen Politieblad mede, dat zijn aandacht er op wordt gevestigd, dat blijkens een be richt in het Belgische Centraal Signalemen- tcnblad, door bandieten te New-York en Chicago een vuurwapen zou worden gebe zigd, dat den vorm heeft van een vulpen houder en waarmede traangas kan worden verspreid of een kogel van klein kaliber kan worden afgeschoten. Daarop worden de ambtonaren van poli tie opmerkzaam gemaakt. Het is toch niet uitgesloten, dat een dergelijk wapen ook naar Nederland wordt overgebracht. De in voer daarvan zal in ieder geval niet worden toegestaan. Moclit bij fouilleering van ver dachten of anderszins een dergelijk wapen worden aangetroffen, dan ware daarmede, tenzij inbeslagneming kan plaats hebben, onverwijld overeenkomstig de voorschriften van de art.t 9 en 10 der Vuurwapenwet 1919 te handelen, terwijl terstond dient te wor den onderzocht wie dat wapen heeft afgele verd cn hoe het hier te lande is binnenge komen. STAKING EN UITSLUITING IN OOST-GRONINGEN. Landarbeiders leggen het werk neer. De uitsluiting en de staking van landar beiders in Oost-Groningen, welke Woens dagmorgen zijn ingegaan, omvatten bijna 2000 mannen uit Beerta, Bellingwolde, Blij- harn, Drieborg, Nieuw Beerta, Finsterwolde, Nieuwwolda, Oudeschans, Termunten, Vrie scheloo, Veelerveen, YVoldendorp, Midwolda, Oostwold, Noordbroek en Winschoten. Voor de eerstgenoemde 12 plaatsen heeft do Ne- derl. Landarbeidersbond de staking afge kondigd, waarbij zich ook het overgroote deel dei* met-georganiseerden heeft aange sloten. De stalcirigslijsten waren Woensda; geteekend door 1.570 leden van den moder nen bond en door 250 niet-georganiseerden. Ook de arbeiders van de N.V. Kerkhoven- polder en van de boerderijen der stad Gro ningen zijn in staking gegaan. Plaatsgevon den besprekingen hadden niet tot overeen stemming geleid. In een manifest dan de stakers roept het hoofdbestuur van den Landarbeidersbond hen op „den strijd te voeren, kalm en be zadigd en met de lianden in de zakken." Gevraagd wordt een loonsverooging van 15 pet. De burgemeesters van de in het stakings gebied liggende gemeenten hebben een be roep gedaan op allen, die bij het conflict betrokken zijn om mee te werken lot de handhaving van de rust en de orde. Op het oogenblik zijn de werkzaamheden in het landbouwbedrijf niet druk. De sta king is thans echter ingegaan, omdat het collectief contract gisteren afliep. Vele land bouwers hebben in de bouwlanden, bestemd voor cultuur van suikerbieten, tegelijker tijd mosterdzaad gezaaid. De bietenteelt geeft nl. veel werk en de teelt van mosterd zaad niet. Wanneer straks als de bieten moeten worden gedund en gewied de ar beiders nog staken, zullen de bieten worden verwaarloosd en dan krijgt het mosterd zaad gelegenheid om op te schieten. Mocht er over eenigen lijd geen staking meer heerschen, dan zullen de bieten worden be werkt en gaat men het mosterdzaad ver nietigen, aldus de Tel. DOODELIJK ONGEVAL BIJ ABCOUDE. Fietser door een auto dood gereden. Woensdagavond half tien begaf zich de fabrieksarbeider Jan van der Vliet per rij wiel naar zijn woning te Ouder-Amstel. Hij had een bezoek gebracht aan zijne ouders te Vinkeveen. Onder de gemeente Abcoude kwam een automobiel hem achterop rijden. Door on bekende oorzaak is de fietsrijder aangere den en onmiddellijk gedood. De overledene was 30 jaar oud, gehuwd en laat drie kinderen na. Tegen telegraafdraden gev ogen te vinden op deze vraag een direct ant woord te geven men kon zien dat hij aan een direct antwoord geven niet gewend was. Recht door zee scheen hij niet te we zen. Mijnheer Eva misschien kunt u mijnheer Talbot, beter te woord staan. Ik weet u mijnheer Talbot, ik ben nooit knap in liet praten geweest. Toe mijnheer PI va, vertelt u het maar aan mijnheer Talbot, u doet het zeker beter dan ik". En mijnheer Eva, wien het mes op den keel gezet werd, deed zijn best, maar hij scheen het ook niet gemakkelijk te vinden. „Uw oom was een groote opkooper van curiositeiten; zooals ik u reeds te kennen gaf toen u aan tafel zat; kostbare curiosi teiten, allerlei soort. Op niets wat werkelijk van waarde was, was de oude heer niet bereid een bod te doen. Zoo heeft liij ook een paar dingen van mijnheer Johnson ge kocht." „O ja, hij heeft heel wat van mij gekocht, niet altijd heeft hij er goed voor betaald. Hij was een onbuigzaam man, heel onbuig zaam, en het spijt mij dat ik het zeggen moet, mijnheer Eva, de oude heer was wreed. Hij wou graag wreed zijn, die oude man. cit weet u wel, mijnheer Eva." Ik weet wel dat hij een paar keer een grapje met je gehad heeft, Johnson". „Een grap noemt u dat! Mijn hemel! Mijn hemel! Maar hij is dood; laten we dat laten rusten. Ga voort, mijnheer Eva, u moet maar met mijnheer Talbot spreken". „Een paar keer had de oude heer dingen van Johnson gekocht en er naar hij meende een goede som voor betaald". „O, mijnheer Eva!" neen niet een goede som". Hij stak zijn handen omhoog, alsof hij Londen, 2 Mei (V.D.) Uit Bagdad wordt gemeld, dat een der drie Nederlandsche vliegbootcn, die op weg zijn naar Neder- landsch-Indie, de D 22, is verongelukt. Het vliegtuig, dat bemand is door den officier- vlieger 2e kl. P. S. Everts, den sergeant- vliegtuigmaker A. Langeraar en den kor poraal J. Symons, kwam in aanraking met de telegraafdraden bij de brug over de Tigris bij Bagdad. Het toestel stortte naar beneden cn werd grootendeels vernield. Van de drie inzittenden werd de bestuur der gedood. De beide andere leden der be manning werden gewond. P. F. Eve r s, oud 32 jaar, is ofiicier-vlie- ger tweede klasse, die met de officier-vlie gers Eikerbout en Broesder de eenige drie vliegers zijn, in vast dienstverband bij de* Marine. In het vliegkamp De Mok lieerscht diepe verslagenheid, omdat men Evers daar kent als een buitengewoon sympathieke, ernstige en rustige figuur, die zeer bekwaam is, hetgeen ook blijkt uit het feit, dat hij zoodra liij in Indie zou zijn aangekomen, onmiddellijk zou repatrieeren, teneinde de plaats in te nemen, die voor hem bestemd was; chef-inslrucleur van het vliegkamp De Mok. De commandant van dit vliegveld ver klaarde ons, dat Evers zeer gezien was en in alle opzichten een buitengewoon officier is geweest. Hij lieeft dan ook direct het per soneel bij elkaar geroepen om het toe te spreken en eenigen tijd eerbiedige stilte ver zocht om de nagedachtenis van een der eer sten op De Mok te ecren. Bij het verscheiden van Evert komt nog een tragische bijzonderheid: eerst twee we ken voor het vertrek van de vlicgboot was hij in het huwelijk getreden. Zijn vrouw, d:* pas haar vader verloren heeft, bevond zich te Rijswijk en informeerde eenigen tijd geleden trouw naar bijzonderheden, toen een der motoren van een ander vliegtuig defect bleek te zijn. Met de D. 22 is tot op heden evenwel niets gebeurd; de comman dant acht het waarschijnlijk, dat het toestel vol belast was mei het oog op het af te leg gen lange traject, waardoor niet direct vol doende hoogte was te bereiken. Evers trad in Augustus 1921 als vlieger in dienst van de Marine. Met toestel dat hij naar Indic vloog was een Dornier Wal vliegboot, voorzien van twee motoren, dat vijf personen kon bevatten. Dat Evers een bekwaam vliger was, valt ook af te leiden uit het feit, dat hij voor de Fokker-fabrieken steeds de marine-toestel len invloog cn dit onlangs nog deed voor een speciale commissie. Langeraar is een bekwaam mecani cien, goed kenner van de Lorraine-motoren, die pas in dienst was als vlieger bij de Ma rine. Ook S ij m o n s is pas als vlieger in dienst van de Marine en had nog weinig practijk als piloot. Een tragisch voorval tc den Haag. Gistermiddag heeft zich in de Wagen straat voor het gebouw van de Haagsche Courant een tragisch voorval afgespeeld. Twee dames, die in de Bijenkorf inkoopen gedaan hadden, zagen op de ramen van het courantengebouw do bulletins aange plakt, waarin gemeld werd het ongeval dat een der 3 Dornier-Wal-vliegbooten is over komen en waarbij de piloot Everts gedood is. Do jongere der heide dames werd door dit bericht zoo hevig ontroerd, dat zij het gebouw der krant moest worden binnen gedragen. ITet bleek, dat het de vrouw was van den verongelukten piloot met een fa milielid. Na eenigen tijd zijn beide dames per auto verder gegaan. Begroeting op hei Haagsche Station Gistermiddag met den Pulmanntrein van vijl' uur veertien uit Parijs arriveerde in den Haag prof. mr. M. W. F. Treub, die zooals bekend als voorzitter van den Indischcn Ondernomersraad een reis van eenige maanden naar Ned.*Indic heeft ge maakt. De terugkeer van prof. Treub ge schiedde vrij onverwacht, zoodat slechts enkele vrienden en bekenden op het perron ter begroeting aanwezig waren Hieronder waren de heeren Putman Kramer cn mr. Cohen de Boer, secretarissen van den On dernomersraad voor Oost-lndic; mr. dr. van Gybland Oosterhoff, secretaris van den Ondernemorsraöd voor Suriname, voorts de heer Pauw van Wieldrécht, de heer Jansen, oud-directeur, van financiën in Indië, de heer Valkenburg, oud adjunct- directeur der gou vernemen tsbed rij ven, oud kolonel De Hart cn de heer Gerlings, direc teur der Ned.-Indische Spoorweg Mij. De heer Treub werd door de aanwezigen op hartelijke wijze begroet. De bemanning der drie marine-viiegbooten. Vóór het toestel de „D. 22", die bij Bagdad omlaag is gestort 1. de korporaal-vliegtuigmaker J. Symons; 2. de ser geant-vliegtuigmaker A. Langeraar, die beiden werden gewond. Daarachter: 3. de officier-vlieger 2e kl. P. S. Everts, die om het leven kwam. DE JUWEELENDIEF BASTERRECHIA VEROORDEELD. De Groningscho rechtbank veroordeelde heden den internationalen inbreker V. Basterrechia, die to Groningen voor tien duizend gulden aan goud en zilver hoeft gestolen bij den juwelier Kiestra tot. twee jaar en zes maanden gevangenisstraf. Do eiscb was drie maanden. STAATSTOEZICHT OP KRANK ZINNIGEN. Het bestuur van de Nederl. Vereeniging van Gestichtsartsen heeft zich naar aan leiding van het gewijzigd ontwerp lot wij ziging der wet tot regeling van het staats toezicht op krankzinnigen cn aanvulling van art. 39 in een adres tot do Tweede Kamer gewend, waarin het o.m. verklaart, dat de vereeniging zich op het standpunt stelt, dat de vrije verpleging, zonder rech terlijke machtiging, in sanatoria, in aange wezen afdeelingcn of in het gesticht zelf zooveel mogelijk, ook van Staatswege, moet worden bevorderd, waarom het bestuur niet voldoening heeft geconstateerd, dat door art. II van het gewijzigd ontwerp deze vrije verpleging zeer belangrijk zal kunnen wor den uitgebreid. Adressant is van meening, dat door de voorgestelde wijzigingen het aantal in bewaringstellingon zal toenemen. In verband hiermede zou adressant gaarne zien bepaald, dat daarbij zoo mo gelijk ook overleg moet worden gepleegd met de naaste verwanten, terwijl hij in verband met de wijziging van artikel 39 der Armenwet wijziging van art. II der krankzinnigenwet wenschelijk acht. Bij artikel 28 van het gewijzigde ontwerp acht adressant het gewenscht het overleg met vereenigingen voor nazorg slechts voor te schrijven ten aanzien van die Vereeni gingen, die aan zeker eischcn, bij algemee- nen maatregel van bestuur te stellen, vol doen. Overweging verdient voorts dc vraag, of ook voor het beheer der goederen van pa tiënten in een aangewezen afdeeling niet een regeling moet worden getroffen. Tenslotte wordt dringend verzocht artikel III van het gewijzigde ontwerp to laten vervallen, of althans te bepalen, dat art. H niet later wordt ingevoerd dan artikel I. Langestraat 56 Telef. 115. Eva's woorden wou logenstraffen. Nu kwam Talbot tusschenbeiden. „Kunt u nu een van beiden niet wat duidelijker spreken; wat hebt ge toch te verbergen onder al die woorden! Eva, je spreekt van curiositeiten, die mijn oom ge kocht moet hebben van zulk een man. Wat waren dat voor curiositeiten?" „Mijnheer Johnson heeft er vanavond juist een paar meegebracht van dat soort". Talbot had een pak op tafel zien liggen. Eva maakte het open. „Heeft u verstand van colliers, mijnheer Talbot? Hier heeft u er een paar. die u mis schien wel eens wilt bekijken. Zo zijn, ge loof ik, nog al zeldzaam". Vol vuur voegde Johnson er bij: „O ja, zeer zeldzaam, ze zijn de mooiste van die soort welke op de wereld bestaan; zooals ik dien te weten". „Ja, mijnheer Johnson zegt terecht, dat hij het wel dient te weten, hij heeft verstand van die dingen". „Dat zegt mijnheer Eva terecht. Ik geloof dat er niemand in heel Europa is die er meer verstand van heeft dan ik". „Hier heeft u vier colliers, mijnheer Tal bot, de eene robijnen, de tweede smaragden, de derde paarlen, de vierde een mooi snoertje diamanten. Kijk, mijnheer Talbot, hier zijn ze. Wel de moeite waard om ze te bekijken". Eri hij hing de \ier colliers aan den voor vinger van zijn rechterhand. Mr. Talbot nam ze van hem over. Hij bekeek ze zorg vuldig en hield ze bij het licht. „Het zijn bijzonder mooip colliers". „Bijzonder mooi dat zijn zo. De dia manten zijn niet kwaad, maar de paarlen zijn mooier en de smaragden nog mooier smaragden zijn op het oogenblik veel waard." „Ja heel veel, mijnheer Eva, en de prijs stijgt iederen dag. U zou op het oogenblik een smaragden collier zooals dit voor geen geld of goede woorden kunnen krijgen". Zonder op Johnson's woorden te letten, ging Eva voort en er was een gloed tn zijn oogen, alsof hij een onderwerp behandelde dat zeer in zijn smaak viel. „Maar de robijnen, mijnheer Percival Tal bot dat is het ware. De oude heer had bijzondere voorkeur voor robijnen; hij hield veel van die kleur. De kleur van het bloed, dat het dichtst bij het hart stroomt. En dan, als alles naar de markt gebracht wordt, en dat zal gebeuren, zal er een stroom van diamanten komen, maar robijnen niet, daar is geen vrees voor, dat zijn de echt mooie steencn. U zou de wereld af kunnen zoe ken, dan zou u zulk een mooie collecte niet vinden als u hier ziet." „Als men u hoort praten, mijnheer Eva, dan zou men denken dat de heer Johnson een vriend van u is, zoowel als van mijn overleden oom." „Waarom zegt u dat?" „Is dat niet duidelijk? U zegt dat hij hier komt om te ve'rkoopen. Ts het de gewoonte dat de kooper in tegenwoordigheid van den verkooper do waarde van de goederen aan prijst. Zal iemand dat doen, wanneer hij niet een bijzonderen vriend van hem is?' „Ik begrijp uw bedoeling, maar u praat o\ er iets, waar u geen verstand van heeft of liever dat u niet begrijpt. Als het niet goederen waren van de allerbovenste plank, dan zou hij ze hier niet durven vertoorien Hij heeft eens een paar dingen meege bracht van twijfelachtige waarde en de oude heer kon niet nalaten hem dat eens goed te zeggen. Niet waar, mijnheer John son?" Johnson keek alsof hij zich iels heel on aangenaams herinnerde. „O ja, hij was 'n bijzonder iemand. Ik wil niets ongunstigs over hem zeggen, mijn heer Talbot, maar hij was een echte, flinke duivel." „Ik begrijp niet waarom je dan nog altijd zaken met hem wou doen, mijnheer John son." „Ach, er zijn niet veel menschen, die over zooveel geld te beschikken hebben; hij had tonnen vol tonnen vol; hij barstte in zijn geld. Je ontmoet niet veel menschen niet geld, die zooveel smaak hadden als hij". „Wat meen je daar mee?" John Eva meende te hulp te moeten ko men. „Och Johnson kan moeilijk zélf een prijs bepalen voor de dingen die hij verkoopea wil; hij moet aannemen wat men hem biedt. Wanneer hem eens iets goeds werd aange boden, dan was hij de eerste om dat te er kennen, maar daaruit volgde nog niet dat hem een buitengewoon hoogen prijs werd geboden, neen integendeel. Bijv. 't feit dat er geen enkel collier van robijnen op de wereld bestaal zoo mooi a's dit, maakt het aantal koopers beperkt. De oude heer had geen lust er zooveel voor te geven als het waard was. dat weet Johnson. Maar hij weet ook. uit ondervinding, een harde on dervinding somtijds, dat niemand er me->r voor zou willen geven, dat had hij ook al eens ondervonden. Daarom bleven ze zaken met elkaar doen. Ik zeg nog eens dit is hét mooiste robijnen collier dat er op de wereld bestaat en toch ben ik een bizonder goede vriend van Johnson". /Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1929 | | pagina 5