AMERSFOOKTSCH DAGBLAD RIPOLINE VERVEN Zaterdag 11 Mei 1929 ..OF FEMï ANDER' 27e Jaargang No. 263 TWEEDE BLAD. f BINNENLAND. DE BELGISCHE EISCHEN VERWORPEN? TER HALL OP HET VERKIEZINGSPAD Het program van beginselen Voor huishoudelijk gebruik in alle maten verkrijgbaar bij A. v. d. WEG. LANGESTRAAT 23 KEPI EN VELDMUTS VERDWIJNEN Laken voor een prikje FEUILLETON. De Plaatsvervanger Opmerkelijk bericht in ch EngeUche bladen Maandag beslissing inzake publicatie De door jhi. van Nispen tot Sevenaer Dinsdag overhandigde Nederlandsche nota van antwoord zal in de Maandagmiddag te houden bijeenkomst van den ministerraad door minister Hijmans aan zijno collega's .worden medegedeeld. Ook zal daar een be sluit stenomen worden omtrent het Neder landsche verzoek tot publicatie van de se dert de hervatting van de onderhandelin gen tusschcn beide regeeringén gewisselde documenten. Reuter seint uit Brussel aan de Engel- öche bladen, volgens do N.R.Ct.: Men meldt dat het antwoord hetwelk de Nederlandsche regeering Woensdag op zc- ikere voorstellen van de Belgische regeering lot regeling van hangende kwesties tus schen de twee landen cn de herziening van de tractaten van 1839 heeft gegeven, op een vorwerping van alle Belgische eisclien neer komt. De X. R. Ct.-correspondent te Londen ïneldt: De Morning Post heeft een telegram van haar Brusselschen correspondent over de Nederlandsche nota aan de Belgische re geering, volgens hetwelk men te Brussel gelooft dat Nederland de Belgische voor stellen verwerpt en de zaak als gesloten 'beschouwt. Bevestiging hiervan zal men vinden in liet Nederlandsche verzoek om publicatie der stukken Völgens dezen correspondent, is de Belgi sche regeering bereid, het slotvoorstel dtT Nederlandsche nota namelijk om de aan spraken van Nederland op de Wielingen aan het Haagsche Hof te onderwerpen, te aanvaarden, op voorwaarde, dat alle han gende kwesties aan arbitrage onderworpen zullen worden. Bovendien zou Brussel ar bitrage eischen niet van het. llaagsclie Hof, maar van Londen en Parijs. De diplomatieke medewerking van de Morning Post voegt daaraan een van 4 die commentaren toe, waarin het blad altijd uitmunt. Hij vermeldt de verklaring uit de eerste helft van 1928 dat als gevolg van de gevaren op de Schelde de tonnemaat van 'Antwerpen met 1/3 gedaald, en die van Rotterdam verdubbeld was. Wat België eischt zou volgens dezen schrijver de bij verdrag vastgestelde rech- iten van België of faciliteiten voor de vaart voor groote schepen zijn. Deze medewerker merkt nog op, dat Belgie na afschaffing Van zijn onzijdigheid volmaakte rechten op een eigen vloot heeft, zoo het er ooit een tou willen hebben. Naar het gevoelen van Nederland echter zou de mogelijkheid dat Antwerpen door de geëischte verbetering een vlootbasis zou worden, in de Neder landsche berekeningen in het geval van een •leuwen Europeeschen oorlog niet passen. .Verkeert do Schelde in een voor linie-sche pen onbevaarbaren toestand, dan zou voor België of voor zijn bondgenooten geen mo gelijkheid bestaan haar als zeebasis te ge bruiken. De N. R. Ct. teekent hierbij aan: Wij nemen het bericht van Reuter uit Brussel en de mededeelingen van de Mor ning Post op, om den lezer te laten zien hoezeer de voorlichting van de Engelsche openbare meening onder den invloed van «sterk gekleurde Belgische voorstellingen staat. LANDSTORMKORPS „STELLING VAN AMSTERDAM" Schietwedstrijden. De belangstelling voor de op 21-, 25, 29. 31 Mei, 1 en 15 Juni a.s. te houden schietwed strijden georganiseerd onder de auspiciën van de Gewestelijke Landstorm Commissie Stelling van Amsterdam blijft toenemen. Reeds nu hebben zich een 700 tal personen voor deelneming opgegeven. Een aantal fraaie prijzen is geschonken, terwijl ter herinnering aan do wedstrijden, die te Amsterdam cn Laren worden gehou den, een speciale penning wordt uitgegeven. DE DERDE NED. RADIO SALON. Opening door den ministei van Waterstaat. De Minister van Waterstaat zal Donder dag 10 Mei a.s. den derden Nederlandschen radio-salon in het Kurhaus openen. Het Comité deelt nog mede, dat behalve de officieele inzending van de Rijkstelegraaf ook een inzending van het regiment genie troepen is toegezegd. Alle in het Kurhaus beschikbare ruimte wordt door deze radiotentoonstelling in be slag genomen. ken nieuwe partijhel Federatief Verband Naai- gemeld wordt is, naar aanleiding van den uitslag der Tweede Kamerverkie zingen van 1925. waarbij dé heer A. Staal man met 15546 stemmen gekozen werd ver klaard en de lieer Henri ter Hall, met 257-42 stemmen niet, welke uitslag destijds bij velen verwondering heeft gewekt, in Oc tober 1928 het „Federatief Verhand" tot stand gekomen voor do Tweede Kamerver kiezingen van 1929, hetwelk den heer Ter Mali heeft uitgenoodigd zich beschikbaar te stellen voor de eerste plaats op de can- didatenlijst. De volledige lijst is thans vastgesteld en luidt als volgt1 H. J. ter Hall, Rijswijk (Z.-H.); 2 I. Alkema, 's Gravenhage; 3 C. Booij, 's Gravenhage; 4 Antoinette van Dijk, Voorburg; 5 F. W. Langhorst, Hoek van Holland; 6 Clir. W. F. de Vos, Amsterdam, 7 W. Wessel, Amsterdam; 8. B. Niewold, Amsterdam; 9 J. den Hollander, 's-Graven- hage; 10. K. A. Pronk, Ulrum; 11 P. Brasser, Wissingen; 12 E. Bekkering, Haren (G.); 13 II. van Woudenberg, Tricht; li. C. F. Nas- TEL. 217. HENRI TER HALL. setle, Sandpoort; 15. dr. W. Koster, Amster dam. Omtrent het doel en streven van het Fede ratief Verhand wordt het volgende medege deeld Het Federatief Verband is voor de aan staande Tweede Kamer-verkiezingen geor ganiseerd vrij van elk politiek partijver band. Op het program wordt o.a. aange drongen op gelijkstelling der oude pen sioenen met de nieuwe. Verder wordt on der meer gevraagd vrijstelling van belas ting van inkomens tot J'2000 voor gehuw den, ongehuwden 1000; afschaffing c.q. Vermindering der belasting op publieke ver makelijkheden; liet op hooger peil brengen van het lager onderwijs, bijzondere zorg voor het onderwijs aan kinderen van schip pers cn kramers. Handhaving van ruime radio-uitzend-gclegenlieid van programma's zonder \oorkeur voor eenige godsdienstige of politieke richting; staatsregeling (natio naal, internationaal) voor het reddingswe zen aan ae Kusten; regeling der arbeids voorwaarden der bedienden in dit bedrijf; normaliseering der veiligheidszorg, zoowel per spoor-, water-, land- als straatwegen, door zoo noodig den Raad van Scheepvaart in deze uit te breiden en competent te ver klaren; afschaffing van tol-, veer- en brug- belasting en waar niet 'geheel mogelijk, overname, van deze verkeersbeletselen door rijk, provincie of gemeente; herziening der regeling van de non-activiteitstractementcn uit hoofde van vroegere bediening of be trekking van de leden der Staten-Generaal etc., herziening van de Zondagswet; vrij heid van sport, muziek cn amusement; op heffing der reisbelemrneringen; afschaffing van het plakken van renlezegels voor het personeel; bevordering van het totstandko men van een anti-trekhond en wet; bescher ming van den handeldrijvenden midden stand als noodzakelijke factor in onze sa menleving; staatspensioen voor ouden van dagen, wier inkomen niet uitgaat boven een bepaald in de wet vastgelegd bedrag. Ook wordt in het program geèischt her ziening der sociale wetgeving, herziening der pensioenen, reorganisatie en vereenvou diging der rechtspraak, medewerking tot verbetering van maatschappelijke toestan den, waarvan herziening urgent is, wette lijke regeling van dienst- cn rusttijden van personen, werkzaam in hotel-, café-, restau rant- en winkelbedrijf; gelijkstelling van het aanvangsuur in de bakkersbedrijven; meerdere waardeering Aan de arbeiders bij den landbouw, mijn- en veen-industrie, scheepvaart en visschcrij. Omtrent de candidaten van het Federa tief Verbond wordt medegedeeld, dat zij van zeer uiteenloopende positie zijn, maar allen bezield met één ideegeen politiek zaken doen, onrecht herstellen, welvaart bevorderen. EEN HARDHANDIG BURGEMEESTER? Hoofdbrandmeester een vuist slag toegediend. Toen de afgeloopen week de heer J. C. B., hoofdbrandmeester \an de vrijwillige brand weer te 's-Gravenzande ten raadhuize bij den burgemeester dier gemeente, mr. J. B., verscheen ten einde een door hesn ingedien de declaratie a oor reiskosten etc. toe te lich ten, ofitstond tusschen beide ambtenaren Ti woordenwisseling. Deze twist liep ten slotte zoo hoog, dat op een gegevon moment de burgemeester den heer B. een vuistslag in het gelaat toediende, Avaardoor deze aan het oog werd verwond. De heer B. lieeft bij den officier van Justitie te 's-Gra\enhage een aanklacht ingediend. (Tel.). Een vomvbaar hoofddeksel zal ze vervangen Op vragen van don heer Bijleveld be treffende den verkoop van een partij van plm. 34.000 M. kepilaken heeft minister Lambooy geantAvoord, dat het hem inder daad bekend is, dat door tusschenkomst van het Rijksinkomstenbureau een hoe veelheid van plm. 34.000 M. grijs kepilaken uit den legervoorraad is verkocht. De verkoopprijs bedraagt 0.73 per M. de gemiddelde kosten van het in de jaren 1917, 1918 en 1919 aangeschafte kepilaken hebben ƒ13.62 per M bedragen. Deze aan- koopen zijn geschied vóór dé invoering van de helmen als hoofdbedekking to vel de en bij oefeningen. Het laken is verkocht, omdat het niet in zoodanige conditie verkeerde, dat het voor een ander doel kon aa'orden aangewend. Voor militaire uniformen is het kepilaken veel te zwak en voor militaire hoofddek sels, apders dan van stijf model is het te dun en te slap. In verband met de uitvoering van den helm hij de velduitrusting ontstond reeds voor eenige jaren het voornemen om den kepi en den veldmuts voor den soldaat door oon a'ouAvbaar hoofddeksel te vervan gen, dat zoowel in de dagelijksche tenue gedragen als te velde medegevoerd kan worden. Ten geA'olge van de \roorhanden voorraden kepi's en veldmutsen kon daar aan tot nog toe geen uitvoering worden gegeven. Bij de behandeling a-an de Defensiebe groting 1929 in de TAveede Kamer der Staten-Generaal is hieromtrent door den minister een mededeeling gedaan. De commandant van het veldleger stelde reeds in 1923 a'oor den kepi niet meer als derde hoofddeksel aan de dienstplichtigen te verstrekken, doch den kepi en de veld muts door één vouAvbaar hoofddeksel te vervangen. Nu de. voorraad k«pi's en veldmutsen zoodanig is verminderd, dat binnen afzien- baren tijd dit nieuw mfldel hoofddeksel moet Avorden aangemaakt, Avordt binnen kort van den hoofdintendant na overleg met de hoogste legerautori,teiten, een voor stel te dien aangaande ingeAvacht. De minister vertrouAvt, dat dit model zal voldoen aan den eisch van netheid en uiterlijk voorkomen, aan de Hollandsche militairen te stellen. NA DEN BRAND TE ROSSUM. Do dakloozen. Dinsdagavond heeft de gemeenteraad van Rossum (G.) vergaderd om te bespreken, Avat gedaan kan worden voor de menschen, die ten gevolge van den hevigen brand dakloos zijn geworden. Daar er in de gemeente eenige huizen leeg staan, besloot de Raad zijn bemiddeling te verleencn, teneinde in deze huizen de dak loozen zooveel mogelijk onder te brengen. Door den brand zijn vele ingezetenen ge dupeerd, omdat hun huizen cn verdere eigendommen slechts tegen de halve Avaarde waren verzekerd. De raad heeft besloten een steunacte in het leven to roepen, om de ge dupeerden zooveel dit mogelijk is te helpen. LEEDVERMAAK. 'k Heb weer oudenvetsch genoten, Jonge, jonge Avat een dag, 'k Heb getoond wat ik als „grootheid". In onz' goede Stad vermag. Kilometers rijen auto's Zijn weer door mijn „lijf" gegaan. Eén voor één cn van éen kant maar, 't And're liet ik ijskoud staan. 'k Trek me niets aan van 't gekanker Van dat malle snelverkeer. 'k Blijf heel lustig in den Aveg staun En negeer 't gelamenteer. 'k Zal ze krijgen al die menschen Die zoo vrees'lijk haastig zijn, Want tAveo autos naast elkander Druk ik heel gezellig fijn. Ik heb maling aan de eischen Van deez' zeer modernen lijd In mijn jeugd kAvam *t ook in orde. Waarom dan die nieuAvigheid Neen, ik haat die tuf-mirakels En ik plaag ze waar ik kan. Als de stad ook gedupeerd Avordt 'k Trek er me geen klap van an Ik blijf staan en ga voor niemand, Hoe hij komt, een streep op zij. Ieder die hier wil passeeren, Iloude rekening met mij. 'k Lach van uit den hooge stiokum Om wat mon hier van mij zegt. Want zoolang ik „mooi" blijf lieelcn Komt het wel voor mij terecht. IK blijf het verkeer hier rcg'len En vermoorden als het moet Ik voel me als Mussolini Oppermachtig en vol moed. Voorschriften, verkeersagenten Werken zooals IK dicteer, IK gevierd despoot, vol schoonheid, Wurg met smaak het snelverkeer. IK in mijn versleten „pakje" Ringeloor ons Amersfoor*. IK bezorg 't verkeer de stuipen, IK de KAMPERBINNENPOORT. GROEGROL. (Alle rechten voorbehouden) WIJNACCIJNS. Do commissie vau deskundigen. Bij beschikking van den Minister van Financiën zijn opnieuAv benoemd in de commissie van deskundigen bedoeld in de Avet houdende nadere bepalingen omtrent den accijns op den wijn lot voorzittend lid, de heer Dr. A. F. Ilolleman, oud-hoog- leeraar aan do gemeentelijke universiteit te Amsterdam, Avonende te Bloemendaal tot plaatsvervanger van het voorzittend lid de heeren Dr. G. Ilondius Boldiugh, hoogleeraar aan de gemeentelijke univer siteit te Amsterdam, Avonende aldaar en Dr. A. H. W. Aten, hoogleeraar aan dezelf de universiteit, Avonende te Hilversum. TEGEN EEN AUTO OPGEBOTST Daarna door de tram go- grepen en gedood. jV* «fVkimorgwi om 10 uur is te Oegst- geest bij de begraafplaats Rhijnhof de 30- jarige monteur G. v. d. Nieuwcrhof uit Haarlem, Averkzaam bij de British Auto matic Company in Den Haag, met zijn rij- Aviel opgereden tegen een auto, bestuurd door den heer J. D. den Hertog uit Haar lem. Hij werd tegen den grond geslingerd cn kwam terecht juist voor den baan- schuiver van passeerende tram der II. T. M., die hem een eindAveegs meesleurde. De bestuurder wist de tram spoedig tot stil stand te brengen. De man bleek toen reeds te zijn overleden. Vermoedelijk is hij bij de aanrijding met de auto met het hoofd op de straatstecnen terecht gekomen en op slag gedood. Volgens ooggetuigen treft de autobestuurder geen schuld. Drankbestrijding, Liefdewerk. Rijk aan vrucht voor Staat en Kerk. door RICHARD MARSII. IVrrij naar het Engelsch door C. M. G. de W. 43 „ttn wil je nu nog beweren dat dat alles niet romantisch is? Misschien is dat ook een reden waarom mijnheer Eva zoo ver langend is om ons bet hek uit te krijgen hij wil liever niet dat je iets \ran dat roo Vershol ontdekt." „Ik geloof, dat je gelijk hebt. Eva weet na tuurlijk waar het is en hij Aveet waarschijn lijk ook wel' dat er ergens een middel is om er in te komen de sleutel. Hij zou dien sleutel dolgraag hebben. Waarvoor, dat weel hij zelf wel; Avaarschijnlijk is hij bang, dat ik er het eerst achter kom en daarom be- BchouAvt hij mij als een onwelkome gast." „Zou je niet iets van .de plaats, waar de [voorraadschuur is, van hem te weten kun nen komen? O Jack o, neem mij niet kwalijk." „Toe, zeg dat nu niet. Ik heb je immers al gevraagd." „Jawel, ik moet er mijn excuses over ma ken, stellig! Ik kan je immers niet bij je .vóórnaam noemen als ik merk dat je den jnijne niet schijnt te weten." - - „Betty." „Jack." „Zie zoo, dank je." L Zij zweeg, alsof ze nog ïeis meer van hem verAvachtte; men zou vermoeden dat zijn stilzwijgen een teleurstelling voor haar was. „Wat denk je dat er in dat Roovers- hol te vinden is?" „Suiker cn allerlei kruidenierswaren en andere goede dingen. Maar Avat is dat?" Zij waren op den top van een heuveltje aangekomen, een glooiende Aveg. Hij stond stil on keek om zich heen. Voor zich uit zag hij tot zijn verbazing Avater en land en lucht, een prachtig uitzicht. Een breede waterstroom liep uit naar de zee, tusschen hooge oevers aan beide zijden, zelfs in dit jaargetijde Avelig begroeid. „Dat moet de rivier de Hel ford zijn, waar Sayers van sprak. Is het niet mooi? Ik heb nooit gedacht, dat het zoo dicht bij Avas. O, het is allerliefst, het doet mij be paald goed. Wat schijnt de zon mooi op het Avater. Probeer maar niet mij hier uit Mon- niksland vandaan te jagen, vooral niet nu ik dit gezien heb. Ik ga bepaald niet weg, voordat ik op en in die 'rivier geweest ben. Ziet het er niet verleidelijk uit? Juist een plek om te zwemmen! Kijk, daar ligt een bootje; misschien de veerboot. Ik moet die rivier op en af roeien, overal naar toe, voordat ik hier vandaan ga als je mij maar laat gaan. En dan een zeilboot! Kun je met een zeilboot omgaan?" „Ja, dat heb ik Avel eens gedaan in het buitenland." „Ik ook wel, dus zullen wij het met ons beiden wel klaar spelen. Zou je mij Avel Avillen hebben als kapitein en zelf voor scheepsvolk fungeeren?" „Laten wij het maar eens probeeren." „Zoo gauAv het mij mogelijk is. Maar laten wij in de eerste plaats naar het Roovershol zoeken. Kom, laten Avij naar het huis terugkeeren en het van boven tot be neden onderzoeken en dan zullen wij zien. Ileb je lust om mee te gaan zoeken naar het Roovershol?" Ilij lachte en keek haar aan. Er was iets in dien blik dat ook haar deed lachen. „Ik vrees, dat het zoeken niet zoo ge makkelijk gaat als je denkt." „Gemakkelijk behoeft het ook niet te zijn. Ik wou liever van niet. Veel liever allerlei opwindende dingen en gevaren te overwin nen; iets, dat je bloed aan het koken maakt. Kom, laten we ons haasten; ik ver lang naar avontuur no. 1 Vlug liep zij den heuvel af en wachtte beneden op hem. Ze liepen door het bosch naar huis. Ze hadden een gevoel of zij door een betooverd bosch liepen. Toen zij het landgoed naderden was het of het in de laagte lag. Voor het eerst konden zij het geheel overzien. „Het is geen kwaad huis van buiten", zeide ze, „en heel groot. Niettegenstaande je pessimistische stemming, mijnheer, denk ik dat het een heel prettige woonplaats kan worden. Toe kom. ga nu gauw mee en laten wij met het onderzoek beginnen." „Hé, Avat is er gebeurd met het raam?" „Ze schijnen de luiken gesloten te heb ben." „Wat een vreemde luiken of zonneblin den! Het zijn net metalen jalousieën, die ze neerlaten voor winkelramen. Waar is de glazen deur, waar wij uitgegaan zijn? Die is weg. Misschien hebben ze de jalousieën neergelaten; dal doen de menschen wel meer voor de zon, die de meubels en tapij ten zou doen verschieten. Hoe vreemdI" Het Avas of Talbot een orakelspreuk ver kondigde toen hij plechtig zeide: „Je wou op avontuur nummer één afgaan. Het zou mij niet verbazen of dit was er een." „Wat meen je? Ik zou bang van je wor den!" Bang zag zij er echter niet uit; eerder of zij met vreugde afwachtte wat er komen zou. „Wij komen het huis niet in door een a*an die ramen of gesloten deuren en het zou mij niet verwonderen of de voordeur en alle andere toegangen Avaren even moei lijk open te krijgen als de ramen!" „Je denkt tocli niet dat ze het Avagen je op klaarlichten dag je eigen huis niet bin nen te laten?" „Ik heb je wel gezegd, ik denk dat John E\ra alles durft aa'agen. Nu de glazen deuren dicht zijn, moeten Avij het met den ingangs deur probeeren." Zijn vermoeden scheen niet ongegrond te wezen. Niet alleen was de deur op slot, maar er was een soort van luik of tweede deur voorgezet, waardoor het moeilijk Avas zich verstaanbaar te maken voor de men schen die in huis waren. Met zijn vuist er op slaan bleek nutteloos, het Avas een me talen deur en waarschijnlijk Avas er bin nen niets van te hooren. Een schel of een klepel was er ook niet. Hij haalde een steen en hamerde daarmede op de deur; hij had evengoed tegen een muur kunnen slaan. Glimlachend wendde hij zich tot zijn vrouw. „Het schijnt, dat John Eva het wagen durft mij buiten te laten staan. Het is een lastig geval. Als wij niet in huis kunnen komen en het landgoed niet uit, dan dienen wij hier te blijven rondloopen totdat wij van honger sterven." Zij glimlachte hem toe en scheen den toestand niet zoo ernstig op te nemen als hij. „Is het niet grappig?" '-IT*" t „Jij vindt het grappig, ook al moeten avij dagen lang rondzwerven in de open lucht, zonder eten of drinken. Het is niet altijd lichte maan en de zon schijnt evenmin al tijd. Oprecht gesproken, hij kan het ons zoo lastig maken dat ik nog niet recht weet Avat wij er aan zullen doen. Ila! Hoor ik daar geen voetstappen! Misschien is daar iemand, die het ons zeggen kan." HOOFDSTUK XX. De Looper. Er naderde iemand om den hoek van den ingang, iemand die ze tot nu toe niet had den gezien, omdat ze vlak langs het huis sloop het was een meisje. Zij sprak fluis terend. „Stil, spreek niet met mij en doe of u mij niet ziet: ze kunnen zien cn hooren daar binnen. Loop naar dat boschje cn als u daar goed verborgen staat, wacb/ dan af. Ik zal bij u komen langs een anderen weg." Het Avas het meisje met het olijfkleurig teint, dat Eva aan tafel geholpen had met bedienden en Phoebé genoemd werd. Zij had een dienstbodenmutsje op en een ka toenen japon aan Talbot en zijn vrouw Avaren zeer benieuwd Avat ze daar deed ze had iets gèhoimzinnigs, zoodat ze niets durfden vragen. Zij keken in de richting, die zij aanwees een plekje met hoornen begroeid, aan beide zijden van (Jen weg. (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1929 | | pagina 5