EESFOÖKTS CH DAGBLAD
HAAR EIGEN KIND VERDRONKEN?
Zaterdag 11 Mei 1929
.DE EEMLANDER-
27e Jaargang No. 26 3
DRAMA TE NIEUWER-
AMSTEL
DE VLIEGBOOTEN
INDIE
NAAR
VAMPYR en PROTOS
Stofzuigers
zijn de beste
P.Nierop
BEZOLDIGINGS
BESLUIT 1928
Een becijfering
Incident met een teekenaar
in de rechtszaal
De onvindbare Harry
Op 22 December van het vorig jaar wer-
clen de wachtmeesters van de marechaus
see te Nieuwer Amstel R. C. Cosse en J.
Smit gewaarschuwd, dat in een tochtsloot
van den Bovenkerkerpolder onder genoem
de gemeente een kinderlijkje lag. Onmid
dellijk stelden beiden een onderzoek in en
inderdaad vonden zij op de aangegeven
plaats het lijkje van een kind van het vrou
welijk geslacht. Met kracht werd het on
derzoek aangepakt en uit verschillende
aanwijzingen kwam vast te staan, dat het
kind verpleegd was geweest in een katho
liek gesticht te Amsterdam. Kort daarop
kon dan ook de moeder van het kind, dat
anderhalf jaar oud was, worden gearres
teerd en zij bleek te zijn een 21-jarige
dienstbode, die te Amsterdam in betrek
king was. Aan den wachtmeester Cosse
heeft het meisje later verklaard, dat zij op
IS December op den Dam een auto had ge
huurd, waarmede zij naar het katholieke
gesticht was gereden. Daar had zij haar
kind afgehaald en vervolgens den chauf
feur order gegeven, naar Ouderkerk te rij
den. Ter hoogte van de Ouderkerkerlaan
verliet zij met het kind de auto en zond
deze terug. Zij wandelde hierna alleen met
het kind verder en bij de tochtsloot geko
men wierp zij de kleine in het water. Het
kind kwam door verdrinking om het leven.
De vrouw werd in het Huis van Bewa
ring ingesloten en tegenover den rechter
commissaris herhaalde zij haar spontane
bekentenis. Kort daarop krabbelde zij ech
ter geheel terug en deed zij een verhaal,
waarin zij zekeren Harry van L. aanwees
als de man, die haar buitenechtelijk kind
in de tochtsloot verdronken had.
Gister stond de dienstbode terecht voor
de Vierde Kamer der Amsterdamsche
Rechtbank, welke werd gepresideerd door
mr. Hoekstra.
Tn de dagvaarding was haar in de eerste
plaats moofti of doodslag ten laste gelegd;
in verband echter met verd.'s latere verkla
ringen was subsidiair de dagvaarding uit
gebreid tot uitlokking en medeplichtigheid.
Bij de opening der zitting vroeg de ver-
'dediger van de vrouw, mr. M. Schorlesheim
ontruiming van de publieke tribune; het
O.M. refereerde zich aan dit verzoek, daar
bij tevens vragende om, wanneer verd's
psyche zou ter sprake komen, dit buiten
haar tegenwoordigheid te doen plaats vin
den.
Na Raadkamer wees de Rechtbank het
V erzoek van mr. Schorlesheim van de hand
Op een vraag van den president ontkende
'de vrouw, die stil voor zich uit zat te sta
ren. het feit te hebben gepleegd.
Mejuffrouw dr. A. J. Scholte en dr. G. L.
Tingel, die de sectie op het lijkje van het
kind hadden verricht, deelden, als getuigen-
deskundige gehoord, mede, dat zij geen uit
wendige sporen van geweld hadden gevon
den.
Hierna werden als deskundigen gehoord
de psychiaters dr. H. J. Overbeek en dr. S.
P. Bakker, die het meisje hebben onder
zocht. Hun conclusie is dat verd. vermin
derd toerekeningsvatbaar is; zij heeft mo-
reele en andere defecten. Hel meisje moet
debiel worden geacht, echter is zij volgens
het oordeel der deskundigen g«en psycho
paths.
Üe Officier wees dr. Overbeek nog op een
zekere geslepenheid, die hij bij verd. had
aangetroffen; eerst bekent zij volledig en
daarna doet zij met groote logica het ver
haal, flat zekere Harry van L. het kind
heeft verdronken. Het gevolg hiervan was
dat de hoofdinspecteur van politie van
Slobbe en de brigadier-rechercheur Prinsen
in tegenwoordigheid van verd. de geheele
stnd hebben afgezocht om dien Harry te
vinden, evenwel zonder het minste succes!
Later heeft zij aan den heer Van Slobbe
weer verklaard, dat zij het kind wel dege
lijk zelf verdronken heeft; thans, ter zit
ting, ontkent zij weer. Het O.M. meende
dan ook dat verd. tegenover de buitenwe-
rekl een houding van onschuld wil aanne
men, te meer is hij in die meening ver
sterkt, wijl hem uit brieven, die het meisje
in het Huis van Bewaring heeft ontvangen,
gebleken is dat de schrijvers ervan ten
hoogste verwonderd en geschokt, zijn en
niet kunnen gelooven dat verd. zulk een
gruwelijk feit heeft gepleegd.
Als .getuige a decharge werd een heer
gehoord, te wiens huize verd. het laatst
heeft gediend. „Wo hebben nooit een betere
dienstbode gehad," aldus deze getuige. Bo
vendien was zij zeer goed. en lief voor de
kinderenv
Een zuster van het mtisje kwarn nierna
oenige mededeelingen doen omtrent de
vroegere huiselijke omstandigheden van
verd. Volgens haar waren die omstandig
heden vreeseiijk; verd. kreeg van alles de
schuld en werd voortdurend door haar va
der gestompt en geslagen
Incident,
In den loop van het onderzoek verzoekt
mr. Schorlesheim op een gegeven oogen-
hük den president, een teekonaar, die zich
in de zaal onledig hield met de vervaardi-
uing van een schets van de verdachte, dat
te willen verbieden.
President: „Wie is die teekenaar
Een stem in de buurt van de perstafel:
„Ik, meneer de president J"
President„U hoort het verzoek van den
verdediger
De teekenaar: „Als u bezwaar hebt tegen
publicatie van die tcekening, zal het niet
gebeuren."
President„Ik geloof dat het beter is om
het niet te doen."
De teekenaar „Dan gebeurt het niet
Hierna werd verd. door den president aan
een scherp verhoor onderworpen. Zij bleef
thans vasthouden aan de verklaring dat
die Harry van L. haar kind verdronken
had. Welk belang hij daarvoor had, wist ze
niet; Harry was niet de .vader van het
kind
Requisitoir.
Het O.M., mr. de Blecourt, wees erop dat
verd. voor die afwisseling van bekentenis
sen en ontkentenissen geen enkel behoorlijk
motief heeft kunnen opgeven; voor spr.
staat het vast dat zij het feit heeft gepleegd
op de wijze, zooals zij oorspronkelijk heeft
verklaard. Het moeilijke punt in deze zaak
achtte spr. de strafmaat.
Echter rekening houdende met alle om
standigheden eischte de Officier verd.'s ver
oordeeling wegens moord tot vier jaren ge
vangenisstraf.
De verdediger, mr. M. Schorlesheim,
merkte op dat in deze zaak het alles over-
heerschende motief is medelijden.
Niemand kan beseffen welk een stumper
deze vrouw is. Onder vreeselijke omstandig
heden is zij opgegroeid, van haar vader, die
een bruut en een beest was, kreeg zij meer
slaag dan eten. PI. zelf is overtuigd dat
verd. het feit heeft gepleegd en ook hij acht
het noodig dat de maatschappij tegen zulke
personen beschermd wordt. Gevangenisstraf
zou echter voor deze vrouw funest zijn; vol
gens pl. zouden de belangen van verd. het
beste gediend worden, indien zij in een psy-
chopathengesticht wordt verpleegd. Wel
hebben de deskundigen niet in die richting
geadviseerd maar pl. meende, dat de Recht
bank vrij moet staan tegenover de psychia-
thers. Pl. bleef er dan ook met klem op
aandringen, dat de vrouw in een psycho-,
pathengesticht zal worden opgenomen.
Uitspraak 24 Mei a.s.
Verblijf te Bombay
De beide Nederlandsche marinevliegboo-
ten zijn gisteren te Bombay aangekomen
en zullen daar twee A drie dagen blijven.
EEN „BUITENMAN" UITGESCHUD.
Op een toertje door twee dames
berooid.
Er Is weer eens een „buitenman" in Rot
terdam beroofd, hij had in een café op den
Schiedamschcn dijk kennis gemaakt met
een 29-jarige werkster J. L., die met hem
een toertje in een auto ging maken. Een
caféhouder, die men „toevallig" ontmoette,
was ook van de partij. Gezamenlijk werd
een café aan de Linkermaasoever bezocht,
waar ook een tweede dame zich bij het ge
zelschap \oegde. Er werd vrij stevig ge
dronken.
En toen men in een tweede café kwam,
waren de beide dames gauw verdwenen.
Op dat oogenblik merkte de „buitenman",
dat zijn portefeuille met 650 verdwenen
was. Hij waarschuwde den caféhouder, die
onmiddellijk zijn café sloot, en de politie
waarschuwde. Met behulp van den metge
zel, die aanvankelijk beweerde de twee da
mes niet te kennen, is het gelukt de werk
ster in een pand aan de Ploegstraat aan
te houden. Zooals het gewoonlijk gaat bij
een huiszoeking, van het geld was mets
meer te vinden.
DE KONINGIN OP REIS.
Zomerverblijf te Crans sur Sierre.
Het Zwitsersche plaatsje Crans sur Siei-
re, op een half uur gaans van Montana,
staat ineens voor ons, Nederlanders, mid
den in de belangstelling, omdat de konin
gin het als haar zomerverblijf heeft uitge
kozen, Met een gevolg vantwintig personen
hebben de koningin en prins Hendrik hun
intrek genomen in het Hotel du Golf.
De koninklijke auto's, die al een week
eerder waren aangekomen om de omstre
ken te leeren kennen, haalden Zaterdag
avond de vorstelijke bezoekers van Brigue
af en brachten ze naar het hotel.
Het voorjaar, dat totnogtoe was uitgeble
ven, scheen op ffeze aankomst gewacht te
hebben, want sedert een paar dagen kleuren
de gentianen en de anemonen de prach
tige plateaux van Crans tot een bloemtapijt.
Crans, dat op 1500 m. boven den zeespie
gel ligt, is eeu plaatsje dat in bloei toe
neemt, dank zij zijn heerlijke bergweiden,
die êen schitterende golfgelegenheid bie
den.
(Hbld.)
GESTOLEN BONTMANTEL OPGESPEURD.
Speurderstalont van gedupeer
de eigenares.
Men meldt uit *5 Gravenhage aan de Ct..
Ruim een half jaar geleden vermiste mevr
M. een kostbaren nieuwen bontmantel uit
haar auto, dien zij even onbeheerd voor
een der groote warenhuizen alhier had la
ten staan. Van dezen diefstal werd terstond
Zjuïgjsstjr. 90JJ%L.283
aangifte gedaan bij de politie, doch do da
der kon vooralsnog niet worden opge
spoord. Intusschen had mevr. M. zich sterk
voorgenomen zelf ook op haar qui-vive te
blijven en op Straat tedetten op iedere da
me, die een zwarten bontmantel met witten
kraag droeg.
Reeds was de diefstal bijna vergeten,
toen mevr. M. dezer dagen op een avond
een jonge dame haar huis voorbij zag gaan,
die een mantel droeg, waarin de bestolene
vrijwel zeker haar vroeger eigendom meen
de te herkennen. Verschillende détails
klopten en alleen een inspectie der voering-
stof zou tot een definitieve herkenning
kunnen leiden. Daarom volgde mevr. M.
genoemde jongedame tot men een politie
agent tegenkwam, aan wien mevr. M. ver
zocht haar te willen vragen of men even
de voering mocht bekijken. Aan dit verzoek
werd voldaan en hoewel de draagster van
den mantel zich er tegen verzette, kon
mevr. M. de voering bekijken, hetgeen haar
de absolute zekerheid gaf; dat bedoeld klee-
dingstuk haar vroegere eigendom was.
De politie-agent verzocht de jongedame,
die met haar verloofde op weg was naar
een bal, mee naar het hoofdbureau te wil
len gaan, waar bleek, dat de draagster den
mantel voor 7.50 op de markt had ge
kocht. De koopman, die hem verkocht had,
kon opgespoord worden cn verklaarde het
kleedingstuk voor 6 gekocht te hebben
van een man, die bij nader onderzoek reeds
wegens een fietsendiefstal in de Scheve-
ningsche gevangenis bleek te vertoeven.
Binnenkort zal deze man zich nu ook nog
voor den manteldiefstal voor den rechter
hebben te verantwoorden.
De politie kon intusschen niet nalaten
aan mevr. M., die het thans zeer afgedra
gen kleedingstuk niet eens meer terug wil
de hebben, haar complimenten te maken
voor haar uitstekende speurderstalent. De
ze dame zou zeker geen slecht figuur ma
ken, wanneer zij in het recherche-corps
werd opgenomen.
ALGEMEENE N. H. SYNODALE
COMMISSIE.
Het Presbyterium der „Evangelische Kir-
chengemeinde" te Wesel heeft de Synode
uitgenoodigd ter bijwoning van een Jubel-
feier op 26 dezer. Herdacht zal dan wor
den de stichting van de Mathenakerk te
Wesel in 1429 de bevrijding van Wesel
van het Spaansche juk in 1629 en de in
wijding van de kleine kerk in 1729. De ge
schiedenis dier gebeurtenissen is beschre
ven in een zoo juist verschenen feestge-
schrift, getiteld„Die Evangelischen Kir-
chen Wesels".
De Synodale commissie heeft "besloten
daarheen af te vaardigen haar medelid
ds. J. Barbas, pred. te Hengelo (Geld.)
Het provinciaal kerkbestuur van Fries
land heeft aan de Synodale commissie
goedkeuring gevraagd op een besluit in
hooger beroep. Deze aangelegenheid zal bij
de Algemeene Synode worden overge.
bracht
Voor kleine toelagen aan personen en
gemeenten uit het fonds Noorlijdende ker
ken en personen zal 10.415 noodig zij"n.
Dientengevolge is ƒ28.460 voor groote toe
lagen beschikbaar. De 50 ingekomen aan
vragen worden in deze tweede zitting af
gehandeld. Eenige te laat ingezonden ver
zoeken moeten worden ter zijde gelegd.
Blijkens de rekening van het fonds ter
voorziening in de geestelijke behoeften van
gemeenten, waar eigen middelen ontbre
ken, is ook aan dit fonds een belangrijke
gift (t.w. van ƒ750) geschonken door H. M.
de Koningin. Uit dit fonds kan 5365 voor
uitkeering worden bestemd, welk bedrag
verhoogd moet worden met eene suppletie
uit de generale kas. Er zijn 18 gemeenten
die voor eene toelage in aanmerking ko
men.
Vervolgens worden behandeld dc aan\ra
gen om steun uit het fonds tot verbete
ring der schraalste predikantstractemen-
ten. In 1929 zal 10.075 beschikbaar zijn.
Maar dit bedrag zal worden vermeerderd
met 30.000 van het fonds „Aanpakken"
ƒ1000 uit de baten van den Vervolgbun
del en ƒ17.145 suppletie uit de generale
kas. In 't geheel is dus ƒ58.220 bestemd
voor de toelagen, uit te keeren in 1930.
OFFICIEREN BIJ DE LUCHTWACHT
DIENST.
Te Amsterdam is opgericht de vereeniging
van Officieren van den Luchtwachtdienst.
Het bestuur heeft zich uit de volgende hee-
ren samengesteld: J. de Flines, Amsterdam,
voorzitter; D. J. Tyssens, Rotterdam, vice-
voorzitter; Dr. C. W. van Schreeven, Am
sterdam, seen; J. F. F. Klok, Haarlem, 2e
seen; A. W. Leef lang, Utrecht, penningmees
ter; H. J. Bathoorn, Hengelo; J. A. Keu-
ning, Zwolle, Commissarissen
WEER EEN SLACHTOFFER TE
RIJSOORD.
Waar de auto's met 100 K.M.-
vaart mogen rijden.
Woensdagnamiddag is te Rijsoord aan
den Rijksstraatweg bij Wevershoek het 8-
jarig zoontje van I. G. van Ooyen door een
vrachtauto van de zuurstoffabriek te Dor
drecht gegrepen en op slag gedood. Den
chauffeur treft geen schuld. Binnen een
jaar zijn te Rijsoord aan den straatweg vier
kinderen door auto's gedood. Maximum
snelheid is niet aangegeven, zoodat door
Rijsoord met snelheden tot 100 kilometer
pér uur wordt gereden.
üe voor de bezoldiging van leeraren
en beambten bij het M.O.
geldige diensttijd.
Een belangrijk artikel in het nieuwe be
zoldigingsbesluit voor de leeraren en beamb
ten bij het gymnasiaal en middelbaar onder
wijs is artikel 28. Volgens dit artikel wordt
voor de directeuren, leeraren cn beambten,
benoemd met ingang van een vroegeren da
tum dan 1 Nov. 1928, dc bezoldiging vastge
steld naar een diensttijd berekend als volgt.
Voor de gehuwden wordt de op 1 Nov. 1928
voor de berekening van de bezoldiging gel
dige diensttijd, zooals deze onder het B.B.
1925 op dien datum zou zijn verkregen, ver
menigvuldigd met een gewone breuk, waar
van do teller wordt gevormd door het aan
tal jaren van de desbetreffende bezoldigings-
schaal van B.B. 1928 cn de noemer door het
aantal jaren van de desbetreffende bezoldi-
gmgsschaal B.B. 1925.
De bezoldigingsschalen van beide bezoldi
gingsbesluiten zijn voor dc directeuren (rec
toren) der 5- en 3 jarige scholen, voor de
leeraren in lichamelijke oefening, voor de
amanuenses der 5- en 3 jarige scholen cn
voor de concierges der 5-jarige scholen ver
schillend. Voor zoover zij op 31 October 1928
gehuwd waren, moet de voor licn geldige
diensttijd worden vermenigvuldigd:
Voor de directeuren met 5/8 (wat dus
verlaging van diensttijd beteekent voor
de berekening van dc jaarwedde);
Voor de leeraren lich. oef. met 20/18;
Voor de amanuenses 5-j. scholen met
10/12;
Voor de amanuenses 3-j. scholen met
12/10;
Voor de concierges 5-jarige scholen
met 10/8.
Voor de ongehuwden gelden dezelfde ver
menigvuldigingsfactoren doch voor hen mag
niet meer vermenigvuldigd worden dan de
diensttijd die voor hen onder het B.B. 1925
alse maximum gold:
Voor de ongehuwde directeuren 4 jaar
(2 laatste verhoogingen niet);
Voor de ongehuwde leeraar lich. oef.
14 jaar (2 laatste verh. niet);
Voor de ongehuwde amanuenses 5 j.
scholen S jaar (2 laatste verh. niet);
Voor de ongehuwde amanuenses 3 j.
scholen 6 jaar (2 laatste verh. niet);
Voor de ongehuwde concierge 5 j.
scholen 4 jaar (twee laatste verh. niet).
Zoodat voor een ongehuwde directeur on
der het B.B. 1928 niet meer in aanmerking
komt dan 5/8 X 4 jaar 2 jaar 6 mnd., voor
een leeraar licham. oef. 20/1S X 14 jaar
15 jaar 7 mnd.
Ook voor de overige ongehuwde leeraren
geeft dit artikel een diensttijd voor de bere
kening van de bezoldiging op 1 Nov. 1928
n.l.: niet meer dan de tijd, volgens de desbe
treffende bezoldigingssehaal B.B. 1925 ver-
eischt, om regelmatig van het minimum tot
het voor ongehuwden bereikbare maximum
op te klimmen. Zoodat voor:
Een leeraar (Dr.) in aanmerking komt
18 jaar;
Een leeraar (geen Dr.) in aanmerking
komt 16 jaar;
Een leerares hdvv. in aanmerking
komt 14 jaar;
Een leeraar 3-jarige scholen in aan
merking komt 16 jaar;
en voor de concierge der 3 jarige scho
len in aanmerking komt 2 jaar.
een en ander oin de verhoogingen ingevol
ge het B.B. 1928 meer geleidelijk te doen
zijn.
dc eventueel toe te passen elk afzonderlijk,
zoo noodig tot een vollen gulden naar bene
den «fgerond.
De uit te keeren eindbedragen worden dus
niet afgerond, evenmin als de pensioensbij
dragen.
Voor de Rijkswege gesubsidieerde hoogcre
burgerscholen en gymnasia zal dc ingevoer
de nieuwe regeling tc rekenen van 1 Novem
ber 1928 moeten worden overgenomen.
AUTO TE WATER.
Benarde positie voor de inzit
tenden.
Woensdagochtend is de auto van den
heer A. Wiltock, consul-generaal van Oos
tenrijk te Brussel, in het Broelce-Jaarweg-
kanaal, tusschcn Monnikendam en Broek -
in-Waterland, rnet vijf inzittenden te water
geraakt. Allen zijn gelukkig gered en heb
ben niet het minste letsel gekregen. De
auto was geheel onder water verdwenen on
de inzittenden zijn door de raampjes moe
ten kruipen
Indien voor ongehuwde leerkrachten de
op grond van het vorenstaande vastgestelde
diensttijd minder bedraagt dan deze zou
hebben bedragen, indien zij op 31 October
1928 tot de gehuwden hadden behoord, wordt
hun diensttijd zoodanig vastgesteld, alsof zij
op dezen datum gehuwd waren, doch dc
nieuwe diensttijd op 1 Nov. 1928 zal niet
meer bedragen dan:
Voor de directeuren 3 jaar;
Voor de amanuenses 5-j. scholen 6 j.
Voor de amanuenses 3 j.-scholen 8 j
Voor de concierges 5 jarige scholen G
jaar 3 mnd.;
Voor de concierges 3 jarige scholen 2
jaar 8 mnd.
De overige ongehuwde leerkrachten be
houden als diensttijd de hierboven genoem
de dienstjaren of indien dit voor hen voor-
deeliger is:
de diensttijd, in maanden nauwkeurig,
welke verkregen wordt door het maximum
B B. 1928 en dan de jaarwedde te verminde
ren met
a. of ƒ400.—:
b. of 10 van het maximum;
e. of een bedrag gelijk aan de laatste 2
periodieke verhoogingen volgens B.B. 1928;
d. of een bedrag gelijk aan de laatste 2
periodieke verhoogingen volgens B.B. 1925.
Hierna volgen nog* eenige bepalingen:
waarop nader de aandacht wordt gevestigd.
Het bedrag der jaarwedde en het jaarbe
drag eener toelage op grond van het B.B.
1928 moet elk afzonderlijk zoo noodig tot een
vollen gulden naar boven worden afge
rond, het bedrag van een aftrek, waaronder
begrepen vermindering of korting, ingevol
ge het B.B. 1928 op het bedrag der jaarived-
UIT DE STAATSCOURANT.
Voornaamsto Kon. boslulten
uit de Staatscourant van he
denavond.
Toegekend de bronzen eere-meedaille
Oranje-Nassau-orde aan J. H. van der Meu
ten. F. Barbi en I-I. van Gangel, faienciers
in de aardewerk-afdeeling der N.V. kristal-,
glas- en aardewerkfabrieken „De Sphinx''
te Maastricht.
Bij beschikking van den minister van
onderwijs, kunsten en wetenschappen is
benoemd lot conservator bij de geneeskun
de aan de Rijksuniversiteit te Leiden Dr.
J. J. de Jong.
DRALENDE WATERSTAAT.
Wanneer komt het ontwerp
ITet antwoord van den minister van wa
terstaat op do vragen van het Tweede Ka
merlid Van der Waerden is geschikt eeni
ge bevreemding to wekken.
Toen de minister na jarenlange aarzeling
besloot een verbinding van Amsterdam met
den Rijn voor te stellen door de Geldersche
vallei, mocht men aannemen dat dat ge
schiedde op grond van zorgvuldige bereke
ningen en andere in elk opzicht onderzoch
te gegevens.
Onder deze omstandigheden zou het voor
de hand hebben gelegen, wanneer nu ook
met bekwamen spoed een ontwerp was in-
gediend waarvoor al he"t materiaal aan
wezig moet zijn geweest zoodat deskun
digen zich een oordeel konden vormen over
des ministers voorstel, over de overwegin
gen, waarop het berust, de punten van over
eenkomst en verschil met andere mogelijke
plannen enz. Dat zal toch aan een defini
tieve beslissing moeten voorafgaan.
De bewoordingen van 's ministers ant
woord aan den heer Van der Waerden ge
ven evenwel reden te vreezen, dat de mi
nister zelf nu nog de noodzakelijkheid niet
gevoelt mede te werken tot een spoedige
afdoening van deze zoolang sleepend ge
houden kwestie, waarvoor zeven jaar gele
den „zoo spoedig doenlijk" een oplossing
moest worden gezocht.
Heeft „Waterstaat" met deze voortgezette
draaltactiek een bepaalde bedoeling
(Hbld.)
DE NEDERLANDSCHE SPOORWEGEN
De veiligheid en dc onbe
waakte overwegen.
11 et Hbld. meldt
In verband met het dezer dagen door den
Minister van Waterstaat gepubliceerde rap
port inzake de onbewaakte overwegen,
waarin o.a. de wenschelijkheid wordt uit
gesproken om de palen en hekken van de
overwegen in plaats van met zwarte en wit
te blokken, voortaan met roode en witte
blokken te beschilderen, kunnen wij mede-
deelen, dat de Nederlandsche Spoorwegen
reeds geruimen tijd een dergelijke beschil
dering toepassen en dat het de bedoeling
is om daar geleidelijk mede voort te gaan.
zoodat in afzienbaren tijd bij alle overwe
gen het zwart-vvit vervangen zal zijn door
rood-wit. Vermoedelijk zal binnenkort ook
internationaal op deze wijze voor de spoor
wegovergangen het Kleurenvraagstuk wor
den opgelost.
Ook omtrent het vraagstuk van een be
tere verlichting der locomotieven, om daar
door te voorkomen dat die koplichten ver
ward worden met andere lichten, kunnen
wij mededeelen dat de lichtversterking der
locomotieflantaarns bij de spoorwegen
reeds geruimen tijd geleden is ter hand ge
nomen, n.l. door vervanging van de ge-
emailleerde reflectors door reflectors van
Berlih-zilver, waardoor de lichtsterkte ver
viervoudigd is. Ongeveer de helft van de
spoorweglocomotieven is reeds van deze
verbeterde lantaarns voorzien.
DE ONDERWIJSRAAD.
Plenaire zitting.
De Onderwijsraad komt heden in plenaire
vergadering bijeen. Bij den aanvang dezer
samenkomst zal de voorzitter, prof. 3-
Sijmons een toespraak houden ter he.lin
king van het 10-jarig bestaan van Ra-ui
De minister van Onderwijs, K. en ~W. en
enkele oud-leden van den Raad zijn voor
nemens hierbij tegenwoordig te zijn.
Na afloop van deze vergadering, waarin
o.in. behandeld zal worden een rapport om
trent het gebruik van de radio op schelen,
zullen de leden cn enkele oud-leden van
den Raad zich aan een gemeenschappelij
ke!) maaltijd vereenigen. De minister van
Onderwijs en de oud-minister dr. J. Th. Dc
Visser zullen daarbij aanzitten.