De Plaatsvervanger Maandag 10 Juni 1929 -DE eemlaisder: 27e Jaargang No. 29 KONINGIN EMMA TE AMSTERDAM life AMSTERDAM'S HULDE AAN KONINGIN EMMA DRUKTE OP DAM EN OMGEVING Een vaandelgroet TWEEDE BLAD. FËUILLETÖÜL Dc intocht in Amsterdam 1879. Hartelijke ontvangst van onze bc= minde vorstin Men meldt ons uit Amsterdam van Za terdag. In de eerstvolgende dagen /.al in dc hoofdstad des Rijks herdacht worden, dat llare Majesteit Koninginmoeder voor een halve eeuw geleden in ons land kwam. Een aantal feestelijkheden zullen plaats hebben. De stad is niet in feestdos gestoken, alleen langs den korten in- tochsweg en op den Dam zijn hoogo masten geplaatst met oranje vanen en vlag gen. In den loop van de morgen zijn II. M de Koningin, Z. K. H. Prins Hendrik en I-I. I\. II. Prinsese Juliana per auto ten paleize gearriveerd. Er heerschte toen reeds eenige drukte op den Dam en omgeving, want dc politie-agentcn in groot tenue met den helm op in grooter getale dan anders aanwezig, hadden de kleine steentjes vóór het paJeis vrijgehouden. Allerwegen in den omtrek waren de vlag gen uitgestoken, zoodat Dam en Damrak .een fleurigen. feestelijkcn indruk maakten Reeds vroeg begon de politie ruimte te maken op liet Damrak om aan de ongeveer 200 verecnigingen met hun vaandels gele genheid te geven zich op ie stellen langs den rand van het trottoir. Om ongeveer twee uur \ertrok de Ivo iiinklijke familie met groot gevolg naar het Centraal Station om Haar Koninklijke Moeder en Grootmoeder aan het station te {Verwelkomen. Op het perron waren daar ook aanwezig rde Burgemeester en de wethouders, de «waarnemende commissaris der Koningin .van Noord-Holland, vertegenwoordigers van Land- en Zeemacht, benevens de leden van de commissie uit de burgerij voor den in tocht. Om half drie reed de Koninklijke trein het station binnen, terwijl door het Amslèr- damsche Politie Muziekgezelschap onder leiding van Hub. Rygersberg het Wilhelmus Werd gespeeld. De Koningin was met den Prins en de Prinses intusschen op het geopende portier toegetreden. Zij verwelkomden Haar Moe der en Grootmoeder hartelijk. De Burge meester, de heer W. de Vlugl, heette Hare ^Majesteit hartelijk welkom in Amsterdam. Nadat Koningin Emma zich nog eenige ^ogenblikken op hel perron met de verschil lende autoriteiten had opgehouden ging het gezelschap de Koninklijke wachtkamer bin nen. Hier werden door de jongedames iTruusje van Eeghen, JuMu de Jong Schou wenburg en Wilhelmina Telders ann Ko ningin-Moeder de Koningin en de Prinses bloemen aangeboden. Toen het Hooge Gezelschap de wachtka mer verliet stonden 16 weesmeisjes van acht verschillende gezindten langs de trap, waar op zij bloemen strooiden voor .de Koningin- Moeder uit. Aan den uitgang van liet sta tion stond de Senaat van hel Studenten corps met hun vaandel en 16 dispuutgezel schappen geschaard, als eerste groet van aankomend geslacht. Een luid gejuich steeg op toen Koningin-Enima buiten het station kwam mi plaats nam in dc ivoren calèche, getrokken door zes paarden, bereden 5 la doumont met een voorrijder. Eenige oogcnblikken later zette de stoet zich langzaam in beweging door de overstel pende menschenmassa. Voorop reed een eere-escorto huzaren. Hierop volgde de Ko ninklijke Familie. Koningin Emma wuifde steeds vriendelijk terug, wanneer weer een luid hoezee werd aangeheven. Achter het rij tuig reed het tweede gedeelte van het eere- escortc. Bij de brug van het Damrak kwam de stoet aan de daar opgestelde verecnigingen. De vaandels, die ongeveer om de tien meter waren opgesteld, brachten den vaandelgroet, waarna zij zich achter den zich stapvoets voortbevvegenden stoet, aansloten. Zoo kwam de stoet op den Dam, die voor een groot deel afgezet was. door de politie. Daar hadden zich, behalve de eere-wacht opgesteld de Kon. Mannen Znngverecniging Apollo' en de Kon. Liedertafel „Zang en Vriendschap" uit Haarlem. De verecnigingen, die langs het Damrak 'geschaard hadden -gestaan en zich bij den stoet hadden aangesloten, stelden zich nu op achter de beide zangv erecnigingcn met bare vaandels voorop. Toen de Koninklijke Familie op den Dam kwam speelde de marinemuziek van de eere wacht hel Wilhelmus. Nauwelijks waren de tonen van ons volkslied verklonken of de balcondeuren gingen open en verscheen H.M. dc Koningin-Moeder, gevolgd door Ko ningin Wilhelmina, Prins Hendrik en Prin ses Juliana. De vaandels wuifden cn toen het gejuich zich wat had gelegd hief de dirigent van de vier honderd zangers zijn clirigeerstaf op en klink plechtig over den Dam „Wilhelmus van Nnssoue Den tck van Duytschen bloet" gevolgd door „Mijn schilt en mijn betrouwen „Syt ghy, o Godt, myn Heer' begeleidt door de stafmuziek van de Kon. Nederlandsche Marine. Hierna volgde onder groote aandacht van den geheel met publiek gevulden Dam nog de koraal'/a'ng „Dankt allen God den Heer vervolgens „Wilt lieden nu treden'' uit Va lerius' Gcdvm k-Clanck, ons .Ylaggelied" en tot slot „Ons llollaiulsch". Na afloop brachten de vaandels opnieuw hun groet en onder groot gejuich van de me nigte en minzaam gewuif van de Koninklij ke Familie, trok deze laatste zich terug in het grijze paleis. Hierop begon do aftocht door de Paleis straat en nauwelijks een kwartier later had de I)am het aanzien, zooals hij dit heeft bij alle Koninklijke Bezoeken. Gistermiddag zijn de Koningin-Moeder, de Koningin, Prinses Juliana en Prins Hendrik met groot gevolg uitgereden voor het maken van een grooten rijtoer, waarbij van open rijtuigen werd gebruik gemaakt. Te twee uur precies had het vertrek plaats en de zon, welke zich gisteren bij den in tocht niet liad laten zien, zond thans haar gouden licht in milde overdaad over den kleurigen stoet. Een talrijk publiek was op den Dam bijeengestroomd, ook in de bin nenstad was de belangstelling, vooral van de jeugd, bijzonder groot. Het eerste deel van den toer, welke het Rijksmuseum tot doel had. ging om. langs Utrechtschestraat, lieerengracht, Reguliersgracht. Fokke Si- monszstraat, Vijzelgracht,' Weteringstraat, Weteringschans, Leidscheplein, Vondel straat, Tesselschadestraat, Roemer Vis- scherstraat naar het Vondelpark. In de Naar een leekening uil dien lijd. meeste straten waren de balcons mei bloe men en tapijten versierd cn uit tal van vensters woei de driekleur en het oranje- blanje-bleu. In de Fokke Simonszstraat stonden tal van leden der Buurtvereeniging „Prinses Juliana" om hun vaandel ge schaard, hun gejuich gold vooral de Prin ses,. overigens viel het op dut dc belang stelling der meesten uitging naai de grijze vorstin; bet geroep; „Leve de Koningin- Moeder!" klonk allerwegen. Bijzonder druk was het in het Vondelpark. Voorts hadden honderden en nog eens honderden bij het Rijksmuseum aan den kant der Uobberna- slraat een goed plaatsje gezocht Eeri ennthousiast gejuich steeg op toen het Kon. rijtuig voor den ingang der tentoonstelling „Hellas en Rome" stilhield. Daar werden de vorstelijke personen ontvangen door den heer II J. Schaap voorzitter van het Kon. Oudheidkundig Genootschap en door de heeren A. J. J. Ph ITaas. F. P. Bodenheim, J. van Eek, jhr. G. C. Six en mej. M. M. Bottenhaim. alle bestuursleden van dit Ge nootschap. Namens de tentoonstellingscom missie was aanwezig de heer W. Speyei Jongejuffrouw Johanna Bodenheim bood de Koningin bloemen aan. jongejuffrouw Alwine Bodenheim deed dit aan de Ko ningin-Moeder, terwijl de kleine jonker Six Prinses Juliana een ruiker offreerde. De Koningin-Moeder, Haar dochter, kleindoch ter en de Prins werden resp. rondgeleid door de heeren Haas, Schaap, jhr. Six en Van Eek. Na afloop der bezichtiging werd door een zestal jongedames thee aange boden. Toen de vorstelijke personen hun hand- teekening in het register hadden geschre ven, werd de rijtoer voortgezet. Langs ver schillende straten werd de Weesperstraat bereikt, waar de geheele Joodsche bevol king op de been was. ïn deze straat cu op het J. I). Meijer plein zag men, zoover 't opg reikte, één deinende menschenzee Te genover de Ned. Isr. Synagoge hield liet Kon. rijtuig stil. Bij de Synagoge was op gesteld het koor van de ..Joodsche Stem" onder leiding van Jacob Hamel, welk koor was aangevuld met kinderen van alle Joodsche scholen en weeshuizen te Am sterdam. Forsch en zuiver klonk het ge luid der honderden stemmen, die het lied „Van 'n gouden Koninginne!" ten gehoorc brachtén, waarvan de woorden cn muziek i esp. geschreven zijn door den rabbijn dr. M. de Hond en Jacob Hamel. Na dit lied, dat op de vorstelijke personen een diepen indruk maakte, werd de eerst» strofe van het Wilhelmus gezongen. Het geheel was bedoeld als een hulde aan het Vorstelijk gezin, speciaal aan de Koningin- Moeder ter gelegenheid \an haar 00-jarig staatsburgerschap. Onder oorverdoovenct gejuich der menigte zette de stoet zich na de hulde weer in beweging en werd, in afwijking van het officieelo programma, langs Geldersche kade cn Oosterdokskade naar do Ruyterkade gereden, langs het vroolijke, zich in zonlicht badende Y met zijn vele gepavoiseerde schepen. Voor de brandweerkazerne stonden, terwijl de al armklok luidde, de braridvvachts als stram me militairen, even later brachten de Jan tjes \an de torpedojagers Z 5 en Z 6, die gemeerd liggen aan den steiger van Van Es en Van Ommeren, liet eere-saluut aan het Vorstelijk gezin. Hetzelfde herhaalde zich kort daarna, ditmaal was het saluut afkomstig van de bemanningen van Hr. Ms. „Hertog Hendrik" en van een tweet.il on- derzeeboolen, welke tezamen op het buiten- Y lagen gemeerd. De stoet bevond zich op dat oogenblik op de terreinen van de Hol landAmerika Lijn. Via het Westelijk Via duct bereikten de rijtuigen ten slotte het dichtbevolkte Damrak en het was half vijf, toen het Kon. rijtuig voor den ingang van het Paleis stilhield. Vóór het Kon. Gezin zich terugtrok, had het van de duizend koppige menigte, welke het geheele Dam plein vulde, een ovatie in ontvangst te nemen. HET EXTRA SUBSIDIE AAN HET RESIDENTIE-ORKEST. Een vorstelijke gilt van parti culiere zijde voor liet pensioen fonds. In-de vergadering van l i December 1028 besloot de Raad aan het Residentie-Orkest lot wederopzegging, doch uiterlijk tot en met het jaar 1048, jaarlijks te verlecncn een subsidie van f30,000 naast het gebruike lijke subsidie van f77,000. Dit nieuwe suOTidie werd verleend onder voorwaarden van een pensioenregeling vooi weduwen en weezen van leden cn gepen- oionneerde leden van net Residentie-orkest Volgens berekening is voor het verkrij gen van deze pensioenregeling gedurende 20 jaren een storting van f 48,400 jaarlijks noodig. Het aangenomen voorstel legde het Residentie-Orkest dus de verplichting op, naast hot gemeentelijk subsidie van elders te voorzien in een jaarlijksche storting in het fonds groot IS, 100. Het bestuur van liet Residentie-Orkest Heeft aan B. en W. medegedeeld niet in staat te zijn deze jaarlijksche storting bijeen te brengen. De geheele pensioenregeling zou daarmede weder op losse schroeven zijn ko men te staan, ware het niet, dat het be stuur tevens heeft medegedeeld door een toezegging van particuliere zijde in staat (e zijn gesteld een bedrag van f 100,000 in tiet te vormen pensioenfonds te storten. Bij berekening is gebleken, dat door deze gift een pensioenregeling als bedoeld in het bovenaangehaald raadsbesluit mogelijk is wanneer het extra subsidie van J 30,000 jaarlijks, door de gemeente werd toegezegd niet uiterlijk tot cn met bet jaar lOiS, docb tot en met 1955. B. en W. zijn van mcening, dat het wel t© verantwoorden is, wanneer de gemeente, vooral nu van particuliere zijde opnieuw groote offers gebracht worden in het be lang van het behoud van het orkest, haar reeds gedane toezeggingen uitstrekt lot cn met 1955. LOSZITTENDE GEVELS Gevolg van de vorst. Gistermorgen zou men aan perceel Over toom 350 te Amsterdam een piano ophij- schen. Toen het zware meubelstuk eenige meters van den grond was, vielen een paar steencn uit clcn gevel. Men heeft toen de piano weer laten zakken en de brandweer 'gewaarschuwd. Deze constateerde, dat de topgevel los zat, vermoedelijk tengevolge van de strenge vorst van den afgeloopcn winter. De brandweer heeft een gedeelte van den gevel afgebroken. Ook de naast liggende geveltoppen bleken los te, zitten. Daarvoor is de bouwpolilie gewaarschuwd. EEN GOED BEGIN IS HET HALVE WERK. Politiek g'organiseerdcn. Kwamen knusjes bij elkaar. Praten saam, in stillen vrede Over 't naadTend stern-gevaar. Hoe verschillend ook van richting. Deze wcnsch bleek algemeen: „Tegen brute Stadsontsiering!" Men was „broeders". Men was een. Geen geklodder op de muren, Wat ons Statische schoon verstoort, Neen! Men wilde saam bewaren 't Eigen stadje: Amersfoort! Heusch we mogen wel waordcercn. Dat men bier zoo eensgezind Blijk geeft dat men boven alles 't VriondTijk vaderstadje mint. Ilulde, brave politiekers, d'Inzet der verkiezingsstrijd Hebt ge na wat overleggen Door Uw mooi besluit gewijd. Amersfoort mag zich verblijden Nu de Stadspolitiek Zoo 't belang van allen zochten. In volmaakte harmonie C.II., A.R., Vrijheidsbonders R.K. cn S.D.A.P., Dit besluit brengt voor U allen Ongetwijfeld zegen mee. Wat deez' heeren propageeren, Welke richting, welke lijn, Duid'lijk blijkt dat ze voor alles Eerstens „AMERSFOORTER" zijn!! GROEGROE. (Alle rechten voorbehouden.) STAND VAN DE KERSEN EN BESSEN) Een overzicht d.d. 30 Mlci. Het onderstaand overzicht betreffende den stand der kersen en bessen op 30 Mei is, onder medewerking der Rijksluinbouwcon- sulentcn, samengesteld naar gegevens, ver strekt door de correspondenten der directie van den landbouw. De bloeitijd van de meeste kersensoorten is dit jaar samengevallen, zoodat voldoen de kruisbestuiving kon plaats vinden. De stand der vroege kersen is dientengevolge goed tot zeer goed. Echter is de droogte oorzaak, dat vele jonge vruchtjes afvallen, terwijl verder in de Over-Betuwe en in dft omgeving van Uden schade wordt oudera vonden door vreterij van de trekmade. De late kersen staan in Limburg vrij goed. Men neemt daar aan. dat tie korte tijd, ge durende welken de bijen dé-Toornen in de bloeiperiode hebben gevlogen, daarop van invloed is geweest. Elders is de stand goed tot zeer goed. Ook bij de bessen wordt ten gevolge van de droogte ruien waargenomen. Do kruis bessen cn zwarte bessen hebben op verschil lende plaatsen in den afgeloopcn winter nogal geleden. Sommige kweekers zijn zelfs voornemens de struiken na de pluk te rooien. Van beide soorten is de stand vrij goed; in Zeeland blijven de zwarte bessen nog daarbeneden. In het Rijk van Nijme gen hebben de zwarte bessen van rondknop te lijden. De roode cn witte bessen beloven goed tot zeer goed. (St.Ct.) FELLE BRAND TE ELARICUM. Villa tolaal uitgebrand. Hedenmiddag omstreeks één uur ontstond ecu felle brand in liet rusthuis van den heer Bleekerode op de Iluizerhoog tc Blaricum. In een uur tijds was de kapitale villa totaal uitgebrand. De oorzaak is onbekend. De schade, welke plrn. 40.000 bedraagt, wordt door verzekering gedekt. Het ware bezit aan een overtuiging moet Jblijken uit clen 'overtuigingsmoed. door RICHARD MARSII. iVrij naar het Engelsch door C. M G. de W. 67 Hij zal ons vertellen wal wij weten moeten, hoe wij die deur moeten open- krijgen. We zullen de waarheid uit hem krijgen, als was het met beete ijzers op zijn handen als hij niet anders wil c-n Ms hij het gezegd heeft, later, dan zullen wij Zien. Maar dit beloof ik je, je zult nooit trotsch zijn op je echtgenoot, wanneer wij met hem afgerekend hebben. Haal die vrouw van hem vandaan En nu man, je hebt je dei tig seconden gehad denk maar niet dat dit dit meisje ie kan redden. Voor de laatste maal, hoe moet die deur Opengemaakt worden,?" „Uw bedreigingen, mijnheer Claude Her- bert, maken dat ik sla te trillen op mijn beenen.'Daar zag hij niet naar uit. maar dat is tot. daaraan toe. „Liever dan gevaar te loopen aan zulk een vreeselijk lot te zijn blootgesteld, zal ik mij haasten niet alleen om u de geheimen van het slot mede te clee- Jen, doch ik zal het u tqonen en lie wij zen dat ik gelijk heb, door zelf de deur voor u 0])cn te doen Zijn vrouw, die naast liem stond, wierp hem een smeekenden blik toe, waarop hij niet scheen te letten. Hij liep naar de deur van de safe het voorwerp van aller blik ken. i ,,Nu niet weer een van die grappen, of het zal jc berouwen", waarschuwde Eva. „Ditmaal zal ik geen grap uithalen, John Eva, dat zal je zien. Hoe zou ik dat kunnen, terwijl ge allen om mij heen staal én mij met zulke vriendelijke oogen aankijkt. Eet op! Stilte! Let goed op! De klok is volko men in orde; hij moest, zoo als ge ziet, op twaalf uur gezet worden, s nachts of over dag, dat doet ei niet toe. De stand der let ters was verkeerd: er moeten twee woorden staan inplaats van cén. Mr. Claude Herbert let vooral goed op. D-e-a-r- (lieve), dat is het eene. W-i-f-e (vrouw) dat is het tweede; daar heb je liet cn daar heb je don sleutel lof. het letterslot. Ik steek den sleutel in liet slot en ge ziet hoe gemakkelijk hij om draait; de safe is open. de ingang tol het Rooverhol." Toen hij dit zeide ging dc deur open. En toen de deur begon te bewegen 'was er een voorwaurtsche beweging onder de mannen in de kamer, welke echter tof stilstand kwam toen de groote deur open viel on men een man aan den ingang zag staan in het uniform van een inspecteur yan politie. Van al de verrassingen van dien nacht was dit nog de grootste. Talbot wees op den onge- wcnschien persoon cn zeide: „Heeren, in specteur *Iac Car thy van 'i Departement van Politie; ik geloof dat sommigen hem evengoed kennen als liij u kent. Pén oogen blik heeren, ge hebt nog niet alles gezien wat er te /ion is. Mr. Herbert, nir Wilson, John K\a wilt u optreden als commissie van onderzoek on met mij het Roovershol binnentreden? Betty, vrouwtje, ga je ook mee?" Zij kwam dadelijk naar hem toe, met schitterende oogen. „Ik moet u even zeggen, heeren. dat toen de deur openging er tege lijkertijd een bel klonk, waarvan u zeker wel gehoord hebt; toen die bel weerklonk is een groot aantal van uw vrienden, van de politie, die spéciaal voor deze gelegen heid in Cornwallis zijn opgeroepen, het grondgebied van Monniksland binnengeko men; ik geloof dat zij builen reeds staan te wachten. Inspecteur Mac Garthy, mag ik u verzoeken een waakzaam oog te houden op deze heeren, terwijl ik het Roovershol binnenga.'" De toon van den 'nspe.ct.eui' was koel. „Dut moogt ge: dn mannen kennen mij." Zeer 'egen hun zin deden de drie mannen wat hun verzocht werd; zij volgden Talbot, toew hij hen voorging. „Ge hebt het Roo vershol willen biQpengaan. nu zal het ge schieden." De gebeurtenissen van de laatste oogcn blikken hadden hen tenminste tijdelijk be roofd van hun weerstandsvermogen. liet vertrek, waarin zij zich bevonden, was zeer groot, zooals John Eva reeds ge zegd hacl: liet was blijkbaar een zeer bui tengewoon type van een safe cn men mag er bijvoegen een van buitengewonen om vang. Het was duidelijk merkbaar, dat er ergens lucht vandaan kwam, zelfs toen de deur dicht was; de atmosfeer was wel warm, maar niet onaangenaam duf. In het mid den v;iil den vloer stond een ledikant cn in dat bed lag een man onder de dekens, met zijn hoofd op hooge kussens: toen hij ze zag naderen keek hij "c aan met zijn reeds stervende oogen. .Hoe gaal het?.' vroeg Talbot, toen hij voor t bed stond. Een tweede man zat naast het bed, een jonge man, wiens gezond gelaat en heldere oogen getuigden van levenskracht, die de andere verloren had. „U komt nog juist bijtijds hel einde na- dei t. Mij sprak fluisterend, toch scheen de ster vende het te verstaan. Met heesche stem, die klonk als de echo van een andere stem, zei hij: „Ja het einde nadert en het is goed. Hij keek van den een naar clen ander met zijn doffe oogen en vestigde die op een ge zicht dat hij herkende. „Kijk, dat is John Eva! Eva jou oude brombeer Waar is Judith?" Toen zij binnenkwamen stond achter in het vertrek een gedaante een vrouw. Toen hij sprak kwam zij naderbij; het was de vrouw uit Penance. Zij zag ei' heel aftders uit dan vroeger. Zij droeg nu een eenvou dig, net coséuum, van donkerblauwe stof, inplaats van de vodden van vroeger. En ze bad kousen en schoenen aan. Haar haar was netjes opgemaakt, als een gouden kroon rondom haar hoofd. De vage blik was uit haar oogen verdwenen en toen zij de stem van den man hoorde ging zij vlug naar hem toe en een stralende blik vertoonde zich in haar oogen. Zij knielde naast het bed cn boog zich over hem heen en zij was schoon. „Kus mij." Met zeer zwakke stem werden die woor den uitgesproken; toch waren ze duidelijk hoorbaar voor het groepje dat rond om hem stond. Voor de vrouw, die daar op haar knieën lag. was het een engelenstem. Zij raakte zijn lippen aan met de hare. En toen i sprak hij: „Zeg. dat je mij vergiffenis schenkt." Op dat oogenblik dacht zij misschien, dat zij de waarheid sprak; wanneer een vrouw- liefheeft, herinnert zij zich niets clan haar liefde Nog eens begon hij te spreken cn nu tot den man dien wij kennen als Percival Talbot. ..Oude vriend dat is mijn vrouw zal je voor haai zorgen „Alsof ze mijn eigen vrouw was," en ik spreek ook uit naam van mijn vrouw." „Trouwe ziel!" Het was de vrouw, op de knieën voor het bed, die dit zijde. Een zonderlinger opvat ting van de waarheid kon nauwelijks wor den uitgesproken. En het hoofd van den ge storven man viel neder op zijn borst. „John Eva. herkent ge dezen man?" „Dat is de neef van den ouden heer: zeker herken ik hem ik heb hem opgepast en verzorgd. En dan te moeten denken, dat go getracht hebt u zelf voor hem te doen door gaan." „Dat heb ik nooit gedaan; ik heb gezegd, daf ik Percival Talbot ben van Monniks land en dot ben ik." HOOFDSTUK XXX. D;év bekentenis. Man cn vrouw waren samen in het ver trek, dat tot nu toe het slaapvertrek van mevrouw' was geweest. Zij schenen beiden ecnigszins rusteloos te zijn, hetgeen zich bij hem openbaarde in ec-n neiging om voort durend de kamer op en. neer te Joopen; Zij bepaalde zich tot een armstoel, waarin zij steeds verwisselde van houding.' nu eens zat zij zeer behoorlijk met haar voeten op den grond, dan eens met haar voeten bo ven op den stoel cn dan weer eens op den arm van baar fauteuil. /Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1929 | | pagina 5