Fa. t R. N Oosterveen
BERICHT
Koopt Uw Radio bij een vertrouwd adres.
- Wij vertegenwoordigen de bekende Ducretet en Philips toestellen
F. H. LOMAR2S
UIT DENi OMTREK.
STADSNIEUWS
BEL 493
p F. H. LO&SAPSS
HET KANAAL DOOR DE
GELDERSCHE VALLEI
Een pleidooi voor het Vallei-plan
3:
VOOR ONZE
HUISVROUWEN
HAGA'S
Boterdrabbelkoeken
m^msgwxBiHGammaBim
15
a UTRECHTSCHESTRAAT
n
aaacaaaaaaixx^aaacaaccaaczx&ucE^cca
Betaling in overleg ir.et kooper j;
ar;ccccaacaao:;cGaccnccacaKKac[SGEa
TELEFOON
Woudenberg. Tot burgemeester dezer
gemeente is met ingang van 4 Juli a.s. be
noemd de heer P. A. G. baron van Ileecke-
ren van Brandsenburg.
Zij die zich met ingang van
1 Juli a.s. abonneeren op het
Amersf. Dagblad ontvangen
de tot dien datum verschijnende
nummers GRATIS.
OFFICIEELS KENNISGEVING.
DIENSTPLICHT.
Wenschen omtrent inlijving.
Zij, die voor de lichting van liet vol
gend jaar zijn ingeschreven, kunnen hun
wensch, om in geval van bestemming tot
gewoon dienstplichtige te worden ïnge-
lijf bij een bepaaJd wapen of korps enz.,
vóór 15 Juli a.s. opgeven ter secretarie
van de gemeente, waar zij voor den dienst
plicht zijn ingeschreven, indien:
a. zij hun wensch omtrent de inlijving
niet reeds bij een der keuringsraden heb
ben opgegeven;
b. zij bun wensch ook niet reeds recht
streeks aan den indeelingsdistrictscom
mandant hebben medegedeeld; of
c. hun wensch een andere is dan die,
welken zij to voren aan den keurlngsraod
of den districtscommandant kenbaar maak
ten.
Iletgecn bier is vermeld ten aanzien
van inlijving bij een wapen enz., is mede
van toepassing ten aanzien van wenschen
omtrent het tijdvak van inlijving en om
trent de opleiding tot officier of tot onder
officier.
Er bestaat geen zekerheid, dat aan den
geuiten wensch zal kunnen worden vol
daan.
In sommige gevallen moet de aanmel
ding op andere wijze geschieden, namelijk
wanneer de belanghebbende opkomst of
indeeling wenscht, zooals hieronder is aan
gegeven:
vervroegde opkomst voor de officiers
opleiding;
bestemming voor de officiersopleiding
bij de bereden artillerie met vervulling
van de eerste oefening in gedeelten (inter
mitteerende opleiding):
indeeling als hulpseiner bij de zeemacht;
indeeling bij den rnotordienst of oplei
ding tot chauffeur, motorrijder of hulp
monteur bij de artillerie;
opleiding als ziekenverpleger of als zie
kendrager bij de landmacht.
Inlichtingen omtrent de wijze, wattrep
in deze gevallen de aanmelding moet ge
schieden, omtrent den tijd van aanmel
ding en omtrent verschillende andere be
palingen kunnen ter gemeente-secretarie
worden gevraagd.
Amersfoort, 19 Juni 1929.
De Burgemeester van Amersfoort,
v. RANDWIJCK.
EXAMENS.
Aan de Rijkskweekschool alhier slaag
den voor het examen nuttige handwerkon
de dames A. Materman, C. Rcnes. H. de
Bode, allen van hier, V. Zack te Zeist en
G. van "ïken te Eemnes. Afgewezen geen.
KINDERHERSTELLINGS- EN
VACANTIEKOLONIES.
Afdeeling Amersfoort.
De Afdeeling Amersfoort van het Cen
traal Genootschap voor Kinderherstellings-
en Vacantiekolonies hield in het gebouw
der Huishoud- en Industrieschool een ver
gadering die door een gering aantal aan
wezigen werd bezocht. De vergadering
werd gepresideerd door Dr. Kamerling.
Uit het jaarverslag van den secretaris
blijkt, dat in 1928 zijn verpleegd 19 kinde
ren gedurende 5 weken te Wijk aan Zee;
1 kind in het koloniehuis voor zwakzinni
gen te Lunteren; twee kinderen voor lange-
ren tijd te Nunspeet, terwijl 3 kinderen
profiteerden van de winterverpleging te
De Steeg.
Opgemerkt werd, dat Amersfoort veel
meer moest uitzenden en ter vergelijking
werden genoemd de volgende plaatsen,
met de aantallen uitgezonden kinderen er
achter:
Apeldoorn 56, Bussm 41, Deventer 65,
Haarlem 209, Halfweg 31, Hengelo 110, Hil
versum 103, Weesp 30, Zeist 42 en Zut-
phen 32.
Dit jaar zal wederom een bus-collecte
worden gehouden. De voorzitter uitte den
wensch, dat velen op dien dag zich zullen
herinneren, wat hier slechts mogelijk is in
vergelijking met genoemde gemeenten.
Als bestuursleden werden herkozen me
vrouw Van Randwijck en de Hr. Kamerling,
terwijl in een vacature wegens vertrek
werd gekozen de Hr. J. van Haselen.
Behandeld worden een voorstel tot het
zenden, behoudens voorafgaand onderzoek,
van een adres aan den Raad der gemeente
omtrent de wijze van subsidie-verleening
en een voorstel voor de algemeene verga
dering van het Genootschap betreffende af-
'clracht en contributie.
licht
Weigert uw electrisch
DIE DOET ZIJN PLICHT
UTRECHTSCHESTRAAT 51
usuïinaixxjKsiccüKciKxxïJcaïxxs:
Bij de rondvraag komt het leden-aantal
ter sprake.
Een veel grooter aantal onzer sladgenoo-
ten moest door lid te zijn (contributie 1.
of meer) meewerken aan de bestrijding van
onze groote volksziekte door het uitzenden
van kinderen, die verzwakt zijn tengevolge
van het doormaken van kinderziekten of
algemeene sporen van zwakte en onder
voeding vertooncn vooral na den afgeloo-
pen winter.
Het adres van den secretaris-penning
meester is Albert Cuypstraat 51.
HANDEL EN INDUSTRIE.
Naar wij vernemen is aan de machine
fabriek Ponne, de hoofdvertegenwoordig-
ster der „Arbenz" vrachtautornobieien fa
brieken te Zurich een belangrijke opdracht
verleend door de gemeente den Bosch.
BEKEURD.
Door de politie is proces-verbaal opge
maakt legen een voerman, die door een
gewond paard arbeid liet verrichten.
PERSONALIA.
Tot lid van de commissie, belast in 1929
met het afnemen der examens ter verkrij
ging van de akten van bekwamheid voor
huis- cn schoolonderwijs in de nuttige en
fraaie handwerken voor meisjes, is voor
Amsterdam benoemd onze stadgenoote
mevr. A. W. van Doorn-Stienstra, leerares
in de nuttige handwerken aan de Rijks
kweekschool, alhier.
A MSTERDA M—BO VEN RUN.
In de gisteren gehouden vergadering van de Prov. Stalen van Utrecht
heeft de heer Joh. H. van der Meiden een interpellatie ge hou;
den inzake het Gelde rsche ValleUKanaal.
In de gisteren gehouden vergadering van
de Provinciale Staten \an Utrecht heeft
onze stadgenoot, de heer Joh. II. van der
Meiden, de volgende vragen gesteld aan Ge
deputeerde Staten
1. .Is het Gedeputeerden Staten hekend,
dat door de indiening van een wetsontwerp
bij de Staten-Generaal door den minister
van waterstaat tot het graven van een ka
naal van ten westen van Utrecht en ten
westen van Vreeswijk die streekfcelangen op
bijna dezelfde wijze zullen worden ge
diend"?
2. „Zijn Gedeputeerde Stalen bij nadere
overweging niet van meening, dat, alvorens
een bepaald antwoord te geven, het aan te
bevelen, zou zijn geweest ook do roaeniüg
van den ingenieur der vereeniging van ,,Dc
Geldersche Vallei" te kennen, opdat voor
komen worde, dat bij een deel der inwo
ners dezer provincie de meening ::ich zou
kunnen vestigen, dat Gedeputeerde - r:
zich partij hebben gesteld in tegenov;:- el
kaar staande belangen van provinciale 3 -
Ion zonder de kanaalkwestie zoo error
nis eeri^zins mogelijk te hebben ond£r
zocht?"
Bij bovenstaande vragen heeft de heer
Van der Meiden een uitvoerige toelichting
gegeven, die wij, in verband met het groo
te belang van deze kwestie voor onze stad,
in extenso weergeven. De lieer Van dei-
Meiden sprak ongeveer als volgt
Het spreekt wel vanzelf, dat eon zoo be
langrijk rapport als van ir. Mussert in wij
den kring de aandacht heeft getrokken èn
wel verdient te worden bestudeerd. Dat het
ook mijn belangstelling als oud-bestuurslid
van de Vereeniging der Geldersche Vallei
had spreekt wel van zelf. Ik veroorloof mij
daarover mijn opinie mede te deelen.
In de inleiding vinden wij de mededee-
ling dat de stad Utrecht zich aan de tegen
woordige omstandigheden in bizondere ma
te heeft aangepast. Wanneer men echter
een ingezonden stuk leest in het Amers-
foortsche Dagblad van 22 Mei, dan zou ik
zoo zeggen dat, nadat het bestaande Mer-
wedekanaal reeds sedert tientallen van ja
ren gereed gekomen is, die aanpassing nog
wel iets te wenschen overlaat.
Of is de reden hiervan tc zoeken dat de
Rijnvaart op Utrecht nog niet zoo heel be
langrijk is? Wij vinden dan in hoofdstuk
allereerst een beschouwing over het Gel
dersche Vallei-plan waarin medegedeeld
wordt dat de waardevermeerdering der
landerijen door ir. Van Goor berekend op
ƒ2,000,000 niet juist is, en dot de bereke
ning van ir. Wentholt a f 419,000 juister zou
zijn.
Ik meen te mogen opmerken, dat ir. Van
Goor spreekt van een waardevermeerde
ring der landerijen en ir. Wentholt becijfert
de mindere kosten die zullen worden ver
kregen door het achterwege blijven van ver
schillende verbeteringen als van de Broe-
kersloot, de Luntersche beek, enz.
Ir. Mussert vindt de cijfers van ir. Went
holt nog te optimistisch en komt tot een
bedrag van f 350,000. Het spreekt vanzelf
dat waar de eene ingenieur spreekt van
waardevermeerdering der landerijen en an
deren van besparingen, deze kwestie kan
gelaten worden voor wat zij is, omdat het
hier schattingen van verschillenden aard
betreft.
De heer Mussert geeft dan op pag. 11 van
zijn rapport een beschouwing omtrent de
bevolking van Amersfoort cn Veenendaal
en van de meest belangrijke nijverheidsin
richtingen in deze beide gemeenten, terwijl
op pag. 12 een overzicht gegeven wordt
van het scheepvaartverkeer te Amersfoort
en vrachtgoederenverkeer per spoor van
Amersfoort en Veenendaal, om ten slotte
te erkennen, dat een kanaal van de Zuider-
zoe tot den beneden Rijn voor deze beide
gemeenten van zoo groot belang geacht mag
worden.
Op pag. 13 vindt men opnieuw een bestrij
ding van den door de Ir. N an Goor bereken
de waarde a 13)4 millioen gulden van op
te hoogen gronden geschikt voor Industrie
cn Bouwterrein te Veenendaal en wordt
hiertegen de uitspraak van de Staatscom
missie aangehaald die meent dat deze be
rekening veel le optimistisch is, gegeven de
geringe bevolking van Veenendaal.
Misschien heeft de Staatscommissie ge
lijk, wellicht ook niet, wanneer wij onze
blikken richten naar Eindhoven waar een
onaanzienlijke kleine provinciestad plotse
ling tot groote bloei en uitbreiding is ge
komen.
Op diezelfde bladzijde verzuimt Ir. Mus
sert niet, na zijn exit ie k Amersfoort cn
Veenendaal te troosten met het vooruitzicht
van de verbetering Van de Eem en het
'raven van een klein scheepvaartkanaa)
Amersfoort langs Veenendaal naar den
Rijn.
Ik vesiig Uier dr aandacht op omdat -I
gohbeschouwing over het Geldersche
Vallei kanaal door Ij. Mn.wrt gaat om
iiuusUiorf en Ve nenoaa! terwijl het tot
rr.nel komen ervan inderdaad van groot be'
iiv. 'i' Air. i>foort <u Veenendaal is cn
'aarrui do belangstel bug van deze. beide
v »jtcn in hooge mate heeft doch eigen-
L.'k bijaak is omdat hot gaat om deze zaak
.Hoe Amsterdam op de beste wijze met
den Rijn te verbinden".
Hoofdstuk II van het rapport is het uit
voerigst.
De samensteller begint zijn beschou
wingen over de slechte afwatering der Wa
terschappen Garsten. Holland, Sticht enz.
De oppervlakte van 1668 H.A. gelegen ten
Noorden van de Leidscho Rijn en ten Wes
ten van het Merwedekanaal.
Verder zal worden opgeheven de bezoem
van de Heycop waardoor de bemaling van
7 polders zal komen te vervallen ter opper
vlakte van 2600 H.A. Bovendien komt in
aanmerking voor afwatering op Amstelland
de bezoem van den Haarrijn, van de Vleu
tcnsche Wetering, van de Hooge en Lage
Weide waarop respectievelijk 1486 H.A. en
544 H.A. afwateren.
In totaal zouden ongeveer 7500 H.A. alle
op Amstelland loozen. Ir. Mussert gaat
dan na van welk groot gewicht de afwate
ring op Amstelland is hetgeen hij op pag.
17 aantoont ten opzichte van den Ileycop
bezoem en door teekening 5 krijgen wij een
overzicht van den waterstaatkundigen toe
stand na opheffing van alle duikers onder
het Merwedekanaal. Inderdaad wordt daar
door over een groote uitgestrektheid een,
zou ik zeggen, bijna idealen toestand ver
kregen.
Die uitgestrektheid wordt, zoo vinden wij
op pag. 18 van het rapport, nog grooter n.l
tot 10.000 H.A. zoodra, door het graven' van
een kanaal ten Westen van Utrecht naar
ten Westen van Vreeswijk de landerijen
ten Zuiden van de Leidsche Rijn en ten
Westen van de Vaartsche Rijn op dit ka
naal dat eveneens Amstéllands peil zal
hebben, kunnen loozen.
Op teekening No. 5 vinden wij aangeduid
de landen ten Oosten van het kanaal naar
Vreeswijk en ten Zuiden van het kanaal
naar Wijk bij Duurstede ten groote van
4700 II.A.
Ook deze gronden zullen op het kanaal
naar Wijk bij Duurstede kunnen afwateren
inplaats van, als tot nu toe, op den Vaart-
schen Rijn. Opgemerkt dient echter te wor
den dat het Vaartsche Rijn peil ongeveer
1 M. hooger is dan het Amstéllands peil n.l.
Vaartsche Rijn peil 0,58 plus N.A.P., Amstél
lands 0,40 minus N.A.P.
De gewenschte waterstanden in de zoo-
even genoemde landen is 0,50 plus N.A.P.,
het normaal Amstellandspeil is 0,40 N.A.P.
geeft een verschil van 0,90. Waar de gron
den ten Noorden van het Kanaal naar Wijk
bij Duurstede gelegen, minstens circa 3 M.
plus N.A.P. liggen cn het Amstellandspeil
circa 0.40 minus N.A.P. daar geeft dit een
verschil van minstens 3,90 M. cn is de vraag
gewettigd of niet door dit groote verval de
gronden zullen te lijden hebben van ont-j
watering. Weliswaar heeft Ir. Mussert dit
bezwaar ook gevoeld en geeft bij als reme^
die aan de gelegenheid te scheppen water
uit de Lek bij Wijk bij Duurstede ter plaat
se van den te bouwen sluis aan te voeren,
doch ten opzichte van het groote verval is
het de vraag of de invloed van dit water wel
groot genoeg zal zijn om deze landen voor
ontwatering te behoeden.
De cijfers op pag. 19 gegeven \an cle ge
middelde waterstanden te Wijk bij Duur
stede wettigen dit vermoeden.
Wanneer men zonder meer dit betoog
volgt, dan spreekt het vanzelf dut men
enthousiast is voor een kanaal dat zulke
voordeelcn bindt ten opzichte van den water
staatkundigen toestand der provincie. Wan
ner men echter nagaat of deze verbeterin
gen ook niet op andere wijze te verkrijgen
zijn n.l. door het thans ingediende plan van
den minister dan komt men lot de ontdek
king dat die verbeteringen volkomen op de
zelfde wijze verkregen kunnen worden wan
neer het kanaal naar Wijk bij Duurstede er
niet komt maar het plan van den minister
wordt gevolgd. Dit plan betreft de verbree
ding van het Merwede kanaal tot Utrecht en
liet graven van een kanaal ten W. van
Utrecht naar ten Westen van Vreeswijk 4
Wanneer wij nu teekening No. 2 leggen
naast No. 5 dan zien wij dat wij uit het
ministerieele plan, daar het te bouwen
kanaal op Amstéllands peil gegraven
wordt, dat alle in het rapport van Ir. Mus
sert genoemde polders kunnen afwateren
op het Merwedekanaal met zijn verlenging
als bovengenoemd en dat ook de Leidscho
Rijn en Ileycop van den toestand kunnen
profiteered De Leidsche Rijn omdat het
Vaartsche Rijnpeil op Amstelpeil worden
gebracht en de 2 sluizen dus kunnen ver
vallen.
Mijne conclusie is dus dat voor verbete
ring van den waterstaatkundigen toestand
in het westelijke gedeelte der Provincie
het graven van een kanaal naar Wijk bij
Duurstede niet. noodig is. Bovendien, dit zij
terloops nog opgemerkt, zal de afvoer van
de Vecht waarschijnlijk na het gereedko
men der Zuiderzeewerken nog aanmerke
lijk verbeterd worden Het is bovendien
mijn vaste overtuiging dat, indien het ka
naal volgens het regeeringsontwerp gegra
ven wordt n.l. van ten Westen van Utrecht,
naar ten Westen van Vreeswijk, plus het
kanaal door de Geldersche Vallei de- water
staatkundigen toestand zoowel van het
Westelijke gedeelte als het Oostelijk ge
deelte van de provincie kunnen worden
verbeterd.
Wij komen nu tot de belangen van cle
Hoofdstad der provincie. Gewezen wordt op
het feit, dat handel en nijverheid zich heb
ben ingericht op den vaarlweg langs
Utrecht.
Opmerkelijk is het echter dat het vervoer
van en naar Utrecht langs het than* be
staande kanaal zich niet nog meer heeft
uitgebreid. In het begin van mijn betoog
heb ik reeds gewezen op het ontbreken van
voldoende outillage bij de Utrcchtsche los
plaatsen aan het kanaal, zoodat ik ver
moed, dat niettegenstaande do opsomming
op pag. 22 van het rapport, cle nijverheid
die zich te Utrecht heeft ontwikkeld van
het vervoer langs het Merwedekanaal niet
veel heft geprofiteerd De cijfers op pag.
33 -c,»:ii mij aanleiding tot deze veronder
stelling.
i;frechi Vieeu' zooals uit hot rappor* blijkt
circa 151.000 inwoners. Als wij Zuilen,
Maarssen op Jutpiioas cr nog bij rekenen
zelfs circa. 107.000.
Nijverheidsinrichtingen bezit het ten ge
tale van 233 met circa 10 000 arbeiders. De
goederenaap voer langs het Merwedekanaal
bedraagt 1.'.08.670 ton, de goederen afvoer
slechts circa 473.000 ton.
Vergelijken wij hierbij Amersfoort en
Veenendaal (ik rnecn Veenendaal tc mogen
opnemen nu in het rapport ock Zuilen en
Jutfaas genoemd worden) met zijn bijna
waardeloozo verbinding te water met do
Zuiderzee dan komen wij tot de navolgen
do cijfers:
Inwoners aantal ongeveer 45000.
Nijverheidsinrichtingen ruim 50.
Aantal werklieden circa 4500
cn vergelijken wij nu het aantal inwoners
met. die van Utrecht dan is de verhouding:
circa 1 4.
Volgens deze verhouding zouden Amers
foort en Veenendaal dus hebben circa 200
Nijverheidsinrichtingen met 18000 arbeider;
en een vervoer te water voor Amersfoort
alleen van 812000 ton, nemen wij het goe
derenvervoer erbij van Veenendaal, dat we
gengs gebrek aan een waterweg noodzake
lijk per spoor moet geschieden, dan kun
nen wij dit getal nog vermeerderen met
236000 ton, is dus totaal 1.048.000 ton bijna
even zoo groot als dat van Utrecht, niette
genstaande, en hierop vestig ik in 't bijzon
der de aandacht, de afwezigheid van een
voldoende verbinding te water voor Amers
fo'ort cn een totale afwezigheid voor Vee
nendaal.
Dat Utrecht dus veel te beduiden heeft
ten opzichte van het Rijnvaartverkeer meen
ik te mogen betwijfelen cn dat het buiten
gewoon zal profiteeren van een groot
scheep vaart kan aal: Amsterdam naar den
Rijn, geloof ik vooralsnog niet.
Wanneer Utrecht dus in het bezit komt
van een kanaal zooals door den minister
voorgesteld, dan wordt voldoende in zijn
behoefte voorzien, omdat het niet aan te
nemen is dat de hoofdstad zich buitengewoon
op Nijverheidsgebicd zal uitbreiden, met of
zonder het kanaal naar Wijk bij Duurstede.
Immers ware dit zoo dan was, gegeven de
buitengewoon gunstige omstandigheden,
waarin Utrecht vêrkeert, de drang naar
verbetering der outillage aan de losplaatsen
wel wat grooter geweest dan thans.
Hebben Amersfoort en Veenendaal dan
recht op een groot scheepvaartkanaal?
De Vereeniging „de Geldersche Vallei"
heeft steeds op het algemeen cn Amster-
damsch belang gelet cn daardoor in haar
betoogon sterk gestaan. Soortgelijke voor
stellen als de Heer Mussert nu doet om
trent lokale kanalen enz. zijn reeds eerder
altijd afgewezen juist omdat zij zouden lei-
lon van den weg van algemeen belang tot
lokaal belang.
Niettegenstaande dit, kunnen wij hulde
brengen aan het waterbouwkundig inzicht
van den Heer Mussert, dat hem het idee
Koffietafel:
Koude gebakken schol
met sla.
Middagtafel:
Blinde vinken.
Gebakken aardappelen.
Koude appelmoes.
Sedert anno 1851 de roem van Sneek
Wegens de luchtdichte verpakking steeds
een delicatesse
LANGEST^AAT 42
FEL 77
van de verbetering van het plan Wijk bij
Duurstede ingaf. Of ook het Geldersche Val
lei plan ten opzichte van de sluizen niet
nog zou kunnen worden verbeterd zullen
wij moeten afwachten.
Intusschcn zij opgemerkt dat in de Betu
we het Geldersche Vallei plan slechts 1,
niet 2 sluizen heeft, zooals ik meen dat wordt
gedacht. In Utrecht worden langs het Mer
wede kanaal zooals Ir. Mussert beweert in
hoofdzaak steenen, steenkool cn dergelijke
aangevoerd dus groolcndeels niet afkomstig
van den Rijn maar inlandsch product, der
halve niet afhankelijk van een Rijn verbin
ding.
Nu zegt de Kamer van Koophandel te
Amsterdam dat het belang van Amsterdam
medebrengt zoowel wat betreft de scheep
vaart ontwikkeling als de scheepvaarttarie-
venverlaging dat heide vaarten gescheiden
moeten zijn hetgeen men verreweg het
meest bereikt in het Valleiplan.
Heeft men zich ingedacht de kosten van
de verbreeding van het Merwede kanaal dat
ten Noorden van Utrecht zoo sterk inge
bouwd is.
Dat gedeputeerde Stalen zicli zoo sterk
interesseeren voor het plan van het kanaal
naar Wijk bij Duurstede kan ik mij inden
ken wanneer men zoo'n mooi rapport met
al de aanlokkelijkheden voor zich ziet.
Of het college bij nadere beschouwing op
het zelfde standpunt blijft staan is een
zaak die wij moeten afwachten.
Zeker is het" wel dat nu zoo zeer het lo
caal belang op den voorgrond is getreden
daarmede niet bewezen is dat het plan Wijk
bij Duurstede de voorkeur verdient boven
daf der Geldersche Vallei en de Regeerinp
no v. Amsterdam zich, althans door
dit rapport niet tot, andere gedachten zul
len lntcn brengen.
EVANGELISATIE.
Openluchtbijcenkomsten en
autocampagne.
Men schrijft ons:
In de week van 24 tot 29 Juni zullen be
halve een autocampagne ten dienste van de
evangelisatie, ook openluchtsamenkomsten
worden gehouden. Door middel van colpor
tage en lectuurverspreiding zal getracht
worden het doel te* bereiken. Zoo mogelijk
zullen openluchtsamenkomsten worden ge
houden aan de Vermeerstraat, de Zonne
bloemstraat en in het plantsoen bij de Wali-
kersteeg. In de 1ste week van September
zal bij Nederberg de Evangelisatietcnt ko
men, waarin predikanten van diverse kerk
genootschappen hopen op te treden.
Bij de auto-campagno-week is sprake van
één predikant en drie evangelisten.
SPORT IN BEELD.
Het nummer van deze week.
De voornaamste sportgebeurtenissen,
weergegeven in het deze week verschenen
nummer van „Sport in Beeld" betreffen den
voetbalwedstrijd Noorwegen Nederland,
die in een draw (44) eindigde, de regatta
van „de Amstel" en de tenniskampioen
schappen te Noordwijk.
Leo Laner doet verder verhalen over hon
den. De voorpagina van het blad is afge
staan aan het portret van den bekenden
Spaarne-sciffeur Cox. De hippische sport
wordt ook weer eenige malen afgebeeld,
evenals de zeilwedstrijden, die j.l. Zondag
door de watersportvereniging „Aegir"- te
Hillegorsberg werden gehouden.
We treffen verder een portret aan van
den overleden eere-voorzitter van den Ne-
derlandschen Kegelbond, den heer Bruno
Groenewegcn uit Haarlem.
DE VERONTREINIGING VAN DE
LUNTERSCHE BEEK.
Vragen van den heer
Mebius.
In de gisteren gehouden vergadering van
de Provinciale Staten van Utrecht heeft de
heer Mebius (S.D.) geïnterpelleerd ter zake
de verontreiniging van de Luntersche beek,
welke interpelaltie door eenige toelichtin
gen vergezeld werden.
De voorzitter, dr. II. Th. s' Jacob, heefi
beantwoording der vragen toegezegd.
Ook op de gestelde vragen over den toe
stand van de Bameveldsche-, do Vlier- en
Modderbeek zal geantwoord worden.