WIJNHANDEL J, A. SCHOTERMAN Zn. Gewas 1924 St. Emilion f 1.40 f 56.- GROOTE SORTEERING FAUTEUILS TWEE EN TWINTIG JAREN DIRECTEUR VAN ORANJE-NASSAUS-OORD DOODEMANS ROTS. AFSCHEID VAN Dr. A. BAKHUYSENSCHULD Maison de Jager Zn. Chocolade Slagroomhoorns, BEKERS en SCHUITJES Fa. J. W. VAN ACHTERBERGH, West-Singel 12-13. Telefoon 238. UTR.STRAAT 17 - Gevestigd 1878 - TELEFOON 145 N.V. COMPAGNIE LYONNAISE ZOMER OPRUIMING FEUILLETON. liet sanatorium thans een krachtige instelling Vele harteli.ke woorden Wageningen. Vrijdagmiddag had op het Sanatoriium Oranje Nassau's Oord te Renkum, de stichting van II. M. de Konin gin Moeder, de huldiging plaats van dr. A. Bakhuysen Schuld, geneesheer-directeur der stichting aan wien met ingang van 1 Juli eervol ontslag zoodanig is verleend De Raad van Beheer der stichting, de heercn C. S. Sixnia Baron van Heemstra, voorzitter; rar. J. II. de Crane, secretaris; mr. C. L. A. Baron van Till, penningmees-! lei-; Jhr. J. A. de Jonge van Zwijnsbergen en ihr. P. J li Roel 1 (de heeren mr. R. J. M. L. Zinnicq Bergman en S. van den Bergh Jr. waren dooi familieomstandig heden verhinderd) werd bij zijn komst ont vangen door den Rentmeester-administra teur den heer L. N J. Ivnottnerus, terwijl de ad junct-dii ecti icc. mei. J. C. II. Polder man, de genoodigden. mej. H. Schuld, mevr. H. K. Knottnerus-Schrevel, dr. K. A. Hoekstra, de ass.-gcneesheer H. I\. F. Cohen en F. H. F. M. Bak. benevens den heer 11 Pesman, tandarts, ontving. Nadat de rentmeester de genoodigden aan de leden van den Raad van Beheer had voorgesteld, begaf men zich naar de met planten en bloemen versierde groote con versatiezaal. waar zich de patiënten, ver plegend en ander personeel reeds haddon verzameld. Vervolgens werden de heer dr. Bakhuy sen Schuld niet zijn echtgenoote door den rentmeester binnengeleid. Bij het binnen treden dei zaal overhandigde het jongste meisjespatiente mej. J. Oudshoorn aan mevr. Schuld een fraai bouquet van paar- sche orchideën. Hierna hield de heer C. S. Sixma Baron van Heemstra, voorz. van den Raad van Beheer, namens dien Raad een rede. Spr. herinnerde, dat op de laatste com missaris-vergadering 28 Juli als dag van afscheid werd vastgesteld. Toen leek die datum nog zeer ver, doch even snel als dezé weken, zoo zullen wellicht voor U de 22 jaren zijn voorbijgegaan, gedurende wel ke U alhier aan hei hoofd hebt gestaan van de stichting „Oranje Nassau's Oord" Uit de beelden van het verleden wilde spr. alleen rnemoreeren het feit. dat dr Bakhuysen Schuld met O. N. O. heeft door gemaakt. moeilijke kinderjaren, in welke de Stichting zelf ernstig patient werd, zelfs in groot levensgevaar verkeerde. Die jaren zijn met hulp van God en met medewerking van velen gelukkig te boven gekomen cn onder die 'velen was U dr. Bakhuysen Schuld als geneesheer-direc teur zeer zeker in de eerste rij cn daarom mag en moet ook heden bij U domineeren de dankbaarheid en de voldoening, dat het U bij Uw vertrek gegeven is het Sanato- ïium O. N. O. achter te laten, niet als een patiënt.maar als een gezonde krachtige jonge man van 28 jaar die zelfs zoo groeit dat hij bijna te nauw wordt voor zijn klee- ren van thans. Spr. wees op de blijken vnn waardeering van II.M. de Koningin-Moeder; op de vele brieven van voormalige dankbare patiënten van O. N. O. cn zeide dat het College van Commissarissen er hoogen prijs op stelt op Langestraat 56 Telef 115 dezen dag van afscheid te verklaren, dat bij dr. Bakhuysen Schuld ten allen tijde heeft, voorgezeten als doel de behartiging van het heil der patiënten en het belang van O. N. O. Uw moeilijke arbeid, zoo vele jaren in het belang van O. N. O. verricht zal bij Commissarissen altijd in dankbare herinnering blijven. Hij besloot met den wensch dat dr. Bak huysen Schuld nog langen tijd van zijn welverdiende rust mag genieten. Aan het einde bood hij het. huldeblijk van den Raad aan, bestaande uit een ko peren Oud-Hollandsche. electrische kroon. Vervolgens sprak de heer L. N. J. Knott- nerus, rentmeester-administrateur: Deze wees er op dat hoewel dr. Bakhuy sen Schuld nog niet de leeftijdgrens heeft bereikt om ontslag te nemen en hij tot op dezen dag zijn ambt met energie, vol toe wijding cn groote opgewektheid heeft waar genomen, hij op het standpunt staat dat men het ambt van Geneeseer-Direcleur al leen dan mag blijven vervullen, wanneer men volle honderd procent waard is. Nu hij heeft gevoeld, dat de werkzaamheden verbonden aan het veel omvattende ambt hem te zwaar beginnen te vallen, heeft, hij na veel strijd besloten heen te gaan. Spr. begreep hoe zwaar het nemen van dit be sluit is gevallen. Spr. schetste hoe dr. Schuld met vreug de arbeidde in het belang zijner patiënten, hoe hij steeds een bemoedigend cn opbeu rend woord wist te spreken tot patiënten en zusters cn boe hij bij zijn heengaan een vol en bloeiend Sanatorium achterlaat en dat vele uitbreidingen en reorganisaties in den loop der jaren zijn tot stand gekomen. Mede namens de adjunct-directrice, het administratief en overige personeel dankte spr. dr. Bakhuysen Schuld voor het vele goede dat hij in het belang van het Sana torium heeft tot stand gebracht, voor zijn leiding cn steun en de hartelijke belang stelling waarmede hij de persoonlijke be langen van vele medewerkers heeft behar tigd Voorts bood hij mede namens de adjunct- directrice, de doktoren Hoekstra, Cohen en Bak en den heer Pesman, tandarts, een foto van dr. Bakhuysen Schuld in passen de lijst aan. welke een blijvende plaats zal vinden in de kamer van den geneesheer directeur. Als souvenir van het geheele personeel overhandigde spr. voort? een al bum met een (50-tal foto's van het Sana torium en het landgoed O. N. Oord. Spr. besloot met den wensch dat het dr, Bakhuysen Schuld en zijn echtgenoote ge geven mocht zijn van hun welverdiende rust te mogen genieten Namens de patiënten sprak daarna de heer D. Hes. Dat mij de groote eer re beurt viel. u ge achte doctor, bij uw afscheid te mogen toe spreken is eigenlijk maar een halve vreug de. Nu hij dr. Schuld had te er én kennen niet alleen als geneesheer, maar ook als vriend, ja als een vader van alle patiënten was in zijn rede een bittere smaak. Hij wensch te namens de patiënten dr. S een langen rustigen en tevreden levensavond en bood voorts een electrische kroon aan De heer dr. K. A. Hoekstra sprak namens den medische» staf. Hij wees er op, dai dr. Bakhuysen Schuld het voorrecht heeft ge-? had de geheele ontwikkeling van de tu- bei'culose-best!ijding mede te maken. Dat ondanks alle nieuwe middelen de rustkuur noe altijd staat ate vast punt bij de behan deling der tuberculose is wel zeker. Uw streven als directeur is dan ook geweest elke onderbreking der kuur zooveel mo gelijk tegen te gaan. Waar inbreuk op die kuur moest gemaakt door bijkomstige ziek ten en anderszins hebt gij altijd getracht deze stoornis te voorkomen. Daaraan dankte spr. en ook de tandarts hun verbintenis aan O. N. O., wat in het Sanatorium kon worden behandeld, werd daar behandeld. Dank zij uw medewerking de hulp van uw personeel enz. konden ook groótere operaties in het Sanatorium wor den verricht. Spr. dankte voor de medewerking en vriendschap die de artsen aan O. N. O. ver bonden, hebben ondervonden en verklaar de namens allen, dat zij met denzelfden ijver zullen voortgaan het. Sanatorium naar beste krachten te dienen, opdat het voor zoovelen als mogelijk is, een zegen zal zijn. Hierna nam dr. Bakhuysen Schuld het woord. Het was hein bijna niet mogelijk orde te brengen in zijn gedachten en ge voelens, maar één gevoel komt bijzonder naar voren cn dat is hel gevoel van dank baarheid. Ilij dankte, allereerst den Raad van Commissarissen voor zijne tegenwoor digheid cn den lieer Van Heemstra voor zijn waardeerende woorden en vervolgens Je andere sprekers voor hun vriendelijke woorden en voor de aangeboden souve-nirs Spr. dankte voorts zijn medewerkers cn medewerksters, inzonderheid mej. Polder mans, adjunct-directrice, den heer Knott- nerus, rentmeester en de doktoren Cohen cn Bak. Hij had aan hen een grooten steun, maar zij volgden hem ook in de richting, die hij altijd voor oogen had, n.l. dat het belang der patiënten voorop moet staan j en dat dit van ons eischt groote toewijding, stiptheid en ook vaak strengheid. Voor 't laatst gaf spr. nog eens de raad aan de patiënten Houdt u stipt aan de voorschriften, die u in het belang van uw gezondheid gege ven worden. Ik weet, dat he vaak moeilijk is, want gij zijt jong, maar toch is dit de eenige manier om het Sanatorium zoo goed cn zoo spoedig mogelijk te verlaten en ge loof mij zonder uwe medewerking kan ook de beste dokter en de beste verpleegster u niet helpen. En verder het hoofd omhoog houden en niet dadelijk den*moed verlie zen, al duurt het wat lang, voor gij zelf de beterschap bespeurt." Zichtbaar geroerd besloot hij met den wensch: Moge hel Hare Majesteit de Ko ningin-Moeder, de hoogbejaarde Stichtster en Beschermvrouw \an deze inrichting ge geven zijn om nog \elc jaren getuige" te kunnen zijn van den bloei van Oranje Nas- saus Oord. Hiermede was de plechtigheid, die op de aanwezigen merkbaar indruk maakte, ge ëindigd. •BIJZONDER AANBEVOLEN per flesch per anker DE MOORD TE MUNTENDAM. *Negen Jaar geëischt. Voor de rechtbank te Winschoten heeft Vrijdag terecht gestaan F. S., 18 jaar, tim merman te Muntendam, thans gedetineerd, wien is ten laste gelegd, dat hij in de ge meente Muntendam op of omstreeks 20 Maart opzettelijk Bronno Feiken van het leven heeft beroofd door hem met opzet een of meermalen met een puntig mes, al thans met een scherp, puntig voorwerp te steken en of te snijden, waardoor bij dezen uit door verdachte toegebrachte steek- en snijwonden verbloeding is ontstaan, tenge volge waarvan Feiken is overleden; subsi diair, dot. hij Feiken opzettelijk met voor bedachten rade na kalm overleg en vooraf beraamd plan zwaar lichamelijk letsel heeft toegebracht, waardoor hij gestorven is; subsidiair, dat hij Feiken met voorbe dachten rade na kalm overleg cn vooraf- beraamd plan heeft mishandeld, waardoor hij is gestorven. In deze zaak waren als getuigen gedag vaard J. Gils, wachtmeester te Muntendam: dr. Ch. W. G. Mieremet, arts te Groningen (als deskundige). Hendrik je Prins, dienst bode te Tiipscompagnie, en Hendrik Kroe ze. timmermaai-aannemer te Muntendam. Als raadsman was verdachte toegewezen mr. Eissa Post. te Winschoten. Het O. M. heeft tegen verdachte 0 jaar gevangenisstraf geëischt. DR. J. SCHILT. Benoemd lot hoogleeraar aan de Yale University. De Goudsche Courant meldt: Onïe oud-stadgenoot dr. J. Schilt is be noemd tot professor in cle astronomie aan de Yale University te New-Haven (Connec ticut) U.S.A. Jan Schilt werd geboren te Gouda den 3öen Febr. 1891. Hij studeerde aanvankelijk te Utrecht, daarna te Groningen. De boeien de lessen van, maar bovenal de persoon lijke omgang met zijn leermeester wijlen prof. Kaptevn waren van beslissenden in vloed op zijn studierichting. In Juli 1921 promoveerde de heer Schilt te Groningen cum laude als doctor in de wis- en natuurkunde. Hierna werkte hij eenigen tijd aan de sterrenwacht te Leiden. Iu Aug. 1925 ging hij met een ..Fellowship" van het Education Board naar California waar hij op de sterrenwacht te Mount Wil son werkte met de bekende grootste kijker der wereld. Nog voor zijn promotie vond hij de Thermopile Microphotometer uit, die zijn naam draagt: een instrument om de helderheid der sterren te bepalen. Van zijn hand zijn verschillende belang rijke publicaties verschenen BRAND TE LAREN. Vrijdagnacht omstreeks huif drie is in de villa van den heer Roland Holst aan de Hoeflolaan te Laren brand uitgebroken. De brandlucht werd door liet dienstpersoneel waargenomen, dat de brandweer alarmeer de Een kwartier later was de brandweer ter plaatse, doch kon niet beletten dat de traven verdieping uitbrandde. De eetkamer cn garage bleven gespaard. Verzekering dekt de schade. PROF. DR. S. G. DE VRIES. Lijdende aan een borstkwaal. Men meldt ons uit Leiden Prof. Di. G. cle Vries, buitengewoon hooglecraar in de MiddeJeeuvvsche hand schriften aan de Leidschc Universiteit, is Zaterdagmorgen naar liet Diaconesscnhuis overgebracht ten einde daar teworden ver pleegd. De hoogteeraar is den laatsten tiid lijdende aan een vrij ernstige borstkwaal HET BIOSCOOPCONFLICT IN HET ZUIDEN Hel breidt zich voortdurend uit. Hel bioscoopconflicl in het Zuiden breidt zich voortdurend uil. Gisteren is als zeven de gemeente in het conflict betrokken de gemeente Oosterhout, waar de door B. en W. dier gemeente uitgevaardigde schorsing van de bioscoopvergunning in kracht van gewijsde is gegaan. Het aantal stopgezette bioscoopexploitaties is hiermee tot 19 ge stegen. ZIJDETEELT IN NEDERLAND. Een besluit van de Nederland- sche Zijdeteeltvereenlging. Naar de Nederlandsché Zijdeteeltvereeni ging. gevestigd te 'sGravenhage ons mede deelt is besloten tot het definitief invoeren van de zijdeteelt in Nederland. Dit besluit heeft men kunnen nemen in verband met de bijzonder groote belangstelling in alle oorden van ons land. De zijdeteelt kan thans begonnen worden in nagenoeg alle provinciën van ons land. De animo is dus danig. dat enkele deelnemers den wensch te kennen gaven, otri de teelt reeds op meer •groote schaal te willen aanvangen De medewerking van de Nederlandsche Heidemaatschappij te Arnhem. Directeur de heer Ir. van Lonkhuyzen heeft stellig er toe bijgedragen om een dergelijk spoe dig resultaat te kunnen bereiken. DE JUBILEUMSFEESTEN VAN DE GRENADIERS EN JAGERS. De Koningin zal do parade bijwonen. II. M. de Koningin heeft het voornemen, ter gelegenheid van de jubileumfeesten van de Regimenten Grenadiers en Jagers tegen woordig te zijn bij de parade op het. Malie veld cn bij de feestv oorstelling in het Ge bouw voor Kunsten en Wetenschappen. Hare Majesteit zal zich overigens bij en kele andere feestelijkheden doen vertegen woordigen. H. M. stelde voor enkele w edstrijden voor officieren, onderofficieren en manschappen enkele prijzen beschikbaar. DE STAKING TE ZAANDAM. Burgemeester ter Laan wil be middelen. Naar xvij vernemen heeft burgemeester K. ter Laan zijn bemiddeling aangeboden iu het conflict van «le Zaanschc homindusirit GEVEL INGESTORT. Twee personen ernstig gewond. Toen Vrijdag tegen den middag de mets* laars S. en C. uit4 Thorn bezig waren met het wegnemen van stutten bij de ve:bou- wing te «»ler. gemeente G ra Riem, kwam plotseling werking in een der gevels. Leni ge werklieden konden nog juist op tij 1 weg komen. Doch de metselaar S werd onder het neerstortende puin bedolven, terwijl de metselaar C. oen ernstige ribfractuur cpliép In zorgwekkende» toestand werd S. onder de puinhopen weggehaald en nadat geeste lijk cn geneeskundige hulp verleend was werd hij naar het hospitaalziekénhui.s to Roermond overgebracht, waar hij werd op genomen ter verpleging. Zijn toestand is levensgevaarlijk Cs toestand is tamelijk ernstig. UTRECHTSCHEWEG 10 - TEL. 179 AMERSFOORT De dankbaarheid is wel een plicht, welke men moet betrachten, maar niet een recht, dat men kan eischen. Naar het KngeJsch van A. T. QUILL12R—COUCH. F.cnig stilzwijgen toen ging Joe voort „Ik houd niet van vreemdelingen, niet (tteeen dat je zoo moeilijk met hen praten kim, maar 't zijn echte heidensche 'iui. Maar, Jasper, was het niet prachtig „Wat Joe „Wel, om den dokter die taal te hooren praten. Prachtig noem Ik het, maar hij is een geteerde, dat kan je niet tegenspreken, je moet maar niet zeggen, dat hij geen ge leefde is. Dat heb ik ook nooit iemand hooren zeggen". „Maar .Toe, ik geloof niet dat de man hem begreep" „Ach, dat doet geen een vreemdeling zc zijn zoo drommels dom. Hem begreep Ik zou er wel wat op durven verwedden dat hij alles begrepen heeft". Joe's meening kwam zoo noodlottig over een met wat ik zeker wist, dat ik mijn mond maar hield. „Een bewoner van hoe noemde hij dat land ook al weer, Joe „Mesopotamie „Ik kan niet precies zeggen of ik wel ren5; iemand uit die streek gezien heb, maar ze zijn allemaal gelijk. Die dikke vent was niet in de buurt toen mooie gezichten werden uitgedeeld. Van al de barbaren en moordenaars die ik ooit in mijn leven ge zien heb. Lei op mijn woorden, bij zijn begrafenis zal geen muziek gemaakt wor den". DIc scheen zoo onbetwistbaar, dat ik niet waagde hem tegen te spreken. „Ik ben nog niet zeker van dat wrak. Het was zeker dat schip dat ik gisteren heb zien dobberen cn als dat zoo is dan moeten daar heel wat lui aan boord geweest zijn. Jonathan, de kustwachter, kwam vanmor gen te Lizard cn zei dat hij een groot schip gezien had dicht bij de klippen, het was tegen middernacht of hij verbeeldde zich maar dat hij het gezien had want ten eerste is Jonathan een domoor en ten tweede was het pikdonker, dus al zweert hij dat er geen blauw licht te zien was. 't is niet waarschijnlijk dat iemand dat had kunnen zien en zeker niet een domoor als Jonathan. Maar daar kan je hem de schuld niet van geven, mcar het gouvernement1 één ontvelen man aan te stelle» en dan nog zulk een dwaas, om over een afstand van zeven mijten de kust te kunnen bewaken en dan in oen na ebt dat niemand een hand voor zijn oogen kon zien." „Wat was dat voor een schip, dat je ge zien hebt Joe „Een Oost-lndië-vanrder 7.011 ik 7.00 den ken. En een troep domme vreemdelingen aan boord zou je zoo zeggen aan de manier waarop het schip bestuurd werd ik heb zelf gezien hoe verkeerd het gedaan werd. Dus toen Jonathan met zijn verhaal aan kwam, toen dacht ik dadelijk, dat is het zelfde schip. Ofschoon he4, heel vreemd is dat hij niets gehoord heeft. Maar snugger is hij niet en dan moet hij zijn zeven mi.ten afleggen, er kunnen dus wel een dozijn schepen vergaan zonder dat hij in de buurt is." Nu waven we aan oe deur van l.antrlg gekomen en Joe zei mij gosden dag en liep de klip langs om te t'oikimbra verder nieuws op te doen. In plaats van dadelijk naar huis te gaan. bleef ik zijn kort. dwaas figuurtje nakijken cn ging toen een oogenblik op den t and van de klip zitten om even over het gebeurde na te denken. De zon was opgegaan en ver spreidde dien zachten gloed, die een eigen aardige bekoorlijkheid kan verleenen aan een herfstdag. Beneden strekte zich de zee uit met haar vlokken van schuim, die lang zamerhand al deinende de kust naderden, een zachte gloed verlichtte de klippen en het was of alles wat mij omringde, alles wal ik zag. klippen zoowel als de wolken daar boven. de fantastische beelden van den nacht verjoegen en de werkelijkheid van het heden mij deed twijfelen aan de avon turen die ik dien norM had beleefd. De oude doorgang zag er zoo bekend, zoo vreedzaam uit, het oude huis zoo gerust stellend. dat ik mij zelf afvroeg of er niet twee personen in mij leefden en ik nu weer terugkeerde tot de oude, alledaagsche on dervindingen. Plotseling herinnerde ik mij het pakje en den brief, ik slak de hand in mijn zak en haalde ze er uit. Het pakje bevatte een blikken doosje, met een leeren bandje of riempje er omheen: boven op, tusschen het riempje en het doosje, zat een merkwaar- dig stuk geel metaal, dat er uit zag als de helft van een broeksband of ceintuur, er was een gaatje in maar geen haak die er in moest passen. Fr stonden enkele-letters op. maar ik kon ze niet lezen. Het doosje Was heel zwaar en zag er 1 eel ijk uit en het leertje was doorweekt van het zeewater. En nu cte brief, het was een doorweekt stuk papier on in dien toestand onleesbaar. Ik streek het papier zorgvuldig glad en stak het tusschen het riempje cn keerde mij oru om het ergens weg te stoppen, want ik was zoo doodsbang voor den man die zichzelf Apollyon noemde, dat ik geen rust had zoo lang ik het bij mij had. Hoe zou ik het kun nen verbergen? Na eenig nadenken herin nerde ik mij dat er een paar losse steenen waren in den nu verlaten koestal Haastig, keek ik even om en kroop de keet of loods in. IK kon de steenen gemakkelijk losma ken. Na nog eens schichtig omgekeken le h-bbcn, duwde ik liet pakje in de opening kroop de keet weer uit ®n ging door de achterdeur het huis in. Mijn moeder was nl eenigen lijd op het was iui ongeveer negen uur en had het ontbijt klaar gemaakt /Aj zag nog bleek, maar toen ik binnen kwam klaarde haar gezicht op. Zij verwachtte zeker dat ik wat zeggen zou. Maar misschien zag ze iets in mijn oogen dat haar verschrikte, want loen ik niets zei begon zij te vragen. „Nu Jasper, is er wat gebeurd?" „Er is vannacht een schip vergaan tegen de Doodemans Rots. maar ze hebben niets gevonden behalve „Hoe heette dat schip?" „De „Marv Jane" of eigenlijk, ik weet het niet precies". Tot nu toe had ik er niet aan gedacht dat mijn moeder zou willen weten wat ik dien morgen had uitgevoerd Ik zou haar na tuurlijk. dat spreekt vanzelf, alles verteld hebben wat ik gezien en gehoord had, maar mijn angst voor den kapitein en voor de wecselijke gevolgen als ik eens te veel zei. kwamen mij met vreesclijke kracht in de gedachte. Ik had iets gehoord van de „Marv Jane van dien ongelukkige» John Ms ik misschien al te veel gezegd had! Ik boog mijn hoofd over mijn bord en was heel ver tegen. Na een akelig stilzwijgen, al zag ik de verbazing niet in de oogen van mijn moe der, toch voelde ik ze, zei ze- „Weet je het niet goed?' „Neen, ik geloof dat het de „Marv Jane geweest is. maar er werd ccn zeeman een vreemdeling, gered, ik weet niet of het een matroos was Oom Loveday heeft hem ge vonden en het scheen een vreemdeling te zij» cn hij zei ik geloof ik dacht dat het die naam was, maar Het werd al erger. Ik wist al weer geen raad meer en ik gjng maar door met eten Na eéii poosje keek ik op en Zag dat mijn moeder mij aankeek met een blik vol ver bazing. maar ook vol verwijt. „Was die man de eenige die gered werd?" „Neen dat wil zeggen, ik meen ja; ze vonden er maar één." Ik had nooit gelogen tegen mijn moeder cn ik kon het haast niet meer uithouden. De woorden bloven mij in de keel steken en haar droevige oogen vervulden mij mei wroeging „Jasper, lieve jongen, wat mankeert je? Waarom doe je zoo vreemd?" Ik probeerde verbaasd le kijken, maar ik moest het afleggen. AT deed ik nog zoo mij» best, ik scheen mijn oogen niet iu mijn macht te hebben; ik kon niet kijken iu die oogen, die mij zoo ernstig aanzagen (Wordt vervolgd).

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1929 | | pagina 6