IÉ WIJNHANDEL J.A,SCHOTERMAN &,?n. Gewas 1924 St. Emilion 11.40 f 56- REGEN KLEEDING HET ONBEREIKBARE ROOF DE DRIJFVEER? CHSNEESCH GESCHENK VOOR DE KONINGIN M'y Waar de begrafenis? N V. COMPAGNIE LYONNAISE EXPOSITIE Bontmantels, Middag- en Avondjaponnen ÜTR.STRAAT 17 - Gevestigd 1878 - TELEFOON 145 EEN DWAZE DECORATIE FEUILLETON. In kasten en laden heeft de no taris niet minder dan f 27,000 aan contanten gevonden De moord 10 den Haag VG r a v e n h a g c, 5 Nov. De justitie ta9t nog steeds in het duister, aangaande do vraag, wat de drijfveer is geweest van den verdachte \V. Kromhout van der Meer bij den gruvvelijken moord op de 72-jarige mevrouw Odem, die, zooals bekend, in haar woning aan het Bezuidenhout van het le ven werd beroofd. Reeds eerder deelden wij mede, zoo meldt de Haagsche Ct., dat Je politie meende een aanwijzing voor het motief van den moord te hebben In een door verdachte geschre ven, doch met den naam Blom ondertee kenden brief, waarin aan mevrouw Odem werd verzocht een tekort, dat bedoelde Blom, een achterneef der oude dame, bij de firma Hus had, te willen aanzuiveren. De vertegenwoordiger der firma Hus zou volgens dien brief met mevrouw Odem over het tekort komen spreken. Als verte genwoordiger verscheen toen... Kromhout van der Meer. Uit dat feit zou, naar wij vernemen, de juvslilie als motief voor den moord afpersing willen afleiden. Echter wordt er ook rekening mede ge houden. dat het motief voor den moord uit sluitend roof zou kunnen zijn Deze veron derstelling vindt haar «rond in het feit, dat bij bet ingestelde justitieele onderzoek is gebleken, dat mevrouw Odem die slechts het vruchtgebruik van het kapitaal van wijlen haar echtgenoot had in tegenstel ling met de verwachting een zeer groot f"e- drag aan baar geld in huis had. Do vondst van don notaris. Naar wij verder vernamen, vond de no taris, die direct na hel vreeselijk gebeuren, een inventaris lijst van het moordhuis op mankte, in alle mogelijke kasten en laden een bedrag van totaal 27.000 aan contan ten. dat de oude dame blijkbaar van de aan haar uitgekeerde gelden had weten over te sparen. Ingeval aangetoond kan worden, dat de aanwezigheid van dit vele geld, hetzij via Blom, hetzij op andere wijze, aan Krom hout van der Meer is bekend geweest, dan zou dit voor hem een zeer bezwarende om standigheid vormen. Zijn voornemen tot roof zou clan alleen verhinderd zijn door de omstandigheid, dat Fientje Holstein, de huishoudster, ontijdig tusschenbeiden kwam. Het justitieel onderzoek duurt nog steeds voort. Verdachte blijft doorloopcnd hardnekkig ontkennen, schuldig te zijn. 'Aangeboden door den majoor der Chineezen te Batavia Een kostbaar fcorduurwerk 's-G r a v e n h a g e, a Nov. Gisteren is, naar wij in het Hbld. lezen, aan den secre taris ten Paleize aan het Noordeindc afge geven namens den heer Khouw Kim An, majoor der Chineezen te Batavia, een ge schenk voor de Koningin een persoonlijk cadeau van genoemden heer, dat echter ook moet worden beschouwd als een bewijs van de trouw van allo C.hineosche onderdanen jn Noderlnndsch Indic tegenover onzo Ko ningin. Het geschenk is een kostbaar bor duursel, vervaardigd door vrouwen te de heer KHOUW KIM AN, majoor der Chineezen te Batavia. Shanghai, het geheel omlijst door een ge heel uit de hand gesneden encadreering, die een meesterstukje is van Chineesche werk lieden to Bataviu. Op het borduursel komen o rn. eonigo Chineesche letterleekcns voor, die achtereenvolgens beteekenen: dc linker letters „Khouw Kim An, majoor van Bata via. de middelste letters „eeuwig blljve Ne derland machtig', de rechtsche letter? „ter herinnering aan een lang leven van dc Ko nlngin, 31 Augustus 1929". Uit dien datum kan vermoedelijk de gevolgtrekking worden gemaakt, dat het huldeblijk tevens is be doeld als een verjaarsgeschenk voor H.M De heer Khouw Kim An, groot vriend van Nederland en de Nederlanders, toefde, aldus het blad, twee jaar geledon eenigen tijd hier te lande en werd (oen door de Koningin in audiëntie ontvangen. Na zijn terugkeer te Batavia sprak hij steeds op geestdriftige wijze over dit mooie oogenblik in zijn le ven. Met het overbrengen van het geschenk naar Nederland heeft zich, op verzoek van den schenker, de heer A. Zimmerman be last. STRIJD OM EEN LIJK De vader tegen de vrouw met wie de overledene samen leefde. VOOR EEN PROFESSORAAT IN DE JOURNALISTIEK. VG ravenhage, Nov. Naar dc Tel. verneemt heeft iemand, die nog onbekend wenscht te blijven, toegezegd, ccn fonds be schikbaar te stollen, voor dc oprichting van een bijzonder professoraat aan een onzer universiteiten, ten behoeve van die studen ten, die zich in de journalistiek wcnschon te begeven. Het moet in de bedoeling lig gen dit professoraat zoo mogelijk aan de Leidsche universiteit te verbinden Studen ten, die in de rechten studeeren, zullen dan in do gelegenheid zijn ook economische ken nis op te doen, terwijl zij al eenigszins ver trouwd gemaakt zullen worden met dc eischen en problemen, die aan het uitgeven en redigeeren van een courant verbonden zijn. GEMEENTE-ONTVANGER VAN GRONINGEN. Groningen. 5 Nov. Gisteravond heeft de gemeenteraad van Groningen benoemd lot gemeente-ontvanger de inspecteur-ad ministrateur van politic G. de Jager te Gro ningen. UTRECHTSCH~7VE3 10 - TEL. 179 AMERSFOORT Op Woensdag 16 Januari 1.1. overleed de heer Xeen Joodsch ingezetene van Am sterdam, die samenleefde met een niet- Joodsche dame. Eerst den volgenden Vrij dag vernam de vader, met wien do overle dene gebrouilleerd was, dat zijn zoon Woensdag tevoren was overleden en dat de vrouw, met wie hij had samengeleefd, de begrafenis besteld had tegen den volgen den Zaterdagochtend op een niet-Joodsche begraafplaats. De va dei' wendde zich daar op ijlings tot mr. M. Schorlesheim, advo caat en procureur te Amsterdam, en deze vorderde in kort geding voor den vice-pre sident der arrondissements-vechtbank Ie Amsterdam mr. De Jongh, namens den vader het lijk van diens zoon op, teneinde dit in overeenstemming met zijn traditio neel Joodsche gevoelens den volgenden Zon dag op een Joodsche begraafplaats te doen begraven. De president ontzegde den eischer zijn vordering (zoodat de begrafenis op een niet-Joodscho begraafplaats toch doorging), op grond hiervan dat weliswaar door mr. Schorlesheim namens den vader was aan gevoerd dat de vrouw geen recht op hel lijk had, als zijnde niet wettig gehuwd met den overledene, cn dat de vader als eerste rechthebbende terecht het lijk opvorderde, en hoewel ook door den overledene niet op lechlsgeldlgo wijze beschikt was omtrent de manier waarop hij begraven wenschte te worden, in ieder geval toch naar het oor deel van den president de wil van den overledene geëerbiedigd moest worden en laatstgenoemde zich blijkbaar niet verzet zou hebben tegen een begrafenis op jen niet-Joodsche begraafplaats, daar hij im mers de banden met zijn familie verbroken had, juist omdat hij met een niet-Joodsche \rouw ging leven Tegen deze beslissing is indertijd door mr. Schorlesheim hooger beroep nangetee- lcend bij het gerechtshof te Amsterdam en op 20 Januari a.s. zullen de pleidooien in deze zaak worden gehouden. Voor den vader treedt op mr. Schorles heim: voor de vrouw mr. Parser. Het sureekt vanzelf, dat hot hooger be roep alleen de bedoeling heeft crchad, een principicele beslissing uit te lokken. L'HIRüNüELLE R. K. van Rossum 161 IS L G EST HA AT BIJZONDER AANBEVOLEN per flesch per anker Een blos van schaamte over zóóveel gouvernement teel misverstand He'eoe Swarfb ridc'er POGING TOT OMKOOP1NG VAN EEN RECHTER. Een niet ailodaagsch geval. Ken niet alledaagsch geval heeft zich on langs voorgedaan: een zuivere poging tot omkooping van een rechter, vertelt het Mbl. v. Ber en Reel. Een stiefvader van een meisje, dat wegens fouten in haar le vensgedrag door den kinderrechter In een Observatichuis was opgenomen, doet aan dien kinderrechter schriftelijk het volgende loyale aanbod „WtlKd. Heer, als U mij kan beloven als dat Anna vrij komt, dan krijgt u van mij direct 50 gulden al is het vanavond cn dan kunnen wij later nog wel eens zien'. Pogingen tot omkooping van rechters zijn uiterst zeldzaam in ons land en het is daarom wel de moeite waard deze poging (uitgaande van een klein logementhouder) te publiceeren. De behandeling van dit aan bod door den betrokken kinderrechter geeft aanleiding om te vermoeden, dat althans deze logemtenhouder zich in het vervolg niet opnieuw op dergelijke manier vergrlj pen zal. PROF. MR. P. A. DIEPENHORST. Zilveren ambtsjubileum. Amsterdam, 5 Nov. Het eerste Ka merlid, prof. mr. P. A. Diepenhorst, zal ter gelegenheid van zijn zilveren ambtsjubi leum als hoogleeraar aan de Vrije Univer siteit Maandag IS November a.s., 's middags van 35 uur in het Vondelpark-paviljoen te Amsterdam recipieeren, op welke receptie hem ook door zijn vrienden en vereerders een huldeblijk zal worden aangeboden. Met hartelijke instemming nemen wij de scherpo kritiek over, die „De Vrijheid" los laat op de manier waarop onze Regeering een groot dichteres heeft meencn te moeten eeron. De titel luidt „onze onkunstzinnige tegecring', en de hoofdredacteur schrijft dan aldus: Een zachtzinniger titel wil ons niet uit de pen, nu wij, met een blos van schaamte over zooveel gouvernementeel misverstand cn onverstand, met een telkens opnieuw oplaaiende verontwaardiging over een zoo algeheel gemis van onderscheidingsverrao gen, kennis genomen hebben van het feil, dat men Hdlène Swarth, „het zingende Hart in onze letterkunde" (Kloos) „de eerste Nederlandsche vrouw van den modernen lijd, die waarachtig dichteres was" (N, Rott. Ct.), op haren zeventigsten verjaardag heeft durven benoemen tot ridder in de Orde van Oranje Nassau. De laagste eenigs zins ordentelijke decoratie, die zelfs ambte naren zonder zweem van talent vrij spoedig als vanzelf ten deel valt, als zij maar tot een bepaalde categorie behooren, wordt in ernst beschouwd als een vereerende onder scheiding voor de vrouw, die met Henriötte Roland Holst onze grootste dichteres is, niet slechts van dezen tijd, maar sinds et- telijko eeuwen. Is het wonder, dat de aan wezigen, die op 25 October burgemeester Palijn zich van zijn geenszins benijdens waardige taak hoorden kwijten, aan een verspreking en vergissing dachten, zoodat zelfs aan den verslaggever van het Corres pondentiebureau, die het aanstonds geloof de, werd medegedeeld, dal „ridder" natuur lijk door „officier" vervangen moost wor den? O zeker, in het land, waar de heer Braat sinds jaren op de Leeuw mag bogen, ware de onderscheiding, welke de vereer ders der dichteres zelfs in het in gouver- nementeelo kringen afgrijselijk-onkunstzin- nige Nederland toch nog wel van onze re geering meenden te mogen verwachten, veel minder geweest dan deze kunstenares toekwam! Nietwaar?, haar naam zal met haar beste werk voortleven als tal van per sonen, wier borsten wel lintjes-étalages lij ken, totaal vergeten zullen zijn. Wij zullen hiervoor overigens niet al leen den nieuwen minister van onderwijs, kunsten en wetenschappen verantwoorde lijk stellen; deze, wellicht op zijn speciaal gebied zeer bekwame, man is als bewinds man homo novus en zou ondanks zijn Cal vinisme waarschijnlijk wel tot een hoogere onderscheiding zijn medewerking hebben willen verleoncn als oudere en meer gerou- lineerde ministers hem gesuggereerd had den wat in casu plicht der regeering was. Nog minder stellen wij de, trouwens niet verantwoordelijke, ambtenaren der afdee- ling „Kunsten en Wetenschappen" aanspra kelijk; zij weten uit de tijden van minister Do Visser mede te spreken van zuiverder en ruimhartiger waardeering van de kun6t en vermoedelijk zullen niet zij het geweest zijn, die met mal traditioneele, pietluttig- bekrompen bedenkingen kwamen tegen het bevorderen van ecu benoeming van eon groote dichteres totneen, maar, hoe haalt men het in zijn hoofd, zoo iets ge weldigs alsofficier in de Orde van Oranje Nassau. Door een dwaze decoratie als deze bla meert do regeering, die helpt verleunen, zichzelve, zij blijkt elk onderscheidingsver mogen te missen en, naar Heines woord, interessante inspeten onder eon loupe, In drukwekkende cn statige verschijningen door den verkeerden kant van een tooneel- kijker to beturen. Het Is eigenlijk zielig. Maar zou In eenig ander land (behalve dan misschien In het anti Vlaamsche Beigiè, voorzoover de groot-Ne.iorlandsche dichters betreft) een begaafd kunstenaar (kunstena res) zoozeer achtergesteld worden bij tal van lieden, die In 'het cultuurleven der na tie allerminst met hem (haar) in één adem kunnen worden genoemd? NA DE STAKING IN DE ZAANSCHE HOUTINDUSTRIE. Gratificaties aan politle-ambtonaren« B. en W. der gemeente Zaandam stellen den raad voor aan den commissaris van politie, den inspecteur van politic Van der Giescn en den majoor der Rijksveldwacht een gratificatie te verleenen, ieder groot 500, voor bewezen buitengewone diensten in de periode April tot October. Bij het voorstel merken B. en W. op, dat de politio gedurende de staking een zeer zware taak heeft gehad. Behalve, dat de arbeid zeer ingespannen was, moest veel overwerk worden verricht. Voor de lagere politieambtenaren is dat laatste, vergoed door betaling van overuren, doch voor de hoogere ambtenaren was dit krachtens do bestaande regelingen niet mogelijk. Mei het oog op de ond'rlingf verhou dingen meenen B cn W. ook aan het hoo gere politiepersoneel eenige vergoeding te moeten toekennen. ERNSTIGE FABRIEKSBRAND. Moeilijk te bereiken terrein. Zaandam, 5 Nov. Te Zaandam heeft hedenmorgen een felle brand gewoed in de kisten- en houtwolfabriek van den heer J. G Blees, in het Westzijdervcld, bewesten de spoorlijn Zaandam—Alkmaar. Het ter rein van den brand was uiterst moeilijk te bereiken. De brandweer zag zich verplicht de motorspuiten op schuiten te plaatsen, om op deze wijze het vuur te naderen In middels hadden de vlammen snel om zich heen gegrepen en was aan de fabriek voor al aan het voorgedee'te ernstige schade toe gebracht. Door de gunstige windrichting bleven de houten opslagplaatsen gespaard. Met behulp van arbeiders uit de omliggen de zagerijen kon nog eenig materiaal wor den gered. Gebouw en inventaris waren verzekerd. Stort ook de sterkste tronk vermolmend neer, zijn sterker zelf leeft voort in nieuw gowas. VAN EEDEN. (BEYOND) door JOHN GALSWi RTHY voor Nederlanl bewerkt door J. KUYLMAN. 44 Een lichte beving doortrilde haar, doch zij gmg vooi', cn zette zich zoo, dat zij het kind kun zien. Roseck bleef op haar neer staan kijken; zijn kalmte, do zocto ernst van zijn goedgevormde lippen, zijn smette loos dandyisme wekte bij uyp een soort van onwillige bewondering. „Wat is er?" zcide zij. „Nu. v.vil goeds is het niet, vrees ik. Er moeten dadelijk maatregelen genomen wor den. Ik heb al geprobeerd de zaken te rege len, maar het is onmogelijk de dingen te laten zooals ze nu staan. Men dreigt zclls dit huis te verkoopen." Met een gevoel van groot onrecht dat haar aangedaan werd, riep Gyp uit: „Mear bijna alles wat hier is, behoort aan mij! Roseck schudde het hoofd. „Het huurcontract staat op zijn naam u bent zijn vrouw. Ze zijn hiertoe gerech tigd, dat verzeker is u*' Iels.als een scha duw trok over zijn gezicht, en hij voegde erbij: „Ik kan hem, momenteel tenminste, niet meer helpen. Gyp schudde het hoofd. „Neon natuurlijk niet! U halt hem heelemaal niet moeten helpen. Ik kan niet duldenHij boog, en zij zweeg be schaam „Hoeveel is hij u, alles bij elkaar schuldig?" „Ongeveer dertienhonderd pond. Dat is natuurlijk wel zooveel niet, maar er is nog iets anders „Iets dat nog erger is?" „Ik aarzel om het u te vertellen; u zult misschien weer denken, dat ik er munt uit probeer te slaan. Ik kan uw gedachten, zeer goed lezen, ziet u? Ditmaal zou ik voor geen geld ter wereld willen hebben, dat u zoo dacht." Gvp maakte een lichte beweging, alsof zij zijn woorden van zich zette. „Neen, vertel het mij, alstublieft" Roseck haalde de schouder* op. „Er is iemand, Wagge genaamd, een be grafenisondernemer de vader van iemand die u wel kent „Daphne Wing?" „Ja Er moet een kind komen. Zij hebben het uit haar weten to krijgen. Natuurlijk beteekent dat het verbreken van haar ver bintenissen m van nog andere dingen." Gvp lachte even, cn zcide toen langzaam: „Zoudt u mij kunnen zeggen wat die me neer Wagge kan doen?" Weder haalde Roseck de schouders op. „Hij gaat vreeselijk te keer cn iemand van zijn stand dit dat doet, is gevaarlijk Er zal massa geld noodig zijn. denk ik misschen zal er nog bloed vloeien." Hij ging snel naar haar toe, en zeide zeer zacht: „Gyp, het Is nu een jaar geleden dat ik je dit vertelde. Toen geloofde je me niet. Ik zei je toen ook, dat ik jo liefhad. Nu heb ik je nog honderdmaal meer lief! Neen, ga niet heen. Ik ga nu 'naar boven, naar Gu- stav." Ilij wendde zich om, en Gyp dacht dat hij werkelijk ging, doch hij bleef staan en kwam terug voorbij het venster. De uitdruk king van zijn gelaat was geheel veranderd, zóó hongerig, dat zij een oogenblik mode lijden met hem had. En dit moet zich op haar gelaat hebben afgeteckcnd, want plot seling vatte hij haar aan cn trachtte haar op de lippen te kussen; zij worstelde hevig tegen, zoodat hij enkel haar keel kon be reiken, doch deze kuste hij dan ook harts tochtelijk. Terwijl hij haar plotseling los liet, liet hij het hoofd hangen en ging heen, zonder haar verder aan te kijken. Gyp bleef verslagen cn werktuigelijk zijn kussen met den rug van haar hand van haar keel staan vegen, en dacht: „Wat heb ik toch gedaan dat hij mij zóó durft behan delen? Wat héb ik dan toch gedaan? Er kwam geen antwoord En er laaide een groote woede tegen dc mannen in haar op toen zij daar stond, haar tuinhandschocnen verfrommelende, en zich op de lippen bij tende die hij had willen kussen. Vervol gens ging zij naar haar schrijftafel, nam haar adresboek en zocht den naam op: Wing, 88 Frankland Street Fulham Na haar taschje van de leuning van den stoel tc hebben genomen, stak zij er haar chèque- boek in. Vervolgens zorgdragende geen ge rucht te maken, ging zij naar de vestibule, nam haar parasol, en ging heen, na de deur geru ischloos tc hebben gesloten. Zij liep vlug naar Baker Street. Haar tuin hoed was goed genoeg, maar zij was uitge gaan zondpr handschoenen en moest don eersten den besten winkel binnengaan om een paar te koopen. Bij het kiezen hiervan vergat zij haar emoties voor het oogenblik. Toen zij weder op straat kwam, kwamen zij even bitter als ooit terug. En 't was zulk een schoone dag, de zon zoo helder, de lucht zoo blauw, de wolken verblindend wit; boven van haar omnibus kon zij al de schittering er van zien. Voor hoar herinne ring rees het beeld op yan den man, die op haar eerste bal haar arm gekust had. En nu dit! Doch door haar woede mengde zich een zeker onwillig medelijden en me degevoel met dat meisje, dat dwaze, suiker- boonen-mcisje, dat in dien toestand was gebrachtdoor hóar man. Deze gevoelens schraagden haar gedurende die reis naar Fulham. Bij den dichtstbijzijnden hoek stapte zij af. ging een tamelijk breede straat in, vol smalle, grijze huizen tot zij aan nummer achtentachtig kwam. Op die pas geschrobde stoep, terwijl zij wachtte dat de deur zou worden geopend, wendde zij zich bijna om, om te vluchten. Waar was ze eigenlijk precies voor gekomen? De deur werd geopend door een dienst meisje met een slordig japonnetje aan. Schanenvleesch! De lucht van schapcn- vleeschdaar was het, juist zooals het meisje gezegd had! „Is juffrouw Juffrouw Daphno Wing thuis?" Met die eigenaardige. ..ik kan er verder ook niks an doen" soort van stem, die men zoo vaak bij dienstboden in onaanzienlijke huishoudens opmerkt, antwoordde het meisje.: „Jawel; juffrouw Deisey is thuis. Moet u haar spreke? Wie mot ik zegge, dat er is?" Gyp haalde een kaanjo voor don dag. Het meisje bekeek het, en vervolgens Gyp, cn toen naar twee bruin geverfde deuren. Na dat zij de eerste geopend had, zcide zij: „Gaat uwes zitte ik zal d'r eve hale." Gyp ging binnen: In het midden van wat klaarblijkelijk de eetkamer was, trachtte zij het trillen barer ledematen en een ge voel van onpasselijkheid te onderdrukken. Do tafel, waartegen zij met de hand leun de, was bedekt met groen saai, zonder twij fel om te voorkomen dat de vlekken van het schapenvleesch in het hout drongen. Op het mahoniehouten buffet stond een olie- en azijnstel en een groene schaal met erg roode appels. Een bamboo vuurscherm, met witte en gelo margueriten beschilderd, stond voor de haardruimto, dio opgevuld was met roodgeverfd pampa-gras. De stoe len waren rood marokijnleer, dc gordijnen bruinachtig rood, de wanden groen, en aan deze wanden hing een stel afdrukken van schilderijen van Landseer. De eigenaardige gewaarwording, die rood vermengd met groen teweegbrengt bij degenen die zeer ge voelig zijn, maakte Gyp's onbehagelijkheid nog grootcr. En plotseling vielen haar oogen op een donkerblauw porseleinen kommetje. Het stond op een zwart standaardje op den schoorsteen, met niets er in. In deze kamer van groen met rood, waar do lucht van schapenvleesch binnentrok, was dit kjra- metje voor Gyp nis een ademtocht ui* een andere wereld. Daphne Wing niet Daisy Wagge had het voorzener hier neerge-<- zet! Het trof Gyp als een embleem van ver stikt schoonheidsgevoel, als een zinnebeeld van al w„t het meisje nu biina een ianr geleden op dien Augustusmiddag in haar tuin voor haar had trachten uit te storten. Fijn Oostersch porselein, goed en werkelijk mooi. Wonder dat men toelief dat het deze kamer bezoedelde! (Wordt vervolgd.)

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1929 | | pagina 6