AH ERSFOOKTStöH DAGBLAD
OPENING
van het Voorjaarsseizoen
Woensdag 19 Maart 1930
..DE EEMLAINDEQ'
28e Jaargang No. 221
DE R.K. JONGEREN EN DE POLITIEK
,DE GEMEENSCHAP"
EN Mgr. NOLENS
„Wij zijn maar gajus"
*N. V. COIVIPAGNIE LYONNAISE
FEUILLETON
EEN ZOMERZOTHEID
TWINTIG MILLIOEN TEN
ACHTER
Ook elders grijpt de
justitie in
Wij maken Uw oude Kapok
matrassen als nieuw op
tegen billijk tarief.
VRAAGT INLICHTINGEN
DE FAAM, Langestraat 2 en 5
Jan Engelman en Albert
Kityle spreken te
Arnhem
De Roomsche Staatkundige kringen wor
den den laatsten tijd fel gecritiseerd door
de Roomsche jongeren. Verschillende scher
pe bijdragen in „De Gemeenschap" wij
herinneren aan de verzen van Gerard Wij-
develd naar aanleiding van de ..Maasbode
kruistocht" en mgr. Nolens' houding en
he* vlugschrift „Hagel en Vuur" leggen
dairvun getuigenis af.
Maandagavond hebben te Arnhem Jan
Engelman en Albert Kuyle, beiden redacteur
van „De Gemeenschap" gesproken voor de
sectie „De Jongere Gedachte" van „Geloof
rn Wetenschap." Aan liet verslag in „De
Tijd ontleenen we het volgende:
Inleiding Jan Engelman.
l>e heer Jan Engelman begon met te zeg
gen, dat het thans tijd is. dat ontbranden
meet wat werd versteend en neergedrukt in
vreeze onder de Katholieken.
Het goede, mooie leven, dat charmo aan
diepte weet te paren, dat leven kent men
op het oogenblik eigenlijk niet meer tus-
schen de Dollar en de Schelde. Maar er zijn
dichters, die uit dit vergroeien van het gees
telijke iets gered hebben, die weten dat het
volk een gevoel heeft van lief te hebben, en
er is ontgoochelingSpreker komt dan
tot het geven van een historisch overzicht
van Nederland, vanaf de Reformatie, en
vestigt daarbij vooral de aandacht op de
emancipatie der Katholieken, sprak van een
sfeer van verdrukking, die bestond, en een
ontkomen eraan. Wij Katholieken, zeidc
spreker hebben evenals altijd iets eigens
te geven, in het politieke leven.
„Wij moeten iets polemisch hebben, aldus
citeerde spreker Willem Nieuwcnhuis, „wij
moeten hebben het bloed en vaak ook den
bek van den waakhond." Er moesten thans
aan de poortpn der katholleko emancipatie
twee namen staan: van Sehaepman, maar
ook cn niet minder dan Alberdingk Thijm,
die iets fijners en tegelijk iets fellers wilde
van de katholieken. We moeten niet prat
gaan op het erfdeel van Sehaepman, en
tegelijkertijd Thijm begraven, terwijl we
den grond vaststampen met onze klompen
der botheid. Wij, de jongeren, willen Hol
land terugschenken een blij, gelukkig on als
God het wil, Katholiek Cultuurleven. Er was
aanvankelijk wantrouwen, beduchtheid
voor de smettende kracht der politiek.
Daarmee echter hebben gebroken de Nieuwe
Eeuw, de Valbijl, Roeping, De Gemeenschap
en andere. De aandacht der jongeren gaat
waarachtig wel verder dan de kunst en de
literatuur. Zij zien dat er iets moet gebeu
ren, en wil men toenadering, dan van
twee zijden.
Spr. zeide te zoeken, met een aantal jon
geren, naar de beste maar vooral de snelste
wegen ter verbetering. Men is ontevreden
over de politieke voormannen. Daarom die
geest van critiek op het beleid der jongeren.
Om in het gowenschte tempo die daden te
stellen, die do kath. jongeren cischen in
politiek, acht spreker en de zijnen de R.K.
Staatspartij te traag. Er zijn elementen, die
oprechter willen, en naar zuiver katholie
ken geest. Want een feit is het toch. dat de
Kamerfractie een leider heeft, wiens eerste
roeping het is, heidenen te bckeeron, en die
nu in zijn functie de heidenen niet
laat bekeeren! God laat men beleedigen in
het openbaar, dat schijnt in ons land
te mogen het is niet strafbaar, omdat
God geen rechtsgeldige Persoonlijkheid
was. Onze voormannen lieten liet toe, en
waren zwijgzaam.
Gerard Wijdcveld schreef een hekeldicht
tegen Mgr. Nolens. Hij hekelde concrete za
ken in concrete woorden; hij deed dit onder
invloed van hot zoo juist gepasseerde. Wij
zijn nu eenmaal van meening, dat onze
voormannen niet voldoen naar zuiver ka
tholiek inzicht. Zij hebben tegenover ons 13
bewijzen, goed te hebben gedaan óf heen ta
gaan En we zullen gelijk hebben, over tien
jaar misschien, maar 't gebeurt.
Spr. noemde het een fout, dot de persoon
van Mgr. Nolens voor zijn aanhang iets
werd als een legende. Wijdeveld heeft zijn
hekeldicht, jammer genoeg, herroepen, want
hij had gelijken toch ging men den
legcndarischen persoon van Mgr. Nolens
eerherstel brengen voor de beleediging hem
aangedaan, alsof hij het H. Sacrament des
Altaars zelf ware- Duizenden hebben ge
voeld. in dezen tijd van rationalisatie in de
bedrijven, nu de werkman hoogstens een
verlengstuk der machine is of minder dan
dat, dat er door de jongeren een mecning
werd gegeven, die reeds groeide en niet
werd uitgesproken. Waarom deed Nolens
wat hij deed, de anderen wat zij deden, onze
voormannen? Spr. verzet zich tegen dit
oude, zoekt oprechtheid cn sluit zijn inlei
ding met de woorden, u zult er meer van
hooren! Zij zullen over ons loopen! Wij zijn
te veel gewaarschuwd! (Applaus).
Toelichting Albeit Kuyle.
Kuyle beperkt zich tot het aanhalen van
voorvallen in een groot-bedrijf. Hij noemt
de onderwijs-spccialiteit van Philips, dr.
Bonebakker, die een hoekje schreef over de
onderwijsmethoden bij de Philipsfabrieken?
Hot werkje ziet er aangenaam en welwil
lend uit, maar het is grof.
Is dit berekende kwaadwilligheid0 Het
zijn alleen maar egoisten, die enkel rekenen
kunnen, voor wie de kinderen niets van
het schoons hebben van 't jonge leven, maar
slechts een nummer zijn. Men spreekt van
Philips-ouders. Dergelijk fabriekspersoneel
is slaaf. Men eet voor de heeren. men werkt
voor de heeren cn ten slotte baart men voor
de heeren. Kinderen worden productief ge-
maukt ^or do gloeilarapenfabricage, ca ze
halen op li-jarigen leeftijd met de zweep
er achter een aardig stukloon.
Het boekje klopt!
Men krijgt er geen speld lusschen, maar
deze religie van gloeilamp-training, in het
leven geroepen daar, waar men het centrum
kent van een katholiek leven, dat er door
ontkerstend wordt, is funest. Maar er zijn
mannen in het leven, die dit alles aan
gaat... Die hierin wat uitwerken kunnen.
Van hei) vragen de jongeren de daad
Naar aanleiding van hel gesprokene ont
spon zich een fel debat Verschillende spre
UT3HCHTSCHZWEG 10 - TEL. 179 - AMERSFOORT
Een \ast besluit geeft richting, houding
on kracht.
door
CISSY VAN MARXVELDT.
Geen nood, geen nood," zei Gerrit Jan.
„Behalve dat ik even het geheim moet oan-
tippen, zullen mijn lippen verzegeld zijn."
Herrit Jan grijnsde. .Figuurlijk natuurlijk.
Ga je al weg?"
'a, wat heb ik hier nog verder te ma
ten? Die zelfverheerlijking van jou laat me
koud."
„Zeg e Robbert," zei G. J. onaange-
daan, „ik vind Erica geen meisje, dat door
n'ijn latere naamverandering bcinvloed
worden zal. Vin jij wel?
,A\ at weet ik daarvan?"
Nee, ik dacht soms, jij praat toch ook
bijna elke morgen met haar.
„Ja, ik praat eiken morgen met haar. En
dan hebben we het over de liefde cn het
materialisme. Is 't nou goed?"
„Ik geloof dat je een beetjo uit je humeur
bent RobbcrtS"
„Och kerel, schei uit. Je verkoopt zoo'n
miserabele onzin, ik word er wee van/'
„Is bet. onzin, dat ik Erica liefheb?'' Ger
uit Jan keek onthutst.
„Stel je niet aan asjeblieft." Robbert liep
haar de deur. De vloer kraakte
„Wensch je me geen succes?"
Ik geloof niet, dat ik Erica zoo'n wankele
ridder mag (oewcnschcn, als jij bent.'* Rob
bert draaide de deurknop om.
„Waarom niet?'*
„Heb je niet onlangs beweerd, dat je Lcnic
ook zeer de moeite waard vond?"
„Ja, tusschon die twee schommelde mijn
hart. Vrij uit het Fransch vertaald. Rob
bert. Maar nu weet ik toch wel heel zeker,
dat het Erica is. Nee, dat is in orde," zei
Gerrit Jan.
Robbert antwoordde niet meer. Dc deur
viel met een slag nenter hem dicht. Gerrit
Jan sloeg zijn eene zijöesokte been over het
andere. Hij leunde tegen do. tafel. Hij dacht:
„Ik heb wel goed geraden. Die kleine Erica
laat onze Robbert ook niet onverschillig.
Maar ik zal toch vanavond mijn kansen wa
gen." Hij zag voor zich Erica's stralende
haar, Erica's stralende oogen. Hij stelde zich
voor, hoc ze hour haar tegen zijn kin zou
wrijven cn haar handen langs zijn gezicht
vleien zou. Een koude rilling kroop langs
Gerrit Jan s rug. Als dit bovenaardschc go-
luk hem ten deel mocht vallen Hij kwam
met een schok tot zichzelf, doordat dc gra-
mofoon jubelde:
You arc my dear little princess
You are the queen of my heart
Gerrit Jan neuriede valsch en blij:
You are my dreamlike fairy
And we 'll never, never part.
Hij opende do detir naar dc hall. Paul en
Hettie dansten. Gerrit Jan ging op ecu trap-
tree zitten. Ilij keek Tiaar de sleepende bos
ton Hij zag zich Q.I met Erica dansen. Hij
zou zacht voor haar zingen. Jammer dat
zijn stem kraste en dat hij geen wijs houden
kon.
Youd are my dear little princess
You are the queen cf my heart...
Een prachtige introductie voor wat hij
kers verklaren teleurgesteld te zijn. Zij had
den verwacht meer concrete plannen tc ver
nemen.
Do heer Engelman zeido bij zijn beant
woording nog, dat hem uit het debat was
gebleken, dat hij in een veel te fatsoenlijke
vergadering was aangeland cn verklaarde
dat de jongeren slechts behooren tot de re
dactie van een tijdschrift, en geen ander
wapen hebben dan dc pon.
Wij zijn inaar gajus, zegt spreker, maar
ook bij dat gajus is soms kern van klare
genade aanwezig. Meermalen zijn er van
dat soort stimulansen uitgegaan voor hen,
die doden aan de praktijk van het leven.
Wij jongeren, hebben geen notie van wat
u, dames en heeren onder praclisclio poli
tiek verstaat.
Over Wijdeveld's gedicht tegen Nolens
wilde spreker maar zwijgen.
Dc heer Ruyler (één der debaters): „Da's
verstandig. Maar kunst moet toch waar
zijn?"
Dc heer Engelman: „Over kunst spreek ik
met u niet."
De heer Ruyter: „Nu zijn we er!"
Geroep „Vandaar het woord debat."
De heer E.: „Wat wilt u dan? Een poëti
sche beschouwing over kunst, of zoo iets?"
Een stem- „Spaar ons heer!" (Rumoer).
(Voorzitter hamert).
„Klaarheid gcwenscht"
De Maasbode teekent onder het opschrift
„Klaarheid gcwenscht" bet volgende bij den
avond te Arnhem aan:
Gisterenavond zette Jan Engelman te
Arnhem uiteen, wat de mannen der „Ge
meenschap" op politiek gebied eigenlijk
willen.
't Kwam voornamelijk neer op onmiddel
lijk ingevoerd medezeggenschap der arbei
ders en een sterk gezag.
Meer concreets kregen wij niet te
hooren; ook geen inlichtingen over de wijze,
waarop deze wenschen a la minute dienden
te worden verwezenlijkt.
Dit zouden wij aan de „Gemeenschap"
nog niet zoozeer als een grief willen aan
rekenen.
Ook een meer vage en theoretische critiek
kan een zeker recht cn wel degelijk haar
nut hebben.
Maar in zeer hooge mate betreuren wij
één woord door Jan Engelman gesproken.
Hij betreurt de herroeping van het ge
dicht tegen Mgr. Nolens.
En in het debat verklaarde hij hierover
niet in dicussic te willen treden met iemand
die geen kunst verstaal.
Naar onze meening kan alle kunst hier
buiten beschouwing blijven.
De zaak is zoo simpel mogelijk.
Nemen wij slechts één punt uit het .ge
dicht.
Het staat vast. dat in den tweeden regel
aan Mgr. Nolens iets wordt verweten, dat is:
lo. buitengewoon grievend voor een poli
tiek Iëider.
2o. naar ieders overtuiging «laar be
staat geen mceningsverschil over bij vriend
noch vijand in den meest volstrekten zin
onwaar.
Het incest elomentair begrip van recht
vaardigheid cischt hier gebiedend: herroe
ping.
Dat zag de dichter in en dat betreurt Jan
Engelman.
Wij vreezen, dat deze hiermede het ge
voelen weergaf van de „Gemeenschap" als
zoodanig.
Wat wij in de hoogste mate zouden be
treuren.
Want dan wordt gcdachtenwisseling, die
lot wedcrzijdsch waardeeren en begrijppn
zou kunnen leiden, volslagen onmogelijk.
Klaarheid op dit punt is dringend gc
wenscht.
Beider Belangin •werkelijkheid
een eenzijdig belang
ONDER DEN TREIN.
Na tien dagen overleden.
Hoorn, 18 Maart. Mcj. W. die voor tien
dagen onder den trein hij het station Hoorn
geraakte is in het Stadsziekenhuis aldaar
aan de bekomen verwondingen overleden.
'sGra ven hag e, 18 Maart. In verband
met het justitieel ingrijpen in de manipu
laties van de Maatschappij tot Exploitatie
van Onroerende Goederen „Beider Belang"
vernamen wij van den heer M. A. Koo-
man6, hoofdredacteur van het li-daagsche
blad „De Vraagbaak" welk blad zich in
het bijzonder met de bespreking en beoor-
de?ling van den financieelen toestand van
premic-obligatiemaatschappijen, verzeke-
rings-onderaemingen enz. bezig houdt
o.m. de \olgpnde bijzonderheden:
De Mij. „Beider Belang", een twintigtal
jaren geleden opgericht, werd allengs een
groote maatschappij op het gebied van obli-
gatieleeningcn, die telkens 21000 obligaties
ad ƒ100 uitgaf,* welke op afbetaling onder
de mcnschcn werden gebracht.
Directeur was destijds de heer K. J. Reu-
sen, die lot mede-directeur had iemand, die
inmiddels i6 overleden. Commissarissen
waren jhr. C. L. B. W. van Suchtelen van
de Haare. oud-burgemeester van Vollenho-
ve, D. J. Bijleveld, oud-inspecteur van fi
nancien in Ned. Oost-Indié en mr. Max
Lovenbach te Amsterdam, terwijl laatst-
gsnoemdo tevens optrad als rechtskundig
adviseur der maatschappij. Do directeuren
genoten ieder 24 mille salaris, terwijl do
commissarissen 12 mille per jöar ontvin
gen, met dien verstande dat de rechtskun
dig adviseur als zoodanig bovendien 6000
genoot. Een procuratiehouder was er, di3
ƒ20.000 traktement ontving. De trekkingen
geschiedden niet, zooals aanvankelijk werd
gemeld, op de Staatsloterij, doch zelfstan
dig en wel ten huize van mr. Leverbach
cn ten'overstaan van notaris Van Campcn
te Amsterdam.
In de laatste jaren was de onderneming
vaak achterstallig met de uitkearing van
premicn; verscheidene zelfs werden in het
geheel niet uitgekeerd.
Als amort.ieatiefonds was er een huizen-
bezit tot oen bedrag van ruim 50.000. doch
vele huizen werden door de Maatschappij
van de hand gedaan en op het restant
kwam nagenoeg 100 pet. hypotheek. Ten
slotte was het bezit gereduceer-d tot 250
mille met volle hypotheek.
Belanghebbende crediteuren en ook de
heer Koomans hebben getracht het faillis
sement der onderneming te bewerken ten
einde een verder inzinken te voorkomen,
doch mr. Hermans als officier van justitie
eaf hem ten antwoord, dat de rechtbank
daarvoor geen voldoende termen aanwe
zig achtte.
Dc lieer Koomans raamt thans de schuld
van de ondernaming op 17 k 20 milliocn
aan obligaties cn hPt achterstallig bedrag
aan premie-uitkeering op minstens ƒ300.000
Inmiddels is de onderneming door de
genoemde heeren overgedaan aan anderen
met name aan den thans gearresteerden
directeur Opbroek an den eveneens in ar
rest gestelden commissaris T. ICreimer, die
zich met een salaris \an 400 per maand
tevreden stelden. Bij de overdracht werd
als voorwaarde gesteld, dat de onderne
ming in geen geval zou mogen failleeren.
Wanneer ar trekkingen plaats hadden
cn dit geschiedde elke maand dan
wist dc directie uiteraard waar de premiën
waren gevallen. Zooveel mogelijk werden
de uitslagen dan naar de overtuiging
van derf heer Koomans per advertentie
bekend gemaakt in plaatselijks bladen ver
buiten de omgeving van dc „gelukkige"
obligatiehouders, een taktiok, die herhaal
delijk het gewcnschte 6ucces had, dat de
betrokkenen geen aanspraak op hun uit-
keering deden gelden. Hierbij dient aan-
zonden.
j. c. MEES
Gedipl Schoenhersteller.
ALDEGONDESTRAAT 58. TEL. 1162.
Het adres voor reparaties aan Wclfschoc-
ncn. Wij gcbruinen daar speciaal gebouwde
leesten voor, waardoor model en steun vol
ledig blijft behouden: Gelijmd en genaaid-
werk.
Toen er tenslotte zoowat niets meer in
kas was. is de nieuwe directie, met als
instrument in haar handen do mij. „Wal-
da". de obligatichouders, op wier papieren
mear of minder groote premiën waren ge
vallen, doch die niet om hun geld waren
gekomen, gaan overhalen om de obligaties
van 100 in te ruilen voor nieuwe en ver
schillende nummers ad ƒ10. zoodöt zij voor
elke obligatie van ƒ100 tien klaino in de
plaats ontvingen, waarbij dan als motief
werd opgegeven, dat men aldus tien kan
sen had tegen anders één. Verzwegen werd
in den regel, dat de premie dan tavens per
obligatie tot 10 pet. van de vorige was ge
reduceerd.
Directeur dezer maatschappij Walda is
de heer Stolman, die met den hoofdinspec
teur van „Beider Belang", den heer Van
Reijen, samenwerkte. Deza beiden zijn.
evenals een agent van „Beider Belang" te
Leeuwarden, eveneens gearresteerd, onder
verdenking van de gelden, toebehoorende
aan obligatiehouders, ten -algen bate te
hebben aangewend.
Nog deelde de heer Koomans mede, dat
ook te Enschede, Utrecht. Maastricht en
Middelburg, de justitie tot ingrijpen is
overgegaan.
geteekond, dat na 5 jaar dc vorderingen
verjaarden.
Toen is de actie van „De Vraagbaak" ge
komen, waarin telkens mededealingcn over
de situatie der maatschappij en over de
premie-trekkingen verschenen. Zeer vele
vorderingen werden op die wijze nog ver
zilverd. doch bij gebrek aan actief der on
derneming ging dit steeds moeilijker. De
redactie van „De Vraagbaak" beschikt over
een volledigen staat van de trekkingen van
„Beider Belang" en zij weet precies welke
nummers een prsmie hebben gehad of
hadden moeten hebben sedert jaren
her.
Weliswaar konden obligatiehouders zich
abonneeren op trekkingslijsten. doch velen
lieten dit achterwege, omdat dat abonne
ment extra-geld k06tte en omdat zij ver
trouwden dat. wanneer er uitkeeringen wa
ren, zij hun deel wel zouden zien toege-
MARINE.
Luitenant ter zee le klasse J. J van
:lor Have, dienende aan boord van Hr Ms.
Schorpioen, wordt 1 April ter beschikking
gesteld.
later meer in extenso zeggen zou. Gerrit Jan
keek naar I-I et tie en Paul. Hettie had zoo'n
gelukkige blik in haar oogen. En zoo innig
waren, hun handen samengcstrcngeld. Nee.
wat Ilettic in Paul zag kon Gerrit Jan niet
begrijpen.
You arc my flower of beauty
You arc the star of my life
You arc my glorious darling
Gerrit Jan verhief luid cn blijmoedig zijn
stem. Door (le open deuren zag hij de auto
wegrijden, die hem straks zijn „flower of
beauty' brengen zou.
En Robbert, die voor hij wegreed, nog de
verlichte hall gezien had met de gezellige
hoekjes, die Hettie had gemaakt, terwijl
treiterend de gramofoon, door Gerrit Jan's
ravengekras begeleid, ham najuichtc:
You are my sweet little wife.
Robbert joeg de wagen over dc weg. „Idi
oot, idioot, idioot!" zei hij. De idioot was
G. J Hij steldo zich opeens voor, hoe straks,
als hij do meisjes gehaald had, naar zijn
kamer zou snellen, om zijn smoking aan
te trekken. Hij zou die pummel voor zijn.
En wanneer dan de idioot met Erica door
de hall danste, cn haar, natuurlijk, op de
tocnen trapte, zou hij de trap afkomen da-
.cn, cn kalmweg aankondigen, dat hij de
ware van Heyendaal was. Het zou een mecs-
terlijko coup de théatrc worden. ,De auto
stoof over do weg. De Burcht kwam al dich
terbij. Straks zouden de meisjes de trappen
afdalen, hij zou eerbiedig het portier open
houden. Pits lieve slem zou zeggen: „Goei-
enavond Lucas!" Lucas! Neen, hij deed het
niet. Hij zou G. J. zijn kans geven. En hij
zou met de coup do théatre wachten tot de
laatste avond. De auto minderde vaart,
stond stil. Hij sprong eruit, belde, stond al
weer bij het geopend portier. En toen zag hij
dc meisjes de stoep afkomen. Ella, verbor
gen in de lichtgroene avondmantel, hoog,
ongenaakbaar, I.enic, wat smal en bleek in
het wit van haar donzen kraag, „Gocien-
avond Irftcaszacht, maar lief Mia vlot
cn opgewekt: „Lucas" Dan kwam Dot in
haar roode avondjas, die haar meer zigeu
nerachtig deed lijken dan ooit. Een schitte
ring van witte tanden. „Zoo Lucas!"
„Waar blijft Pit. nu weer?" vroeg Ella.
„Ze had haar taschje vergeten," zei Dot,
En daur wat Pit. Kleine voetjes in zil
veren schoentjes, die naar beneden tripten.
Een klein, blank handje, dat de lichtblau
we avondcape met het sneeuwige wit van
bontkraag vasthield. Voor ze instapte bleef
Pit even staan.
„Hallo Lucas," zei ze. Hij hielp haar in
stoppen. Hij voelde haar handje in de zijne.
Hij klapte het portier dicht. Zoevend schoof
de groote wagen zacht over de maanlichte
weg.
Gerrit Jan, die zich toch werkelijk, on
danks Robhert gehoon, van de speciale be
groeting wel wat had voorgesteld, werd
hierin al bitter teleurgesteld. Want toen dc
auto voor de stoep stilhield, speeldo de
gramofoon.
Your hair is like ripened corn
And your mouth is a cherry sweet,
terwijl Hettie en Reep samen rond foxtrot
ten en Jcf in de armen van Charles man
haftige pogingen deed om in de maat tc ko
men. En Paul zong!
„O, wat een leuke bende," riep Dot.
Ja, dat was het. Een leuke bende. En geen
plechtstatige, officieele stemming van ver
wachting heerschtc er zooals G. J. dat zoo
graag had gezien.
„Wat ziet alles er knus uit Robbert."
prees Ella zacht.
„Ja, daar hebben tante Melie en Hettie
\oor gezorgd," zei hij. En hij noodde tot
zitten. Pit zat al op de trap. Ze wuifde te
gen tante Melie, die één van de cosy cor
ners beschermde.
„Danst u straks ook?"
„Nee kind. ik kijk wel toe," Reep draai
de al aan de gramofoon. Hij keerdfc de plaat
om: „Nu jongens, we zullen maar niet lan
ger zanikken. Vooruit: Smiling Spring.Hij
boog voor Dot.
„Wil je mij het onuitsprekelijke genoe
gen doen Kaka?"
,,'t Moet maar." zei de Kaka onverschil
lig.
„Zeg, die jurk slaat je uitstekend," fluis
terde Reep, en hij monsterde Dot's zalm-
ro60 omhulsel.
„Geleend van Pit," zei Dot.
„Hij kleurt je goed zeg."
„Brr," zei Dot.
Voor Pit op de trap bogen gelijktijdig Jei
cn G. J. Pit hief al in wanhoop haar ar
men omhoog. Dan zei ze rustig: „Al te veel
eer. Ik houd tanto Melie gezelschap," en
langs de magere en de dikke ridder sprong
Pit naar tante Melie toe.
Jef lachte. „Zoo'n rakker." G. J. keek wat
beteuterd. Dat was een beroerd begin. Paul
danste met Hettie. Charles met Mia. G. J.,
wat glibberend op de parketvloer, boog
voor Lcnie. Vertvjuwelijk lachte zo naar
hem op. En om haar jongensachtige
guurljo sprongen de met zilver bpfitjkt*
plooien van de Parijsclie jurk. Acnxer
zijn hand verborg Jef een grimas. Daar
troonde nog de Lorelei. Een-twee-drie in
godsnaam.
{Wordt yemolgdj j