DE ZAAK TEGEN_KAPITEIN BORREN
HET VERHOOR VAN IR. FRUYTIER
SCHERPE CRITIEK UIT DE
COMMISSIE HOORWEG
Esn vrijgevochten boel
zonder leiding
HUIVSORHOEKJE
De rejecting leefde in het idee dat
de toestand op Curagao
rooskleurig was
's-G Ta v e n li a g e, 2 October. Heden
ochtend heeft het Hoog Militair Gerechts
hof tc 's-Gravcnhage een aanvang gemaakt
met de behandeling van de strafzaak tegen
den kapitein der Infanterie A. F. Borrcn,
destijds commadant van de troepen op Cu
racao, thans dienende bij het Me regiment
infanterie, 111 garnizoen tc Middelburg.
Samenstelling van het Hof.
ITet Hoog Militair Gerechtshof is voor
deze zaak als volgt samengesteld: President
Mr Dr. C. .1 H. Schepel icden: vicc-admi-
raal J. 11. O. graaf van don Bosch, Mr. G.
van den Bosch, Mr. G. van Slooten Azn.,
vice-admiraal B. Schreuders, luitenant-ge
neraal M. Belzer en generaal-majoor E. A
D. E. Carp, (plaatsvervangend lid).
\dvocaat-liscaal* Jlir. Mr. P. A. J. vaü
den Brandelcr.
Griffier, de Je luitenant der Jagers: Mr.
'J. Tuinstra.
De verdediging.
Als raadsman van den beklaagde treedt
op: Mr. J. H. Rolandus Hagedoorn.
De tenlastelegging.
Aan kapitein Borrcn is ten laste gelegd,
dat bil, als bevelvoerend militair, immers
als militaire commandant van de te Wil
lemstad op Curacao gelegerde en in gar
nizoen zijnde militaire troepen, zoomede
van 't aldaar aan de monding van de St. An
nabaai gelegen versterkte, althans militair
bezette Waterfort, en als zoodanig verant
woordelijk voor dc-veiligheid van dat fort,
verzuimd heeft doeltreffende maatregelen
te treffen lei- behoorlijke militaire bewaking
en verdediging van hetzelve, tengevolge
van welke ernstige nalatigheid het fort in
den avond van 8 Juni 1929 onbewaakt is
geweest en geheel open en onverdedigd
heeft gelegen voor een onverhoedscheri
vijandelijken overval en het aldus aan zijn
schuld te wijten is geweest, dat 1e omstreeks
9 uur van dien avond een aantal in tweo
trucks vervoerd wordende opstandelingen
immers aan het Xcderlandsch gezag onder
worpen en tegen dat gezag opstandige per
sonen, onder wie zekere Urbina als aan
voerder fungeerde, met groote driestheid in
snelle vaart de militair onbewaakte, in elk
geval onvoldoend bewaakte, openstaande
poort, welke van uit hel Gouvcmcmcnls-
plsin toegang tot het Waterfort \erlecnd,
is kunnen binnenrijden, vervolgens de in
dat foil aanwezige momenteel nagenoeg
onbewapende militairen heeft kunnen over
vallen, met geweld van wapenen heeft kun
nen uiteenjagen en gedeeltelijk heeft kun
nen overmeesteren en zich van liet fort
heeft kunnen meester maken, al hetwelk
ook inderdaad heeft plaats gehad.
De behandeling.
Bij den aanvang van de behandeling is er
vrij veel belangstelling.
Nadat kap. Borrcn is binnengeleid wor
den eerst opgeroepen do getuigen A. Hoor
weg, 2"ep. O.I. hoofdambtenaar, A. H. Bcn-
newitz, gcp. gen. maj. N. I. Leger en J. C
de Ridder, gep luit-kolonel N.I. leger, die
als deskundigen word&n becedigd.
Daarna leest de president den beklaagde
de ten lastelegging voor en merkt op, dat
deze alleen betreft hetgeen aan den over
val is voorafgegaan. U was, zegt spr., com
mandant der troepen op Curacao, niet al
leen van de politic-troepen. Aan do troepen
was tevens de politie opgedragen.
Beklaagde bevestigt dit.
President. U hadt dus geen tweo functies,
die van troepencommandant en die van do
politie, doch slechts een functic-comman-
dant van de troepen, die tijdelijk garni-
zoens- en politiediensten verrichtten.
Mr. Hagedoorn: De heer Borren was niet
dc hoogste bevelhebber der troepen; het
komt mij voor, dat do hoogste bevelhebber
was de gouverneur.
President zegt den beklaagde dat het
Waterfort tegen een gewapenden aanval
weinig waarde had, maar tegen een coup
de main, een plotscüngcn overval zonder
zware w apens, wel degelijk waarde had.
Beklaagde bevestigt dit.
President: Het fort had maar éón toe
gang; het was dus wel tc verdedigen. In
het fort lagen alle geweren waarover be
schikt kon worden, 6 mitrailleurs, waarvan
2 ocfenmitrailleurs en een groote voorraad
munitie.
Beklaagde bevestigt ook dit.
President: In de ten laste legging staat,
dat het fort cp den avond van den overval
onvoldoende bewaakt was. Er was geen
peloton, die er wel behoorde te zijn. Meent
u, dat het v«el verschil zou hebben gemaakt
als dit peloton er wel geweest was Waar
zou dit gestaan hebben
Bekl.: Onder het afdak links van de
poort Het zou niet veel verschil gemaakt
hebben. Spreker verklaart, dat hij order
gegeven had dat de geweren van de pa
trouille, als deze terugkwafn geladen moes
ten blijven; er was echter een misverstand
jin als gevolg, daarvan- wwten- du houders
na thuiskomst altijd in de tasch geborgen.
Dit is nooit ontdekt
Pres.: De commissie-Hoorweg trekt de-
conclusie, dat het fort onbezet was.
Bekl.: Voor een onverwacht binnendrin
gende vijand inderdaad.
Pres.: L' moet toegeven, dat in zeer kor
ten tijd de militairen overvallen werden
en dat de overval geslaagd is Dc vraag is
nu of het niet aan uw schuld te wijten
io, dat deze overval kon slagen Op die
vraag komt steeds het. antwoord, dat aan
de mogelijkheid van zco'n overval nooit is
gedacht. Maar dat is «och wel wonderlijk.
Bekl.: Ik heb niet gedacht, dat het moge
lijk was, dat ik werd overvallen zonder
ecnige waarschuwing.
Dc Pres. acht dit onbegrijpelijk in deze
omstandigheden.
Een andere vraag is of be.tl andere maat
regelen had kunnen treffen, zooals i'tvoe
ring der bepaling, dat na de taptoe de poort
gesloten moest zijn
Bekl.: Met bet oog op dc politiediensten
achtte ik dat ongewenscht. omdat ieder die
klachten had of iets op zijn hart had, bin
nen moest kunnen loopen.
Pres.: U hadt ook aan de gehuwde mili
tairen munitie én geweren mee kunnen
geven Het zou ook mogelijk geweest zijn
uit de werkers in het fort een piket samen
te stellen Waar u mitrailleurs en riunitie
had, had u kunnen zorgen, dat eert mitrail
leur schietklaar stond.
Bekl. erkent, dat dit had gekund.
Pres.: Natuurlijk had u ook kunnen
zorgen voor een goede alarmorder
Bekl.: Mij was niet bekend, dut een
dergelijke alarmorder er moest zijn. daar
om heb ik niet anders gedaan dan een
order te geven voor hot naar de kazerne
(rekken in geval dit noodig was.
Bekl. heeft getracht uit de menschen
van de Petroleummaatschappij een burger
wacht te vormen, doch de directie voelde
er niets voor omdat dc mcnechcn ook bui
ten de terreinen der maatschappij gebruikt
zouden kunnen worden
Pres. merkt op, dat met dc onder dat
personeel aanwcz'ge reserve-officieren nim
mer contact was gezocht on constateert,
dat clu6 allerlei maatregelen nagelaten zijn.
die genomen hadden kunnen worden. Sin-
zegt bovendien dat het politieterrein streng
had afgescheiden kunnen worden van het
eigenlijke kazernement, zoodot daar, waai
alle verdedigingsmiddelen lagen niet ieder
een binnen had kunnen loopen
Bekl. voert aan, dat de wachtcomman
dant moest zorgen, dat er voldoende men-
schen aanwezig waren, die hij reeds voor
zijn politiediensten noodig had, doch voor
geschreven was dit niet.
Pres.: Waar is hot nu- uit voortgekomen,
dat .il deze maatregelen niet zijn genomen?
De comm.-Hoorweg antwoordt daarop, dat
dr lieer Borren alles opofferde aan zijn
politietaak, die hij voortreffelijk vervulde,
maar met verwaarloozing van zijn militaire
taak. Dat lijkt spr. een juiste conclusie,
waarbij echter dient to worden opgemerkt,
dat het ook voor dc politie een eerste ver-
eischte was, dat het fort met de verdedi
gingsmiddelen behooriijk bewaakt werd.
Zondei die verdedigingsmiddelen was im
mers ook de politie lamgelegd.
liet rapport der commissie-Hoorweg zegt
ook, dat de lieer Borren na de overval
niets geleerd beeft cn op denzelfden vo«;t is
voortgegaan.
De ad\*liscaal inioi meert naar het ont
laden der revolvers.
Bekl. antwoordt, dat de revolvers geladen
waren bij het patrouilleeren en het is bij on
derzoek uitgekomen, dat bij thuiskomst de
revolvers werden ontladen.
De adv.-fiscaal: Werd er dan geen inspec
tie gehouden?
Bekl.: Ik kon niet drie keer per dag de
wacht controleeren.
Dc adv.-generaal: Maar te hooi en tc gras.
Bekl.: In het algemeen werd dc uitvoering
der hevelen ook gecontroleerd, maar dit is
niet opgemerkt.
Beklaagde betoogt verder dat hij niet vol
doende manschappen had, niet voor zijn re
cherche cn ook niet voor den vreemdelin
gendienst.
Adv.-generaal: Heelt u daarover nooit met
den procureur-generaal gesproken?
Bekl.: Er is herhaaldelijk gesproken met
den procureur-generaal en er is sprake ge-
wocst van een geheel nieuwe vreemdelin
genverordening. Dc proc.-generaal meende
echter, dat het te ingrijpend was en wilde
liever wachten tot eenige verordeningen ge
wijzigd moesten worden.
Dc samenwerking met de bui gei politic
was volgens bekl. zeer slecht, hetgeen hij
grootendeels aan onbekwaamheid der bur
gerpolitic weel.
De gotuigen.
Gel. de Ridder, voorganger van kap. Bor
ren, verklaart, dat de taak van den com
mandant was orde- en rustverstoring tc
voorkomen. Over de mogelijkheid van een
overval is wel eens vaag gesproken.
Pres.Was onder uw commando zulk oon
overval ook mogelijk geweest?
Get.: Zoo'n overval had toen ook kunnen
slagen.
Pres.: Maar u hadt toch maatregelen go-
nomen. De po art werd toch 's avonds geslo
ten.
Get.: De poort werd gesloten en een klein
poortje bleef open, waardoor een overval
echter niet mogelijk was. Zoolang dc poort
open was, was er een gewapende macht van
normaal zes man. Een piket was er boven
dien.
Spr. vraagt aan get. de Ridder of het wei
eens is voorgekomen, dat er alarm is ge
blazen.
Get. herinnert het zich niet; hij denkt, dat
het alarm uit een geblazen sein zou hebben
I bestaan.
President: Blijft u er dus bij, dat ook on-
|i 1p> 11 een overval had kunnen gebeuren?
Get. beaamt dit.
Pres.: Was bet kampement Venezolancn
toen al aanwezig?
Gel.: Ik denk liet niet.
Pics.: Is er in dien tijd wclccns een oor
logsschip geweest?
Get.: Nooit.
Dc adv.-fiscaal: Iloc lang is u er ge
weest?
Gel.: Anderhalf jaar.
Ook getuige luitenant Berger verklaarde
dat nooit aan de mogelijkheid van een over
val was gedacht. Hij deelde mede, dat geen
samenwerking bestond tüsschen de burger-
politic 011 de militairen, vandaar dat de mi
litaire politie niet op de hoogte was van het
geen omging buiten het gebied waar de mi
litaire politie toezicht had. in het bijzender
Rio Canario, waar Venezolancn woonden.
Direct 11a dc pauze werd als geinige ge
hoord ïr Fruytier, gouverneur van Cu-
lagao, tijdens den overva). Deze zeide, dat
de opzet was dat daar 200 man politiotroe-
pen zouden zijn, maar dat er slechts 90
waren. Eenigcn van hen waren noodig voor
den politiedienst. Aan de verdediging van
het fort heeft getuige niet gedacht.
Hij had zelfs niet den indruk van een
fort Het gehcele kazernement zat zeer
slecht in elkaar. Toen Borren na den over
val naar hem toe kwam, dacht getuige, dat
alles afgeloopen was, ook omdat Borren
mededeelde dat alle wapenen in bandon
van den vijand waren. Tegenstand ware
nutteloos geweest Getuige ontkent dat hij
bevel had gegeven om herovering van het
fort. waarmede luitenant Berger bezig zou
zijn geweest, te staken.
Aan het verhoor van den oud-gouvarneur
Fruytier ontleonen wij nog het volgende:
Toen kapitein Borren bij hem kwam,
dacht getuige zooals gezegd eerst dat
de heele zaak weer afgiloopen was en was
't een opluchting. Doch toen deelde Borren
hem mee gevangene te zijn en dat de Ve-
nezolanen in het bezit van alle wapens wa
ren, geen kwaad tagen het eiland ln den zin
hadden, doch ongehinderd wilden vertrek
ken Anders zouden ze Curasao in brand
steken. Kapitein Borrcn wekte den indruk,
dat er niets aan te doen was en men zich
bij het gebeurde moest neerleggen.
Luitmant Berger moet achter den kapi
tein binnen zijn gekomen.
Reden om een krijgsraad te houden was
er niet. do kapitein had uitdrukkelijk ge
zegd dat weerstand nutteloos was en toen
zag hij geen reden om toch nog te trachten
weerstand te bieden.
De pr id ent: U kreeg dus stork den
indruk, dat kapitein Bonen olies verloren
achtte.
Ir. Fruytier: Ja. En daarom heeft hl]
de eischen dor Vcnezolanen ingewilligd.
Kapitein Borren verklaart inderdaad
werkelijk te hebben gemeend, dat alles ver
loren was.
Ir. Fruytier heeft kapitein Borrcn
vóór den overval gezegd een stevigen brief
in elkaar te zetten, dat versterking van de
politietroepen noodig was.
Generaal B e 1 z 2 r merkt op, dat de sterk
te der politietioepon niet circa 200, doch
ten hoogste 120 politie-militairen zou zijn.
De rest was meer toekomstmuziek.
Ir. Fruytier erkent dit voor de man
nen m2t wie de kapitein moest werken.
Hij wist dat de toestand in Rio Canario
vrijwel een bende was. Er waren trouwen»
meer slechte toestanden. Hij wist ook. dat
do troepenmacht zwak en de samenwerking
m2t de burgerpolitle gering was. Dat het
fort vrijwel onverdedigbaar was, had niet
zijn aandacht getrokken cn aan de moge
lijkheid van een overval had hij nooit ge
dacht.
Ten opzichte van de verklaring van lui
tenant Berger, dat hij bezig was 13 trach
ten het fort te heroveren, maar dat hij op
't bevel van den Gouverneur dat heeft na
gelaten, ontkent hij eenig bevel te hebben
gegeven.
Luitznant Berger handhaaft de verkla
ring in zijn rapport. Hij had wapens ge
vorderd van de Isla, maar ze waren hem
geweigerd. Later hood de gouverneur zo
hem aan, toen 't niet meer noodig was. De
gouverneur had bevolen dat er niet m?er
geschoten mocht worden.
Ir. Fruytier verklaart op een vraag
van den verdediger, dat vóór zijn vertrek
naar Curagao in de officieele besprokingen
niet over militaire aangelegenheden is ge
sproken, omdat hem de overtuiging was
bijgebracht, dat die militaire kw?sties al
afgedaan waren. Op Curagao deelde de ka
pitein hein mee, dat hij geen mannen had
en uit een convooi kreeg hij pas een
oppasser.
De regeering leefde in 't idéc, dat de toe
stand op Curagao buitengewoon rooskleurig
was. op do militaire uitgaven bezuinigd kon
worden en da»- het nu 25 jaar goed was
gegaan, ook 111 toekomst goed zou gaan.
De opstand is niet tegen Nederlandsch
gezag gericht geweest.
De president: Maar da wapens waren
toch van Nederland.
Ir. Fruytier: Men heeft een misdaad
jegens Nederland gepleegd om die wapens
tc krijgen.
Dat de poort 's nachts openstond, heeft
hij nooit geconstateerd, 't wel geconclu
deerd, aangezien hij auto's hoorde rijden.
De verdediger haalt uit het verhoor
voor rechter-commissaris6en aan, dat g3tui-
ge wist dat de poort dag cn nacht open
stond, omdat ze voor do brandweer open
moest staan Dat moest als een sanctie wor
den beschouwd.
Of het fort officieel als fort vervallen is
verklaard, weet hij niet. Een besluit dien-
aangaands is hem niet bekend geworden.
Toen getuige Fruytier vertrok, had hij
de meening, dat in Mei een oorlogsschip
naar Curagao zou vertrekken Met de Re
geering is daar ook nog een gedachtenwls-
eeling ovsr geweest, maar het schip is niet
gekomen. Met 't oog op de presidentsver
kiezingen in Venezuela echtte hij een schip
nuttig. Voor 8 Juni was er nog geen oor
logsschip gekomen, terwijl de aanwezigheid
daarvan groote preventieve werking zou
hebben gehad.
Uit een voorgelezen verklaring van den
hoofdambtenaar Jonquièro \an Koloniën
voor rechter-commissansscn, blijkt dat de
Minister van Koloniën in de overtuiging
verkeerde, dat ir. Fruytier de meening van
zijn voorganger omtrent li2t 6tationncoren
van een oorlogsschip in Curagao niet deel
de cn trekt de president dc conclusie, dat
de heer Fruytier niet zoo positief in zijn
verzoak is geweest.
Ir. Fruytier antwoordt vervroegde
zending van het schip niet noodig te heb
ben geacht, aangezien de verkiezingen in
Venezuela eerst eind Mei werdan gehouden.
Vóór 1 Mei behoefde het 6chip er niet te
zijn.
Was het schip er geweest, dan hadden
we tenminste militairen gehad bij den over
val cn die hadden wo nu niet.
IR. L. A. FRUYTIER.
Mr. N. J. L. BranLjes, oud-gouv2rneur
van Curagao, verklaart in zijn tijd als gou
verneur de militaire zaken te hebben over
gelaten aan den militairen commandant.
Onder luit.-kolonel d2 Ridder was er ln
het fort een militaire macht, die twee
schildwachten uitzette; ze hadden generen
en munitie; hij meent dat do geweren ge
laden waren. Aan d2 poort was een gewa
pende militaire macht. De poort werd mot
taptoe gesloten.
In de militaire formatie waren er een
reserve en een piket; maar overigens heeft
hij zich mei d2 militaire aangelegenheden
niet bemoeid, ook niet toen kapitein Bor
ren militair commandant was.
Over een evcntuecle verdediging van het
fort is nooit gesproken.
Op dc vraag van den president hoe hij
over de verdedigbaarheid van het fort
dacht, luidde het antwoord: Was de poort
dicht gewee$t, dan was er niemand dr» ge
komen.
Kapitein Borren kwam met een uitdruk
kelijke instructie van Koloniën, hij had hem
dus geen instructies meer t2 geven. Doel
van zijn komst was meer bepaaldelijk dc
organisatie van de militaire politie. Of er
een instructie van den commandant be
stond op Curagao weef hij niet, evenmin
of er een voorschrift voor den garnizoens
dienst bestond. De commandanten namen
de zaak van elkaar over en hebben hem
nooit er in gekend of hem gezegd, dat er
iets mankeerde. Een ontwerp regeling \v3I-
ke hij heeft overgelegd, ter toelichting van
de besteding van aangevraagde gelden voor
regeling van de politie, is door da Kon.
Staten met algeineene stemmen verworpen.
Do toestand in Rio Canario cn buiten
Willemstad woe onvoldoende, maar verbe
tering was uitgesloten, omdat er geen man
schappen waren, om het optreden tot in dc
buitendistricten uit te breiden. Dc regeling
ten opzichte van de vreemdelingen was
onvoldoende.
Kapitein Borren heeft het militiebureau
tje bij de poort opgeheven, waar hij vond
clat 't wel schikte.
Kapitein Borrcn verklaart, dat hij de
cellen moest verplaatsen cn daarom het
politiebureautje opheffen. Gouvernour
Brantjes heeft hem toegestaan op Planters-
rust buiten het fort tc gaan wonen.
Mr. Brantjes verklaart deze vergun
ning niet met zijn vollen zin te hebben ge
geven en bezwaar te hebben geopperd.
Militairen hebben meermalen werkzaam
heden moeten verrichten buiten diensturen
ten behoeve van het gouvernement, we
gens gebrek aan vaklieden. Als opperbe
velhebber der troepen werd hem dan ver
zocht de daarvoor noodige maatregelen als
verschuiving van dienst enz. goed te keu
ren.
Er was 200 ongeveer 120,000 per week
noodig voor uitbetaling van salarissen enz.
op Curagao. Bij plundering door een bende
Vcnezolanen was er dus heel wat te plun
deren geweest.
Z. i. heeft kapitein Borrcn steeds hard
gewerkt en den toestand der politic veel
verbeterd, 't Was geen vergelijking met
toen dc burgcrpolitie het werk nog deed
Of het for; ooit als fort is afgevoerd
weet hij niet.
De gewezen eerste-luitenant J. Hulst
was officier van wapening op Curagao en
verklaart, dat de munitie vrij gunstig was
opgeborgen, Vóór den overval is nooit ge
dacht aan den ongunstigen toestand op liet
fort, waar ieder kon komen cn dat de wijze
van opbergen van wapenen cn munitie ge
vaarlijk was, omdat ze zoo makkelijk be
reikbaar waren.
Kapitein Borrcn deelt mede, dat de
bedoeling was dc geweren voor de gehuw
den bij elkaar op te bergen op een zolder
boven het kazernement. Dat dit nog niet
gebeurd was, komt doordat do zolder on
betrouwbaar was en openbaro' werken nog
geen gelegenheid had gehad hem in orde
te brengen.
Mr. L. M. R 011 i n Couquerque, op
verzoek dor verdediging gehoord, verklaart,
dat bij de voorbespreking met kapitein
Borrcn gesproken is over een regeling van
de politie, niet over de militaire taak, wel
ke ook builen zijn bevoegdheid lag.
De heer Borren ging als militair cn bleef
militair.
In bet algemeen is juist, dat 't aantal
manschappen te klein was, de werving is
niet zoo vlot gegaan als men wel wilde. Do
lage bezoldiging was daar een der oorza
ken van. Later is verhooging gekomen.
Kapitein Borren: Die verhooging is
gekomen na 8 Juni. Hij gelooft, dat er nog
een incompleet is.
Mr Rollin Couquerque ziet in den
brief van 10 November 1924 van den mi-
nistor aan den gouverneur een raadgeving.
De gouverneur is opperbevelhebber en
heeft zijn instructie te geven aan den com
mandant. Of 't roet 1 Jan. a.s. is weet hij
niet, maar wel, dat de garnizoenstaak ge
heel zal worden overgenomen door dc ma
riniers cn de politietaak geheel door dc
militaire politie worden vervuld.
Kapitein Borren verklaart, dat na 8
Juni dadelijk het werk in Rio Canario aan
de troepen is opgedragen, hoewel 't be
hoort tot 't werk der gewone politie.
Mr. Rollin Couquerque heeft den
indruk, dat de huldiging door de bevolking
van Borren bij zijn vertjrek van Curagao
spontaan is geschied.
Op een vraag van den advocaat fiscaal
antwoordt kapitein Borren, dat de dooi
hem genoemde maatregel bevolen ia door
het bestuur van Curagao.
De heer A. Hoorweg, die voor de re
geering in commissio naar Curagao is ge
weest, verklaart bij zijn rapport te volhar
den en tc moencn dat kapitein Borren al
lerlei te verwijten is ten aanzien van zijn
militair beleid. Als commandant was hij,
of er al of niet instructies gegeven waren,
verantwoordelijk voor de veiligheid en hij
heeft zijn verantwoordelijkheid niet ge
voeld. Hij heeft zich alleen aan zijn politie
taak gewijd. Het aantal menschen in 't fort
zou, als er maatregelen waren genomen,
voldoende zijn geweest om den overval te
koeren.
Na den overval bleek der commissie, dat
er niets gedaan was, dat een herhaling had
kunnen voorkomen.
Desk. heeft gezorgd, dat er 111 het fort
een hok werd geplaatst ter afscheiding tüs
schen het politie en het militaire gedeelte.
Hel heeft moeite gekost dit van gouverneur
Fruytier gedaan te krijgen.
De burgerpolitle moet mon zich voorstel
len als waardeloos. Er was geen medewer
king met, maar ook geen tegenwerking van
de militaire politie; er was hcelemaal niots.
De burgerpolltie is zonder geweren naar
het fort gegaan om hulp te bieden.
Ongetwijfeld was het een groote. fout, dat
er geen alarmvoorschrift was. Desk acht
Dr oaas tot werktoore .Nee II, jeg )e toch tinf Te
nie> -ens renaee werk heb did m n eiger menn-r nan
acn rang te notiden
Nou neem my aei maai Dij, oaaa, ik gai niet nard
werreltc." ujtch