DE ZAAK TEGEN_KAPITEIN BORREN HET VERHOOR VAN IR. FRUYTIER SCHERPE CRITIEK UIT DE COMMISSIE HOORWEG Esn vrijgevochten boel zonder leiding HUIVSORHOEKJE De rejecting leefde in het idee dat de toestand op Curagao rooskleurig was 's-G Ta v e n li a g e, 2 October. Heden ochtend heeft het Hoog Militair Gerechts hof tc 's-Gravcnhage een aanvang gemaakt met de behandeling van de strafzaak tegen den kapitein der Infanterie A. F. Borrcn, destijds commadant van de troepen op Cu racao, thans dienende bij het Me regiment infanterie, 111 garnizoen tc Middelburg. Samenstelling van het Hof. ITet Hoog Militair Gerechtshof is voor deze zaak als volgt samengesteld: President Mr Dr. C. .1 H. Schepel icden: vicc-admi- raal J. 11. O. graaf van don Bosch, Mr. G. van den Bosch, Mr. G. van Slooten Azn., vice-admiraal B. Schreuders, luitenant-ge neraal M. Belzer en generaal-majoor E. A D. E. Carp, (plaatsvervangend lid). \dvocaat-liscaal* Jlir. Mr. P. A. J. vaü den Brandelcr. Griffier, de Je luitenant der Jagers: Mr. 'J. Tuinstra. De verdediging. Als raadsman van den beklaagde treedt op: Mr. J. H. Rolandus Hagedoorn. De tenlastelegging. Aan kapitein Borrcn is ten laste gelegd, dat bil, als bevelvoerend militair, immers als militaire commandant van de te Wil lemstad op Curacao gelegerde en in gar nizoen zijnde militaire troepen, zoomede van 't aldaar aan de monding van de St. An nabaai gelegen versterkte, althans militair bezette Waterfort, en als zoodanig verant woordelijk voor dc-veiligheid van dat fort, verzuimd heeft doeltreffende maatregelen te treffen lei- behoorlijke militaire bewaking en verdediging van hetzelve, tengevolge van welke ernstige nalatigheid het fort in den avond van 8 Juni 1929 onbewaakt is geweest en geheel open en onverdedigd heeft gelegen voor een onverhoedscheri vijandelijken overval en het aldus aan zijn schuld te wijten is geweest, dat 1e omstreeks 9 uur van dien avond een aantal in tweo trucks vervoerd wordende opstandelingen immers aan het Xcderlandsch gezag onder worpen en tegen dat gezag opstandige per sonen, onder wie zekere Urbina als aan voerder fungeerde, met groote driestheid in snelle vaart de militair onbewaakte, in elk geval onvoldoend bewaakte, openstaande poort, welke van uit hel Gouvcmcmcnls- plsin toegang tot het Waterfort \erlecnd, is kunnen binnenrijden, vervolgens de in dat foil aanwezige momenteel nagenoeg onbewapende militairen heeft kunnen over vallen, met geweld van wapenen heeft kun nen uiteenjagen en gedeeltelijk heeft kun nen overmeesteren en zich van liet fort heeft kunnen meester maken, al hetwelk ook inderdaad heeft plaats gehad. De behandeling. Bij den aanvang van de behandeling is er vrij veel belangstelling. Nadat kap. Borrcn is binnengeleid wor den eerst opgeroepen do getuigen A. Hoor weg, 2"ep. O.I. hoofdambtenaar, A. H. Bcn- newitz, gcp. gen. maj. N. I. Leger en J. C de Ridder, gep luit-kolonel N.I. leger, die als deskundigen word&n becedigd. Daarna leest de president den beklaagde de ten lastelegging voor en merkt op, dat deze alleen betreft hetgeen aan den over val is voorafgegaan. U was, zegt spr., com mandant der troepen op Curacao, niet al leen van de politic-troepen. Aan do troepen was tevens de politie opgedragen. Beklaagde bevestigt dit. President. U hadt dus geen tweo functies, die van troepencommandant en die van do politie, doch slechts een functic-comman- dant van de troepen, die tijdelijk garni- zoens- en politiediensten verrichtten. Mr. Hagedoorn: De heer Borren was niet dc hoogste bevelhebber der troepen; het komt mij voor, dat do hoogste bevelhebber was de gouverneur. President zegt den beklaagde dat het Waterfort tegen een gewapenden aanval weinig waarde had, maar tegen een coup de main, een plotscüngcn overval zonder zware w apens, wel degelijk waarde had. Beklaagde bevestigt dit. President: Het fort had maar éón toe gang; het was dus wel tc verdedigen. In het fort lagen alle geweren waarover be schikt kon worden, 6 mitrailleurs, waarvan 2 ocfenmitrailleurs en een groote voorraad munitie. Beklaagde bevestigt ook dit. President: In de ten laste legging staat, dat het fort cp den avond van den overval onvoldoende bewaakt was. Er was geen peloton, die er wel behoorde te zijn. Meent u, dat het v«el verschil zou hebben gemaakt als dit peloton er wel geweest was Waar zou dit gestaan hebben Bekl.: Onder het afdak links van de poort Het zou niet veel verschil gemaakt hebben. Spreker verklaart, dat hij order gegeven had dat de geweren van de pa trouille, als deze terugkwafn geladen moes ten blijven; er was echter een misverstand jin als gevolg, daarvan- wwten- du houders na thuiskomst altijd in de tasch geborgen. Dit is nooit ontdekt Pres.: De commissie-Hoorweg trekt de- conclusie, dat het fort onbezet was. Bekl.: Voor een onverwacht binnendrin gende vijand inderdaad. Pres.: L' moet toegeven, dat in zeer kor ten tijd de militairen overvallen werden en dat de overval geslaagd is Dc vraag is nu of het niet aan uw schuld te wijten io, dat deze overval kon slagen Op die vraag komt steeds het. antwoord, dat aan de mogelijkheid van zco'n overval nooit is gedacht. Maar dat is «och wel wonderlijk. Bekl.: Ik heb niet gedacht, dat het moge lijk was, dat ik werd overvallen zonder ecnige waarschuwing. Dc Pres. acht dit onbegrijpelijk in deze omstandigheden. Een andere vraag is of be.tl andere maat regelen had kunnen treffen, zooals i'tvoe ring der bepaling, dat na de taptoe de poort gesloten moest zijn Bekl.: Met bet oog op dc politiediensten achtte ik dat ongewenscht. omdat ieder die klachten had of iets op zijn hart had, bin nen moest kunnen loopen. Pres.: U hadt ook aan de gehuwde mili tairen munitie én geweren mee kunnen geven Het zou ook mogelijk geweest zijn uit de werkers in het fort een piket samen te stellen Waar u mitrailleurs en riunitie had, had u kunnen zorgen, dat eert mitrail leur schietklaar stond. Bekl. erkent, dat dit had gekund. Pres.: Natuurlijk had u ook kunnen zorgen voor een goede alarmorder Bekl.: Mij was niet bekend, dut een dergelijke alarmorder er moest zijn. daar om heb ik niet anders gedaan dan een order te geven voor hot naar de kazerne (rekken in geval dit noodig was. Bekl. heeft getracht uit de menschen van de Petroleummaatschappij een burger wacht te vormen, doch de directie voelde er niets voor omdat dc mcnechcn ook bui ten de terreinen der maatschappij gebruikt zouden kunnen worden Pres. merkt op, dat met dc onder dat personeel aanwcz'ge reserve-officieren nim mer contact was gezocht on constateert, dat clu6 allerlei maatregelen nagelaten zijn. die genomen hadden kunnen worden. Sin- zegt bovendien dat het politieterrein streng had afgescheiden kunnen worden van het eigenlijke kazernement, zoodot daar, waai alle verdedigingsmiddelen lagen niet ieder een binnen had kunnen loopen Bekl. voert aan, dat de wachtcomman dant moest zorgen, dat er voldoende men- schen aanwezig waren, die hij reeds voor zijn politiediensten noodig had, doch voor geschreven was dit niet. Pres.: Waar is hot nu- uit voortgekomen, dat .il deze maatregelen niet zijn genomen? De comm.-Hoorweg antwoordt daarop, dat dr lieer Borren alles opofferde aan zijn politietaak, die hij voortreffelijk vervulde, maar met verwaarloozing van zijn militaire taak. Dat lijkt spr. een juiste conclusie, waarbij echter dient to worden opgemerkt, dat het ook voor dc politie een eerste ver- eischte was, dat het fort met de verdedi gingsmiddelen behooriijk bewaakt werd. Zondei die verdedigingsmiddelen was im mers ook de politie lamgelegd. liet rapport der commissie-Hoorweg zegt ook, dat de lieer Borren na de overval niets geleerd beeft cn op denzelfden vo«;t is voortgegaan. De ad\*liscaal inioi meert naar het ont laden der revolvers. Bekl. antwoordt, dat de revolvers geladen waren bij het patrouilleeren en het is bij on derzoek uitgekomen, dat bij thuiskomst de revolvers werden ontladen. De adv.-fiscaal: Werd er dan geen inspec tie gehouden? Bekl.: Ik kon niet drie keer per dag de wacht controleeren. Dc adv.-generaal: Maar te hooi en tc gras. Bekl.: In het algemeen werd dc uitvoering der hevelen ook gecontroleerd, maar dit is niet opgemerkt. Beklaagde betoogt verder dat hij niet vol doende manschappen had, niet voor zijn re cherche cn ook niet voor den vreemdelin gendienst. Adv.-generaal: Heelt u daarover nooit met den procureur-generaal gesproken? Bekl.: Er is herhaaldelijk gesproken met den procureur-generaal en er is sprake ge- wocst van een geheel nieuwe vreemdelin genverordening. Dc proc.-generaal meende echter, dat het te ingrijpend was en wilde liever wachten tot eenige verordeningen ge wijzigd moesten worden. Dc samenwerking met de bui gei politic was volgens bekl. zeer slecht, hetgeen hij grootendeels aan onbekwaamheid der bur gerpolitic weel. De gotuigen. Gel. de Ridder, voorganger van kap. Bor ren, verklaart, dat de taak van den com mandant was orde- en rustverstoring tc voorkomen. Over de mogelijkheid van een overval is wel eens vaag gesproken. Pres.Was onder uw commando zulk oon overval ook mogelijk geweest? Get.: Zoo'n overval had toen ook kunnen slagen. Pres.: Maar u hadt toch maatregelen go- nomen. De po art werd toch 's avonds geslo ten. Get.: De poort werd gesloten en een klein poortje bleef open, waardoor een overval echter niet mogelijk was. Zoolang dc poort open was, was er een gewapende macht van normaal zes man. Een piket was er boven dien. Spr. vraagt aan get. de Ridder of het wei eens is voorgekomen, dat er alarm is ge blazen. Get. herinnert het zich niet; hij denkt, dat het alarm uit een geblazen sein zou hebben I bestaan. President: Blijft u er dus bij, dat ook on- |i 1p> 11 een overval had kunnen gebeuren? Get. beaamt dit. Pres.: Was bet kampement Venezolancn toen al aanwezig? Gel.: Ik denk liet niet. Pics.: Is er in dien tijd wclccns een oor logsschip geweest? Get.: Nooit. Dc adv.-fiscaal: Iloc lang is u er ge weest? Gel.: Anderhalf jaar. Ook getuige luitenant Berger verklaarde dat nooit aan de mogelijkheid van een over val was gedacht. Hij deelde mede, dat geen samenwerking bestond tüsschen de burger- politic 011 de militairen, vandaar dat de mi litaire politie niet op de hoogte was van het geen omging buiten het gebied waar de mi litaire politie toezicht had. in het bijzender Rio Canario, waar Venezolancn woonden. Direct 11a dc pauze werd als geinige ge hoord ïr Fruytier, gouverneur van Cu- lagao, tijdens den overva). Deze zeide, dat de opzet was dat daar 200 man politiotroe- pen zouden zijn, maar dat er slechts 90 waren. Eenigcn van hen waren noodig voor den politiedienst. Aan de verdediging van het fort heeft getuige niet gedacht. Hij had zelfs niet den indruk van een fort Het gehcele kazernement zat zeer slecht in elkaar. Toen Borren na den over val naar hem toe kwam, dacht getuige, dat alles afgeloopen was, ook omdat Borren mededeelde dat alle wapenen in bandon van den vijand waren. Tegenstand ware nutteloos geweest Getuige ontkent dat hij bevel had gegeven om herovering van het fort. waarmede luitenant Berger bezig zou zijn geweest, te staken. Aan het verhoor van den oud-gouvarneur Fruytier ontleonen wij nog het volgende: Toen kapitein Borren bij hem kwam, dacht getuige zooals gezegd eerst dat de heele zaak weer afgiloopen was en was 't een opluchting. Doch toen deelde Borren hem mee gevangene te zijn en dat de Ve- nezolanen in het bezit van alle wapens wa ren, geen kwaad tagen het eiland ln den zin hadden, doch ongehinderd wilden vertrek ken Anders zouden ze Curasao in brand steken. Kapitein Borrcn wekte den indruk, dat er niets aan te doen was en men zich bij het gebeurde moest neerleggen. Luitmant Berger moet achter den kapi tein binnen zijn gekomen. Reden om een krijgsraad te houden was er niet. do kapitein had uitdrukkelijk ge zegd dat weerstand nutteloos was en toen zag hij geen reden om toch nog te trachten weerstand te bieden. De pr id ent: U kreeg dus stork den indruk, dat kapitein Bonen olies verloren achtte. Ir. Fruytier: Ja. En daarom heeft hl] de eischen dor Vcnezolanen ingewilligd. Kapitein Borren verklaart inderdaad werkelijk te hebben gemeend, dat alles ver loren was. Ir. Fruytier heeft kapitein Borrcn vóór den overval gezegd een stevigen brief in elkaar te zetten, dat versterking van de politietroepen noodig was. Generaal B e 1 z 2 r merkt op, dat de sterk te der politietioepon niet circa 200, doch ten hoogste 120 politie-militairen zou zijn. De rest was meer toekomstmuziek. Ir. Fruytier erkent dit voor de man nen m2t wie de kapitein moest werken. Hij wist dat de toestand in Rio Canario vrijwel een bende was. Er waren trouwen» meer slechte toestanden. Hij wist ook. dat do troepenmacht zwak en de samenwerking m2t de burgerpolitle gering was. Dat het fort vrijwel onverdedigbaar was, had niet zijn aandacht getrokken cn aan de moge lijkheid van een overval had hij nooit ge dacht. Ten opzichte van de verklaring van lui tenant Berger, dat hij bezig was 13 trach ten het fort te heroveren, maar dat hij op 't bevel van den Gouverneur dat heeft na gelaten, ontkent hij eenig bevel te hebben gegeven. Luitznant Berger handhaaft de verkla ring in zijn rapport. Hij had wapens ge vorderd van de Isla, maar ze waren hem geweigerd. Later hood de gouverneur zo hem aan, toen 't niet meer noodig was. De gouverneur had bevolen dat er niet m?er geschoten mocht worden. Ir. Fruytier verklaart op een vraag van den verdediger, dat vóór zijn vertrek naar Curagao in de officieele besprokingen niet over militaire aangelegenheden is ge sproken, omdat hem de overtuiging was bijgebracht, dat die militaire kw?sties al afgedaan waren. Op Curagao deelde de ka pitein hein mee, dat hij geen mannen had en uit een convooi kreeg hij pas een oppasser. De regeering leefde in 't idéc, dat de toe stand op Curagao buitengewoon rooskleurig was. op do militaire uitgaven bezuinigd kon worden en da»- het nu 25 jaar goed was gegaan, ook 111 toekomst goed zou gaan. De opstand is niet tegen Nederlandsch gezag gericht geweest. De president: Maar da wapens waren toch van Nederland. Ir. Fruytier: Men heeft een misdaad jegens Nederland gepleegd om die wapens tc krijgen. Dat de poort 's nachts openstond, heeft hij nooit geconstateerd, 't wel geconclu deerd, aangezien hij auto's hoorde rijden. De verdediger haalt uit het verhoor voor rechter-commissaris6en aan, dat g3tui- ge wist dat de poort dag cn nacht open stond, omdat ze voor do brandweer open moest staan Dat moest als een sanctie wor den beschouwd. Of het fort officieel als fort vervallen is verklaard, weet hij niet. Een besluit dien- aangaands is hem niet bekend geworden. Toen getuige Fruytier vertrok, had hij de meening, dat in Mei een oorlogsschip naar Curagao zou vertrekken Met de Re geering is daar ook nog een gedachtenwls- eeling ovsr geweest, maar het schip is niet gekomen. Met 't oog op de presidentsver kiezingen in Venezuela echtte hij een schip nuttig. Voor 8 Juni was er nog geen oor logsschip gekomen, terwijl de aanwezigheid daarvan groote preventieve werking zou hebben gehad. Uit een voorgelezen verklaring van den hoofdambtenaar Jonquièro \an Koloniën voor rechter-commissansscn, blijkt dat de Minister van Koloniën in de overtuiging verkeerde, dat ir. Fruytier de meening van zijn voorganger omtrent li2t 6tationncoren van een oorlogsschip in Curagao niet deel de cn trekt de president dc conclusie, dat de heer Fruytier niet zoo positief in zijn verzoak is geweest. Ir. Fruytier antwoordt vervroegde zending van het schip niet noodig te heb ben geacht, aangezien de verkiezingen in Venezuela eerst eind Mei werdan gehouden. Vóór 1 Mei behoefde het 6chip er niet te zijn. Was het schip er geweest, dan hadden we tenminste militairen gehad bij den over val cn die hadden wo nu niet. IR. L. A. FRUYTIER. Mr. N. J. L. BranLjes, oud-gouv2rneur van Curagao, verklaart in zijn tijd als gou verneur de militaire zaken te hebben over gelaten aan den militairen commandant. Onder luit.-kolonel d2 Ridder was er ln het fort een militaire macht, die twee schildwachten uitzette; ze hadden generen en munitie; hij meent dat do geweren ge laden waren. Aan d2 poort was een gewa pende militaire macht. De poort werd mot taptoe gesloten. In de militaire formatie waren er een reserve en een piket; maar overigens heeft hij zich mei d2 militaire aangelegenheden niet bemoeid, ook niet toen kapitein Bor ren militair commandant was. Over een evcntuecle verdediging van het fort is nooit gesproken. Op dc vraag van den president hoe hij over de verdedigbaarheid van het fort dacht, luidde het antwoord: Was de poort dicht gewee$t, dan was er niemand dr» ge komen. Kapitein Borren kwam met een uitdruk kelijke instructie van Koloniën, hij had hem dus geen instructies meer t2 geven. Doel van zijn komst was meer bepaaldelijk dc organisatie van de militaire politie. Of er een instructie van den commandant be stond op Curagao weef hij niet, evenmin of er een voorschrift voor den garnizoens dienst bestond. De commandanten namen de zaak van elkaar over en hebben hem nooit er in gekend of hem gezegd, dat er iets mankeerde. Een ontwerp regeling \v3I- ke hij heeft overgelegd, ter toelichting van de besteding van aangevraagde gelden voor regeling van de politie, is door da Kon. Staten met algeineene stemmen verworpen. Do toestand in Rio Canario cn buiten Willemstad woe onvoldoende, maar verbe tering was uitgesloten, omdat er geen man schappen waren, om het optreden tot in dc buitendistricten uit te breiden. Dc regeling ten opzichte van de vreemdelingen was onvoldoende. Kapitein Borren heeft het militiebureau tje bij de poort opgeheven, waar hij vond clat 't wel schikte. Kapitein Borrcn verklaart, dat hij de cellen moest verplaatsen cn daarom het politiebureautje opheffen. Gouvernour Brantjes heeft hem toegestaan op Planters- rust buiten het fort tc gaan wonen. Mr. Brantjes verklaart deze vergun ning niet met zijn vollen zin te hebben ge geven en bezwaar te hebben geopperd. Militairen hebben meermalen werkzaam heden moeten verrichten buiten diensturen ten behoeve van het gouvernement, we gens gebrek aan vaklieden. Als opperbe velhebber der troepen werd hem dan ver zocht de daarvoor noodige maatregelen als verschuiving van dienst enz. goed te keu ren. Er was 200 ongeveer 120,000 per week noodig voor uitbetaling van salarissen enz. op Curagao. Bij plundering door een bende Vcnezolanen was er dus heel wat te plun deren geweest. Z. i. heeft kapitein Borrcn steeds hard gewerkt en den toestand der politic veel verbeterd, 't Was geen vergelijking met toen dc burgcrpolitie het werk nog deed Of het for; ooit als fort is afgevoerd weet hij niet. De gewezen eerste-luitenant J. Hulst was officier van wapening op Curagao en verklaart, dat de munitie vrij gunstig was opgeborgen, Vóór den overval is nooit ge dacht aan den ongunstigen toestand op liet fort, waar ieder kon komen cn dat de wijze van opbergen van wapenen cn munitie ge vaarlijk was, omdat ze zoo makkelijk be reikbaar waren. Kapitein Borrcn deelt mede, dat de bedoeling was dc geweren voor de gehuw den bij elkaar op te bergen op een zolder boven het kazernement. Dat dit nog niet gebeurd was, komt doordat do zolder on betrouwbaar was en openbaro' werken nog geen gelegenheid had gehad hem in orde te brengen. Mr. L. M. R 011 i n Couquerque, op verzoek dor verdediging gehoord, verklaart, dat bij de voorbespreking met kapitein Borrcn gesproken is over een regeling van de politie, niet over de militaire taak, wel ke ook builen zijn bevoegdheid lag. De heer Borren ging als militair cn bleef militair. In bet algemeen is juist, dat 't aantal manschappen te klein was, de werving is niet zoo vlot gegaan als men wel wilde. Do lage bezoldiging was daar een der oorza ken van. Later is verhooging gekomen. Kapitein Borren: Die verhooging is gekomen na 8 Juni. Hij gelooft, dat er nog een incompleet is. Mr Rollin Couquerque ziet in den brief van 10 November 1924 van den mi- nistor aan den gouverneur een raadgeving. De gouverneur is opperbevelhebber en heeft zijn instructie te geven aan den com mandant. Of 't roet 1 Jan. a.s. is weet hij niet, maar wel, dat de garnizoenstaak ge heel zal worden overgenomen door dc ma riniers cn de politietaak geheel door dc militaire politie worden vervuld. Kapitein Borren verklaart, dat na 8 Juni dadelijk het werk in Rio Canario aan de troepen is opgedragen, hoewel 't be hoort tot 't werk der gewone politie. Mr. Rollin Couquerque heeft den indruk, dat de huldiging door de bevolking van Borren bij zijn vertjrek van Curagao spontaan is geschied. Op een vraag van den advocaat fiscaal antwoordt kapitein Borren, dat de dooi hem genoemde maatregel bevolen ia door het bestuur van Curagao. De heer A. Hoorweg, die voor de re geering in commissio naar Curagao is ge weest, verklaart bij zijn rapport te volhar den en tc moencn dat kapitein Borren al lerlei te verwijten is ten aanzien van zijn militair beleid. Als commandant was hij, of er al of niet instructies gegeven waren, verantwoordelijk voor de veiligheid en hij heeft zijn verantwoordelijkheid niet ge voeld. Hij heeft zich alleen aan zijn politie taak gewijd. Het aantal menschen in 't fort zou, als er maatregelen waren genomen, voldoende zijn geweest om den overval te koeren. Na den overval bleek der commissie, dat er niets gedaan was, dat een herhaling had kunnen voorkomen. Desk. heeft gezorgd, dat er 111 het fort een hok werd geplaatst ter afscheiding tüs schen het politie en het militaire gedeelte. Hel heeft moeite gekost dit van gouverneur Fruytier gedaan te krijgen. De burgerpolitle moet mon zich voorstel len als waardeloos. Er was geen medewer king met, maar ook geen tegenwerking van de militaire politie; er was hcelemaal niots. De burgerpolltie is zonder geweren naar het fort gegaan om hulp te bieden. Ongetwijfeld was het een groote. fout, dat er geen alarmvoorschrift was. Desk acht Dr oaas tot werktoore .Nee II, jeg )e toch tinf Te nie> -ens renaee werk heb did m n eiger menn-r nan acn rang te notiden Nou neem my aei maai Dij, oaaa, ik gai niet nard werreltc." ujtch

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1930 | | pagina 6