Dinsdag 6 Januari 1931 -DE EEMLANDEft" 29e Jaargang No. 159 NEDERLANDERS IN BRAZILIË Onteigening van „Warnsborn" en „Vijverberg" DE BURGEMEESTERS VACATURE TE LONNEKER Unaniem verzoek der bevolking VOLKENBONDSPROPAGANDIST UIT DE 15e EEUW Inwijding eener Nederlandsche kerk ie Carambehy Ken Diitsch blad, Der Kompass, tc Curi- tyba in -en Braziliaanschen Staat Parana, heeft eeiigen tijd geleden een lang artikel geplaatsl over „Carambehy, een bloeiende kolonie an Nederlanders." Deze kolonie van een.'5 gezinnen ligt ongeveer een uur sporens an Ponta Grossa aan de lijn naar Castro e werd omtrent zestien jaren gele den gestcht. „Waar zich, schrijft het blad, vroeger en groote vlakte uitstrekte, vindt men thas keurige hofsteden, prachtige rijen sefcduwrijke boomen langs de breede toegangs/egen tot de hoeven, die omgeven zijn doojgroote boomgaarden, voornamclijk van perooomen. Ook appelen en wijndrui ven woren er gekweekt. De stallen op de hofstede zijn ruim, geheel modern en prao- tisch inpricht; ook aan de inrichting der varkenslkken is groote zorg besteed. Op do wijd! vlakte grazen prachtige kudden zwartboi Ncderlandsch vee; men treft stal len aan net iO stuks melkkoeien, hokken met GO t 100 zware mestvarkens, alsmede een goe« ingerichte en voortreffelijk be stuurde aasfabriek. Carambehykaas heeft sinds lar zulk een goeden naam, dat de nederzetng niet aan alle vraag kan vol doen." En de olonisten zijn geenszins alleen op hun stiffijk welzijn bedacht; er slaat een vriendeli, kerkje; de kolonisten zijn vrome lieden, b wie de Bijbel in huis een eere plaats irremt. Zij hebben een uitleenboe kerij vanOO boeken, die druk gelezen wor den, Iletijn allen werkzame, vooruitstre vende licn." De beligcn dezer Nederlanders zijn mede dochet A.N.V. behartigd. Na la jaar kerkelijkrgastvrnheid genoten te hebben van de Dtsche Gemeente aldaar, hebben zij hun cin kerkgebouw gekresen, dat vo rig jaar cplechtige en feestelijke wijze in gebruik igenomen. De samkomst begon in het oude ge bouw, was Pastor Wiesinger uit Castro en broeder Vrsluys het woord voerden. De laatste gtfcen geschiedkundig overzicht van het omblik, dat de kolonie werd ge sticht. Daaa betrad men het nieuwe Huis des Hcere onder het zingen van Psalm 122:1, waai Pastor Brepohl de feestrede hield. De litsche bladen getuigen van do hartelijke menwerking en de eendracht tussclien c Hollandsche en Duitschc be volking de<olonio. Men is vnemens naast het kerkgebouw 'der gerefor-erde gemeente ook een school te bouwen. (Nederlander). bekend doordat hij zitting had in verschei dene examencommissies. Ook was hij con sul van den A.N.W.B. Hij bereikte den leel tijd van 75 jaar De begrafenis zal plaats hebben op Dins dag G Januari om écn uur op de algemeene begraafplaats aan de Kleverlaan té Haar lem. Het kapverbod inmiddels vervallen Wat moet nu gebeuren? R. LUYTEN. f Bekend onderwijsman. Te I-Iaarhis na een langdurig ziekbed overleden lieer R. Luyten, oud-leeraar aan de rijkieekschool voor onderwijzers aldaar. De heer L»?n genoot zijn opleiding aan dezelfde schGen was voordat hij op 1 Nov. 1883 tot leojr" in de wiskunde werd be roemd, o.a. lfd eener school op Texel. In onderwijskriiii was tic lieer Luyten zeer Wees spoedtevreden mei wat gij hebl, maar niet sptir; met wat gij zijt. Door E. P_LIPS O PP EN H El.M. Geautorrde vertaling van Mï. KELLER. 69 Wij hadden lallen gehoord, een schot in de gang hafcerklonkcn. Ik hield Fe licia een oogeifl terug, maar de anderen waren reeds n. buiten gevlogen. De kellner cn de huiecht waren uit de dien kamer gesneld, kamermeisje liep hui lende met haariiort voor het gezicht door den gang. Midden op dfooper lag daar Delora op den rug meijd uitgestrekte armen en een roókendjevolver naast zich! Ik deed toon ij at schijnbaar zeer on gevoelig leek. Ik- al de menschen zich om het lijk verben, ik liet aan oom Ferdinand over jcia naar haar kamer terug te brengen nam zelf de lift, die mij naar omlaagicht, waarna ik het café binnenging. „Waar is Loui&roeg ik aan don eer sten kellner, dier tegen het lijf liep. „Hij is een paainuten geleden wegge gaan, mijnheer", !voordde hij. Bijna tegelijk (hij dit zeide, kwam Louis aan de an zijde van het café binnen. Hij zag met en ik nam waar, hoe hij haastig riijn vingers z'jn das w^er in orde brac! dat hij bij het pas- seeren van een sp daarin keek om to zien of zijn overli wel goed zat. Toen ik tegenover hemid, hijgde hij hoor baar, alsof hij hartd geloopen. „Ja Louis", zeidelechts, „vijf trappen af te vliegen is eermoeiend iets voor menschen van onïeeftijd!" Hij keek mij v/oos aan, alsof hij niet begreep wat idoelde. „Vijf trappen, mfcr?" herhaalde hij. Het Volk schrijft: De Tweede Kamer hoeft, zooals in ons Kameroverzicht en -verslag-reeds is me degedeeld, het, wetsontwerp tot verklaring van het algemeen nut der onteigening van de landgoederen „Warnsborn" en „Vijver berg" ten behoeve van de stichting „Het Geldensch Landschap" aangenomen cn thans is ook het Voorloopig Verslag dei- Eerste Kamer nopens dat wetsvoorstel ver schenen. Intusschcn moet het kapverbod, dat in de laatste (lagen \an 1929 op de bosschen en andere houtopstanden dier landgoederen is gelegd, als vervallen worden beschouwd, daar liet niet binnen den wettelijken ter mijn van één jaar is gevolgd door eigen domsovergang (op de onteigende partij) van de onroerende goederen, waarop do door het verbod getroffen bosschen enz. voorkomen, terwijl ook geen geding tot onteigening aanhangig is gemaakt, omdat dit uit den aard dei zaak onmogelijk is, zoolang niet bij de wet het algemeen nut der onteigening is verklaard. Door dezen gang van zaken is de maat schappij, die eigenaresse is van „Warns born' en „Vijverberg", een exploitatie van bouwterreinen, weer volkomen vrij om met het aanwezige houtgewas naar goeddunken tc handelen. Men dient af tc wachten, welk gebruik zij van die herkregen bevoegdheid zal maken. Erg duidelijk is de nieuw in getreden toestand ons niet en verrassingen zijn niet uitgesloten. De oogen van heel natuurminnend Nederland zijn gericht op hetgeen er thans met dit kostelijk natuur schoon gebeuren gaat. Een benoeming die de belang; stelling heeft van breede kringen Men schrijft aan de N. R. Ct.: NOODLOTTIG MOTORONGELUK. De motorrijder E. Jetten, uit Wehr (Duitseh land), die Zaterdagmorgen te Sittard tegen een ijzeren mast van do Limburgsehe Tram- wccr-Maetschappii is gereden, is Zaterdag middag aan de bekomen verwondingen be zweken. EEN WENK AAN WIELRIJDERS. Verblindende verlichting. De Rotterdamsche hoofdcommissaris van politie schrijft: Herhaaldelijk wordt door wielrijders ge bruik gemaakt van lantaarns, waarvan het licht, verblindend is. Dit kan ernstige on gelukken veroorzaken, liet euvel kan wor den opgeheven door de lantaarns zoovci te dompen. dat de tegemoetkomende wegge bruikers niet door de lichtstralen kunnen worden getroffen. Alleen liet voor den w iel rijder liggende wegvlak wordt dan verlicht hetgeen ook de bedoeling moet zijn. Met wiclrijdend publiek wordt verzocht krach tige medewerking tc vcrleenen. In Overijssel is op het oogenblik een bur gemeester» vacatui e, die de volle belang stelling heeft van breede kringen en in het bijzónder van de bevolking van Twente. Deze vacature is in de gemeente Lonneker, wier burgemeester, de heer M. A. II. M. Stroink, eenigen tijd geleden is overleden De vraag gaat hier niet zoozeer erom, w i e burgemeester zal worden, als wel of er cn zoo ja, onder welke voorwaarden een bur gemeester benoemd zal worden. liet zich steeds uitbreidende Enschede heeft het eigen grondgebied volgebouwd cn reeds moesten verschillende woningcom plexen gebouwd worden op gebied van het Enschede geheel omringende lonneker. Vandaar dat Enschede een krachtige actie begon tot annexatie van Lonneker, ook voor het verkrijgen van meer industrie-terrein. Even krachtig was het verzet van de zijde van Lonneker, dat als bloeiende en groeien de plattelandsgemeente er niets voor ge voelt gevoegd te worden bij de industrie stad Enschede met de gevolgen van dien. Waarbij er dan tevens op gewezen wordt, dat het toch niet aangaat zonder meer een gemeente van een 30 000 zielen bij een an dere gemeente in tc lijven. Van Enschedeesche zijde nu werd de bur gemeester-vacature aangegrepen als een goede gelegenheid een beslissing te krijgen, gaande in de richting van annexatie en wel doordat deze vacature onvervuld blijft, waar geen kans op schijnt te zijn, of door het benoemen van een tijdelijken burge meester, wat ernstig overwogen wordt. Dat hiertegen verzet zou komen van Lon neker zijde, was te verwachten, maar hoe spontaan en algemeen de pikeer van an nexatie is, komt hierbij sterk naar voren. Is het reeds een zeldzaamheid, «lat uit een gemeent-e openlijk een eandidaat voor het burgemeesterschap wordt aanbevolen, enn unicum is zeer zeker, dat alle groepen, alle schakccringen uit een gemeente één en den zelfden eandidaat naar voren brengen. In adressen aan den minister dringen thans niet alleen het gemeentebestuur van Lonneker cn alle landbouw- en aanverwan te organisaties, maar oök'Tle geestelijkheid en de leiders van «iljc politieke groepen aan op dc benoeming van den heer G. W. Stroink, een broer van den overleden bur gemeester en thans burgemeester van Steen wij kerwold, voorzitter van de O. L. M. en van tal \un andere vereenigingen. Dc heer Stroink hoeft niet gesolliciteerd, maar verklaarde zich op dit algcmccne verzoek bereid een benoeming tc aanvaarden. Uit deze keuze blijkt ook, boe men zich in Lonneker geheel on al laudbouw-gc- meente voelt. Verder ziin audiënties aan gevraagd bij den minister en bij den Com missaris der Koningin. Vermoedelijk zal laatstgenoemde reeds Maandag a.s. zijn standpunt in deze bepalen en dienovereen komstig adviseeren, zoodat een beslissing binnen korten tijd te verwachten is. UIT DE STAATSCOURANT. Toegekend de ecre-medaillc der Ornnjc- Nassau-orde in zilver aan W. G. Gerncr, wonende te Haarlem, procureursklerk ten kantore van dr. F. C. A. Dammers, te Am- Sterdam; in brons aan H. Hertog, binder bij dc firma Joh. Enschedé en Zonen, te Haar lem; met ingang van 1 Januari op verzoek eer vol ontslagen uit den militairen dienst de eerste luitenant op non-activiteit J. W. Westenberg, van liet wapen der infanterie; met ingang van 1 Januari op verzoek eer vol ontslagen G. Stel als burgcrondcrw ijzer bij de opleiding der zeemacht; met ingang van 1 Januari op verzoek eervol ontslagen uit den militairen dienst dc eerste luitenant J. N. Swaan, van het regiment genietroepen. Op verzoek wegens gezondheidsredenen rnet ingang van 1 Februari a.s. eervol ont slagen de rijksinspecteur vail dc Ncd. Spoorwegen J. C. Loman, te 's Gravenhage, cn is met dien datum als zoodanig be noemd J Canters, ter standplaats Arnhem; benoemd tot elcctrotechniscli hoofdamb tenaar bij de telegrafie cn telefonie G. A Boor en G. Emmerik, thans electro technisch ambtenaar resp. tc Vlissingcn en te 's Gra venhage (directie T. D benoemd bij het departement van finan ciën tot ndjunct-commics bij de rijkskan toren der directe belastingen enz. M. K ra yenbrink; benoemd tot griffier bij het kantonge recht: OVERTREDING TARIEFBEPALING IN HET BOEKDRUKKERSBEDRIJF. Eisch tot boete door den rech- ter toegewezen. De Maasbode meldt: Twee boekdrukkei s uit Heerlen hadden meerdere transacties aangegaan beneden het tarief van de bindende handleiding voor de berekening van handelsdrukwerk cn dc Rechtspraak-Commissie vorderde te genovcr beide leden van de Fed. der Werk gevers-Organisatie in het Boekdrukersbe- drijf zeven disciplinaire maatregelen met even veel geldelijke beboetingen. Toen de leden taal noch toeken van leven gaven, stelde de Federatie bij «1c Civiele Ka mer der Arrondissemcnts-Rechtbank te Maastricht een eisch tot betaling in. Door de beide boekdrukkers werd be twist hunne gohoudenheid om de boeten tc betalen, op grond, dat de bedoelde uitspra ken dier rechtspraak-commissie niet bin dend zouden zijn, omdat die commissie een orgaan is van eischcrs, die daardoor rech ter zou zijn in eigen zaak en de desbetref fende dc bepalingen en de dientengevolge lusschen partijen gesloten overeenkomst zou zijn in strijd met de openbare orde en goede zeden. Dc Rechtbank ging echter met deze zienswijze niet mee en oordeelde, dat be palingen cn'statuten en reglementen, waar bij leden van vereenigingen zich bij voor baat verklaren te onderwerpen aan het oordcel en de uitspraak hetzij van liet be stuur, hetzij van een ingevolge de geldende statutairo voorschriften door bestuurs of al gemeene vergadering aangewezen orgaan, niets bevatten wat met goede zeden of openbare orde onvereenigbaar is, waar toch ieder lid door zijn toetreden blijk geeft, daarmede genoegen te nemen. Dc gedaagde boekdrukkers werden dan ook veroordeeld lot het betalen eener zij het verminderde boete cn de proceskos ten. Een monument vooi den Abbé Saint-Pierre Het mag algemeen bekend worden ver ondersteld, dat in de afgeloopen eeuwen hei aantal ontwerpen, dat is gepubliceerd ter zake van volkenbond of staten-organisatie, niet gering is. Onder de ontwerpers neemt echter in dc eerste helft der achttiende eeuw. de Abbé de Saint-Pierre, afkomstig uit St. Pierre EEglise in Norm&ndiö een bizonderö plaats in. Zijn ontwerp toch bedoelde niet slechts ccn Volkenbond te scheppen, maar geheel een internationale organisatie op to bouwen voor de samenleving dor volken. Voor Nederland is bovendien van belang, dat in dit ontwerp aanvankelijk aan Utrecht als hoofdstad der organisatie een bizonderfl plaats was gegeven. De Abbe do Saint-Picrra achtte een Hollandsche stad daarvoor aan gewezen, omc(at de Hollanders hem meer internationaal voorkwamen dan welk volk ook. Onder leiding van den prefect van Kefi departement dc la Manche cn onder eere- voorzittersehap van minister Briand is nu to Cherbourg ccn comité gevormd, dat ton doel hoeft een bescheiden monument voor de nagedachtenis van dezen pionier der Vol- kenbcndsgedachte op tc richten. Gezien de bizondere belangstelling, die da figuur van den Abbé de Saint-Pierre in Hol land steeds liceft mogen ondervinden, heeft het Fransche comité aanraking met Neder land gezocht. De Vcreeniging voor Volken bond en Vrede heeft, teneinde te pogen bij- Idragen voor dat doel te verzamelen, een klein comité gevormd, dat onder leiding jstaat van zijn nieuw opgetreden voorzitter, den heer jhr. rar. dr. H. A. van Karnebeek, en waarin naast dezen o.m. zitting hebben prof. A. Anema, mr. J. F. Andrcoli, voorzit ster van do Ilaagsche afd. van don R.-K. Vredesbond, mr. J. Limburg, dr. J. ter Meu- en, bibliothecaris van het Vredespaleis, mr. van Rijckevorsel, commissaris der Ko- ïingin in Noord-Brabant, mr. G. van Sloo- en, secretaris der Ned. Vcreeniging voor Intern, recht en IT. van der Mandere, J. van Kassaustraat 93. den Ilnag, die tevens het .«lecretariaat der commissie op zich heeft ge- ilomen. DE DREIGENDE UITSLUITING IN HET ZEEVISSCHERIJBEDRIJF. Conferentie met den rijksbe- middclaar. 's Gravenhage, 5 Jan. In verband met de weigering der reeders om de sche pen naar zeo te zenden zonder de afslui ting van een collectief contract, meldt men oils van werknemerszijde, dat de visschers het standpunt in nemen, dat er geen con flict bestaat, maar dit door de reeders ge schapen wordt. Immers de visschers willen op de voorwaarden die aangeboden worden naar zee. Voor de haringvisschcrij, die pas in Juni begint, achten zij echter de voor waarden niet van dien aard, dat zij daarop een collectief contract voor 3 jaar weïl- schen aan te gaan. Dc rijksbemiddelaar, de heer Van IJsscl- stein, heeft partijen opgeroepen tot een conferentie in het departement van arbeid, handel cn nijverheid op Woensdagmorgen. Do rijksbemiddelaar houdt dan om halt elf besprekingen met de reeders en om half twaalf met de samenwerkende werkne mersorganisaties. „Jawel", zei ik hoofdknikkend, „ik heb de lift genomen, Louis. Delora ligt boven in de gang vlak bij zijn kamer, met een kogel in het hoofd. Ik zou wel een» willen weten of hij zelf dat schot zou hebben ge lost, dan wel of iemand" „Of iemand wat?" vroeg Louis zacht. „Nu het kan me eigenlijk niet schelen", vervolgde ik schouderophalend. „De waar heid zal toch wel aan het licht treden, ook zonder dat ik er mij mede bemoei. Maar ik zou willen vragen of je ecnig idee hebt wat er met die twee honderd duizend Pond is gebeurd." „Ik, mijnheer!" Louis stak beide handen uit en vervolgde: „Delora heeft eenige uren tijd gehad om ze weg te bergen. Als hij mijn raad had gevolgd, dan zou hij nu met een automobiel op weg zijn naar de Zuid kust. Wat het geld aangaat, nu, dat zal wel ergens zijn." „Ja, dat denk ik ook, Louis/' erkende ik. „Delora was een prutser/' vervolgde Louis met nadruk. „Het spel was in zijn handen. Zelfs het opduiken van zijn broe der leverde geen direct gevaar voor hem op. Hij had toch een volkomen in orde zijn legim'tatiekaart' in zijn bezit en daar kon niemand iets tegen inbrengen!" „Behalve wanneer men wist, dat hij van plan was om de opbrengst van den ver koop in eigen zak te doen verdwijnen." „Dat zou moeilijk te bewijzen zijn ge weest, zoo hij verkozen had 't tegendeel te verzekeren", merkte Louis op. „Vanhallon zou bitter weinig hebben kunnen inbren gen, zoo het geld in zijn handen was ge komen." „En de Chineesche gezant dan?" „Zijn documenten zouden zeer voldoen de zijn. ITij heeft de schepen en dus waar voor zijn geld. Neep, er was voor Delora geen enkele reden om te wanhopen. Wer kelijk, in het laatste uur heeft bij zich als een kind gedragen. Maar mijnheer boude het mij ten goede Louis snelde weg en ik zag hoe hij glim- iachend'een stelletje laatkomers naar een tafel geleidde. Ik bleef naar hem staan kij ken. Er schuilde toch iets buitengewoons in dien man! Ik was vast overtuigd, zelfs bp dat oogenblik. nog, dat hij achter de^ schermen blijvend het heele plan van die oplichterij, in ieder geval het grootste deel i van, had bekokstoofd Ik geloofde even zeer, dat het zijn hand was geweest, die Delora naar de andere wereld had gehol pen. F.n nu stond hij daar, enkele minuten na het drama waarin hij de hoofdrol had vervuld, rustig met zijn gasten te praten, ze adviseerend omtrent de wijnkaart cn zo een of anderen schotel aanprijzend. Intus- schcp lag boven Delora met een blauw plekje bij zijn slaap... Het was het bewijs, dat de theorie van liet overleven van de krachtigste individuen ook geldt voor de misdaad! Ik ging weer naar boven. De Chineesche jgezant, Vanhallon en Lamartine zaten in 'druk gesprek in de zitkamer van den ver moorde. Na een oogenblik aarzclens ver- ochten zij mij ook deel tc nemen aan de nnfercntic Men had eeir wissel van honderd :esfcig duizend Pond in de portefeuille van Ion doode gevonden, maar bankpapier tot L*n gezamenlijke waarde van veertig duizend jj'ond was spoorloos verdwenen! Zij keken liiij eens aan en Lamartine deelde mij me de wat hun gedachten bozig hield. Zij moes lim weten waar dat bedrag was verborgen en hij zeide: „Wij hebben cenig vermoeden, wat de junge dame betreft' „Nu, dat kunt u gerust laten varen!" zei ill droogjes. „Ik geef er mijn woord op, dat van het heele plan niets lieeft afgevve- a en er nu nog niets van begrijpt. Zij is vast overtuigd, dat haar oom op vol- men eerlijke wijze getracht heeft de op- ïcht, waarvoor zijn broeder naar Europa s gegaan, na te komen. U kunt u ge- t de moeite sparen tusschen haar ba- ;c naar het geld te zoeken." Maar waar kan het dan gevlogen zijn?" eg Vanhallon. „Die man had geen tijd om* het weg te maken." Ik deed mijn mond open om wat te zeg gen maar besloot toch liever te zwijgen. Waarom ook niet? Ik had mijn doel be reikt en had de overtuiging verworven, dat het een dwaasheid is zich te bemoeien met dingen, die je niet aangaan. Daarom hield ik mijn mond. Ik ging naast de dame met de turkooizen zitten en vroeg haar; ga „Wilt u mij eens vertellen, hoe u hem heeft gevonden? Is hij werkelijk ziek ge weest, of hoe heeft het zich toegedragen?" Ik wees met het hoofd in dc richting waar Ferdinand Delora was sezeten. Nog altijd keek hij even kinderachtig onnoozel voor zich uit. Het drama, dat zich kort te voren in zijn onmiddellijke nabijheid had afgespeeld, had blijkbaar geen indruk op hem gemaakt. „Ilenri, de heer Bartot,.had rnij alles van de zaak medegedeeld. Het plan was oorspronkelijk van hem. Ze hebben later geprobeerd de zaak te bespoedigen buiten hem om. Henri ging daarom naar Londen en heeft daar den dood gevonden. Zooveel weet ik, doch wie zal zeggen, hoeveel meer er van te vertellen valt? Maar ik besloot wraak te nemen. Ik wist naar welk gesticht men hem had laten brengen, een particu liere ziekeninrichting, die slechts weinigen als hersteld verlieten. Maar ik vervoegde mij daar cn bezwoer, dat ik zijn dochter was. Ik joeg ze allen een doodsangst op het lijf, omdat ik wist dat hem vergift was toegediend, waardoor hij zijn denk vermogen kwijt was. Zij achtten hem on schadelijk en berustten er in, dat hij met mij mee ging. Ik stak met hem naar En geland over en bracht hem hier. „En wat gaat u nu doen?" vroeg ik. „Nu moet ik terug', antwoordde zij, .maar Ilenri is ten minste gewroken!" Zij boog zich naar mij toe cn fluisterde mij in het oor: „Deel aan hen, die zich met zijn verzor ging belasten, mede, dat hij niet lang meer kan leven. De dokters hebben mij dat ver zekerd. Het is een kwestio van weken." Ik ging met haar naar de deur cn merkte met gedempte stern op: „Het is een dure reis voor u geweest..." „Henri heeft mij alles nagelaten", ant woordde zij met een lachje, „aan geld heb ik waarlijk geen behoefte. Maar dc bedoe ling van uw woorden waardeer ik". Zij zuchtte eens cn na een blik te heb ben geworpen naar Felicia's kamer, ging zij met haastige schreden weg. Ik keerde langzaam terug. Een paar minuten later kwam Felicia weer binnen en zette zich naast haar oom. De anderen waren allen vertrokken cn wij waren alleen. „Lieveling", zeide ik, „hier mag je niet langer blijven. Je moet met je oom met mij meekomen." Zij stak haar handen uit cn fluisterde! „Waar je maar wilt, beste Austen. Een jaar later stelde ik Felicia voor irt het Milan Ilotel te gaan lunchen. Zij werd niet zenuwachtig, toen zij dit voorstel hoor de, maar was even nieuwsgierig als ik om te zien, of Louis daar nog was. „Er valt geen oogenblik aan te twijfe len", zei ik, „of je oom Maurice had het bedrag van veertig duizend Pond in bank papier ontvangen. Toen men hem, door een revolverschot gedood, optilde, vond men in zijn portefeuille een wissel ten bedrage van honderd zestig duizend Pond. 't Bank papier was verdwenen. En nu zou ik wel eens willen weten, waarheen dat geld ge stoven is." „Ja, ik ook!" verklaarde zij. Een kellner, dien ik van vroeger kende, kwam ons begroeten. Ik informeerde bij hem naar Louis en hij deelde ons mede: „Louis is een geluksvogel geweest. Een familielid kwam te overlijden en liet hem zijn heele fortuin na. Het hotel van Benzoli in St. James Street stond te koop en Louis kocht het Het gaat hem prachtig." „Die gelukkige Louis!" zei ik halfluid. „En hoe groot was die nalatenschap? Weet je dat misschien ook?" „Ik heb gehoord", antwoordde d» kellner met gedempte stem, „dat het zeker wel veertig duizend pond geweest zijn!" „Zoo wordt de ondeugd beloond!" fluis terde ik Felicia toe. „Mijnheer gaat zeker wel eens kijken ia het Café Benzoli ging de kellner voort. „De keuken is er uitmuntend en vele van Louis' vrienden zijn hem gevolgd." Felicia en ik keken elkander eens met een glimlachje aan. „Nu, dat zou misschien wel eens kunnen gebeuren", merkte zij ietwat aarzelend op. „Neen hoor", verklaarde ik beslist, „ik houd me toch maar liever aan het Milan Hotel." EINDE

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1931 | | pagina 5