AMEIISFOOiaSCH DAGBLAD HET VERHAAL VAN EEN OOGGETUIGE DE KINDERMOORD TE ROTTERDAM Donderdag 8 Januari 1931 h -DE EEMLANDEft" 28e Jaargang No. 161 SLACHTOFFERS VAN DEN LAVASTROOM BEHANDELING VOOR HET HAAGSCHE HOF Vijf jaar geëischt 'DE MERAPI. Plotseling schoot een bruinzwarte rookwolk naar beneden en uitbarsting! Groot? snelheid van den lahar Aan liet „A. 1. D. De Preangerbode'' van 20 December j.l. en volgende dagen, waarin de eerste verhalen van een ooggetuige om trent de uitbarsting van den Merapi voor komen, is het volgende ontleend: In den vroegen morgen van den 18en De cember werd het was 's morgens half zes een groote aschwolk uit den krater ge- stooten, terwijl een geweldige zandlahar, bestaande uit fijn grijs zand vermengd met gloeiend hcete steenen, door het Blongkeng- ïavijn naar beneden kwam. Deze lahar ver oorzaakte verzengende luchtstroomen, die alles in de nabijheid verschroeiden. De men- schen, die langs het ravijn wonen, vlucht- ten hals over kop uit hun desa's. De snel heid, waarmee de stroom naar beneden kwam, was zoo groot, dat enkele menschen, die in het ravijn veldarbeid verrichtten, tij dens hun vlucht door den lahar werden ach terhaald Zoo werd in het gehucht Maron, van hot onderdistrict Doekoen, een meisje, dat In een zijdal van het groote ravijn aan het gr afsnijden was, door den stroom gegrepen. Men heeft haar niet weer teruggevonden. Nog vreeselijkcr was hetgeen in het ge hucht Sonen geschiedde. Daar waren een aantal mannen en vrouwen op de sawah aan bet werk, toen zij de dood en verderf aanbrengende massa op onheilspellend snel le wijze zagen en hoorden nadelen. Zij, die aan den ravijnkant werkten, konden zich nog juist in veiligheid stellen. Maar toen ze boven waren, speelde zich voor hun oogen een ontzettend tooneel af. Zonder dat ze in staat waren ook maar een hand ter redding uit te stoken, zagt n zij veertien van hunne kameraden voor hun oogen door den voort- schietenden stroom meegesleurd worden Van al deze menschen heeft men later slechts twee afgrijselijk verkoolde lichamen ieruggevonden. Op Vrijdag 19 December bereikten den correspondent te Magelang uit Pakis cn Moentilan berichten over een modderregen en even later viel dit zeldzame verschijnsel ook te Magelang waar te nemen. Tijdens een flinke onweersbui heeft do Merapi weer veel asch uitgestooten cn deze daalde als modder uit den hemel. Daarbij viel eon scherpe kruitlucht waar te nemen, zooals bij Javaansch nieuwjaar tengevolge van hut afsteken van groote hoeveelheden mertjons. Om half tien kregen wij aldus de cor respondent bericht, dat massa's vruch- telingen van desa's boven Moi .ülan en uit de kotta Moentilan, met hun heelc heb ben en houden op wog waren naar Mage lang. Na veel moeite gelukte het een huur auto te bemachtigen, omdat van de meeste verhuurder ij en de chauffeurs „tida brani" waren, niet durfden dus. Bij het verlaten van de kolta, omstreeks tien uur, had een oppas van de stadspolitie de vriendelijkheid, ons er nog even op te wijzen, dat het onmogelijk was Moentilan te bereiken en dat we de reis heclemaal op oigen risico moesten ondernemen. Hetgeen wij dan ook maar hebben gedaan. Er viel nog steeds modder, zoodat het voor den» chauffeur zeer moeilijk was eenig zicht te krijgen. De voorruit was ieder oogenblik met een dikke moddorlaag bedekt, en met open voorruit rijden was onmogelijk vanwe ge de modderspatten, die naar binnen vlo gen. Den geheel en weg langs ontmoetten wij troepen vluchtelingen, die zich naar Mage lang spoedden. Het was een deerniswek kend gezicht, deze in hooge mate bevreesde menschen bij het schijnsel van onzekere olielampjes en flambouwen te zien voort trekken cn daarbij vaak de meest waarde- looze artikelen met zich dragend. En terwijl rechts van den weg deze slier ten vluchtenden onhoorbaar voortschoven, was links heel flauw het lichtschijnsel van den lahar te zien, die in het donker al na der scheen te komen Zoo bereikten wij Moentilan, \vaar groe pen menschen stil luisterden naar angst wekkende verhalen van bestoven en bemod- derde vluchtelingen. Bij den wedono trof fen wij in de voorgalerij een verzamelde menigte vrouwen en kinderen aan, die ten minste de wijste partij hadden gekozen cn eerst bij den wedono kwamen vragen wat hun te doen stond. (- r - IJzingwekUende geruchten. Te Moentilan liepen ijzingwekkende ver halen onder de bevolking, van een nieuwe ramp die door een lavastroom in Doekoen ZOU zijn aangericht en van geweldige mod- derbandjirs in de kali Blongkeng en de La- mat Een snel ingesteld onderzoek wees uit dat deze verhalen slechts op geruchten be rustten en dat de waterloop van beide kali's nog vrijwel normaal was. Op Doekorn was ook niets bizonders voorgevallen. En intusscben spoedde de stroom vluchte lingen zich naar Magelang... Wij leerden in haast van den wedouo zoo veel Javaansch als noodig was en met be- hulD van den chauffeur konden wij hon derden menseben naar waarheid itnlichten. .Vooral als verteld werd. dat bet gen bood schap van den wedono van Moentilan was, was een krachtig „inggih" het bewijs, dat de zaak duidelijk was en met een onver stoorbaar gezicht werd de terugtocht weer aanvaard Als hun gevraagd werd, waarom zij vluchtten was het antwoord „botten trang". (Wij weten het niet). Ze liepen eenvoudig omdat de anderen ook wegliepen. Om twaalf uur klaarde de lucht wat op. Do geheole weg van Moentilan tot Mage lang is bedekt met een ongeveer één c.M. dikke modderlaag. Naar Gedjoegan. Zondagmorgen bij daglicht vertrok de correspondent naar het eigenlijke tooneel van de ramp. Even buiten Magelang ver toonde de Merapi zich in al zijn geweldig heid. Slechts de top was door een smalle wolkenbank aan het oog onttrokken, maar voor de rest was de borg heel helder. Plot seling zagen we een donkere wolk zich lang zaam boven den top verheffen en op het zelfde oogenblik schoof, hoogstwaarschijn lijk door do Blongkeng, een bruinzwarte rookwolk naar beneden: een uitbarsting! Duidelijk was te zien hoe dc laharwolk oen bocht maakte in de richting Moentilan. En nauwelijks was de zwarte rookrnassa, die uit den krater gestootcn was cenige kilo meters gestegen, of een tweede verscheen boven de witte wolkenbank en weer zakte heel langzaam voor het oog een laharwolk langs de helling. Van den top waren duide lijk vier stoomstrepen te zien, die zich langs de flanken van den vulkaan tot ver bene denwaarts uitstrekten: vier lahars. Hoe dichter we bij Moentilan kwamen, hoe duidelijker de groote Blongkenglahar werd. Iiij maakt van den weg af den .'nJruk van een dampende rivier, die zich als een breede stoomende strook in het groen der omliggende desa's schijnt tc verliezon. Langs .den grooten weg liepen weer hon derden vluchtelingen bepakt en beladen met huisraad en alle mogelijke andere ba rang in de richting Magelang. De neerhangende telefoondraad waarlangs de mantri's op den post Baron twee dagen geleden, toen Maron nog bestond, telefo neerden, de neerhangende of afgebroken bamboes en vooral de stilte die in de om liggendo kampongs heerpcht, zijn de conige tóekenen, dat ér boven iets bizondjrs moet zijn gebeurd. Als wc een 1000 meter voorbij deri drie sprong Ngenlok zijn, zien we rechts dam pende zandhoopen van den zuidelijken ia- har. Even verder krijgen we Podjok. Van 'den wegkant lijkt alles normaal. Wc zien kake lende kippen, en een paar losloopenle kar bouwen. De huizen echter zijn gesloten. Kon troepje soldaten komt uit het groen te voor schijn Ze hebben juist de lijken van 18 kin deren, zes vrouwen cn zeven mannen begra ven Dan gaan we naar het vèrsto punt, dat nog bereikbaar js: het ravijn van de kali Poetih. Voor ons, rechts en links strekken zich de vaak heftig stoomenJe lal.ars uit, geweldig beeld van verwoesting Aan de overzijde van een vijftig meier breede lahar ligt de desa Gedjoegan. Wc hooren er schoten van militairen en als we met een paar anderen ons over den warmen lahar naar de overzijde hebben gewaagd, komen wc aan in Podjok om het lu- uber werk in Gedjoegan voort te zetten: zeventien kinderen, zeven vrouwen en vijf mannen worden hier zondor veel omslag be graven. En dan ligt er nog een groot deel van desa verder naar het Blongkeng-ravijn. Panorama van den nog werkenden Merapi met omgeving, opgenomen dadelijk na de uitbarsting. Daar is men nog niet geweest. Wat zal men er straks tc zien krijgen? We kunnen het gruwzaam tooneel in de kampong niet langer aanzien en haasten ons weer naar den weg. Uit alles wat we hier zien en hooren blijkt, dat hel aantal dooden niet bij benadering is te schatten. De detachcmcntscommandanl van de veldpolitie komt boven en deelt mede, dat de weg naar Sroemboeng is afgesloten door de politie. Er wordt een groote stroom „vul kaantoeristen" verwacht en de toestand is bij de lahars nog zoo gevaarlijk, dat het on verantwoord zou zijn hier belangstellenden toe te laten. Om negen uur verlaten we het dampende en stoornende landschap cn aan vaarden den terugweg. Onderweg komen we troepjes desamen schen tegen, die hun kampongs weer gaan opzoeken om het vee te verzorgen cn eten te halen. Op Sroemboeng hooren we, dat de D. V G. twee artsen en verplegingspersoneel heeft gezonden. De gouverneur van Mid- den-Java, generaal Van Mourik. resident Van Polt, de regent van Magelang, kolonel Boeije en overste Van der Poel begeven zich juist naar boven. Wij gaan naar Doekoen. Op den pasar voor de woning van don assistent wedono zitten oogenschijnlijk heel kalm een 3000 vluchtelingen. Gisteren waren er 6000, maar de meeSten zijn verder getrokken, om dat ze het op Doekoen nog tc gevaarlijk vinden. Militaire koks zijn bezig in keuken wagens rijst te koken voor deze menigte. De A. W. vertelt ons, dat dc menschen m een paniokstemming zijn. Op de Goenoeng Gana, vlak achter Doe koen, zitten ook honderden vluchtelingen. In lange slierten zien we ze door de sawahs trekken naar den grooten weg. Een groot deel gaat naar Magelang, Temanggoeng cn Parakan. Een ander deel trekt naar de heu vels ten zuiden van den grooten weg ep richt zich daar zoo goed mogelijk in. Gis teravond zag men langs de kam van al deze heuvels honderden lichtjes van vluchtelin gen, die er den nacht doorbrachten De toestand steeds ernstiger. We vernemen hedenavond, dat het hcelo tweede bataljon infanterie naar hot tooneel van de ramp is gezonden om hulp te vcr- lecnen. Het aantal dooden is veel cn veel groo- ter dan men eerst vermoedde. Men schat hot thans op zeven honderd! Er blijken veel meer kampongs te zijn, die door den heeten luchtstroom zijn bestreken. Veel lijken kunnen niet worden begraven, omdat men er niet bij kan koinen. Het aan tal gewonden nadert dc honderd. Dc stroom vluchtelingen naar Magelang neemt nog steeds toe. Vanmiddag wilden ook grooto groepen, die voorloopig in Moengkid zijn ondergebracht, weer weg: Met groote moei te slaagde men cr in dc menschen tc kal- meeren. Er zijn momenteel vier lahars. Een in het Blongkengravijn, die vanmiddag nog steeds op zes km. afstand van Moentilan' was, een in de kali Batang, dan een „wilde", waar schijnlijk een overlooplahar, die zich bij Gedjoegan splitst in een Zuidelijke cn Wes telijke, cn een kleine in dc kali Krassak De brigade, die belast is met het begra ven der lijkon, komt door een groene sawah van een vrij vervallen woning, waarin tot aller ontzetting veertien lijken door elkaar blijken te liggen, waarbij een vrouw met een kind aan de horst. De boompjes, die op drie meter afstand in den lahar staan, branden aan dc ondor- zijde. Even vorder in de kampong is een huisje geheel verbrand cn er buiten liggen drie lijken, in knielende houding voorover gebogen op den grond, rnet hel hoofd op de armen. En dan weer even verder treffen wc een nog levende vrouw aan, die echter op vragen geen antwoord geeft. Lyitenant Van Ham met twee soldalcu, die stervende karbouwen en paarden heb ben doodgeschoten, komen te voorschijn. Dadelijk klinkt het hoornsignaal: „Voor den dokter" en even later komen er men schen met een draagbaar, die de vrouw naar Sroemboeng zullen overbrengen. De ouddndisch militair, die ziin beide kinderen om het leven bracht. 's-Gravenhage, 7 Jan. In hooger be roep heeft heden voor het Haagsche ge rechtshof terecht gestaan do 40-jarige ge wezen portier P. S. aldaar, die in Juni van het vorig jaar in zijn woning aan dé Rubroekstraat te Rotterdam zijn beide kin deren, een jongen cn een meisje met revol verschoten en messteken van het leven heeft beroofd. De officier van justitie bij «Ie rechtbank te Rotterdam had deswege tegen verd. 6 jaar gevangenisstraf geëischt. De rechtbank heeft verd. op 30 Oct. j.l. veroordeeld tot één jaar gevangenisstraf, door te brengen in een bijzondere gevangenis en daarna ter beschikkingstelling van dc Regeering. Van dit vonnis was de officier van justi tie bij de rechtbank in hooger beroep ge komen. Door den procureur-generaal mr. de Vis ser waren geen getuigen gedagvaard. Op een vraag van den president jhr. mr. von Weiier, hoe hij tot deze daad gekomen was, antwoordde verdachte: „Ik was ten einde raad, ik was 5 weken in het gasthuis geweest." Pres.: Daar behoef je toch geen on schuldige kinderen xoor te vermoorden. U hadt daartoe liet - oornemen opgevat, om dat u bang waart dat zij later in ongeluk kige omstandigheden zouden komen tc ver- keeren. Ver d.: „Ik kon voor de toekomst van die kindoren niet instaan." De president wijst verd. op zijn reeds vroeger afgelegde verklaringen, waaruit blijkt dat verd. eerst op zijn zoontje Pieter heeft, geschoten en daarna op het meisje en dat hij, toen hij zag dat het ventje nog leefde, dezen met kracht met een rnes in de borst heeft gestooten. Pres.: Hadt U de bedoeling U zelf ook te dooden? Verd.: „Daar ging liet juist om." Na nog eenige vragen gesteld tc hebben, verkrijgt de procureur-generaal mr. de Vis ser het woord tot het nemen van zijn re quisitoir. Spr. noemt deze zaak zeer tragisch en kan zich begrijpen dat de officier van justi tie te Rotterdam van het gewezen vonnis in beroep is gekomen. Spr. gaat dan na de oor zaken van de idéé fixe van verd., om met zijn kinderen uit het leven te scheiden en betwist vervolgens dat dezo idee ten op zichte van zich zelf alleen zou voorgezeten hebbon. Dit blijkt uit het feit dat verd. het wapen (de revolver) op zichzelf gericht heeft, nadat hij wist dat het reeds twee maal geketst had, terwijl hij zich met het mes slechts onbeduidende schrammen had toegebracht. De procureur-generaal gaat het vroeger leven van verd. na, zoowel in Oost-Indië, waar hij met een inlandsche vrouw in het huwelijk trad, bij wie hij twee kinderen kreeg, als later hier en vervolgens in Cura cao, vanwaar verd. weer naar hier terug- Lkeerde. Behalve een pensioen van 12 per week verdiende hij een weekloon als portier bij I-Ieck's. Lunchroom. Spr. gaat dan de motieven na, die verd. er toe gebracht heb ben zijn misdadig voornemen ten uitvoer te brengen en zegt dat dc vrees voor de toe komst van deze kinderen ongegrond was. Het waren ijverige, lieve en zeker geen ab normale kinderen, die later een plaats in liet leven en in de maatschappij hadden kunnen bekomen. Dit is dooi- verd. op een zoo gruwelijke wijze verhinderd. Spr. gaat dan na hoe verd. zich tegen lymphale punctie heeft verzet. Er hebben verd. an dere middelen ten dienste gestaan dan die welke hij gekozen heeft. Alhoewel spr. den verdachte verminderd toerekenbaar acht, is het vonnis der recht bank niet in verhouding met dit buiten gewoon ernstig misdrijf. Spr. requireert ver nietiging van dit vonnis voor zoover de strafmaat betreft en vraagt veroordeeling tot vijf jaren gevangenisstraf, door te brengen in een bijzondere strafgevangenis en daarna ter beschikking stelling van de Regeering. Mr. C. Loeff, als verdediger optredend, gaat uitvoerig de levensomstandigheden van dezen man na, die van af zijn jeugd teleurstelling ondervond en in zijn plannen gedwarsboomd werd en in sterke mate lijdt aan dwanggedachten. PI. schetst het zware leven van verd., eerst in Oost-Indië waar hij niet vooruit kon komen en ten slotte aan den drank verslaafd raakte cn daarna zijn mislukking in Holland en zijn herhaalde poging 0111 in de West ten bc- hoevo van zijn kinderen iets hooger op te komen cn de blijken van liefde die verd. zoowel in geschrifte als mot de daad ten opzichte van zijn beide kinderen toonde. Gedurende dit pleidooi snikte verd. voort durend. Pleiter hoopte dat hier de psychiater en dc gerechtigheid elkander de hand moch ten reiken en vroeg bevestiging van het door de rechtbank gewezen vonnis. Verd verklaarde niets meer te willen toe- 1 voegen aan dit pleidooi. Het Hof zal 21 dezer arrest wijzen. Hoewel er veel keukenwagens van het -id regiment zijn gezonden, wordt 't aantal vluchtelingen zoo groot, dat men er niet zeker van is, ol' men den toestand kan blij ven behecrschen. Daarom zal morgen le beginnen de voedselvoorziening worden geregeld door dc intendance. Voor de menschen, wier desa's zijn verwoest., zullen barakkon wor den gebouwd door de militairen. De regent deelt ons mede. dat dc mili tairen schitterend werk verrichten. Wc vernemen om tien uur heden (Zon dagsavond, dat voorzichtigheidshalve ook Sroemboeng zal worden ontruimd, omdat do lahars zich weer in beweging hebben gesteld. Moentilan was vanavond stil en verlaten. De groote Chmeezen zijn bijna allemaal vertrokken. Het grootste deel der huizen is gesloten. Afschuwelijke tooneelen. Resident van Pelt, die Zondagavond terugkeerde van een tocht naar het geteis terde gebied, verklaardo dat de toestanden welke hij gezien en dc tooneelen, welke hij bijgewoond had, onbeschrijfelijk zijn. Het meest tragische tooneel speelde zicli echter af toen uit dezen gloeienden heksen ketel, over dc rampzalige grijze vlakte, plotseling een klein inlandsch kereltje, al leen gekleed in een armoedig jasje, kwam aanrennen met verbrande voeten cn bcenen, steeds door gillend en schreeuwend. De resident, die op eenigen afstand van den lahar stond, trad naar voren om het jon getje te laten zien dat er menschen waren, waarop het kind een schreeuw uitstootte en wankelend naderbij strompelde. Het arme kereltje bleek volslagen krankzinnig tc ziju van angst. Een onderofficier nam het jog- gie op den rug en bracht het naar het zie kenhuis. De militairen in dit gebied, onder com mando van luitenant Ohl, verrichten schit terend werk. De resident bezocht verder een Inland sche woning, waar hij 6 kinderlijken aan trof, terwijl de moeder, die waarschijnlijk krankzinnig is geworden van angst, zich had opgehangen. De tooneelen die verder werden aan schouwd, waren veelal tc afgrijselijk om daarvan een nadere omschrijving te geven. Een der ontelbare tragische gevallen be treft een vader, die met drie kleine kinde ren de vlucht nam: een aan de hand, een op den rug cn een in een sarong aan de borst geklemd. Op een gegeven moment vatte de sarong vlam, waarop de vader door een doodclijken angst aangegrepen de sarong en het kind in den lahar liet vallen, waar het arme kind een smartelijken dood vond. De vader met de twee andere kinderen be vinden zich in veiligheid. Dc radelooze smart van den man laat zich hegrijpen. De vreeselijke paniekstemming, welke on der de bevolking hecrscht, wordt het best geïllustreerd door het volgende voorval. Toen resident Van Pelt gisterenavond te Doc-Ko enarriveerde, was de assistent-we-* dono op den pasar bezig een 1500 vluchte lingen, die zich op den pasar bevonden en in een hoogst nerveusc stemming verkar den, gerust te stellen. De resident, die iet9 met den A. W. te bespreken had en nog niet wist, waarop deze bezig was liet hem roe pen, waarop de A. W. den pasar verliet om den resident op tc zoeken, liet vertrek van den assistent-wedono van den pasar was het sein tot een geweldige paniek en een algemeen sauve qui peut onder de 150O stakkers, waarbij velen onder den voet wer den geloopen. De resident en de assistent-wedono keer» den daarop zoo snel mogelijk terug om de menschen te kalmeeren en zij bleven geruï- men tijd onder de menigte, hetgeen de men schen geruststelde. Het volk, hoewel zeer zenuwachtig, ge draagt zich overigens zeer gedwee en volgt alle instructies op, ook wanneer het niet mogelijk is direct allen van levensmiddelen te voorzien, f

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1931 | | pagina 9