SPECIALE MANTELWEEK AMERSFOORTSCH DAGB1AD SAMENWERKING ONZER INDUSTRIE DE EERSTE KAMER OVER DE TARWEWET Willem Groenhuizen Zijn Laatste Wensch Dinsdag 20 Januari 1931 „DE EEMLANDER" 29e Jaarrang No. 172 BESCHERMING OF BEVOORRECHTING? JUWELIER EEN HANDIGE OPLICHTER GEARRESTEERD N.V. COMPAGNIE LYONNAISE SPOORWEGONGELUK TE SITTARD Aanzienlijke schade DRINGENDE EISCH VOOR DE TOEKOMST Het vormen van één front De regeering ontvangt krachtige steun, doch ook bestrijding Het menggebod onpractisch Verschenen is het Voorloopig Verslag der Eerste Kamer over het wetsontwerp, houdende bepalingen in het belang van de inheemsche tarweteelt. Verscheidene leden spraken blijkens dit verslag er hun bevreemding over uit, dat zij, die vrijheid van beweging als het hoogste goed plachten te beschouwen, thans, nu hun bedrijf niet meer winstge vend dreigt te worden, onverwijld do Re geering om bijstand verzoeken. Naar de opvatting van deze leden, be hoort de Staat zich niet slechts met den landbouw in te laten, wanneer deze een somber perspectief biedt. Aanvaardt men in dien tak van volkswelvaart eenmaal steun van dc Overheid, dan zij daarvan de consequentie, dat men ook in gunstiger tijdsomstandigheden bereid is de bemoeie nis van den Staat té dulden in zake de economische positie der landarbeiders. Sommige andere leden waren van oor deel, dat de wetgever zich in het algemeen niet behoort te mengen in den onderlingen belangenstrijd tusschen de verschillende groepen, waaruit de bevolking is samenge steld. De ontworpen plannen hebben dit met protectie gemeen, dat een deel der bevol king wordt bevoordeeld ten koste van het overige deel. Hoewel deze leden dit beden kelijk achtten, verklaarden zij zich bereid over dit principicelo bezwaar heen te zien, daar het hier geldt een tijdelijken maatre gel tot verzachting der gevolgen eener zoo ernstigen crisis, als in meer dan honderd jaren in een voor ons land en volk zoo be langrijk bedrijf als dat van den landbouw, waarin meer dan de helft onzer bevolking direct of indirect een bestaan vindt, is voor gekomen. Komt hierin niet spoedig veran dering, dan zal dit moeten uitloopen op een algemeene débacle voor ons geheele platte land. Deswege wenschten deze leden de Re geering zoo krachtig mogelijk te steunen in haar pogingen tot verlichting der gevol gen van den heerschenden noodtoestand mits zulks niet op onbillijke of onredelijke wijze ga ten koste van andere groepen on zer bevolking. Vele leden sloten zich aan bij deze con clusie. Ernstige bezwaren tegen deze wetgeving. De leden, die bevreesd waren voor bena deeling van groote groepen der bevolking ten behoeve van den landbouwenden stand, hadden ernstig bezwaar tegen de hier ge volgde methode van wetgeving. Zij betwij felden of de bewilliging der Statcn-Geno- raai in een onbeperkte volmacht aan de Regeering ter bepaling van de samenstel ling van het tarwemeel, dat wordt vervoerd, in voorraad gehouden of afgeleverd, in overeenstemming is met het in Nederland aanvaarde beginsel van den rechtstaat. Aangaande den invloed van het ontwerp op de bereiding en den prijs van het brood waren verscheidene leden ervan overtuigd, dat de verplichteng om allo in Nederland geïmporteerde bloem niet 'in den handel te brengen, alvorens haar te hebben ver mengd met een zekere hoeveelheid bloera van inlandsche tarwe, het brood in elk ge val duurder en waarschijnlijk ook slechter zal maken. De verleening van steun zal volgens deze leden voor een groot deel ten, goede komen adn de inheemsche meelfabrikanten en voor een ander eventueel geringer deel aan de verbouwers van tarwe hier te lande, ter wijl dc kosten het zwaarst zullen drukken op de minvermogenden, die in verhouding tot anderen hun voedsel meer in het ge bruik van brood moeten zoeken. Vele andere leden waren van oordeel dat een ernstige proefneming met do inland sche tarwe zal doen blijken, dat de ge vreesde nadeclen voor do broodbereiding niet bestaan. Het menggebod onpractisch. Vele leden achtten een menggebod on practisch, omdat het geen rekening houdt met de verschillende doeleinden, waarvoor de inlandsche tarwe wordt gebruikt. Bo vendien kan het voor vele importeurs den ondergang van hun bedrijf tengevolge heb ben, terwijl het gevaar van een abnormale verhooging der prijzen van het gemengde meel geenszins denkbeeldig is. Al deze be zwaren hadden kunnen worden ondervan gen, indien de Tweede Kamer zich zou heb ben vereenigd met do amendementen-Boon en -Oud. Dat de Minister deze amendemen ten onaannemelijk heeft verklaard en ge dreigd met intrekking van het ontwerp, vond bij verschillende leden ernstige be denking. Andere leden betwijfelden of de Minister van het eens door hem ingenomen stand punt zou willen afwijken en stelden daar om dc vraag of het, ook na de verwerping van dc amendementen-Boon-Oud. binnen het kader van het wetsontwerp, zooals dit thans luidt, nog mogelijk wordt geacht, dat voorzieningen in den geest dier amende menton zouden kunnen worden getroffen. Vele leden vreesden dat de ontworpen maatregelen do mogelijkheid zouden opo nen voor een ontzaglijke fraude. Enkele an dere leden waren bevreesd voor de belem meringen in de bedrijven, welke de cóntröl* tengevolge zal hebben en voor de hoógp kosten daarvan. Bescherming #of bevoorrechting? Enkele leden waren van oordeel, dat voi komen ten onrechte telkens van „bescher ming" gesproken wordt. Veel beter ware het te spreken van „bevoorrechting", daar de strijdvraag vrijhandel of protectie hier ge heel buiten staat. Sommige leden waren van oordeel, dat dp Staat verplicht zal zijn den importeurs cenigermate in hun eventueele verliezen te gemoct to komen. Van vele zijden werd hiertegenover aangevoerd, dat het geven van schadevergoeding in dit geval tol schromelijko consequenties zou leiden en economisch niet wel te verdedigen is. Een belangrijk bezwaar zagen eenige le den hierin, dat dc tarwc-invocr zal stijgen en de rneelinvoer dalen. De gevolgen daar van zullen zijn, dat de leverantie van Rus land zullen toe-, die van de Vereenigde Sta ten zullen afnemen. Tel. 852. Langestraat 43. GOUDEN TROUW- EN VERLOVINGSRINGEN. MODERNE MODELLEN. Reislustige dames als slachtoffer Amsterdam, 20 Jan. Op verzoek van de Justitie heeft de mobiele brigade van de Centrale Recherche gisteren te Amsterdam gearresteerd een 44-jarigen koopman. Deze maakte er zijn werk van met dames van middelbaren leeftijd reizen te organiseeren naar Duitschland en Zwitserland. Geduren de deze reizen wist de man door valscho voorspiegelingen van de dames, dio van de reis wellicht meer verwachtten dan de reis alleen, geld los te krijgen. Een Nederland- sche dame is van dezen koopman het slacht offer geworden tot eon bedrag van 50.000. In verband met deze oplichting werd hij aangehouden, doch het schijnt wel vast te staan, dat er meer slachtoffers zijn. Van het van bovenbedoelde dame afhandig gemaakte geld is een groot gedeelte opgespoord. Do man is aan den Officier van Justitie voorgeleid. UTRECHTSCHEWEG 10 TEL. 179 AMERSFOORT Botsing tusschen een kolen en een goederentrein Sittard, 20 Jan. Op het station te Sit- tard heeft gisteravond te 11 uur ten gevolge van 'n verkeerden wisselstand een botsing plaats gehad tusschen een kolen- en een goederentrein. Do bagagewagen van den goederentrein werd totaal vernield. In dezen wagen bevond zich de hoofdgcleider de 43- jarigc Klaesscns uit Vcnlo. Deze man is met inwendige kneuzingen in hét zieken huis alhier opgenomen. Van beide treinen zijn nog enkele wagens omgeslagen en ver splinterd. Dc andere staan buiten de rails. De schade is aanzienlijk. Met treinverkeer op de groote lijn ondervond geen vertraging. DE MOORDAANSLAG TE LIEROP. Roermond, 20 Jan. Hedenmiddag werd voor de rechtbank te Roermond be handeld de zaak tegen den 28-jarigen land bouwer M. Theunissen, destijds woonachtig te Lierop (Noord-Brabant), thans te Ncer- bosch bij Nijmegen, wicn ten laste was ge legd doodslag op zijn oom C. van der Heij den in den morgen van 4 November van het vorigo jaar met een schop gepleegd. Het Openbaar Ministerie vroeg vrijspraak vor verdachte in verband met het feit, dat hij gebrek aan bewijs aanwezig achtte. Uitspraak op 3 Februari a.s. OMHOOG GEVAREN EN WEER VLOT. Vlissingen, 20 Jan. Het Noorsche stoomschip „Annau" is bij Fort Tennolle omhooggevaren, terwijl het Italiaansche stoomschip „AJsierdi" bij Zoutclande is om hooggevaren. Beide schepen kwamen van Antwerpen en zijn later op eigen kraoht vlot gekomen. Heroveren van verloren afzett gebieden in Indië Als gevolg van een uitnoodiging van een voorloopig comité van actie onder leiding van den heer Ir. J. H. H. Verloop, directeur van Wilton-Feijenoord kwamen op den len December j.l. in het gebouw van den Me- taalbond te Rotterdam, een 40-tal vooraan- saande industrieelen uit verschillende groe pen bijeen. Het doel hetwelk dit comité voor oogen stond was om te komen lot een permanente samenwerking cn overleg ten einde: 1. te geraken tot het heroveren van ver loren afzetgebieden in Indië en elders cn zoo mogelijk het veroveren van nieuwe. 2. het verbruik in ons land te stimulee- ren van de industrieele en landbouwpro ducten van eigen volk, zooveel als zulks wenschelijk is. 3. tot samenwerking met de Regeering te komen, ter verkrijging van een beter functionnecrcnden cconomischen voorlich tingsdienst in Nederland. 4. samenwerking te verkrijgen van do producenten bedrijftaksgewqze gegroepeerd, zoowel onderling als met dé handelslicha men. De industrie heeft getoond door haar bij eenkomst te Rotterdam, dat zij aan de ver wezenlijking van de pogingen wil mede werken door het opbouwen van een pijler welke kon dienen als steun voor do ver binding met het Regeerings-instituut, dat blijkens de toezegging in de laatste Troon rede gevormd of vervolmaakt zoude worden en dus de eerste pijler zal vormen, opge bouwd volgens de principes neergelegd in het bekende advies, opgesteld door de com missie terzake den cconomischen voorlich tingsdienst onder leiding van Dr. Posthuma. Tot nu toe is naar buiten niet veel geble ken van ernstige pogingen der Regeering om te komen tot centralisatie van de verschil lende verspreide afdeelingcn voor economi sche voorlichting. Wellicht zullen deze met meer energie worden ondernomen, nu blijkt, dat het prac- tischc bedrijfsleven het groote belang van een goed en centraal georganiseerden sta- tistisch-econoraischen voorlichtingsdienst 16 gaan inzien. Samengaan van Regeering en particulie ren bedrijven ter verbetering van ds groot ste fout t.w. het gemis aan kennis omtrent andere landen, wordt hoe langer hoe meer een dringende en gebiedende eisch. Om dit doel te kunnen bereiken is aller eerst een groote mate van samenwerking noodig tusschen de Regeering en het be drijfsleven, door de mogelijkheid te ver schaffen tot het verkrijgen van betrouwbaar feitenmateriaal op economisch gebied. Hoezeer de omstandigheden daartoe drin gen blijkt wel uit den vrij snellen ontwik kelingsgang van ons bedrijfsleven geduren de de laatste 10 jaar. Een punt, dat bij de beoordeeling van onze positie in internationaal opzicht van belang is, vormt onze levensstandaard ten aanzien van eerjige naburige landen, want als mocht blijken, dat wij op de wereld markt niét kunnen mededingen omdat wij een te hoogen levensstandaard hebben, dan zoude voor Nederland de zaak er hopeloos voorstaan. Uit een artikel in de Engelsche „Econo mist" van 18 November blijkt duidelijk dat de kosten van levensonderhoud iu Neder land zelfs zeer gunstig afsteken bij die der omliggende landen; het cijfermateriaal is bijeengebracht door de Unilever (Margarine Unie) en is door het betrouwbare serieuze en wereldbekende economisch blad als de „Economist" de overneming waardig ge keurd. Alleen JJelgië wijst een lagere standaard aan, maar wanneer daar te lande de eischen der werkenden dringender gaan worden ten aanzien der sociale wetgeving en de koston voor de bedrijven evenals voor de indivi duen hooger worden, dan is het zeer do vraag, of ook daar, evenals in Frankrijk en Engeland, de levensstandaard niet belang rijk hooger zal worden. Vergoten mag niet worden, dat Nederland op dit gebied veel landen vor vooruit is. Wat wij hier echter zeer missen in tegen stelling tot b.v. Duitschland, Amerika, Japan en zelfs Frankrijk, dat is de onderlinge sa menwerking der industrie-groepen. Zonder die samenwerking, welke een dui delijk uitgesproken karakter moet dragen, is het voor de Regeering practisch onmo gelijk houvast in het bedrijfsleven te vinden voor de maatregelen, die zij zou hebben te nemen. Sterk individualistische gevoelens bij ons volk, verzet tot het uiterste om baas te blij ven, groote overdrijving van alles wat uit den vreemde tot ons komt, doen vaak con currentie vormen ontstaan, die een menta liteit scheppen, welke op het gebied van gemeenschappelijke belangen, zooals hier een eerste vereisebto is, misplaatst is. Door samenwerking vormt de industrie één front, zoo dringend noodzakelijk in de moeilijke periode, die wij voor den boeg hebben; de tweede pijler is gevormd voor do economische brug, die binnenkort zal wor den geslagen om de verschillende gebieden te verbinden, Dc eerste pijler, de Regeering en de tweede pijlerhet gegroepeerde, ingerichte Nederlandsche bedrijfsleven kunnen een hechte basis vormen, waarop verder zal kunnen worden voorgebouwd. UIT DE STAATSCOURANT. Benoemd tot notaris te Dordrecht mr. F. J. Sigmond, candidaat-notaris te Dordrecht; herbenoemd tot kantonrechter-plaatsver- vanger in de kantons: Amsterdam, mr. D. K. G. de Jong; Arnhem, mr. R. van Maare Bzn.; Zutphen, mr. J. A. C. van Heusden; Gulpen, H. J. L. Merkelbach; Assen, mr. A. W. Westra van Holthe; Almelo, mr. G. D. B. ter Braa/kc; Medemblik, J. W. H. Rees; Eist, mr. E. O. J. Baron van Hoevell tot Westerflier; Nijmegen, mr. H. J. C. van Scherpenberm, mr. J. Santman; Heusden, H. J. van Eggelen. Bij K. B. is de heer C. C. do Bruin be noemd tot leeraar aan de R.H.B.S. to Oud" Beierland is aan J. Sabelis met ingang van 1 Maart 1931 op zijn verzoek eervol ontslag ver leend als leeraar aan de R.H.B.S. te Brielle; is aan mr. B. M. Berger, burgemeester van Venlo, op zijn verzoek eervol ontslag verleend al6 lid van den Radioraad en van dc Radio-Omroep contróle-commissie met dankbetuiging voor de door hem als zoo- danig bewezen diensten, en voor het tijd vak van dit besluit (10 Jan. 1931) tot en met 31 Dec. 1933 benoemd tot lid van den Radioraad mr. P. J. A. Kleene, ambtenaar van het O.M. bij het kantongerecht te Roermond. J. J. ROOVERS Amsterdam, 20 Jan. De gemeente secretaris te dezer stede de heer J. J. Roo- vers is heden 65 jaar geworden. De geluk- wenschen zijn hem vandaag van alle kanten toegestroomd, zoowel van de zijde van hot Stadhuis als van daarbuiten. Voorzeker een bewijs van de hartelijke genegenheid die men den gemeente-secretaris toedraagt. De heer Roovers heeft met Maart a.s. de gemeente 35 jaar gediend, nadat hij tevoren in Noord-Brabant en in Zuid-Holland secretaris-werkzaamheden heeft verricht. Uit een hart, waarin hevige driften koken, moeten noodwendig verstand-benemende dampen naar boven stijgen. YOUNG. G.Ueber den Tod hinaos"). Roman van ANNY VON PANHUYS. Uit bet Duitsch door V. H. C. BOULLAARD. Nu waren zij bij het museum. Eenigszin9 gedrukt besteeg de professor de twee breede, steenen treden naar den ingang, op de bovenste had hij den ouden Thomas ge zien. Als een visioen meende hij hem weer op dezelfde plaats te zien staan en met ge weld moest hij die herinnering van zich af schudden. Het schilderijmuseum was eens het slot, dat door de hertogen van Schneiditz Stei- nigen werd bewoond, doch anderhalve eeuw geleden kreeg het de bestemming, die het thans nog had. Ook eenige beeldhouwwer ken behoorden tot het besit van hot mu seum. Het was niet gemakkelijk den bouw stijl van het reusachtige gebouw in een be paalde klasse te rangschikken. Wel was het oorspronkelijk in gotischen stijl opgebouwd, maar daarna had de fantasierijke vroeg renaissance er iets aan toegevoegd, terwijl eenige versierselen en zuiltjes verrieden, dat ook de barok-tijd niet zonder zijn spoor te hebben achtergelaten aan Schneiditz was voorbijgegaan. Trots zijn interessant verle den was de indruk, die het uitwendige van het gebouw teweegbracht, over het alge meen nuchter en plomp. Bij het binnentre den kwam men in een ruime hal, in welker midden een wenteltrap, zooals men die in het Palazzo Barberini te Rome vindt, welke naar de volgende verdieping leidde. Deze interessante trap was een bijzondere be zienswaardigheid voor vreemdelingen, die Schneiditz bezochten. De in een der pijlers aangebrachte elec- trische klok wees op drie uur. Op dit uur placht het gewoonlijk zeer stil te zijn in het museum en ook nu was dit het geval. De portier, die zich verveelde en in de hal liep te ijsberen, groette den professor en diens dochter zeer eerbiedig en meldde, dat het portret reeds in de directeurskamer was gebracht en de drie mannen, die het gebracht hadden, stonden te wachten om het op te hangen. Met een vriendelijk „dank je wel" ging de professor naar de wenteltrap. Else volg de haar vader, die tijdens het naar boven gaan af en toe halt hield; zijn hart was weer aan 't spoken. Else leed er zeer onder, dat haar vader al zoo lang sukkelend was. IIoo gaarne zou ze een offer gebracht hebben, indien dit zijn hartkwaal en zijn zenuwgestel had kunnen genezen. Sinds gisteren, toen haar vader haar de last van die twee maanden proef tijd van de schouders had genomen, had zij hem nog meer lief dan te voren. De trap eindigde op een breeden gang, waarop eenige smallere gangen uitkwa men. Groote deuren verleenden toegang naar de vele zalen. Aan het einde van den hoofdingang stonden diie mannen, die hun pet afnamen. Een hunner opende de deur, waartegen hij leunde, voor vader en doch ter. Zij waren nu in de directeurskamer, een zeer ruim vertrek met door den tijd verbleekte brocaatstof tegen de wanden en een a la Watteau beschilderd plafond. In een hoek stond een met rood fluweel be kleed bankje, waarop de professor ging zitten. Zoekend gleed zijn blik door het ver trek, dat er door zijn koelheid weinig vriendelijk uitzag. Tegenover hern, aan een der lange zijden, hingen de drie portretten van zijn voorgangers, die evenals hij, hun zilveren jubileum hadden mogen vieren Ginds in den hoek stond ook zijn portret, dat hier zou komen te hangen. Reeds jaren geleden waren de haken volgens de aan wijzingen van den lijstenmaker in den muur gedreven, zoodat men het schilderij slechts had op te hangen. „Jullie kunt nu het doek afnemen en 't schilderij ophangen", riep de professor den mannen toe, die vlug deden wat hun was opgedragen. Na hun een goede fooi te heb ben gegeven, liet hij hen gaan. Een tijd lang spraken vader en dochter geen woord; er heerschte een plechtig zwij gen, terwijl zij naar het portret keken, dat in zijn mahoniehouten lijst zoo forsch en zwaar daar van dien wand op hen neerzag. Beider gemoed werd hier in de middagstil te, die hen omgaf, bewogen door allerlei gedachten. Eindelijk verbrak de vader het zwijgen. Hij trad op Else toe en legde zacht zijn arm op haar schouder. „Eens zal Zeker mijn portret weer naar huis gehaald worden niet waar, mijn kind?" „Maar vader", klonk lief verwijtend haar antwoord, „begint u daar nu weer over?" „Ik moet wel, Else, ik kan niet anders. Kijk eens, ik weet heel goed dat jullie, moeder en jij, me liefhebt, maar niettemin kan ik niet dikwijls genoeg hooren, dat jul lie na mijn dood mijn portret weer naar huis zult laten brengen." „Wil ik 't u schriftelijk bevestigen, va der?" Else trachtte een schertsenden toon aan te slaan, maar *t ging haar niet goed af, want het naar haar toegebogen bleeke gezicht van haar vader, dat diens boosaar dige kwaal verried, bracht haar van streek. „Neen kind, ik geloof aan je woorden, ook zonder dat je die schriftelijk beves tigt". Vermoeid glimlachte hij. „Maar ik verheug me, dat de hertog na mijn dood zal bemerken, dat niet bij alle menschen de ijdelheid van het gezin boven de liefde gaat. Van mijn gezin ten minste ben ik zeker. Of hij van zijn zaak, zoo ging hem door het hoofd, werkelijk wel zoo zeker zou zijn geweest, indien alleen zijn vrouw daarbij betrokken ware geweest die vraag zou hij niet zoo snel hebben kunnen beant woorden. Star keken de vier portretten neer op vader en dochter. Daar links, het eerste van de rij, stelde den baron Thomas voor. Berner richtte zijn blik naar het portret, dat ten voeten uit was geschilderd. Een heel klein, smal mannptje moest de oude Thomas geweest zijn; -p zijn uitgewroogd, rimpelig gezicht lag een glimlach en de poederpruik met het stijve staartje zag er bijna grotesk uit. Het portret, dat er naast hing, was dat van den dikken Achim von Siddow, een man met een gemoedelijk gezicht" met volle wangen en kleine, half dichtgeknepen oog jes. Zijn kunstig geplooide kanten jabot was wel het meest opmerkenswaardig van den heer Achim on Siddow. De derde van de rij was een waardig kijkend heer met zorgelijk samengetrokken wenkbrauwen en hooge vadermoorders; het beetje haar op zijn hoofd verried veel, al te veel pom made. Deze heer met het plechtige gelaat heette, toen hij nog door de straten van Schneiditz wandelde, Fraugott von Bar- wald; nakomelingen van hem woonden thans nog in de residentie, „U ziet er 't deftigst uit", fluisterde Else haar vader toe en er lichtte trots in haar oogen. „Jammer", voegde zij er peinzend aan toe, „dat u van een plechtige onthul ling van het schilderij niets hebt willen weten." „Je weet, kindlief, ik houd niet van zulk geparadeer in het openbaar; ik zal blij zijn als dat jubileumfeest heelemaal voorbij is. „U bent in alles zoo bescheiden, vader." Else bracht zijn hand aan haar lippen en vond, dat een jubileum toch iets wonder schoons was vooral zooals met haar het geval was wanneer daarbij tegelijk je en gagement publiek mocht worden. De professor scheen haar gedachten te hebben geraden, hij trok zijn kind naar zicU toe en kuste het. „Mijn lieveling, wordt maar heel, heel gelukkig!" Met groote oogen keek Else haar vader aan. Wat beduidde dat? Zijn woorden klon ken bijna als een afscheid. Iets dergelijk* scheen de professor zelf te vinden, want, hij liet Else los en zei op een toon, dien hij trachtte ongedwongen te doen klinken: „Ik begin bijna te gelooven. dat ik haast even plechtig kijk als de dikke Fraugott vou Barwald", daarbij wijzende naar het portret van den heer met de vadermoorders. {Wordt ▼errolgdj

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1931 | | pagina 5