HELDENDAAD VAN VAN SPEYK
WAAROM HET IS GAAN VRIEZEN
EEN VAN SPEYKTENTOONSTELLING
HERDENKING DOOR DE
KON. MARINE
Kranslegging namens
H.M. de Koningin
EEN Z.G. TRANSPORT-
KOUDE
Dreigende depressies
IN HET SCHEEPVAARTMUSEUM
TE AMSTERDAM
Tot half Maart toegankelijk
Plechtigheid in de Nieuwe
Kerk te Amsterdam
Amsterdam, 5 Februari. De liel-
icn dood van den marine-officier Jan Carcl
.losophus van Speyk, die heden vóór hou
der jaren van Antwerpen, liever dan zich
aan den vijand over te geven, het kruit aan
boord van do „Kanonneerboot II" tot oi.t
ploffing bracht en zóó met schip en beman
ning in de lucht vloog, is heden door de Ko
ninklijke Marine in de Nieuwe Kerk aan
den Dam alhier, waar het gedeelte der stof-
lelijke resten van dezen grooten doode, dat
naderhand is teruggevonden, ligt begraven,
op plechtige wijze herdacht.
Van de marine-kazerne op Kattenburg ver
bokken vanmorgen tegen tienen verschil
lende tot de marine behoorende corpsen
in totaal 350 manschappen in gesloten
formatie naar den I)am, voorafgegaan door
tamboers en pijpers, welke marschmuzick
ten gehoore brachten. Deze corpsen beston
den uit afgevaardigden der matrozen te
Vlissingen, der mariniers te Rotterdam en
der opleiding te Amsterdam, voorts mar
cheerden, onder leiding van verschillende
officieren, mede tal van opvarenden der in
de hoofdstad ligplaats .hebbende oorlogs
aar tuigen, 11.1. de pantserboot „Brinio", do
torpedoboot Z S en de onderzeeboot D 10.
Een tweetal niet-ontplooide vaandels werd
meegedragen. Bij de Nieuwe Kerk werden
de corpsen, welke van den kant van het
zeer talrijke publiek dat door de politie, die
in versterkte getale aanwezig was, op be
hoorlijken afstand werd gehouden, veel be
langstelling ondervonden, ontbonden, waar
11a de manschappen zich scctiegewijze in
hot kerkgebouw begaven. Tusschen half «lf
cn elf uur was het voorts bij den ingang van
de kerk een voortdurend aankomen van
auto's met maritieme, militaire en burger
üjke autoriteiten, alsmede andere genoodig
den, van wie velen cck te voet kwamen
Ook hen golden uiteraard de nieuwsgierigo
blikken der toeschouwers.
In de kerk.
In het schip der kerk bevond zich dan ook
egon elven een zeer groote schare belang
stellenden in de plechtigheid; voor zoover
atogclijk hadden de autoriteiten in de.groo
ie luifelbanken plaats genomen. Onder hen
bevonden zich de adjudant van Z. K. H.
Prins Hendrik luit. ter Zee le klasse Ter
mijtelen, do commandant der Marine, vice
admiraal L. J. Quant, de burgemeester der
hoofdstad, de heer W. de Vlugt, vice-ad
miraal mr. Jager, chef van den marinestaf
cn vertegenwoordiger van den minister van
Defensie, de secretaris-generaal van het De
cartement van Defensie, de heer Woltman,
de chef van de afdeeling materieol der Ma
rine, vice-admiraal Jhr. G L. Schorcr, de
loden van het Hoog Militair Gerechtshof,
ice-admiraals B. Schreuders en Jhr. J. H.
O. van den Bosch, de commandant van het
Veldleger luitenant-generaal Insingcr, de
chef van den Generalen Stof luitenant-gene
aal Seyffart, de commandant van de vierde
Divisie te Amersfoort, generaal-majoor
j Ouanjer, de commandant der Marine te Am
sterdam kolonel H. A. Romswinckel, het lid
\an den Raad van State vice-admiraal Ram-
bonnet, de oud-minister van Defensie de
heer Westerveld, de inspecteur-generaal van
het Loodswezen vice-admiraal De Hacs, de
marine-attaché bij het Amerikaansch Ge
zantschap te Den Haag, commander Corwin,
de burgemeesters van Rotterdam en Den
Melder, het bestuur der Kerk en andere
kerkelijke autoriteiten, de rector-magnificus
en de president-curator der Universiteit te
Amsterdam, resp. Prof. dr. van der Waals
én dr. Delprat, oud-generaal Snijders, oud-
?ouverneur-generaal Fock, oud-minister Do
Visser, de voorzitter van den Marineraad,
Mr. Kirberger, de directeuren der Stoom
vaart Maatschappij „Nederland", de heeren
Tegelberg en Koning, dc wethouders Dou-
wes en Kropman, de hoofdcommissaris van
politie, de heer Versteeg, de havenmeester,
de heer Van de Poll, dc voorzitter van het
h'on. Nedcrlandsch Aardrijkskundig Genoot
schap, prof. Kleiweg de Zwaan, de sccreta-
1 is van de Amsterdamsclie Kamer van
Koophandel, de vertegenwoordiger van op
perrabbijn Onderwijzer, rabbijn De Lange,
bet echtpaar Visser Hooft van de Karako-
rum-expèditic en voorts vele hoofd- cn su
balterne officieren en particulieren.
Aanwezig waren ook deputaties van de
vereenigingen „Onze Vloot", en „Ons Leger
de Vereeniging tot beheer %an het bonds
Ridderdagen, het bestuur der Burgerwacht
i«* Amsterdam, de Ridders van de Militaire
Willemsorde beneden don rang van Officier,
den Senaat van het Amsterdarasch Studen
tencorps afgevaardigden van de Vereeni-
ging Het Mobilisatiekruis, van do Vereeni
ging van oud-officieren bij den Marine
Stoomvaartdienst, het Verbond van Natio
nalisten, den Bond voor Menschlievend
Hulpbetoon „Prins Hendrik", den Bond van
Gep. Onder-Officieren cn de Vereeniging
van oud-burgervVeezon „Haasje Claes naai
bekend is Van Speyk in het Burgerweeshuis
le Amsterdam opgevoed.
De plechtigheid.
De herdenking ving aan met het spelen
\an het „Wilhelmus" op het orgel, dooi
den heer A W. Rijp, waarna mevrouw Vet
ter—Hendriks. sopraan-zangeres, het oude
lied „Nederland let op U saeck" ten ee-
hoore bracht. Zuiver en vol klonk de fraaie
ötem door de ruimte.
Rede vice-admiraal Quant
er volgens besteeg vice-admiraal Quanl
het spreekgestoelte waar hij op verzoek
mui den minister van defensie en als oud-
Me vl.ag-off icier dor actieve marine de her
denkingsrede uitsprak Ook aan boord van
al Ilarer Majestoils schepen van oorl )g,
ook in Oost- cn West-Indie of waar tor
wereld zij ook mogen zijn, zullen, naar hij
mededeelde, heden voordrachten voor de
opvarenden worden gehouden van dezen
onvergetelijken jongen hol I
Na een welkomstwoord aan de aanwezi
gen herinnerde spr. cr vervolgens'aan, dut
het heden juist 100 jaar geleden is, dat
do luit ter zee der 2c klasse J. C. .J. van
Speijk toonde de eer van zijn vlag hooger
le stellen dan zijn eigen leven cn dat der
aan zijn zorgen toevertrouwde opvarenden.
Spr. wil er echter met nadruk op wijzen,
dat dit feit op zichzelf niet alléén, doch
de omstandigheden waaronder cn het mo
ment waarop het plaats vond, oorzaak ge
weest zijn dat zijn lijdgenooten, zelfs van
buiten onze landsgrenzen., hem reeds heb
ben geëerd als een bijzonderen held, een
voorbeeld dat voor het nageslacht moest
bewaard blijven. En de koning gaf, naar
aanleiding daarvan, toestemming om zijn
stoffelijk overschot voor zoover dit terug
gevonden was en uit Antwerpen kon wor
den overgebracht, hier in dc Nieuwe Kerk.
waar ook De Ruyter en Van Galen hun
rustplaats vinden, bij te zetten Spr. rele
veerde vervolgens de verschijning van
verschillende werken over Van Speyk.
Aan den heer J C Koopman, den loteren
vice-admiraal, danken wij aldus spr.
een goede beschrijving van wat zich op de
rivier voor Antwerpen afspeelde Aan de
hand van deze beschrijving deed spr. uit
komen, dit de daad van Van Speyk niet
uit een spontane opwelling geschied is,
doch een gevolg was van een plechtige ge
lofte door Koopman cn zijn officieren toen
afgelegd, om liever op eik der voor Ant-
•wcrp.èn liggende Nederlandschc marine
schepen, zoo dit door den vijand dreigde te
worden overmeesterd, de lont in het kruit
te steken dan zich aan den vijand over te
geven.
Den 5en Februari 1831 viel aan Van Speyk
het lot tc beurt, te moeten toonen dat hun
onafged.vongen vrijwillig gegeven woord,
geen grootspraak was, dat men het ernstig
en oprecht gemeend had, toen men ver
klaarde dat men nimmer zou dulden dat
onze dierbare driekleur zou worden be
smeurd en beleedigd.
Tcch gemakkelijk, even TELEF. 92 bellen
cn een stal van jongens staan klaar U alles
thuis te bezorgen, zonder verhooging, bij
GLASTRA'S Vischh. Utr.straat 40.
Marine van 1931 aan haren onvergetelijken
kameraad J. C. J. van Speyk".
Dc plechtigheid, welke van indrukwek
kond karakter was, werd besloten met zang
van mevrouw Vetter-Hendnks, die „Bode
van het Vaderland" (Valerius Gadenck-
Clanck ten gehoore bracht en door orgel
spel van den heer Ryp, die het „Hallelujah1
speelde.
•V- j» V
Vlce-Admiraal QUANT.
Spr. memoreerde nog eens den loop der
gebeurtenissen, zooals die reeds genoeg
zaam bekend zijn
Getrouw aan eed en plicht, vervolgde spr.,
getrouw aan zijn plechtig te voren vrijwil
lig gezworen belofte, had van Speyk niet
geaarzeld op het juiste oogenblik niet te
vroeg cn niet te laat het hoogste offer
tc brengen aan de eer van zijn vlag."
Spr. herhaalde dal \an Spoyk's claad dus,
zooals hier duidelijk is aangetoond, geheel
in overeenstemming was met den geest die
in de Marine leefde en geheel overeenkom
stig den wensch van den commandeeren
den vlootvoogd. De vlag van - en door den
koning (koningin) aan een zce-officicr toe
vertrouwd oorlogsschip was en is heilig; die
vlag mocht niet en mag nimmer geschon
den worden; zij was cn is een kleinood wat
men onder geen omstandigheden afstond
of afstaat, voor welks onbesmet behoud
men zijn leven veil had en heeft, waarvan
men zich alleen door den dood liet of laat
scheiden.
I11 het adelborstcnlied besloot spr.
dat wij marine-officieren cn oud marine
officieren zoo menigmaal met volle borst
en met groote overtuiging hebben gezon
gen, komen de woorden voor:
,,'t Voorbeeld door Van Speyk gegeven,
Volgen wij met hard en hand",
waar dan weder verder op \olgt:
„Die gelofte schenden wij nooit'.
Dat deze gelofte even ernstig en oprecht
gemeend is uls die welke honderd jaar ge
leden afgelegd werd op dc Schelde, en be
zegeld door de daad van Van Speyk, hoop
vertrouw ik van ganscher harte.
JAARVERGADERING VAN DE
VEREENIGING W. H. G.
Deugdelljko zaden on planten
van don groveden.
Men schrijft ons:
Dc Vereeniging tot Waarborg van de
Herkomst van zaod cn planten van den
groveden (Vereeniging W. H. G.). die inder
tijd door samenwerking van rcgccring cn
particulieren tot stand is gekomen, hield
dezer dagen haar algcmo.cnc vergadering te
's-Hcrtogenbosch onder voorzitterschap van
den heer E. D. van Dissel, directeur van
het Staatsboschbehcer.
Uit het jaarverslag bleek, dat in het sei
zoen 1929—1930 door dc leden werden afgc
leverd ongeveer 1200 kg. grovcdenncn zaad
en niet minder dan 25 millioen éénjarige
j en 10 millioen tweejarige planten van deze
houtsoort. Het is een verheugend verschijn
sel, dat de koopers van zaad en planten
van den groveden meer cn meer het groote
belang inzien, dat or is betrokken bij het
gebruik van deugdelijk zaad en plantmate-
riaal. Slechts door het koopen bij dc leden
■van bovengenoemde Vereeniging, voor
welke een Staatsambtenaar de contróle uit
oefent, kan men zich den noodigen waar
borg verschaffen, dat men zaad en planton
vun Nederlandschc herkomst ontvangt.
Iedere zending gaat vergozeld van een con-
trólezegel, dat het aantal planten of het
j gewicht aan zaad vermeldt. Dc aan de
contróle verbonden kosten spelen bij den
i prijs van de dennen of het zaad nagenoeg
geen rol. Ilct valt dan ook tc verwonderen,
dat cr nog steeds boschbezitters zijn, zoo-
1 wel gemeenten cn andere instellingen als
particulieren, die zich door de geringe ver
hooging van kosten laten weerhouden den
noodigen waarborg te cischen. Dc ervaring
heeft toch maar al te dikwijls geleerd,
welke mislukkingen ondeugdelijke her
komst tot gevolg kan hebben.
Sommige niet hij dc Vereeniging aange
sloten kweekers trachten het op verschil
lende wijze te doen voorkomen, dat ook zij
onder contróle staan, blijkens hun aanbie
dingen van „gecontroleerde dcnncnplanten,
controleplanten e. d.", maar zij vermelden
niet, waarin die contróle bestaat.
Ieder afnemer dient zich dan ook ter
dege er vun te overtuigen, dat do betrokken
kwccker of zaadlevorancier lid is van de
Vereeniging W. H. G. cn na te gaan, of hij
het bestelde met zegel van genoemde Ver
eeniging ontvangt.
Uit het jaarverslag bleek voorts, dat zich
ook in 1930 enkele nieuwe leden hebben
aangesloten. In het bestuur werd de heer
•T. de Bic, tc Zundert, tot penningmeester
herkozen.
De toestand is er een
kentering
Onze weerkundige medewerker schrijft:
Het is nu eindelijk zoo ver gekomon, dat
in het grootsto gedeelte van Europa de
weerstoeetand gunstig is geworden voor dc
uitbreiding van het vorstgebied uit het
Oosten nuar het Westen. Het heeft lang
geduurd voor het zoo ver is gekomen cn
menigeen zal cr aan getwijfeld hebben of
er nog ccnigc vorst in dc tweede helft van
den winter zou komen. Feitelijk is de ont
wikkeling van den vorst-toestand reeds
cenigen tijd aan den gang geweest, waarop
ik een paar malen in vorige beschouwin
gen reeds de aandacht heb gevestigd. I11
verband hiermede is het wel van belang do
laatste uitbreiding van dc vorst naar liet
Westen na te gaan.
Volgens de laatste internationale weerbc
richten is dc vorst toegenomen in Zweden
(waar Woensdagmorgen temperaturen be
neden 30 gr. C. voorkwamen), in Lap
land, in Finland (waar temporaturen van
15—20 graden onder nul opgeteekend wer
den) en in Oost- cn Noord-Duitschland. In
Oost-Duitschland daalde de temperatuur tot
10 a 15 graden onder nul, in Noord-Duitsch
land tot 5 A 10 graden. De Westelijke vorst-
lljn verplaatste zich van het Oosten van
ons land naar dc Noordzee, zoodat Woens
dag in den loop van den namiddag en
avond dc thermometer hier langzaam maar
geleidelijk oen paar graden onder nul
daalde. Wij moeten hierbij in aanmerking
nemen, dat de lucht grootendeels bedekt
was, zoódat de toenemende vorst niet in de
eerste plaats een gevolg is van afkoeling
door uitstraling. Integendeel, wij hebban
ditmaal te doen met echte z.g. transport-
koude, d.w.z dat dc koude lucht uit liet
vorstgebied in het Oosten hierheen wordt
gedreven door den vrij sterken Oostelijken
wind. Men kan dij, daaraan zien, dat do
ontwikkeling van het vorstgebied naar hot
Westen juist samenvalt met het stroomge
bied van den Oostèlijken wind. Intusschen
breidde de vorst zich ook naar Midden- cn
Zuid-Duitschland uit.
Een andere omstandigheid, die gunstig
is voor sterkere vorst in ons land, is dat
over het gebied van den Oostclijkcn wind
ook sneeuw is gevallen, al is de hoeverl-
heid gering. De ontwikkeling van een
zwakke depressie boven Midden-Europa en
het Alpengebied werkte mede tot verster
king van den Oostèlijken wind.
Zoo waren dus eonigc omstandigheden
gunstig geworden voor uitbreiding van de
vorst naar het Westen.
Het is nu echter de vraag of dc ingetro
den vorst van langen duur kan zijn.
Op deze vraag kan nog geen beslissend
antwoord worden gegeven. De luchtdruk-
verdeeling, die in dit geval den doorslag
moet geven, is niet heel krachtig ontwik
keld, zooals in den strengen winter 1928—
1929. Zij zou hot kunnen worden, manr dat
is natuurlijk voor de vrienden van ijs en
schaatsenrijden een schrale troost.
Beschouwen wij den tegenwoorüigon
weerstoestand uit het oogpunt van deze
vrienden, dan is het een bedenkelijke om
standigheid. dat langs Europa's Noord
westkust diepe depressies trekken en dat
Woensdag weer een nieuwe ten Westen der
Britschc eilanden gesignaleerd werd. waar
van zelfs werd verwacht, dat zij zich snel
in OosLiijke richting zou voortbewegen.
Wanneer wij nu daarbij in aanmerking ne
men, dat het naar het vasteland doordrin
gen van deze depressie een verlegging van
den vrij wurmen Zuid-Westelijken wind,
dio thans langs Europa's Westkust gaat,
naar de Noordzee cn het Eng. Kanaal zou
beteckencn, dan behoeft, nauwelijks betoogd
tc worden, dat hiermedo dc vorst uit ons
land verdreven zou worden. Zoolang dc ba
rometer niet daalt, behoeven wij dit niet
te verwachten. Gaat hij dalen, dan moeten
wij den toestand opnieuw bekijken, omdat
hiervoor ook een andere oorzaak zou kun
nen optreden, 11.1. versterking van de de
pressie over Zuid-Europa, die weer moor
transport van koude lucht uit het Oosten
naar liet Westen tengevolge zou hebben.
Dc toestand is derhalve juist een van
kentering, zoodat allo uitspraken over kan
sen op vorst of op dooi op dit oogenblik
geen vasten grond zouden hebben. Wat
men echter wel met groote waarschijnlijk
heid verwachten kan, is dat over enkele
dagen duidelijk zal zijn in welken zin do
weerstoestond zich wil ontwikkelen. Voor
een vorstperiode van ocnige beteekenis is
dc tijd nog niet voorbij, zooals wij nog uit
den laatstcn strengen winter weten, al was
toen dc algeraeene luchtdrukvcrdeeling om
dezen tijd duidelijker geaccentueerd.
(Nadruk verboden).
DE KONINKLIJKE FAMILIE.
's-G raven h age, 5 F e b r H M. do
Koningin cn IT.K.H. prinses Juliana wor
den in den loop vun morgen (Vrijdag) van
Het Loo te 's-Gravcnhage terugverwacht.
In den vroegen morgen van den 7dcn
dezer keert Z.K.H. dc Prins naar Den Ilaag
terug.
Dr. JOHN R. MOTT.
Woensdag 18 Februari hoopt Dr. John R
Mott, Voorzitter van den Internationalen
Zendings-Raad, een kort bezoek aan Neder
land te brengen, teneinde eene bespreking
te hebben met den Nederlandschen Zen
dings-Raad.
ENGELSCHE ONDERWIJZERS
NAAR ONS LAND.
Evenals vorige jaren zal ook dit j'aar een
70-tal onderwijzers en onderwijzeressen uit
Engeland on de Engelschc Dominions een
bezoek aan ons land brengen. Den 31stcn
Maart komen zij tc Leiden.
NEDERLANDSCH CHRISTELIJK
PERSBUREAU.
De Nederlandschc Christelijke Perscom*
missie heeft een geschriftje doen verschij
non over de beteekenis van het Neder-
landscli Christelijk Persbureau van de. hand
van dr. H. W. van der Vaart Smit te Zwijn-
drecht, zijnde een artikel oorspronkelijk ge
publiceerd in het Gereformeerde Theolo
gisch Tijdschrift. Het boekje is uitgegeven
door de N.V. „Dc Graafschap" te Aalten.
MISHANDELING VAN EEN RIJKS-
VELDWACHTER.
Tiet gerechtshof te Leeuwarden heeft do
gebroeders L. K. cn K. K., fabrieksarbeiders
te Nieuwe Pekela, wegens mishandeling van
den rijksveldwachter Ubels te Altevccr, ver
oordeeld tot twee jaar cn acht maanden ge
vangenisstraf. De rechtbank tc Winschoten
had hen veroordeeld tot vijf jaar.
Een collectie die uniek
mag heeten
Amsterdams 4 Febr. Het feil, dat
morgen in de Nieuwe Kerk alhier de hel
dendood van Van Speyk, op 5 Februau
1831, door de Nedorlandsche Marine zal
worden herdacht, is voor den directeur
van het Scheepvaartmuseum alhier, den
heer W. Voorbeytcl Canncnburg, mede aan
leiding geweest, in een gedeelte van dit
museum een tentoonstelling in te richten
van curiosa en andere zaken, betrekking
hebbend op dezen grooten Nederlander.
Toen Van Speyk den dood verkoos boven
de overgave van zijn schip, was hij slechts
23 jaar oud. Bij de Marine stond hij bekend
Na deze rede, welke met groote aandacht j als een ambitieus officier; reeds
1825
werd aangehoord had de kranslegging voor
het graf van Van Speijk. dat zich, naar
bekend, in een hoek der kerk, ter linker
zijde van het orgel bevindt.plaats. Zij word
verricht namens II M. de Koningin door
luitcnant-ter-zee 1ste klasse N. A. Rost van
Tonningen. Hr. Ms. adjudant, die >chtcr niet
als vertegenwoordigd der Koningin de
plechtigheid bijwoonde.
Deze daad piëteit werd gevolgd door
meerdere kransleggingcn en wel door de
putaties van de Kon Marine, den donaat
van het corps adelborsten, de Kdn. Ver.
„Onze Vloot', de Vereeniging ..Haesjc
Claes" van dc Amsterdamsch* oud-burger-
wcezen, do ridders der Militaire Willems
orde, het Verbond \nn Nationalisten cn dc
Vereeniging voor Menschlievend Hulpbe
toon „Prins Hendrik".
Het lint van de krans der Marine ver
meldde; „Der Koninklijke Nederlandschc
word hij op Celebes „eervol vermeld" en na
het bombardement van Antwerpen ontving
hij tegelijk met vele anderen de Militaire
Willemsorde. Hiermede is echter alles ge
zegd, wat voor zijn dood als algemeen be
kend mag worden verondersteld; uiter
aard meest dus een tentoonstelling over
Van Speyk, zich dan ook wel bijna geheel
concenlreeivii op de gebeurtenis. waarbij
hij zijn leven gaf voor het vaderland.
Veel van het tentoongestelde is eigendom
van hot museum zelf, echter worden er ook
tal van dingen geëxposeerd, welke door
stichtingen, veroenigingo.n on particulieren
in bruikleen zijn afgestaan: de thans bij
eengebrachte collectie mag dan ook in haar
soort uniek heeten.
Bij de samenstelling der expositie heeft
dc heer Voorbeytel Cannenburg zich uit
sluitend bepaald tot datgene. dat op Vdn
Speyk's heldendood betrekking heeft, stof
felijke herinneringen aan de -verwikkelin
gen met België zal men hier niet vinden.
Wat cr uit de eerste jaren zijner korte
marineloopbaan is ingezonden bepaalt zich
hoofdzakelijk tot eenigo bescheiden, zooals
de „acte van engagement" als stuurmans
leerling, enkele door hem opgemaakte be
stekbriefjes, een aantal eigenhandige brie
ven, enz. Dc laatste doon ons wol den man
kennen en merkwaardig is zeker het orlgi-
neelc schrijven van Van Speyk aan zijn
neef en nicht de Dieu van 19 December
1830, waarin hij zegt liever een Clansson te
zullen worden dan een infame Brabander
Deze en andere brieven werden in 1831 allo
gelithographecrd, maar de origineelen kwa
men door een toeval eerst een half jaar ge
leden in het bezit van het Scheepvaart-Mu
seum. Uit van Speyk's Indischen tijd zien
we verdér een fraai bewerkt pistool mot de
inscriptie: „Geschonken aan J. C. J. van
Speyk voor betoonden moed en goed be
leid 1828". Koning vermeldt het stuk
als een geschenk van een Inlandsch vorst,
maar erg waarschijnlijk lijkt dit niet; ver
moedelijk ontving de jonge officier het als
blijk van waardeering uit handen van een
zijner chefs, zekerheid daaromtrent bestaat
echter niet
Van den tijd doorgebracht op de Schelde
is er al dadelijk meer. Op 27 October 1830
nam de kanonneerboot no. 2 deel aan de
beschieting van Antwerpen en een fraaie
prent houdt de herinnering daaraan leven
dig. Verschillende kaarten geven do positie
der schepen op de Schelde, er zijn brieven
van den Kapitein "t/zee Koopman, die de
flottille voor Antwerpen commandeerde,
terwijl een fraaie teekening van Schotel en
een nauwkourig model den bezoeker een
denkbeeld geven hoe Van Speyk's boot ei-
uitzag. Een aantal prenten, vele vergezeld
van de origineele teekeningen, toonen hoe
Van Speyk's boot aan den lageren Wal ge
raakte, hoe het gepeupel aan boord sprong,
de vlag neerhaalde en hoe de commandant
zich teaslotte naar de kruitkamer begaf,
waarna de ontploffing aan het gevecht een
einde maakte.
Een tweetal schilderijen govcn een voor
stelling van de laatste oogcnblikken in do
kruitkamer, terwijl een groot dock van
Pienem-an en een paar aquarellen van P. J.
Schotel ons de Schelde doen zien op het
moment der ontploffing.
De gebeurtenis ontketende in ons land
een ware stroom van vlugschriften, gedich
ten cn muziekstukken ter verheerlijking
van den held en vele ervan zijn in lcgvi-
trines te bezichtigen. Voorts zien we pren
ten en andere stukken, betrekking hebbend
op de begrafenis, die eerst 4 Mei 1832 plaats
had: ontwerpen voor de gedenkplaat 111
het Weeshuis en het monument in do
Nieuwe Kerk, vele voorwerpen vervaardigd
van ondcrdcelcn der boot cn uitgeloofd als
prijzen in de loterij, uit welker opbrengst
het nationale monument zou worden be
kostigd; verder aardewerk voorzien van
Van Speyk's beeltenis, allegorische voor
stellingen, énz. enz.
Vele reliquien, ondcrdcelcn van Van
Speyk's uitrusting worden nog in ons land
met piëteit bewaard; o.m. is voor de ten
toonstelling door IT.M. de Koningin-Moeder
de uniformoverjas van Van Speyk afge
staan, die hij twee dagen te voren had uit
geleend en welke daardoor behouden bleef.
Duidelijk blijkt wel uit alles de grooto
geestdrift, die v. Speyk's daad bij ons volk
heeft gewekt. Zooals bekend, bepaalde ie
Koning, dat voortaan steeds een schip der
Marine den naam Van Speyk zou dragen
cn ook thans is dit nog steeds het geval.
Op de lentoonstelling zien we de eerste
„Van Speyk" (de herdoopte Korvet „Argo"),
getrokken door de „paardenraderboot" do
Marinewerf verlaten voor de feestelijke
opening van de Oosterdoksluis op 5 Mei
1832.
Vele malen is de 5e Februari in de Ma
rine herdacht en verschillende stukken op
de tentoonstelling geven daarvan blijk. Do
belangrijkste liordonking was wel die van
1S56, toen tegelijkertijd op den Darn
„Naatje" werd onthuld, thans reeds lang
begra\en en vergeten.
De tentoonstelling zal hedenmiddag offi
cieel worden geopend door vice-admiraal
Qnnnt. commandant der marine.
Zij blijft voor hot publick tot half Maart
toegankelijk.