Kindercourant van Oom Pirn DE KATJES HAAR WENSCH WIE HEEFT GELIJK? SNEEUWKLOKJES Beste Nichten en Neven, Ik heb dleze week eens besloten om géén opstel te plaatsen. Jullie moet namelijk weten, dat ik nichten en neven heb, die de dichtkunst beoefenen; thans heb ik twee gedichten in mijn bezit, welke ik zoo aardig vond, dat ik ze jullie ook eens wil laten lezen. Het eenige wat er dan op zit is ze te plaatsen in de kindercourant. In de eerste plaats het gedicht van M. H. Tromp, die Let volgende schrijft; PIET WIL EEN GROOTER VRIENDJE. Ooievaartje, lepelaartje Ik ben niets tevree Over 't zusje dat je bracht. Nu een week gelee. Weet je dat ze heel niet praat En niet eens kan loopen. Dat ze telkens schreien gaat Met haar mondje open? Ikke wil dat zusje niet Maar een grooter kindje Breng je een broertje net als Piet? .Weet je wel m'n vrindje? VERJAARSVISITE. Netjes op haar stooltje, Zit daar pop Sophie. Want z' is jarig, weet je Ze heeft pret voor drie. Ze wacht op de gasten Beertje, Lies en Toos. Geertje, Truitje, Keetje, Moortje, Poos en Koos. Maar, is dat toch schrikken. Daar komt die stoute Fik. Springt boven op de tafel Geeft pop Sophie een lik. 'Alle lekk're koekjes Eet hij op, och, och Nu hebben wij niets meer Ze waren zoo lekker toch. De popjes zitten daar stil nu Ze hadden juist zoo'n pret Fik komt alles verknoeien. Hij moet voor straf naar bed. Daar ligt hij nu te huilen. Och, och, wat heeft hij 'n spijt, Had hij 't nu maar niet gedaan, 'k Heb 't je nog gezeid. Uit is nu de middag, Uit is alle pret En 's avonds gaan do popjes Lokkertjes naar bc<L REPELSTEELTJE. DE CORRESPONDENTIE. Winnctou. Wat heb je een groote enveloppen zeg; ik dacht minstens, dat daar een verhaal uit kwam dat de heele kindercourant zou vullen! Er zijn anders ook wel nichten neven die iets inzenden zonder dat ze zelf iets uit den ruilhandel krijgen; wil je een ander dan niet eens een plezier doen Warkruid. Bedankt voor je plaatjes ik geloof dat ik nog zoo'n bon heb, zie maar eens in den ruilhandel. J o k k o. Gelukkig dat je nu weer beter bent; de griep heeft veel menschen te pak ken gehad de laatste paar weken. Vond je het eene raadsel zoo moeilijk Korenbloem. Nog wel gefeliciteerd met je verjaardag; ik geloof dat ze je nogal aardig verwend hebben Blauwe distel. Je begint al aar- 'dig met het album op te schieten. Nog wel bedankt voor je bonnen. Ik heb voor jou ook nog wat in den ruilhandel staan. De Kuif. Ja, je hebt gelijk, maar ik zie, dat je het toch goed geraden hebt. Oliebol. Fijn hè, al die sneeuw; ik kan me best voorstellen, dat jullie nu vee) pret hebt. Maar ik ben er zelf niet zoo op gesteld, op die witte wereld geef mij maar het mooie voorjaar Old Shatter hand. Je bent welkom Ik hoop ook, dat je gauw een prijs zult win nen, maar dan moet je beginnen met de raadsels trouw iedere week goed op te los sen. Balsemientje. Ik houd ook erg veel van bloemen, daarom verlang ik ook weer zoo naar het voorjaar en ook.... om weer fijn te gaan zwemmen Eekhoorntje. Bedankt voor je gift; ik heb helaas geen Erdalpunten meer, maar nog wel een paar Sickeszpunten. Ik ben niet op die wedstrijd geweest, dan zal je ver moedelijk een verkeerde voor mij hebben aangezien. Herta. Wat heb Je een bizonder kort briefje geschreven! Had je zooveel huis werk, of heeft de sneeuwpret alle vrijen tijd in beslag genomen? Over de 6neeu\vjool had je me wel wat kunnen vertellen; vind je ook niet? l3 o 11 y. Bedankt voor je nieuwe raad sel, ik zal het bij gelegenheid plaatsen. Ik dertk ook wel, dat de ijspret nu voorbij is; viijö je het erg jammer Wilde Vogel. Bedankt voor je plaatjes on bonnen; ik heb helaas geen Er dalpunten meer, maar nog wel een paar Amstelpenningen. Sportm akker. Tot mijn spijt kan ik je deze week aan niets helpen; zoowel mijn Erdalpunten als Sunlightbonncn zijn op. Eendje. Voor een keertje is dat niet zoo erg; wij zullen maar denkeneen vol gende keer beter. Sportgirl. Neen hoor, dat denk ik absoluut niet. Doe maar gerust mee, als je er plezier in hebt! C1 y v i a. Jammer, dat je toen ver geten hebt ze in te zenden. Nou zeg, jij hebt een schitterenden verjaardag gehad; ik wou dat ik ook ieder jaar zooveel cadeaux kreeg! Kanariepietje. Dat is een leuke schuilnaam zeg. Je bent natuurlijk welkom. Ik hoop dat je een trouw raadselnichtje van me zult worden. Kan het kanariepietje ook mooi zingen? Ik ben er erg benieuwd naar. Kievit Ik heb helaas niet kunnen schaatsenrijden. Jammer, dat je verleden week geen raadsels hebt ingezonden; hoe kwam dat zoo, te druk gehad met huis werk? Wilde Eend. Dat heeft toch in dc krant geslaan wie den prijs heeft gewon nen! Ik hoop, dat je me volgende week eens een langer briefje zult schrijven. Teekenaar. Ja, daar heb je gelijk in, maar gelukkig was het nog wel te ra den. Bedankt voor je postzegels. Excelsior. Dat eerste raadsel is wel aardig, maar het tweede vind ik niet ge schikt om te plaatsen. Ook nog wel be dankt voor je doekjes; ik zal ze aan Ncp- tunus geven. Slamat. Bedankt voor je raadsels; ik zal zo bij gelegonheid plaatsen. Je wordt ook nog bedankt voor je bonnen. Ik heb gelukkig deze week weer zeewateraquarium bonnen voor jullie gekregen. Reepelsteeltje. Dat is een goed rapport zeg; ga zoo maar door, dan zul je het ver brengen. Ik ben blij van je te ver nemen, dat jo weer geheel beter bent Nog wel bedankt voor bel aardige gedichtje. Neptunus. Bedankt voor je mooie gift. Ik moet de briefjes 'sWoensdagsavonds in mijn bezit hebben. Ik heb 'voor jou ook nog iets in den ruilhandel gezet D i k k i e Bigmane. Ja, alle Van Nelje's bonnen zijn dezelfde. Ik laat nu eerst jullie eens dc opstellen lezen, waarvoor den afgeloopen zomer een prijs is toegekend. Later schrijf ik zelf wel weer eens een ver haal. Ik heb en ruil voor jouw gift ook nog iets voor je klaar gelegd. IJ sb e e r. Bedankt voor je gift. Ik kan je deze week nog aan een paar Kwattasol- daatjes helpen. Bellaroontje. Bedankt voor je plaatjes. Ja, het sneeuwballen gooien ie erg Jeuk, zoolang je tenminste geen last krijgt met de politie! Zie verder maar eons in den ruilhandel Iris. Het is nu met al die nichten en neven erg moeilijk om allen vlug een prijs te geven; maar er zijn er ook nog die nooit iets hebben gewonnen! Je moet maar een beetje moed houden, misschien komt er nog wel eens een ex trap rijs. Dwerg. Bedankt vo r je plaatjes. Ik heb gelukkig weer een paar zeewateraqua- riumbonncn gekregen, zoodat ik aan je ver zoek kan voldoen. Tor. Ik vind het prettig, dat je het bock zoo mooi vitidt. Voor jou is er ook nog iéts in den ruilhandel. Öruinoog. Ik hoop, dat je volgende week wat meer zult schrijven, maar ik kan me wel indenken, dat je met al die sneeuw on je huiswerk, daar geen tijd voor gehad hebt. Post duifje. O, maar dat bed wordt wel zachter, dat heb ik ook ondervonden. Bedankt voor je bonnen; ik heb voor jou ook nog wat in den ruilhandel geplaatst. Mirolyntje. Ik heb maar 1 Kiazim Emin bon voor je, is dat goed? Nog wel be dankt voor jc kwattaeoldaatjes. Ik geloof, dat jullie het op school weer aardig druk hebt, hè? S t a b i 1 o. De prijs wordt toegekend bij loting, zoo<dat je wei eens'kort na elkaar een gelukje kunt hebben, maar dat komt niet te dikwijls voor. Ja, het sneeuwballen gooien i6 voor de voorbijgangers erg ge vaarlijk; ik geloof, dat. het wel goed is, dat de politie eens een beetje toeziet. Nog wel bedankt voor je gift. Woudlooper. Nou zes:, ik mo-ik je m'n compliment voor je lange brief. En wat een verhaal! Je hebt het nogal aardig druk als ik al dat huiswerk zoo eens naga. In welke klas zit je op school? Waarom wil jc niet graag verhuizen? Dat je graag dc stad eens uitgaat om te logeeren kan ik me best begrijpen. Adamson. Je moet dezen naam hou den, want ik heb jui6t een nieuweling erbij gekregen die jou nieuwen naam hooft aan genomen. Zie verder maar eens in den ruil handel. K o n ij n. Bedankt voor je gift. Het lijKt mij het beste, dat je maar eens komt uit zoeken, want ik heb er helaas geen tijd voor om al die nummers na te gaan. Kom je dan eens aanloopen? Twee brieven waren niet ondertee kend. Wie van mijn nichten of neven heeft dat vergeten??? De oplossingen. I. II. Zooals het klokje thui6 tikt, tikt het ner gens, met: hals, klók, zuster, Joost, nikkel, hitte, Tiber, teen, tante en hut. De prijs is deze week ten deel gevallen aan Stabilo en üikkie Big mans, die hem Maandag aan ons bureau kunnen komen halen. door C. E. DE LILLE HOGERWAARD. Geef de katjes eens wat water! Zegt Móos tfegen kleine Loes. En haar kind gaat met een kan vol Naar den drinkbak van dc Poes. Poes heeft toch zoo'n schattig jonkje: Wit met zwarte sokjes aan. Noch Poes, noch het lieve kleintje Willen echter drinken gaan. *t Is alsof Minet, de oude, Knipoogt tegen vrouwtje Locs. En in kattentaal wil zeggen: Dat 's geen drinken voor een Poes! Water! Wie drinkt er nu water? Och toe, Loesjo, kleino vrouw, Geef ons lekk're melk te drinken. Toe dan, Loesjc, vlug! MiauwI O Moeder komt nu aangeloopen En heeft plots'ling dolle pret. Och! zoo zegt zij. 'k Meen: de katjes, Die 'k in 't water heb g e zo t! Maar geef jij, mijn kleine Loesjo, Nu wat melk uit deze kan Aan do poesjes! Weldra smullen Beiden er heel lekker van! w A S C H A m s V 0 S c h a a c a d e a H a m e r M a a s A a P N u D Nieuwe raadsels. T. (Van Dolly). X X X XX X X X X X X X X X X Op de kruisjeslijnen komt de naam van iets waar men in geen, enkel huis buiten kan. Op de le rij: bet gevraagde woord. Op de 2e rij: iets wat iedere zaal heeft. Op de 3e rij: een stekelige plant. Op dc ie rij: iets wat men bij olifanten aantreft. Op de 5e rij: een automerk. Op de 6e rij: een scherp voorwerp. Op de 7c rij: iets wat men op een zeil schip aantreft. Op de 8o rij: een medeklinker. u o, '-&* - (Van Jopie Slim.) Mijn geheel is een spreekwoord, dat ge vormd wordt door 5 woorden en uit 21 let ters bestaat. 6, 8, 18, 5 is een vogel. 7, 10, 16, 4, 20 is een gevaarlijke slang. 13, 2, 1, 9 is een meststof. 3, li, 15, 21 i6 een edelmetaal. 17, 10, 12 is om te boenen. 21, 11, 5, 8 is een meisjesnaam. ONZE RUILHANDEL. Winnetou kan een paar H.O.-bonnen krijgen. Micky Mouse kan in rilil voor de Van Houtcn's omslagen een paar karnemclk- zeepplaatjes en zeewateraquariumbonnen komen halen. Warkruid, die me 5 plaatjes van dro gisterij „De Gaper" gaf, kan 1 Drost's plaat je halen. Blauwe Distel kan een paar zeewa teraquariumbonnen en plaatjes van „Spoor wegwonderen'' krijgen. Eekhoorntje kan een paar Sickesz punten komen halen. Wilde Vogel kan een paar Amstel- penningen komen halen. Sportraakkcr heeft graag Erdalpun- I ten cn Sunlightbonnen; wie kan hem hel pen? Een k i n d c r v r i eh d i n heeft me ver rast met eenige zeewateraquariumbonnen, 1 Dröste's en 1 Hagenbeek-plaatje. Ik dank deze vriendelijke geefster hartelijk voor de ze welkome gift; nu kan ik weer een paar nichten en neven gelukkig maken. Neptunus "kan een paar sigaretten- doekjes van Excelsior halen, henevens 1 si- garcttendoekje en con paar Haust-bonnen. Teekenaar kan een paar sigaretten- doekjes cn 1 Drostebou komen halen. Excelsior kan een paar zeewater aquariumbonnen krijgen. Slamat kan een paar zeewateraqua riumbonnen komen halen. Dikkic Bigmans kan een paar Van Nelle's bonnen en roodbandplaatjes komen halen. IJsbeer kan een paar Kwattasoldaatjes halen. Adamson kan een pakje van IJsbeer komen afhalen. Voor Bellaroontje heb ik een paar Kwattasoldaatjes klaar gelegd. Voor Dwerg liggen een paar zeewater aquariumbonnen klaar. Zo n neroosje kan een pakje van Dwerg komen halen. S t a b i 1 o kan een Droste-bon van Tor komen halen. Tor kan een paar sigarcttendoekjes (let ters) krijgen, benevens een paar Ilaustbon- nen. Postduifje kan een paar Vim-bonnen komen halen. Voor M i r o I ij n t j e heb ik een Kiazim- F.min bon klaar gelegd. Adamson kan North State en Xanthia- bonnen komen halen; de bedoelde plaatjes kan hij komen uitzoeken. Alle bonnen kunnen Maandag na 2 uur i worden afgehaald. OOM PIM. (Een droevige geschiedenis). Stil cn met gesloten oogen, in het Hel dere witte ledikantjc, vlug opgemaakt door de altijd bezige handen van Moederljo Jan sen, lag Lientje terneer. Het was een meis je van een jaar of tien. Doch als men haar zoo zag, zou men zengen dat zo ongeveer acht jaar was, zoo fijn cn mager was het figuurtje. Al sinds een 14 dagen lag.ze voor het raam. „Dan kun jc zoo heerlijk op de straat kij ken", zei Lineke altijd. Maar de laatste week kon ze niet meer overeind komen om te kijken, zoo zwak was ze. Ze had al een paar jaar af cn toe gesukkeld tot op zekeren dag er longontsteking bij kwam. Moeder Jansen keek met tranen in de oogen naar haar lieveling, O, het was vrecselijk haar lieve kind zoo te zien lijden. Snel wischte ze haar oogen af het kind mocht niet merken hoe haar moe der er onder gebukt ging. Ze moest haar meisje een vroolijk gezicht toonen. O, als ze haar eenigste mei6je maar mocht bchou den, doch dc kans was zeer gering had de dokter haar bij het naar huis gaan toege fluisterd. Haar gedachten gingen terug naar eenige jaren geleden, toen er op ze keren dag bericht was gekomen, dat haar man, die timmerman was, van een ladder was gevallen en dat de dood al spoedig was ingetreden. Wat was het een tijd van zwoegen en tobben voor haar geweest. Pensioen had ze, dat was waar, doch niet genoeg voor oen huisgezin waar vier 6tcvigo jongens zijn. Ze verdiende haar brood, doordat zo waschtc en naaide voor eenige kennissen en winkels. De jongens waren allen no$ op school. Jan, Hendrik, Gerrit en Jaapj* Lientje was op Jaapje na de jongste en het eenigst meisje. Jaapje was weliswaar ook niet zoo heel sterk, maar hij lag toch niet altijd op bed zooals het meisje. De oogen van het meisje gingen langzaam open en zochten haar moeder. „Mams", klonk een zwakke 6tem. „Ja kind wat is er?" vroeg dc moeder. „Weet u, dat het morgen Koninginncfeest i6 Moeder?" „Ja kind, dat weet ik, ga nu maar weer rustig slapen", want Moeder wist het, tel kens had het kind het over dit groote feest svant hoe 'had ze er naar verlangd, dat de dag daar was en zij in de groote optocht mee zou doen. Alle kinderen waren er trouwens vol van, want het was een heele gebeurtenis en vooral in zoo'n stil dorpje als Markelo. Op school hadden ze al heel wat plannen cemaakt, om dien dag zoo prettig mogelijk door te brengen. Zoo zou b.v. de heele school zich opstellen in mooie versierde kleeding en mutsen en een optocht door dc straten houden. Lientje had al bedacht dat ze een witte jurk met rozetjes en een mooi breed oranje haarlint op zou doen. De jon gens hadden zich ieder een steek gemaakt cn een karretje versierd, waarin Jaapje de iongstc zou mogen zitten. Zoo werd die dag door alle kinderen blijde tegemoet gezien, doch Lientje voélde wel, dat ze morgen onmogelijk beter zou zijn. „Moeder"', zei Lientje, „ik zou zoo graag morgen voor het raam willen kijken naai den optocht en mijn Oranjelint in het haar hebben." „Ach kind, je zou jo immers veel te druk maken," sprak moeder, „fatcn we het maar niet doen.' Doch Lientje hield aan en sooals het in den regel gaat, geeft men een ziek kind eerder iets toe, dan een gezond kind cn moeder beioofde, dat ze nog eens zou kij ken, Lientje had eigenlijk te veel gepraat en een hoestbui was daarvan het gevolg. Een rauwe zware hoest klonk door de ka mer en moeder gaf haar gauw wat te dria- ken. Een harde ongeduldige bel weerklonk door bet huis. „De jongons" zei moeder en zc slofte gauw naar de deur. Stoeiend en lachend kwa men de jongens binnen. „Stil jongens", vermaande mooder, „want Lientje slaapt". De jongens keken naar het bloeke ge zichtje op het witte kussen en beloofden moeder dat ze rustig zoudon zijn. „Wat eten we moeder?'' vroegen ze. „Erwtensoep jongens''. „Och ai weer orwtensoep", mopperden zc, „wij eten het haast altijd". Verdrietig keek moeder hen aan en do jongens zwegen on aten stil en vlug hun bord locg. Daarna gingen zo weer naar bui ten om wat verstoppertje te spolcn. Zoo verliop het eene uur na het andere en do avond brak aan. Moedêr had haar bezig heden verricht en do jongens naar bed ge bracht, die Lientje eerst hadden goeden- nacht gewenscht. Een mooi Oranjelint lag gestreken op het tafeltje naast Lientjes bed Ze had er met glinsterende oogen naar ge keken. „Hè fijn moeder", had ze gezegd, het lint steeds in haar handen houdend. „Ik zou het nu alvast wel in mijn haar willen hebben", doch zo legde het weer neer anders was het morgen gekreukeld. Ze verlangde toch zoo naar morgen! Wat zou dc optocht mooi zijn en wat zou da rijke Rietje Ritsoma er schattig uitzien in haar mooie fluweelen Oranje Jurk met roosjes. Lientje raakte daarover zoo druk on opgewonden, dat ze uitgeput weer in do kussens zonk. Een hoestbui overviel haar zoo hevig, dat mooder onmiddellijk den doktor liet ontbie den. Dczo schudde hot hoofd en voelde haar pols. IJlend lag Lientje neer. steeds pratend over den optocht. De dokter keek ernstig cn zeide, dat zo misschien den nacht niet meer halen zou cn dat moeder geen oogenblik haar verlaten mocht Hij verliet het huis, hier viel toch niets meer voor hem te doen Hij had erg met het liove kind te doen. Angstig zag do moeder den nacht tegemoet. Zooals de dokter had voorspeld gebeurde, 's Morgens 6 uur had Lientje het vreeseüjk benauwd on zo ta6tto naar moeders hand. Gespannen wachtte de moeder elke seconde af. Krampachtig hield het kind haar moe der vast, aisof die haar van het onzichtbare iets terug kon houden Langzaam prevelden haar lippen, doe... de... groe... ten... aan do... jongens. Nu... vier... ik een... nog... mooier feest... hierboven. Een gorgolend geluid en het meisjo was heengegaan, do armo moeder bedroefd achterlatend. Een vredige glimlach lag op het smalle wltto bleekc ge zichtje. Al gauw was het bekend, dat Lientjo overleden was en 's Maandags begraven zou worden. Nog eenmaal ku6te de moeder het koude voorhoofd en legde het oranje lint met een boöje bloemen tusschen de gevou wen witte bandjos.. Alle scholieren gingen mee naar het kerk hof. Een prachtige krans lag op het kistje. Deze was versierd met mooie linten, waar op deze woorden: „Aan ons vriendinnetje Lientje" en een breed Oranjelint met deze twee woorden: „Haar wensch'\ IN A VON ELRAM. Het stórmt en loeit den heclen dag. O, foei toch! wat een wind! Zegt menig kind, dat 't woeste weer Heusch lang geen pretje vindt. De blaad'ren spelen krijgertje. Dat doet de schalksche wind! Zegt menig kleuter. 'k Donk, dat hij Graag stoeit als ieder kind! Do sneeuw valt maar den hcelen dag. Och, wat een aak'lig weer! Zegt menig brompot, loopt daarbij Verdrietig op en neer. Het sneeuwt! Het sneeuwt! O, wat een feest! Er ligt oen heele vracht! Als 't ophoudt gaan wij spelen, fijn! Juicht menig kind en... lacht. Wat d'ééno soms vervelend vindt, Geeft d'ander juist vaak pret Het komt er maar het meest op aan, Wie goed heeft opgelet En van iets steeds den besten kant Het allereerste ziet. 'k Geloof: wie daarnaar steeds weer kijkt, Die is zoo dom nog niet! Nog is het winter, maar de lent* Zendt reeds haar eerste boden. Die zeggen: Éénmaal komt de tijd, Dat winter is gevloden! Kijk maar eens even in den tuin! Zie je die teere klokjes? Ze beng lcn zachtjes heen en weer. Het zijn net kleino vlokjesl Je ziet ze nauw'lijks in de sneeuw! Zc willen orz verrasser En daardoor Juist zijn ze meer waard Dan kostbare gewassen. Als iedereen kruipt bij den haard, Bevroren zijn do ruiten, Dan storen zij zich niet aan kou, Maar doen hun plicht daarbuiten. Die kleine klokjes beng'len zacht: Eéns zal de lente komen. Waarvan wij in den wintertijd Zoo prettig kunnen droomen! -• Het voorjaar komt weer in het land! Laat ons nu vroolijk zingen Van bloemen en van vogeltjes En al die blijde dingen!

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1931 | | pagina 11