AMEDSFÖORTBCH DAGDIA©
25 JAAR INSPECTEUR IN ARTIS
Willem Groenhuizen
Zijn Laatste Wensch
Maandag 2 Maart 1931
„DE EEMLANDER"
29e Jaargang No. 206
A. F. G. PORTIELJE
JUBILEERT
E. FRANKENHUIS
'X ZAND 3
N.V. COMPAGNIE LYONNAISE
MODERNE TWEED-REGENMANTELS
m* F 19.75 -w
KAPITEIN J. DOORMANf
DUITSCHLAND EN ONZE
LANDB0UWEXP0RT
JUWELIER
Een kwart eeuw toezicht op de
levende have.
'Uit bekwaam dierpsycholoog
Het. is heden 25 jaar geledon dat de lieer
A. Porti el je aan Artis te Amsterdam werd
verbonden, om zich na een korte journalis
tieke '/oopbaan, onder leiding van den toen
maljgen directeur den heer Herbert aan
liet wcA en wee der levende have van dezen
diereïfitwin te gaan wijden. Dit is wel een
dag onj. een oogenblik stil te blijven staan
cn terug te kijken op een menigte voortref
felijk werk op allerlei gebied, door Por
tielje verricht, al is het de aard van den
jubilaris niet stil te staan en langen tijd
te vordoen met den terugblik. „Steeds voor
uit," is veeleer zijn leus.
De heer P'ortielje behoort tot die ener
gieke werker^, wien het uitsluitend te doen
is ora hun \i-erk en het. streven naar doel
einden welke zij zich gesteld hebben. De
persoon Portielje is steeds bescheiden op
den achtergrond blijven staau, terwijl hij
zijn ideeën naar voren schoof en in de prac-
tijk zijn idealen trachtte te venvezenlyken.
Zeker had de jubilaris zich ook dezen keer
gaarne aan de openlijke hulde onttrokken,
maar hot komt hem volkomen toe eens
flink in ifiet zonnetje gezet te worden.
Reeds /toer jong scheen bij den jubilaris
de groots liefde voor het levende wezen te
bestaan, cn in tegenstelling tot vele jcugdi
ge natuurliefhebbers ging zijn ambitie niet
zoozeer uit naar vormen-kennis, welke zich
in herbaria cn insectenverzamelingen uit,
doch na'ar liet wezen van liet levende ob
ject Toen hij dan ook zooals ik reeds zoi-
<le, wc/rd aangesteld om het beheer over de
}r.ven'/ie havo van Artis op zich te nemen,
kon men niet anders vermelden, dan dat
PortLepje de rechto man op de rechte plaats
zou zijn, en dat is in den loop der jaren
ook wel bewezen.
Wanneer ge om de één of andere reden
den heer Porticlje wenscht te spreken, kunt
go pr bijna zeker van zijn liem in Artis
aan te treffen, maar ge zult enkele uren
door Artis moeten dwalen, voordat ge hem
gevoenden hebt in één van de dienstkamers,
of wol ergens „achter dc tralies," of wel
licht te midden van een menigte belang
b'.elïenden welke hij door Artis leidt.
Het werk dat de heer Portieljc in Artis
verricht, eischt hoe interessant het ook is
cn hoe eenvoudig het sommigen ook moge
schijnen, een zeer bijzondere kennis, een
zeer bijzondere kijk op de ziel der dieren
en een bijzondere behendigheid. Al moge de
om/gang met dc dieren in vele opzichten
gemakkelijker zijn, dan de omgang met
mevischen, een scherpe opmerkingsgave en
groote voorzichtigheid blijven toch steeds
geboden. Wat toch is het zoozeer bijzondere
aan Portieljes werkwijze? Het is hem er
niot alleen om te doen, zijn tuin goed te
verzorgen cn dc dieren een behoorlijk voor
komen to bezorgen, zijn idealen reiken ver
der. Dierpsycholoog als hij is, wenscht hij
door te dringen in do ziel der dieren, en dit
wel op zeer objectieve en wetenschappelijke
vijzc, Dc dierenpsychologic heeft jaren lang
te kampen gehad, (en kampt nog!) met dc
anthropomorphic (vermenschel ij king).
Doordat de mcnsch zich nauwelijks van
zijn eigen zienswijze kan losmaken, wor
den aan dc handelingen der dieren vaak
soortgelijke beweegredenen toegeschreven,
ais den mensch. Het is Portieljes streven cr
voortdurend en voortdurchd weer op te wij
zen, <4at wc alleen dooruitcrst objectieve
waarnemingen cn zeer voorzichtige inter
pretatie* het wezen der dieren kunnen be
naderen. Uitgaande van de psychologie van
het dier cn dc leer der instincten, komt hij,
omgekeerd dus als het in vroegero tijden
gebeurde, tut nieuwe mogelijkheden der
menschel ijkc jjsychologie, die hoewel door
dc suprematie van het vorstand op een hoo
ger niveau mag geplaatst worden, maar
in den grond vele beginselen met de dier
psychologie gemeen heeft. Door zijn studio
kwam op deze wijze Portieljc meer cn meer
tot dc overtuiging, dat het begrip „valsch"
bijvoorbeeld, in de dierpsychologie niet
thuis hooit. Do vijandige houding welke
sommige dieren tegenover den mcnsch aan
nemen, is een gevolg an angst, cn heeft
met een zekere karakteraanleg niets uit te
staan. Wanneer men slechts een dier leert
begrijpen, in zijn nooden evengoed als in
zijn behoeften, zal men gemakkelijk zijn
vertrouwen en vriendschap kunnen verwer
ven, en liet is Portielje die cr steeds op uit
is weer nieuwe eigenschappen en aanknoo
pingspunter, met zijn vrienden, de dieren,
te vinden. Zijn zeer objectieve onderzoekin
gen, vrij van iedere zweem naar romantiek
of verheerlijking van diercnintclligentic.
hebben in do wetenschap algemeen ingang
gevonden,
Het sjneekt vanzelf dat Artis hem tot dit
alles een voortreffelijke gelegenheid biedt..
Het is dan ook steeds een bijzonder genoe
gen, met Portieljc door Artis tc wandelen;
de vele honderden, die aan een of andere
excursie onder zijn leiding deelnamen, zul
len dot zeker beamen; het is altijd weer even
leerrijk, «len dierenkenner, dan hier, dan
daar, hel gordijn der natuurgehcimenis tc
zien oplichten, cn een prachtige ongekende
werkelijkheid te ontdekken. liet behoort dan
ook tot Portieljes groote streven, Artis niet
alleen te doen zijn een amusementspark,
waar de menschen al die „gekke en vreem
de" beesten komen begluren en zich over
apen arauseeren, maar hen meteen de gele
genheid to geven, en liefst op tc voeden, tot
een dieper ingaan op liet diercn-leven, en de
objectieve waarneming mogelijk te maken,
die voor de menschvorming van zoo groote
beteekenis is.
De uitbreiding die Artis den laatstcn tijd
heeft ondergaan en nog steeds ondergaat,
bewijst met welke energie cr in deze richting
gewerkt wordt, cn hoe ook directeur (dr.
Sunier^ cn bestuur dc volkspaedagogischc
beteekenis van een dierentuin begrijpen.
Meer en meer wordt ernaar gestreefd het
dier uit zijn hok-begrensing te bevrijden, en
het in meer natuurlijke: omgeving te bren
gen. dit ook alweer, niet alleen uit aeste
tischc overwegingen (al hoewel daaraan
zeer is tegemoet gekomen) maar bovenal,
omdat daar eerst dc bijzondere eigenschap
pen en uitingen der dieren tot hun recht
komen.
Ten duidelijkste blijkt hieruit wel, welk
oen ruime beteekenis de jubilaris aan zijn
arbeid toekent, dat hij niet alleen genoegen
neemt met den Irotsch een dier lang in het
leven te houden of een keurcollectic van
uitheemsche dieren tentoon te stellen. Zijn
ambities hebben een wijderen horizon en
dank zij de vele voordrachten voor volksuni-
Nieuwste modellen
Trouw- en Verlovingsringen
reeds vanaf 6.—
UTRECHTSCHEWEG 10 TEL. 179 AMERSFOORT
versitciton cn het populaire Artisbock, sa
men niet S. Abrams op zoo onderhoudonde
wijze geschreven, mogen we wel zeggen dat
Portielje reeds veel bereikt heeft in dit op
zicht.
Deze dierpsycholoog van internationalen
naam, heeft naast zijn philosophische ken
nis en interesse, nog buitendien een groote
beteekenis voor liet Montessorieonderwijs,
waarvan wij hem gerust oen der steunpilaren
mogen noemen. Docont aan do opleidings
cursus voor Montessoriloerkrachten, vangt
hij levens de kinderen van de lagere Mon
tessorischool (in de I-ai rosse straat tc Am
sterdam) op in hun biologische behoeften cn
het is overbodig tc zeggen, dat zijn lesjes
voor do kinderen ccn bijzondere bekoring
hebben. Ook in het bestuur van het Mon-
lessorie Lyceum te Amsterdam heeft de heer
Porticlje zitting en met groote belangstel
ling volgt hij dc ontwikkeling der leerlingen.
Wanneer wo al deze arbeid overzien en
het vele beschouwen dal de jubilaris in de
afgeloopen 25 jaar heeft, tot stand gebracht,
zullen we toch moeten erkennen dat het vele
dat zijn aandacht heeft, toch eigenlijk maar
één ding is, en dat is het Leven, het leven
en zijn ontwikkeling in den allerruimsten
zin van het woord.
Wij spreken zeker namens vele geleerden
en natuurvrienden, wanneer we den jubila
ris van harte gclukwcnschcn.
II. JORDAN Jr.
DE POSTVLUCHTEN.
Het tiende retourvliegtuig.
Ancta-Vaz Dias meldt: Bij de K. L. M. is
bericht ingekomen, dat het tiende retour-
vliegtuig, do PHA—G. R. Zaterdag na een
tusschenlanding tc Weenon tc Neurenberg
is geland te 3.50. Wegens slecht weer werd
niet verder gevlogen.
De P.H.A.G.R. op Schiphol.
Het tiende rctourvliegtuig, de P.H.A.G.R.
vertrok Zondagmorgen om 0 uur (M.É.T.)
uit Neurenberg en landde om 12.15 uur op
Schiphol. De bemanning bestond uit de vlie
gers Evert van Dijk en Yèenéndaal en dc.
werktuigkundige Dunk. Zooals men weet
vertrok het toestel op 20 Februari van Ba
tavia.
De A. E. Z. te Bagdad.
Voorts is bij de K. L. M. bericht ingeko
men, dat het postvliegtuig op weg naar In-
dië, dc P1IA. EZ Zaterdag om 6.28 van Cairo
is vertrokken, te 8.18 werd een tusschenlan
ding gemaakt tc Goza, vandaar werd te 0.2Ö
vertrokken. Om 16.03 arriveerde het toestel
te Bagdad, Alles wel, morgen verder.
Zondag to DJask.
Ancta-Vaz I)ias meldt, dat bij de K. L. M.
bericht is ontvangen, dat het 12e postvlieg
tuig, de P.H.A.E.Z., Zondag te 5.15 uur uit
Bagdad is vertrokken en te 10.39 uur te Bus
hir geland. Vandaar vertrok het toestel to
11.27 cn landde tc 13.58 uur tc Djsak.
SOUSTERRAIN UITGEBRAND.
Amsterdam, 1 Maart. In den afgeloo
pen nacht tegen half drio werd de brand
weer gealarmeerd voor een brand, dio uit
gebroken was op dc Nieuwe Heerengracht
!97, waar de heer J. Stad het bedrijf van
matrassenmaker uitoefent. Door de lichte
bran ibairheid van het materiaal, waarvan
matrassen worden gemaakt breiddo de
brand zich dadelijk snel uit, zoodat weldra
het sousterrain in brand stond. Met een
tweetal stralen op de motorspuit werd het
vuur bestreden. Het sousterrain, bestaande
uit twee vertrekken brandde uit. Vermoe
delijk is de brand ontstaan door het achte
loos wegwerpen van een brandende cigaret
NA DE STAKING ZUTPHEN—
EMMERIK.
Het geschil tusschen de „Neder*
landsche Vereenlglng" en de
werkgevers bijgelegd.
Na de bijlegging van de staking bij de
Zutfen—Emmerik Tramweg Maatschappij
in 1926, ontstond er een geschil tusschen
do Nederlandschc Verconigiqg van Spoor
en Tramwegpersoneel en do Voreoniglng
van Werkgevers in bet Trambedrijf over do
uitlegging van het getroffen vergelijk.
Dc Nederlandschc Vereeniging van Spoor-
cn Tramwegpersoneel maakte van het ge
schil een civiele procedure, waarbij haar
belangen behartigd werden door inr. J. E.
W. Duys cn die door haar in ccrsto instan
tie is gewonnen.
Dc Vereeniging van Werkgevers in het
Trambedrijf heelt na besprekingen met het
bestuur van de Nederlandschc Vereeniging
van haar oorspronkelijk voornemen om van
do rechterlijke beslissing in beroep tc gaan,
afgezien cn een bedrag van ruim 7000 in
dc kas van dc Ncderlandsche Vereeniging
gestort.
De Ncdcrlandsce Vereeniging heeft harer
zijds de door haar geopperde bezwaren te
gen de uitlening van het indertijd getrof
fen vergelijk ingetrokken, waarmee de
aanleiding tot do procedure is vervallen.
Onze bekende sabelschermer op
50'jarigen leeftijd overleden
Te Breda is overleden kajiitein J. Door
man van het 3e reg. veld-artillerie. Hij was
in 1881 geboren, 22 Juli 1904 officier cn 1
Aug. 1918 kapitein geworden.
Dc overledene was zoo meldt dc N.R.Ct
e<?n der eerste propagandisten op het gebied
van dc schermsport in Nederland. Dezo tak
an sport werd indertijd nog zeer weinig
beoefend cn mede aan zijn streven was hot
te danken, dat het schermen meer cn meer
belangstelling trok.
Dc ontslapene was de eerste Nederlander,
die destijds (1912) het Europeesch kampioen
schap op sabel heeft gewonnen. Dat daaraan
veel oefening vooraf was gegaan, eprcekt
vanzelf, omdat van d^ overige landen in
Europa veel 6terkere sabclschermers deel
namen.
Zijn belangstelling voor de sport, die hem
zoo lief was, is ook daarna nog lang geble
ven. Feitelijk tot den huldigen dag.
Zoo werd kapitein Doorman nog onlangs
gekozen door het bestuur van den Kon. Ne-
derl. Amateur Schermbond tot aanvoerder
van de Ncderlandsche ploeg, die on6 land
in 1929 in Ostendc tijdens de intcmationalö
jaarlijksche wedstrijden aldaar, vertegen
woordigde.
Onze epuipc won toen den vierden prije
op degen. In denzelfden wedstrijd won bij
in het personeele nummer 6abelscherraen
den derden prijs uit een poule met een zeer
sterke bezetting met Italianen, een Roe
meen, Belgen en onzen landgenoot kapitein
Tenhaeff.
In do 6chcrm\vcdstrijd was kapitein Door
man een figuur van beteekenis. Niet alleen
bij dc schermers 6tond hij om zijn beminne
lijke persoonlijkheid hoog aangeschreven.
Juist was hij een dezer dagen op dc offi
cieuze lijst van hoofdsecondanten geplaatst.
Ongetwijfeld zal zijn verscheiden in de
Nederlandfiche schermbond een ledige plaats
van beteekenis open laten.
HAAR MAN VERGIFTIGD?
Een vrijspraak.
Do rechtbank te Middelburg heeft een 43
jarige vrouw, die te 's Heer Arendskerke
inet een man samenwoonde, en tegen wie
twee jaar gevangenisstraf was geëiecht om
dat zij zou getracht hebben dezen man door
middel van 't toedienen van rodent te ver
giftigen, van bet haar ten laste gelegde vrij
gesproken
Vragen van den heer Lovink
beantwoord.
De plannen van minister Schiele
In antwoord op de desbotreffende schrif
telijke vragen van den'heer Lovink deelt
minister Beclacrts van Blokland het vol
gende rqedc:
De Duitecho minister van landbouw, de
heer Schiele, hoeft zijn plannen inzake de
bescherming van don Duitschen landbouw
ontvouwd in zijn „état"-rede van 23 Febru-
i 1931. Deze plannen komen neer op de
volgende drio hoofdpunten:
de Regeering krijgt de vrijheid om
buiten den Rijksdag om tariefveranderin-
gon te maken;
b. de wederinvoering van do invoerbons
(„Elnfuhrecheine"'); deze invoerbons wor
den ook uitgebreid tot hout;
c. he! aanknoopen van onderhandelin
gen met do Regeeringen van dc verschillen
de landen, in wier handelsverdragen met
Duitsch and tarief-consolidatles voorko
men, die moeten \y orden opgeheven.
Dit programma van den heer Schiele
heeft de goedkeuring van het Kabinet-
Brümng en zal, naar verluidt, on
getwijfeld door den Rijksdag worden aan
genomen.
De sociaal-democratische partij zou in-
;usschen haar steun aan het plan van den
heer Schielo afhankelijk hebben gesteld
an Jo ratificatie van de Handolsconventie
van Genóve van 24 Maart 1930.
In hoeverro van do Liorbovenbedcelde al-
gemeene machtiging tot tariefwijzigingen
door de Duitschc Regeering gebruik zal
worden gemaakt, is uiteraard nog nret be
kend; wellicht zal do Duitschc Regeering
oij do behandeling van het wetsvoorstel
iienaangaande nadere gegevens daarom
trent verstrekken.
Eerst na kennisneming van de eventueel
door do Duitschc Regeering in te voeren t-a-
liefwijzigingen zal kunnen worden gezegd
•nder welk artikel vau de Handels-Conven
tie van Genève van 24 Maart 1930 deze wij
zigingen, naar de opvatting der Nederland-
oche Regeering, vallon. De zienswijze van
de Duitschc Regeering daaromtrent zal
slechts kunnen blijken uit de m#ledeeling,
die ter zake oventueel aan de Nederland
schc Regeering zal worden gedaan.
FORD-FABRIEK TOCH IN DE
HOOFDSTAD.
Overeenstemming bereikt.
A m s t e r d a m, 28* Febr. Naar de T e L
verneemt, zijn de onderhandelingen tus
schen het gemeentebestuur en do Fordfa
brieken met betrekking tot de vestiging
van een fabriek bij de Hembrug thans zoo
ver gevorderd dat, behoudens op een enkel
punt waaromtrent nog bevt-etlging word*
ingewacht, overeenstemming beroikt is.
BRAND TE ZWOLLE.
Zwolle, 1 Maart. Terwijl de bewoners
afwezig waren ontstond hedenmorgen om
streeks vijf uur brand bij den bakker Hage-
doorn in de Brocrenstraat. Het binnenhui»
brandde geheel uit. Niets kon worden gered.
De Zwolschc brandweer wist de brand tot
dit eenc perceel te. beperken.
Tel. 852. Gevestigd 1885
MODERN HANDGEDREVEN
ZILVERENWERKEN.
Voor mij is wijze moederliefde dc éénigc.
waarin alle ijs smelt.
(„Ueber den Tod hinaus*')-
Roman van ANNY VON PANHUYS.
Uit het Duitsch door
W. II. C BOULLAABD.
•17
„Arme, arme vader." Else wischte ^en
paar tranen weg. „Nu weten we ook waar
om hij na het hofbal zoo vreemd deed. zoo
anders was geworden."
„Zijn toch al zoo geschokte zenuwgestel
kreeg door deze afschuwelijko geschiedenis
<len doodsteek", voltooide mevrouw Berner,
on zich tot Walter wondend, zei ze: „Ik ge
loof alles wat je ons vertélt, maar ik imon
dat jc zooeven van bewijzen hebt gespro
ken."
Zij trad op Walter toe, die uit zijn porte
feuille een papier nam, welks inhoud ze
snel las.
„Foei, wat een schandaal", kwam op
nieuw over haar lippen en zij schoof bet
papier over de tafel naar Else toe.
Halfluid las deze met bevende stem:
„Ik, ondergeteekende, beken met mede
werking van een Nederlander, Pieter de
Buy ter geheet-en. een spookgeschiedenis in
scène te hebben gezet, omdat ik daardoor
hoopte den zenuwzieken professor Alex
Berner, die een hartkwaal had, dermate ta
doen schrikken, dat hij öf om gezondheids
redenen zijn ambt van directeur van het
schilderijmuseum zou moeten neerleggen,
óf door den schrik zou worden gedood. De
sage van den ouden Thomas maakte ik
dienstbaar aan mijn doel, om mijn schoon
zoon het ambt van directeur van het schil
derijmuseum te bezorgen.
Na lezing stiet zij het papier van zich af
en keek naar haar vingers, als om zich te
overtuigen, dat deze door de aanraking met
von Weidcn's bekentenis niet verontreinigd
waren.
Walter nam het papier op cn borg het in
zijn portefeuille.
Met angstig dralen slak mevrouw Berner
hem haar rechter hand toe.
..Nu is mijn wantrouwen verdwenen en
ook bestaat de antipathie, die [k aanvanke
lijk tegen je had. niet meer. Zeg me. Walter,
kun je me vergeven?" f
De ingenieur drukte de zachte vrouwen
hand en antwoordde:
..Alles is vergeten cn vergeven."
..Maar waarom heb je ons stilzwijgen ge
wenscht?" vroeg ze, „ik weet er geen aan
nemelijke reden voor."
„O, mevrouw, die zal ik u dadelijk zeggen.
Ik wilde hierdoor verhinderen, dat u in dp
eerste opwinding iets over de zaak zelf
zoudt doen uitlekken, of het een of ander
legen de daarbij betrokken personen of een
hunner zoudt ondernemen, waarvan u later
spijt zoudt hebben. Den doode toch kunnen
wij niet meer in het leven terugroepen, noch
door een proces tegen den Nederlander, noch
tegen den hoofdschuldige. Hoogstens zou
zulk een proces een groot schandaal, veel
ergernis en moeite veroorzaken. De slechts
tot op zekere hoogte schuldige Nederlander
zal tot het einde zijner levensdagen zijn ge
weten voelen knagen, dat weet ik zeker, cn
von Weiden zal in voortdurenden angst
verkeeren dat ik van zijn bekentenis"
Walter legde den nadruk op dit woord
„trots mijn tegenovergestelde verzekering,
toch nog eens gebruik zal maken. En onop
houdelijk in angst leven moet een voortdu
rende foltering zijn. Wat zou het dus baten
de akelige geschiedenis op te rakelen? Ver
geet u bovendien niet, dat het verhevene cn
belachelijke dikwijls slechts door een enkele
schrede van elkaar zijn gescheiden; wat
voor ons een drama beteekent, Is voor de
groote menigte misschien een amusante
klucht. Wie kan zeggen, hoe andere men
schen deze geschiedenis van don ouden Tho
mas opvatten?"
De beido vrouwen .zwegen, zij begonnen
te begrijpen.
En Walter sprak verder: „Men zou er om
lachen en de geheele zaak als een kostelijke
grap beschouwen, al was zij ook de oorzaak
van iemands dood. Men zal er den draak
mee steken, dat een ontwikkeld man in onz°
verlichte, althans verlicht doende, eeuw de
dupe werd van zoo n comedie." Hij viel zich
zelf in de rede: „Vergeef me, indien het u
beiden wat hard in de ooren klinkt wat ik
zog, maar ik moet wel zoo spreken, om u
duidelijk te maken, dat zwijgen over deze
droevige gebeurtenis het beste is wat w*J
kunnen doen."
Mevrouw Berner keek haar dochter aan,
als om haar om raad te vragen. Else kDlkte.
„Walter heeft gelijk, moeder; de men
schen kunnen ongelooflijk ruw zijn, wan
neer het geldt hun spotlust bot *e vieren."
„Zeg me eens, Walter", vroeg mevrouw
Berner hoewel zij het antwoord wel ver
moedde, „waarom had je eigenlijk von Wei
dcn's tchriftelljke bekentenis noodig?"
„Ten eerste, mevrouw, om von Weiden In
voortdurenden angst te houden. En dan
en dit was de voornaamste reden om mU
tegenover u te rechtvaardigen."
„Hinderde mijn wantrouwen Je dan zoo
erg?" kwam het zacht over haar lippen.
„Ja, omdat u de moeder bent van mtjn
lieve Else", antwoordde Walter, terwijl hU
teeder zijn meisje aankeek.
„Nogmaals, vergeef me, Walter," mevrouw
Berner kon buitengewoon beminnelijk zijn,
„laten wij ons voortaan verheugen in el
kaars vriendschap", cn glimlachend voegde
ze er aan toe: „wat mij betreft, zal ik mijn
uiterste best doen, van het dikwijls als spot
naam gebruikte woord „schoonmoeder" een
eerenaam te maken."
„O, moeder, wat ben ik u dankbaar!" F.lse
sprong op cn omhelsde haar moeder. „Nu
kan ik eerst oprecht blij zijn over mijn en
gagement"
„Mag ik ook blij zijn?" Walter breidde bh
wijze van grap zijn armen als voor een om
helzing naar mevrouw Berner uit
„Ja, doe dat!" Else werd zachtjes op zli
geduwd cn de ingenieur omhelsde zijn aan
staande schoonmoeder, terwijl hij haar een
kus gaf.
Toen zei mevrouw Berner:
„Mijnheer Pohl zal wel gauw hier zijn, hU
heefl beloofd vanavond nog te komen. Hu
heb hem ook voor morgen, den dag van
jullie engagement, geinviteerd. Hij is een
jeugdvriend van mijn man en kan hem
morgen eenigszins vervangen".
Ze zei het losweg, maar daarbij dacht rij,
dat ze later, na Else's huwelijk, heel alleen
zou achterblijven, en ook, dat zij nog geen
oude vrouw was en dat haar uit PhoFs oogen
een stille liefde van vele jaren toelachte.
Pohl was rijk, zij zou nog lang kunnen la
ven en ze had hooren verluiden, dat hem
ter belooning voor een groote stichting va»
weldadigheid een praedicaat wachtte. Op
haar visitekaartje zou dan staan:
„Mevrouw M. van Pohl, i
baronessevan Stormberg".
Dat klonk goed, heel goed. Een ander»
naam zou dan wel verdwijnen, maar dat
kon nu eenmaal niet anders. Wel zou zfj
altijd aan den man, naar wien eons haar
jonge, warme liefde was uitgegaan, met
groote piëteit blijven denken. En indien hij,
de doode, haar gedachten kende, dan zoo
hij niet boos zijn op haar, daarvoor had hij
zijn mooie vrouw te innig liefgehad
Verzonken in haar toekomstdroomen,
glimlachte mevrouw Berner en keek naar
Else en Walter.
„De levenden hebben het recht te leven",
ging haar door het hoofd en ze dacht weer
aan den goed geconserveerden Jeugdvriend
van haar man en aan komende dagen van
zonneschijn. Reeds verbleekte voor haar al
het donkere van den laatsten tijd en weldra
zou zij al die narigheid hebben vergeten
Het was haar als vergleed ergens, heet
ver weg, de legendarische gestalte van den
ouden Thomas, die zoo snel aan haar was
voorbijgegaan en haar zieken man met zich
mee in het graf had gesleept
Er werd aan de voordeur gebeld.
„Dat zal meneer Pohl zijn", riep mevrouw
Berner, en een glimlach plooide zich can
haar mond.
Magda Berner, de mooie ex-hofdame, wt*
en bleef nu eenmaal een zeer oppervlaju
kige vrouw.
KINDBv