AMERSFÖOKTSCH DAGBLAD
TOCH GEEN MOERDIJKKANAAL?
Zaterdag 19 September 1931
-DE EEMLANDER"
30e Jaargang No. 70
DE MINISTER STELLE
GERUST
Hoe ver onze regeering
gaan zal
derde blad
ADRES VAN ANTWOORD
OP DE TROONREDE
VERMANEND WOORD TOT
DELFTSCHE STUDENTEN
Oorzaak van sociale
misstanden
SPECULATIE A LA BAISSE
BEVORDERD?
PENSIOENVERORDENING EN
VROUWELIJKE WETHOUDERS
SPOORWEGTOESTANDEN
TEN 0. VAN AMSTERDAM
Men behoeft zichvolgens G. Nijpels
in het Handelsblad, in Neden
land niet ongerust te
maken
Naar aanleiding van de publicaties in het
Dagbl. van N.-B. over het Moerdijkkanaal
en het Geneefschc antwoord daarop schrijft
G. Nijpels in het Handelsblad:
Men behoeft zich m.i. in Nederland in hét
algemeen, en in de Rijn- en Maashavens in
het bijzonder, nog geenszins ongerust te
maken.
Zou een kanaal, als thans volgens het Brc-
dasche blad zou voorgesteld worden aan
Brussel en Antwerpen, wel iots anders zijn
dan een verkapt Moerdijkkanaal? Met, op de
kleinigheid van enkele kilometers langer zijn
na, al de voordeelcn voor Antwerpen en ge
varen voor Rotterdam en onze andere Maas-
en Rijn havens, die indertijd in 1027, voor de
verwerping van het verdrag-Van Karnebeek,
uitvoerig werden aangetoond.
liet is ook een feit, dat men zich thans in
de groote havenstad aan de Schelde reeds
vast schijnt te verbeelden, dat men dezen slag
tegen den concurrent, aan dc Maas reeds
heeftgewónnen.Maar ten slotte heeft minister
Beelaerts te dikwijls en tc duidelijk ver
klaard, en aan Brussel èn aan onze Eerste
Kamer, dat hij zoo'n kanaal n.l. een ka
naal, dat de karakteristieke eigenschappen
had van het Moerdijkkanaal nooit zou
toestaan, dat men wat dat betreft o.i. gerust
moet zijn.
Ilier moet een misverstand plaats hebben,
want een kanaal als thans het Bredasche
blad definieerde, en dat men te Brussel en
Antwerpen verzekert te zullen krijgen dat
men er zelfs reeds het plan-Schönfeld noemt,
naar den naam van den ontwerper, den
hoofdingenieur van onzen Waterstaat ir. J.
F. Schönfeld, die reeds door den vorige,n mi-
nistor van Waterstaat aangewezen werd om
in samenwerking met het ministerie van bui
tcnlandsche zaken, plannen te ontwerpen ten
behoeve van een nieuw Nederl.-Belgisch ver
drag kan minister Beelaerts niet van plan
zijn aan tc bieden, indien blijken zou dat hef
werkelijk dc karakterisecrende eigenschap
pen zou bezitten van het nu eenmaal zeer
beslist onaanneembaar verklaarde Moerdijk
kanaal.
Wat karakteriseerde n.l. dit kanaal?
Dat het begon niet in de open Schelde
maar in dc dokken van Antwerpen; cn dat
het vandaar, zonder in open verbinding te
staan met de zoogenaamde Tusschenwateren
dus de dikwijls woelige cn lastige wateren,
die dc eilanden van Zuid-Holland en Zeeland
onderling en van den vasten wal van Noord-
Brabant scheiden en zonder sluizen, liep
naar het Hollandsch Diep; waarin men met
één sluis afdalen kon. Dat betcckende, wat
men bij ons terecht heette: dc dokken van
Antwerpen op ons gebied verlengen tot aan
het Hollandsch Diep.
Zou een kanaal als door het „Dagbl. v. N.
B." thans omschreven en dat thans, ik her
haal het, de Belgen zich ook al schijnen te
verbeelden, dat door Nederland zal worden
aanvaard, indien Belgié, als tegenprestatie,
dc stop van Petite Lanayc laat springen,"
dus een ruime sluizenvcrbinding wil maken
tusschen de Albert- en Julianakanalen -
„tegenprestatie," die er geen zijn zou daar
deze verbinding, zooals wij herhaaldelijk aan
toonden, en ook minister Beelaerts in zijn no
ta aan België schreef) een even groot Bel
gisch als Nederlandscli belang is zou zoo'n
kanaal, zeg ik, niet precies dezelfde ken
merken hebben en hetzelfde bereiken? Al
leen voor veel meer geld hetgeen de
slachtoffers, onze havens, tot geringe troost
zou strekken.
Zou het niet eveneens van de dokken van
Antwerpen uit, cn ook geheel onafhankelijk
van getij, stroom en weersgesteldheid, ook
met slechts één enkele sluis tc Willemstad,
en ook binnendoor leiden naar het Hol
landsch Diep? Zou het nergens meer in open
verbinding bohocvcn te staan met Wester- cn
Ooster-Schelde cn van de dokken van Antwer
pen, op één en hetzelfde peil blijvend, dus
zonder sluis, doorgetrokken kunnen worden
tot Willemstad; welk punt, volgens vele des
kundigen, zelfs nog veel gunstiger ligt voor
de scheepvaart, cn voor het op diepte houden
van de vaargeul dan Moerdijk?
Dit plan-Schönfeld, zooals men het te Brus
sel noemt ter onderscheiding van het plan-
Konijnenburg, zou alleen maar even langer
zijn dan het door heel ons volk en door on
ze Eerste Kamer terecht, omdat het een door
niet9 gerechtvaardigde aanval beteekende op
Rotcrdamen Dordt, onaanneembaar verklaar
de Moerdijkkanaal. Dat laatste liep immers
van dc dokken van Antwerpen in vrijwel een
rechte lijn, dwars door Brabant naar Moer
dijk; cn hot kanaal, als omschreven in het
„Dgbl. v. N.B." volgt, om binnen de geo
grafische grenzen der Schcidingsregeling van
1839 te blijven, de kust van die provincie; be
halve dan in het Noordelijkste stuk van Din
telsas tot Willemstad waar het zou komen in
het vaste land, en waar het dus vallen zou
buiten die grenzen.
Wanneer men echter op ons departement
van buitenlandsche zaken zoo'n plan niet di
rect voor onmogelijk verklaard mocht heb
ben, omdat de waterstaatkundige adviseurs
er de portee niet van duidelijk maakten, dan
zal men den minister nog wel tijdig de oogen
openen en hem aantoonen, dat zoo'n verkapt
Moerdijkkanaal, dat alleen maar even langer
zou zijn maar dan ook razend veel duurder
dan het oorspronkelijke van het verdrag-
Van Karnebeek, beteekencn zou: eén door
niets gerechtvaardigde, en allen nog maar èn
technisch èn economisch nóg onverdedig-
baardcr aanslag op onze Maas- en Rijnha
vens; een capitulatie voor de Belgische, men
kan het niet genoeg herhalen: op geen en
kel recht gebaseerde eischen.
Inmiddels hebben wij kunnen lezen, dat het
lid der Eersto Kamer prof. jhr. Dc Savor-
nin Lohman, die steeds een trouw, onver
vaard cn zijn materie zeer goed beheerschcnd
voorvechter bleek der Nederlandsche belan
gen in dezen, blijkbaar toch verontrust over
de publicaties van het Bredasche blad en de
uit België tot ons doordringende verwachtin
gen, toestemming heeft gevraagd om den mi
nister op een nader te bepalen dag te inter-
pelleercn over den stand der onderhandelin
gen met België; toestemming, welke hem on
middellijk en zonder cenig bezwaar werd ver
leend.
Wc kunnen dus, na thuiskomst van jhr.
Beelaerts uit Gcnèvc, een zeer belangwek
kend debat verwachten over deze aangele
genheid, waarbij, naar wij hopen en ver
trouwen, de minister de gelegenheid zal aan
grijpen ouzo Maas- en Rijnhavens, cn al wie
belang stelt in hun thans toch reeds zoo las
tig bestaan, gerust te stellen.
Uitvoering van het plan-Van Konijnenburg
waarbij dc vaart over dc Tusschenwa
teren zou gaan (het thans door het „Dgbld.
v. N.B."-genocmde plan zou daar slechts
langs of overheen gaan) cn met min
stens drie sluizen beteekende reeds een
zéér groote opoffering voor onze havens, door
dat de historische en door de natuur gegeven
weg van den Rijn naar Antwerpen er aan
merkelijk door verkort cn veel veiliger door
worden zou.
Veel verder dan dat zal onze regeering ze
ker niet durven gaan.
Voor het gemak van onze lezers geven wij nog even dit kaartje der Tussohen-
watoren, waarop aangegeven staan: het verbeterde. plan-Van Konijnenburg, een
plan, (het z.g. Schelde-armkanaal van» den heer v. d. Lande, en het oorspronke
lijk Moerdijkkanaal van hot verdrag-Van Karnebeek. Een kanaal, zooals het
„Dagblad v. N.-B." het thans omschreef, zou van dezelfde plek vertrekken als
het Moerdijkkanaal en dan, zonder sluis, en dwars door de afgedijkte bochten
der Westersohelde loopend, verder het tracé-Konijnenburg volgen, echter van
Dintelsas binnendoor eindigen, als bet plan v. d. Lande, tc Willemstad.
Gebrek aan beschaving en gees=
telijke aristocratie ge--
constateerd
Tekst door de Eerste Kamer
vastgesteld
De tekst vaii het Adres van Antwoord op
de Troonrede, zooals die gisteren in de Eer
ste Kamer is vastgesteld, luidt als volgt
Mevrouw!
1. De Eerste Kamer der Staten-Generaal
waardeerde hoogelijk liet voorrecht, Uwe
Majesteit, vergezeld van Zijne Koninklijke
Hoogheid den Prins der Nederlanden, Her
tog van Mecklenburg cn van Hare Ko
ninklijke Hoogheid Prinses Juliana der Ne
dcrlandcn, weder in de Vcreenigde Verga
dering der Staten-Generaal tc mogen zien
tot opening van de gewone zitting.
2. Met Uwe Majesteit verkeert do Kamer
diep onder den indruk van den zorgwek
kenden economischen toestand en zij is er
eveneens van doordrongen, dat het beleid
der Regeering, zoowel hier te lande als in
dc deelcn des rijks buiten Europa, crn6tig
rekening moet houden met de wereldcrisis.
Dal onder deze omstandigheden, tot liet be
houd van het financieel evenwicht, eischen
van buitengewone ingetogenheid en offer
zin moeten worden gesteld, beaamt dc Ka
mer.
3. Dc Kamer deelt Uwer Majesteits over
tuiging, dat het Nederlandsche volk, het
welk reeds meermalen met groote zedelijke
kracht onder Gods hulp ernstige moeilijk
heden heeft overwonnen, ook thans zijn
verleden getrouw zal blijven.
•4. Met belangstelling nam de Kamer ken
nis van het voornemen tot instelling van
een Departement van È^pnomischo Zaken
en Arbeid.
5. Ook do Kamer 6temt het tot voldoening,
dat de betrekkingen van Nederland tot an
dere Mogendheden bij voortduring van den
meest vriendschappclijkcn aard zijn, en
met Uwe Majesteit hoopt zij, dat het besef
van de saamhoorigheid der volken hij de
aanstaande Ontwapeningsconferentie tot
uiting moge komen.
6. Dc Kamer ziet de indiening der aan
gekondigde wetsontwerpen met belangstel
ling tegemoet.
7. Met Uwer Majesteits bede, dat God Zijn
zegen aan den arbeid der Staten-Generaal
moge schenken, stemt dc Eerste Kamer van
harte in.
'6-G y a v cn liagc, 18 September. Op het
Huis ten Bosch heeft vanmiddag te 12 ïur
op dc gebruikelijke wijze de aanbieding
plaats gehad aan H.M. de Koningin van
het Adres van Antwoord der Eerste Kamer
op de troonrede.
De aanbieding bad plaats door da daar
toe benoemde commissie uit de Eerste Ka
mer met den voorzitter aan het hoofd.
Op het bordes van het paleis bewezen
huzaren van het 2e regiment de militaire
honncur.
Gistermiddag heeft in de aula der Tech
nische Hoogeschool de plechtige inauguratie
plaats gehad van de nocitii van het Delftsch
Studenten Corps.
Alvorens zich te richten tot de candidaat-
leden heeft de corpspracses, de heer J. dc
Ranitz, er den nadruk op gelegd, dat het
corps zich moet ontwikkelen in gelijken tred
met den tijd daar het anders zijn bestaans
recht verliest.
Er zijn enkele dingen aldus spr. die
door de tegenwoordige jongere generaties
niet meer gevoeld worden. Ik voel mij ver
plicht hier nader op in te gaan. Het is niet
alleen een gewilde studententikositeit, een
mentaliteit, die alleen bier en belangrijk
vindt, of die de Sociëteit Phoenix beschouwt
alö een studenteneethuis en -leeszaal e.d.,
wat door ieder rechtgeaard corpslid bestre
den zal worden, maar het is vooral dat ge
brek aan beschaving, aan geestelijke aristo
cratie, dat zich in een onhebbelijk optre
den, niet alleen buiten maar vooral i n de
sociëteit. Zelfs daar zijn grenzen, die ieder
een, die een gefundeerde beschaving bezit,
gevoelt. Het is zoo het ontbreken hiervan,
dat zoo onnoemelijk veel miestanden mei
zich meebrengt. Voor degenen, die dit soort
van aristocratic niet kennen, is vrijheid uit
den booze. Zij behooren gedrild te worden
"cn iedere ontwikkeling op wetenschappelijk
gebied is een grove fout, want later zullen
zij den ingenieurstitel voeren met de weten
schappelijke kennis, maar zonder de bescha
ving, voor hun positie in de maatschappij
vooral tegenwoordig, zoo noodig. Z ij zijn
voor een groot gedekte schuld aan de so
ciale misstanden, omdat iedere sociale wrin
ging te wijten is aan een onvoldoende lei
ding. Dezulken hooren niet thuis in het
corps; dan liever minder loden. Ik weet
dat hierdoor het corps groote financicele
moeilijkheden zal moeten overwinnen, zich
misschien bij grooteren omvang financieel
zal moeten beperken. Beter dit dan het vei
lles van bet beste, wat het corps ken
merkt.
Nopens den afgcloopcn groentijd merkte
spr. op, dat vele leden op de juiste wijze van
hun genegenheid voor het D.S.C. blijk gaven
door tot in het oneindige te trachten den
candidaat-leden het noodige bij tc brengen,
waarvoor hij dank bracht.
Echter er is ook te ruw gegroend, licha
melijk zoowel als geestelijk. Het ruw en
grof aanpakken van zekere vraagstukken
en problemen is voor de jonge leden scha
delijk cn daardoor de houding der oude
jaarsleden zeer zeker niet als gentleman
like tc cla6sificeeren.
Zich richtende tot de candidaatleden weos
6pr. op dc voordeelcn, die het corpslidmaat
schap biedt en op welke wijze zij zich kun
nen ontwikkelen en hun leven verdiepen
Na afloop van de ontgroening vcreenigde:
dc leden zich aan een gemeenschappelijken
maaltijd op dc sociëteit Phoenix.
's Avonds had een fakkeloptocht plaats
en werden serenades gebracht aan den
nieuwen rector magnificus, prof. ir. II. ter
Meulen, en den burgemeester, mr. G. van
Baren.
Met een feest op de sociëteit werd de dag
besloten.
(Handelsblad),
UIT ZELFVERDEDIGING GESCHOTEN.
De kogel bleef in den loop zitten.
Aan het politicbureau Rijswijksche weg
te 's Gravenhage, meldde zich Donderdag
een vierenveertig jarige instrumentmaker,
wonende aldaar, die verklaarde, dat hij
even te voren op de Paviljoensgracht met
een revolver uit zelfverdediging vier
maal In de lucht en eenmaal op den arm
van een man, die hem te lijf wilde, had ge
schoten, evenwel zonder hem te raken. Hij
overhandigde een automatisch pistool aan
den inspecteur, die constateerde dat voor
aan in den loop een kogel was blijven vast
zitten, zoodat hij het laatste, op den man
gerichte schot de kogel den loop blijkbaar
niet had verlaten.
Waar Intusschen de man, op wien is ge
schoten, zich nog steeds niet bij de politie
tot het doen van aangifte of het geven van
inlichtingen heeft gemeld, is er vooralsnog
geen reden voor de politie om de verkla
ring van den instrumentmaker, dat hij in
zelfverdediging heeft gehandeld, in twijfel
te trekken. Hij is dan ook heengezonden,
terwijl het wapen in beslag werd genomen-
Vragen van mr. Boon aan
den Minister
's-Gra venhage, 17 September. Het
Tweede Kamerlid, Mr. Boon, heeft de vol
gende vragen tot den Minister van Arbeid,
Handel cn Nijverheid gericht:
1. 16 het den minister bekend, dat het
bestuur van de Verceniging voor den Ef
fectenhandel niet de hand houdt aan het
artikel uit het. Reglement voor den Geld- »-n
Effectenhandel, dat voorschrijft, dat leve-
ring van gekochte fondsen in het algemeen
moet plaats vinden uiterlijk den vierden
dag na het sluiten der transactie?
2. Is de minister niet van oordeel, dat
hierdoor dc speculatie k la baisse 6terk
wordt bevorderd, waarvan in het bijzonder
misbruik wordt gemaakt door internationaal
opereerende groepen en waardoor -tal van
intrinsiek voortreffelijke fondsen tot af-
braakpfijzen op de markt worden geworpen
doordien een angstpsychose het publiek
heeft bevangen en groote en kleine beleg
gers .zich tot iederen prijs van hun bezit
al of niet gedwongen ontdoen?
3. Is de minister niet van oordeel, dat
deze praktijkon uitermate zouden worden
bemoeilijkt, wanneer niet 6lechts aan deze
bepaling streng de hand werd gehouden,
maar bovendien levering binnen 2-4 uur
verplicht zou worden gesteld?
4. Is dc Minister bereid zijn bevoegdheid
hem krachtens art 2 der Beurewet 1929
gegeven, gebruik te maken door met den
meesten spoed voorsohriften in bedoelden
geest te geven of te doen geven?
Een debat in den Amster*
damschen raad
'Amsterdam, 17 September. In de he
den gehouden vergadering was onder meer
aan dc orde het voorstel van mevr. Koek—
Mulder c.s. om de verordening op het ver-
leenen van pensioen aan de weduwen en
weczen van wethouders cn pensioengerech
tigde oud-wethouders to wijzigen in dien
zin dat zij ook van toepassing is op vrou
welijke wethouders.
Dc conclusie van het prac-advics van
cn W. op dit voorstel was afwijzend.
Mevrouw KoekMulder sprak haar
leedwezen uit over. dit prae-advies.
De hoer Pothuis (s.d.) vraagt waarom
hier dc vrouw achtergesteld wordt bij den
man. De wijziging van de pensioenwetten
en de gemeentewet geeft aanleiding de be
palingen hier bedoeld tc verandoren.
De heer W ij n lc o o p (c.p.) verklaart na
mens zijn fractie tegen het voorstel te zul
len stemmen, omdat ook gestemd is tegen
het pensioen van wethouders. Spr. meent
echter, dat wanneer men voor wethouders
pensioen is, moet men ook voor het voor
stel van mevr. KoekMulder c.s. zijn. Ech
ter constateert spr. dat hier door liberalen
de wet wordt voorgeschreven.
De wethouder voor de pensioenen, mr.
Kropman zet uiteen dat door de gewij
zigde gemeentewet en de pensioenverorde-
ning wel gesproken wordt van weduwen
Van wethouders, maar niet van weduw
naars van wethoudsters, evenmin als van
weduwnaars van ambtenaressen. B. cn W.
kunnen de wet niet veranderen en dus zou
gevraagd worden om wetswijziging. Spr.
vraagt dus den Raad dit voorstel niet aan
te nemen.
Na deze uitlegging trekt mevrouw Koek—
Mulder haar voorstel in.
Hierna werd een aantal adressen afge
daan.
Voor verbetering 28 mil
lioen noodig
In zake de verbetering van spoorweg
toestanden aan de Oostzijde van Amster
dam, zegt de Memorie van Toelichting der
Waterstaatsbegrooting, dat de voornaam-
este werken zijn: opheffing van het station
Weesperpoort en vervanging door een
nieuw station in de Watergraafsmeer; ver
plaatsing van het station Muiderpoort, zoo
dat het zoowel voor de richting Utrecht als
voor de richting Amersfoort kan dienst
doen; het volledig scheiden van de banen
voor personenvervoer cn die voor goede
renvervoer, welke in verbinding met den
spoorweg om Amsterdam worden gebracht,
en het maken van verschillende doorgan
gen voor het gewone verkeer.
Omtrent de verdeeling der kosten, welke
op 28.000.000 worden geraamd, is in hoofd
zaak overeenstemming verkregen. De Ne
derlandsche Sporwegen zijn bereid
10.000.000 te betalen, terwijl het overige
door de gemeente Amsterdam en het Rijk
zal worden gedragen. Uit den aard der zaak
zullen deze verdeeling cn de mogelijke
overschrijding in' een overkomst worden
geregeld.
DE
BURGEMEESTER DIE
WIST.
NIETS MEER
Een gemeentehuis in clandestien
overwerk gebouwd.
Een eingenaardige complicatie, aldus wordt
vermeld in het Centraal Verslag der Arbeids
inspectie, deed zich voor bij het vaststel
len van dc verantwoordelijkheid voor clan
destien overwerk bij den bouw van een ge
meentehuis in een plattelandsgemeente. Bij
bezoek bleek, dat nooit minder dan 10 uur
per dag werd gewerkt De architect regelde
als uitvoerder het werk, de gemeente-ont
vanger betaalde Zaterdags de loonen uit en
dc burgemeester voerde zelf met dezen ar
chitect-uitvoerder de besprekingen over dit
werk. Tegen den aanwezigen uitvoerder
werd proces-verbaal opgemaakt wegens het
doen verrichten van verboden arbeid Eenige
dagen later werd opnieuw een bezoek aan
dit bouwwerk gebracht en bleek, dat nog
steeds te lang gewerkt werd. De burgemees
ter, tevens waarnemend kantonrechter, die
daarna gehoord werd, weigerde elke inlich
ting op grond hiervan, dat hij als verdachte
werd beschouwd en dus niet verplicht was
tot antwoorden. Hem kon niet duidelijk ge
maakt worden, dat eerst moest blijken, of
hij inderdaad hoofd of bestuurder van deze
onderneming was cn dat hij pas daarna als
verdachte kon worden aangemerkt. Of hij
hoofd of bestuurder was, vond hijzelf een
puzzle: het was best mogelijk, hij had geen
tijd zich daarmede bezig te houden en wist
verder niets meer. Om deze kwestie tot
klaarheid te brengen, werd eerst door de
verbaliseerende ambtenaren inzage verzocht
van het raadsbesluit, waarbij tot den bouw
van het raadhuis was besloten, daarna door
het districtshoofd en tot slot door den Com
missaris der Koningin, doch de burgemees
ter bleef weigeren. De griffier der Staten
zond evenwel een afschrift van het raadsbe
sluit toe, waaruit mocht worden ODeomaakt,
dat de burgemeester als hoofd der onderne
ming diende tc worden beschouwd. Derhal
ve werd proces-verbaal opgemaakt, zoowel
wegens overtreding van art 24, al6 van art
79, daar hij weigerde aan de bevoegde amb
tenaren de verlangde inlichtingen te geven.
„DE REIGER".
Aneta—Vaz Dias meldt, dat bij de K. L.
M. bericht is ontvangen, dat de „Reiger'"
Vrijdag tc 6.30 uur uit Boedapest is ver«
trokken cn te 8.28 uur te Belgrado geland.
Vandaar vertrok het toestel tc 9.30 uur en
arriveerde te 15.30 uur te Athene. Aan
boord is alles wel. Morgen wordt de reis
voortgezet.
DE „SPECHT" IN MEDAN.
AnetaVaz Dias meldt: Bij de K. L". M.
is bericht binnengekomen, dat de „Specht"
om 6.25 uur uit Batavia is vertrokken en
om 9.04 uur in Palembang is geland. Ora
11.30 uur werd vandaar vertrokken en om
17.18 uur te Medan geland.